van het I Bal Masqué Artikelen en Maskers. I. koenot, thans Hekelstraat 3, Alkmaar. yjNoord-Hollandsch Dagblad” MODE-VAKSCHOOL. 'I J ar. Vrijdag 3 Februari 1®*8. Ne 3 Brief uit Australië. f Conferenties 'voor nlet-Katholleken. 30 cent per half pond. Beleefd aanbevelend, De strijd der liefde. Patronen Cursus. In 3 maanden knippen loeren. J FFICIEEL KERKBERICHT van Wordt vervolgd. en taaier de en O -a s 1 11 o vei (hier- van hartroerende brieven van adhaesie-bo- tuiging; zonder de minste moeite kwam de gedurige, nachtaanbidding tot stand. Beur telings laten de buisgenooten zich wekken in den nacht, die hun te toegeweten, om den Meester een uur lang te aanbidden, te danken, eerherstel te geven en Zjjn genade af te «moeken voor de wereld, die Hem zoozeer beleedigt in den donkeren nacht Ook Nederland telt reede zooveel deelnemer» dat ook ten onzent weldra geen nachteljjk uur meer zal verloopen, zonder dat ergens in een arbeiders-woning of een rijk heeren- van :hap De Zeereerw. Heer Jac. Boele ontvin den Weleerw. Pater E. van Baar den v< den brief. Curiositeitsbalve drukken we de copie on gecorrigeerd af, om eens te laten zien hoe spoedig iemand, die bij zijn vertrek uit Hol land, vier jaren geleden, zjjn Hollandsche raaf absoluut zonder fouten schreef, door zjjn verblijf in den vreemde, en door het niet spreken van de moedertaal, die taal vergeten kan. De brief dan luidt: wil dien minnend Het Werk der Intronteatie van liet H. Hart heeft zich in zeer korten tijd op won derbare wfjie een weg door de wereW ge baand. Een Peruviaanach Priester, over bij na geen vrijen tjjd beschikkend, maakt zjjn plannen aan de wereld bekend met behulp van eenige kinderen, die brieven voor hem schrijvenen andere zwakke werk tuigen. De wereld luistert, de kleine plant groeit snel omhoog, de boom draagt vele en zoete vruchten, Bisschoppen moedigen aan en schrijven er over naar Rome, de Pau sen ontvangen Pater Mateo in lange hap. teljjke audiënties en verieenen een schat van aflaten, een groot leger vin priesters en leeken, mannen en vrouwen, grijsaards en kinderen, armen en rijken scharen zich on der het vaandel van d< Liefde-Koning, Die een waren triomftocht begint over de geheels beschaafde en onbeschaafde wereld. Huisgezinnen, millioenen, vallen op de beloven, zelfs schriftelijk, dat zij der wereld; school- Itrofich, met rozen en lelien ver bet H. Hart, dat hun knieen en I breken met den kinderen, in feest< in de hand, jubelen het uit rond het sierde beeld van school wil zijn een koninkrijk van den God van liefde; fabrieksdirecteuren laten het ge raas der machines ophouden en knielen met hun werklieden voor den opgesmukten troon van den goddelijk en Werkman, en zweren, dut zjj nofrtt een anderen Meester zuilen volgen dan Jezus van Nazareth. In dorpen en steden worden triduüms ge preekt ter eere van het H. Hart van Jezus, Die heerschen wil door zijn liefde, en op den laatst en dag der oefening worden optoch ten gehouden met wapperende vaandels, mu ziek en zang en bloem er^. en bjj schitterende standbeelden van den Godmensch wordt door de schade plechtig beleden, dat Hij Koning is, niet alleen in de kerk, niet al leen in het huisgezin, maar ook In het open bare leven, over kunsten en wetenschappen, handel en nijverheid en over publieke ver makelijkheden. De Koningshulde werd Hem afzonderlijk gebracht in handelskantoren, in gemeente huizen, in stations, zelfs in gevangenissen. Geheele volkeren wjjdden zich aan Hem toe door ontroerend schoons plechtigheden. En wat al lauwe zielen zijn vurig geworden, wat al zondaars hebben den vrede de» harten terug gevonden in de zoete omhelzing van den Zaligmaker met het liefdevoile Hart, Die zich treffen liet door de gebeden, offer» en heilige Communiën van zjjn vrienden, die dagelijks smeek en om de uitbreiding van Zijn waarachtig Rjjk op aarde. Is het ook niet opvallend, dat wjj thans offers van de geloovigen mogen vragen, waaraan men vroeger niet had durven den ken? Pater Mateo dorst het bestaan, de huis gezinnen, de echte huisgezinnen van het H. Hart, uit te noodigen, den Liefde-Ko- ning niet alleen dee daags, maar ook dee nachts in bun woningen te vereeren, door dan de harde limboem-planken die de rust niet veel verzachten. Het muskietonet werd opgehangen, een deken op den bodem, iets gezocht dat als hoofdkussen kon dienen en klaar te bet bed. Zoo af en toe werd ik toch wakker; de matras was een beetje erg hard. Ik was morgens toch uitgerust en maak ten ons klaar voor den verderen toc.it. Het was Zaterdag en ik wilde me wat haasten, om wat vroeg in Mugil aan te komen ten einde mjjn Broe nog te treffen, voordat hij ergens op assistentie zou gaan. Reel* <>m 12 uur meende in Mugil aan te komen, maar dat viel me leljjk tegen. Om 8 uur k wp voor een rivier, die ik nog niet zoi gezien had. Hoe daar over te komt paard ging niet; de stroom was te st ven, maar heete kust: aan een dorp, waar weer halt gemaakt wordt inrekt wordt me een kokosnoot aangeboden te drinken, want op zoo’n lange reis is nil na< eerherstellende nachtaanbidding. Onmidde- Ijjk te er een juichkreet opgegaan en de oorop) werd beantwoord met een lawine 2#^ te benaderen, over de geheii te behagen, om verdwaal weer terug te voeren naar het Vaderhuis. Menscben van goeden wil, leden van den zoo beerljjk opbloeienden Euchartettechen Kruistocht, propaganda-clubs, leekenapoe- telen, helpt dit blaadje, dat doordeeeemd te met Uw geest en slechts enkele centen per jaar kost met armenvol over het land verspreiden, om zoo den weldoenden invloed van het Werk der Intronisatie in de huisge zinnen te vergrooten, maar vooral bidt en boet daarbjj voor de uitbreiding van het waarachtig Rjjk der Liefde. Mannen, vrouwen, jeugd, weet dat de arme verdwaasde wereld naar den ondergang holt en duizenden katholieken in alle landen hollen mee in dien verschrikkeljjken doo- denrit. Wat zal het einde zjjn, indien de besten onder ons den strijd tegen het kwaad niet aanbinden met meer energie volharding dan ooit te voren? Vergeet het niet, de Meester Kruistocht voor de eer van zjjn Hart, dat van uit het Tabernakel smeekt om koene ridders, op wier schild de woorden LIEFDE BOETE IJVER staan. Geen roe pers slechts met veel lawaai en vloed van woorden, maar wachtige strijders, die de ge voelens van Meester» Hart in eigen hart overplanten. Moed! *t Is de «trjjd der liefde; liefde overcint alles. PATER JOACHIM. 88. CC. iau>en i boog n! Te rk en de rivier té breed. Aan den overkant teg een kanos (een uitgghokie boomstam, waarmee de kanakken varen), maar deze was nog stuk ook. Van bet naastbjjzjjnde dorp had ik eenige lui meegenomen, die ons bjj h»l over zetten zouden helpen. Ze trachten dan er over te zwemmen en bet ging goel. De stroom wae echter sterk zoodat de k„.ioe eerst gemaakt moest worden, om mjj en mijn bagage er over te zetten. Ik ging er eerst over mte de kanoe en gelukkig en wel kwam ik aan den overkant. Mjjn pip-djp kwam direkt achter mjj aan. All.ien zjjn nou» kon hjj boven water houder. Zoo kw.tm alles behouden aan den overkant en konden we de reis weer verder voortzetten. Om 12 uur maak ten we balt om nog eens van de heer lijke reistpot te genieten. Vlug gingen we echter verder, om dan tenminste tegen twee uur in Mugil aan te kunnen komen. Nu kwamen er geen rivieren meer en kon ik dus gerust vooruit gaan, terwjjl dan de dragers achteraan kwamen. Dan ging het hier en daar in een gestrekten draf, om in korten tjjd een langen weg af te leggen. Ow kwart na twee kwam ia dan ook in Mugil aan. maar vond tot mijn spjjt mjjn Broeder niet thuis. Hjj wae sinds twee weken op Karkar, een groote vulkaan-berg in zee liggend, een twee uur varens van de knst Dat rotf dus slecht. Ik hield onderhand buiszoek bij hem en veel wat ook van mijn gading was; alles was van een familie en daarom ook alles van mij. Men schrjjft ons uit Beemster: Heden hield de WelEerw. Pater Wynan- dus 81uy» zjjn derde conferentie voor niet- katholieken met bet onderwerp: „Heeft God zich aan de menscben vertoond”. Dat Jezus van Nazerth heeft geleefd mag aan geen twjjfel onderhevig worden geacht. Het wordt door de beidensche geschiedente- schrjjvers van dien tjjd erkend. Spr. zal he den avond bewjjzen, dat Jezus van Nazareth waarljjk God is. Als eerste' bewjjs noemt spr. de voorspel lingen der profeten uit het Oude Verbond, waarin worden beschreven de geboorte plaats van Christus Betlebem, zjjn leven, Ijjden en sterven. Deze profeten passen op geen andere dan de persoon Christus Het tweede bewjjs zjjn de wonderwerken door Christus gedaan; werken, die alleen door direct ingrjjpen van Gods Almacht mqgeljjk waren. In Zjjn open baar leven heeft Christus zich meermalen zjjn werken beroepen om te getuigen voor de waarheid, dat hjj is de Zoon Gods. Voor de rechterstoel van Caiphas en ook voor den rechter Pilatus beeft Christus ge tuigd, God te zjjn, hjj heeft werken ge daan welke alleen door Gods Almacht kon den geschieden, zoodat wjj wel moeten aan nemen, dat Christus is waarljjk God of wel we zouden moeten aannemen, dat God zich met zjjn Almacht ten dienste stelde aan een mensch, die zich zelf de Goddelijke eer aan matigde en dat is onmogeljjk. Het derde bewjjs is, dat Christus voov- zoegin" heeft gedaan: o.a. bij den aan vang van zjjn dood hjj leerlinge: trekkeljjk kleim heele aarde zoa voorzegging »pn zalem valt af te leiden, dat het verleden, bet beden en de toekomst voor Hem is bet eeuwig nu m.a.w., dat Hij is Alwetend en dus waarljjk God. Als vierde bewjjs viert spr. aan de Hei ligheid en de Wjjsheid van Christus. Reeds als twaalfjarige knaap deed Chris tus de wetgeleerden verstomd staan over zjjn 'Wjjsheid. Van waar heeft deze zjjn Wjjsheid zoo vroegen zjj zich af, het is toch de zoon van een werkman. Door geleerden schrijvers, waaronder er velen zjjn, die Christus Godheid looebene wordt Christus genoemd een toonbeeld van Wjjsheid en vaa een onbevlekten levenswandeL Daar nu Christus >an Zicht zelf getuigds, dat hjj God is dan moéten wjj aannemen, dat Hjj waarheid sprak en dan zjjn we, waar we moeten wezen, ofwel we moeten aan nemen dat Christus hoewel wetende, dat Hjj niet is Gode Zoon, toch zich daarvoor uit gaf, of dat Christus zich te goeder trouw God noemde, meenende God te zjjn, terwjjl Hij liet inderdaad niet is. In het eene.geval te Hjj een leugenaar ca dat strookt fthu--net Zijn onbevlekten lo ven* wandelin hét tweede geval 1» Hij ge lijk te stellen met de gekken in een krank- ziniiigeugMlicht en dat ia te strijd met Zijn Wjjsheid, zoodat wjj ook op dit bewjjs Jezus Godheid moeten erkennen. Het vjjfde bewjjs is de voortdurende liefde en haat waarvan Christus het mid delpunt te. Spr. vraagt of wel ooit een man of vrouw hoe gevierd ook, gestorven zijnde, nog waaracbtiger liefde ondervindt, van de genen niet alleen, die hem of haar hebben gekend en bemind, maar ook door menschen over de geheele aarde verspreid. Christus wordt waarljjk bemind door mil lioenen menscben nu nog nadat reeds 1900 jaren zjjn voorbijgegaan, nadat hij zjjn ver lossingswerk heeft voltooid. Uit liefde tot Hem trekken menscben den oceaan over om aan de heidensche volkeren de leer van Christus te verkondigen. UH liefde tot hem verlaten velen een leven van comfort en weelde om zich ten dienste te stellen van de lijdende Menschheid. Is het waar, dat Jezus waarljjk bemind wordt, niet minder waar te het, dat Hjj, hoewel nooit anders dan aan de menschen welgedaan te hebben, toch het punt is, waarop de haat is gericht. Bjj den mensch, hoezeer h(j ook de haat van de menschen zich op de hals mocht hebben gehaald, eindigt alle*» met den dood; niet alzoo is het met Cchristus tegen Wien de haat voort duur, omadt Hjj, ge storven zjjnde voort leeft als een teeken van tegenspraak. Deze voortdurende liefde en haat is een bewjjs van Christus Godheid. Als zesde bewijs noemt spr. het succes van Zjjn kerk, die, ondanks bestrijding en vervolging, zich over de geheele wereld heeft verbreid. Spr. heeft hiermede het be wjjs gegven. adt God zich aan de menschen heeft vertoond en besluit zijn rede met te zegtren, dat indien Christus hier in zichtbare gedaante zou verschiinen. Hij met de Apos tel Thomas met hoofd en hart zou uitroepen „Mjjn Heer en mjjn God". Directrice, An VMD WESTERWEG 110 tegenover Lamoraalstraat K ALKMAAR. KNIPPATRONEN NAAR MAAT. VERPASSEN ONNOODIG. Bogia, 17-10-’27. Zeereerw. Rector Boele, Het is al weer zoo lang geleden, dat er iets van Bogia gekomen is. hjj heeft het zeker zeer druk! Al meer malen heb ik daarover geschreven en daarom zal ik me daarom maar niet moe maken: een langen brief scbrjjven is beter dan al dat klagen; want daar heb ik een broertje aan dood. Het was alweer een jaar geleden, dat we geestelijk, oefeningen gemaakt hadden, het werd dus weder tjjd daaraan te denken en de geschik- ste plaats en den geschiksten tjjd daarvoor uit te zoeken, om den geestelijken mensch weer wat op te frischen, waar ook de mis sionaris behoefte aan heeft als hjj het geheels jaar door met zjjn kanakjes tezamen leeft. Zoo wa» ik van plan dit jaar mijne retrait* in Alexis te houden, de boofdstatie onzet missie, waar ook de Bisschop resiedcert. Maar hoe daar heen te komen, want al heeft men het woord Alexis-haven gauw uit ge sproken, niet even gauw heeft men ook den weg daarheen afgelegd.. Dat te n.1. een al- stand van een dikke 5 dagen. En U moet die wegen niet zoo voorstellen zoeals de wegeu er in Holland uitzien, dan kom je leeljjk op de koffie En toch mag ik al niet klagen, want zittend kan ik er komen, al te het dan ook een zit van 5 dgen. Zou het dit maal te» zee of ter land gaan? Ik wilde gn land, want van de zee weet ik allee over later in den brief als ik den moed om liet te schrijven, daar dat gevaar op zee ju lang voorbjj te). Een goed schip hebben wn nog niet en de 'motorboot te maar heel ktein, als te ze ook zeevast, toch voel ik me beter te land dan ter see. Zoo gezegd zoo gedaan. Na de 15 Augustus zou de retraite beginnen er daarom zorgen, dat men op tijd daar te. Daar ik echter nog eenige statie» onder weg te bezoeken had, die op den weg liggen, ging ik al een 10 dagen vroeger weg, om in dien tgd te kunnen missioneeren. R. P. Koster zou dan een heelen tjjd alleen zijn, wat nu juist niet meevalt, daar de parochie bij uitstek zeer groot Ns en vele katholieken telt. Deu eersten Vrjjdag 5 Aug. m waaronder de schoolkinderei i openbaar leven wist hij welken sterven zou, dat hoewel net aantal in tjjdens zjjn openbear leven be was, Zjjn leer over de ge worden verbreid. Uit de de verwoesting van J ere na de school-mte, jn alle tot de H. Tafel gaan, zadelde ik mjjn paardje, dat mu weg zou brengen. Gepakt en gezakt gingen we op weg, afscheid nemend tot een weder zien over 5 weken. Mjjne jongens gingen alle vooruit en mjjn paardje volgde gewillig, den weg goed kennend, dien bet al zoo dikwijl» gegaan was. Het waren heerljjke zonnige da gen, die den mensch vrooljjk stemmen, nog meer, daar dan de weg goed begaanbaar i» en de revieren ongeveer droog liggen; ander» toch te het dikwjjls niet zoo aangenaam ei. nu en dan met gevaren verbonden. Waar gaat ge nu heen, vragen de kanak- ken en allen zjjn niewsgierig naar bet doel van de lange reis. Van alle kanten klinkt dan ook nog de Duidsche groet ons tegen „Gril»» Gott Pator!" En we eraan weer verder, want <len eersten dag wil ik komen tot Banara, een grootere bgstatie, waar ik blijf, om deu Zondag te vieren, want niet iedere week, ja zelfs niet iedere maand kunnen die kinderen naar de boofdstatie. Bogia, komen, daar de afstand te groot ia Het te een afstand vau ongeveer 8 uur te voet. Aleen op de hoogs feestdagen komen die naar -Ie boofdstatie eu moet men ze op andere tijden hen op gaan zoeken. Banara, het te een ijverig volkje. Zien ze me reeds van verre aankomen, dan komen ze aaugeloopen en zouden h-sst bjj mjjn paard opspringen van vreugde, dat de Pater wee» gekomen te, om ben te bezoeken. Den volgenden dag komen dan ook alle al in de vroegte haar de school, niet alleen de kinderen, maar ook de ouderen van dagen komen, om aan het ondericht deel te nemen. Alleen de kinderen zjjn hier katholiek, maar het zal niet lang meer duren of ook de grooteren kunnen tot kinderen Gods ge maakt worden, het doopsel ontvangen. In den namiddag gaan de kinderen allen te biegt om zoo zich voor te bereiden voor het ontvangen der H. C’otnjatinie van deu volgenden dag. Vreugde te zien, hoe de lui hier naar het II. Geloof verlangen, jammer, dat er zoo weinig arbeiders zjjn te den wjjn- berg des Heeren, om den rjjken oogst binnen te halen, die op heb veld te rjjpen staat. Mogen spoedig helpers komen, die dat groot© offer kunnen brengen; alles te ver laten, om dat eene doel: God en zielen! Den volgenden dag ging he< weer verdet langs de kust. Het is een bue rit. Het wrste dorp ligt anderhalf uur \.i>» le Statie. Het te al warm, de zon komt Imnier hooger. a>r wordt een kleine rust gehouden, om dan te Kaan en te genieten van de heerljjke zandkust, die alleen maar vele zweetdruppels vergt. Eentonig is de zit.... Zaet daar komt een motorschip aan; wie mag dat wel wezen? Vlug snijdt het door de gol ven, maar langzaam gaat het-rjjtuig over het heete kustland. Na twee uur komen we weer 1 dorp, waar weer halt gemaakt wordt, wordt me een kokosnoot aangeboden men altoos dorstig. De reiszak wordt ge opend, waar ik mjjn proviand in heb, om een stukje brood te snijden, daarbij bet water van den kokosnoot en het heerlijke maal te klaar. Eet smakelijk! En het smaakt ook famoos Na nog wat met de lui gesproken te hebben, stijg ik weer te paard, om de andere drie uur af te leggen die nog over- bijjven op de statie, waar ik dan weer een paar dagen yil blijven, om zelf de school te houden, die anders bjj afwezigheid van den Pater door een inlandscbe leerzar gegeven wordt. De revieren zjjn niet hoog, zoodat we zonder veel moeite ze doorwaden kun nen. Met vreugde wordt men begroet en allen zjjn bljj, dat de Pater weer eens gekomen te. Het te al laat te den namiddag geworden en gauw wordt er wat thee gezet en wat eten gekookt om de hongerige magen wat te stillen. Dit te nog een geheel nieuw© statie, juist voor een jaar geleden opgericht. Het zjjn slle zeer goede lui en wanneer hier een Pater gestatkmneerd zou zjjn. dan zouden in weinige jaren allen katholiek zjjn. Lang heb ik hier niet tjjo om te blijven. Want er is nog een statie verder op en reeds morgen kan de motrboot komen, om me hier af te halen, om de verdere drie dagen dagreis per boot af te leggen. Op een kwartier en en een half uur afstand» liggen hier de dorpen van mekaar, eenige met een bevol king van pl.m. 200 lui. We moeten dus weer verder om de volgende statte te bereiken, die drie uur van bier ligt: de groote statie Sapara Ook dvze statie te bet vorige jaar pas opgericht en teltr 120 schoolkinderen, die dagelijks de school bezoeken. Hier wil ik wachten tot de motorboot komt om me af te halen Na echter twee, drie dagen ge wacht te hebben wordt me het toch wat te lang en besloot ik maar over land verder te gaan. Het is alle dagen zeer slechte zee en mjjn leven waag ik niet graag voor de tweede keer. Hevig blazen iederen dag de Zuid-Oost winden, een verschrikkelijke zee daar buiten. Het te ook maar twee dagen te paard meer en ik ben in Mugil, de statie waar mjjn Broeder Willem gestationeerd te. Donderdag s avonds werd alles gereed gemaakt, om den volgenden dag in alle vroeg te te kunnen vertrekken. 7 uur was dan ook alles gereed en daar ging ie weer. Drie dra gers gingen weer vooruit en mjjn paardje volgde heel gewillig. De zon as niét te zien want dikke regen wolken kwamen op aan den horizon. Het te te hopen, dat we ge spaard bljjven voor regen anders te de reis niet zoo heel aangenaam. Het duurde niet of daar vielen reeds eenige druppels en spoedig veranderden die druppels in eeu stortregen. De regenmantel deed echter zjjn diensten en na dei* heerlijk frisschen regen was de tocht dee te aangenamer. De weg leidt ons immer langs de kust, zoo hier en daar door het bosch, waar de schaduw der boomeu een heerljjke afwisseling te bü de heete zonnestralen op het witte kustzana. Slechts hier en daar ligt een dorp met een zeer kleine bevolking. In een dezer dorpen houden we ons middagmaal, wat zeer een voudig te. Heerlijk gegeten! en na een kleine rust gaat het weer verder, want nog niet zjjn we aan bet einde van onzen dagreis geko men Het gaat steeds verder langs de een tonige kust. Nu ben ik dan gekomen aan het einde van mjjn gebied: twee en een halve dagreis van Bogia. Aan dit uitgestrekt ge bied van Bogia grenst het gebied van Mugil. van mjjn Broer Willem We kunnen nog een heel eind ver komen, de zon staat nog hoog Na anderhalf uur komen we weer aan een dorp, waar hutten staan als een bjjeenkorf. het dak reikt tot aan den bodem; slechts één kleine opening geeft toegang voor het eens groote ruim. Aan den kant zjjn eenige bedden gemaakt uit bamboe, waarop de lui slapen; meestal een bed voor een per soon. In het midden een smokend vuurtje waarom ieder gemoedeljjk zjjn pijpje of si gaartje zit te rookei». Het geheele ruim heeft maar een opening, waardoor allee in en uit gaat, ook de rook. Licht is het er heelemaal niet in en men moet eerst aan de donkerte gewennen, voor dat men iets kan zien Om 6 uur avonds wilden we halt maken, maar eei* goede plaats om te slapen was er eigenlijk niet. De kanakken van het kleine viese dorpje wilden ons dan ook graag wegbrengen naar bet naastbjjzjjndt dorp, waar een goed huis stond om te overnachten We waren eigen lijk al ver genoeg, ook wat de dragers be treft. maar een goed huis voor den nacht stond ons toch ook wel aan. We gingen dus verder Na een 10 minuten kwamen we aan een groote rivier die we doorwaden moesten'. De wal was tamelijk stjjl zoodat ik niet te paard in de rivier kon gaan. Eerst bet paard er maar in en van den wal af stapte ik weer te paard, want de rivier was niet zoo diep, dat ik niet te paard kon blijven zitten. Nog ©en klein beetje moest het paard zwommen, daarom de beenen boven op het zadel en daar droeg het makke beesje me over het water, en kwam ik droog voets aan den overkant. Gelukkig waren we er over en waren ook in ons lager aangekomen. Dat was een mooie voorsprong voor den volgen den dag; het grootste van den .weg waa nu afgelegd. Het was al donker geworden. De lui brachten water en brandhout zoodat we terstond ons ovandmaaltje klaar konden ma ken, wat al net zoo eenvoudig was als dien middag in het dorp. Na ons te goed gedaan t© hebben aan de reist en visch, zochten we een plaatsje voor de nachtrust. Niets anders verloopen, zonder dat ergens huis, een minnende ziel den Konit allen in liefdevolle aanbidding gez houdt. Velen »»eten niets van al het schoon», dat in hun omniddelljjke nabijheid de Engelen des Hemels verheugt. Jammer, want er zjjn veie zielen ontvlambaar genoeg, om, door een enkele vonk getroffen, mede het juieb- lied aan te beffen voor den Minnaar der menschen, maar die vonk moet bun worden gebracht. Dit kan zoo gemakkeljjk. Iedere maand verschijnt er een klein courantje „De Liefde Koning” (uitgave vna de Pa ters der H.H. Harten te Ginneken), dat tel ken» en telken» den lezers weer verhaalt over de wonderen van het H. Hart, over de suc cessen van het Intronisatiewrk, over de middelen om ’s Meesters Hart nog dichter te benaderen, over de geheimen om dat Hart te behagen, om verdwaalde hutegenooten

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1928 | | pagina 14