NY. A. F. Kerrebjjn’s Glashandel Onder rood schrikbewind. I ’1 r H. Schoonhoven &Zn. Woninginrichting^ BureauHOF 6, ALKMAAR - Telefoon: r F H 23e Jaargang. HOE „HET VOLK” POLEMISEERT FEUILLETON. Geld! Tuindersglas en RaomH’sten la son zaak van vertrouwen. B w n? BUITENLAND. Abonnementsprijs Advertentieprijs Aan alle abonné’» wordt op aanvrage gratis een polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van f 3000.—f 750.f250. f125. f50.—f40.— Vrijdag 5 April 1929. TOON EN TAKTIEK der i de „Republikeinsche middelen -hem goed genoeg: zelfs taktiekje besteedt de hier besproken de kerkgangers door verruk- altjjd met het weder passend maken van Uw gor dijnen, linoleums, tapijten enz AMSTERDAM: Nieuwendijk 225 229 UTRECHT: Oude Gracht 151. ergste leugens schreven. van Mgr. Seipel’s staatspolitie lieten afran selen? LARGESTR»AT WR - Al KMA AR. schjjnlijk tot het 1 week zullen duren, christeljjk-sociale HET KOOPEN VAN Doet het daarom bij de Dir. S. v. d. VEER Alkmaar Opgericht 1880 Zaadmarkt 61 Telefoon 478 te Dat heeft er véél 'ven of je verliefd bent op een meisje en haar het hof maakt in tegen- Ook als ge verhuizen gaat, staan wij U gaarne ton dienste Een andere proeve van taktiek; moordwapenen bleek te bewaren. Deze sprekende feiten hadden den M- Redacteur tot nadenken moeten stemmen; hier was toch het bewijs geleverd, dat de VVeensehe voorlichter» hem belogen en be drogen. Tegen alle waarschijnlijkheid in is hij ech ter blijven zweren bij zijn Weensche vrien den. Soit! Tegen alle waarschijnlijkheid in zullen wij onzen rooden opponent blijven beschouwen als een collega, door mot wien te polenrf- seeren wij onszelf niet vergooien. NOORD-HOLLANDSCH DAGBLAD „ONS BLAD” en onder bescherming uit een maatschappelijke oogpunt, als je het niet doet Maar misschien kan het je niet veel schelen wat de wereld van mevrouw Champion zegt? Dat kan me zeer veel schelen. Ik beu verplicht voor haar reputatie te waken en mag haar gevoel niqt kwetsen. Als zij mjj uit eigen vrjjen wil niet vrijlaat, ben ik aan haar gebonden, zoo vast als een man van eer slechts zjjn kan. Zoo! riep Jermjjn uit, dat wil wat zeg gen. N iets in het nadeel van Edith Cham pion, antwoordde Hillersdon met vuur. Zjj is nooit in haar plicht tegenover haar man tekort geschoten en ik heb haar positie als zijn vrouw gefierbiedigd. al ben ik haar blij ven liefhebben. Gedurende de drie jaren van haar huwelijk zjjn we vrienden geweest, niets dan vrienden. Het eenige is, dat we miKocbien hoopten op de dagen, dat ze vrjj zou zijn en we den draad der oude geschie denis zouden kunnen opvatten, waar zjj was bljjven steken. En nu ie zjj vrij, maar je schijnt bij het opvatten van dien draad zoo’n haast niét te hebben. - Dat is haar schuld, zei Hillersdon, boos. Ze is een mooie, edelmoedige wouw en ze heeft me oprecht Hef; maar ze hecht nog aan allerlei onzinnige vooroordeelen, waarom een moedige vrouw moest lachen. Eb nu 11 Wij hebben onder de sociaal-demokraten niet veel vrienden, „Geen wonder!” zal men ons tegenwerpen. Het zij zoo. Maar een sociaal-demokratischen vriend hebben wij toch zeer zeker: 't Is een bezadigd man, wiens eerlijke zij het o.l. ook absoluut onjuiste overtui ging wij in den loop der jaren hebben leeren waardeeren. Daar zit de moeilijkheid. Hij is door baar zorg geheel hervormd en 't is haar levensdoel zijn laatste levensjaren zoo gelukkig mogelijk te maken. Niets zou haar kunnen overhalen van hem te scheiden. Haar misschien niet; maar zeer weinig zou er aoodig zijn, om’ hem van haar te laten scheiden. Denk-je dat hjj zijn tegenwoordig leven niet vervelend vindt? Weet-je wat vers betering voor een verstokte dronkaard be- teekent? Onthouding is voor hem een levend dood-zjjn. 't Is een aanhoudend verlangen, een dorst even feLals van den verdwaalden reiziger in de Afrikaansche woestijn, als van den stervenenden zeeman na een week op een wrak op den Oceaan te hebben romige dreven; alleen is het geen dorst naar water, maar naar vuur, naar alcohol. De arme stak» ker mag onderwerping voorwenden aan zjjn dochter, maar wees verzekerd, dat hjj ellen dig ia en bij de eerste de beste gelegenheid weer tot zijn oude ondeugd vervallen zal En denk-je, dat ik hem die gelegenheid zal verschaffen, dat ik hem in de hel zal te rugwerpen, waaruit zijn dochter hem met zooveel Inspanning beeft gehaald. Neen Pe*> myn, zoo gemeen ben ik niet» (Wordt vervolgd^ Hiermede achten wij dn fbon èn taktiek van onzen rooden opponent genoegzaam ge typeerd. en gaarne wachten wij brieven af van sociaal-demokraten in den lande, die den moed hebben, hun rooden schrijver na deze weinige, voorloopige rechtzettingen on zerzijds nog in bescherming te nemen. Hier moet eigenlijk wel kwaadaardig moedwil in het spel zjjn, en men zou ons geen gebrek aan vertrouwen-in-de-menschen kunnen verwijten, wanneer w ij dezen rooden journalist in héél zjjn artikelenreeks diskwa lificeerden als opzettelijk-misleidend. om van erger maar te zwijgen. We zullen onzen opponent in zjjn minder waardige journalistieke gedraging echter niet volgen: wij zullen ons erboven verheven achten, hem een leugenaar en lasteraar te schelden, wjj zullen geen physiologischo uitspraak te baat nemen om te demonstreeren. waarom hjj liegen moest; wjj zullen, hoezeer de feiten zich ook vaak tégen hem keeren. ons best doen, te geloo- ven, dat hij te goeder trouw gedwaald heeft en slechts uit onbegrensd vertrouwen in zijn onbetrouwbare Weensche voorlichters de en lasteringen heeft neerge- De toon, waarin de M-Redacteur zjjli arti kelen schreef, gaat niet uit boven difn, wel ken de eerste de beste wildharige rofih» pen- nevechter in de socialistische pers pleegt aan te slaan, wanneer ér met demagogische oog merken op de groote trom geslagen moet worden of wanneer er roode munt geslagen kan worden uit laffe sensatie. Heel in ’t begin wil de M-Redacteur zich blijkbaar behoorlijk gedragen: met ’n tikie vergoelijkend medelijden veronderstelt hij, dat wij niet zoo erg schuldig zijn: onze chris teljjk-sociale vrienden in Weenen hadden on» schandelijk belogen en bedrogen; wjj gaven slechts „valsch getuigenis in commissie” DE KABINETSCRISIS IN OOSTENRIJK. De officieuze christeljjk'soeuUe Reicbspost ziet geen rechtstreekscbe aanleiding voor Seipels heengaan, dat streng geheim gehou den is. Het blad verzekert, dat men niet te doen beeft met een tactische schijnmanoeu vre, maar dat bet den gewezen premier vol komen ernst is. De sociaal-demócrateu moe ten nu toonen of het hun ook ernst is ge weest, toen zjj steeds weer betoogden, dat alleen de persoonlijke tegenstellingen met Seipel hun beletten met de regeering samen te werken. De loopgraaflinie blijft onveran derd, maar de strijdmethode moet zakclijk worden. Geen nieuwe coalities meer. Op de sociaal-dcmocraten rust thans een zware verantwoordelijkheid. De houding der socialisten. Aangaande de houding der socialisten wordt gemeld, dat van sociaal-dem<x-ratiscbe zijde wordt verklaard, dat de socialisten er niet naar streven, deel te nemen aan een regeeringscoalitie. Zij zjjn echter bereid. z op den buidigen parlementairen grondslag zar kelijke onderbandelingen te voeren met een nieuwe regeering, indien dat kabinet geleid wordt door gematigde lieden, die vooral de eigenschap bezitten, om een gezonde eco nomische politiek te kunnen doorvoeren. In verband daarmede worden eenige le den der christelijk-sociale partij, die tot sbb meer gematigde richting behooren. genoemd als candidaat voor het kanselierschap. o* de president van den nationalen raad dr. Guetler en de voormalige minister van han del dr. HeinL De benoeming van deze per sonen wordt beschouwd als een geschikte waarborgen voor bet tot stand komen van een overeenkomst. Of een dergelijke candidatuur inderdaad In aanmerking zou komen, staat nog niet ▼ast, aangezien de beraadslagingen der ver schillende instanties der betrokken partijen eerst hedenmorgen zjjn begonnen en waar- begin van de volgende Eerst Dinsdag, als de parlemente-fractie bjjeen komt, zou een beslissing kuunen worden verwacht. Dat was hoezeer ook iu strijd met de feiten een eerlijke veronderstelling, waar voor de schrijver zich niet behoefde te scha men: ’t was immers moge) ijk, dat een van ons beiden onjuist was ingeüeht, en dat wjj, ieder voor onszelf, het eerlijk meenden. Doch, op dit niet-laakbare standpunt, heeft de M-Redacteur zich niet lang kunnen hand haven; misschien vreesde hjj, dat de op sen satie beluste lezers zijn geschrijf aldus niet gepeperd genoeg zouden vinden, mis schien kwam hij, als schrijvende, tot een an dere, voor hem minder eervolle veronderstel ling; een feit is het, dat hjj er al spoedig toe overging, ons persoonlijk leugen en lan ter te verwijten en zich vermeien ging in minderwaardige scheldtermeu. Elders weer haalt hij er een verklaring van 'n zekeren Johannes Müller, een physioloog en psycholoog van honderd jaax geleden, bij, waaruit zou kunnen blijken „Waarom de heer Speet moest liegen.”! „De onaangename gewaarwordingen, die zijn ^zintuigen bij bet rondspeuren in de roodé buitenwereld ontvingen en die hij ten onrechte aan het roode schrikbewind toeschreef, zijn inderdaad slechts de weer slag van het komplex van eigenschappen van zijn eigen zwarte ziel”. Zoo staat het er. Dit nonscnsicaal geschrijf, dat nagiuriijk door niemand begrepen wordt en blijkbaar alleen maar moet dienen om de aandacht der lezers van de eigenlijke feiten af te wenden, teekent wel heel scherp de verlegenheio. waarin de M-Redacteur verkeerde, nu hij hoe dan ook eeu verklaring moest geven van het probleem: hoe wjj zooveel krasse beweringeu konden uitapreken, als er dan toch niets vau waar was. Bleef de M-Redacteur aldus in den toon wel heel verre beneden het Nederlandsch journalistiek peil, in de taktiek misdroeg hij zich niet minder. Vóór alles tracht hij zijn lezers te *ugge- reeren: die Speet weet er niets van. En in dienst van deze taktiek zijn alle middelen -hem goed genoeg: als wjj, om de opbrengsten der verschil lende Weensche gemeente-belastingen aan te duiden in millioenen schillings, de milli- oenen uitdrukten in honderd-tallen, tien tallen en eenheden, daarachter een dikke, vette punt plaatsten en hieraan als deci malen, honderdsten en duizendsten nog drie cijfers toevoegden om tot In duizendsten juist te zijn, dan heet het, dat wjj met duizend Vermenigvuldigd hebben, ofwel uit gemis aan kermis van zaken, ofwel met de minder faire bedoeling, de Weensche gemeente-bélastin- gen door middel van een trucje exborbitant veel hooger voor te stellen dan ze inder daad zijn. Aan dit ééue taktiekje besteedt de M-Redacteur ecu groot deel vau een artikel, ofschoon de Weensche wethouder Breitner hem zelf de woorden in den mond legt: „Dat kan toch een kind begrijpen, dat al die belastingbedragen (zooals ze opzettelijk verkeerd begrepen werden - L. 8.) onjuist zijn”. Inderdaad! Welke journalist zal er nu zoo mallotig zijn, bepaalde cijfers, zeer belangrijk in het betoog, met duizend te vermenigvui digen, wanneer de onzin er daardoor duirnen- dik op komt te liggen? 73. - - i^X*0**? <io0r woord of daad, heb ik mijn bef de durven bekennen.... en toch geloof dat weet, dat ik haar liefheb. Haar hart kan niet koud blijven, terwijl mijn pol- •en beginnen te kloppen, als ik maar baar •tem hoor of haar hand aanraak. Ik heb haar Hppen zien trillen, als wjj in de tfvondsche- mering naast elkaar onder de hoornen wan delden. Ik voelde dat haar zwijgen welspre kend ia, evenals haar stamelende antwoor den. Ja, Ik weet dat zjj me Hef heeft. Wat behoef je dan nog meer te weten? 2m1 je haar dan aan haar naaimachine laten zitten, terwjjl je de macht bezit haar leven tot één vacantiedag te maken? 2e is geen meisje als ieder ander. Zou je me raden met alle wereldsche vooroordee len te breken en haar te trouwen? Je kunt niet met Iedereen trouwen, her nam Jermyn nadenkend, en ik meen ook dat je onherroepelijk aan de dame dAAr verbon den bent, litrt hj) er op volgen, wijzend op bet azuursteenen lijstje, een kunststuk van juwelierswerk. dat op de schrijftafel stond. i Ja, ik heb me aan haar verbonden. In elk geval verwacht de wereld van je, dat je met haar suit trouwen; en ie zal bet hard te verantwoorden hebben, e-, Per kwartaal voor Alkmaar 2. Voor buiten Alkmaar 2.85 Met Geïllustreerd Zondagsblad f 0.60 hooger Waarbij wij intusschen niet mogen verzui men, op te merken, dat zijn goedgeloovigheid onder de influisteringen van de roode Ween sche Mephisto's wel ongelooflijk lankmoedig geweest moet zijn. Hjj heeft toch immers zelf in de praktijk kunnen ondervinden, wit de heiligste ver zekeringen van zijn Austro-Marxistische vrienden waan] zijn: Tóen de M-Redacteur indertijd zjjn eerste brochure over Weenen zou laten verschijnen, schreef hij met heilige overtuiging, natuur lijk steunend op de verklaringen van z’n Weensche „Genossen": „De Republikanisehe Scbutzwehr is onge wapend. Wapens zijn er niet. Wapens mogen er niet zijn. Het Weensche gemeentebestuur vatte het als eeu tartende beleediging op, toen een militaire Entente-commissie toch een onderzoek wilde instellen naar de aan wezigheid van wapens in het gebouw der coöperatie. De Republikeinsche Schutzwehr kon zooveel wantrouwen evenmin dulden en dreigde de gebouwen met een cordon van 25.000 man af te sluiten. Het onderzoek ging niet door. Er zijn geen wapenen in Weenen.” Ziezoo! Maar nu is het den M-Rixlacteur toch be kend, dat sinds dien meerdere wapendepöts door de Staatspolitie zijn leeggehaald: in April 1926 b.v. vond de politie in een rood arsenaal bestanddeelen voor 30.000 geweren en 600 A 700 machinegeweren, en nog heel onlangs forceerde de politie een kelder onder *•'-* ~-k„.iw (jer roode „Arbeiterzeitung”, de Scbutzbund een keurcollectie Deze zeldzame, deze unieke socialistische vriend nu is toevallig een intieme kennis van den M-Redacteur vau „Het Volk”, die de beroïke taak op zich nam, al onze Weensche onthullingen te doen uiteenspatten als kleurige zeepbellen in genadelooze zon. En deze gemeenscbapppeljjke vriend had ons met de vlotte, eerlijke overtuigings kracht, waarover hij beschikt, plechtig ver klaard: deze M-Redacteur is niet alleen een eerrte- klas-journalist met rjjke kennis omtrent Weenen, hij is ook een bezadigd, hoog staand mensch. Gaarne hebben wij deze verklaring om trent een collega aanvaard, en toen wjj ver namen, dat juist hjj er toe geroepen was, xtyn Weensche beschouwingen tegenover de •nze te stellen, hebben wjj ons, als vak man verheugd: dat kon een voorname, misschien een vruchtbare polemiek worden! Na lezing van de een en twintig artikelen, welke de M-Redacteur van ..Het Volk”, te gen ons, heel giftig-persoonljjk, richtte, voe len wjj ons echter pjjnljjk teleurgesteld. En als onze gemeenschappelijke vriend de hem ingeboren eerlijkheid ook thans 'wil la ten gelden, zal hjj moeten erkepnen, dat hjj zich, althans ditmaal, in zjjn partijgenoote- Ijjken vriend leeljjk vergist heeft. Vaa 1—5 regels f 1.25, elke regel meer f 0.25. Redan» p& regel f 0.75 voor de eerste paginavoor de overige pagina's f 0.50 f Rubriek „Vraag en aanbod" bij vooruitbetaling per plaatsing f 0.60 per advertentie van 5 regels iedere regel meer f 0.1X Wii hadden, toen wjj de terreur der sociaal- demokraten in Weenen bespraken, ge schreven „De mishandelingen van katholieke man nen en jongelingen, zelfs door.en onder be scherming van burgemeester Seitz’ roode politie, leveren daarvan evenzoovele „door slaande” bewjjzcn.” „Arm® Speet”, roept de M-Redacteur nu quasi-medelijdend en qnasi-verbaasd uit, ze leveren slechts het bewjjs, hoe je doorslaat.... De politie in Weenen is Rijkspolitie. Haar hoofd*en verantwoordelijk chef is dus een niet sociaal-demokraat, Schober, en de „doorslaande bewjjzen” van zjjn anti socia listische gezindheid werden in Juni 1927 naar het massagraf op het Zentra ga- dra<»on Rnrgemeester Seitz is Landesbanpt- mann, maar ten aanzien van de politie-prak- tijken in zijn „Land” staat hjj machteloos tusschen de zwarte regeering en den zwarten politiechef. En de jammerlijk ónwetende heer Speet, grjjpt in zjjn pathologische behoefte om zjjn Weensche zinsbegoocheling ep te sitsen naar deze politie als terreur-instruinent sóciaal-demokraten. 0, stumper, stumper.” Het roode lezers-vee, dat dezen uitval gretig naar binnen graagde, heeft zich na dit hartversterkend hapje natuurlijk volmaakt voldaan gevoeld: nu was toch wel het onomstooteljjk bewye geleverd, dat die Roomscbe journalist (wat aeed-ie in de kou!) van toeten noch blazen wist! Alle andere beweringen waren natuurlijk navenant. De M-Redacteur moet er wél op gespecu- leerd hebben, dat de abonnée’s van ..Het Volk’’ onze artikelen toch niet gelezen hadden; hij mocht zich dus wel eenige „vrij moedigheid’’ veroorloven. Nu is de „vrijmoedigheid” in dit geval echter wel verschrikkelijk ver gegaan, immers, in onze artikelen maakten wij. heel nadrukkeljjk onderscheid tusschen de „eigen roode politie”, waarover de sociali’tiwhu leiders in Weenen beschikken en „de StaAts- politie”, het officieel^ éh wettige ergaan der openbare veiligheid”. Ziehier het bewjjs in letterlijk citaat: Wij schreven in ons artikel XI (in brochure: pagina 24 tweede kolom): „Om hun terreur nog meer kracht bij te zetten, beschikken de socialistische leiders in Weenen ook over een eigen roode „po litie”. Deze politie wordt Schntzbund” geheeten. Het bestaan van deze roode politie is vol komen illegaal, en beteekent bij voortduring een ontzettend- gevaar voor de rust en de veiligheid in het land, temeer, omdat de staatspolitie het officiëele en wettige or gaan der onenbare veiligheid alsook de militaire ..Wehrmacht”, zeer betrouwbaar zjjn in de handhaving van het gezag^erKzitdi door het roode gedrijf in het minst/ niet vatr haar stuk laat brengen.” En verder schreven wij in hetzelfde artikel (in de brochure: pagina 25. eerste kolom): „Neen, de roode Scbutzbund wordt in Weênen niet vertrouwd. Het beet, dat deze machtsformatie moet dienen om de republiek te beschermen in waarheid is zjj een machts-, een gewelds- werktuig in de handen der socialistische leiders. En ijverig werkt deze „politie” dan ook mee met de roede terreur. Het is reeds meermalen voorgekomen, dat deze mooie politie katholieke kerkgangers men heeft het vooral op katholieke jonge mannen gemunt na afloop van de H. Mis opwachtte en mishandelde.” Nu vragen wij heel gemoedeljjk: was hier een misverstand mogelijk? kon de M-Redacteur veronderstellen, dat wij met de politie-organisatie in Weenen niet bekend waren? mocht hij het voorstellen, alsof wij het gebou j. i___«- jj--j__ Waarin loopt ze weg, juist terwjjl baar gezelsctriiap heilzaam voor me zou zjj». Ik heb behoefte aan den steun van mijn eerste liefde; haar liefde en baar schoonheid moeten me helpen om te vergeten, dat er nog een ander liefe- Ijjk. vrouwelijk wezen op aarde bestaat. Maar te denkt, dat de menechen er over zullen babbelen, en vindt ’t beter, dat we elkaar •oo mi» mogeljjk zien gedurende den offi- ciéelen rouwtjjd; na afloop daarvan kan Champion’s vrouw eerst de mjjne worden. En nu zit zjj in Murren gletechers te teekenen, terwjjl- Jjj tot over de ooren verliefd bent op Hester Davenport Het is meer dan verliefdheid, ’t ie mjju bestaan. Zjj ie mjjn alpha en omega. Ik heb getracht weg te loopen, naar Zwitserhgd te gaan, mjjn senataando in baar bergstreek te gaan opzoeken, niettegenetaande haar ver bod, maar ik kon niet Ik wae aan bet station, mjjn knecht stond met mjjn portemanteau op het perron, en nog op het laatste oogenblik veranderde ik van beehiit. Het wae me omno- geljjk weg te gaan en dat Heve gezichtje niet meer te zien, die etem, die me in v_ 1 king brengt niet after te booren. En je stelt je tevreden dat lieve nebtje te xien en die verruUteMke booren in het bjjzjjn van een derde woordigheid van een notaris. Waarom ont doe-je je niet van dien ouden man? Dat ie niet zoo gemak keljjk als je wel denrkL Je hebt gezien boe ik vandaag bjj Hester aau de deur ben afgescheept. Zjj wil me niet ontvangen in de afwezigheid van heur vader en ik kan toch zoo brutaal niet zjjn met geweld naar binnen te dringen. Ik heb al verkeerd genoeg gedaan door te ban delen tegen haar uitdrukkeljjken wensch. Dat zegt ze maar. Denk-je dat een vrouw in dit geval ooit oprecht ie, zoowel tegenover haar beminde, als tegenover zich zelf? Denk eens aan Goethe’s Gretchen, eerst ie ze preutech als Faust baar op straat aan spreekt, maar eenige uren later in den tuin Waar is dan de preutsehbeid gebleven? Ze ie zoo verliefd als ze maar zjjn kan en dadelijk gereed haar geliefde in de armen te vallen. Ik begrjjp niet boe je, als een baardelooze knaap tegenover een kostschoolmeisje, met die doellooze hofmakerij voort kunt gaan. Jjj met je millioenen, die zelf zegt niet lang meer te kunnen leven, en met je hartstoch- teljjk verlangen zooveel mogeljjk nog te ge nieten in die gouden jaren! 't Ia gek zoo on handig als de liefde iemand kan maken. Zie van den ouden vader af te komen, ruim hem uit den weg, dan Is ten minste de kust vrjj en behoef-je je vrjjerjj niet te beperken tot een half uurtje wandelen op het Emkankment ■m Maar hoe ruim ik hem uit den weg?

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1929 | | pagina 1