„ONS BLAD” F L< 1 No. i i I' De Wereld rondom ons. WEEKOVERZICHT. den de Zaterdag S October 1927 giro alkmaar 104863 Jaargang - Handelshoogeschool. BureauHOF 6, ALKMAAR - Telefoon Abonnementsprijs Aan alle abonné’s wordt op aanvrage gratis een polls verstrekt,, welke hen verzekerttegen ongevallen tot een bedrag van f 3000. T - Advertentieprijs f750f250f 125f50f4O.— Officleele opening R. K. GIRO ALKMAAR 104863 J 1 41 f en consta- ■i NOORD-HOLLANDSCH DAGBLAD ons zul- De tachtigste verjaardag van Hindenburg is toch niet geworden het algemeene, echt nationale verbroederingsfeest, dat de grjjze president zich gedroomd had en wjj, buiten staanders, ook min of meer hadden ver wacht. Kwam dat, doordat een groot deel der bevolking, de socialisten, niet mee feest vierden en een ander deel, de burgerlijke re publikeinen, het o zoo koel deden? Of mis schien, doordat de organisatoren van het feest teveel den oud-veldmaarschalk op den voorgrond schoven, ten koste van den bur gerlijken president? Zeker is ’t, dat de betoo- ging van Zondag, waar in ’t Berlijnsche Stadion ’n 60.000 leden van „Kriegersvcrei- ne”,-„Kyffhüuserbond”, „Stablhelm „Wehr- wolf’, „Jungdo”, „Olympia” en hoe deze verkapt-militaire organisaties verder heeten mogen, op de leiders van ’t nieuwe Duitsch- land en ook op het buitenland, geen gunsti- gen indruk heeft gemaakt. Ziehier, wat de socialistische „Montagmorgen” er o.m. over schrijft: „Er is niets veranderd. De compagnieën marcheerden door de stad. Onder het mom van vereering van een tachtigjarigen heer, wiens persoonlijkheid ongerept blijve, raast de onbegrensde oorlogsstemming. Oeroude grijsaards met lange baarden persen de bier buiken in de goddelijke uniform. Stolz weht die Flagge sehwarz-weiss-rot. De republiek? Waar is zij? Zij staat in de hoofdartikelen van de democratische bladen van Aieden- ochtend. De rest is zwijgen.... Officieren demonstreeren in parademarsch. Opgestre ken snorren. Hooge doppen en motgaten. De geheele natie lost zich in vereenigingen op.De massa staat met boterhammen ert den „Lokalanzeiger” in de hand en wacht op het groote oogenblik, dat zij hoera mag brullen. Panem et circenses. Zoo trekken ze morgen weer ten strijde. Zoo zijn ze steeds weer ten strijde getrokken.... Neen, er is niets veranderd. Ondanks bloedvergieten! re volutie en Volkenbond. Ondanks millioenen dooden. Ik zag de felle geestdrift voor den oorlog. Ik hoorde de oude strijdliederen. Ik voelde: morgen kan het er weer op loe gaan. Die dit schrijft is niet de eerste de beste: ’t is de bekende dichter Walter Hasenclevpr. En nu moge zijn socialistische bril de^zakeu ietwat te gekleurd voorstellen, een feit is, dat dergelijke gebeurtenissen overduidelijk aantoonen, dat het oude, militairistische Duitschland nog niet zoo morsdood is, als men ons wil doen gelooven. Om dezen keer maar eens dicht bij huis te blijven, weer eens 'n woordje over onze Zui derburen. Men weet, dat daar onze taal de Vlaamsehe, officieel o zoo gelijkgesteld is met de Fransehe, en dat, even officieel de verhouding met ons land, buitengewoon goed genoemd wordt. Hoe evenwel de toe stand in werkelijkheid is, bewijzen de vol gende feiten, feitjes desnoods, maar tceke- nend voor de mentaliteit, waaruit ze gebo ren werden. De beide eerte vertelt de heer A. Hans in het „Laatste Nieuws”. Allereerst de inwij ding van het station der draadlooze felt gra phic te Ruisselede. „Men noodigt ook de Vlaamsehe pers,” schrijft Hans, „Vlaamsehe nijveraars en han delaars, burgemeesters en schepenen van Vlaamsehe gemeenten uit de omgeving, en men behandelt hen alsof ze Walen zijn, ’t Is onbeschoft. De ingenieur, die ons rond leidde, sprak alleen Fransch. Maar van booger hand werd het slechte voorbeeld gegeven. De eerste Minister sprak een Fransehe rede uit. Dan ware het de plicht geweest van den Gentenaar, Minister Anseele, de tweede rede in het Nederlandsch te houden. Hij slaat, door op te treden zooals te Ruisselede, het Vlaamsehe volk in ’t gezicht.” Dan de volgende historie, die vermakelijk zou zijn, als ze niet zoo’n bedroevende men taliteit demonstreerde. „Een afdeeling van ’t Amerikaansche le gioen zou eenige dagen geleden van Rijsel uit, Komen en leper bezoeken. Een autobus met jonge mannen en vrouwen kwam door Fransch Komen naar de grensbrug, waar de burgemeester en afvaardigingen klaar ston den met vaandels.... en Fransehe redevoe ringen. Maar onder de Amerikanen waren er ook van Vlaamsehe afkomst. En die hebben ze ker aan hun kameraden verteld, dat ze nu in hun „old Country” hun Vlaanderen kwa men. Met geestdrift zagen ze de eerste plaats over de grens. En o wee, de schrik sloeg de heeren bij de brug om ’t hart. Uit die roo- de autobus klonk het dreunend: „Leve Vlaanderen! Leve de Vlaamsehe Leeuw!”, niet een, maar wel twintig maal. D« burgemeester nam een oogenblik van stilte te baat, om een Fransehe redevoering af te lezen. Toen hij ophield, helmde het weer „Leve Vlaanderen! Leve de Vlaamsehe Leeuw!” 't Programma voorzag nog redevoeringen. Met. kent die Fransehe welsprekendheid. De heeren waren echter zoo uit hun lood gesla gen, dat ze hun „discours” maar stil in den tak hielden. Tenslotte voor zoover noodig nog ËSU bewijs, hoe moeilijk men het in België Dat ziet er voor de heeren Poincaré, Briand, mitsgaders het geheele republikein- sche bestuur in Frankrijk leelijk uit. Want we gelooven niet dat zjj allen van den zoo ro mantisch ontvluchten gevangene veel genade te verwachten hebben, als deze, wellicht als dictator van den hertog de Guise, de macht in handen heeft. Voorloopig echter meenen we, dat de Rus sische kwestie Briand c. s. meer zorg baart, dan de bedreiging van den medicus-politi- cue-romanschrjjver Daudet. Want nog steeds wacht de zaak Rakofsky op ’n oplossing. Men herinnert zich nog wel, dat deze Sovjet ge zant een manifest ten gunste van de we reldrevolutie onderteekende, waarin de bui- tenlandsche militairen werden opgewekt naar de rooden over te loopen. Dit deed in Frankrijk een storm van pro test opgaan, en daardoor gedwongen vroeg Briand te Moskou de terugroeping van Ra kofsky. Tsjitsjerin weigerde, wat koren op de molen was van sommige Fransehe bladen, die welbewust aansturen op een verbreken fier betrekkingen met Rusland^fachtige hulp ontving deze actie door een bericht aan een geheime bulletin voor diplomatieke verte genwoordigers van Rusland in het buiten land ontleend, dat de Sovjets er in geslaagd zjjn communistische agitatiescholen te stich ten te Cherbourg en Toulon, bestemd om de matrozen te cathechiseerên. Dit zou geheel kloppen met de onlusten, die zich de laatste dagen bij de vloot en in de gevangenis te Toulon voorgedaan hebben en waarvan reeds algemeen vermoed werd dat deze door Mos kou aangestookt zjjn. Ook te Southampton zou een dergelijke school functionneeren. Gedachtig de volksvrijheid, dat *t er wei nig op aan komt of-men van de kat of den kater gebeten wordt, ziet men in vervanging geen heil, daar een nieuwe gezant onder nieu we vormen misschien, het zelfde spelletje zou spelen. Anderen echter vreezen, dat er dan niets van ’n schuldenregeling terecht komt en dat er groote oliebelangen in 't gedrang komen. Ja 't is moeilijk hier een uitweg te vinden. Misschien is 't het beatJ, nog ’n „paar we ken” te wachten, dan kan Daudet, als hij wat bekomen is van de jubelende „vive’s” dat zaakje in een handomdraaien even opknap pen! teeren het met blijdschap, dat in ons ge lukkig vaderland door steeds meer per sonen wordt gevoeld als eisch van alge meen belang, dat, voor zooveel noodig nog, de weg moet worden geopend, langs welken de verschillende levens- en we reldbeschouwingen ten volle tot uiting kunnen ^omen. Dat bij de voorbereiding dezer Hooge- school de financieele moeilijkheden niet gering waren, zal een ieder gevoelen, die eenige ervaring heeft van oprichten en in stand houden van inrichtingen van bij zonder onderwijs. Toch mag dit laatste niet weerhouden, zeer zeker niet in de zen tijd, te pogen de rechtstreeksche be moeiing der overheid tot een minimum te beperken. En verblijdend zal het dan ook gewis zijn voor de Regeering te ont waren, dat nu naast de Rotterdamsche Handelshoogeschool ook die van Tilburg gaat geopend worden, de kans stellig zeer groot is, dat, in tegenstelling met andere, de zorg voor dezen tak van Hoo- ger Onderwijs aan het particulier initia tief geheel zal kunnen blijven overgela ten en het Rijk met een geldelijke bij drage zal kunnen volstaan. Hooggeachte Rector, bij de opening der R. K. Leergangen op 17 September j.l. zeidet gij aan het slot van Uw rede: „Niét in de luidruchtigheid, niet in de openbaarheid, niet in de groote en vele woorden ligt het geheim voor succes, doch in het gestadige, aanhoudende werk.” Treffend juist hebt gij in die woorden geschetst uw persoonlijkheid, ontsluierd het geheim van het ook thans weer door u behaald succes, waarvoor het curato rium u moge brengen zijn meest harte- lijken dank. En gij heerep studenten, die ik van harte welkom heet als eerstelingen on zer Handelshoogeschool, uit 't zooeven gezegde hebt gij kunnen vernemen, wat van u verwacht gaat worden na het ver laten dezer school. Om dat doel te be reiken, wilt vóór alles hulp en steun zoe ken bij God, zonder Wien wij immers niets vermogen; neemt verder in u op om het grondig te verwerken hetgeen u gaat gegeven worden door uwe leer meesters, aan wie het curatorium gaar ne oprechten dank brengt voor de be reidwilligheid, waarmede zij de uitno'i- diging zich aan deze school te verbinden, hebben willen aanvaarden; en eindelijk wilt uit het woord, vooral uit het voor beeld van uwen rector het geheim lec- ren in uw leven te behalen een zoodanig succes, als het. den mensch waardij is Per kwartaal voor Alkmaar. 2. Voor buiten Alkmaar 2.85 Met Geïllustreerd Zondagsblad f 0.60 hooger i "i i .a werd gehouden. De Voorzitter van het Curatorium, Mr, A. Baron van Wijnbergen, sprak daarbij een rede uit, waaraan het volgende is ontleend: Rede van den Voorzitter van het Curatorium, Weldra is het zestig jaren geleden, dat de Bisschoppen van Nederland zich richtten tot de hun toevertrouwde Ka tholieken, teneinde de lijn aan te geven welke zij op onderwijsgebied zouden hebben te volgen. „De Kerk wil” zoo leest merlin het bekende mandement „dat de jeugd in de wetenschappen onderwezen worde, doch zij eischt tevens, dat dit onderwijs in alle opzichten Katholiek en godsdien stig zij." Met alle waardeering voor het vele, dat reeds vóórdien geschiedde, mag toch -vastgesteld, dat eenmaal in 1868 zoo helder en zoo krachtig de plichten voor gehouden zijnde in geheel bijzondere mate de Katholieken zich zijn gaan toe leggen op de trouwe vervulling daarvan. Indien het juist is, dat uit het botsen der meeningen de waarheid te voorschijn zspringt, is het plicht voor allen, te zor gen, dat door allen, die aan dat edel werk zullen hebben deel te nemen, eigen meening zoo volledig, zoo krachtig, zoo gaaf, zoo zuiver mogelijk naar voren kunnen worden gebracht. En zoo verstaan we het. Van 1—5 regels fl.25; elke regel meer t 0.25. HarUim per regel 0.75 voor de eerste agjna voor de overige pagina's f 030 J f 0.60 per advertentie van 5 regels iedere regel Arnett dezen morgen door den luisterrijken H. Dienst en thans door Uw Openings woord uw zegen aan deze hoogeschool heeft willen hechten, zal in lengte van dagen voor haar een groote eer blijven, en met den diepgevoelden dank van al len, die de zorgen voor deze noogeschool deelen, zij aan U. D. H. en aan Uwe Doorluchtige Ambtgenooten de plechti ge verzekering gegeven, dat de wensch der Bisschoppen haar richtsnoer zal zijn en blijven in leer en in tucht. Onder de zorgzame leiding van de doorluchtige opvolgers van Mgr. Zwij- sen, hoopt de Handelshoogeschool diens werk njede te mogen uitbouwen in die zelfde stad, die door hem ook ongetwij feld voor de vestiging van een dergelijke hoogeschool zou zijn aangewezen. Het besluit wend genomen, om voor de R. K. Handelshoogeschool een volko men zelfstandige stichting in het leven te roepen met eigpn geldmiddelen en eigen beheer, om daardoor haar eigen karakter nog des te beter te doen uit komen. De vraag Hoogeschool dan wel Uni- versiteit was voor onze stichting beslist, al wordt in het algemeen genomen deze vraag nog verre van eenstemmig beant woord. Het is niet mijne bedoeling het voor en tegen hier in den breede te gaan uiteenzetten. Doch wel zij het mij ver oorloofd, mede naar aanleiding van een recente publicatie, waarvoor ons Tijd schrift voor Zielkunde en Opvoedings leer gastvrijheid beeft gegeven, een enZ^ kele opmerking hier tusschen te last- schen. In het bedoelde artikel wordt gezegd, l dat het ten zeerste te vreezen is, dat een Hoogeschool het niet verdeiyZïrbkuMen brengen dan een zuivere vakschoolte--/ zijn. Het wetenschappelijke cqchet zal ey dus ontbreken. Ik geloof, dat van een faculteit op zich zelf, want dat is toch op slot van rekening een Hooge school! nu niet noodzakelijk behoeft me de te brengen, dat de wetenschap daar niet beoefend zou kunnen worden. Zou b.v. het wetenschappelijk karakter der Veeartsenijkundige Hoogeschool te Utrecht vroeger anders geweest zijn dan nu zij bij de Universiteit is geïncorpo reerd? Niet de vorm der school, maar wel het programma der school is hier van doorslaande beteekenis, en wanneer het programma een wetenschappelijke vorming waarborgt, doet het er niet toe, of in diezelfde stad magelijk nog eenige honderden studenten zijn, die aan ande re faculteiten hun eigen weg volgen. En zonder nu ook maar in de verste verte te willen toegeven aan den waan, dat het programma onzer nieuwe Hooge school de volmaaktheid zou benaderen, meen ik wel te mogen zeggen, dat ons programma aan alle redelijke eischen ook van zuivere, in geen enkel opzicht bevooroordeelde wetenschappelijkheid voldoet. Prof. Jèlgersma, die bij de opening van de Handelshoogeschool te Rotterdam op 8 November 1913 sprak namens de sena ten der Universiteiten, prees het, dat men te Rotterdam en ook elders er van terugkwam den hoogleeraar uitsluitend te doen zijn een man van de studeerka mer: dat men de wetenschap niet meer beperkte tot het engere terrein van het zuivere weten, maar dat men daarvoor in de plaats ging stellen de wetenschap van de daad. t Die wetenschap van de daad wenscht ook onze Handelshoogeschool te beoe fenen. Ons programma vermeldt een ver plichten cursus logica voor alle inge schrevenen. Dat is een novum in Ne derland, maar ik ben er zeker ran, dat alle Universiteiten en Hoogescholen die aanknooping aan den ouden vorm van universitair onderwijs voor zich zelf zou den wenschen. Naast logica wordt ook algemeene psychologie, evenals algemeene ethica verplicht gesteld, en zoo zal de filosofi sche scholing der Tilburgsche studenten hen al aanstonds doen verstaan, dat zij niet om louter vakkennis op te doen, hier verwacht worden. Een propaedeu- tisch examen zal zorgen, dat dit weten schappelijk fundament deugdelijk zij aangebracht, alvorens met den boven bouw wordt begonnen, die hecht en sterk zal zijn, als hij op zoo’n grondslag kan rusten. Is alzoo het type onzer, Hoogeschool alleszins gemotiveerd, zoo staat daar naast nog de vraag: „Waarom nu weer een afzonderlijke Katholieke Hooge school?" over zich kan verkrijgen iets te prijzen uit het tjjdperk der vereeniging van Noord en Zuid (1815—1830). Zondag 1.1. herdacht men n.l. het 110-jarig bestaan der bekende Cockerillfabrieken te Seraing. (Bjj het 100-jarig bestaan belette de Duitsche bezetting de feestviering). Bjj die gelegenheid spraken Koning Albert en Minister-president Jaspar. Maar geen dezer beiden herinnerde aan de groote diensten, die Koning Willem I indertijd aan deze in- derneming bewezen heeft. In 1817 immers wist John Cockerill van Koning Willem te verkrijgen dat hjj het his torisch bisschoppelijk paleis te Seraing, met het Nederlandsche wapen in zyn voorgevel, kon koopen om er zijn onderneming in te vestigen. Enkele jaren later schoot de Ko ning hem 800.000 gulden voor, om in 1825 zich voor een millioen gulden in het bedrijf te interesseeren, dat toen een moeilijke pe riode doormaakte. Het was waarlijk geen voordeclig zaakje voor den vorst, die de ri sico der onderneming deelde en bovendien op het verzet der Amsterdamsche kooplie den stiet. Dat een dergelijk verzuim ook in Vlaam- sche kringen de aandacht trekt en afgekeurd wordt, zien we uit ’n artikel in het (Vlaam- sche Front-) dagblad „de Schelde”, dat na de verdiensten van Willem I te hebben geme moreerd, aldus eindigt: „Hjj had bij dit alles veel Noord-Nederland- schen tegenstand te overwinnen, pat hij hem overwon, en den nooden van de Zuidelijke provincies recht liet wedervaren, bewijst, dat hjj, van Noord-Nederlander, Groot-Nederlan- der geworden wae. Wie er aan twjjfelt dat de economische tegenstellingen tusschen beide deelen van den Nederlandsc.hen stam door ’n helderziend bewind kunnen wórden gehar moniseerd, kan uit zijn voorbeeld veel lee- ren." „Of is ’t misschien daarom, dat zjjn naam te Seraing zoo zorgvuldig verzwegen werd?”, besluit het blad. o „Nog twee jaar of twee maanden, misschien nog slechts twee weken nog slechts, en men roept in Parijs en in heel Frankrijk „vive le Roi vive Daudet” aldus de zeer beschei den heer Léon Daudet, in een interview, dat hij toestond aan een „H.dbl.*’man, bjj gele genheid van zijn verblijf >n óen Haag. Heden is te Tilburg op plechtige wij ze de R. K. Handelshoogeschool ge opend. Om half 11 werd in de kerk van H. Jozef door Z. D. H. Mgr. H. van Wetering, Aartsbisschop van Utrecht, een Pontificale H. Mis opgedragen. De functies in de Pontificale H. Mis werden vervuld als volgt: Dr. P. Dirckx, Presbyter assistens; G. van Noört, Diaconus assistens a dextris; Dr. P. van Gils, Diaconus assistens a sinistris; Dr. Mag. Th. v. Oppenraay, Diaconus Missae; Drs. J. Verhoeven, Subdiaconus Missae; Kap. J. Goossens, ad baculum; Kap. J. Bekkers, ad mitram; Rector G. v. d. Heyden, ad gremiale; Rector P. Manders, thuriferarius; Rector J. van Wijck, ad librum; Rector H. Schoenmakers, ad candelam; Rector A. v. Mackelenberg en Kap. J. van der Veeken, cereforarii. Daarna had om half één de ontvangst van de genoodigden door het Curatorium plaats in den foyer van de Nieuwe Ko ninklijke Harmonie. Hier was het ook, dat de eigenlijke 'openingsplechtigheid na te leven. Doorluchtige Hoogwaardigheden, on der dagteekening van 22 Maart 1924 werd aan ons curatorium de beslissing meegedeeld van het Doorluchtig Episco paat, dat het de taak was der R. K. .eergangen te Tilburg de zoo noodige R. K. Handelshoogeschool te vestigen en te ontwikkelen in de richting der Rotter damsche Handelshoogeschool. Gaarne hebben wij de ons gegeven op dracht aanvaard en dankbaar zijn wij voor den steun en bemoediging in de moeilijke jaren der voorbereiding van de zijde van het Doorluchtig Episcopaat ondervonden, welke, naar wij vastelijk vertrouwen, ook in de toekomst len blijven gegeven worden. Een voorrecht is het ons U.U.D.D.H.H. heden te hebben kunnen uitnoodigen ten einde in oogenschouw te nemen, op wel ke wijze het eerste deel der opdracht, de vestiging der R. K. Handelshooge school is volbracht. Vertrouwend, dat zulks niet al te zeer beneden uw verwachting is gebleven, zal het curatorium het op den hoogsten prijs stellen, indien ten bewijze daarvan U. D. H. Monseigneur de Aartsbisschop de R. K. Handelshoogeschool wel zal willen openen. Vervolgens werd o.a. het woord ge voerd door den Rector Magnificus, Dr. Th. Goossens, aan wiens rede wij het volgende ontleenen: Rede van den Rector Magnificus. Nu de R. K. Handelshoogeschool te Tilburg bij monde van den Aartsbisschop van de Nederlandsche Kerkprovincie, Mgr. Henricus van dp Wetering, officieel geopend is verklaard, en de Rector dier Hoogeschool als zoodanig voor het eerst in het openbaar kan optreden, is het wel een vereerende maar ook zware taak voor mij, hier het woord voor U te ne men. Een plechtig oogenblik belegen wij thans: een oogenblik, gelijk de Katholie ke voortrekkers van een halve eeuw ge leden zeker niet in zoo nabije toekomst mogelijk hadden gedacht, en gelijk zelfs de tijdgenooten, die weten, welke groote offers de R. K. Universiteit te Nijmegen vraagt, niet zoo spoedig als werkelijk heid zullen verwacht hebben. Een stout stuk, zullen mogelijk sommi gen mompelen; een roekelooze onder neming, zeggen of denken wellicht an deren; als een overbodige splitsing, kun nen weer anderen deze plannen betite len Een stout stuk. Neen, wij behooren niet tot degenerj, die te pas of ten onpas een hoera willen aanheffen op eigen vaak vermeende voortreffelijkheid. Dat zij verre. Wij willen niet met deft Pharizeeër voor in den tempel g.ian staan roemen: Heer ik dank U, dat ik niet ben gelijk deze. Er zijn nog meer dan genoeg feilen te veranderen, fouten uit te wisschen en onvolkomenheden te verbeteren, dan dat wij om anderen te overtroeven den bouw van een Babel- toren zouden beginnen. Doch wel aan vaarden wij gaarne de consequentie van onze verplichtingen van een groeiende Katholieke gemeenschap, die krachten beschikbaar kan stellen voor onderne mingen, waartoe zij eenige tientallen van jaren geleden niet bij machte was. Het gebouw onder eigen cultuur, waar voor de eerste Rector Magnificus van Nijmegen, Mgr. Dr. Schrijnen in zijn openingsrede zoo welsprekend betoog leverde, willen wij optrekken steen voor steen om omhoog te beuren het stralen de kruis, dat over alle gebied van weten schap ook zijn licht moge uitzenden. Geen roekelooze onderneming is het. Want met vertrouwen op de Goddelijke Voorzienigheid is toch de menschelijke voorzichtigheid bij de plannen en bere keningen aan bet woord geweest. Zijne Eminentie Kardinaal Van Ros- sum noemde de stichting der Handels hoogeschool een volstrekt noodzakelijk deel van het gebouw der Katholieke Kerk in Nederland. Het kan niet anders, of met deze uitspraak voor oogen zal ieder Katholiek zich verheugen, over wat hier heden tot stand is mogen ko men. Monseigneur! Uw langdurig pontifi caat mag in velerlei opzicht gezegend heeten, maar een van zijn glories zal in de geschiedenis blijven, dat het u gege ven is geweest het Katholiek hooger on derwijs in Nederland te grondvesten, eerst de grootsche stichting te Nijmegen in 1923, nu de meer bescheiden, wijl be perkter. stichting te Tilburg. Dat U. D. H,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1927 | | pagina 1