LAK
L
OUW EN VEETEELT
Plan tenzle kien leer.
GEMENGD NIEUWS.
BUITENLAND.
Duitschland en het
Dawesplan.
STUKKEN.
n.
Pluimveeteelt.
niet aan
gedaan aan deurwaarder Hars-,
Amsterdam namens de te Lon-
tevrij pootgoed, mag in het
EN I
JAC. GROEN Azn.
Secretaris Regelingscommissie
inzake de Veldkeuring.
Zuid-Scharwoude.
•enden aan den heei M. van St
Kennemerland en den Langei
den heer K. van Keulen voor
Bangert en Beemster.
De veldkeuring, bezien utt Plantenziekten-
kundig oogpunt.
Sinds een vijftal jaren zjjn de keurings
diensten van diverse land- en tuinbouworga
nisaties in Noord-Holland werkzaam voor
de keuring te velde van de verschillende
aardappeboorten, die in ons gewest worden
verbouwd. Het doel wat hierbjj wordt na
gestreefd bevordering van de teelt van ziek-
het kort bespreken JTiermedr hopen wc te
vens duidelijk te maken, dat het zelf mengeri
en samen stellen om meerdere redenen niet
«onder gevaar is.
Het dierlijk lichaam heeft behoefte aan
vocht, eiwitstoffen, vet, koolhydraten, zou
ten, vitaminen en enkele andere stoffen die
we voorlöopig buiten beschouwing kunnen
laten omdat de hier genoemde van hot meeste
belang zijn.
Water speelt in het lichaam een zeer be
langrijke rol. we mogen wel «eggen de be
langrijkste, want zonder voldoende water is
het leven onmogelijk. Niet alleen bestaat het
lichaam zelf voor SO—70 pCt. uit water,
maar ook voor het bloed en de spjjsvertee-
ring en de verplaatsing van de verschillen
de voedende stoffen door het lichaam is' wa
ter noodzakelijk. Zoo is de toevoer der voe
dende bestanddeelen naar de verschillende
lichaamsdeelen alleen mogelijk wanneer deze
stoffen in opgesloten vorm voorkomen.
Nu staat het lichaam voortdurend
af. Ten eerste door de
UIT ROTTERDAM’S RAAD
Rumoerige tooneelen.
Voor de derde maal werd gistermiddag in
den Rotterdamschen Raad een stemming ge
houden, om te voorzien in de vacature, van
wethouder, welke vacature is ontstaan door
het bedanken van wethouder Schouten. We
derom werden drie «lemmingen gehouden, die
tot geen resultaat leidden. De eerste maal
werden 34 stemmen uitgebracht, waarvan 28
blanco, de tweede maal 33 stemmen. Nu wa
ren er 24 blanco; de derde keer werden 82
•temmen uitgebracht, en waren er 23 blanco.
Na uitvoerige besprekingen zegde de bur
gemeester toe, voordat in de volgende raads
vergadering wederom over de aanwijzing van
een wethouder zal worden gestemd, overleg te
plegen met de fractieleiders, welk overleg
vermoedeljjk dan kan leiden tot overeenstem
ming.
Voordat de wethoudersbenoeming aan de
orde kwam, was het zeer rumoerig in den
Raad. De communist van Burink protesteerde
tegen de wijze, waarop hem het spreken in
het openbaar werd onmogeljjk gemaakt. Hij
wilde toestemming van den burgemeester heb
ben, om op de Coolsingel het woord te voe
ren.
Burgemeester Wytema kon die toestem
ming niet verleenen, waarop de heer Van Bu
rink zoo’n lawaai maakte, dat de vergadering
moest geschorst worden.
Na de heropening ontstond opnieuw rumoer
waarop de voorzitter de publieke tribune liet
ontruimen.
Terwjjl de heer Van Burink in den Raad
aan het woord Was, hadden zich voor het
stadhuis eenige honderden aanhangers van
van Burink verzameld.
De politie, die in grooten 'getale aanwezig
was, zoowel te voet als te paard, probeerde
de menschen in beweging te houden en dit
lukte aanvankelijk vr^wel. Toen echter de
heer Van Burink naar buiten kwam trokken
de betoogers met hem den Coolsingel op,
waar hij hen toesprak. Oogluikend liet de po
litie dit eerst toe; later begon het publiek
evenwel een dreigende houding aan te nemen
en toen werd besloten, die menschen, die sa
menschoolden, uiteen te drijven. Vooral toen
de betoogens, met den heer Van Burink aan
het hoofd, de Raadhuisstraat (dat is de straat,
naast het Stadhuis) wilden intrekken. De
straat werd afgezet, waarop onmiddelljjk een
charge werd uitgevoerd. Naar alle kanten
stoven de mannen uiteen. Het duufde echter
maar kort, of opnieuw hadden samenscholin
gen voor het stadhuis plaats; een andermaal
moest de politie handelend optreden. Met
sabel en gummtetok werden de aanhangers
van den heer Van Burink van het Stadhuis
weggedreven.
Het bleef nog geruimen tijd rumoerig in de
omgeving, doch botsingen tusschen de politie
en het publiek vielen niet meer voor.
DE VERGIFTIGING VAN KAPITEIN
QUECK.
lek möchte Offizier werden!
Het zal een goede dertig jaar geleden zjjn,
aldus wordt aan de „Kamper Ct.” geschre
ven, dat ik met enkele collegae na tafel
een luchtje schepte op de plaats van de
kazerne van het instructiebataljon, zooals
we eiken middag, als de weersgesteldheid
het toeliet, dat plachten te doen.
Komende van den IJselkant naderde een
„burger”. Het was er een van een bijzonder
type. Opvallend waren z'n lange zwarte ha
ren, dit tot op z’n schouders afhingen, z’n
lange fladderende das en z'n lenige beweeg
lijkheid, zoo geheel afwijkend van het lang
zame verstijfde flegma van de gewone vader-
landsche soort.
Hij stapte langs den schildwacht heen de
poort binnen en stevende rechtstreeks op
mij aan, dien hij als „hoogste” onder de aan
wezigen ik droeg toen de onwennige
fouriersebevrons hoog op den bovenarm
klaarblijkelijk had uitgekozen.
Even raakte ik de kluts kwijt, toen de on
bekende met sierlijken zwaai zijn hoofddek
sel afnam en een diepe buiging makende, tot
mjj zei: „leb möchte Offizier werden”»_'
Geheel onvoorbereid door dien plotselin-
gen overval vond ik slechts een ‘Hollandsch
antwoord: „Da’s een idéé”, zei ik niet zon
der ironie. „Ik zou maar beginnen met sol
daat te worden, ,,’t officierschap is van latere
eorg.”
De vreemdeling verstond mij niet en toen
ik z’n vragende blikken opving, vervolgde
ik: „Bitte, gehen Sie mit”. Ik leidde hem naar
het compagniesbureau en vernam daar, dat
hy uit Weenen kwam, aldaar de Realschule
had bezocht en dat hij nu z’n geluk bij het
Ned. Indische leger wenschte te beproeven.
Dien zelfden avond vielen z’n lange haren
aan de schaar van den compagniesbarbicr
ten offer en eenige dagen later, toen hij z’n
burgerkleeren voor de uniform verwisseld
had, zou uiterlijk niemand in den nieuwen
volontair den vreemdeling herkend hebben.
Als ik naderhand nu en dan op de cham-
brée kwam, vond ik hem altjjd in actie en als
de dienst hem even vrjj liet en anderen in
de cantine verpoozingen zochten, zat hjj over
z’n reglementen gebogen, die hij met behulp
van een dictionnaire in zich trachtte op' te
nemen.
Kort daarop verliet ik den militairen
diene* en langzamerhand verbleekten «Ie beel
den van het sindsdien voor mij afgesloten
verleden. Mijn niet alledaagsch wedervaren
op de plaats van het Instructiebataljon bleef
mij echter ook na vele jaren helder in het
geheugen geprent en telkens vroeg ik me af:
Zou hij het gehaald hebben? Zou hij het ge
haald hebben? Zou hij officier geworden
zjjn?
Een twintigtal jaren later ’t was in den
mobilisatietijd, die nu al weer tien jaren
achter ons ligt. lees ik in de courant,
dat een officier-kwartiermeester in de om
streken van Schiebroek bjj bet requireeren
van vee tegenstand had ondervonden van de
bevolking en, afgaande op den uitheemschen
bjjzonderen naam van dien kwartiermeester,
moest hij het zjjn. die zich indertijd tot mij
richtte met z’n: ,,Ich möchte Offizier wer
den”.
Hjj had dus inderdaad dat voor hem. den
'vreemdeling, zoo buitengewoon moeilijk te
benaderen doel bereikt]
Ik nam mij voor, hem, zoodra ik er toe in
de gelegenheid kwam, eens te gaan opzoe
ken. Ik zou dan z’n diepe buiging van toen
nabootsen, m’n hoed met broeden zwaai af
nemen en tot hem zeggen: ..Ich möchtte Offi
zier werden”. Dat zou sensatie geven bij
het wederzijds herkennen! Maar zooals
het gewoonlijk gaat, in het berustende r tijd
perk van ’s levens herfst een voornemen
wordt niet zoo vlot ten uitvoer gebracht,
’t Bleef bij het voornemen.
En nu is ’t plots te laat geworden.
Queck is niet meer!
Kunnen de bepalingen worden
nagekomenï
De Duitsche Minister van Financiën, Dr.
Köhler, zal op den 2den Mei in de vereeni-
ging van kooplieden en ihdustrieelen een
belangrijke voordracht houden. Hjj.zal naar
het heet een overzicht geven van den alge-
meenen toestand in oeconomischen zin in
1 tsohland, en in bet bijzonder de aandacht
wijden aan de staatsfinanciën in verband-
met de bepalingen van het Dawesplan.
Deze herstelkwestie treedt op het ©ogen
blik zoowel nationaal als internationaal we
der op den voorgrond. De uiterljjke aanlei
ding waarom deze kwestie zoo openljjk be
handeld wordt is de tegenwoordigheid van
den bekenden Amerikaansohen bankier Kahn
in Berlijn en diens besprekingen met den mi
nister van buitenlandsche zaken. Dr. Strese-
mann, alsook met den Amerikaanschen
agent, Parker Gilbert De nadere bijzonder
heden uit deze besprekingen, die naar het
heet geloopen hebben over plannen van
Kalm in verband met de Duitsche Rjjkspoet
en eenige monopolies op verbruiksartikelen,
werden intusschen van ambtswege tegenge
sproken en het is eveneens te verwachten,
dat Parker Gilbert, die thans in Sevilla ver
wijlt, verklaren zal. dat hjj geen brief of me
morandum van Kahn ontvangen heeft, om
de baste van het Dawesplan te wjjzigen. In
alle gevallen staat het vast, dat Kahn lang
durige besprekingen heeft gevoerd zoowel
met Stresemann als met Parker Gilbert en
men kan slecht aannemen, dat deze leidende
personen daarbjj slechts ever koetjes en
kalfjes hebben gepraat. Kahn toch is een
der leidende bankiers in New-York en zon
der twjjfel heeft hjj tegenover Dr. Streee-
mann nieuwe ideeën ontwikkeld op oecono-
misch gebied, terwjjl de besprekingen met
zjjn landgenoot meer van practisrben aard
geweest zullen zjjn Deze onderstellingen be
rusten in hoofdzaak op het feit, dat Kahn
zijne ideeën over de betaling van Duitscb-
lands oorlogsschulden openbaar maakte.
Zonder in bijzonderheden op de ontwikkeling
der Kahnsche plannen in te gaan, moet men
toch opmerken, dat bjj deze plannen van het
idee uitgaat, dat de lasten die het Dawes
plan Duitschland opgelegd beeft, niet door
het land zjjn te dragen. Juist in Amerika zjjn
in den laats ten tijd meerdere stemmen opge
gaan, die deze overtuiging onderstreepen, en
bet is voor Duitschland van het grootste ge
wicht, wanneer de gedachte in bet algemeen
wakker geroepen wordt, dat het voor dit
land onmogeljjk is jaarlijks 254 milliard
mark op te brengen en te tranafoneeren.
Duitschland kan deze reusachtige som uiet
elk jaar weer aan het land* onttrekken en
de overige wereld kan evenmin de massa's
waren opnemen, die Duitschland ter beschik
king stelt, om aan zjjne verplichtingen te vol
doen, en om deze ahtn liquide te maken.
Duitschland moet langzamerhand de wereld
bewjjzen, dat in het Dawes plan met getal
len geschermd wordt, die in werkelijkheid
niet te realiseeren zjjn, en dat het deze be
wjjzen niet brengt uit kwaadwilligheid, maar
uit onmacht.
Wat overigens de bedoelingen van Kahn
zjjn en de besprekingen met de agent van
Amerika, nadat Kahn zjjne ideeën ontwik
keld heeft in de bladeu, valt er uiet aan u
twijfelen, dat de laatste hem 'Welwillend ge
zind is. Parkar Gilbert heeft de laatste jaren
gelegenheid genoeg gehad de Duitse I e ©eco
nomische toestanden tot in den grond te lee-
ren kennen, en hjj moet er wel van over
tuigd zjjn, dat Duitschland onmogeljjk in
staat is jaarljjksch 2Kmillard op te bren
gen, wil het zelf leven. Hjj moet zich wd
overtuigd hebben van den goeden wil van
Duitschland om aan de bepalingen van bet
Londensohe protokol te voldoen, maar tege
lijkertijd ook van de onmogelijkheid aan het
land zooveel vlottend kapitaal te onttrek
ken. Men kan niet beweren, dat Kahn met
Gilber tezamen het plan hebben_de reorgani
satie van het D^wes-plan voor te bereiden,
daar Kahn er den man niet voor is om uit
idiale gronden te handelen, en Parkar juist
daartoe is aangewezen de kassen te bewa
ken. In elk geval staat de herstel-kwestis
weer in een nieuwe phase, en de openbare
redevoeringen van Dr. Köhler, heeft waar
schijnlijk het doel de internationale uitspraak
uit te lokken over een punt dat van zooveel
gewicht ie voor Duitschland.
Vragen, deze rubriek betreffende, in te
_22LL i Stjjgeren, voor
en aan
Streek,
OM DE ASCH VAN EEN
OVERLEDENE.
De asch van een overledene in beslag
nemen is een zeker niet alledaagsche
opdracht voor een deurwaarder. Het ver
zoek was
hagen te
den woonachtige weduwe van den op
Februari 1927 te Brussel overleden en
vervolgens te Velsen veraschten heer X.
De weduwe X., door haar echtgenoot be
noemd tot eenige en algeheele erfgena
me, vorderde èn als zoodanig én als we
duwe, de asch als haar eigendom op.
Maar de asch bevond zich te Blaricum
bij mej. Y. en deze dame, dus werd ge
steld, weigerde ze aan de verzoekster af
te geven!
Blijkens zijn in „Justitia", orgaan der
Vereeniging van Gerechtsdeurwaarders,
gepubliceerd proces-verbaal, sprak hij
te Blaricum niet met mej. Y. zelve, maar
met haar huisgenoot, den heer Y. Deze
verklaarde den deurwaarder en diens
beiden getuigen, dat de asch van den
heer X door het Crematorium te Velsen
was afgegeven aan mej. Z., een te Ber
lijn wonende, maar zich tijdelijk te te
Charleroi bevindende dame. Volgens
een door haar aan de Vereeniging voor
Lijkverbranding verstrekte en door haar
onderteekende verklaring, had zij de
asch in ontvangst genomen ten huize
van den heer Y te Blaricum, waarna mej.
Y of de heer Y door mej. Z. belast werd
om de asch te haren behoeve te bewa
ren.
De heer Y. nu wenschte de deurwaar
der slechts onder protest en alleen on
der den dwang der executie van het be
velschrift de gevraagde aanwijzing te
doen; hij stelde daarop den deurwaarder
en withouten kistje ter hand, dragende
een label, voorziien van de volgende
bewoordingen:
F 54 J Crematorium Velsen.
den Weledelgeleerden Heer
laan No... Blaricum,
benevens vijf lakstempels, waarvan
drie op het deksel en twee op de slui
ting aan de voorzijde, terwijl elk stem
pel de inscriptie: „Vereeniging Lijkver
branding Crematorium" vertoonde, als
mede de kapitale drukletters F. en V.,
terwijl het deksel met twee schroeven
was dichtgeschroefd.
Het proces-verbaal vervolgt dan:
„Teneinde alsnu te kunnen constatee-
ren wat vorenomschreven kist bevat,
ben ik deurwaarder in tegenwoordigheid
als voormeld, overgegaan tot de opening
daarvan.
„Na opening bleek mij, deurwaarder
en mijn getuigen, dat meerbedoelde kist
bevatte een zwart gelakte metalen bus
met op den bodem de navolgende in
scriptie:
„Vereeniging voor Facultatieve Lijk
verbranding No. 2211, H. E. W. L. F.,
5327.
„Bij weging op de z.g. familie weeg
schaal bleek de bus een gewicht te heb
ben van in -totaal 5 kilogram.
HET KATHOLIEKE STANDPUNT IN DEN
DUITSCHEN NATIONALEN OMROEP.
In het artikel van de vorige week, heb
ik uiteengezet hoe de Duitsche nationale
Omroep georganiseerd is en welk aandeel
de -Duitsche Katholieken hierin hebben.
Waar echter in Duitschland geen K.R.O.
bestaat, moet een ander lichaam voor de
Kath. uitzendingen zorgen binnen de sfeer,
die zjj in den Nationalen Omroep heeft. Oni
nu zoo krachtig rrtbgeljjk den Kath. invloed
op radiugebied te kunnen doen gelden, is te
Keulen een Kath. Radiocommissie in het
leven geroepen, waarmede ook de K.R.O.
in verbinding staat. Katholicisme immers
is synoniem met internationaal en
landsgrenzen gebonden.
In Duitschland heeft men 'den bekenden
„Zentralbildungsausschuss der Kath. Ver.
bknde Deutschlands”. De groote Kath. ver-
eenigingen hebben hierin hunne gedelegeer
den zooals de Volksverein. Borromltusver-
ein, Wolframbund, Bilhnenvolksbund o.a.
Door dit Cent raai-bureau worden alle vra
gen behandeld en uitgewerkt en resoluties
aangenomen- op elk gebied der moderne cul
tuur, b.v. Muziek, Literatuur, Bioscoop en
Theater en laatstelijk ook de Radio. Het ge
bied van de Radio Jvordt bewerkt door de
Kath. Radio-komission wier leden door den
Kardinaal-Aartsbisschop van Keulen, Mgr.
Schulte, zjjn benoemd. Deze Radio-commis-
sie bestaat uit 5 leden: voorzitter is Rol.
.Lehrer B. Marschall, (tevens voorzitter van
den Zentralbildungsausschusz), Dr. Mergen-
theim uit Wipperfürth, Pfarrer Meisertz uit
Keulen, Gymnasial Oberiehrer P. Brüls en
General Direktor Hohon (tevens voorzitter
van de Volksverein).
De voorzitter van de Kath. Radio-com-
missie B. Marschall is door het Rijk benoemd
tot Kulturbeirat voor den West-Duitjchen
Omroep (Nerag), wier zenders: Langenberg
Münster, Elberfeld en Keulen (deze laatste
zender bevindt zich in aanbouw), geheel
Rijnland en Westfalen als omroepgebied
hebben. Opmerking verdient nog, dat deze
benoeming geheel van den persoon afhangt
zoodat niet per se de voorzitter van de
KRO. tot Kulturbeirat benoemd zal wor
den.
De werkzaamheden van de Kath. Radio-
2onimissie omvatten momenteel alleen:
1. het inrichten en het instandhouden van
de Katholieke morgenwijdingen;
2. de Kath. cultuur zooveel mogelijk tot
uiting te brengen in het algemeene program
van den omroep.
De Kath. Radio-Commissie heeft een eer
volle doch uiterst moeilijke taak. Men be
schikt er over geen K.R.O. en dit zal in
Duitschland ook onmogelijk zijn. Men is in
Duitschland echter vol bewondering voor
den K.R.O. (zooals de heer Brüls, lid van
de K.R.O. met wien ondergeteekende dezer
dagen een conferentie had, betuigde) en
voor de Hollandsche Katholieken, die een
werk van zoo verstrekkende beteekenls,
van zoo’n groot belaag voor onze Katholie
ke zaak, hebben gesticht, in stand houden
en tot verdere uitbreiding brengen. Alle eer
dus aan de Hollandeebe Kath. luisteraars,
die door hun geld den K.R.O. daartoe In
staat stelden. De Hollandsche Katholieken
hebben direct begrepen welk een machtige
godsdienstige en cultureele factor de ra
dio is en in de toekomst nog worden kin.
Jammer, dat nog niet alle Katholieke luis
teraars dit inzien, want in dat geval zouden
wjj nu ca. 50,000 K.R.O.-leden moeten heb
ben en zouden wij iets kunnen prestoeren,
waarvan men in pinnen- en buitenland ver
baasd zou staan. Rtt durven wij gerust te
zeggen, en de feiten zouden het aantonnen,
dat wjj niet aan zelfoverschatting lilden.
Helaas wordt nog maar al te vaak ge
dacht, dat wij toch maar „iets middelma
tigs" kunnen leveren.
Zeer tvneerend sohreef het „Limburgsch
Dagblad”-
„Het intellect der neutraliteit zit nog
▼astgeroeet in de autosuggestie, dat de libe
raliteit en de wetenschappelijkheid alleen
aan zjjne zijde is te vinden. En toch die
■elfverb’inding en zelfoverschatting is even
gevaarlek als dwaas voor hen, die er me
de behept ztin. Zou men den heeren b.v.
vragen, waarin steekt het sectarische van
den K.R.O., dan zouden zij heel wat kunnen
redeneeren, maar een zakelijk antwoord ge
ven dat gaat boven hun intellectueele
kracht.
Gelukkig voor hen en voor ons is, dat
meestal hunne beweringen of aan de aan
dacht ontsnappen óf niet meer au serieux ge-
nomen worden óf met een schouderophalen
.worden beantwoord, onder het gestadig door
werken aan de uitbreiding van onzen in.
vloed ssfeer.”
Wat de laatste opmerking betreft, moe
ten wjj verzuchten: „Was het maar waar!”
Hierin vergist zich de red. van het L. D. In
dien de redactie het Kath. intellect bedoelt,
dan te het wel zoo, doch een groot gedeelte
der Kath. luisteraars zit nog vastgeroest in
de idee (welke handig doo^ de liberale pers
en radio-tjjdschriften verbreid en verdedigd
wordt) dat een Katholieke Omroep geen re
den van bestaan heeft. Gelukkig kunnen w|j
In de laatste weken vaststellen, dat een vol
ledige ommekeer gekomen is.
P. A. M. SPEET,
Secretaris van den K.R.O.
vocht
uitwerpselen, ten
tweede bij de ademhaling en transpiratie
en ten derde indien het dier een waterrijk
product als het ei voortbrengt.
Al met al is het vochtverlies niet gering
en gaat bovendien geregeld door. Om nu het
kwantum water op peil te houden moeten
de dieren over voldoende drinkwater be
schikken. Waar nu in de meeste gevallen
de dieren ge^wl.j-an ons afhankelijk zjjn is
het onze pJréhpMervoor te zorgen Komen
we daarin tvkórt, of laten we het drinkwater
vervuilen zoodat de dieren het met tegenzin
nuttigen, dan belemmeren we de üchaams-
ontwikkeling en goede functioneering der
inwendinge organen.
Wel heel sterk wordt dit gedemonstreerd
in de productie der volwassen hennen, die op
een tekort of gebrek aan voldoende drink
water al heel spoedig reageeren door óf klei
nere eieren te geven, of de leg geheel te sta
ken.
Pluimveehouders, indien gij hart hebt voor
Uwe dieren en daarbij Uzelf geen schade wilt
berokkenen, zorgt dan in de eerste plaats
voor voldoende frisch en zuiver drinkwater.
(Wordt vervolgd).
algemeen als
bekend worden beschouwd. Er heeft zich
zoo langzamerhand een kern van deelnemers
gevormd, die zóó van het nut overtuigd zjjn
geraakt, dat zjj geen enkel jaar overslaan,
maar steeds hun aardappelvelden voor de
keuring opgeven. Het zijn dezen vooral, aan
wien het te danken is, dat bepaalde produc
tieve aardappelsoorten (vooral bij vroege is
dit het geval) voor de cultuur behouden zjjn
gebleven, of in productiviteit zijn toegeno
men.
Maar er is ook een ander deel, dat bjj ge
legenheid of bij goede verkoopvooruitzichten
aan de keuringen deelneemt en dan is er nog
het overgroot© deel der bouwers, dat nog
nooit aan de keuring heeft deelgenomen.
Wij willen volstrekt niet beweren, dat do
laat sten het nut van de veldkeuringen niet
inzien. Zeker zulen er nog wel velen van de
zen zijn; maar het aantal, dat zich voorziet
van te velde goedgekeurde pootgoed noemt
jaarlijks toe. Èn voor het algemeen belang
is het por saldo ook voldoende, als er een
(mits niet te kleine) kern van deelnemers be
staat, van wie het goedgekeurde product kan
worden betrokken, als bij de massa het nut
maar zoodanig wordt ingezien, dat men
zorgt voor aankoop van ziektevrjje poters
voor eigen bedrijf. Het nut wordt op deze
wijze voldoende gedemonstreerd.
Nu zjjn we echter op dit gebied nog lang
niet waar we moeten zjjn. Nog lang niet
wordt door iedereen het eigenlijke doel der
keuringen begrepen. Dit bewjjzen eerstens
zjj, die aan de keuring deelnemen, voorname
lijk met het doel om te profiteeren van de
kans om hun product duurder te verkoopen.
Wordt het veld dan afgekeurd of loopt het
met den verkoop niet mee. dan ie men ont
nuchterd en vindt het „niks gedaan”. Dit
bewjjzen ook zjj, die ver genoeg meenen te
gaan, met bij het rooien van de beste stam
men poters te houden; hoe verdienstelijk dit
op zichzelf ook is. Neen, en dit aan te too-
nen is onze bedoeling, het hoofd- eigenlijk
het eenige doel van de keuringen te de dege
neratie van het product veroorzaakt door
plantenziekten, tegen te gaan.
De aardappel is oen sterk achteruitgaand
gewas zegt men. Ja, dat is eigenlijk elk ge
was. als er geen voldoende zorg aan be
steedt wordt en niet al het mogeljjke wordt
gedaan, om zuiver zaad en plantgoe-1 te ver
krijgen. En nu is dat misschien wel het erg
ste b|j aardappelen, het hangt echter ook bij
dit product van het pootgoed, althans’' in
hoofdzaak af.
En het zjjn ook hierbjj de diverse planten
ziekten, op welke manier zij ook voorkomen,
dio de acheruitgang. wat met generatie be
doeld wordt, veroorzaken.
Wij zullen deze ziekten niet afzonderlijk
bespreken, feit is, dat ze bestaan en men ze
dus moet trachten te bestrijden. En zooals
het is met mensch en dier, zoo is het ook
met de plant; voor ziekten in gevorderd o*
vergevorderd stadium h meestal geen kruid
gewassen.
„Hierna heb ik, deurwaarder, steeds
in tegenwoordigheid als voormeld, de
bus wederom in de withouten kist ge
plaatst, bet deksel weder dicht ge
schroefd en daarna het geheel verzegeld
door omwikkeling met touw en het aan
brengen van vijf lakstempels met de ini
tialen J. v. G. en wel op het deksel en
op de sluiting van de touwen; opnieuw
verzegeld en afgesloten, hebbende ik
mede den hierboven gerelateerden in
houd van de withouten kist in revindi-
catoir beslag genomen.”
Over dit in revindicatoir beslag geno.
men „roerend goed" stelde de heer Hars
hagen een deurwaardersklerk uit Bus-
sum tot gerechterlijk bewaarder aan.
De vader van den heer I. 'Harshagen,
die deurwaarder in Bussum is, bracht,
acht dagen later de dagvaarding uit,
waarin, nevens de van waarde verkla
ring van het beslag, wordt gevorderd Je
afgifte van het in beslag genomen goed.
De zaak is thans voor de Rechtbank
te Amsterdam hangende. Inmiddels zijn
partijen, hangende de procedure, vrij
willige bewaargeving overeengekomen
en heeft deurwaarder I. Harshagen. in.
gevolge opdracht, het kistje met inhoud
onder bewaring gesteld van den vrijwil
lig aangestelden gerechtelijken deur
waarder.
De voeding.
I.
De voeding en verzorging gedurende de
eerste maanden na de geboorte is van beslis-
senden invloed op de ontwikkeling, weer
standsvermogen en productiviteit der hoen
ders. Betrek Uwe voeders van vertrouwde
firma’s. Veel gebeunhaas in de pluimveeA’C-
derfabricage Aan welke stoffen heeft net
dierljjk lichaam behoefte? Zorg in de eerste
plaats voor voldoende frisch en zuiver drink
water.
De kuiken voeding moet er opgericht zjjn,
de jonge diertjes flink en voorspoedig te
doen uitgroeien tot gezonde krachtige hanen
en hennen, want alleen van hennen met
krachtige constitutie is de grootst mogeljjke
productie te verwachten, zonder dat hierdoor
het lichaam al te zeer wordt uitgeput; terwjjl
ook voor de fok hanen de verzorging der
eerste maanden beslissend ie.
Evengoed als we bjj het bouwen van een
huis in de eerste plaats het fundament dege-
lijk maken, omdat de sterkte en levensduur
van het gebouw voor een belangrjjk deel
hiervan afhangt, zoo dienen wjj ook in de
pluimveehouderij er voor te zorgen dat het
fundament goed is, d. w. z. dat de voeding
en verzorging in de eerste maanden van dien
aard moet zijn, dat het weerstandsvermogen
zoo hoog mogeljjk worde opgevoerd, het li
chaam zoo voordeelig mogeljjk ontwikkeld
en een goede functioneering van alle organen
wordt bewerkstelligd.
Om nu dit doel te bereiken en de voeding
doelmatig samen te stellen is het gewenecht,
dat we bekend zjjn met de eischen die bet
lichaam aan de voedering stelt; met andere
woorden dus dat we moeten weten aan welke
stoffen het lichaam behoefte heeft.
E<en ©enigszins uitgebreide studie van dit
onderwerp te maken is voor de meeste pluim
veehouders ondoenljjk; zjj kunnen dit trou
wens wel overlaten aan de mannen der we
tenschap en aan enkele serieuze fabrikanten
van pluimveevoeders.
Jammer te het dat in het puimveevoeder-
bedrjjf zoo ontzettend gebeunhaasd wordt.
Van overheidswege is hiertegen weinig te
doen en kan alleen worden tegengegaan of
voorkomen, dat schadelijke producten vöor
de samenstelling der voeders worden gebe
zigd. Maar voldoende te dat niet De zuiver
heid van een samengesteld voederartikel te
nog geen waarborg dat het aan de in de
praktjjk te stellen eischen voldoet.
Het koopen van opfokvoeders en ochtend-
voer te een vertrouwenskwestie en raden wjj
de pluimveehouders in het belang van hunne
dieren en in hun eigen belang aan de benoo-
digde voedermiddelen te betrekken van de
oude bekende en vertrouwde firma’s, wier
practteche ervaring en gevestigde reputatie
een waarborg zjjn voor goede kwaliteiten en
doelmatige samenstelling.
Niettegenstaande de meeste kippenhouders
hun voeders kant en klaar koopen en de ken
nis der grondstoffen en de voor het lichaam
ge wenschte voedingsstoffen betrek keljjk
overbodig is, willen we toch een en ander in