NY. A. F. Kerrebjjn’s
Glashandel
Onder rood schrikbewind.
I
’1
r
H. Schoonhoven &Zn.
Woninginrichting^
BureauHOF 6, ALKMAAR - Telefoon:
r
F H
23e Jaargang.
HOE „HET VOLK” POLEMISEERT
FEUILLETON.
Geld!
Tuindersglas en RaomH’sten
la son zaak van vertrouwen.
B w n?
BUITENLAND.
Abonnementsprijs
Advertentieprijs
Aan alle abonné’» wordt op aanvrage gratis een polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van f 3000.—f 750.f250. f125. f50.—f40.—
Vrijdag 5 April 1929.
TOON EN
TAKTIEK
der
i
de
„Republikeinsche
middelen -hem goed genoeg:
zelfs
taktiekje besteedt
de hier besproken
de kerkgangers door
verruk-
altjjd
met het weder passend
maken van Uw gor
dijnen, linoleums,
tapijten enz
AMSTERDAM:
Nieuwendijk 225 229
UTRECHT:
Oude Gracht 151.
ergste leugens
schreven.
van Mgr. Seipel’s staatspolitie lieten afran
selen?
LARGESTR»AT WR - Al KMA AR.
schjjnlijk tot het 1
week zullen duren,
christeljjk-sociale
HET KOOPEN VAN
Doet het daarom bij de
Dir. S. v. d. VEER
Alkmaar Opgericht 1880
Zaadmarkt 61 Telefoon 478
te
Dat heeft er véél 'ven of je verliefd bent op
een meisje en haar het hof maakt in tegen-
Ook als ge verhuizen gaat, staan
wij U gaarne ton dienste
Een andere proeve van
taktiek;
moordwapenen bleek te bewaren.
Deze sprekende feiten hadden den M-
Redacteur tot nadenken moeten stemmen;
hier was toch het bewijs geleverd, dat de
VVeensehe voorlichter» hem belogen en be
drogen.
Tegen alle waarschijnlijkheid in is hij ech
ter blijven zweren bij zijn Weensche vrien
den.
Soit!
Tegen alle waarschijnlijkheid in zullen wij
onzen rooden opponent blijven beschouwen
als een collega, door mot wien te polenrf-
seeren wij onszelf niet vergooien.
NOORD-HOLLANDSCH DAGBLAD
„ONS BLAD”
en onder bescherming
uit een maatschappelijke oogpunt, als je
het niet doet Maar misschien kan het je niet
veel schelen wat de wereld van mevrouw
Champion zegt?
Dat kan me zeer veel schelen. Ik beu
verplicht voor haar reputatie te waken en
mag haar gevoel niqt kwetsen. Als zij mjj uit
eigen vrjjen wil niet vrijlaat, ben ik aan haar
gebonden, zoo vast als een man van eer
slechts zjjn kan.
Zoo! riep Jermjjn uit, dat wil wat zeg
gen.
N iets in het nadeel van Edith Cham
pion, antwoordde Hillersdon met vuur. Zjj
is nooit in haar plicht tegenover haar man
tekort geschoten en ik heb haar positie als
zijn vrouw gefierbiedigd. al ben ik haar blij
ven liefhebben. Gedurende de drie jaren
van haar huwelijk zjjn we vrienden geweest,
niets dan vrienden. Het eenige is, dat we
miKocbien hoopten op de dagen, dat ze vrjj
zou zijn en we den draad der oude geschie
denis zouden kunnen opvatten, waar zjj was
bljjven steken.
En nu ie zjj vrij, maar je schijnt bij het
opvatten van dien draad zoo’n haast niét te
hebben.
- Dat is haar schuld, zei Hillersdon, boos.
Ze is een mooie, edelmoedige wouw en ze
heeft me oprecht Hef; maar ze hecht nog aan
allerlei onzinnige vooroordeelen, waarom
een moedige vrouw moest lachen. Eb nu
11
Wij hebben onder de sociaal-demokraten
niet veel vrienden,
„Geen wonder!” zal men ons tegenwerpen.
Het zij zoo.
Maar een sociaal-demokratischen vriend
hebben wij toch zeer zeker:
't Is een bezadigd man, wiens eerlijke
zij het o.l. ook absoluut onjuiste overtui
ging wij in den loop der jaren hebben leeren
waardeeren.
Daar zit de moeilijkheid. Hij is door baar zorg
geheel hervormd en 't is haar levensdoel zijn
laatste levensjaren zoo gelukkig mogelijk te
maken. Niets zou haar kunnen overhalen van
hem te scheiden.
Haar misschien niet; maar zeer weinig
zou er aoodig zijn, om’ hem van haar te laten
scheiden. Denk-je dat hjj zijn tegenwoordig
leven niet vervelend vindt? Weet-je wat vers
betering voor een verstokte dronkaard be-
teekent? Onthouding is voor hem een levend
dood-zjjn. 't Is een aanhoudend verlangen,
een dorst even feLals van den verdwaalden
reiziger in de Afrikaansche woestijn, als van
den stervenenden zeeman na een week op
een wrak op den Oceaan te hebben romige
dreven; alleen is het geen dorst naar water,
maar naar vuur, naar alcohol. De arme stak»
ker mag onderwerping voorwenden aan zjjn
dochter, maar wees verzekerd, dat hjj ellen
dig ia en bij de eerste de beste gelegenheid
weer tot zijn oude ondeugd vervallen zal
En denk-je, dat ik hem die gelegenheid
zal verschaffen, dat ik hem in de hel zal te
rugwerpen, waaruit zijn dochter hem met
zooveel Inspanning beeft gehaald. Neen Pe*>
myn, zoo gemeen ben ik niet»
(Wordt vervolgd^
Hiermede achten wij dn fbon èn taktiek
van onzen rooden opponent genoegzaam ge
typeerd. en gaarne wachten wij brieven
af van sociaal-demokraten in den lande, die
den moed hebben, hun rooden schrijver na
deze weinige, voorloopige rechtzettingen on
zerzijds nog in bescherming te nemen.
Hier moet eigenlijk wel kwaadaardig
moedwil in het spel zjjn, en men zou ons
geen gebrek aan vertrouwen-in-de-menschen
kunnen verwijten, wanneer w ij dezen rooden
journalist in héél zjjn artikelenreeks diskwa
lificeerden als opzettelijk-misleidend. om van
erger maar te zwijgen.
We zullen onzen opponent in zjjn minder
waardige journalistieke gedraging echter niet
volgen:
wij zullen ons erboven verheven achten,
hem een leugenaar en lasteraar te schelden,
wjj zullen geen physiologischo uitspraak te
baat nemen om te demonstreeren. waarom
hjj liegen moest;
wjj zullen, hoezeer de feiten zich ook vaak
tégen hem keeren. ons best doen, te geloo-
ven, dat hij te goeder trouw gedwaald heeft
en slechts uit onbegrensd vertrouwen in zijn
onbetrouwbare Weensche voorlichters de
en lasteringen heeft neerge-
De toon, waarin de M-Redacteur zjjli arti
kelen schreef, gaat niet uit boven difn, wel
ken de eerste de beste wildharige rofih» pen-
nevechter in de socialistische pers pleegt aan
te slaan, wanneer ér met demagogische oog
merken op de groote trom geslagen moet
worden of wanneer er roode munt geslagen
kan worden uit laffe sensatie.
Heel in ’t begin wil de M-Redacteur zich
blijkbaar behoorlijk gedragen: met ’n tikie
vergoelijkend medelijden veronderstelt hij,
dat wij niet zoo erg schuldig zijn: onze chris
teljjk-sociale vrienden in Weenen hadden on»
schandelijk belogen en bedrogen; wjj gaven
slechts „valsch getuigenis in commissie”
DE KABINETSCRISIS IN OOSTENRIJK.
De officieuze christeljjk'soeuUe Reicbspost
ziet geen rechtstreekscbe aanleiding voor
Seipels heengaan, dat streng geheim gehou
den is. Het blad verzekert, dat men niet te
doen beeft met een tactische schijnmanoeu
vre, maar dat bet den gewezen premier vol
komen ernst is. De sociaal-demócrateu moe
ten nu toonen of het hun ook ernst is ge
weest, toen zjj steeds weer betoogden, dat
alleen de persoonlijke tegenstellingen met
Seipel hun beletten met de regeering samen
te werken. De loopgraaflinie blijft onveran
derd, maar de strijdmethode moet zakclijk
worden. Geen nieuwe coalities meer. Op de
sociaal-dcmocraten rust thans een zware
verantwoordelijkheid.
De houding der socialisten.
Aangaande de houding der socialisten
wordt gemeld, dat van sociaal-dem<x-ratiscbe
zijde wordt verklaard, dat de socialisten er
niet naar streven, deel te nemen aan een
regeeringscoalitie. Zij zjjn echter bereid. z op
den buidigen parlementairen grondslag zar
kelijke onderbandelingen te voeren met een
nieuwe regeering, indien dat kabinet geleid
wordt door gematigde lieden, die vooral
de eigenschap bezitten, om een gezonde eco
nomische politiek te kunnen doorvoeren.
In verband daarmede worden eenige le
den der christelijk-sociale partij, die tot sbb
meer gematigde richting behooren. genoemd
als candidaat voor het kanselierschap. o*
de president van den nationalen raad dr.
Guetler en de voormalige minister van han
del dr. HeinL De benoeming van deze per
sonen wordt beschouwd als een geschikte
waarborgen voor bet tot stand komen van
een overeenkomst.
Of een dergelijke candidatuur inderdaad
In aanmerking zou komen, staat nog niet
▼ast, aangezien de beraadslagingen der ver
schillende instanties der betrokken partijen
eerst hedenmorgen zjjn begonnen en waar-
begin van de volgende
Eerst Dinsdag, als de
parlemente-fractie bjjeen
komt, zou een beslissing kuunen worden
verwacht.
Dat was hoezeer ook iu strijd met de
feiten een eerlijke veronderstelling, waar
voor de schrijver zich niet behoefde te scha
men: ’t was immers moge) ijk, dat een van
ons beiden onjuist was ingeüeht, en dat wjj,
ieder voor onszelf, het eerlijk meenden.
Doch, op dit niet-laakbare standpunt, heeft
de M-Redacteur zich niet lang kunnen hand
haven; misschien vreesde hjj, dat de op sen
satie beluste lezers zijn geschrijf aldus niet
gepeperd genoeg zouden vinden, mis
schien kwam hij, als schrijvende, tot een an
dere, voor hem minder eervolle veronderstel
ling; een feit is het, dat hjj er al spoedig
toe overging, ons persoonlijk leugen en lan
ter te verwijten en zich vermeien ging in
minderwaardige scheldtermeu.
Elders weer haalt hij er een verklaring van
'n zekeren Johannes Müller, een physioloog
en psycholoog van honderd jaax geleden, bij,
waaruit zou kunnen blijken „Waarom de heer
Speet moest liegen.”!
„De onaangename gewaarwordingen, die
zijn ^zintuigen bij bet rondspeuren in de
roodé buitenwereld ontvingen en die hij
ten onrechte aan het roode schrikbewind
toeschreef, zijn inderdaad slechts de weer
slag van het komplex van eigenschappen
van zijn eigen zwarte ziel”.
Zoo staat het er.
Dit nonscnsicaal geschrijf, dat nagiuriijk
door niemand begrepen wordt en blijkbaar
alleen maar moet dienen om de aandacht der
lezers van de eigenlijke feiten af te wenden,
teekent wel heel scherp de verlegenheio.
waarin de M-Redacteur verkeerde, nu hij
hoe dan ook eeu verklaring moest geven
van het probleem: hoe wjj zooveel krasse
beweringeu konden uitapreken, als er dan
toch niets vau waar was.
Bleef de M-Redacteur aldus in den toon
wel heel verre beneden het Nederlandsch
journalistiek peil, in de taktiek misdroeg hij
zich niet minder.
Vóór alles tracht hij zijn lezers te *ugge-
reeren:
die Speet weet er niets van.
En in dienst van deze taktiek zijn alle
middelen -hem goed genoeg:
als wjj, om de opbrengsten der verschil
lende Weensche gemeente-belastingen aan
te duiden in millioenen schillings, de milli-
oenen uitdrukten in honderd-tallen, tien
tallen en eenheden, daarachter een dikke,
vette punt plaatsten en hieraan als deci
malen, honderdsten en duizendsten nog drie
cijfers toevoegden om tot In duizendsten juist
te zijn, dan heet het, dat wjj met duizend
Vermenigvuldigd hebben, ofwel uit gemis aan
kermis van zaken, ofwel met de minder faire
bedoeling, de Weensche gemeente-bélastin-
gen door middel van een trucje exborbitant
veel hooger voor te stellen dan ze inder
daad zijn.
Aan dit ééue taktiekje besteedt de
M-Redacteur ecu groot deel vau een artikel,
ofschoon de Weensche wethouder Breitner
hem zelf de woorden in den mond legt:
„Dat kan toch een kind begrijpen, dat al
die belastingbedragen (zooals ze opzettelijk
verkeerd begrepen werden - L. 8.) onjuist
zijn”.
Inderdaad! Welke journalist zal er nu zoo
mallotig zijn, bepaalde cijfers, zeer belangrijk
in het betoog, met duizend te vermenigvui
digen, wanneer de onzin er daardoor duirnen-
dik op komt te liggen?
73. - -
i^X*0**? <io0r woord of daad, heb ik mijn
bef de durven bekennen.... en toch geloof
dat weet, dat ik haar liefheb. Haar
hart kan niet koud blijven, terwijl mijn pol-
•en beginnen te kloppen, als ik maar baar
•tem hoor of haar hand aanraak. Ik heb haar
Hppen zien trillen, als wjj in de tfvondsche-
mering naast elkaar onder de hoornen wan
delden. Ik voelde dat haar zwijgen welspre
kend ia, evenals haar stamelende antwoor
den. Ja, Ik weet dat zjj me Hef heeft.
Wat behoef je dan nog meer te weten?
2m1 je haar dan aan haar naaimachine laten
zitten, terwjjl je de macht bezit haar leven
tot één vacantiedag te maken?
2e is geen meisje als ieder ander. Zou
je me raden met alle wereldsche vooroordee
len te breken en haar te trouwen?
Je kunt niet met Iedereen trouwen, her
nam Jermyn nadenkend, en ik meen ook dat
je onherroepelijk aan de dame dAAr verbon
den bent, litrt hj) er op volgen, wijzend op
bet azuursteenen lijstje, een kunststuk van
juwelierswerk. dat op de schrijftafel stond.
i Ja, ik heb me aan haar verbonden.
In elk geval verwacht de wereld van
je, dat je met haar suit trouwen; en ie zal
bet hard te verantwoorden hebben, e-,
Per kwartaal voor Alkmaar 2.
Voor buiten Alkmaar 2.85
Met Geïllustreerd Zondagsblad f 0.60 hooger
Waarbij wij intusschen niet mogen verzui
men, op te merken, dat zijn goedgeloovigheid
onder de influisteringen van de roode Ween
sche Mephisto's wel ongelooflijk lankmoedig
geweest moet zijn.
Hjj heeft toch immers zelf in de praktijk
kunnen ondervinden, wit de heiligste ver
zekeringen van zijn Austro-Marxistische
vrienden waan] zijn:
Tóen de M-Redacteur indertijd zjjn eerste
brochure over Weenen zou laten verschijnen,
schreef hij met heilige overtuiging, natuur
lijk steunend op de verklaringen van z’n
Weensche „Genossen":
„De Republikanisehe Scbutzwehr is onge
wapend. Wapens zijn er niet. Wapens mogen
er niet zijn. Het Weensche gemeentebestuur
vatte het als eeu tartende beleediging op,
toen een militaire Entente-commissie toch
een onderzoek wilde instellen naar de aan
wezigheid van wapens in het gebouw der
coöperatie. De Republikeinsche Schutzwehr
kon zooveel wantrouwen evenmin dulden en
dreigde de gebouwen met een cordon van
25.000 man af te sluiten. Het onderzoek ging
niet door. Er zijn geen wapenen in Weenen.”
Ziezoo!
Maar nu is het den M-Rixlacteur toch be
kend, dat sinds dien meerdere wapendepöts
door de Staatspolitie zijn leeggehaald: in
April 1926 b.v. vond de politie in een rood
arsenaal bestanddeelen voor 30.000 geweren
en 600 A 700 machinegeweren, en nog heel
onlangs forceerde de politie een kelder onder
*•'-* ~-k„.iw (jer roode „Arbeiterzeitung”,
de Scbutzbund een keurcollectie
Deze zeldzame, deze unieke socialistische
vriend nu is toevallig een intieme kennis
van den M-Redacteur vau „Het Volk”,
die de beroïke taak op zich nam, al onze
Weensche onthullingen te doen uiteenspatten
als kleurige zeepbellen in genadelooze zon.
En deze gemeenscbapppeljjke vriend had
ons met de vlotte, eerlijke overtuigings
kracht, waarover hij beschikt, plechtig ver
klaard:
deze M-Redacteur is niet alleen een eerrte-
klas-journalist met rjjke kennis omtrent
Weenen, hij is ook een bezadigd, hoog
staand mensch.
Gaarne hebben wij deze verklaring om
trent een collega aanvaard, en toen wjj ver
namen, dat juist hjj er toe geroepen was,
xtyn Weensche beschouwingen tegenover de
•nze te stellen, hebben wjj ons, als vak
man verheugd:
dat kon een voorname, misschien
een vruchtbare polemiek worden!
Na lezing van de een en twintig artikelen,
welke de M-Redacteur van ..Het Volk”, te
gen ons, heel giftig-persoonljjk, richtte, voe
len wjj ons echter pjjnljjk teleurgesteld.
En als onze gemeenschappelijke vriend de
hem ingeboren eerlijkheid ook thans 'wil la
ten gelden, zal hjj moeten erkepnen, dat hjj
zich, althans ditmaal, in zjjn partijgenoote-
Ijjken vriend leeljjk vergist heeft.
Vaa 1—5 regels f 1.25, elke regel meer f 0.25. Redan» p&
regel f 0.75 voor de eerste paginavoor de overige pagina's f 0.50 f
Rubriek „Vraag en aanbod" bij vooruitbetaling per plaatsing
f 0.60 per advertentie van 5 regels iedere regel meer f 0.1X
Wii hadden, toen wjj de terreur der sociaal-
demokraten in Weenen bespraken, ge
schreven
„De mishandelingen van katholieke man
nen en jongelingen, zelfs door.en onder be
scherming van burgemeester Seitz’ roode
politie, leveren daarvan evenzoovele „door
slaande” bewjjzcn.”
„Arm® Speet”, roept de M-Redacteur nu
quasi-medelijdend en qnasi-verbaasd uit, ze
leveren slechts het bewjjs, hoe je doorslaat....
De politie in Weenen is Rijkspolitie. Haar
hoofd*en verantwoordelijk chef is dus een
niet sociaal-demokraat, Schober, en de
„doorslaande bewjjzen” van zjjn anti socia
listische gezindheid werden in Juni 1927 naar
het massagraf op het Zentra ga-
dra<»on Rnrgemeester Seitz is Landesbanpt-
mann, maar ten aanzien van de politie-prak-
tijken in zijn „Land” staat hjj machteloos
tusschen de zwarte regeering en den zwarten
politiechef.
En de jammerlijk ónwetende heer Speet,
grjjpt in zjjn pathologische behoefte om zjjn
Weensche zinsbegoocheling ep te sitsen naar
deze politie als terreur-instruinent
sóciaal-demokraten. 0, stumper, stumper.”
Het roode lezers-vee, dat dezen uitval
gretig naar binnen graagde, heeft zich na dit
hartversterkend hapje natuurlijk volmaakt
voldaan gevoeld:
nu was toch wel het onomstooteljjk bewye
geleverd, dat die Roomscbe journalist (wat
aeed-ie in de kou!) van toeten noch blazen
wist!
Alle andere beweringen waren natuurlijk
navenant.
De M-Redacteur moet er wél op gespecu-
leerd hebben, dat de abonnée’s van ..Het
Volk’’ onze artikelen toch niet gelezen
hadden; hij mocht zich dus wel eenige „vrij
moedigheid’’ veroorloven.
Nu is de „vrijmoedigheid” in dit geval
echter wel verschrikkelijk ver gegaan,
immers, in onze artikelen maakten wij. heel
nadrukkeljjk onderscheid tusschen de „eigen
roode politie”, waarover de sociali’tiwhu
leiders in Weenen beschikken en „de StaAts-
politie”, het officieel^ éh wettige ergaan der
openbare veiligheid”.
Ziehier het bewjjs in letterlijk citaat:
Wij schreven in ons artikel XI (in
brochure: pagina 24 tweede kolom):
„Om hun terreur nog meer kracht bij te
zetten, beschikken de socialistische leiders
in Weenen ook over een eigen roode „po
litie”.
Deze politie wordt
Schntzbund” geheeten.
Het bestaan van deze roode politie is vol
komen illegaal, en beteekent bij voortduring
een ontzettend- gevaar voor de rust en de
veiligheid in het land, temeer, omdat de
staatspolitie het officiëele en wettige or
gaan der onenbare veiligheid alsook de
militaire ..Wehrmacht”, zeer betrouwbaar
zjjn in de handhaving van het gezag^erKzitdi
door het roode gedrijf in het minst/ niet vatr
haar stuk laat brengen.”
En verder schreven wij in hetzelfde artikel
(in de brochure: pagina 25. eerste kolom):
„Neen, de roode Scbutzbund wordt in
Weênen niet vertrouwd.
Het beet, dat deze machtsformatie moet
dienen om de republiek te beschermen in
waarheid is zjj een machts-, een gewelds-
werktuig in de handen der socialistische
leiders.
En ijverig werkt deze „politie” dan ook
mee met de roede terreur.
Het is reeds meermalen voorgekomen, dat
deze mooie politie katholieke kerkgangers
men heeft het vooral op katholieke jonge
mannen gemunt na afloop van de H. Mis
opwachtte en mishandelde.”
Nu vragen wij heel gemoedeljjk:
was hier een misverstand mogelijk? kon
de M-Redacteur veronderstellen, dat wij met
de politie-organisatie in Weenen niet bekend
waren? mocht hij het voorstellen, alsof wij het gebou
j. i___«- jj--j__ Waarin
loopt ze weg, juist terwjjl baar gezelsctriiap
heilzaam voor me zou zjj». Ik heb behoefte
aan den steun van mijn eerste liefde; haar
liefde en baar schoonheid moeten me helpen
om te vergeten, dat er nog een ander liefe-
Ijjk. vrouwelijk wezen op aarde bestaat. Maar
te denkt, dat de menechen er over zullen
babbelen, en vindt ’t beter, dat we elkaar
•oo mi» mogeljjk zien gedurende den offi-
ciéelen rouwtjjd; na afloop daarvan kan
Champion’s vrouw eerst de mjjne worden. En
nu zit zjj in Murren gletechers te teekenen,
terwjjl-
Jjj tot over de ooren verliefd bent op
Hester Davenport
Het is meer dan verliefdheid, ’t ie mjju
bestaan. Zjj ie mjjn alpha en omega. Ik heb
getracht weg te loopen, naar Zwitserhgd te
gaan, mjjn senataando in baar bergstreek te
gaan opzoeken, niettegenetaande haar ver
bod, maar ik kon niet Ik wae aan bet station,
mjjn knecht stond met mjjn portemanteau op
het perron, en nog op het laatste oogenblik
veranderde ik van beehiit. Het wae me omno-
geljjk weg te gaan en dat Heve gezichtje niet
meer te zien, die etem, die me in v_ 1
king brengt niet after te booren.
En je stelt je tevreden dat lieve
nebtje te xien en die verruUteMke
booren in het bjjzjjn van een derde
woordigheid van een notaris. Waarom ont
doe-je je niet van dien ouden man?
Dat ie niet zoo gemak keljjk als je wel
denrkL Je hebt gezien boe ik vandaag bjj
Hester aau de deur ben afgescheept. Zjj wil
me niet ontvangen in de afwezigheid van
heur vader en ik kan toch zoo brutaal niet
zjjn met geweld naar binnen te dringen. Ik
heb al verkeerd genoeg gedaan door te ban
delen tegen haar uitdrukkeljjken wensch.
Dat zegt ze maar. Denk-je dat een
vrouw in dit geval ooit oprecht ie, zoowel
tegenover haar beminde, als tegenover zich
zelf? Denk eens aan Goethe’s Gretchen, eerst
ie ze preutech als Faust baar op straat aan
spreekt, maar eenige uren later in den tuin
Waar is dan de preutsehbeid gebleven? Ze ie
zoo verliefd als ze maar zjjn kan en dadelijk
gereed haar geliefde in de armen te vallen.
Ik begrjjp niet boe je, als een baardelooze
knaap tegenover een kostschoolmeisje, met
die doellooze hofmakerij voort kunt gaan. Jjj
met je millioenen, die zelf zegt niet lang
meer te kunnen leven, en met je hartstoch-
teljjk verlangen zooveel mogeljjk nog te ge
nieten in die gouden jaren! 't Ia gek zoo on
handig als de liefde iemand kan maken. Zie
van den ouden vader af te komen, ruim hem
uit den weg, dan Is ten minste de kust vrjj
en behoef-je je vrjjerjj niet te beperken tot
een half uurtje wandelen op het Emkankment
■m Maar hoe ruim ik hem uit den weg?