van het „Noord-Hollandsch Dagblad” J i i No. 39. Vrijdag 28 September 1928. Bijgeloof. EPISTEL EN EVANGELIE. 2 62. floor hot lobooio land ma do Mom oa van .JUK EK LIKDEI bekend ELS DE BESTE". Over Lijkverbranding. De Paters Montfortanen. 9 r OFFICIEEL KERKBERICHT Op vooral i kunnen getuigen. o van de wet o dezen I I en van OP DEN ACHTTIENDEN ZONDAG NA PINKSTER. Epistel uit den eersten brief van den H. 'Apostel Paulus aan de Korinthiërs; I, 48. Broeders, ik dank mijnen God altijd uwent wege, voor de genade Gods, die u in Jezus Christus gegeven is. tiaar gij in Hem rijk zjjt geworden in alles, in alle woord, in alle kennis, zoodat de getuigenis Christus in u bevestigd wordt, zoodat u, die hadd voor dere. men not dan misl gelukkige ^dag om op reis te gaan ROME’S NIEUWE GOUVERNEUR. Zijn vader is priester. Prins Francesco Boncompagni Ludovicl, de nieuwe gouverneur van Rome, is de zoon van een priester, n.l. van mgr. prins Hugo Boncompagni Ludovicl, vice-camerlengo van Z. H. den Paus. Mgr. Ludovici werd priester, na den dood van zjjn echtgenoote en is nu een van oud ste kanunnikken van Sint Pieter. Centen, stuivertjes, dubbeltjes, misschien ook kwartjes, maar verder durf ik niet gaan. G rooter sommen tegelijk zijn er wel niet ingekomen. „We hebben er zeer lang voor gespaard, Father”. Wat een heerlijk bewijs weer van offerzin. Dit kwam uit Obdam, maar ik heb nog wel eens zoo'n geval meegemaakt. Gelukkig als dan die vrienden zjjn, als ze de f 100.be reikt hebben! Ja, het valt niet mee om het zeer lang vol te houden. Men begint wel eens meer te sparen, doch er komt zooveel verleiding, vóórdat men zijn doel bereikt heeft, dat de spaarpot altijd wel lek schijnt te zjjn. U kent toch dat verhaal van dien boeren knecht, die gespaard had om een retraite mee te maken. Maar hjj had ook een zwak voor de kermis/ En omdat hij bang was, dat de muizen aan zijn zilverbons zouden knagen en de zii/eren guldens zwart zouden worden van het liggen, ledigde hjj zijn spaarpot in zijn zak. Maar hjj was altijd een zakeljjke jongen geweest en daarom legde hjj eerlijk een schuldbekentenis van zooveel gulden in zijn spaardoos. En toen hij kwam te sterven, vond men een heel bosje van die schuld bekentenissen. Gespaard had ie; mair zóó, dat zyn baas de begrafeniskosten moest be talen. Ja, het valt niet mee, als je zelf van nat houden \houdt en als Ljjp en Trien en Kniertje veel van advocaat en anisette houden. Ja, ja, Pater, dan valt het nijt mee. Dat hebt u zóo niet bii de hand gehad. Missiehuis, Hoorn. Father Lefeber, Postrek. 120937 Directeur. Door ineens of bjj gedeelten honderd gulden te schenken wordt u medestichter(es) van dit Missiehuis. Evenals er tegenwoordig nog zeer velen gevonden worden, die geloof hechten aan de beschermende of gelukbrengende werking van mascotte of talisman, zoo pleegvie men vroeger veel bijgeloof door het werken met krachten van geheimzinnig toebereide poeiers en zalfjes of in een bepaalden hacht geplukte kruiden. Maar in dat bjjgelooAvan vroeger school toch nog een zweem van kin derlijke natuurpoëzie die we tegenwoordig missen. Bijgeloof op zich zelf is natuurluk verkeerd, maar toch, als we 't goed be schouwen, heeft het naast z’n verkeerde eigenschappen ook een zekere ongeregelde instinct-aandrift. Immers in hoeveel sagen,' sproken en verhalen spinnen zich niet een paar geheimzinnigheden, verborgen krach ten, zeldame kruiden, griezelige toover- spreuken, alleen aan oude kollen en heksen bekend! Reeds in de tijden der Bataven kende men de z.g. „runen” (berijmde spreuken), waar van men heilig getoefde, dat ze konden ziek maken en genezen, wonden boelen"' slaap verwekken, en zelfs den dood bezweren. Ze worden dan ook heel veel aangetroffen in da Germaansche Mythologie. Zoo had men besprekingen tegen hagel, vuur en on weder en zóó ver ging de macht hiervan, dat men door een rune een dief kon dwingen 't ge- stolene terug te geven. Oude wijven, die de kunst machtig waren, klopten hier mee heel wat geld uit de beurzen van 't goedgeloovige volk. Anderzijds was 't absolute stilzwijgen ook een gewichtige factor bjj vele tooverhande- lingen. Zoo moest b.v. de schatgraver den verborgen schat zwijgend opdélven, anders bad hij alle kans, dat ze plotseling tiental- len meters lager zonk. Het water uit heilige bronnen moest in stilte geschept worden, daar de. kracht anders verdween. In de eerste eeuwen reeds.geloofde men vast, dat het onheil brengt over den geluk kigen afloop eener zaak te spreken; immers de góden zouden jaloersohworden op het geluk der menschen en hun rampen overzen den om hen itederig en onderworpen te ma ken. Tot in onzen tijd toe is dit bijgeloof blijven voortbestaan. Want zoodra iemand zoo onverstandig is, zich op zijn voorspoed te beroemen, hoort men direct zeggen: „Gauw afkloppen, want andere gaat het juist slecht!” In verband hiermee zou ’t ook een groote roekeloosheid zijn, vóór de geboorte van den aanstaanden wereldburger de wieg reeds klaar te zetten, en menige conservatieve boer zal ’t bok niet klaar maken vóór t kalfje ter wereld komt. De middeltjes tegen allerlei ziekten en kwalen aangewend zijn ontelbaar. Sommige zijn afkomstig van heidensche gebruiken, andere weer doordat men aan licbaamsdee- len van dieren, aan planten, kruiden, blade ren, enz., die een bepaalde eigenschap in hooge mate bezaten, de macht toekende die zelfde eigenschap ook op anderen te kunnen doen overgaan. Zoo zou St. Janskruid kracht geven om zoo -lang te loopen als men wil. Slangentong geeft spiereterkte. Herten- vleesch (herten worden zeer oud) geeft lan gen levensduur. Varenzaad maakte onzicht baar. Zoo werd omtrent ’t laatste wel eens verteld van een boer, die 's avonds er op uit trok om een verloren geraakt paard te zoeken en die eerst laat in den nacht naar huis kwam, nadat hij in alle weiden had rondgezworven zonder resultaat. Moedeloos ging hij naar binnen en zei neerslachtig: ,,'k Heb ’t beest niet kunnen vinden”. Z’n vrouw die nog was opgebleven, vloog in eens op van haar stoel en keek met angstoogen naar de deur, die open en dicht viel, en waar ze wel de stem van haar man hoorde, maar nie mand zag. De boer zelf voelde iets krieuwe len in den hak van z’n laars; hjj trok ze uit, keerde ze om ener vielen een paar va renzaadjes uit! Daarna was hjj weer zicht baar. Vermoedeljjk schrijft men deze eigenschap aan dit zaad toe, omdat het in een rjjtje aan den onderkant van de varenbladeren zit, zoodat 't veor vluchtige toeschouwers on- i zichtbaar blijft. vette en magere koeien! Om de zeven jaar verandert de mensch zoowel van lichaam als van karakter; met 21 jaar is de jonge mensch volwassen; het 7e kind, geboren uit een 7e kind heeft bijzondere geesteseigen- sehappen, enz. euz. Evenzoo was 40 ten allen tjjde een zeer heilig getal. Veertig dagen lang immers treurde Jacob over z’n zoon Jozef, 40 jaren dwaalde het Joodsche volk rond in de woes tijn; 40 dagen vastten Jezus en Johannes de Dooper. Sommige neger- en indianen stammen hebben nog ieder hun bijzondere dagen en getallen. Het is dan ook een feit dat er nooit een volksstam gevonden wordt, of hjj heeft zijn gebruiken en gewoonten, zijn eigenaardigheden en bijgeloof. We kun nen dit samenvatten in liet bekende spreek woord ,,’s Lands wjjs, ’s lands eer”. De moderne en gegarandeerde meubelen, waaronder ontwerpen van bekende archi tecten, zeggen U door zijn practiache voordeelen hoe meubelen behooren te zijn. Vrjje toegang tol de Monsterzalen aan de Meubelfabriek „Eik VI Linden” Lindegracht 10 -10 alkmaar. Geopend van 912 en 25. *s Zaterdags 91 uur. iand verzoek ook op andere uren, hetzij 's Zaterdagsmiddags of *s avonds. ójzondere dagen en een afk Zoo ot^it met iets beginnen moest te het aftjjd; Dinsdag wis e -o— -v—o .“r - o—F trouwen; Woensdag en Donderdag In heilig, wijl ze\onder do rechtstreekson scherming stonden van Wodan en E Vooral de Donderdag was bij de nog ohge- keretemle Germanen de gevierde en gewijde dag; een Donderdagskind stond bij Donar'in een goed blaadje, kon vogeltaal verstaan vu geesten zien. Vrijdag was do dag van hek sen, toovenaars en misdadigere, hij was oor spronkelijk toegewijd aan Freya, de godin der jeugd en liefde; de reden, waarom de Bataven veelal op dezen dag trouwden. Zondag nam later de plaats in van den Don derdag en werd zoodoende de heilige rust dag, zooals wij hem kennen. Een dergeljjke voorliefde en afkeer had men ook voor getallen. Nummer 11 en 13 waren, zooals tegenwoordig nog, ’t gekken en ongeluksgetal. Vooral oneven getallen verdienden den voorrang. Daarom legde men altijd een oneven getal eieren onder een kip, en ook het aantal schapen in een kudde moest oneven zijn. Het verband moest 3, 5 of 7 maal om de wonde en na een on even aantal dagen mocht het er af. Voornamelijk onder Joodschen invloed is het getal zeven als heilig ingevoerd. Het Met de kwestie van de lijkverbranding verkeeren wij in ons land altijd nog in een toestand, welke toch feitelijk onhoudbaar ie. Die toestand komt neer op het volgende: De wetgever heeft zich bjj de vaststelling der Begrafeniswet op het standpunt gesteld, dat lijkverbranding niet geoorloofd zou zijn. Voorgeschreven werd en is nog, dat elk lijk moet worden begraven. Maar de wetgever beeft verzuimd uitdrukkelijk aan te geven, wie bjj overtreding van de wet straf baar is. En zoo zien wjj in Nederland, dat niet tegenstaande het wetteljjk verbod, toch hon derden en honderden zich laten verbranden; zoo kronkelt het onrecht van Westerveld dag aan dag zjjn hoonende rookpluimen in de lucht. Men kanaar zich vaak aan ergeren, wanneer men leest, boe menschen, die'bij bun leven handhavers der wet, steunpilaren van het gezag, ja gezagdragers zelf zjjn geweest, na hun dood hun leven bekronen(?) met een daad van wetschennis, gelijk de lijkver branding hier te lande ïS. Men kan zich ergeren aan het feit, dat hoog en hoogstgeplaatsten bjj die wetver- krachtende lijkverbranding tegenwoordig zjjn, of zich doen vertegenwoordigen, alsof er geen vuiltje aan de lüchfr. ware, alsof zij daardoor het gezag der wet niet onder hun voet vertrapten. Men kan zich ten slotte ook ergeren, dat tientallen jaren van christelijke regeeringen nimmer vermochten, aan dezen misstand paai en perk te stellen. En toch, men houde zich overtuigd dat al het georeer over lijk verbranding met hygië nische en andere motieven slechts bedrog is. De lijkverbranding beoogt de christelijke grondslagen van de samenleving te onder- - mijnen. Dat is de korte, doch onometootelijke aantal planeten en dagen in de week, de waarheid. Dat leert de hevige propaganda, --welke vooral in het buitenland voor de lijk verbranding wordt gemaakt, door de uitge sproken vijanden van den godsdienst. Lazen wij nog niet dezer dagen, dat in het buitenland aan de leden, van een bouwver- eeniging formulieren waren opgedrongen: a. voor uittreding uit hun kerkgenootschap; b. voor godsdienstlooze opvoeding der kinderen en c. voor lijkverbranding. Men lette maar op deze zinrijke trias en men kent ineens afdoende het karakter der lijkverbranding. De godsdienstvijandigheid ligt er immers duimendik op! Nu zien wjj echter in het lange dulden van het onrecht van Westerveld een grout gevaar. Het publiek raakt zoetjes aan met de ge dachte vertrouwt, men onderscheidt op den duur de wetschennis niet meer zoo zeer, of sluit er de oogen voor en de propaganda zal steeds driester den kop opsteken. En toch: wetschennis blijft wetschennis, en oniecht blijft onrecht al bestaat het ook 25 jaar. Wjj Christenen van Nederland, die de groote meerderheid van dit volk urtmaken, wjj mogen niet met de armen over de borst gekruist aanzien, dat men met dit christen dom ondermjjnend en dus heilloos bedrijf on gestoord doorga wjj hebben toch den plicht hieraan te juister tjjd paal en perk te Verzoening met het kwaad is uitgesloten, al bestaat het ook nog xoo lang en nog xoo brutaal! („N. H. CrL”) ging met de jaren heW wat veranderingen. Wie zich hel vroegere \KaeteeI Bijsterveld” nog herinnert, zal hierv: Het a^ptsl hier gevormd ét priesters, plus de tegenwoordige etüdenten \van Bjjetervekl, bedraagt 230, terwijl het matste Professie- feeet het getal der scholastieken wederom op 40 bracht. gen. Er moest nochtans een toevluchtsoord gezocht worden voor het noviciaat en het Scholastikaat der Congregatie. Men trok naar het gastvrije Nederland, alwaar in Lim burg te Schimmen den Patere een sympa thieke ontvangst te beurt viel. Nauwelijks waren zjj gevestigd of een jongeling uit de buurt klopte aan en vroeg om priester-mis- sionaris te mogen worden, verschillende an deren volgden en een Hollandsche aposto lische school werd opgeriebt. Men schreef toen 1883. Verdere stichtingen volgden nu snel. In dit zelfde jaar werd het Noviciaat ge vestigd te Meerssen (L.) een huis gesticht in Canada, waarop volgden missieposten in de bisdommen Ottawa, Montreal en King ston. In 1893 werd het scholastikaat, dat zich nog te Schimmen bevond, overge plaatst naar Canada, terwijl een ander stu diehuis' reeds geopend was in Algiers (N.- Afr.) Het jaar 1898 zag in N.-Amerika een apostolische school en een noviciaat verrij zen; 1901 bracht de Pators naar Port-Jef- ferson (Ver. Staten) alwaar in 1903 hun de post Osone Park werd toevertrouwd en de missit neering der Roodhuiden van het eiland Vancouver. Datzelfde jaar zag hen Brabant binnen trekken. Na een laatste voorberei ding vertrokken de studenten uit Schimmert ten getale van 22 onder de leiding van bun onlangs overleden overste, den Z. E. P. Jean Péré, een Franschman, wiens aanden ken ook heden nog in Oirschot bljjft voort leven. Bjj de aankomst van onze scholastie ken werden allen verrast door een waarljjk algemeene belangstelling, waarbjj de burge- rjj niet te kort schoot en waarbjj het Oir- schotsche muziekkorps niet in gebreke bleef. Wat sindsdien voorviel in genoemde Con gregatie is eenigszins vergroeid met de ge schiedenis van Oirschot en de uitbreiding barer miesioneering in vreetpde gewesten. De nieuwe Fransche vervolgingsdecreten van 1901 hadden tot gevolg het overbren gen der Fransche Apostol.’school eerst naar België en later naar Romsey in Engeland. Een ander gevolgd was, dat de Paters van alle gemeenschappelijk loven en werken in hun vaderland verstoken met de hulp der Hollanders hun eerste vreemde missie sticht ten in Centraal Afrika; het was de Shire- Missie, waardoor de kerstening van een uit gestrekt gebied tusschen Nyasa-Meer en Zambeziestroom werd ondernomen. In 1903 werd deze missie verheven tot Apostolische Prefectuur, in 1905 werden er de eerste bekeerlingen gedoopt en sinds 1908 is de Shiremissle een Apostolisch Vi cariaat. Een 20-tal Hollanders, de meesten uit Oirschot vertrokken, zjjn er met succes werkzaam. Hier volgt een globale statistiek dier Missie van 1 Oct 1926. Het district was toen verdeeld in 11 Missie-staties; dit getal is thans nog vermeerderd. 29 Pater,, 2 broeders en 19 zusters waren er toen werkzaam en bedienden buiten de 11 hoofd staties, 45 bjjstaties; de M tasje telde 461 scholen, 216 bedehuizen, 27801 gedoopten, 21652 levende Christenen, 17802 Catechu- meenen en 4284Lleerlingen. In 1903 nam de Congregatie bezit van een Missie in de Re publiek Columbia, welke Missie in 1908 tot Apostolisch Vicariaat verheven werd met een bisschopszetel te San Martin di los Llanos. Ook daar is een 20-tal Hollanders aan ’t werk en vielen verschillende jeugdige slacht offer (o.a. Beyeens z.g.) in 1914 kwam daar onder leiding van een Amsterdammer de eerste missiestatie onder de Roodhuiden tot stand, de statie van Montfort-Papuri, welke een der zwaarste posten genoemd mag wor den. lu 1 J togen eveneens de eerste Holland sche 1 .>iers naar Vancouver-Inland en later naar Haiti, waar ook nu verschillenden werkzaam zjjn. Verder mag Denemarken en Ijsland niet vergeten worden, waar meer dere hunner beste krachten arbeiden. Uit den aard der zaak zal in deze streken het succes den missionaris niet naloopen en stelt de arbeid zjjn geduld aldaar dan ook op een harde proef. 2 IJslanders werden opge leid tot het H. Priesterschap, waarvan er één overleed, vóór zjjn wjjdingeu, de ander evenwel als missionaris in zjjn vaderland werkzaam is; terwjjl sinds eenige weken op nieuw 2 IJslanders naar Holland kwamen om hun opleiding te ontvangen tot het H. Pries terschap. Bovendien legt Mgr. Meulenberg Apostolisch Prefect van Ijsland, dit jaar de laatste hand aan de Kathedraal van Ryk- javik. Ook Denemarken mocht onlangs een zjjner Priesters onder hun studenten tellen. In 1919 werd te Hoensbroek een kerk, een klooster, een Patronaat, een een school ge bouwd, ten behoeve eener mjjnwerkerskolo- nie. De H. Landstichting te Njjmegen riep de Paters in 1921, terwjjl een jaar later een huis voor missionarissen gesticht werd te Egmond aan Zee. Een tweede mjjnwerkere-' kolonie werti hun toevertrouwd te Schaes- berg bjj Heerlen, waar eveneens kerk, rec toraat, zusterschool en patronaat gebouwd werden onder leiding der Paters. Geduren de het jaar 1927 werd het studiehuis van Schimmert, de bakermat der 143 thans wer kende Hollandsche Montfortanen, omgebouwd en vergroot tot een inrichting, waar voortaan 180 studenten ruime plaats kunnen vinden. Daarvan zjjn tegenwoordig ongeveer 150 plaatsen bezet. Ook het scholastikaat van Oirschot onder- Algemeen bekend was de kunst, om een vjjand, die zich op mjjlenverren afstand be vond, pijn te doen, ziek te maken en aller lei tegenspoed te bezorgen. Onlangs nog vertelde mjj iemand, die 25 jaren in de Oost geweest is, hoe de Javaansohe toovenaar een geduchte reputatie heeft, omdat men er heilig van overtuigd is, dat hjj z’n tegen stander kan vermoorden zonder hem ook maar aan te raken. Hjj maakt dan een klein poppetje van hout, steen of ijzer en stelt zich dat poppetje voor als den persoon, dien hjj uit den weg wil hebben. Zoo intens denkt hjj zich dit in, dat hjj dat poppetje gaat haten en er dezelfde dingen mee doet als hjj met z’n vjjand gedaan zou hebben, als deze in z’n macht ware geweest. Hjj slaat er met een zweep op, steekt het met naal den, doorkerft en doorsnijdt het, zengt het in ’t vuur, geeft ’t schoppen en trappen, gaat er bovenop zitten, smjjt ’t tegen de keien aan enz. enz. Veertien dagen lang houdt hjj dit vol en. zoo vertelde mjjn buur man, het volk gelooft vast, dat de bedoelde persoon in werkelijkheid de vleselijke pij nen doorstaat en vaak daarna sterft. Ook kon men iemand kwaad doen, zooals onze voorouders meenden, door den grond, waarop hij gestaan had, met messen om te woelen. Een paa<d kon men lam maken door een spijker te slaan in den versohen hoefaf- druk. Het portret van iemand, zijn schaduw, zjjn voetspoor, zjjn zoo één met hem zelf, men, door dezen pijn te doen, ook den .oon zelf meende te treffen. venals de oude Grieken en Romeinen rien ook onze voorouders een voorliefde eer van an- was Maandag een dag,< waarop want een ■n te petten ie be- tonar. Bjj een Zilveren Jubileum, door Andr. Liassen S.M.M. 24 Sept. j.1. was het 25 jaar geleden dat de raters Montfortanen zich te Oirschot vestigden. Bretagne, de bakermat van een hetdenvolk, droeg ook de wieg dezer Con gregatie. Daar werd te Montfort (bisdom Reunes) in 1673 de Gelukz. Stichter gebo ren, die vanaf zjjn prilste jeugd tot grootsche werken scheen voorbestemd. Hjj heette Louis Maraie Grignon en was van adellijke familie; hjj noemde zich echter later slechts Louie Marie de Montfort naar de plaats, waar hjj bet H. Doopsel ontving. Zjjn leven Is een samenvatting van alle heiligen levens. De onschuld van een Aioysius vereenigt bjj met de beschouwing van een Johannes van het Kruis; de armoede van den Assisiër met de geleerdheid van een Dominicus; den eenvoud van een Johannes 4 Cupertino met het apostel vuur van een Fraucizcus Xave- rius, de zachtmoedigheid van een Francis- cus van Sales met de liefde voor de armen van een Vincentiue. Maar wat zjjn leven bjjzonder overstraalt is zjjn diepe godsvrucht tot Maria; daar ’igt de grondslag zjjner hei ligheid. Montfort is Maria's werk, het toon beeld der groote heiligen, die hjj zelf aan- kondigde voor bet einde der tjjden. Da Congregatie der Riten te Rome heeft onlange bet proces zjjner heiligverklaring hervat, zr>odat binnen enkele jaren diens raam bjj den catalogus der Heiligen zal zjjn gevoegd» In bet jaar 1712 schreef Montfort den regel zjjner toekomstige missionarissen, voorafgegaan door de z.g. „Brandende Be de”. In 1715, een jaar vóór den dood van dan gelukzalige, verbond zich de eerste pries ter aan bet gezelschap, en bjj bet overlijden van den stichter telde de geheele Congrega tie 2 Paters en 5 leekebroeders. De eerste missiën werden gepreekt in 1718; en in 1722 vestigden zich de Patere te St, Laurent-eur-Sévres (Vendée) in de nabijheid van Monfort's graf. Van toen af tot aan de groote revolutie, telde de Congregatie 12 tot 15 man, die in den loop van ongeveer 60 jaren circa 600 missiën preekte, waar van de meeste in doorsnee een maand of langer duurden. Toen volgden bange dagen, de bloedige dagen der Fransche revolutie. Het volk bleef trouw, totdat het neergesa- beld viel onder de wapenen van Kleber, Westerman en Hoche. De Paters van hun kant bleven op bun post, geen enkele hunner gaf gehoor aan het verbanningsdelict, en verschillenden betaalden dit met bun bloed. Maar gunstiger tjjden braken aan en brach ten eene nieuwe uitbreiding. In het jaar 1853 werd de Regel der Congregatie tjjde- Ijjk goedgekeurd door den H. Stoel, hetgeen definitief gebeurde in 1914. In 1871 vertrok ken de eerste missionarissen naar bet eiland Haiti (in de Antillen) om onder de zwarte bevolking het licht des geloofs te ontsteken. In 1876 werd te Pontchateau ’Trankrjjk) de eerste apostolische school ge sticht en werd op een nieuwe wjjse aldus de toekomst van bet gezelschap verzekerd. Deze stichting was het uitgangspunt van een nog ongekenden bloei. Nauwelijks ech ter hadden de eerste leerlingen van Pont chateau hun intrede gedaan in bet novici aat van St Lauren t-sur-Sévres of de be ruchte decreten van 1880 werden uitgevaar digd en de Paters op last der regeering, met militair geweld op straat gezet. De Patere rerlietsn het laad niet ma»r bleven yerbor- getuigenis at, zoodat de openbaring van onzen Heer Jezüs Chris tus verwacht, geene genade ontbreke; Hij zal u ook ten einde toe voor zonde bewaren, tot den dag der komste van onzen Heer Jesus Christus. Evangelie volgens den H. Mattheus; IX 18 In dien tijd klom Jezus in het schip, en voer over, en kwam in Zijne stad. En ziet, zjj brachten hem eenen beroerde, die op een béd lag. En Jesus hun geloof ziende, zeide tot den beroerde: Betrouw zoon, uwe zon den worden u vergeven. En ziet, eenige schriftgeleerden zeiden bjj zich zelven: Hij lastert. En Jeeus hunne gedachten ziende, zeide: Waarom denkt gij kwaad in uwe har ten? Wat is lichter, te zeggen: Uwo zonden worden u vergeven, of te zeggen: Sta op,"en wandel? Opdat gij echter zoudt weten, dat de Zoon des menschen op aarde macht heeft om de zonden te vergeven; zoo zeide Hjj tot den beroerde: Sta op, neem uw bed op. en ga naar uw huis. En hij stond op, en ging naar zjjn huis. Het volk nu dit ziende, werd verbaasd, en verheerlijkte God, die zooda nige macht aan de menschen gegeven heeft.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1928 | | pagina 13