I'
t
1111 mil t11,1,11
Als
1
1
I
I
I in 1 r ’i X
C^Cieuwjdar-^edachien
GedacKtèn
we
op schaatsen
Kleintjes
Wat zullen
Sluimerrol
Over straffen
t
Gebreid speelgoed voor de
we koken
o
0
a
öTO’OPlEXW
1
1
1
4
—4
1
■s
3>'
zoetgsurand in den tu>a
Gedachten kunnen schuw en onmerk-
THÉRÉ8N
Ok
O Schimmen
van
i
PO LA
En ik 'kus uw gelaat, op
C. VIS, Rector.
Alkmaar.
spre-
»W
’n paar
die
1r
keek eens rond, begaf zich vervolgens langzaam naar de cassa en betaalde de bewuste
Je
naar
om nog een paar
t
N. EVERSHARP.
DENY.
t
i
1
1
1
Weer Is een nieuw Jaar begonnen!
Velen worden door een «til ver
langen aangetrokken om als de laat-
I
I
I
I
I
r
1
I
l
I
1
in
tk
begint met in ’t mld-
draad te rijgen; de
komen
OVERNEMING uit deze rubriek zonder toestemming verboden
l.
Gedachten
bloemen, die
bedwelmen.
r
Gedachten kunnen rijn als roode gloei
ende rosen. die in een korte hartstocht-
ot drifê-episode door het leven gaan.
Gedachten kunnen
santhen. die in den 1
bloeien.
vergissing in het spel is. Ik ben grootmoedig genoeg om aan te nemen, dat het
werkelijk een vergissing geweest Is. Het eenigste wat u nu te doen staat, is de fout herstellen.
liJK UUUi VC AUAtil, &C1AS UC Uud
kunnen er zich niet aan bezeeren en het
kan gewasschen worden, vooral wanneer
we voor de vulling oud jaegergoed of
oud flanel kunnen gebruiken. We snippe
ren dat boo klein mogelyk, of maken er
‘n soort pluksel van en dan hebben we
voor ons speelgoed een Ideale en koste-
loose vulling.
Gedachten kunnen zijn als leliën, die
rein, stil en
staan.
•n sluimerrol.
Een lap stof van
het vierkant, 4
Mn pond beste
lap gele ka-
God alleene. on-
menlgvoud.
Altijd nieuwe en
Altijd oud.
Zal van de oude en
De andere dagen
Die gU leeft, eens
Reden vragen.
Weer is een nieuw Jaar begonnen.
De dagen van het verleden staan als
wachtende gestalten voor God's troon en
wachten en wachten daar op de zalige of
onzalige stonde, op het gezegende of ge
vloekte uur dat wy zelven zullen komen.
En ieder van die wachtende jaar-
gestalten draagt een boek in zijn han
den, dat zij zullen openen bij onze komst,
om ons heel ons doen en laten met lui
der stemme voor te lezen, met onver
biddelijke nauwkeurigheid en Juistheid,
zoodat geen minuut, geen seconde zal
worden voorbijgezien. Wat staat daar ge
schreven in de Boeken van uw vervlogen
Jaren? Een jubelend loflied of bitter ver
wijt?
Zouden wli de meditatie niet ter harte
nemen, die de rustelooze dichteres Hé-
lène Swarth hield over het verleden?
Ik zie u naad'ren. bleek in 't licht der
maan.
mijn dagen, aan den
voet
Der sponde waar ik droom een stille
stoet
En zwijgend blijft gij voor mijn lege:
staan.
Eens kwaamt gy my met rosen tcgem-iet.
O. lieve dooden. blikt mij niet zoo aan!
Wat heb ik 11, dat gy zoo weent, misdaan'*
Verwijt mij niet mjjn zonde! Ik heb
geboet.
Vreest niet, dat nieuwe dagen uit mijn
ziel
Uw bitterzoete herlnnrlng bannen!
Neen.
Ik doe als 't meisje, dat haar paerelsnoer
Zag breken eiken parel, die daar viel.
Raapt rij zorgvuldig van den gladden
vloer
En telt ze na en daar ontbreekt
kunnen zijn als giftige
met baren adem de ziel
Zie, de vluchtige jaren snellen
ras .voorbij. <Job XVI)
Zoo de blaren.
Die verdorden,
Is het nieuwjaar
Oud geworden:
God alleene, on-
menlgvoud,
Altijd nieuwe en
Altjjd oud,
Zal van de oude en
De andere dagen.
Die gij leeft, eens
Reden vragen.
(Guido Gezelle)
Onze dagen zijn niets anders dan de
golf-slag der eeuwigheid! Iedere dag
stuwt naar eeuwige stranden en spoelt
daar aan die verre, vreemde kusten, waar
wij eens zullen landen, ieta van de lading
onzer zielen, hetzij parelen of slijk.
Werpt eenen blik op het verleden. Hebt
gU u daar op de kusten der eeuwigheid
blinkende parel-banken gebodwd met uw
dadenof hebben die dagen daar
slechts slijk opgestapeld, waarin eens
uw voeten zullen verzinken als de Enge!
van den dood u zal wenken en gy den
weg zult zoeken naar den eeuwigen God
want:
uit de kamer, uit de gemeenschap. Een
oogenblik van eenzaamheid is gewoonlyk
genoeg om een booze bul te doen over
waaien. om "t rechtsgevoel te laten spre
ken. om ‘t goede de overhand te laten
dan leg ik die partjes met drieën bij
mekaar, met de spitse punten aaneen. ,.*t
l is kepleet 'n schilderij", zegt me man
j 't Grut krijgt anijsmelk op Oudejaars
avond en voor de groote menschen maak
ik btaechop. Ik heb nog 'n raoepple van
mevrouw zaliger daarvoor.
Ik steek tien kruidnagelen in *n citroen
•n dien kook ik met pond suiker en *n
halve flesctk,water. Daar doe ik dan ’n
flesch roode wijn bjj en voor *n stuiver
eau de carmes.
ADRIANA KNUIST—POLLEPEL.
En mocht een straf onvermijdelijk rijn,
dan moet de straf juist gekozen worden.
Straf zoo min mogelljk; als ge straft,
doe het dan kort en krachtig.
Zorg, dat er voor het kind een be
grijpelijk verband bestaat tusschen mis
drijf en straf.
Een van de heilzaamste vormen van
straf, die in het huisgezin vooral gemek-
kelyk toe te passen is,- is vprwyderi^
wyi men de rol aan
reide zijden afwerkt
met een kwast van
j ongeveer 10 cM.
lengte en wel van
ie kleuren, waar
mede men gewerkt
heeft, dus in dit
geval paars, groen.
?eel en bruin;
Gedachten zijn afs bloemen, wjj kun
nen ze verzorgen en planten In den tuin
van ons innerlijk wezen.
ff'i»
Van overgebleven wol kunnen we voor
onze kleintjes allerlei aardige dierfiguren -
en poppetjes breien, 't Zal niemand onzer
moeilijk vallen zoo iets ts fabriceeren.
want de modellen kunne 1 e allicht vin
den by het oude speelgoed, dat dringend
om vernieuwing vraagt. Hebben we dat
niet, dan knippen we de figuren eerst uit
papier, om by het breien een leiddraad te
hebben. Het prettige van breiwerk is, dat
het zoo prachtig rekbaar is en dus tot
allerlei vormen kan worden opgevuld. Het
hindert niet, als onze poppetjes en dieren
wat grotesk worden; de kleintjes zullen
er daardoor nog temeer van genieten.
En zelfs wanneer we de wol ervoor moe
ten koopen, zal dit zelf gemaakte speel
goed toch nog spotgoedkoop wezen, ver
geleken by dergeiyke gekochte voorwerpen.
En de zelfgemaakte hebben tal van voor
dellen. Het gebreide speelgoed is natuur-
iyr* onbreekbaar, zelfs de allerkleinsten
ste klokslag van het oude jaar geslagen
heelt, vuurwerk te ontsteken, schoten te
lossen, kortom veel gedruisch te maker,
om ^aardoor toch maar aan den ontzet
tenden ernst van dat oogenblik te ont
komen en de manende stem te smoren,
die hen van de hooge klokkentorens toe
roept: Weet wel, luidruchtige mensch. het
zal u niet baten of gy met den ruiscben
den beker het rhytlime van uw polsslag
tracht te verhoogen. of met veel rumoer
de grauwe eentonigheid van uw monotone
levensmelodie wilt overstemmen: of gy
het wilt hooren of niet wilt hooren, by
den laatsten slag van het uurwerk in uw
luidruchtige kamer, wordt er weer een
blad in uw levensboek omgeelagen. waar
onder de onzichtbare hand van den Al
wetende het woord ..eeuwigheid” heeft
geschreven; weet wel, of gy bet hooren
wilt of niet wilt hooren. als de twaalf
slagen van uw pendule zyn weggestorven
in het rumoer van uw feestroes, zyt gy
een schrede dlch'er b'-f uw graf, waarvan
de plaats door de onzichtbare band van
den Eeuwige reeds is aangewezen. O.
menschen. gy. die de groote gebeurte
nissen der historie met oogenblikken van
stilte gedenkt, luistert, het stervend jaar
vraagt u een oogenblik stilte voor God
en uw onsterfeiyke ziel! Luistert, het
stervend jaar heft zyn bleeke roerloos*
hand op. weest stil aan de sponde van
een stervende past geen luidruchtig ru
moer en zegt nu zacht:
O, jaar, nu open uw bleeken mond.
En zeg het my zacht, eer ge sterven gaat.
Of ik ow mysterie heb doorgrond!
Of het spel was of wreed verraad.
Toen ik aan uw boezem haar flonkeren
vond.
Als een vonk in een plooi van uw blauw
gewaad,
verlaat!
meisje vol
vierkant ingezet voorstuk. Op den naad en
op 't heupetuk en de mouwen Is een smalle
wolverslering aangebracht.
Flg. 3 is 'n eenvoudig blousend model van
effen stof met hoogopstaand omgeslagen
boord. De mouwen zijn van geruite stof
in overeenkomende tint. Van voren en
op het zakje zien we een bllts-sluiUng,
afgewerkt met een kwastje.
Flg. 4 toont ons een heel eenvoudige
gebreide Jumper met heel moderne ver
siering. Wie dus in het bezit is van zoo’n
witte wollen trui kan er met een maas-
steek een schuine streep en punten op
werken van roode en zwarte wol. Wy
zien er dan ineens veel fleuriger en mo-
dleuzer uit.
In Amerika is het naar myn meenlng
juiste besef ontwaakt, dat straf niet de
noodzakeiyke opvolgster van misdaad be
hoort te zyn; dat er een andere weg mo
gelyk is om de misdaad te beteugelen;
dat er zooiets bestaat als opheffen van
wie gevalled is, door andere middelen dan
straf.
Vergeef ons onze schulden, gelyk ook
wy vergeven onze echuldenaien.
In de vrouwengevangenis te Framing
ham wordt alles gedaan, zoowel wat de
lichamelijke als de geestelijke verzorging
aangaat, om het allerbeste resultaat te
bereiken, dat mogelyk is. De straftyd
wordt opvoedingstijd en t gebeurt, dat er
van de veroordeelden uitstekende werk
krachten gevormd worden, die later de
verkregen vryheid uitstekend en vol
komen juist weten te gebruiken.
Zou ook ten opzichte van het kind de
straf niet zooveel mogelijk op den achter
grond moeten komen en de opvoeding, het
opheffen tot hooger leven, op den voor
grond?
Oudejaarsavond
Dat sal me weer 'n keet worden met
Oudejaar
Ja, wat zal ik zeggen, t is dan PAtjim-
lyk vacantle en 't heele stel thuis en ,ze
vinden 't altyd zóó fUn, als ze mogen
helpen met bakken, dat Je der as moeder
zijnde, gewoon niet van bulten kan, al
helpen ze je dan ook wellis van den wal
in de sloot.
Bakken móéten we met Oudejaar dkt
spreekt. We krygen der dan altyd nog
lui by: 'n ouwe Unte van me
man. die altyd erg goed voor 'm is ge
weest. toen ze nog in goeien dóen was
vroeger, die is altyd present. En onze
Tys mag 'n vriend meebrengen, 'n jon
gen heelemaal uit Limburg, die om zoo te
zeggen geen kind of kraal in de wereld
heeft en onze Mien der vriendin krijgt
Oudejaarsavond vrij van der mevrouw,
dus die krygen we ook. Nou, ik zeg maar
soo: Hoe meer zielen, hoe meer vreugd.
Voor me oliebollen maak ik ’n glstbe-
"lag van pond tarwebloem, 'n schraal
valf litertje lauwe melk, 'n beetje zout en
n stukkle gist. Ik laat 't eerst goed rijzen
op ’n warm plekkie en Jjan laat ik dat
beslag, lepelsgewijs. met 'n paar lepels
tegeiyk, mooi bruin bakken in de koken
de olie. U kunt ook vat nemen, maar ik
neem der sla-olie voor. Daar worden ae
mooi knapperig in.
Nou kan je zoo n zelfde beslag ook ge
bruiken voor appelbeignets. Maar je kan
't ook 'n tikkie fyner maken. Ik doe daar
meestal geen gist in, maar ’n paar eieren
en de bloem, die breek ik met ’n beetje
melk, maar voor de rest komt er dan
spuitwater by. Dan krijg je 'n mooi luch
tig beslag. Ik doe d'r 'n pietsle zout by
en 'n beetje afgeraspte citroenschil voor
den smaak.
Goudrelnetten zyn de beste appelen
voor beignets. Ik boor ze. schil ze en snyd
ze dan in plakken, dompel die, een voor
een. in ’t beslag en dan gaan ze de ko
kende olie in. Maar die mot eerst zoo
heet wezen, dat de blauwe walm deraf
slaat.
Ik heb altyd 'n stuk grijs papier klaar
om me bollen of me beignets eerst te laten
uitdruipen. Dan leg ik ze pas op Kde schaal
en strooi der poelersulker overheen.
Meestal bak ik der ook nog wat kaas-
soesjes by, voor later op den avond, as
't grut naar bed is. Daar neem ik 'n half
ons bloem voor en 2 eieren, de helft van
n half ons boter, schraal n half ons
geraspte oude kaas en ’n theelepeltje
bakpoeder. Ik kook de melk met de boter,
roer de bloem derby en dan blyft ik. op
'n heel klein pitje, roeren tot 't heele
zaakje, as n bal. van de pan loslaat. Dan
roer ik der, een voor een. de eieren door,
de geraspte kaas, 'n tikkie zout en nog *n
beetje nootmuskaat.
Met 'n paar lepels, die ik eerst
’t frituurvet heet laat worden, maak
daar kleine balletjes van en die laat tk
mooi licht bruin bakken. Soms moet
ze wel es omkeeren, om ze an beide kan
ten even mooi te krijgen, net as met de
oliebollen en de appelbeignets.
De kaassoesjes versier ik altyd met ’n
paar takkies peterselie dan weten de
manslui, dat er wat hartigs ankomt.
Soms maak ik ook wellis haringsla voor
ze. Ook niet duur. Ik zet de zoute haring
eerst ’n dag en 'n nacht in 't water, dan
sny ik de koppen deraf. maak ze schoon.
haal der 't vel af. scheur ze van den
staart af in de lengte doormidden, haal
de graten deruit en sny ze in stukkies.
Ik doe der fyn gehakte biet by en uien
en 'n paar zure appels en dan maak ik
*n sausje van 'n lepel mosterd, peper,
olie en azyn en *n beetje suiker en dan
gaat 't heele zakie door mekaar. En
van de biet hou ik altyd 'n beetje over
voor de gameering. Biet en ’n paar hard
gekookte eieren en 'n paar augurkies en
wortelschyfjes en *n takkie peterselie,
jongen daar ken je zoo mooi mee gamee-
ren. De eieren bijv, sny ik middendoor
en dan iedere helft weer in vieren en
baar als onkrtild te voorècfiUn fc
cn, eenmaal h®óg opgeschoten, alle
planten verstikken.
Gedacbjien kunnen als de waterrot»
zacht en droomerig op den stillen Hel»"
spiegel rusten.
L zijn als late ClnE*
herfst op de grave»
Gedachten kunnen ook in de broeflteR
getrokken worden, als da voor den var*
koop bestemde planten der hsrvlate*;
tuinieren.
nietwaar?”
De slager 1 -----
een guldfen vijftig aan my uit.
..Het spyt my buitengewoon, meneerr.” zei hy. .Maar wy zyn steeds bereid onze fouten te
herstellen, meneerr. Nog iets van uw dienst meneerr?"
Triomfanteiyk ging ik naar huis en legde het geld voor myn vrouw op tafel neer.
geven. Het patroon
wordt in platsteken
van Mn cM. groot
te gewerkt. De en
kele Ujnen werkt
ge in steelsteek.
Zijn de 13 motieven
apgewerkt. dan
wordt de naad
verbonden en flink
ritgeperst.
Maar ook van
den lap gele ka-
De ster, die myn hemel hu
Toen ge kwaamt als een
levensmoed,
De handen vol tjloemen, blank en rood
Ze bloeiden zoo blyde, ze geurden zoo
zoet!
En ik argeloos nam, wat ge boodt.
Toen ik jubelde: „Nooit was me een Jaar
zoo goed!”
En de rozen, die regenden in myn schoot
In myn lokken vlocht men een myrteloot'
Uw ster en uw bloemen, waar zyn ze
thans?
Uw zwijgen maakt me bang te moe.
De storm heeft gespeeld met myn weelde-
krans.
Waar vind ik haar wederen hoe?
De bladeren zwerven in ronde-dans.
En myn ster luikt haar stralende wim
pers toe.
En k weet niet, wat ik nu met nrijn leven
doe!
O. met tranen bedauw ik uw Imnden-
poar.
uw stervens-
spond.
En ik leg. als ik nader uw doodenbaar.
Een krans om uw lokken blond.
Nu geef mij uw zegen, o, heilig jaar,
Aan wier hart ik myn opperste lyden
vond.
En kus my nog eens, met gewyden mond'
(Hélëne Swarth)
„Zie Je wel,” zei ik, „dat is de manier waarop je zulke menschen aan moet pakken Jansen
was zoo mak als een lammetje.”
.Jansen?" vroeg m'n vrouw en je kon duldelyk zien, dat ze aapmerkeiyk verbleekte.
^la, Jansen,” zet ik.
„Maar ik heb niks meer van Jansenal maanden niet meer. Ik heb tegenwoordig vleesch
van Smit uit de Hoogstraat.”
Het gevoel, dat zich van my meester maakte, laat zich eenlgszins moeiiyk omschryven.
het was raar.
..Bovendien.” zei m’n vrouw, „die ossenhaas heb ik wel gehad. Die was voor Zaterdag bestemd
Het geld heb ik maar gehouden.
In geen geval durfde ik naar den slager terugkeeren.
Verder heb ik het vaste v >ornemen gemaakt, als ik belasting moet betalen
andere slagers te bezoeken Je hebt er enkele dorijnen in onze stad.
In het begin van deze geschiedenis sel ik. dat er twee mysteries voor my bestonden
Het tweede mysterie is echter geen mysterie meer voor me. Ik had nameiyk nooit kunnen beenioen
waarom slagers altyd van die dure automobielen konden koopen.
Maar nu begrijp ik het.
it |I>
den naad
den eenen
zien
oranje strepen nr
roode wol met wk bont,
bles van 'n roed en blauwe ruit, combi-
naties van bruin en gee! met kubisti
sche dassen en mutsen, 't Is allemaal
heel mooi, maarkostbaar.
Natuuriyk is het heelemaal niet noo-
dlg deze luxe aan te schaffen, om. wanneer
het nieuwe jaar ons ys brengt een tochtje
op schaatsen te maken. Maar een tnakke-
iyke, warme Jumper willen we toch heb
ben.
Flg. 1 is er zoo een van goudbruin peau
de pêche met hooge col. De versiering
langs boord, armsgaten, mouwen en de
nunt van voren is van bruin en geel tres,
wij zullen het verstandigst doen met de
sluiting op den rchouder te laten vallen.
Flg. 2 is van dikke wollen stóf met
Het onverschletbare breikatoen, det
tegenwoordig in allerlei aardige kleuren
verkrygbaar is, is voor zulk speelgoed oc*
buitengewoon geschikt en het is zeer
goedkoop.
Voor allerlei dierfiguren kin men gw»
wone ribbels breien, dus aldoor recht»'
Men breit twee geiyke deelen. waani*
dan een apart onderstuk wurdt gebreid,
dat smal begint aan den kop en breeder
wordt voor den bulk, waar dan vier poo
len worden aangebreid, welke een geheel
moeten worden met de pooten van da
elgeniyke dierfiguren. Ooren en staart
worden apart gemaakt, terwyi kraaltje*
voor oogen dienst doen en *n paar steke*
den bek moeten aanwysen.
Voor poppetjes breit men voor den.
rechterkant enkel rechtsche steken, dua*
een naald rechts, een naald averechts.1
MCn begint by de beenen, gaat dan over In'
eèn andere kleur voor pakje of jurk en|
breit armen en hoofd weer in vleesch-:
kleur, of in donkerbruin voor een neger-,
poppetje. Het gezicht moet later met'
aparte steken in afstekende kleur worden 1
aangebracht, terwyi ook hier kralen'
voor oogen dienst doen.
•j—g R zyn op deze wereld twee zaken, die steeds een mysterie voor my geweest zijn.
H Een van die mysteries is het huishoudboekje van myn vrouw.
Op sekeren middag vond ik haar in tranen en innig ontroerd door deze de- B
monstratle van overstelpend leed, vroeg ik haar wat eraan scheelde. A
Haar verdriet bleek veroorzaakt te worden door de omstandigheid, dat
het huishoudboekje niet wilde kloppen, en steeds bereid iedere werkelyke
droefheid te lenigen, stelde ik voor, haar te helpen, en ofschoon er geen enkele T yCfl
omstandigheid is, die my doet vermoeden, dat de schikgodinnen in my een
toekomstigen accountant zagen, slaagde ik er ten slotte toch in de fout te Tv jv w),
ontdekken. Op de slagersrekening nameiyk stond genoteerd, dat we Vrijdag
een pond ossenhaas hadden gehad, dat was een gulden vyftig. We haddeh J
op Vrijdag in geen geval vleesch gegeten, het verschil in het huishoudboekje
bedroeg een gulden vyftig, roodat het duldelyk was. dat hier de fout lag.
Ik verzocht m’n vrouw dus heur tranen te drogen en stelde baar voor, dat
ik eens persooniyk natjr den s'ager zou gaan, om hem rijn vergissing onder I
het oog te brengen. Ai lj//w
Ik had den slager nog nooit van myn leven gezien en het kwam me TT
voor, dat de tactiek, die ik te volgen had, hierop neerkwam, dat ik hem I v)
tamelijk uit de hoogte mpest behandelen. 1 V
„Goeden morgen.” zpl ik, toen ik den winkel betrad, en my door de 1 1
zeven klanten heenwdöng. die zich voor de toonbank verdrongen. Dat
..goeden morgen" kwam er ongeveer uit op den toon van iemand, die drie
duizend gulden per jaar verwoont en er vier automobielen op na houdt.
..Mcneerrrr," zeiden de slager en zyn belde knechts, en ik moest onwille
keurig denken aan een rei uit een Grieksch treurspel.
..Myn vrouw.” zei ik met veel nadruk, „myn vrouw heeft er my zoo juist yzf
van in kennis gesteld, dat u haar een rekening hebt gepresenteerd, die een fri/Y
gulden vyftig te hoog was.” Hl
Als ik bedaarder was opgetreden, had ik den winkel misschien in den vorm "V
van saucysjes verlaten, maar thans zei de slager: „Het spyt my erg meneer,
we hebben een nieuwen bediende, ziet u.”
^Ja. ja,” antwoordde ik sarcastisch, „dat ken ik.”
„Maar meneerstotterde de slager, die in de gaten kreeg dat de klanten een zeer
ongewenschte belangstelling in ons onderhoud toonden.
„Kyk eens hier,” viel ik hem in de rede, „u hebt zelf reeds toegegeven, dat hier een
vergissing in het spel is. Ik ben grootmoedig genoeg om aan te nemen, dat het
krijgen.
Wanneer komt ge ’t meest tot straf
fen? Sla een blik in uw binnenste en ge
zult zien, dat uw eigen geprikkeldheid of
uw eigen moeheid te dlkwyis partei
spelen. Uw oordeel over de handelingen
van uw kind is in aoo’n toestand veelal
onzuiver.
Herzie u «elf aleer ge uw kind straft!
Als we nog tegen ’■"■•en on
wind te kampen hebben en tot
onze enkels door de modder
baggeren, zien we de étalages
al uitgestald met al de warme
en kleurige kleeding voor de
wintersport. Tegen een ach
tergrond van blinkende sneeuw
bergen, groene denneboomen
en Alpenhutten komen al die
gedurfde kleuren prachtig uit.
wy zien citroengele jumpers
met oranje strepen naast pakken met
Wy zien ensern-
toen stikt men
dicht, ter* Ijl men
kant met ’n sterken
draad inrimpelt en
flink Intrekt. Hier
na naait ge dezen
kant stevig dicht.
Nu kan men de
kapok in den zak
doen, er voor zor-
gende. dat men
goed gelyk stopt,
vaarna men ook
het andere einde
inrimpelt en stevig
dlchtnaait.
Nu kan de gebor-
l duurde lap er over
heen getrokken
Fiinuiiii in k worden.
V 111 If 111 II ll kanten wor-
ill I.III1 1
HIerby wordt, op verzoek van
sen der lezeressen, een patroon
jegeven voor
Benoodlgd
60 c.M. in
kleuren wol,
kapok en een
toen van 60 c.M. in t vierkant.
Het patroon is 21H c.M. lang
en 10 c.M. breed, er is dus
gerekend op zes patroontjes
□aast elkaar.
Men
den een
patronen
dan rechts en links
óp 3J4 cM. af
stand aiervan. De
kleine teekening
laat u de uitge-
slagen sluimerrol
den.
Het is zeer moei
lijk de kleuren aan
te geven, daar deze
geheel afhankeiyk
zyn van de omge
ving.
Om u even een
idee te doen kry
gen zyn de kleuren
by de verschillende
onderdeelen van
het patroon aangc-