IV-1 - V
I\/-V=l
IX-I-X
IX-X=I
XII
DE REISVEREENIGING VAN JAN MUIL MET PLAATJES VAN
vrienden
leuwe
Het meesterstuk
Van alles wat
(De gevangen hertogin
THEEVISITE
JT
B. L. N. S.
l
f
OVERNEMING UTT DEZE RUBRIEK
ZONDER TOESTEMMING VERBODMM
0
kruislings
PIERROT.
4
i
Je
bent
bezoek
als
op
Beste Henk.
zoo
RO. FR.
en Quy met z*n sabel zwaaide
9 enz.
een
FRANS.
Oplossing: Kontjes met licifers
f
A. L.
t
Nu kwam ook het zusje van Kees. Ma
rie, voor den dag en met z’n allen werd
de tocht naar het terrarium ondernomen.
Ook daarvan stond de B.L.N.S. te kijken.
Gsnapt?
Tel je nu op
8914927
7432845
1575614
2567154
8424385
twee deftige
dames,
vlug niet en vragen
steeds^meer.
Neen kind ren. voor vandaag is t be
zoek afgeloopen,
De theepot is leeg; tot een volgende keer.'
Je kent me niet en ik jou ook niet.
Maar dat doet er niet toe. JU houdt van
beesten, ik ook. Ik heb een terrarium,
waarvoor ik met Sint Nicolaas een nieu
wen bak kreeg. Er zUn al heel wat dieren
in; de meeste houden nu een winterslaap.
Kom me maar eens opzoeken en breng
maar mee, wie je wilt. Iedereen is wel
kom.
bent
•je
..Een brief voor je, Henk.” zei mijnheer
van Voorden, toen Henk Maandagmorgen
beneden kwam.
„Van oom?” vroeg Henk verbaasd.
„Neen." lachte zijn vader: .JDat zal
nog wel wat duren voor die weer schrijft
De afzender is Kees Kooper.”
Heel verbaasd maakte Henk het
vert o;>en. De hand was hem totaal
bekend. De brief luidde i,
Maar zie, in een wip is de kop leegge
dronken,
en telkens toch vraagt de visite om meer!
„Toe zeg, niet zoo vlug,” zegt dan Mies
ontevreden.
„Zet nu dan toch eindelijk je kopje eens
neer!
Kees Kooper.
I
P.S. O ja, ik woon in de van Bcr-
kelstraat 24, ben 13 jaar oud en ingeënt.
Ik zit in de eerste klas van het gymna
sium. Dag, als boven.
het kasteel. De smeekbede der vrouw op
den toren werden steeds dringender en
met een verrassende brutaliteit beval den bij de zijnen weer.
Quy de wachters om de ophaalbrug neer
te laten.
hoefijzers af en smeedde hem ook onder
het voorthollen weer vier nieuwe
„Je
vader,
onder
heusch
EEN OPTELGRAPJE
Vandaag een rekenkunstje waarbij je
de uitkomst een beetje helpt maken, 't Is
daarom juist zoo aardig, omdat het nogal
In de hooge getallen gaat en dat staat
natuurlUk direct veel gbleerder.
Je begint met iemAnd een willekeurig
getal te laten opschrüven. Het komt er
niet op aan van hoeveel cUfers. Als je dit
getal ziet, schrUf je zelf op een apart
papiertje de uitkomst van het kunstje.
"n Ander mag onder het eerste een
zoo in de puntjes kenden en zoo handig
waren, verdienden ze veel geld. Zoo
leefden ze vergenoegd bij elkaar tot cp
hun ouden dag. en toen de eene ziek
werd en stierf (ik meen, dat het de bar
bier was) trokken de twee anderen zich
dat zóó aan, dat ze óók ziek werden en
dood gingen. Zelfs toen wilden de men-
schen ze niet van elkaar scheiden, en
ze werden alle drie in hetzelfde graf be
graven. En wie het bewuste huis dAArna
gekregen heeft, dat hebben ze me er
nooit bij willen vertellen!
„Vuurpadjes?” vroeg Jan op een toon
van de grootste verbazing.
.Ja vuurpadjes,” lachte Kees. „Die zUn
extra door ondergeteekende meegebracht
uit Zuid-Limburg. Nou, wat zeggen jullie
er wel van?”
De leden van de B.L.N.S. waren paf van
verbazing. Eindelijk riep Tilly:
..Maar je moet lid worden van onze
club, wil je dat wel?"
Kees begon te lachen. „Natuurhjk wil ik
dat en graag ook. En dan moet jullie me
maar eens precies vertellen, wat jullie al
zoo doen. EigenlUk verveelt» het me allang
om al mUn schatten altUd alleen te be
kijken en te verzorgen. Als jullie dus wilt,
behooren voortaan deze dieren ook aan
den B.L.N.8.”
..En dan is ons aquarium ook gedeelte
lik van jou,” viel Henk in.
„En hoe zouden jullie het nu vinden
om op dit nieuwe verbond een kopje thee
te drinken?” vroeg Mevrouw Kooper. die
juist binnen kwam.
Nu, daartegen had niemand bezwaar en
zoo werd het nieuwe lid als een flinke
aanwinst in den huiselUken B.L.N.8., ge
noemd Bond voor Levende Natuur Studie,
opgenomen.
T
evenveel,
huis óók
langen laatste viel
een oplossing in en hij zei tegen
„Gaat alle drie de wide
in en laat ieder van jelui een
beroep leeren; wie dan het beste mees-
terstuk levert, wanneer hij weer thuis
komt, die mag zich in het huis vestigen.”
Daar waren de drie zoons heel tevre
den mee, en -- --
de tweede barbier en de derde scherm
meester worden. Daarop spraken ze een
tijd af, waarop ze alle drie weer thuis
zouden komen, en namen afscheid van
hun vader en van elkaar.
me eens benieuwen wat voor volkje die
Kees bij elkaar heeft weten te brengen.”
Het was een heel eind loopen naar de
Van Berkelstraat. Woensdagmiddag had
den Henk, Toos, Gerrit, Jan, Ada en
Tilly zich bij de familie Van Voorden
verzameld. Relndert zou zich onderweg
wel bU hen voegen; die woond? dichter
in de buurt van Kees.
Zoodra ze aanbelden op nummer 24,
kwam er een jongen uit het huis, niet
veel kleiner dan Henk, die zich voorstelde
als: „Kees Kooper, in levende lUve. Zeg
jullie nu maar hoe je heet, dan vergeet
ik het wel weer.” Henk was wel op iets
mals voorbereid, maar toch overtrof deze
ontvangst zUn verwachting.
.Een schildpadje,” riep Toos verbaasd
<Fig 1).
,Ja. hoe vind je hem?” was de vraag
van Kees. „Het is maar een kleintje, hij
moet nog groeien.” En hier werd weer
wat aarde weggekrabd: „een hazelworm"
<Fig, 2). Ook dit diertje bewoog zich niet,
evenmin als een paar andere diertjes die
net den indruk maakten van steenklomp
jes iFig. 3). Zelfs de kleuren, die schitte
rend hadden kunnen zUn. waren dof.
Henk moest zoo lachen om dit won
derlijk epistel, dat hU zich bUna in zUn
boterham verslikte. Ook Toos proestte
het uit, toen zij op haar beurt den brief
las. Vooral dat „als boven" vond ze
prachtig.
„Het zal wel een leuk type zijn. Je bent
toch van plan er heen te gaan?”
„NatuurlUk gaan we Woensdagmiddag
willekeurig ander getal schrUven, maar dit
is eigenlUk niet heelemaal willekeurig. Het
moet namelijk uit evenveel cUfers be
staan.
'n Derde vriend mag daaronder ook
nog ’n getal plaatsen en ten slotte zet je
er ook nog twee getallen onder, terwUl je
daarna de vUf getallen door weer een
ander lid van het gezelschap op laat Ui
len. De uitkomst van deze optelling moet
nu staan op het papiertje, dat je apart
gelegd hebt of om het nog mooier te
WIST JE DAT?
Waar blüft het goud?
Van 2000 jaar voor Christus tot op
onzen tUd. dat is dus ongeveer een tUd
van 3929 Jaar, werd er voor 64 millllard
gulden goud en zilver gevonden. 64 Mil
liard. dat is maar eventjes 64000 millioen.
En men gaat als nog maar door met
goud delven.
Een keurige glazen bak voor een groot
deel gevuld met zand en hier en daar een
bakje met water.
Kees groef voorzichtig met zUn handen
in het zand en liet zien wat er voor den
dag kwam.
Het was in de rumoerige dagen, dat de
heldhaftige Jeanne d'Arc het konlnklUke
leger der Franschen zegepralend tegen
Engeland ten strijde voerde, dat er in de
onmiddellijke nabijheid van de stad een
groep ruiters kampeerden, die de op
dracht hadden ontvangen om met gevaar
voor hun eigen leven het gevaarlUke ter
rein te onderzoeken, dat ten Noorden van
Rouaan was gelegen.
Iedere soldaat begreep, dat deze op
dracht vrijwel gelijk stond met een dood
vonnis. De bosschen rondom Rouaan im
mers waren rijk bezet met vUanden. die
zonder eenige moeite dekking konden zoe
ken achter de dikke stammen en tusschen
het dichte lommer der boomen.
De Franschen stonden onder aanvoe
ring van zekeren Quy. die door het heele
leger bekend stond om zUn heldenmoed
en doodsverachting. Er werd van hem
verteld dat hU nog nooit een vijandelijk
soldaat gedood had. maar iedereen op
de vlucht wist te Jagen door zUn onver
saagd optreden en geniaal schermer als
hU was: moest er gevochten worden dan
wist hU in den heetsten strijd zUn vij
and nog zóó te treffen, dat die slechts
voor korten tUd bulten gevecht was ge
steld.
Dag in dag uit trok het handjevol man
nen onder aanvoering van Quy voor
waarts in de richting van Rouaan. Op
zekeren dag echter, toen men in vollen
galop voorwaarts rende en Quy met zUn
sabel zwaaide om de mannen aan te vu
ren. dat ze sneller zouden rijden, ont
dekten ze in de verte een groot en mach
tig kasteel. Hun aandacht werd getrok
ken door een donkere gestalt® die op een
der torens stond en met allerlei gebaren
om hulp stond te smeeken.
Quy. die steeds als een echte ridder
optrad, en hielp waar geholpen moest
worden, omsingelde met zUn mannen
Je zou eigenlUk zoo bU Je zelf vragen:
waar blUft eigenlijk al dat goud?
In de oudheid was het gebrulkelük om
aan de overleden koningen groote hoe
veelheden van dege edele metalen mee
te geven in hun graf en op deze manier
verdween er vee! goud uit den were d-
voorraad. Zoo schat men. dat er onge
veer 3 millioen goud verloren is gegaan.
Eenigen tUd geleden werden behalve gou
den voorwerpen van zeer groote waarde
nog goud en edelsteenen ter waarde van
40 millioen gulden uit de graven der Chi-
neesche keizers gehaald.
Men heeft nu berekend, dat van 2000
voor Chr. tot 1492 na Chr. voor 24 mil
liard goud en zilver uit de aarde te voor-
schUn gebracht werd. Waar zijn nu die 64
milliard gebleven?
Op het oogenblik bedraagt de goud
voorraad in Europa en Noord-Amerwa
13 milliard, die aan zilver 10 milliard.
Zuld-Amerika bezit een waarde van 1%
milliard aan goud. zoodat op het oogen
blik. met Azië meegerekend, ongeveer 25
milliard aan goud en 13 milliard aan zil
ver aanwezig is. Totaal dus 38 milliard.
Waar is de rest gebleven?
Over die rest kan niets meegedeeld wor
den. om de eenvoudige reden, dat men
er niets van weet. Zooveel staat echter
wel vast, dat er jaarlijks voor 180 millioen
aan goud en zilver verloren gaat, terwül s
er voor 500 millioen gulden opnieuw in
omloop wordt gebracht. Volgens bereke
ningen van den laatsten tUd moet er in
Indië voor 5 milliard aan baargoud aan
versierselen aanwezig zUn. In China en
Vóór-Indië werd alleen van- 18521857
voor een waarde van 1 millioen aan zilver
in den grond geborgen. De Engelsche re-
geering heeft daarom besloten, in de
plaatsen, waar verondersteld wordt, dat
er veel goud en zilver begraven liggen,
een onderzoek te laten Instellen.
Het kasteel behoorde aan een zekeren
graaf de Berber, een woesteling en een ty-
ran, die bovendien gaarne de vUanden
der Franschen, de Engelschen, begun
stigde. De graaf de Berber, die graag rijk
was, maar er liever niet voor werkte, had
de hertogin de Besniéres, meegevoerd
naar zUn kasteel en eischte nu een hoogen
losprUs voor haar.
Het personeel was den tyran allang
moe. maar op hun eigen houtje hadden
de mannen hem niet aangedurfd. En zoo er plechtig met ons zevenen heen. Het zal
kwam het, dat de mannen van den graat 1
de Berber zich aansloten bij de soldaten 1
van Quy.
Quy Ulde naar den toren, gevolgd door
zi’n trouwste ruiters en trof daar de her
togin de Besniéres snikkend aan. terwijl
de graaf de Berber met allerlei dreige
menten poogde haar in bedwang te hou
den.
Een korte worsteling volgde, maar reeds
na enkele seconden was de graaf de Ber
ber een gevangene. HU werd gebonden op
een wagen geladen en naar de stad ge
voerd. Een kort proces maakte uit. dat
hU reeds herhaaldelUk verraad had ge
pleegd ten gunste van de Engelschen. met
het gevolg dat men besloot hem op af-
I doende manier onschadelijk te maken. De
hertogin de Besniéres keerde naar haar
bezittingen terug en Quy wist tegen alle
verwachting in zUn opdracht tot een
goed einde te brengen en keerde behou-
Moedertje Mies is visite aan 't spelen,
Pop Els en pop Jet zUn op bezoek alle
twee.
Ze zitten eerst net jes en zoetjes aan tafel,
van moedertje Mies krUgen z'een fUn
fUn kopje thee!
Ieder vond een bekwamen leermeester,
die hem in al de geheimen van het vak
InwUdde. De smid moest de paarden van
den koning beslaan en dacht: „Nu kan
't niet anders, of JU krijgt T huis!” De
barbier schoor niets dan voorname hee-
ren en rekende er óók al vast op, dat
t mooie huls voor hem zou zUn. De
schermmeester kreeg menigen houw,
maar hU zette zijn tanden op elkaar en
liet zich niet ontmoedigen, want hU
dacht: „Als je bang bent voor een
stootje, dan krijg Je het huis zéker niet'”
Toen de vastgestelde rijd voörbU was,
kwamen ze alle drie weer te zamen bij
hun vader; ze wisten echter niet, hoe
ze t best gelegenheid zouden vinden om
1 hun kunst te toonen; daarom zaten ze
met hun viertjes bij elkaar en beraad -
slaagden
de oudste wilde hoefsmid. Toen ze daar zoo zaten, kwam er op
eens een haas over het veld aanloopen.
„Ha!” zei de barbier, „die komt als ge
roepen!” nam bekken en zeep, maakte
schuim tot de haas vlak bij was en toen
zeepte hU hem in zijn vaart in, en
aan.
een flinke kerel." zei zUn
hebt je zaakjes eyen goed
de' knie als Je broer; ik weet
niet, wlen Ik het huls geven
moet!” Toen zei de derde: „Vader, laat
mU óók eerst eens vertoonen, wat ik
kan,” en daar het Juist begon te rege
nen. trok hU zijn degen en zwaaide dien
boven zUn hoofd, zoodat er
geen druppel op hem vlet En toen de
bul al hetrlger en heviger werd, een
eehte wolkbreuk, zwaaide hU den degen
aldoor vlugger en vlugger, en bleef zoo
droog alsof hu onder een afdak stond.
Enhet onverwachte gebeurde.
De mannen lieten de brug zakken en
I openden zelfs de poorten.
Quy, die een valstrik vermoedde, durf-
de het niet goed aan. zoo maar zonder
meer naar binnen te gaan, maar terwijl
hU nog stond te beraadslagen, kwam er
een man naar hem toe. die uitgelaten
met een witte vlag zwaaide.
En nu vernam Quy de waarheid.
maken gegeven hebt aan een der lui
uit het gezelschap.
Wat heb je nu op het papier ge
schreven?
Wel. heel eenvoudig het eerste getal met
twee verminderd en een 2 er voor ge
plaatst.
De getallen die Je er zelf bU gezet hebt
zUn echter zoodanig, dat de cUfers met
de cUfers van de andere twee bUge-
schreven getallen samen 9 maken.
Misschien een beetje ingewikkeld?
Kijk dan maar even naar het volgende
voorbeeld.
Het opgeschreven getal is 8914927. Op
je papier zet Je dus
28914925
n.l. twee er af en een 2 er vóór.
Nu zet de volgende 7432845 en de derde
er 1575614 onder.
Er staat dan:
8914927
7432845
1575614
Nu zet je er zelf buvoorbeeld onder:
2567154 en 842385
zoodat je dan krUgt:
8914927
7432845
1575614
2567154
8424385
Want je eerste getal heeft precies de
outers, die, samengesteld bU de cUfers
van het getal dat de eerste vriend er
onder schreef, telkens 9 vormen.
Zie maar: 4 5 9.
Voor de tientallen: 5 4
Voor de honderdtallen: 1 8 9, enz.
Je tweede getal fabriceer Je net zoo.
Zie je dus staan:
1575614
dan schrijf Je er direct heel gemakke
lijk onder 8424385 want
1575614
8424385
Er leefde eens een man. die, behalve
afjn drie zoons niets op de wereld bezat
dan het huis, waar hU in jvoonde. Ieder
van de drie zoons zou natuurlUk na zijn
dood graag dat huis erven, maar de
vader wjst werkelUk niet, aan wlen hij
sou nalaten; hij hield van alle drie
En verkoopen wilde hU het
niet, omdat ’t nog van zUn
over-overgTOotvader was: anders had hij
dAt gedaan, en 't geld onder zUn drie
jongens verdeeld.
Eindelijk en ten
hem
zUn zoons:
wereld
Die drinken
28914925
dan krijg je precies het getal, dat je te
voren hebt opgeschreven
’t Ziet er allemaal heel geleerd uit,
maar het heele geval komt feltelUk
hierop neer, dat je aan het oorspronke-
lijk getal toevoegt 2 x een getal uit
evenveel negens bestaande als het
cUfer telt, dus op twee na een getal uit
1 en evenveel nullen als het oorspronke-
lUke get^l.
Je kimt er dus heel eenvoudig een 2
voorzetten, maar je hebt dan 2 te veel
genomen, die trek Je er dan af.
Toen de vader dat zag, sloeg hU zijn
handen met een klap in elkaar en zei:
„JU hebt het beste meesterstuk gele
verd; het huis is voor jou."
De twee andere broers waren daarmee
tevreden, zooals zU van te voren hadden
afgesproken, en omdat ze zooveel van
elkaar hielden, bleven ze alle drie samen
in het huis wonen en oefenden er hun
vak uit; zoedat ik vind dat ze zich
eigenlijk die moeite hadden kunnen
besparen, om uit te vinden aan wlen het
hoeren zou! En omdat ze hun beroep
schoor hem ook in zUn voUe vaart een
mooi sikje, en dat allee zonder hem te
snijden of pUn te doen.
„Dat staat me aan.” zei de vader, „als
de anderen niet hun allerbeste beentje
vóór zetten, te het huis voor Jou!” Maar
het duurde niet lang, of er kwam een
koets van een voornaam heer aangere
den: de paarden liepen in vollen draf.
„Nu zult u eens zien, wat ik kan, vader!"
zei de hoefsmid, sprong den wagen na,
rukte het eene paard, dat geen oogen-
u blik zUn vaart verminderde, de vier
en eischte nu een hooge losprijs
voor baar.
43. Nul Paard ontfermde zich echter over naar en wierp
Mientje een bal toe. Zoo bleven ze samen een heelen
tUd met den bal spelen.
44. Ko NUn had inmiddels wat anders bedacht. HU tooide
zich met palmbladen en een paar veeren van den
struisvogel en dacht, dat hij nu precies op een leeuw
leek.
42. Daar Mientje echter -tond te prullen, oesioot Jan
Muil haar eens een flink standje te maken. Ze pruilde,
omdat niemand met baar wilde spelen.
41. Den voigeuoen dag werd er nalt genouden en be
dacht men allerhande spelletjes. Krok Odil en Jan
Muil gingen samen dansen.