g I i 1 5 „ONS BLAD” 3 I f BureauHOF 6, ALKMAAR - Telefoon r UIT DE PERS. De Troonrede. NIEUWE ABONNé’S. Gratis en franco. No. 219 alkmaar 1MM Woensdag 19 September *29. FEUILLETON. De vier gedenkwaardige Jaren van de familie van der Velde door AbonnenwnteprU* i Aan •botwiA*» wordt op aanvrage gratia een poll» verstrekt, wik» hen vsriskaritegtn ongevallen tot een bedrag van f 3000. f 750f 250. f 125. f 50. BUITENLAND. Verspreide Berichten. f40.— GUO ALKMAAR 1M863 GUO ALKMAAB HMM - X 1 gevallen. van wie men vreest, dat zij verdronken zijn. zulke be- M. on* \Vur«lt vervolgdjf. - 7 6 0 2 I I 1 Zig, die zich per 1 October a*, op Mt bled abonneeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende summers DB ADMINISTRATIE. *f Z85 a f O.flO hooger onder- het- I om- NOORD-HOLLANDSCH DAGBLAD vooruitgang vredelie- wan- Uit De Nederlander: Tn menig opzicht merkwaardig ia de rede, JAN VAN MERLEN8TEIN. greeting en wederom voeren Nieuwen Waterweg van Rotte: zee aan. „Dit ia een zeer buitengewone gang vaa zaken, Excellentie", merkte de gezant op. „Gij hebt mij tot dezen tocht uitgenoodigd, noewel wij in een situatie verkeeren, die bet nog maar nauwelijks toelaat, dat wjj zulke tochtjes ondernemen”. „En stuk van bescheidenheid en van jnist begrip van dén politieken toestand, waarin wq verkeeren en dus niet uitermate belang rijk”, aldus kwalificeert „Het Vaderland” de troonrede. Ten minste niet belangrijk in dien zin, dat hier beginsel tegenover beginsel ge steld wordt. Maar dat ligt niet op den weg van het tegenwoordige kabinet, dat juist daaraan zijn oorsprong beeft te danken of te wijten, al naar men dat noemen wilt, daar de beginselen sedert lang niet meer met niets ontzienden moed, zonder zich om verlies of winst bij de kiezers te bekom- de gedachte, dat dit wapen in trouwbare handen is”. De conferentie eindigde met het bespre ken van de verdere stappen en wij verlie ten het ministerie. Voor wjj naar Wasse naar reden, zond vader een telegram naar Rotterdam, dat het jacht tot ^nmiddelljjke afvaart gereed moest liggen. Kort voor drie uur ’s middags verlieten vader, Gerard en ik weer de villa en reden naar Rotterdam, waar wij om half vier aankwamen. Wjj had den den concentrator meegenomen en stel den hem in de safe-hut van de „Zwaluw” op. De gasten, die wjj verwachtten, waren precies om vier uur op de landingskade en onze motorboot bracht hen vlug aan boord. Het waren de minister-president, de heer Vermuylen, en twee heeren, die wjj niet kenden, doch die later de gezant, die thans het ultimatum bad overgereikt, en de ma- rine attaché van dit gezantschap bleken ie zijn. Er volgde een korte, afgemeten be door den sn op de fhr kwartaal vaar Atkizzr* Voor buiten Alkmaar. Mat Geïllustreerd Zuudzgzhlzd waarmede Hare Majesteit de Koningin heden de nieuwe zitting van de Staten-Oeneraal opende: merkwaardig om den optimistische» ':ening der zien harer leven. complexen vragen dringend waarborgen, dat niet aan wellicht tijdelijke nooden offers worden gebracht, die vernietigen, wat aan sterke en diepe behoeften bevrediging Schenkt. De vrienden van de schoonheid van ons land krjjgcn dan eindelijk dien vruchtbaren overheidssteun, waarop zij recht verkregen door hun krachtig initiatief en de offers, die zjj zelf brachten. De publieke lasten moeten worden verlicht. Dat dit door de regeering wederom voorop wordt gesteld geeft hoop. Het is het voor naamste lichtpunt in deze troonrede, aldus het Amsterdamsche orgaan. DE ONTRUIMING VAN HET RIJNLAND. In goed ingelichte kringen te Genève ver wacht men, dat de diplomatieke onderhande- lingen over de ontruiming van het Rijnland midden October zuUen aanvangen met het wisselen van nota’s door dé ambassadeurs in de hoofdsteden der geallieerde landen. Tjj- dens de Decemberzitting van den Raad van den Volkenbond zal een nieuwe conferentie van de vertegenwoordigers van de zes be trokken mogendheden gehouden worden. Aan deze conferentie zal ook België-deelne men. al is dit land dan ook niet als lid van den Raad v. d. Volkenbond te Genève ver tegenwoordigd. Op deze conferentie zullen de besprekingen worden gevoerd over de verdere stappen welke zullen moeten worden ondernomen. De „Standaard” acht van bijzonder belang de toezegging van een ontwerp tót herziening van de financieels verhouding tusschen het Rjjk en de Gemeenten. Wjj mogen wel aannemen, dat dit ont werp zeer spoedig bh de Staten-Generaal zal worden ingediend. De nood van vele gemeenten dringt tot deze herziening. De vraag is echter, langs welken weg de regeering dat uiterst moeilijke probleem tot oplossing wil brengen. Wjj willen wel zeggen alleen zulke op lossing te kunnen aanvaarden, die de auto nomie der gemeenten niet verder In hot gedrang brengt. Dit historisch goed der zelfstandigheid, voor ons volk van groote waarde, staat bjj ons in deze quaestio het hoogst. SCHEEPSRAMP. Vermoedettjk 17 dooazn. Het s-8. „Manaso” met vrachtgoederen on passagiers aan boord is op het Huronmeer met 17 koppen bemanning en 4 passagiers gezonken. Vijf der schipbreukelingen werden, nadat zjj gedurende 60 uur op een vlot had den rondgezwalkt, in volkomen uitgeputteu toestand door het s.s. „Manitoba” opgepikt, de eerste-machinist McGutcheon overleed echter ten gevolge van de doorgestane ellen meren, in de Nederlandsche natie werden uitgedragen. Toet is de Troonrede niet onbelangrijk, en vooral niet, waar bet gaat om wat in bet huidige stadium van de Nederlandsche politiek het vraagstek kan genoemd wor den; onze lezer zal begrijpen, dat wjj daar mede onze vettooodiag tot Indië bedoelen. 8unwna sumenarum vindt het blad de Troonrede zeer omdat zjj ruim schoots gaf wat in de tegenwoordige poli tieke omstandigheden mocht verwacht wor den. Duitsche delegatie itige ontwikkeling van die in een toekomsti- gebruikt werden. De loop was van brons, iets meer dan een meter lang en ongeveer 14 centimeter dik. Daar ik geen ander ge schikt voorwerp zag, besloot ik dit kanon maar op te offeren. Ik begaf mjj in het aan de groote kamer grenzende werkkabinet van den Minister en stelde den concentrator op. Dan ging ik terug en verzocht den aanwe zigen ’t kanon gade te slaan. Ik wilde de zaak niet lang rekken en vooral door snelle handeling mjjn toeschouwers van de groote werkkracht van ons „nieuw wapen” over tuigen. Ik was van plan den loop van het kanon in het midden af te breken. Vlug ging ik naar het kabinet terug en stelde den con centrator in. Het volgend oogenblik boor de ik den bons van de zware buis en keerde in de kamer terug. De verrassing van de toe schouwers was, tooals wjj verwachten kon den, volkomen. Generaal Vermuylen hief met moeite het afgebroken stuk van den loop op en bekeek de breukvlakte. „Ongelooflijk! Men vertrouwt zjjn oogen niet! En daarbij nog door een muur heen en volkomen geruisdnk>oe. Het la een revo lutie in de moderne bewapening. Het la een wapen der toekomst”. Waarop een ernstige stem antwoordde: ,<D*t echter nooit tot aanvatedoeleinden gebruikt zal worden. Mijnheer Van der Vel de, meer nog dan deze proef bevredigt mjj De Tijd heeft zich afgevraagd of tot een bespreking van deze troonrede wel aanlei ding bestond. Op zichzelf biedt deze absoluut kleurlooze rede te weinig stof voor politiek commentaar. In het constateeren ven dit feit ligt geen verwjjt aan het adres van de huidige Re geering. Zjj doet wat bjj haar optreden aan het Nederlandache volk in het uit- iebt is gesteld, en het zou geheel onbil lijk zjjn van dit ministerie iets te eischen, wat niet strookt met het standpunt, dat van den beginne af op den voorgrond is geplaatst. Het voeren van een kleurlooze politiek is sedert Maart 1906 richtsnoer van staats beleid en in dit opzicht heeft bet kabinet- De Geer de verwachtingen niet beschaamd. Integendeel, de thans uitgesproken Troon rede Ijjkt een model voor alle toekomstige regeerders, die meenen, dat extra-parle- mentair gelijk is aan neutraal in liberalen trant. In de Troonrede zoekt men tevergeefs iets omtrent plannen van de ministers van Defensie, Waterstaat, Onderwijs en Kolo niën, zoodat de productie van wetgevende maatregelen aan deze departementen blijk baar is stopgezet. EEN REDE VAN ALBERT THOMAS. Over de ontwikkeling van de Duitsche industrie. De secretaris-generaal van het Duitsche ministerie van arbeid, de heer Geib, heeft een bezoek gebracht aan het internationaal ar beidsbureau, waar de directeur Albert Tho mas hem ontvangen beeft. De heer Thomas hield daarbij een rede met een algemeen de aandacht trekkende toespeling op de woor den van Briand de vorige week In de Vol kenbondsvergadering, toen Briand als het ware verwjjten tot de sprak ever de reusach: de Duitsche industrie, gen oorlog de Duitsche oorlogskracht bijzon der kon versterken Thomas verklaarde dat in de groote de batten van internationale politiek de nieuwe vooruitang der Duitsche nijverheid menig maal genoemd wordt als een mogeljjke oor- logsfactor. Thomas verklaarde echter, na een ervaring van 9 jaren overtuigd te zjjn. dat een groote industrieels vooruitgang, zooals in Duitse bland, ook een prachtigen vredes- factor beteekent. Wanneer men vaststeit den van de groote republikeinsche en vende Duitsche arbeidersorganisaties, neer men denkt aan de soliditeit waarmede de Duitsche verzekeringskassen zjjn opge bouwd, die aan het geheeie Duitsche arbei- dersvolk een geruste veiligheid van den ouden dag verschaft, wanneer men het oog gericht houdt op het prachtige en algemeen® streven der Duitsche arbeiders naar een hoogere en zedeljjke, menscheljjke bescha ving, dan moet men de zekerheid hebben, dat in Dnitschland ook een vredesfactor zich ontwikkelt, waarvan de geheeie wereld het genoegen zal hebben die in hei geheeie vol- kenbondswerk tot uiting te zien komen. De heer Geib bedankte den heer Albert Thomas voor zjjn woorden en verklaarde te vens mede te brengen de ratificatie door Duitschland van twee internationale arbeids- conventies, natneljjk die voor de vergoeding in geval van beroepsziekten en de conventie over de gelijkheid van behandeling van bui- tenlandsche en nationale arbeiders met be- Bn trekking tot de vergoeding voor bedrijfson- de. Zestien personen worden nog vermist, Cttshendun zoodanige onjuists voorstelling doding van den heer Loudon Ts men. DE HAVENSTAKING IN AUSTRALIA. Groote verflezen voor den woihandcL De Voorzitter vaa de Kamer van Koop handel te Sydney heeft In een rede het vol gende gezegd: Wjj worden bedreigd door een verlamming vaa den Jiandel tnsschen de Australische staten en van den uitvoerhan del. De havenarbeidersstaking beeft onbe rekenbaar nadeel toegebracht aan den wol ver koop waarvan onze flnancieele industriee ls en commercieel» positie afhangt Er zijn reeds reusachtige verliezen geleden en als aan deze worging van onzen zeehandel niet onmiddellijk een eind wordt gemaakt, zal het aantal werkloozen in de honderdduizend» loopen. Het Volk schrijft: De troonrede beeft nagenoeg geen prac- tisch wetgevend belang en zij mist vrijwel alle politiek belang. In politiek opzicht be duidt zjj alleen wat, vsor zooverre zjj ons nog eens duidelijk maakt, welk een verwer- werpeljjk instituut een aiet-parlementair in- tennezzo-kabinet als het huidige is. Er is geen sprake van, dat dit kabinet de aangekondigde reeks van;wetsontwerpen nog tot wet zal zien worden en een volgend ka- binet, na de verkiezingen optredend, kan er heel anders over denken. Wien kan het nog interesseeren hoe dit kabinet er over denkt? Ten aanzien van den landarbeid is deze conservatieve minister van arbeid nog niet verder dan wjj-dertig jaar geleden voor de industrie waren. Dat ook de volwassen land arbeiders recht kunnen doen gelden op een zekere beperking vaa hun arbeidsduur, hoo gematigd ook, is tot dezen bewindsman nog niet doorgedrongen. Dit teekent welk een on ding dit kabinet is. Het is alles behoud wat de klok slaat. Wjj lezen in de troonrede woorden van droefenis, dat de pogingen tot internationale vermintfé- ring van bewapening niet opschieten. Die droefenis deelen wfj, te meer omdat de re- geeringsafgevaardigde Rutgers te Genève in da< „niet sneller tot tastbare resultaten lel den” zjjn volle aandeel heeft Maar bij droefe nis over de internationale slabakker|j laten wjj het niet Wjj stellen daarnaast den siech dat in eigen land al vast de vermindering van bewapening wordt aangepakt. Wie zou zoo Bte vaa- dit knMnet vorwnobten? Het treurt sa.wapent Het kabinet-De Geef, het bljjkt nog sens weer uit deze troonrede, is slechts een sta- in-den-'weg voor de friaoehe hervorming, die het overgroot» deel der bevolking behoeft Maar in wezen is het toch niet do regeering die de sta-in-den-weg is. In wezen is de sta-in-den-weg de huidige volksvertegenwoor diging, die geen parlementair kabinet kan of wil opleveren, en dit behoudend zaken kabinet in stand houdt. toon merkwaardig om de afbakenir houding van de regeering ten aanzien bemoeiing met het economisch» merkwaardig om het nieuwe werk, dat bjj den aanvang van het vierde jaar der parle mentaire periode nog in uitzicht wordt ge steld. Enkele vraagteekens zouden wjj hier en daar willen plaatsen. Omtrent den toestand van land- en tuinbouw rjjst de vraag of de gunstige gegevens, over welke de regeering bljjkbaar beschikt, het gansche find raken? Onze indruk is, dat de afzet der producten van land- en tuinbouw, geteeld onder'zeer gunstige omstandigheden, zeker mooie re sultaten opleverde; maar dat de toestand in streken met weinig vruchtbaren bodem en kleine kapitaalkracht minder rooskleurig was. Zoo mag ook gewaagd worden op welke positieve gegevens het vertrouwen rust, dat de besprekingen met België inderdaad zullen leiden tot de door alle goede vaderlanders begeerde bevredigende uitkomst. Met groote belangstelling zal in scheidenen kring worden opgemerkt geen in de Troonrede wordt vermeld trent den aard van de regeeringszorg voor het bedrijfsleven. Van protectie, in engeren zin, wordt niets gemeld (voor sommigen misschien een teleurstelling). Echter wordt gesproken van gunstige verschijnselen bjj handel en nijverheid „ondanks kunstmatige belemmeringen in het internationaal ruil verkeer.” Dus bjj het wegvallen dezer be lemmeringen ware de toestand, vermoedeljjk nog gunstiger ge wees». Fn. fis maatregelen tot versterking der positie van onzen land bouw, worden uitsluitend genoemd „ontwa tering en ontginning tot verhooging van het voortbrengingsvermogen van den bodem”. Psychologisch inzicht is aan de stellers dezer Troonrede stellig niet te ontzeggen, merkt „het Handelsblad” op. Zjj zjjn zich bewust geweest, dat een volk, met een leidsvrouw als Koningin Wilholmina gezegend, evenzeer redenen heeft tot erken telijk!leid als tot geloof in de toekomst. De woorden kregen beteekenis door de stem, die ze deed klinken. Niet door den inhoud van dit vlakke staatsstuk, waaraan de ver dienste moeten worden toegekend, dat het de zedeljjk staatkundige malaise van nu zuiver weerspiegelt. Niets verraadt, dat hier een regeering aan het woord is over een volk, welks grootste tjjdeljjke belangen aan haar zjjn to«ver- trouwd. x En even nuchter als de schets van den toestand ten onzent en van het Rjjk over zee, is de opsomming van de voornemens der regeering voor dit laatste jaar der wetgeven de periode. Met groote voldoening begroeten wjj het voornemen om een stevigen wettelijken grondslag te geven aan de bescherming van •hetgeen er rest der monumenten van natuur en kunst. De voortdurende concessies, die men meent te moeten doen aan het verkeer, de geweldige uitbreiding der bebouwings- Advertentieprijs Van 1—0 regels fl.25; elk* rcg«l amr f 0.39. R*ct*nw m reg el 10.75 voor de eerste pagina j voer de overwe pagina’s f 030 j Rubriek „Vraag en aanbod** bR vocrmtbetaSng per plaatsing r0.60 per advertentie van 5 regels j iadare regel meer f 0.12. De minister reikte ons het contract over en wjj zagen er een onderteekenlng op, die ons allen twjjfel benam, dat wjj er op vertrou wen konden, dat onze Staat ei nooit aan denken zou, dit contract te breken. Ditmaal onderteekenden wjj allebei en vader gaf den Minister een van de origineele documenten terug. Dat was het eenige document dat als een historisch bewijsstuk heden nog in de archieven van onzen Staat wordt bewaard en later nog een groote rol in ons leven zou •pelen. Ik had den concentrator meegebrachL Hem, die er ver vandaan stond, moest het als een groot photografie- of projeotie- toestel voorkomen, te meer daar er een zwarte doek overheen geslagen was. Ik keek in de kamer rond. Deze was zeer groot en bevatte een aantal historische voor werpen, waaronder zich toevallig esn van die kleine kanonnen bevond, sooals vroeger op de schepen der Oost-Indisobe Compagnie feit zjjt gjj natuurlijk volkomen op de hoog te”. Dat schip is uw voorpost en ik neem aan, dat het ook bet eerste zou zjjn, dat de even tueel» vijandelijkheden tegen ons zou be ginnen. Let u nu op de verdere ontwikkeling van de zaak”. Vader overhandigde beiden heeren verre kijkers, die zjj verwonderd op het schip in stelden. Plotseling boorden wjj den marine- attaché uitroepen: „Het schip vaart met volle kracht op ons toe en er heerscht een paniek aan dek”. Gerard was begonnen het schip met den concentrator in onze richting te trekken. Natuurlijk bediende hij den concentrator van uit de safehut, waardoor h|j voor onze gasten onzichtbaar was. „Waarachtig”, riep de gezant uit. „De matrozen loopen door elkaar heen en weer. Wat sou dat beteekenen?” _De officieren hébben de orde weer her steld. De paniek bedaart”. „Er worden geweren en revolvers ultge- óeeld" „Maar u weet toch, Excellentie, dat u op dit tochtje ons antwoord te booren zult krjjgen”, antwoordde onze minister. „Dat begrjjp ik niet. Had u mjj dit ant woord dan niet in Den Haag kunnen geven, Excellentie? U moet toch reeds weten, boe het uitvalt”. „Dat is het juist, wat ik niet weet, Excel lentie”, luidde bet geheimzinnige antwoord van onzen minister-president „Ik verwacht van u, Excellente, dat u mjj het antwoord zelf geven zult. Vandaar deze tocht”. „Neemt u mjj niet kwaijjk, Excellentie, dat gaat mjjn bevattingsvermogen te boven”. „Mag ik u verzoeken nog een beetje ge duld te hebben, Excellentie?” antwoordde onze minister. Wjj kwftmen in open zee. Daar wjj met volle kracht gingen, dus ongeveer drie en vjjftig mjjlen per uur aflegden, bereikten we de grens der bekende zesmfjlen-sone zoowat in acht minuten. Wjj voeren deze zone door, precies in Weeteljjke richting en na vijftien minuten brachten wij de machines tot stil stand. Terstond schommelde de ,.7/waluw” •onder vaart op de kalme golven. De minis ter wendde zich tot den gezant en den atta ché. „Hier, mijne heeren, begint uw aibeids- veld. Onze verkenningsvliegtuig*® h«M>en ons gemeld, dat het schip daar aan den ho rizon uw torpedojager /Tiger” is. Van dit De Maasbode: Onze conclusie is, dat het een troonrede is zonder veel inhoud, waardoor de regee ring zich niet bloot geeft en waarover z(j~ moeiljjk lastig kan worden gevallen. Intusschen laat het blad niet na op heel wat slakjes zout te leggen, als daar zjjn de economische paragraaf, de welvaartspoHtiek, de paragraaf omtrent den toestand van land en tuinbouw: Dat de toestand van land- en tuinbouw tot erkentelijkheid stemt, kunnen we niet geheel beamen. Dit jaar zjjn ▼oor de productie mooie prjjzen gemaakt, maar daarmede is deze tak van volkswelvaart nog niet ge zond. Door verhooging van hst voortbrengings- vennogen van den bodem wordt dat even min bereikt. Noodig ie esn uitbreiding van het afzetgebied voor de producten en daar- mui vordt niets gedaan; men laat dit geheel .aan particulier initiatief over. Dal het onderwerp inzgke bet pachtcon- tract in vergevorderden staat van voorbe reiding Mh beteekent dat deze regeering het niet in bet staatsblad zal brengen. Toch zon hiermede de landbouw meer gediend zjjn dan met de nu betuigde erkentelijkheid. Met den bljjmoedigen toon omtrent het verdrag Kellogg stemt het blad niet in. Wat de besprekingen met België betreft: De mededeeling over de hernieuwde be sprekingen met België vertolkt den wensch van voor- en tegenstanden van het verwor pen verdrag. Zonder uitzondering verlangt leder hier te lande, dat wfj tot een bevredi gende oplossing zuilen komen. Belangrjjker zou het geweest zjjn, als de regeering had medegedeeld, dat, als gevolg van het nader onderzoek hier te lande van het samenstel der vraagstukken, de bespre kingen heropend waren. Is er omtrent al de punten, die bjj de be handeling van het verdrag in de Staten-Ge- neraal tot zoo breedvoerige beschouwingen aanleiding hebben gegeven, reeds klaarheid gekomen en is een zoo groot mogeljjke een stemmigheid reeds verkregen? Van het toegezegde booren van alle mo gelijke vertegenwoordigende lichamen heeft men niets vernomen en de gfoote vraag blijft, of zonder deze voorbereiding een be vredigende uitkomst wel verwacht mag wor den. DE VOLKENBONDSRAAD. Uit de ontwapeningscommissie. De derde commissie der volkenbondsver gadering is gisteren begonnen met den hoofdschotei van haar arbeid, n.l. de be spreking van het toekomstig program der volkenbondswerkzaambeden om te komen tot een groote ontwapeningsconferentie. Jhr. Ix>udon legde de zeer belangrijke verklaring af, dat het zjjn voornemen was, dén regeeringen van de Vereenigde Staten van Amerika. Engeland, Frankrijk. Italië en Japan te vragen om bun vertegenwoordigers spoedig naar Parjjs of elders te zenden, opdat deze daar in tegenwoordigheid van den heer Loudon gemeenschappelijk besprekingen zouden kunnen voeren om het bekende strijdpunt inzake de methoden van vloot- beperking tot oplossing te brengen. Tx)rd Cushendun wendde zich in scherpe woorden tegen den heer London en verweet dezen, dat hij zjjn plan had aangekendigd van een bijeenkomst der groote zeemogend heden te Parjjs, zonder dat hij klaarblijke lijk de hier aanwezige gedelegeerden dier mo gendheden over z|jn plan gepolst had. Lord Cushendun vroeg den heer Loudon of hij wel jnist inzag, welk een groot» draagwijdte zjjn plan had Volens Lord Cushendun zou die bijeen komst te Parjjs niet minder beteekenen dan een nieuwe Washingtonsche conferentie tot vlootbeperking. ofschoon in de Washington sche conventie bepaald is. dat de herziening daarvan eerst in 1931 zal plaats vinden. Lord Cushendun verklaarde zich verplicht, te verklaren, dat naar zijn overtuiging geen enkele groote zeemogendheid de uitnoodiging van den heer Loudon zon aanvaarden. Onmiddellijk hierop verlangde de hoer Loudon het woord voor een korte repliek aan het adres van Lord Cushendun De heer London verzekerde, dat het natuurlijk nim mer bfl hem opgekomen was, dat de voorge nomen Parjjsche bespreking eenigermate het karakter van een nieuwe Washingtonsche conferentie zou dragen. Wat de heer Loudon bedoelde, was vaa veel bescheide ner aard. t Na des» levendigs woordsnwisseling tus- sehen lord Cushendun en den heer landen, vond de voorzitter Carton de Wïart *t maar het verstandigst», de verdere besprekinen te verdagen. Het werd in veie kringen inderdaad onbe grijpelijk geacht, hoe lord Cushendun tot van de be kennen ko-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1928 | | pagina 1