I' t 1111 mil t11,1,11 Als 1 1 I I I in 1 r ’i X C^Cieuwjdar-^edachien GedacKtèn we op schaatsen Kleintjes Wat zullen Sluimerrol Over straffen t Gebreid speelgoed voor de we koken o 0 a öTO’OPlEXW 1 1 1 4 —4 1 ■s 3>' zoetgsurand in den tu>a Gedachten kunnen schuw en onmerk- THÉRÉ8N Ok O Schimmen van i PO LA En ik 'kus uw gelaat, op C. VIS, Rector. Alkmaar. spre- »W ’n paar die 1r keek eens rond, begaf zich vervolgens langzaam naar de cassa en betaalde de bewuste Je naar om nog een paar t N. EVERSHARP. DENY. t i 1 1 1 Weer Is een nieuw Jaar begonnen! Velen worden door een «til ver langen aangetrokken om als de laat- I I I I I r 1 I l I 1 in tk begint met in ’t mld- draad te rijgen; de komen OVERNEMING uit deze rubriek zonder toestemming verboden l. Gedachten bloemen, die bedwelmen. r Gedachten kunnen rijn als roode gloei ende rosen. die in een korte hartstocht- ot drifê-episode door het leven gaan. Gedachten kunnen santhen. die in den 1 bloeien. vergissing in het spel is. Ik ben grootmoedig genoeg om aan te nemen, dat het werkelijk een vergissing geweest Is. Het eenigste wat u nu te doen staat, is de fout herstellen. liJK UUUi VC AUAtil, &C1AS UC Uud kunnen er zich niet aan bezeeren en het kan gewasschen worden, vooral wanneer we voor de vulling oud jaegergoed of oud flanel kunnen gebruiken. We snippe ren dat boo klein mogelyk, of maken er ‘n soort pluksel van en dan hebben we voor ons speelgoed een Ideale en koste- loose vulling. Gedachten kunnen zijn als leliën, die rein, stil en staan. •n sluimerrol. Een lap stof van het vierkant, 4 Mn pond beste lap gele ka- God alleene. on- menlgvoud. Altijd nieuwe en Altijd oud. Zal van de oude en De andere dagen Die gU leeft, eens Reden vragen. Weer is een nieuw Jaar begonnen. De dagen van het verleden staan als wachtende gestalten voor God's troon en wachten en wachten daar op de zalige of onzalige stonde, op het gezegende of ge vloekte uur dat wy zelven zullen komen. En ieder van die wachtende jaar- gestalten draagt een boek in zijn han den, dat zij zullen openen bij onze komst, om ons heel ons doen en laten met lui der stemme voor te lezen, met onver biddelijke nauwkeurigheid en Juistheid, zoodat geen minuut, geen seconde zal worden voorbijgezien. Wat staat daar ge schreven in de Boeken van uw vervlogen Jaren? Een jubelend loflied of bitter ver wijt? Zouden wli de meditatie niet ter harte nemen, die de rustelooze dichteres Hé- lène Swarth hield over het verleden? Ik zie u naad'ren. bleek in 't licht der maan. mijn dagen, aan den voet Der sponde waar ik droom een stille stoet En zwijgend blijft gij voor mijn lege: staan. Eens kwaamt gy my met rosen tcgem-iet. O. lieve dooden. blikt mij niet zoo aan! Wat heb ik 11, dat gy zoo weent, misdaan'* Verwijt mij niet mjjn zonde! Ik heb geboet. Vreest niet, dat nieuwe dagen uit mijn ziel Uw bitterzoete herlnnrlng bannen! Neen. Ik doe als 't meisje, dat haar paerelsnoer Zag breken eiken parel, die daar viel. Raapt rij zorgvuldig van den gladden vloer En telt ze na en daar ontbreekt kunnen zijn als giftige met baren adem de ziel Zie, de vluchtige jaren snellen ras .voorbij. <Job XVI) Zoo de blaren. Die verdorden, Is het nieuwjaar Oud geworden: God alleene, on- menlgvoud, Altijd nieuwe en Altjjd oud, Zal van de oude en De andere dagen. Die gij leeft, eens Reden vragen. (Guido Gezelle) Onze dagen zijn niets anders dan de golf-slag der eeuwigheid! Iedere dag stuwt naar eeuwige stranden en spoelt daar aan die verre, vreemde kusten, waar wij eens zullen landen, ieta van de lading onzer zielen, hetzij parelen of slijk. Werpt eenen blik op het verleden. Hebt gU u daar op de kusten der eeuwigheid blinkende parel-banken gebodwd met uw dadenof hebben die dagen daar slechts slijk opgestapeld, waarin eens uw voeten zullen verzinken als de Enge! van den dood u zal wenken en gy den weg zult zoeken naar den eeuwigen God want: uit de kamer, uit de gemeenschap. Een oogenblik van eenzaamheid is gewoonlyk genoeg om een booze bul te doen over waaien. om "t rechtsgevoel te laten spre ken. om ‘t goede de overhand te laten dan leg ik die partjes met drieën bij mekaar, met de spitse punten aaneen. ,.*t l is kepleet 'n schilderij", zegt me man j 't Grut krijgt anijsmelk op Oudejaars avond en voor de groote menschen maak ik btaechop. Ik heb nog 'n raoepple van mevrouw zaliger daarvoor. Ik steek tien kruidnagelen in *n citroen •n dien kook ik met pond suiker en *n halve flesctk,water. Daar doe ik dan ’n flesch roode wijn bjj en voor *n stuiver eau de carmes. ADRIANA KNUIST—POLLEPEL. En mocht een straf onvermijdelijk rijn, dan moet de straf juist gekozen worden. Straf zoo min mogelljk; als ge straft, doe het dan kort en krachtig. Zorg, dat er voor het kind een be grijpelijk verband bestaat tusschen mis drijf en straf. Een van de heilzaamste vormen van straf, die in het huisgezin vooral gemek- kelyk toe te passen is,- is vprwyderi^ wyi men de rol aan reide zijden afwerkt met een kwast van j ongeveer 10 cM. lengte en wel van ie kleuren, waar mede men gewerkt heeft, dus in dit geval paars, groen. ?eel en bruin; Gedachten zijn afs bloemen, wjj kun nen ze verzorgen en planten In den tuin van ons innerlijk wezen. ff'i» Van overgebleven wol kunnen we voor onze kleintjes allerlei aardige dierfiguren - en poppetjes breien, 't Zal niemand onzer moeilijk vallen zoo iets ts fabriceeren. want de modellen kunne 1 e allicht vin den by het oude speelgoed, dat dringend om vernieuwing vraagt. Hebben we dat niet, dan knippen we de figuren eerst uit papier, om by het breien een leiddraad te hebben. Het prettige van breiwerk is, dat het zoo prachtig rekbaar is en dus tot allerlei vormen kan worden opgevuld. Het hindert niet, als onze poppetjes en dieren wat grotesk worden; de kleintjes zullen er daardoor nog temeer van genieten. En zelfs wanneer we de wol ervoor moe ten koopen, zal dit zelf gemaakte speel goed toch nog spotgoedkoop wezen, ver geleken by dergeiyke gekochte voorwerpen. En de zelfgemaakte hebben tal van voor dellen. Het gebreide speelgoed is natuur- iyr* onbreekbaar, zelfs de allerkleinsten ste klokslag van het oude jaar geslagen heelt, vuurwerk te ontsteken, schoten te lossen, kortom veel gedruisch te maker, om ^aardoor toch maar aan den ontzet tenden ernst van dat oogenblik te ont komen en de manende stem te smoren, die hen van de hooge klokkentorens toe roept: Weet wel, luidruchtige mensch. het zal u niet baten of gy met den ruiscben den beker het rhytlime van uw polsslag tracht te verhoogen. of met veel rumoer de grauwe eentonigheid van uw monotone levensmelodie wilt overstemmen: of gy het wilt hooren of niet wilt hooren, by den laatsten slag van het uurwerk in uw luidruchtige kamer, wordt er weer een blad in uw levensboek omgeelagen. waar onder de onzichtbare hand van den Al wetende het woord ..eeuwigheid” heeft geschreven; weet wel, of gy bet hooren wilt of niet wilt hooren. als de twaalf slagen van uw pendule zyn weggestorven in het rumoer van uw feestroes, zyt gy een schrede dlch'er b'-f uw graf, waarvan de plaats door de onzichtbare band van den Eeuwige reeds is aangewezen. O. menschen. gy. die de groote gebeurte nissen der historie met oogenblikken van stilte gedenkt, luistert, het stervend jaar vraagt u een oogenblik stilte voor God en uw onsterfeiyke ziel! Luistert, het stervend jaar heft zyn bleeke roerloos* hand op. weest stil aan de sponde van een stervende past geen luidruchtig ru moer en zegt nu zacht: O, jaar, nu open uw bleeken mond. En zeg het my zacht, eer ge sterven gaat. Of ik ow mysterie heb doorgrond! Of het spel was of wreed verraad. Toen ik aan uw boezem haar flonkeren vond. Als een vonk in een plooi van uw blauw gewaad, verlaat! meisje vol vierkant ingezet voorstuk. Op den naad en op 't heupetuk en de mouwen Is een smalle wolverslering aangebracht. Flg. 3 is 'n eenvoudig blousend model van effen stof met hoogopstaand omgeslagen boord. De mouwen zijn van geruite stof in overeenkomende tint. Van voren en op het zakje zien we een bllts-sluiUng, afgewerkt met een kwastje. Flg. 4 toont ons een heel eenvoudige gebreide Jumper met heel moderne ver siering. Wie dus in het bezit is van zoo’n witte wollen trui kan er met een maas- steek een schuine streep en punten op werken van roode en zwarte wol. Wy zien er dan ineens veel fleuriger en mo- dleuzer uit. In Amerika is het naar myn meenlng juiste besef ontwaakt, dat straf niet de noodzakeiyke opvolgster van misdaad be hoort te zyn; dat er een andere weg mo gelyk is om de misdaad te beteugelen; dat er zooiets bestaat als opheffen van wie gevalled is, door andere middelen dan straf. Vergeef ons onze schulden, gelyk ook wy vergeven onze echuldenaien. In de vrouwengevangenis te Framing ham wordt alles gedaan, zoowel wat de lichamelijke als de geestelijke verzorging aangaat, om het allerbeste resultaat te bereiken, dat mogelyk is. De straftyd wordt opvoedingstijd en t gebeurt, dat er van de veroordeelden uitstekende werk krachten gevormd worden, die later de verkregen vryheid uitstekend en vol komen juist weten te gebruiken. Zou ook ten opzichte van het kind de straf niet zooveel mogelijk op den achter grond moeten komen en de opvoeding, het opheffen tot hooger leven, op den voor grond? Oudejaarsavond Dat sal me weer 'n keet worden met Oudejaar Ja, wat zal ik zeggen, t is dan PAtjim- lyk vacantle en 't heele stel thuis en ,ze vinden 't altyd zóó fUn, als ze mogen helpen met bakken, dat Je der as moeder zijnde, gewoon niet van bulten kan, al helpen ze je dan ook wellis van den wal in de sloot. Bakken móéten we met Oudejaar dkt spreekt. We krygen der dan altyd nog lui by: 'n ouwe Unte van me man. die altyd erg goed voor 'm is ge weest. toen ze nog in goeien dóen was vroeger, die is altyd present. En onze Tys mag 'n vriend meebrengen, 'n jon gen heelemaal uit Limburg, die om zoo te zeggen geen kind of kraal in de wereld heeft en onze Mien der vriendin krijgt Oudejaarsavond vrij van der mevrouw, dus die krygen we ook. Nou, ik zeg maar soo: Hoe meer zielen, hoe meer vreugd. Voor me oliebollen maak ik ’n glstbe- "lag van pond tarwebloem, 'n schraal valf litertje lauwe melk, 'n beetje zout en n stukkle gist. Ik laat 't eerst goed rijzen op ’n warm plekkie en Jjan laat ik dat beslag, lepelsgewijs. met 'n paar lepels tegeiyk, mooi bruin bakken in de koken de olie. U kunt ook vat nemen, maar ik neem der sla-olie voor. Daar worden ae mooi knapperig in. Nou kan je zoo n zelfde beslag ook ge bruiken voor appelbeignets. Maar je kan 't ook 'n tikkie fyner maken. Ik doe daar meestal geen gist in, maar ’n paar eieren en de bloem, die breek ik met ’n beetje melk, maar voor de rest komt er dan spuitwater by. Dan krijg je 'n mooi luch tig beslag. Ik doe d'r 'n pietsle zout by en 'n beetje afgeraspte citroenschil voor den smaak. Goudrelnetten zyn de beste appelen voor beignets. Ik boor ze. schil ze en snyd ze dan in plakken, dompel die, een voor een. in ’t beslag en dan gaan ze de ko kende olie in. Maar die mot eerst zoo heet wezen, dat de blauwe walm deraf slaat. Ik heb altyd 'n stuk grijs papier klaar om me bollen of me beignets eerst te laten uitdruipen. Dan leg ik ze pas op Kde schaal en strooi der poelersulker overheen. Meestal bak ik der ook nog wat kaas- soesjes by, voor later op den avond, as 't grut naar bed is. Daar neem ik 'n half ons bloem voor en 2 eieren, de helft van n half ons boter, schraal n half ons geraspte oude kaas en ’n theelepeltje bakpoeder. Ik kook de melk met de boter, roer de bloem derby en dan blyft ik. op 'n heel klein pitje, roeren tot 't heele zaakje, as n bal. van de pan loslaat. Dan roer ik der, een voor een. de eieren door, de geraspte kaas, 'n tikkie zout en nog *n beetje nootmuskaat. Met 'n paar lepels, die ik eerst ’t frituurvet heet laat worden, maak daar kleine balletjes van en die laat tk mooi licht bruin bakken. Soms moet ze wel es omkeeren, om ze an beide kan ten even mooi te krijgen, net as met de oliebollen en de appelbeignets. De kaassoesjes versier ik altyd met ’n paar takkies peterselie dan weten de manslui, dat er wat hartigs ankomt. Soms maak ik ook wellis haringsla voor ze. Ook niet duur. Ik zet de zoute haring eerst ’n dag en 'n nacht in 't water, dan sny ik de koppen deraf. maak ze schoon. haal der 't vel af. scheur ze van den staart af in de lengte doormidden, haal de graten deruit en sny ze in stukkies. Ik doe der fyn gehakte biet by en uien en 'n paar zure appels en dan maak ik *n sausje van 'n lepel mosterd, peper, olie en azyn en *n beetje suiker en dan gaat 't heele zakie door mekaar. En van de biet hou ik altyd 'n beetje over voor de gameering. Biet en ’n paar hard gekookte eieren en 'n paar augurkies en wortelschyfjes en *n takkie peterselie, jongen daar ken je zoo mooi mee gamee- ren. De eieren bijv, sny ik middendoor en dan iedere helft weer in vieren en baar als onkrtild te voorècfiUn fc cn, eenmaal h®óg opgeschoten, alle planten verstikken. Gedacbjien kunnen als de waterrot» zacht en droomerig op den stillen Hel»" spiegel rusten. L zijn als late ClnE* herfst op de grave» Gedachten kunnen ook in de broeflteR getrokken worden, als da voor den var* koop bestemde planten der hsrvlate*; tuinieren. nietwaar?” De slager 1 ----- een guldfen vijftig aan my uit. ..Het spyt my buitengewoon, meneerr.” zei hy. .Maar wy zyn steeds bereid onze fouten te herstellen, meneerr. Nog iets van uw dienst meneerr?" Triomfanteiyk ging ik naar huis en legde het geld voor myn vrouw op tafel neer. geven. Het patroon wordt in platsteken van Mn cM. groot te gewerkt. De en kele Ujnen werkt ge in steelsteek. Zijn de 13 motieven apgewerkt. dan wordt de naad verbonden en flink ritgeperst. Maar ook van den lap gele ka- De ster, die myn hemel hu Toen ge kwaamt als een levensmoed, De handen vol tjloemen, blank en rood Ze bloeiden zoo blyde, ze geurden zoo zoet! En ik argeloos nam, wat ge boodt. Toen ik jubelde: „Nooit was me een Jaar zoo goed!” En de rozen, die regenden in myn schoot In myn lokken vlocht men een myrteloot' Uw ster en uw bloemen, waar zyn ze thans? Uw zwijgen maakt me bang te moe. De storm heeft gespeeld met myn weelde- krans. Waar vind ik haar wederen hoe? De bladeren zwerven in ronde-dans. En myn ster luikt haar stralende wim pers toe. En k weet niet, wat ik nu met nrijn leven doe! O. met tranen bedauw ik uw Imnden- poar. uw stervens- spond. En ik leg. als ik nader uw doodenbaar. Een krans om uw lokken blond. Nu geef mij uw zegen, o, heilig jaar, Aan wier hart ik myn opperste lyden vond. En kus my nog eens, met gewyden mond' (Hélëne Swarth) „Zie Je wel,” zei ik, „dat is de manier waarop je zulke menschen aan moet pakken Jansen was zoo mak als een lammetje.” .Jansen?" vroeg m'n vrouw en je kon duldelyk zien, dat ze aapmerkeiyk verbleekte. ^la, Jansen,” zet ik. „Maar ik heb niks meer van Jansenal maanden niet meer. Ik heb tegenwoordig vleesch van Smit uit de Hoogstraat.” Het gevoel, dat zich van my meester maakte, laat zich eenlgszins moeiiyk omschryven. het was raar. ..Bovendien.” zei m’n vrouw, „die ossenhaas heb ik wel gehad. Die was voor Zaterdag bestemd Het geld heb ik maar gehouden. In geen geval durfde ik naar den slager terugkeeren. Verder heb ik het vaste v >ornemen gemaakt, als ik belasting moet betalen andere slagers te bezoeken Je hebt er enkele dorijnen in onze stad. In het begin van deze geschiedenis sel ik. dat er twee mysteries voor my bestonden Het tweede mysterie is echter geen mysterie meer voor me. Ik had nameiyk nooit kunnen beenioen waarom slagers altyd van die dure automobielen konden koopen. Maar nu begrijp ik het. it |I> den naad den eenen zien oranje strepen nr roode wol met wk bont, bles van 'n roed en blauwe ruit, combi- naties van bruin en gee! met kubisti sche dassen en mutsen, 't Is allemaal heel mooi, maarkostbaar. Natuuriyk is het heelemaal niet noo- dlg deze luxe aan te schaffen, om. wanneer het nieuwe jaar ons ys brengt een tochtje op schaatsen te maken. Maar een tnakke- iyke, warme Jumper willen we toch heb ben. Flg. 1 is er zoo een van goudbruin peau de pêche met hooge col. De versiering langs boord, armsgaten, mouwen en de nunt van voren is van bruin en geel tres, wij zullen het verstandigst doen met de sluiting op den rchouder te laten vallen. Flg. 2 is van dikke wollen stóf met Het onverschletbare breikatoen, det tegenwoordig in allerlei aardige kleuren verkrygbaar is, is voor zulk speelgoed oc* buitengewoon geschikt en het is zeer goedkoop. Voor allerlei dierfiguren kin men gw» wone ribbels breien, dus aldoor recht»' Men breit twee geiyke deelen. waani* dan een apart onderstuk wurdt gebreid, dat smal begint aan den kop en breeder wordt voor den bulk, waar dan vier poo len worden aangebreid, welke een geheel moeten worden met de pooten van da elgeniyke dierfiguren. Ooren en staart worden apart gemaakt, terwyi kraaltje* voor oogen dienst doen en *n paar steke* den bek moeten aanwysen. Voor poppetjes breit men voor den. rechterkant enkel rechtsche steken, dua* een naald rechts, een naald averechts.1 MCn begint by de beenen, gaat dan over In' eèn andere kleur voor pakje of jurk en| breit armen en hoofd weer in vleesch-: kleur, of in donkerbruin voor een neger-, poppetje. Het gezicht moet later met' aparte steken in afstekende kleur worden 1 aangebracht, terwyi ook hier kralen' voor oogen dienst doen. •j—g R zyn op deze wereld twee zaken, die steeds een mysterie voor my geweest zijn. H Een van die mysteries is het huishoudboekje van myn vrouw. Op sekeren middag vond ik haar in tranen en innig ontroerd door deze de- B monstratle van overstelpend leed, vroeg ik haar wat eraan scheelde. A Haar verdriet bleek veroorzaakt te worden door de omstandigheid, dat het huishoudboekje niet wilde kloppen, en steeds bereid iedere werkelyke droefheid te lenigen, stelde ik voor, haar te helpen, en ofschoon er geen enkele T yCfl omstandigheid is, die my doet vermoeden, dat de schikgodinnen in my een toekomstigen accountant zagen, slaagde ik er ten slotte toch in de fout te Tv jv w), ontdekken. Op de slagersrekening nameiyk stond genoteerd, dat we Vrijdag een pond ossenhaas hadden gehad, dat was een gulden vyftig. We haddeh J op Vrijdag in geen geval vleesch gegeten, het verschil in het huishoudboekje bedroeg een gulden vyftig, roodat het duldelyk was. dat hier de fout lag. Ik verzocht m’n vrouw dus heur tranen te drogen en stelde baar voor, dat ik eens persooniyk natjr den s'ager zou gaan, om hem rijn vergissing onder I het oog te brengen. Ai lj//w Ik had den slager nog nooit van myn leven gezien en het kwam me TT voor, dat de tactiek, die ik te volgen had, hierop neerkwam, dat ik hem I v) tamelijk uit de hoogte mpest behandelen. 1 V „Goeden morgen.” zpl ik, toen ik den winkel betrad, en my door de 1 1 zeven klanten heenwdöng. die zich voor de toonbank verdrongen. Dat ..goeden morgen" kwam er ongeveer uit op den toon van iemand, die drie duizend gulden per jaar verwoont en er vier automobielen op na houdt. ..Mcneerrrr," zeiden de slager en zyn belde knechts, en ik moest onwille keurig denken aan een rei uit een Grieksch treurspel. ..Myn vrouw.” zei ik met veel nadruk, „myn vrouw heeft er my zoo juist yzf van in kennis gesteld, dat u haar een rekening hebt gepresenteerd, die een fri/Y gulden vyftig te hoog was.” Hl Als ik bedaarder was opgetreden, had ik den winkel misschien in den vorm "V van saucysjes verlaten, maar thans zei de slager: „Het spyt my erg meneer, we hebben een nieuwen bediende, ziet u.” ^Ja. ja,” antwoordde ik sarcastisch, „dat ken ik.” „Maar meneerstotterde de slager, die in de gaten kreeg dat de klanten een zeer ongewenschte belangstelling in ons onderhoud toonden. „Kyk eens hier,” viel ik hem in de rede, „u hebt zelf reeds toegegeven, dat hier een vergissing in het spel is. Ik ben grootmoedig genoeg om aan te nemen, dat het krijgen. Wanneer komt ge ’t meest tot straf fen? Sla een blik in uw binnenste en ge zult zien, dat uw eigen geprikkeldheid of uw eigen moeheid te dlkwyis partei spelen. Uw oordeel over de handelingen van uw kind is in aoo’n toestand veelal onzuiver. Herzie u «elf aleer ge uw kind straft! Als we nog tegen ’■"■•en on wind te kampen hebben en tot onze enkels door de modder baggeren, zien we de étalages al uitgestald met al de warme en kleurige kleeding voor de wintersport. Tegen een ach tergrond van blinkende sneeuw bergen, groene denneboomen en Alpenhutten komen al die gedurfde kleuren prachtig uit. wy zien citroengele jumpers met oranje strepen naast pakken met Wy zien ensern- toen stikt men dicht, ter* Ijl men kant met ’n sterken draad inrimpelt en flink Intrekt. Hier na naait ge dezen kant stevig dicht. Nu kan men de kapok in den zak doen, er voor zor- gende. dat men goed gelyk stopt, vaarna men ook het andere einde inrimpelt en stevig dlchtnaait. Nu kan de gebor- l duurde lap er over heen getrokken Fiinuiiii in k worden. V 111 If 111 II ll kanten wor- ill I.III1 1 HIerby wordt, op verzoek van sen der lezeressen, een patroon jegeven voor Benoodlgd 60 c.M. in kleuren wol, kapok en een toen van 60 c.M. in t vierkant. Het patroon is 21H c.M. lang en 10 c.M. breed, er is dus gerekend op zes patroontjes □aast elkaar. Men den een patronen dan rechts en links óp 3J4 cM. af stand aiervan. De kleine teekening laat u de uitge- slagen sluimerrol den. Het is zeer moei lijk de kleuren aan te geven, daar deze geheel afhankeiyk zyn van de omge ving. Om u even een idee te doen kry gen zyn de kleuren by de verschillende onderdeelen van het patroon aangc-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1929 | | pagina 7