van het „Noord-Hollandsch Dagblad”
J
i
i
No. 39.
Vrijdag 28 September 1928.
Bijgeloof.
EPISTEL EN EVANGELIE.
2 62.
floor hot lobooio land ma do Mom oa van .JUK EK LIKDEI
bekend ELS DE BESTE".
Over Lijkverbranding.
De Paters Montfortanen.
9
r
OFFICIEEL KERKBERICHT
Op vooral
i
kunnen getuigen.
o
van de wet
o
dezen
I
I
en
van
OP DEN ACHTTIENDEN ZONDAG NA
PINKSTER.
Epistel uit den eersten brief van den H.
'Apostel Paulus aan de Korinthiërs; I, 48.
Broeders, ik dank mijnen God altijd uwent
wege, voor de genade Gods, die u in Jezus
Christus gegeven is. tiaar gij in Hem rijk
zjjt geworden in alles, in alle woord,
in alle kennis, zoodat de getuigenis
Christus in u bevestigd wordt, zoodat u, die
hadd
voor
dere.
men not
dan misl
gelukkige ^dag om op reis te gaan
ROME’S NIEUWE GOUVERNEUR.
Zijn vader is priester.
Prins Francesco Boncompagni Ludovicl,
de nieuwe gouverneur van Rome, is de zoon
van een priester, n.l. van mgr. prins Hugo
Boncompagni Ludovicl, vice-camerlengo van
Z. H. den Paus.
Mgr. Ludovici werd priester, na den dood
van zjjn echtgenoote en is nu een van oud
ste kanunnikken van Sint Pieter.
Centen, stuivertjes, dubbeltjes, misschien
ook kwartjes, maar verder durf ik niet
gaan. G rooter sommen tegelijk zijn er wel
niet ingekomen.
„We hebben er zeer lang voor gespaard,
Father”.
Wat een heerlijk bewijs weer van offerzin.
Dit kwam uit Obdam, maar ik heb nog wel
eens zoo'n geval meegemaakt. Gelukkig als
dan die vrienden zjjn, als ze de f 100.be
reikt hebben!
Ja, het valt niet mee om het zeer lang
vol te houden. Men begint wel eens meer
te sparen, doch er komt zooveel verleiding,
vóórdat men zijn doel bereikt heeft, dat de
spaarpot altijd wel lek schijnt te zjjn.
U kent toch dat verhaal van dien boeren
knecht, die gespaard had om een retraite
mee te maken. Maar hjj had ook een zwak
voor de kermis/ En omdat hij bang was, dat
de muizen aan zijn zilverbons zouden knagen
en de zii/eren guldens zwart zouden worden
van het liggen, ledigde hjj zijn spaarpot in
zijn zak. Maar hjj was altijd een zakeljjke
jongen geweest en daarom legde hjj eerlijk
een schuldbekentenis van zooveel gulden in
zijn spaardoos. En toen hij kwam te sterven,
vond men een heel bosje van die schuld
bekentenissen. Gespaard had ie; mair zóó,
dat zyn baas de begrafeniskosten moest be
talen. Ja, het valt niet mee, als je zelf van
nat houden \houdt en als Ljjp en Trien en
Kniertje veel van advocaat en anisette
houden. Ja, ja, Pater, dan valt het nijt mee.
Dat hebt u zóo niet bii de hand gehad.
Missiehuis, Hoorn. Father Lefeber,
Postrek. 120937 Directeur.
Door ineens of bjj gedeelten honderd
gulden te schenken wordt u medestichter(es)
van dit Missiehuis.
Evenals er tegenwoordig nog zeer velen
gevonden worden, die geloof hechten aan de
beschermende of gelukbrengende werking
van mascotte of talisman, zoo pleegvie men
vroeger veel bijgeloof door het werken met
krachten van geheimzinnig toebereide
poeiers en zalfjes of in een bepaalden hacht
geplukte kruiden. Maar in dat bjjgelooAvan
vroeger school toch nog een zweem van kin
derlijke natuurpoëzie die we tegenwoordig
missen. Bijgeloof op zich zelf is natuurluk
verkeerd, maar toch, als we 't goed be
schouwen, heeft het naast z’n verkeerde
eigenschappen ook een zekere ongeregelde
instinct-aandrift. Immers in hoeveel sagen,'
sproken en verhalen spinnen zich niet een
paar geheimzinnigheden, verborgen krach
ten, zeldame kruiden, griezelige toover-
spreuken, alleen aan oude kollen en heksen
bekend!
Reeds in de tijden der Bataven kende men
de z.g. „runen” (berijmde spreuken), waar
van men heilig getoefde, dat ze konden ziek
maken en genezen, wonden boelen"' slaap
verwekken, en zelfs den dood bezweren. Ze
worden dan ook heel veel aangetroffen in
da Germaansche Mythologie. Zoo had men
besprekingen tegen hagel, vuur en on weder
en zóó ver ging de macht hiervan, dat men
door een rune een dief kon dwingen 't ge-
stolene terug te geven. Oude wijven,
die de kunst machtig waren, klopten hier
mee heel wat geld uit de beurzen van 't
goedgeloovige volk.
Anderzijds was 't absolute stilzwijgen ook
een gewichtige factor bjj vele tooverhande-
lingen. Zoo moest b.v. de schatgraver den
verborgen schat zwijgend opdélven, anders
bad hij alle kans, dat ze plotseling tiental-
len meters lager zonk. Het water uit heilige
bronnen moest in stilte geschept worden,
daar de. kracht anders verdween.
In de eerste eeuwen reeds.geloofde men
vast, dat het onheil brengt over den geluk
kigen afloop eener zaak te spreken; immers
de góden zouden jaloersohworden op het
geluk der menschen en hun rampen overzen
den om hen itederig en onderworpen te ma
ken. Tot in onzen tijd toe is dit bijgeloof
blijven voortbestaan. Want zoodra iemand
zoo onverstandig is, zich op zijn voorspoed
te beroemen, hoort men direct zeggen:
„Gauw afkloppen, want andere gaat het
juist slecht!”
In verband hiermee zou ’t ook een groote
roekeloosheid zijn, vóór de geboorte van den
aanstaanden wereldburger de wieg reeds
klaar te zetten, en menige conservatieve
boer zal ’t bok niet klaar maken vóór t
kalfje ter wereld komt.
De middeltjes tegen allerlei ziekten en
kwalen aangewend zijn ontelbaar. Sommige
zijn afkomstig van heidensche gebruiken,
andere weer doordat men aan licbaamsdee-
len van dieren, aan planten, kruiden, blade
ren, enz., die een bepaalde eigenschap in
hooge mate bezaten, de macht toekende die
zelfde eigenschap ook op anderen te kunnen
doen overgaan. Zoo zou St. Janskruid
kracht geven om zoo -lang te loopen als men
wil. Slangentong geeft spiereterkte. Herten-
vleesch (herten worden zeer oud) geeft lan
gen levensduur. Varenzaad maakte onzicht
baar. Zoo werd omtrent ’t laatste wel eens
verteld van een boer, die 's avonds er op
uit trok om een verloren geraakt paard te
zoeken en die eerst laat in den nacht naar
huis kwam, nadat hij in alle weiden had
rondgezworven zonder resultaat. Moedeloos
ging hij naar binnen en zei neerslachtig: ,,'k
Heb ’t beest niet kunnen vinden”. Z’n vrouw
die nog was opgebleven, vloog in eens op
van haar stoel en keek met angstoogen naar
de deur, die open en dicht viel, en waar ze
wel de stem van haar man hoorde, maar nie
mand zag. De boer zelf voelde iets krieuwe
len in den hak van z’n laars; hjj trok ze uit,
keerde ze om ener vielen een paar va
renzaadjes uit! Daarna was hjj weer zicht
baar.
Vermoedeljjk schrijft men deze eigenschap
aan dit zaad toe, omdat het in een rjjtje aan
den onderkant van de varenbladeren zit,
zoodat 't veor vluchtige toeschouwers on- i
zichtbaar blijft.
vette en magere koeien! Om de zeven jaar
verandert de mensch zoowel van lichaam
als van karakter; met 21 jaar is de jonge
mensch volwassen; het 7e kind, geboren uit
een 7e kind heeft bijzondere geesteseigen-
sehappen, enz. euz.
Evenzoo was 40 ten allen tjjde een zeer
heilig getal. Veertig dagen lang immers
treurde Jacob over z’n zoon Jozef, 40 jaren
dwaalde het Joodsche volk rond in de woes
tijn; 40 dagen vastten Jezus en Johannes
de Dooper. Sommige neger- en indianen
stammen hebben nog ieder hun bijzondere
dagen en getallen. Het is dan ook een feit
dat er nooit een volksstam gevonden wordt,
of hjj heeft zijn gebruiken en gewoonten,
zijn eigenaardigheden en bijgeloof. We kun
nen dit samenvatten in liet bekende spreek
woord ,,’s Lands wjjs, ’s lands eer”.
De moderne en gegarandeerde meubelen, waaronder ontwerpen van bekende archi
tecten, zeggen U door zijn practiache voordeelen hoe meubelen behooren te zijn.
Vrjje toegang tol de Monsterzalen aan de Meubelfabriek „Eik VI Linden”
Lindegracht 10 -10 alkmaar.
Geopend van 912 en 25. *s Zaterdags 91 uur.
iand verzoek ook op andere uren, hetzij 's Zaterdagsmiddags of *s avonds.
ójzondere dagen en een afk
Zoo
ot^it met iets beginnen moest
te het aftjjd; Dinsdag wis
e -o— -v—o .“r - o—F
trouwen; Woensdag en Donderdag In
heilig, wijl ze\onder do rechtstreekson
scherming stonden van Wodan en E
Vooral de Donderdag was bij de nog ohge-
keretemle Germanen de gevierde en gewijde
dag; een Donderdagskind stond bij Donar'in
een goed blaadje, kon vogeltaal verstaan vu
geesten zien. Vrijdag was do dag van hek
sen, toovenaars en misdadigere, hij was oor
spronkelijk toegewijd aan Freya, de godin
der jeugd en liefde; de reden, waarom de
Bataven veelal op dezen dag trouwden.
Zondag nam later de plaats in van den Don
derdag en werd zoodoende de heilige rust
dag, zooals wij hem kennen.
Een dergeljjke voorliefde en afkeer had
men ook voor getallen. Nummer 11 en 13
waren, zooals tegenwoordig nog, ’t gekken
en ongeluksgetal. Vooral oneven getallen
verdienden den voorrang. Daarom legde
men altijd een oneven getal eieren onder
een kip, en ook het aantal schapen in een
kudde moest oneven zijn. Het verband moest
3, 5 of 7 maal om de wonde en na een on
even aantal dagen mocht het er af.
Voornamelijk onder Joodschen invloed is
het getal zeven als heilig ingevoerd. Het
Met de kwestie van de lijkverbranding
verkeeren wij in ons land altijd nog in een
toestand, welke toch feitelijk onhoudbaar ie.
Die toestand komt neer op het volgende:
De wetgever heeft zich bjj de vaststelling
der Begrafeniswet op het standpunt gesteld,
dat lijkverbranding niet geoorloofd zou zijn.
Voorgeschreven werd en is nog, dat elk lijk
moet worden begraven. Maar de wetgever
beeft verzuimd uitdrukkelijk aan te geven,
wie bjj overtreding van de wet straf
baar is.
En zoo zien wjj in Nederland, dat niet
tegenstaande het wetteljjk verbod, toch hon
derden en honderden zich laten verbranden;
zoo kronkelt het onrecht van Westerveld
dag aan dag zjjn hoonende rookpluimen in
de lucht. Men kanaar zich vaak aan ergeren,
wanneer men leest, boe menschen, die'bij bun
leven handhavers der wet, steunpilaren van
het gezag, ja gezagdragers zelf zjjn geweest,
na hun dood hun leven bekronen(?) met
een daad van wetschennis, gelijk de lijkver
branding hier te lande ïS.
Men kan zich ergeren aan het feit, dat
hoog en hoogstgeplaatsten bjj die wetver-
krachtende lijkverbranding tegenwoordig
zjjn, of zich doen vertegenwoordigen, alsof
er geen vuiltje aan de lüchfr. ware, alsof zij
daardoor het gezag der wet niet onder hun
voet vertrapten.
Men kan zich ten slotte ook ergeren, dat
tientallen jaren van christelijke regeeringen
nimmer vermochten, aan dezen misstand
paai en perk te stellen.
En toch, men houde zich overtuigd dat al
het georeer over lijk verbranding met hygië
nische en andere motieven slechts bedrog is.
De lijkverbranding beoogt de christelijke
grondslagen van de samenleving te onder- -
mijnen.
Dat is de korte, doch onometootelijke
aantal planeten en dagen in de week, de waarheid. Dat leert de hevige propaganda,
--welke vooral in het buitenland voor de lijk
verbranding wordt gemaakt, door de uitge
sproken vijanden van den godsdienst.
Lazen wij nog niet dezer dagen, dat in het
buitenland aan de leden, van een bouwver-
eeniging formulieren waren opgedrongen: a.
voor uittreding uit hun kerkgenootschap; b.
voor godsdienstlooze opvoeding der kinderen
en c. voor lijkverbranding.
Men lette maar op deze zinrijke trias en
men kent ineens afdoende het karakter der
lijkverbranding.
De godsdienstvijandigheid ligt er immers
duimendik op!
Nu zien wjj echter in het lange dulden
van het onrecht van Westerveld een grout
gevaar.
Het publiek raakt zoetjes aan met de ge
dachte vertrouwt, men onderscheidt op den
duur de wetschennis niet meer zoo zeer, of
sluit er de oogen voor en de propaganda zal
steeds driester den kop opsteken.
En toch: wetschennis blijft wetschennis,
en oniecht blijft onrecht al bestaat het
ook 25 jaar.
Wjj Christenen van Nederland, die de
groote meerderheid van dit volk urtmaken,
wjj mogen niet met de armen over de borst
gekruist aanzien, dat men met dit christen
dom ondermjjnend en dus heilloos bedrijf on
gestoord doorga wjj hebben toch den
plicht hieraan te juister tjjd paal en perk te
Verzoening met het kwaad is uitgesloten,
al bestaat het ook nog xoo lang en nog xoo
brutaal!
(„N. H. CrL”)
ging met de jaren heW wat veranderingen.
Wie zich hel vroegere \KaeteeI Bijsterveld”
nog herinnert, zal hierv:
Het a^ptsl hier gevormd ét priesters, plus de
tegenwoordige etüdenten \van Bjjetervekl,
bedraagt 230, terwijl het matste Professie-
feeet het getal der scholastieken wederom
op 40 bracht.
gen. Er moest nochtans een toevluchtsoord
gezocht worden voor het noviciaat en het
Scholastikaat der Congregatie. Men trok
naar het gastvrije Nederland, alwaar in Lim
burg te Schimmen den Patere een sympa
thieke ontvangst te beurt viel. Nauwelijks
waren zjj gevestigd of een jongeling uit de
buurt klopte aan en vroeg om priester-mis-
sionaris te mogen worden, verschillende an
deren volgden en een Hollandsche aposto
lische school werd opgeriebt. Men schreef
toen 1883. Verdere stichtingen volgden nu
snel.
In dit zelfde jaar werd het Noviciaat ge
vestigd te Meerssen (L.) een huis gesticht
in Canada, waarop volgden missieposten in
de bisdommen Ottawa, Montreal en King
ston. In 1893 werd het scholastikaat, dat
zich nog te Schimmen bevond, overge
plaatst naar Canada, terwijl een ander stu
diehuis' reeds geopend was in Algiers (N.-
Afr.) Het jaar 1898 zag in N.-Amerika een
apostolische school en een noviciaat verrij
zen; 1901 bracht de Pators naar Port-Jef-
ferson (Ver. Staten) alwaar in 1903 hun de
post Osone Park werd toevertrouwd en de
missit neering der Roodhuiden van het eiland
Vancouver. Datzelfde jaar zag hen Brabant
binnen trekken. Na een laatste voorberei
ding vertrokken de studenten uit Schimmert
ten getale van 22 onder de leiding van bun
onlangs overleden overste, den Z. E. P.
Jean Péré, een Franschman, wiens aanden
ken ook heden nog in Oirschot bljjft voort
leven. Bjj de aankomst van onze scholastie
ken werden allen verrast door een waarljjk
algemeene belangstelling, waarbjj de burge-
rjj niet te kort schoot en waarbjj het Oir-
schotsche muziekkorps niet in gebreke bleef.
Wat sindsdien voorviel in genoemde Con
gregatie is eenigszins vergroeid met de ge
schiedenis van Oirschot en de uitbreiding
barer miesioneering in vreetpde gewesten.
De nieuwe Fransche vervolgingsdecreten
van 1901 hadden tot gevolg het overbren
gen der Fransche Apostol.’school eerst naar
België en later naar Romsey in Engeland.
Een ander gevolgd was, dat de Paters van
alle gemeenschappelijk loven en werken in
hun vaderland verstoken met de hulp der
Hollanders hun eerste vreemde missie sticht
ten in Centraal Afrika; het was de Shire-
Missie, waardoor de kerstening van een uit
gestrekt gebied tusschen Nyasa-Meer en
Zambeziestroom werd ondernomen.
In 1903 werd deze missie verheven tot
Apostolische Prefectuur, in 1905 werden er
de eerste bekeerlingen gedoopt en sinds
1908 is de Shiremissle een Apostolisch Vi
cariaat. Een 20-tal Hollanders, de meesten
uit Oirschot vertrokken, zjjn er met succes
werkzaam. Hier volgt een globale statistiek
dier Missie van 1 Oct 1926. Het district
was toen verdeeld in 11 Missie-staties; dit
getal is thans nog vermeerderd. 29 Pater,,
2 broeders en 19 zusters waren er toen
werkzaam en bedienden buiten de 11 hoofd
staties, 45 bjjstaties; de M tasje telde 461
scholen, 216 bedehuizen, 27801 gedoopten,
21652 levende Christenen, 17802 Catechu-
meenen en 4284Lleerlingen. In 1903 nam de
Congregatie bezit van een Missie in de Re
publiek Columbia, welke Missie in 1908 tot
Apostolisch Vicariaat verheven werd met een
bisschopszetel te San Martin di los Llanos.
Ook daar is een 20-tal Hollanders aan ’t
werk en vielen verschillende jeugdige slacht
offer (o.a. Beyeens z.g.) in 1914 kwam daar
onder leiding van een Amsterdammer de
eerste missiestatie onder de Roodhuiden tot
stand, de statie van Montfort-Papuri, welke
een der zwaarste posten genoemd mag wor
den.
lu 1 J togen eveneens de eerste Holland
sche 1 .>iers naar Vancouver-Inland en later
naar Haiti, waar ook nu verschillenden
werkzaam zjjn. Verder mag Denemarken en
Ijsland niet vergeten worden, waar meer
dere hunner beste krachten arbeiden. Uit
den aard der zaak zal in deze streken het
succes den missionaris niet naloopen en
stelt de arbeid zjjn geduld aldaar dan ook op
een harde proef. 2 IJslanders werden opge
leid tot het H. Priesterschap, waarvan er
één overleed, vóór zjjn wjjdingeu, de ander
evenwel als missionaris in zjjn vaderland
werkzaam is; terwjjl sinds eenige weken op
nieuw 2 IJslanders naar Holland kwamen om
hun opleiding te ontvangen tot het H. Pries
terschap. Bovendien legt Mgr. Meulenberg
Apostolisch Prefect van Ijsland, dit jaar de
laatste hand aan de Kathedraal van Ryk-
javik. Ook Denemarken mocht onlangs een
zjjner Priesters onder hun studenten tellen.
In 1919 werd te Hoensbroek een kerk, een
klooster, een Patronaat, een een school ge
bouwd, ten behoeve eener mjjnwerkerskolo-
nie. De H. Landstichting te Njjmegen riep
de Paters in 1921, terwjjl een jaar later een
huis voor missionarissen gesticht werd te
Egmond aan Zee. Een tweede mjjnwerkere-'
kolonie werti hun toevertrouwd te Schaes-
berg bjj Heerlen, waar eveneens kerk, rec
toraat, zusterschool en patronaat gebouwd
werden onder leiding der Paters. Geduren
de het jaar 1927 werd het studiehuis van
Schimmert, de bakermat der 143 thans wer
kende Hollandsche Montfortanen, omgebouwd
en vergroot tot een inrichting, waar voortaan
180 studenten ruime plaats kunnen vinden.
Daarvan zjjn tegenwoordig ongeveer 150
plaatsen bezet.
Ook het scholastikaat van Oirschot onder-
Algemeen bekend was de kunst, om een
vjjand, die zich op mjjlenverren afstand be
vond, pijn te doen, ziek te maken en aller
lei tegenspoed te bezorgen. Onlangs nog
vertelde mjj iemand, die 25 jaren in de Oost
geweest is, hoe de Javaansohe toovenaar
een geduchte reputatie heeft, omdat men er
heilig van overtuigd is, dat hjj z’n tegen
stander kan vermoorden zonder hem ook
maar aan te raken. Hjj maakt dan een klein
poppetje van hout, steen of ijzer en stelt
zich dat poppetje voor als den persoon, dien
hjj uit den weg wil hebben. Zoo intens
denkt hjj zich dit in, dat hjj dat poppetje
gaat haten en er dezelfde dingen mee doet
als hjj met z’n vjjand gedaan zou hebben,
als deze in z’n macht ware geweest. Hjj slaat
er met een zweep op, steekt het met naal
den, doorkerft en doorsnijdt het, zengt het
in ’t vuur, geeft ’t schoppen en trappen,
gaat er bovenop zitten, smjjt ’t tegen de
keien aan enz. enz. Veertien dagen lang
houdt hjj dit vol en. zoo vertelde mjjn buur
man, het volk gelooft vast, dat de bedoelde
persoon in werkelijkheid de vleselijke pij
nen doorstaat en vaak daarna sterft.
Ook kon men iemand kwaad doen, zooals
onze voorouders meenden, door den grond,
waarop hij gestaan had, met messen om te
woelen. Een paa<d kon men lam maken door
een spijker te slaan in den versohen hoefaf-
druk. Het portret van iemand, zijn schaduw,
zjjn voetspoor, zjjn zoo één met hem zelf,
men, door dezen pijn te doen, ook den
.oon zelf meende te treffen.
venals de oude Grieken en Romeinen
rien ook onze voorouders een voorliefde
eer van an-
was Maandag een dag,< waarop
want
een
■n te
petten
ie be-
tonar.
Bjj een Zilveren Jubileum,
door Andr. Liassen S.M.M.
24 Sept. j.1. was het 25 jaar geleden
dat de raters Montfortanen zich te Oirschot
vestigden. Bretagne, de bakermat van een
hetdenvolk, droeg ook de wieg dezer Con
gregatie. Daar werd te Montfort (bisdom
Reunes) in 1673 de Gelukz. Stichter gebo
ren, die vanaf zjjn prilste jeugd tot grootsche
werken scheen voorbestemd. Hjj heette
Louis Maraie Grignon en was van adellijke
familie; hjj noemde zich echter later slechts
Louie Marie de Montfort naar de plaats,
waar hjj bet H. Doopsel ontving. Zjjn leven
Is een samenvatting van alle heiligen levens.
De onschuld van een Aioysius vereenigt bjj
met de beschouwing van een Johannes van
het Kruis; de armoede van den Assisiër
met de geleerdheid van een Dominicus; den
eenvoud van een Johannes 4 Cupertino met
het apostel vuur van een Fraucizcus Xave-
rius, de zachtmoedigheid van een Francis-
cus van Sales met de liefde voor de armen
van een Vincentiue. Maar wat zjjn leven
bjjzonder overstraalt is zjjn diepe godsvrucht
tot Maria; daar ’igt de grondslag zjjner hei
ligheid. Montfort is Maria's werk, het toon
beeld der groote heiligen, die hjj zelf aan-
kondigde voor bet einde der tjjden.
Da Congregatie der Riten te Rome heeft
onlange bet proces zjjner heiligverklaring
hervat, zr>odat binnen enkele jaren diens
raam bjj den catalogus der Heiligen zal zjjn
gevoegd» In bet jaar 1712 schreef Montfort
den regel zjjner toekomstige missionarissen,
voorafgegaan door de z.g. „Brandende Be
de”. In 1715, een jaar vóór den dood van
dan gelukzalige, verbond zich de eerste pries
ter aan bet gezelschap, en bjj bet overlijden
van den stichter telde de geheele Congrega
tie 2 Paters en 5 leekebroeders.
De eerste missiën werden gepreekt in 1718;
en in 1722 vestigden zich de Patere te St,
Laurent-eur-Sévres (Vendée) in de nabijheid
van Monfort's graf. Van toen af tot aan
de groote revolutie, telde de Congregatie 12
tot 15 man, die in den loop van ongeveer
60 jaren circa 600 missiën preekte, waar
van de meeste in doorsnee een maand of
langer duurden. Toen volgden bange dagen,
de bloedige dagen der Fransche revolutie.
Het volk bleef trouw, totdat het neergesa-
beld viel onder de wapenen van Kleber,
Westerman en Hoche. De Paters van hun
kant bleven op bun post, geen enkele hunner
gaf gehoor aan het verbanningsdelict, en
verschillenden betaalden dit met bun bloed.
Maar gunstiger tjjden braken aan en brach
ten eene nieuwe uitbreiding. In het jaar
1853 werd de Regel der Congregatie tjjde-
Ijjk goedgekeurd door den H. Stoel, hetgeen
definitief gebeurde in 1914. In 1871 vertrok
ken de eerste missionarissen naar bet
eiland Haiti (in de Antillen) om onder de
zwarte bevolking het licht des geloofs te
ontsteken. In 1876 werd te Pontchateau
’Trankrjjk) de eerste apostolische school ge
sticht en werd op een nieuwe wjjse aldus de
toekomst van bet gezelschap verzekerd.
Deze stichting was het uitgangspunt van
een nog ongekenden bloei. Nauwelijks ech
ter hadden de eerste leerlingen van Pont
chateau hun intrede gedaan in bet novici
aat van St Lauren t-sur-Sévres of de be
ruchte decreten van 1880 werden uitgevaar
digd en de Paters op last der regeering, met
militair geweld op straat gezet. De Patere
rerlietsn het laad niet ma»r bleven yerbor-
getuigenis
at, zoodat
de openbaring van onzen Heer Jezüs Chris
tus verwacht, geene genade ontbreke; Hij
zal u ook ten einde toe voor zonde bewaren,
tot den dag der komste van onzen Heer
Jesus Christus.
Evangelie volgens den H. Mattheus; IX 18
In dien tijd klom Jezus in het schip, en
voer over, en kwam in Zijne stad. En ziet,
zjj brachten hem eenen beroerde, die op een
béd lag. En Jesus hun geloof ziende, zeide
tot den beroerde: Betrouw zoon, uwe zon
den worden u vergeven. En ziet, eenige
schriftgeleerden zeiden bjj zich zelven: Hij
lastert. En Jeeus hunne gedachten ziende,
zeide: Waarom denkt gij kwaad in uwe har
ten? Wat is lichter, te zeggen: Uwo zonden
worden u vergeven, of te zeggen: Sta op,"en
wandel? Opdat gij echter zoudt weten, dat
de Zoon des menschen op aarde macht heeft
om de zonden te vergeven; zoo zeide Hjj tot
den beroerde: Sta op, neem uw bed op. en
ga naar uw huis. En hij stond op, en ging
naar zjjn huis. Het volk nu dit ziende, werd
verbaasd, en verheerlijkte God, die zooda
nige macht aan de menschen gegeven heeft.