i
ll
Liebermann voor het Amsterdamsche
Gerechtshof
DE VLUCHT UIT DE POPPENKAST
VAN JAN KLAASSEN EN TRIJNTJE
BINNENLANDSCH
NIEUWS
Eerste Kamer
I
De bouw van een kininefabriek
1
i
Pi
14G
l
f
I
ik
f
De gevaren van den
steenhouwersarbeid
Visschen met een hengel,
geaasd met visch
RAAD
VOOR DE SCHEEPVAART
I
1
f* -
I
i
Waarom Mr. Van Gifrch zich op zijn ambts
geheim beroept. Het verdere getuigen
ver hoor\ Donderdag wordt de behandeling
der zaak voort&ezet.
-y-
53 a 55 pCt, uitkeering aan
crediteuren der Veendammer?
De ontploffing aan boord
van het stoomschip „Breda”
Wie moet den aard van Reclame
beoprdeelen?
FAILLISSEMENTEN
°P
OPCENTEN Sl'IKER ACCIJNS
het
de behandeling der zaak
een
Ontalac r*n recbtererrolr'^K reconclodeerdl
alle
stofver-
I
gebruik
weg,
een
van
rno-
7
<L Graaf en Co.
Ha-
Amsterdam,
liet ministerieel besluit niet verbindend?
i
Disconto-
einde 1926 niet bijgehouden.
mann's vervolging betreft, op een dwaalspoor
Brussel
u
«f
A
i
Het komt er op neer." aldus de president
dat u in 1928 twee millioen van de „Veen
dammer" in uw zak had!"
Liebarmann: ..Dat heb ik beschikbaar ge-
,JEen leder houdt een dagboek, maat.”
„Dagboek. Wat is dat?”
.Aanteekening van wat iemand doet.”
„Neen! Ik laat de politie dat doen!”
geweest
antwoord
Pres.:
Vend.:
Het O. M. der Haagsche rechtbank heeft
gisteren bevestiging gevraagd van een von
nis van dèn Lcldschen kantonrechter, waar
bij de Inspecteur der lichtfabrieken te Lel-
waar
Op
Aan
Voort,
denue
der
al
en NU-
11 voor
gevaren van den steen-
bU
lan.
Itokosky. dat we er op
^hitman anders over
De advocaat-generaal bij den Hoogen Raad
mr. Berger, concludeerde in de zaak van J.
F. B„ die had terecht gestaan voor den
kantonrechter te Arnhem wegens overtre
ding van de algemeene politieverordening al
daar, die o.m. voorschrijft in art. 46. dat
een eigenaar van onroerend goed binnen de
bebouwde kom op of aan gebouwen geen
reclame mag aanbrengen, welke naar het
oordeel van B. en W. uit een oogpunt van
welstand niet toelaatbaar is.
De kantonrechter had het ten laste ge
legde niet strafbaar geoordeeld. Hij meenda
Jat art. 135 der Gemeentewet de verplich
ting der burgerij afhankelijk stelt van het
geen de gemeenteraad bepaalt en niet naar
hetgeen andere machten bepaalden.
De ambtenaar O. M. appelleerde.
De advocaat-generaal concludeerde thans
tot vernietiging van het vonnis en tot ont
slag van rechtsvervolging.
Arrest 10 Februari.
zij nu wel en niet mogen
grond daarvan concludeerde
van rechtsvervolging.
Uitspraak 28 Jan. aa.
Wanneer ver!a^in< der crisishefflng
kan worden overwogen
Nog meende pl„ dat uk de beschikking
den hengelaars niet duidelijk blijkt,
visschen.
pl. tot ontslag
Opgeheven wegens gebrek aan actief'.
10 Jan. H. la Croix, Rotterdam.
lei., het misdrijf al gepleegd was. Ik houd
me aan de tenlastelegging en volgens deze
is het misdrijf gepleegd op 25 Juni 1927!”
Liebermann (met een handgebaar): ..Och
Ik heb toch alles - mijn
latie In pandbrieven zou worden bevorderd-1 gestaan om da zaeX te -
14 Jan.
In het iailllssement van
uitgesproken 23 Maart 1927, is Mr. C. J. O.
M. Schölvlnck. Amsterdam. Weteringschans
120, benoemd tot curator in plaats van Mr.
A. H. Kreymborg te Amsterdam.
Volgens het weekblad „Handelsbelangen"
werden gedurende de maand December 116
crediteurenlijsten gedeponeerd bij de geza
menlijke griffies, met een totaal passief van
f 1.231.661.10. waarvan preferent f 127.150.84.
Vanaf 1 Januari 1929 werden in totaal ge
deponeerd 1366 crediteurenlijsten met een
passief van 32.694.414.65, waarvan prefe
rent f 4.197.443.76.
van uen
boven
door nauwkeurig de volgende wenken
acht te nemen:
Werk zooveel mogelyk in de buitenlucht.
Zorg bij het werken binnenshuis voor rui
me luchtververschlng.
Vermijd zooveel mogelijk
spreiding.
Blais het stof niet
schuier.
Maak zandsteen goed nat.
Waak er voor, dat niemand op den grond
145. „Niet gedraald
mag ons niet
raden en met
’t ook moge
er nog i 2 mil-
werd. de
ondervon-
DE VERGADERINGEN IN D-NVARI
De leden der Eerste Kamer zijn ter ver
gadering bijeen geroepen op Woensdag 22
Januari a.s., des avonds te 8p, uur.
De voorzitter is voornemens aan de orde
te stellen in een op Donderdag 23 Januari
den wegens overtreding der Vlsscherijwet ta
veroordeeld tot f 1 boete subs. 1 dag hech
tenis. HU heeft 10 September jl. In het
binnenwater „De Zijl” onder Lelden ge-
vlscht met een hengel, geaasd met visch.
hetgeen b|f ministerieele beschikking van
27 Mei 1929 van 1 Juni tot en met 31 Oc
tober van dat jaar verboden was In ver
band met den snoekstand.
Verdachtes raadsman, mr. C. J. de Vries, x
pleitte, dat bedoelde ministerieele beschik
king diet verbindend zou zijn. Pl. wees eg
op. dat belanghebbenden, In casu de tlen-
gelaarsorganisattea. over die beschikking
niet zijn gehoord, zooals het Algemeen Vls-
scherijreglement eischt.
Voorts betoogde pl. om., dat het visschen
met een hengel, geaasd met’visch. geen af
zonderlijke wijze van visschen Is. maar ge
woon hengelen blijft, hetgeen de minister
niet kan verbieden.
Pres.: ..Dus dan heeft men den curatoren
In Holland te veel eer bewezen!”
Dan komen de statuten van de ..Veendam
mer” ter sprake ;onder het doorbladeren der
betreffendeartlkelen stelt Liebermann al zijn
breedsprakigheid ten toon. Als hij opmerkt
dat in 't bijzonder aan artikel 48 In de prac-
tyk lang niet altijd wordt vastgehouden.
merkt de president op: ..Zouden we een be-
146. Eindeiyk kwam net dier op het oroge. Al hun moeite
werd oeioond. De drie r-ierulen hadden waarlijk, als
echte helden zich getoend. Piero lei zjjn oor te luiste
ren bij den bek van groote dier. „Nee,” zei hij. .ik
kan niets meer hoeren, hij is dood als een pier."
Opgegeven door
Uitgesproken:
13 Jan. A. Aaiden, J.'P. Hejjestraat 139,
Amsterdam. R. c. Mr. Th. L. van Berckel.
Cur. Mr. P. H. O. M. Brugman. Amsterdam,
Heerengracht 397.
13 Jan. P. W. A. Kusters, Rustejiburger-
straat 29 Ihoog achter, Amsterdam. R. c.
Mr. Th. L. van Berckej. Cur Mr. P. H. O. M.
Brugman, Amsterdam, Heerengracht 397.
13 Jan. W. Spoelder, koopman,
straat 40. A'dam. Rc. Mr. Th. L.
nebben curatoren geheel
I steid aan groote menschen.”
Pres.: „Ja. aan uw advocaten! U moet niet
vergeten dat. ondanks dat beschikbaar stol-
Een ministerieele voorlichting
De minister van Arbeid, Handel c.
verheid heeft vastgesteld de volgende
lichting omtrent de
houwersarbeid:
De steenhouwer staat bloot aan benadee-
111UP zijner gezondheid door de Inademing
van steenstof.
Tengevolge van den rt;
kunnen longziekten ontstaan.
1-—V .„..ivu-ciuk Kracn-
tlg gebouwd en gezond Is. Men volge by de
beroepskeuze de raadgevingen van dén keu
renden geneesheer.
Men-vermindert de kans op ziek worden
1 in
De Raad voor de Scheepvaart deed uit
spraak Inzake de ontploffing In een deklei-
dlng zuurstof aan boord van het stoomschip
.Breda.”
De Raad is van oordeel dat dit ongeval,
dat door het springen van een cylinder kan
zijn veroorzaakt, zoo gunstig mogelijk Is ver-
loopen, daar zich zeer weinig personen aan
dek bevonden en ook van hen niemand Is ge
troffen.
Het resultaat van het Ingestelde ondersoek
komt hierop neer dat is aangetroffen een
sterke interlng op een plaats aan de binnen
zijde van de flesch. waardoor daar ter plaatse
de want tot op de helft vernield was.
De kapitein verklarde dat het nog niet zeer
warm was geweest toen het ongeval plaats
had. Het Is echter zeer aan te bevelen de
flesschen zooveel mogelijk tegen tempera-
tuursverhooglng te beschermen.
Het temperatuursverschil is geen onbelang
rijke factor.
Van meer belang nog Is dat waarborgen
worden verkregen voor een voldoende sterkte
der cylinders.
Volgens aan den Inspecteur voor de
Scheepvaart In het le district gedane toezeg
gingen, zou de directie der Bataafsche Pe
troleum Maatschappij zich thans bereid heb
ben verklaard de zuurstofcyllnders, welke door
haar met de schepen der Koninklijke Neder-
landsche Stoomboot-Maatschappij warden
verzonden, telkens om de 5 jaren onder toe
zicht van het Rijksnijverhelds-Laboratorlum
te Delft te doen beproeven, terwijl genoemde
reederij geen zuurstofcyllnders ten vervoer
zal aannemen zonder dat deze uiterlijk 5
jaar geleden nieuw zijn geleverd of voorzien
zijn van een attest van beproeving. Een over
gangsperiode van vijf jaar zal noodlg zijn ter
bereiking van het resultaat dat alle in om
loop zijnde cylinders zijn beproefd.
De Raad is van oordeel dat op deze wijze
een verbetering is verkregen in vergelijking
met den vroegeren toe tand, al komt de ter-»
mijn van vijf jaar den Raad wel wat lang
voor.
sement der Veendammer in totaal t*3 a 55
pCt. zullen ontvangen
Mr. Kokosky1'.tot getuige:
of tegen den wand spuwe.
Vermijd overmatige krachtsinspanning.
Uwe houding by het wei* zy zooveel
gelijk rechtop.
Houd den mond gesloten.
Een onmisbaar voorbehoedmiddel in den
strijd tegen longziekten is het versterken en
gezond houden van uw lichaam ook buiten
de werkplaats. Hiertoe is in de eerste plaats
noodlg het nakomen der volgende wenken:
Onthoud u van alcohol.
Voed u k“achtig en doelmatig.
Oebntk uw vrijen tyd voor gezonde ont
spanning.
Zorg voor voldoende nachtrust.
niet verantwoord achtte. Wat
is geschied vindt zijn verklaring in
de
Th. Duyker, koopman. Noorder-
straat 7, Amsterdam, R.c. Mr. Th. L. van
Berckel. Cur. Mr. E. Vogels.
Keizersgracht 451.
Vernietigd op grond van verzet:
8. Locher, Amsterdam.
A. J. Daniels,
steenhouwersarbeid
„„.to luugzKKien ontslaan. -- -
Alleen hy worde steenhouwer, die krach- sprekïng van dezekwestle nl et lieveijiltste -
De zitting.
Liebermann, die eentgen tyd door een
veldwachter bewaakt achter in de zaal neeit
gezeten wordt, als te kwart over tien net
Hol binnentreedt, naar de verdacntenbank
gebracht Hij ziet er bleek en vermoeid uit.
Het Hof is samengesteld uit Mi o M.
Jolles, president. Mrs W Boekhoudt en J.
G. Meilink, raadsheeren en Mr. O. J. van
Geuns, griffier.
Het O. M. wordt waargenomen door ad
vocaat-generaal Mr A Baron Van
rlnxma thoe Siooten,
De President wendt
len tot het verhoor van mr. Van Nlerop, die
deskundig Is op dat gebied?"
Liebermann: „Ja, wet is wet.”
Pres.: „U wordt er heusch niet door ge
schaad!"
Mr. Duys: „Wel neen!"
Mr. Duys wijst er dan op, dat er nu 53 k
55 pet. wordt uitgekeerd. Als nu Woltman
zoo vraagt hy aan dir. Salm met het
beheer der. „Veendammer" op de gewone
wyze was doorgegaan, waren de pandbrief-
houders er dan niet veel beroerder aan toe
geweest? Mogen zy eigeniyk niet dankbaar
zyn dat de zaak zoo geloopen is?
Mr Balm: „Ik ben geen waarzegger! Ove
rigens wil Ik er aan herinneren, dat Woltman
destijds er van gesproken heeft, om op de
puinhoopen van de „Veendammer” een nieu
we op te richten. Hy begreep dus wel dat
de zaken verkeerd gingen.”
Mr Duys (tot getuige!„Hoe is uw oordeel
over de rede, welke mr. Van, Gigch op de
bekende vergadering van Juni 1927 gehou
den heeft? HU sprak er toen van. dat de
zaken zoo goed gingen!”
Mr. Balm: „Ik kan me hier moeilijk over
de waarde van een toast uitlaten!” (gelach).
De volgende getuige Is mr. A. 8. van Nle
rop. de andere curator in het faillissement
van „Veendammer" en „Discontobank”.
Als de bekende plannen van de ..Atlas
Hypotheekbank” ter sprake worden gebracht,
merkt de president op: „Liebermann, het
Hof «vU aannemen, dat u wel wat zag in de
Atlasnlannen misschien kan deze verzekering
het debat wat verkorten!
Ik geef toe. meneer
de vorige zitting, ven
dachten!"
Liebermann geeft dan een uiteenzetting
van de 4jze. waarop de -Atlas” zou werken.
In de Randstaten zou als hypotheekrente
12 pet. worden betaald met 2 8 3 pet. afsluit-
provlsie.
Mr Duys concludeert dan uit verschillende
vragen dat men de zaak niet begrijpt. .Ik
ben met een groot partlpris tegen deze zaak
begonnen.” zegt hy. „en ik heb weken noodlg
gehad om mU in de materie In te werken.
Ook Ik heb meermalen gedacht, als ik de
zaken met Liebermann besprak: ..Nou zeg
je maar wat!" Maar als Liebermann dan
alles uiteenzette, kon Ik niet anders zeggen
dan: je hebt geliik!"
Als mr. Duys dan op een gegeven moment
den heer Van Nleron op scherpen toon on
deskundigheid verwyt, waardoor hU In con
flict komt met den president, zegt deze: ..Een
dergpllike toon wordt hier van u, meneer
Duvs. niet geduld!”
Hierna treedt mr. L. van Gigch Jr. gis
derde getuige voor het hekje.
Getuige beroept zich oo zyn ambtsgeheim,
heteeen Liebermann doet opmerken: ..Ik wil
absoluut, dat de heer Van Gigch spreekt!"
De heer Van Gigch blitft echter het geven
van elke getuigenis weigeren en legt, om
zyn houding te motiveeren. letteriUk de vol
gende verklaring af:
„Ik weet, dat de heer Liebermann mU van
mijn beroepsgeheim wenscht te ontslaan.
Dit kan echter niets aan myn plicht tot ge
heimhouding veranderen, zooals In een
analoog geval door den Hoogen Raad ook
beslist is Het sp-eekt toch vanzelf, dat ind’en
het voldoende zou ziln een advocaat te dwin
gen als zlin cliënt hem er vryheid toe geeft,
dit in het nadeel zou zijn van e’ken cliënt,
d’e dat weigerde en die dus zou biyken iets te
verbergen te hebben. Het beroepsgeheim is
n‘et ingesteld ten behoeve van een bepaalden
cliënt, doch van de maatschappy.
Natuuriyk heeft de heer Liebermann groot
geliik te verklaren, dat hy niets te verbergen
heeft en ik dus alles mag zeggen, wat tk weet.
Het moet de groote troef van eiken verdachte
zyn. dat zonder vrees te kunnen zegven en
de heer Liebermann weet en heeft dat reeds
voor zijn uitlevering geweten, dat ik zal
blUven zwijgen. Ik zeg niet, dat mUn verkla
ringen Iets te zUnen nadeele zouden opleve
ren. doch het kan ook anders zyn. Dat kan
de heer Liebermann niet beoordeelen en kan
ik zelf ternauwernood weten, omdat het af
hankelijk 13 van het inzicht van den rechter.
Hej is duldellik. dat. hoe standvastiger Ik
weleer te getuigen, des te sterker de ver
dachte en ziln verdedlgtn» daarop zullen aan-
drln^en. MUn stilzwijgendheid is echter ult-
v1oe’«-1 van de voorschriften van de balie en
wordt door alle Nederiand'che en Fransch*
auteurs als vanzelfsprekend'beschouwd Zelfs
al is hil volkomen onschuldig, kan bovendien
dit standnunt in het belang van den heer
Liebermann ziln. De eenlge. die er waar-
sciiVnlilk nadeel van heeft, ben ik zelf
Persoonlijk heb ik niets te verzwijgen Maar
door niets te verklaren, laat ik het veld vrij
aan den heer Liebermann en aan ziln verde
digers voor elk, ook teven mij gericht,
svsteem. Tk zal op geen enkele bewering kun
nen antwoorden, op geen enkele tot ml? ge
richte beschuldiging my kunnen verdedigen.
Ik ben mil er van bewust, dat daarvan door
de verdedigers ruim gebruik kan worden ge
maakt En Indien <*oor hen uitvoering wordt
geeeven aan hun voornemen, reeds aan j
onderscheiden nersonen kenbaar gemaakt, te
weten dat. fndfen ik mij oo myn ambtsge
heim zou b’Uven beroepen of zou wegblijven,
zil mil zouden afmaken en vernietigen dan
is het gevaar, waarop Ik doelde, niet denk
beeldig. I
Ik ral d’t echter moeten dragen en ik zal
op deze wyze den heer Liebermann waar-
I schyn’tjk meer van dienst zUn dan Ik ooit
i door myn getuigenis zou kunnen zyn. Mijn
innerlijkste overtuiging verzet er zich tegen
~"a geheimhoudingsplicht te breken, mls-
1 Oshies la strijd met mijn dUat te komen
druk heeft gekregen, dat zy hun gegeven
woord hebben gebroken!
Pres ,,Laat meneer Coppens dat hier zelf
maar eens komen vertellen, wat zyn dat nu
voor woorden I"
Mr. Balm: „Curatoren hebben geen enkele
garantie gegeven, dat weet mr. Coppens heel
goed!"
I Mr. Duys merkt dan op. dat door het feit
dat curatoren niet gepubliceerd hebben, dat
er nog gelden waren teruggekomen, de oand-
brlefhouders meer benadeeld zyn dan noodlg
ware geweest.
Mr. Balm: „We vonden geen termen om
deze mededeellngen te doen, omdat hierdoor
speculatie In pandbrieven zou worden bevor
derd. De publicatie in „De Telegraaf" van
den heer Rademaker Is voor curatoren een
zeer onaangename verrassing geweest, deze
publicatie heeft dan ook den volgenden dag
beursfluctuaties tengevolge gehad.”
Liebermann krygt dan gelegenheid, het
een en ander tot zyn verdediging op te mer
ken, waarvan hU dankbaar gebruik maakt
Herhanldelijk komt het tusschen hem en den
president tot een woordenschermutseling.
dat zy er naar zouaen st’even. om te oe-
reiken, dat de vervolging tegen Liebermann
zal worden gestaakt
In deze kwestie
bona tide gehandem.
Mr. Duys merkr dan op. dat door net
feit, dat curatoren niet gepubliceerd neb
ben, dat er nog gelden waren teruggeKomen,
de pandbrlefhouders m-e benadeeld zyn
dan noodlg ware geweest a
Mr. Salm vond geen temmen, oin deze me
dedeellngen te doen, omdat hierdooi specu-die tenlastelegging...
mannen, riep Jan Klaasen. „de kaaiman
ontgaan, trekt goed aan de iyn kame-
het beest Is 't gauw gedaan. Trekt, hoe
spartelen, hoe woest het ook gaat te
keer, de snoodaard zal. 't ondervinden: hier is het ook
leer om leer.”
De machine-avsrij van het stoom
schip „Zonnewyk”
Voorts deed de Raad uitspraak inzake de
machlne-avery aan boord van het stoomschip
„Zonnewyk” gedurende de reis van Constan-
za naar Bremen. De Raad is van oordeel dat
dit ongeval is veroorzaakt door het breken
van een junkringbout In den H. D. zuiger,
welke gebroken bout, tusschen zuiger en dek
sel gekomen, beide heeft doen breken.
Het is te verklaren dat de kapitein, ver
trouwende op de bekwaamheid en hulpvaar
digheid van den eerste machinist Braam en
diens personeel de hem aangeboden sleep-
boothulp afwees. Hier is. ook uit technisch
oogpunt, onder zeer mceliyke omstandighe
den. als groote hitte en het werken in een
zeer beperkte ruimte, een flinke daad ver
richt, door het uitvoeren van een noodrepara-
ratie, welke in een fabriek niet op betere
wyze kon geschieden.
Aanvaring „Noorderdyk” en
„Ingarö”
Wat betreft de aanvaring van het stoom
schip „Noorderdyk” en het Zweedsche stoom
schip „Ingarö” op de Elbe tydens mist Is de
Raad van oordeel dat, daargelaten of het
'geven van B. B. roer met volle kracht achter
uit na het anker komen wel goed was. de
hoofdvraag in dit geval deze is, of de „Noor
derdyk" niet eerder had moeten ankeren. In
het Oste-Bank vaarwater staat, volgens de
kaart, voor een schip als de „Noorderdijk”
voldoende wuter. Het is echter alleszins be-
grijpeiyk dat de kapitein is gezwicht voor het
advies van den loods, die het ankeren daar
ter plaatse
verder
!en ml t. Van een bepaalde fout van
Noorderdyk” is ten deze niet gebleken.
des voormkidags te 11 uur te houden open
bare vergadering de volgende wetsontwer
pen:
Onteigening van eigendommen, erfdunst
baarheden ot andere zakelyke rechten, noo
dlg voor uitbreiding van het veemarktter-
reln ie Gouda,
goedkeuring van de onderhandsche over
dracht door ruiling, van militairen grond te
Norg aan mr. E Pellnck te Assen:
afschaffing van de Verdediglngsbêlasting II
en van de opcenten op den sidkeraccijns-
heffing van opcenten op de inkcftistenbelas^
Ung ten behoeve van het Leenlngsfonds 1914
en wUzlgaig van het tarief dier belasting
van het tarief van Invoerrechten.
Opgegeven door v. d- Graaf A Co.
Uitgesproken:
10 Jan J. Prince, huisschilder. Rotterdam.
Meekrapstraat 11- Re. Mr. Dr. J. Wynveldt.
Cur Mr. H. J. Sasburg, Rotterdam
10 Jan. E. I. van der Sluys. winkeljuffrouw
Rotterdam, Bergweg 303. R. c. Mr. Dr. J.
Wijnveldt Cur. Mr. H. J Sasburg. Rotter
dam
10 Jan. H. Pinto, koopman in lompen. Rot
terdam, Ammanstraat 28. R.c. Mr. Dr. J.
wynveldt. Cur. Jhr. Mr. A. C. A. Stern, Rot
terdam.
10 Jan. J. F. Nlethommer. Rotterdam. Pas
lage 5 Rx. Mr. G. L. van Oosten BUnge-
land. Cur Mr. G. J. O. Bchilthuis. Rotter
dam.
10 Jan. A. Balder, koopman. Alkmaar,
Kennemerpark 30 R.C. Mr. N. Muller. Cur.
Mr. P. Langeveld, Alkmaar.
11 Jan. N. Huiting. autobusondernemer,
Valthe gem. Odoorn. R. c. Mr. F. M. Pleyto.
Cur. R. Richie, Nw. Amsterdam.
Pres, tot verdachte: Op 15 Juli 1927
teekent u twee conuacien, een contract us.
2>v mlUloen in comanien zou wo.oen oe-
taaia en een anuer couuacc, waarov wei«
overeengekomen, dat met in contanten zou
worden oetaaid, maar dat genoegen zou
worden genomen met een vordering op de
olscontobank. Wanneer is dat oesproken?
Verd.Dat Is nooit besproken.
Getuige Woltman: Dat is niet besproken.
ant de basis van de besprekingen was, dat
hy geen contanten had.
Verdachte Liebermann dead het voorko
men, dat hU niet by de besprekingen tegen
woordig mocht zijn en zelfs het contract niet
heeft gelezen
Morgen wordt
voortgezet.
de
men
aan
brengst der inkomstenbelasting het aantal
opcenten zai kunnen worden verminderd,
wordt geantwoord dat op een jaarlyksch
accres van drie ton van de gezameniyke
crisisheffingen gerekend wordt. Gaat het
accres daarboven uit. dan zal eerlang een
verdere verlaging der crisisheffingen kun
nen worden overwogen.
Afschaffing van de opcenten op de grond
belasting scheen niet in die mate urgent
als de in het ontwerp vervafe voorstellen.
De publicatie In de Telegraaf van den
heer Rademaker is voor curatoren een zeer
onaangename verrassing geweest
Deze publicatie heeft dan ook den volgen
den dag beursfluctuaties «en gevolge gehad.
Liebermann krygt dar gelegenheid net
een en ander tot zyn verdediging op te
merken, waarvan hy dankbaar gebruik
maakt
Herhaaldeiyk komt he. tusschen hem en
den president tot een woordenwisseling.
„Het komt er op neer aldus de presi
dent. „dat u in 192b twez millioen van de
Veendammer In uw zak tiadt
Liebermann: „Dat heb Ui beschikbaar ge
steld aan groote menschen
President. „Ja, aan uw advocaten. U moet
niet vergeten, dat. ondanks het beschikbaar
stellen, het mlsdryi al gepleegd was. Ik
houd me aan de ten laste legging en vol
gens deze is het misdryf gepieegd 25 Juni
1927.”
Liebermann (met een handgebaar): „Oen,
die ten laste legging Ik heb alles af
gestaan. om de zaak te reoden
Dan komen de statuten van de Veendam
mer ter sprake. Onder het doorbladeren
betreffende krttkelen itelt Liebermann
zyn breedsprakigheid ter toon.
Het geld, dat Ik van de Veendam
mer heb ontvangen, heb ik teruggegeven.
Pres.: Toen het te laat was.
Verd.: Aan Schürmann heb Ik betaald en
aan Sedeyn heb ik betaald.
Aan Schürmann?
ZU hebben er my In laten loopen.
Pres.: U zegt: Ik had over de twee mil
lioen.
Verd.rik had alles betaald.
Pres.: Maar u had geen twee millioen. Dat
was geld van de Vëendamnaer.
Mr. Duys: Ik heb aan diverse banken In
België verzocht te willen opgeven, welk ver
mogen Liebermann by de banken had. Pl.
wil de onderteekende brieven met de data
overleggen. Daaruit zal biyken. welk vermo
gen Liebermann had vóór de transactie met
de Veendammer.
Pres.: Liebermann kan ook wel met mll-
Uocnen van de Discontobank In zUn zak heb
ben rondgeloopen.
Mr. Duys: Maar dan zal de aanklager
dat hebben te bewUzen. Als men zoo rede
neert. kan ik de brieven wel vóór my houden.
Getuige Woltman: Liebermann moet het
na dien tyd verdiend hebben. Uit zyn eigen
mond heb ik vernomen, dat er van de mil-
lloenen geen cent was overgebleven.
Op een oogenbllk dat mr. Van Nlerop over
een bepaald punt werd gehoord, maakte mr
Duys excuses over zijn ironische opmerking
aan het adres van dien deskundige. „Ik ge
loof.” zei hy, „dat In deze het ongeiyk aan
myn kant was”.
Mr. Duys constateerde, dat getuige Wolt
man thans alle schuld op Liebermann
trachtte te gooien, terwyi hy vroeger steeds
verklaarde, dat het idee dat in activa zou
worden betaald, van hem Is uitgegaan.
Naar aanleiding van een opmerking van
mr. Duys wyst mr. Balm er op. dat curatoren
zich tot niets anders verbonden dan dat zy
er naar zouden streven om te bereiken dat
de vervolging tegen Liebermann zou worden
gestaakt. In deze kwestie hebben curatoren
geheel bona flde gehandeld.
Mr. Duys antwoordt In verband hiermede,
dat er toch wel eenlg misverstand biykt te
bestaan. Pl. heeft n.l. In zyn bezit een brief
uit den Congo van maitre Coppens (Lieber
mann's BrusselFChe advocaat) waarin deze
o.m. schrijft dat de heeren Balm en Van
de Memorie van Antwoord op
veis.ag over net wetsontwerp hou-
a.ó'jiamug van de veraeaigmgsoeias-
ting Lt en van ue opcenten op oen suixer-
ao.uus. neuuig van opoiiuen up ne inxum-
sienueiastmg ten oenoe.ve van bel Leemugs-
Xonus 1914 en wijziging van net tanei (uer
beiaseing en van net lanei van invoerrech
ten. is nei volgende ontieena:
Alscnaiiing van den v,eeochaccyns zou
een gai >n uen gewonen uienst neuoen ge-
aiagen. on gat ware siec'nls ie vuuen ge
weest met „uoor cr«uaheiiuigeii opgeurucute
ge.den Laatstgenoemoe ge.aen zouden dus
spn „georuiKt om uitgaven van aen gewo
nen uiensi te ciiKken iets wai ook voigens
de leuen, die in net V. V. aan aiscnamug
vieescnaccuns oe vooraeur gaven
aischainng van ae Verdeoiging-e)?--
lasiuig 11. met geooriooid ware
Het oezwaar vau anoere lenen, aai de con
versie van net oiyvend gedeer-e oer Venle-
diguigsoeiasiuig 11 in opcenten op ae lUKcm-
stenoeiastmg. geluk nei ontwerp cue vot
stand brengt, evenzeer oeteexeni „net be
zigen van de oporengst van crisrsaeineigen
to verlaging van sommige gewone hellingen
berust op een misverstand. Immers, er wor
den geen gewone hellingen venaagd. De
oporengst der inkomstenbelasting bl^jlt de-
aeiioe als levoien.
De minister beioogt vervolgens, dat laatst
genoemde alscnaiiing vereenvoudigingen in
konier en aansiagoajet veroorzaakt. Boven
dien wyst de minister op het voordeel, dat
de ve.ueaigingsoeiasting II nu finaal ver-
dwunt en dat siechts zullen o ver bluven op
centen, die in zicnzell het kenmerk dragen
van nun luaeujKheid. Anders gezegd; deze
crisisnelimg wordt nu op doodioopend spool
gezet. Hoezeer dit nuttig is, Is weer geble
ken uit sommige uitlatingen m het deoai in
Tweede Kamer. Van opcenten scheldt
gemaxkeluker dah van een zelfstandige,
velen geheld geworden belasting,
i de vraag, oi by stijging van de op-
d. Helst-
Berckel,
Cur. Mr. P. H. G. M. Brugmkn. Amsterdam.
Heerengracht 397.
13 Jan. M. Klint. firma Kllnt Co.,
koopman In uurwerken, O. Z. Achterburg
wal 152, Amsterdam. RX. Mr. Th. L. van
Berckel. Cur. Mr. J. C. P. H. Koster. Hil
versum. Kerkbrink 5.
13 Jan. 8. Ossendryver. winkelier in ma
nufacturen, Hilversum, Geuzenweg 22. Rc.
Mr. Th. L. van Berckel. Cur. Mr. J. C. P. H.
Koster, Hilversum, Kerkbrink 5.
13 Jan. J. H. Vos Br. VUzelstraat 5. Am
sterdam. R.c. Mr. Th. L. van Berckel. Cur,
Mr. J. C. P. H- Koster. Hilversum, Kerk
brink 5.
13 Jan.
„U kent na
tuurlek het kassierscontren. waarvoor ’Je-
bermann en Van den Coren borg waren?
Blijkt, volgens u. daarm dat de vordering
niets waard was?” I
Mr Salm: „Ik weet niet anders dan dat
in plaats van de t 2S millioen nominaal
die aan de Veendammer onttrokken is. een
vordering op de Uisconto-Bank in de plaats
Is gekomen.
Mr Kokosky: „Dus als d* Disconto-Bank
behoorlUke intenties nad gehad zou er niets
ernstigs gebeurd zUnl'
Naar aanleiding van een opmerking van
Mr. Duys. wyst Mr Saitr er op. dat Cura
toren zich tot niets anders verbonden, dan
De beslissing verd»«grt
Het Gemeentebestuur van 's Graveland
heeft de beslissing Inzake de kininefabriek
verdaagd. Dezer dagen zal de terinUn
verstreken zUn, waarby volgens de Hinderwet
-* besltssüig moet worden genomen.
of zyn getuigenverklaringen in een «ventueel
vonnis tegen myn cliënt te zien
gebruiken. Ondanks het verzoek dus
van den heer Liebermann om _te
getuigen, ondanks den klaarbiykeiyken risico
dien ik loop, dat men. wetende, dat te'dezer
plaatse geen tegenspraak te wachten is. zal
trachten zooveel mogeiyk de schuld op myn
schouders te laden en mU als advocaat te
i treffen, zal ik biyven zwygen, omdat ik niet
kan en niet mag spreken."
De zaal Is. bij het afleggen dezer verkla
ring, met een groot aantal advocaten gevuld,
die. zacht onder elkaar fluisterend, hun op
merkingen maken.
Mr. Duys acht het dan noodzakelyk. er op
te wUzen. dat op ambtsgeheimen uitzonderin
gen mogeiyk zyn. Acht mr. Van Gigch in dit
geval geen uitzonderingsgeval aanwezig? Oox
weet pl. dat mr. Van Gigch een brief van
Liebermann, aan hem. Van Gigch. gericht,
aan een vriend heeft afgestaan. Ook dat is
toch geen handhaving van een ambtsgeheim?
Wat overigens de kwalificatie ..afmaken" be
treft, welke mr. Van Gigch heeft gebezigd;
pl. zal In zyn pleidooi natuuriyk de rol der
advocaten ter sprake brengen. Tk behoud my
daartoe", aldus mr Duys. „alle rechten voor
en ik acht dat dan ook myn plicht.
Maar tk kan niet toelaten dat dit gediskwa
lificeerd wordt als „afmaken" van mr. Van
Gigch!"
Mr. van Gigch biyft zich op zyn verschoo-
nlngsrecht beroepen.
Op een vraag van den president aan Lie
bermann of mr. Van Gigch zUn raadsman Is
van Maart 1927 tot Januari 1928,
verd. bevestigend. Voorts biyft
verd. er op staan, dat Van Gigch spreken
zal.
Mr. Kokosky: „De motieven, welke ons er
toe geleld hebben, om mr. Van Gigch op te
roepen, zyn genomen in het belang van onzen
cliënt. Maar zou het ook niet mr. Van Glgch’s
eigen belang zyn om voor het publiek te ver
tellen wat hU van de raak weet?”
Mr. van Gigch: „Ik heb myn eigen belang
by het bepalen van myn houding ook afge
wogen-, de vraag of mUn belangen geschaad
of gebaat zullen zUnx moet Ik In het midden
laten”.
De advocaat-generaal vraagt er acte van
dat mr. Van Gigch zich op zUn ambtsgeheim
beroept: voorts zou spr. «beslist willen zien
of by elke vraag een beroep op het ambtsge
heim opgaat
Ook mr. Duys richt In dien geest een ver
zoek tot het Hof.
Het Hof gaat hierna geruimen tyd In
Raadkamer: na terugkeer deelt de president
mede, dat naar het oordeel van het Hof mr.
Ypn Gigch zich terecht op zUn ambtsgeheim
heeft beroepen.
Vervolgens wordt gepauzeerd.
Na de pauze zette het Amsterdamsche
Gerechtshof gisteren de behandeling in
hooger beroep voort van de strafzaak tegen
Salomon Liebermann
Als getuige werd gehoord de vroegere
directeur van de Veendammer, J. J. Wolt
man Jr. Het was een zeer langdurig verhoor,
datgeen nieuwe bijzonderheden opleverde,
maar wel op een aantal détails aanleiding
gaf tot een mln of meer vinnig debat met d«p
verdachte.
Pres., tot verdachte: Wat voor privé-ver-
moeen had u?
Verdachte: Minstens een millioen.
Pres.: Hoe kwam u aan dat millioen? In
1926 bezat u niets en moest u geld leenen
Waarom heeft u nooit over uw privé-vermo-
gen gesproken?
Verd.: Ik heb tot den rechter-commissaris
gezegd: als tk u myn relaties opgeef, wordt
dat dan onderzocht door een onpartlg expert
en niet door de Haagsche politie? De
rechter-commlssaris zei. dat dit zon g»a:hle-
den. Toch kreeg Ik later een Haagschen
rechercheur op mUn dak.
Pres.: Daarna schrijft u een lange memo-
rie en nog een memorie en vervolgens een
suppletoirs memorie en in al die memories
wordt niets van uw particulier vermogen ge
sproken.
Vend.:
zich dadeiyk tot Lie
bermann met de vraag, waarom hy In hoo
ger beroep is gegaan.
Liebermann: „Omdat h*t vonnis van de
rechtbank kant noch wal raakte
President: „Wllr u nu uw bezwaren tegen
het vonnis Kenbaar maken?”
Liebermann: ..En he. memorandum, dat
ik heb ingediend?”
President: „Ja, Ja dat is zoo! Het Hot
heeft daarvan met belangstelling kennis
genomen
Aangevangen wordt met ‘net verhoor van
Mr. G. J. Salm. curatot in het faillissement
der Veèndammer en vxir de Disconto-Bank
voor Credietinstelllngen
Zyn verhoor levert uit den aard der zaak
geen enkel nieuw gezichtpunt op Wy stip
pen er alleen uit aan. dat er 25 Juni 1927
geen voldoende dekking vocr.jje papdbriel-
houders was. zoodat teer, e-
Hoen aan de Bank onttrokken
crediteuren hiervan groot nadeel
den.
Voorts waren de boeken der
Bank, de Instelling van Liebermann, sinds Nlerop hem. wat de Intrekking van Lieber-
einde 1926 niet bijgehouden. l ,u.eu,B
Dr. Salm deelt oo« mede dat hy. den in- hebben gebracht en dat hU den sterken In
druk heeft gekregen dat Liebermann oy de
dading te Brussel niets achtergehouden
heeft.
President: ..HU heeft dus, volgens l^
de dading alles te goeder trouw afgestai
evenals Woltman."
Mr. Salm: „Ja. d»e overtuiging heb ut."
Getuige deelt ten slotte mede dat de ver
wachting is. dat crediteuren in het tallus-