Suze
Roomboter
Kuyper
LANGESTRAAT 71
Zomer
hoeden
Vroom &Dreesmann
Spaander Co. N.V.
Uitverkoop
van onze restanten
9
Overijselsch Dagblad
ALBERT HEI JN Fa. HOUWING
GROOTE
ZATERDAGMORGEN
ZOMEROPRUIMING
UITVERKOOPS-AANBIEDINGEN
SCHOENEN-AFDEELING
GROOTE
68 CENT
98 CENT
HOUTTIL 15
Zaterdag-
morgen
i
15 pCt.
ALKMAAR
MIENT 7
N.V. ALKMAARSCHE
EXPORTVEILING
BEKENDMAKING
ALKMAAR
Vergadering van den Raad
ALCMARIA VICTRIX I
HAARLEM TOER ELFTAL
naar maat
Colbert Costuums 15 pCt., Demisaisons 15 pCt., Pantalons 15 pCt., Overhemden, Hoeden, Petten 15 pCt., alles a contant
ADVERTEEREN DOET VERKOOPEN
NOG ENKELE SENSATIONEELE
naar
LINNEN STRANDSCHOENEN
uur
DAMESSCHOENEN
DAMES-COSYPANTOFFELS
ALKMAAR
LANGÉSTRAAT
MODES
PELTERIJEN
i
der gemeente Alkmaar
I
Minste korting
i
ZONDAG a.s. 7 UUR
Op Heeding
AANVANG ONZER
géén korting
UIT ONZE
Aanbevelend
begint onze
van 3.90 voor
van 1.60 voor
I
0.95
2.95
enz.
ALLEN NAAR
I
De Mkende ZAANSCHE KOEKEN
in bussen van 20 stuks
Per Bus24 cent
32—38
36—41
42—46
VOOR VERDERE AANBIEDINGEN ZIE
„PRAKTISCHE HUISVROUW” EN
ONZE ETALAGE
43 ct.
53 ct.
63 ct.
73 ct.
78 ct
88 ct.
ADVERTENTTEN: 1-4 regelt 1145, elk* Mgri meer f O4S. Jaar
abonnement; 500 regels i 20 ct per regel, 1000 regels 17 ct
per regel 2000 regels a 15 ct. per regel, 3000 regels k 13 ct. p. r.
Ingex. mededeelingen dubbel tarief: op de 3a pagina driedubbel
Alkmaar en Schagen
Houttil 15 Laagzijde
I
I
20—23
24—27
28—31
Wij willen onze nieuwe zaak openen ,met
nieuw friseb goed en ruimen alle aanwezige
goederen tegen elk aannemelijk bod op.
.Profiteert van deze extra gelegenheid.
Thans kunt LJ beslist goedkoop koopen.
HET BESTUUR
tegen spoilage prijzen
0.75, 0.95 1.45,
1.95,
KOEKJES per half pond 35 cent
bereid met zuivere roomboter. Iets nieuws en bijzonder lekker
COCOSBANKET per half pond. 25 cent
VRUCHTEN IJSWAFELS per half pond 25 cent
BRUSSELSCHE KERMIS per half pond 25 cent
ALKMAAR. FNIDSEN C103 hoek HEKELSTRAAT
en CHOCOLATERIE. PAYGLOP 6
SCHAGEN ENKHUIZEN HOORN
R 353
c
e
Ml
spr.
Bad- en Zwem-
>■■1
T
I
Wit, zwart en grijs, met rubberzool
Uitsluitend uit eigen fabrieken
Wit linnen met prima lederen zool en hak
I
Réén aanleiding ge-
om een beslteing een
staat
van
klas,
voor
de
een
(Vervolg)
I
HOOFDKANTOOR ZWOLLE
DOOR DUIZENDEN GELEZEN UIT
ALLE STANDEN. IS MEN VER
ZEKERD DAT ELKE ADVERTENTIE
DAARIN GEPLAATST. SUCCES HEEFT
Vanaf Maandag 30 Juni zal er eiken dag om
half twaalf bloemkoolveiling worden gehouden.
De partijen, welke aangeboden worden, mogen
door koopers in eenen of tweeën worden gekocht.
Meerdere splitsing van elke partij wordt niet
toegestaan. Kratten voor verzending zijn voor
koopers op de veiling tegen den kostenden prijs
beschikbaar. Aanvoerders van bloemkool in em
ballage moeten vóór half elf aanwezig zijn,
overige aanvoerders uiterst éll uur.
Spr. herinnert aan een Indertijd van
en W ontvangen antwoord over de plannen
tot bouw van een overdekte bad- en zwem
inrichting. Toen waren we aldus spr., ver
heugd met de gedane toezegging, die echter
tot dusverre toezegging bleef. Er zijn in de
tegenwoordige inrichting 42 hokjes; bij lange i
na niet voldoende.
De toestand is slecht; er drijft vuil
ena Spr. gelooft, dat er een einde aan dezen
onhoudbaren toestand spoedig moet nomen.
Een behoorlijke Inrichting zou zeker het
zwemmen en baden doen toenemen.
Zoodoende is spr. tot deze vragen geko
men.
De VOORZITTER heeft met genoegen
het eerste gedeelte van de rede van den heer
Bulens aangehoord over de vooruitgang van
de stad.
De vraag sub 1 moet spreker ontkennend
beantwoorden.
Dat er dit zwemseizoen verandering In den
toestand komt, gelooft spr. niet.
Wat de derde vraag betreft, deze wil spr.
gaarne in de volgende vergadering beant
woorden.
Aan de orde was hierna de Interpellatie
van den heer Bakker inzake
Overdekte
Inrichting
De heer BULENS had verzocht de navol
gende vragen aan het college van B. en W.
te mogen stellen:
1. Heeft het College reed» het rapport ont
vangen van de Commissie van de afdeellng
Alkmaar van de Noordhol'andsche Vereenl-
ging .Het Witte Kruis" Inzake plannen over
dekte Bad- en Zweminrichting7
2. Zoo ja. kan de Raad binnen zeer kor
ten tijd plannen en voorstellen desbetreffen
de van het College verwachten, zoodat aan
den onhoudbaren toestand van de tegen
woordige Bad- en Zweminrichting dit jaar
nog een einde kan komen?
3. Mochten bovengestelde vragen In ont-
kennenden zin worden beantwoord, zijn Bur
gemeester en Wethouders dan niet /an mea
ning. dat In het belang van de Volksgezond
heid. deze oplossing te lang duurt en zijn
zij dan bereid, een Raadscommissie te be
noemen, welke de aangelegenheid roo spoe
dig mogelijk tot oplossing probeert te bren
gen?
De heer BULENS wijst er op dat In de
laatste 50 jaar Is tot stand gekomen
nieuwe, goede gasfabriek: daarnaast
nieuw stadsziekenhuis; ve:der een Katholiek
ziekenhuis, dat aan alle eischen voldoet; een
muziektuln met een prachtige nis; er is pas
een besluit genomen tot verbouw van het
sportpark, dat er dan wezen mag
De bruggenbouw demonstreerde ook veel
verbeteringen. Maar aan den kant van het
Zeglis staat nog het zelfde gebouwtje van
voor 45 jaar; deze zwem-Inrichting is door
den Raad wel wat stiefmoederlijk behandeld.
Deze zwemschool staat op een zeer on
gunstige plaats; men komt soms smeriger
uit het water, dan men er In gaat. Het diepe
bassin van 3 M. diepte voldoet niet, evenals
het ondiepe, de z.g. wurmenbak van 15 M.
en het andere eveneens 15 M.
Soms zitten in die bak van 15 M 60 per
sonen; een belangrijke verbetering is daar
nooit geconstateerd.
Zomervacantie opleidingsscholen.
De heer BAKKER had verzocht de volgen
de vragen aan B. en W. te mogen stellen:
le. Is het juist, dat de zomervacantie aan
de opleidingsscholen tot 5 weken wordt uit
gebreid?
2e. Indien de eerste vraag bevestigend
wordt beantwoord, kunnen B. en W. dan
mededeelen, welke motieven hiertoe hebben
geleid?
De heer BAKKER verwacht een beter
antwoord dan hij kreeg in de commissie voor
onderwijs.
De VOORZITTER beaamt, dat de bedoel
de vacantie inderdaad 5 weken duurt.
De heer BAKKER vindt het vreemd, dat
den onderwijzers niet is gevraagd, of zij een
langere vacantie wenschelijk achtten.
Spr. meent, dat een rondvraag onder de
ouders het resultaat zou hebben, dat het
meerendeel een langere vacantie niet wen-
schelijk zou achten; zoo ook met de onder
wijzers.
Eigenlijk is de vacantie nog langer dan 5
weken en 5% week geworden. Waarom moet
een groote groep ouders op deze manier
lastig gevallen worden. Zoolang de oudere
en de betreffende onderwijs-organlsatte», de
vakvereeniging voor onderwijzers en de
commissie van Toezicht op het L. O. niet
zijn gehoord, moet zoo’n vacantie niet ver
lengd worden.
Spr. dient de volgende motie in-
„De Raad gehoord de besprekingen om
trent het verlengen van de vacantie aan
de opleidingsscholen, verzoekt B. en W. dit
besluit op te schorten, totdat zijn gehoord
de ouders, de vakvereeniging van onder
wijzers en de Commissie van Toezicht op
het L. O.
De VOORZITTER wijst er op, dat het
tot de bevoegdheid van B. en W. hoort om
de vacantie te verlengen en de Raad hier
geen zeggenskracht heeft.
De heer BAKKER hoopt, dat B. en W.
na zijn toelichting aanleiding vinden, cm
te doen wat in de motie wordt verlangd.
Spr. bepleit aanneming der motie.
De VOORZITTER heeft van klachten
over deze vacantle-verlenglng niets verno
men.
De heer VAN DRUNEN zag gaarne dat
de kinderen vacantie konden krijgen van
het Hoofd, wanneer ook de ambtenaar va
cantie heeft.
De motie-Bakker wordt verworpen met 11
tegen 6 stemmen. Voor de S. D. A. P. en
de heer v. Slingerland.
Volgt sluiting.
worden uitgeschakeld. Deze redeneering kan
in zijn volle consequentie niet worden aan
vaard.
Als een douceurtje gegeven wordt aan een
of anderen ambtenaar, zooals er gezegd
wordt, dan is een dergelijk besluit genomen
omdat daarvoor redenen aanwezig waren.
Spr handhaaft de motie, om dan volgend
jaar de volle vrijheid te hebben opnieuw te
beslissen.
De heer BULENS betoogt nogmaals, dat
er in geen geval bezuinigd mag worden op
onderwijs.
De VOORZITTER deelt mede dat B. en
W het voorstel sub. a. waarbij wordt voor
gesteld de le klasse aan de 3e Gemeente
school op te heffen, intrekken.
Aldus gewijzigd werd de bijlage zonder
hoofdelUke stemming goedgekeurd.
De VOORZITTER schorst de vergadering
en de Raad gaat over in geheime zitting.
Na heropening is aan de orde het aange
houden punt 2 van de agenda:
Benoeming onderwijzer Lindenschool
Ter benoeming van een onderwijzer aan
de Lindenschool In de vacature, ontstaan
door het aan mejuffrouw C. F Kolb ver
leende eervol ontslag, bieden B. en W. den
Raad de navolgende voordracht a»r>. opge
maakt In overleg met den inspecteur van
het Lager Onderwijs in de inspectie Alk
maar. na ingewonnen bericht van het hoofd
der betrokken school:
1. J Muller, te Den Helder.
2. A. C. van den Hooff, te Dirkshom (ge
meente Harenkarspel).
3. J. Kok, te Wijdenes.
Met 13 tegen 4 stemmen wordt de eerst-
voorgedragene benoemd.
Op no. 2 werden uitgebracht 4 stemmen.
VOORZIENINGEN OPENBAAR LAGER
ONDERWIJS
B. en W. stellen den Raad ten slotte voor:
A. gedurende het schooljaar 1830/1931
aan de gemeenteschool no. 3 geen klassen
te vormen voor het eerste en voor het 2de
teer Jaar;
B. gedurende het schooljaar 1930/1931 drie
klassen te vormen voor het 7e (en 8e leer
jaar, en wel één aan elk der Gemeente
scholen nos. 3. 4 en 6;
C. aan hun college voor de Inrichting van
klassen aan de gemeenteschool no. 8 en
aan de Lindenschool resp. voor het 6e en
voor het 5e leerjaar een crediet te verleenen
van 2425, nader te regelen bij suppletoire
begrooting.
De heer VOGELAAR zegt, dat reeds vorig
jaar een voorstel van gelijke strekking is
gedaan. Spr. kan dan ook den scherpen
toon van sommige adressen niet begrijpen.
Dan haalt spr. aan een passage uit een
radio-rede van prof. Idenburg. waarin ge
zegd wordt, dat ook het aanleeren van goe
de omgangsvormen op de school geleerd
moet worden. Daaraan dacht spr. onwille
keurig bij het lezen van deze adresen. Spr.
bespreekt den huldigen toestand. Er zijn
341 „aangiften voor 1830 tegen 250 In 1829
Dus een achteruitgang van 9. Spr. vraagt
zich af: is het een lijdelijk verschijnsel
van den achteruitgang van het gemiddelde
aantal leerlingen of is het een gewoon ver
schijnsel? Dit jaar is het verschijnsel al
een voortzetting van 1929. Spr. verwacht In
de toekomt geen toename van leerlingen.
Uit de versterkte cijfers blijkt, dat 44 pet.
beneden den leeftijd van 6 jaar is, waardoor
te meer te vreezen is. dat het leerlingental
niet zal toenemen. De onderwijskrachten
bezien alleen de financieele kwestie. Spr.
vraagt of het op die wijze bekijken van het
vraagstuk juist Js. Er waren boventalligs
leerkrachten in: 1923 twee; 1924 zes; 1925
negen; 1926 elf; 1927 twaalf; 1928 dertien.
Als men het bijzonder onderwijs erbij
rekent, mag men deze cijfers wel verdub
belen- Dan is spr. nog aan den veiligen kant.
Het bijzonder cmderwijs vraagt niet bjj-
sondere vriendelijkheid, die het thans on
dervindt, maar volkomen gelijkstelling als
de door het Rijk gesteld» rc-men in acht
genomen worden, wordt het lager onderwijs
voldoende behartigd. Waar de Raad boven
die normen is uitvtpaan. te dus het lager
onderwijs zeker hl«r ook behartigd. Spr.
vraagt of het aantal van de leerlingen, die
niet mee kunnen, niet beïnvloed wordt door
de richting van het onderwijs. De financi
eele bezwaren zijn, volgens spr.. van groot
belang, terwijl spr niet Inziet, dat het na
deel aan het onderwijs zoo groot is.
Namens de verbonden fracties erkent spr.,
dat, gezien de voorstellen van het vorig
jaar. het college recht had, dit voorstel te
doen. De vraag rijst: waar moet de eerste
klas ontbreken? Spr. heeft niet op het oog,
dat de derde gemeenteschool moet worden
opgeheven. Het Is echter beter een ver
broken school te hebben dan twee Daar het
niet de bedoeling is, de derde gemeenteschool
op te heffen, moet besloten worden niet tot
opheffing van die school mede te werken.
Deze school ligt op een goede plaats en ge
noot steeds een goede reputatie. Spr. wü
nog een jaareen beslissing hierover uit
stelten. Spr. constateert, dat juist bij de
opleidingsscholen het aantal aangifen te-
Zoomln als de ouders bij bezuiniging op *t
brood bezuinigen, zoo mln mag de gemeente
bezuinigingen op het geestelijk voedsel voor
de jeugd.
Eerder moet voorkomen worden gelden te
voteeren voor douceurtjes of b.v. voor een
geschenk van f 2500 voor het gebouw der
Prov. Griffie
De VOORZITTER de sprekers beantwoor
dende. wil niet ontkennen, dat hier en daar
meer dan 40 leerlingen in een klas zitten;
hier treft B. en W. geen verwijt, doch den
Raad, dit ’t vorig jaar bij desbetreffende
voorstellen hiervoor was gewaarschuwd.
In antwooid op het betoog van den heer
van Drunen, zegt spr., dat van opleidings
scholen kinderen naar gewone scholen gaan;
omgekeerd moeten kinderen die daarvoor ge
schikt zijn de kans krijgen, op de opleidings
scholen te komen die geldt voor leder kind,
dat dit onderwijs kan volgen.
Het Is echter niet de bedoeling, van de op
leidingsscholen standenscholen te maken.
Wat het nlet-verstrekken van cijfers ter
secretarie betreft, men had zien moeten
wenden in dit geval tot den loco-burge-
meester. De stelling van den heer Bakker om
op de opleidingsscholen het leerlingental zoo
laag mogelijk te houden, zou spr. niet graag
willen doorvoeren.
Geld sparen op Onderwijs is ook niet de
bedoeling van B en W.. als het gaat om een
bijzondere soort van Onderwijs. Spr. zal
nooit een voorstel doen, dat bezuiniging be
oogt op slechts een bepaald soort onderwijs;
spr. wil zoowel het openbaar als het bij
zonder onderwijs gelijk behandelen Paeaa-
goglsch is het een gevaar om het leerlingen
tal te klein te maken. Waar de grens tus-
schen een kleine en groote klas Is, kan spr.
niet.juist zeggen.
Hoeveel de bezuiniging bedraagt, kan spr.
niet zeggen. He' is niet juist, zooals beweerd
is. dat het maar f 4 000 is; het Is in ieder
geval meer; en in de toekomst kan het zelfs
belangrijk meei worden.
Bi) aanneming van de motie, komt men
volgend Jaar In een nog moctlijker geval.
Men krijgt dan den toestand, dat er aan
een 3de klas ontbreekt, als ook een 1ste en
dat er wel een 2de klas zal zijn.
Spr. vraagt zich at. of dan de volgend»
jaren zelfs zal goedvinden wat dan gebeu
ren moet. Spr har.lt nogmaals aan. de cijfers
van aangifte van dit jaar.
Er zijn 240 aangiften dit jaar voor 9 klas
sen, dat zou gemiddeld 26 zijn, de zitten
blijven 30. Wat moet dit worden met de
lagere geboortectffer» voor voteend fasr
Spr. heeft niet de hoop, dat ae Raad
het voorstel van B. en W. zal aannemen.
Als de bevolking, vertegenwoordigd door
den Raad, meer geld voor het onderwijs wil
voteeren. wil spr. dit voorstel gaarne in zijn
zak steken.
De heer BAKKER ziet liever Intrekking
van de bijlage dan aanneming van de mo
tie.
Spr. heeft met genoegen gehoord, dat de
Voorzitter wat huiverig is het aantal leer
lingen op de opleidingsscholen zoo laag mo
gelijk te stellen, omdat hij daardoor erkent,
dat hij ’n groot aantal leerlingen niet in het
belang acht van het onderwijs.
Spr. heeft, zoolang de Voorzitter aan het
hoofd van het onderwijs staat, niet adders
gedacht, dan dat hij niet de juiste man
was voor deze taak. Tot heden toe zag spr.
van onderwijsverbetering In het openbaar
heel weinig of niets.
De motie is dan ook onaanneembaar; spr.
geeft in overweging, alleen de laatste alinea
van de motie te handhaven en B. en W. te
verzoeken het voorstel tot het niet vormen
Am een 1ste klasse aan een der scholen
terug te nemen.
Pe heer VOGELAAR ziet het allerminst
in, dat finantieele overwegingen moeten
maakt men het zoo. dat de ouders niet
weten wat ze moeten doen.
Voor opleidingsscholen acht spr. 36 leer
lingen per klas te veel. Het teveel van die
scholen moet naar die scholen, waar het leer
lingental dalende is.
De motie noemt spr. een lapmiddel.
Het financieele gedeelte mag geen factor
wezen om het onderwas slechter te maken.
Als 't onderwijs op de lagere scholen slecht-
ter wordt, wordt het op de middelbare scho
len ook slechter. Waar voor douceurtjes weg
gegeven worden eenige duizenden, mag men
deze duizenden niet onthouden aan het on
derwijs Spr stel-, voor om aan iedere school
een eerste ktes te handhaven.
De heer BONSEMA ziet In de ingediende
motie een middel om de rechtsche fracties
te verbinden Spr. meent te weten, dat de
heer Vogelaar zelf tegen opheffing der eer
ste klas aan de gemeenteschool was. Door
een of meer klassen van die school weg te
nemen, schokt men het vertrouwen van de
ouders der leerlingen.
Spr. keurt het af. dat de cijfers omtrent
het aantal teerlingen voor een raadslid en
voor een belangstellende organisatie, op de
Secretarie geheim werden gehouden.
Spr vindt het radicaal vóór of tegen te
stemmenê dat te beter dan aanhouden, zoo
als de motie voorstelt.
De heer COVERS Is door de bijlage tot an
dere gedachte gekomen.
De overzijde behoeft zich niet ongerust te
worden voor de afbraak van de 3de Gemeen
teschool. Sp- steunt gaarne de motie; als
de 3de gemeenteschool zoo blijft voldoen,
als tot dusverre zal er spr.'s inziens geen
gevaar komen van opheffing van de eerste
klas aan die school.
De heer BAKKER dient een motie in,
waarin B. en W verzocht wordt hun voorstel
sub a terug te nemen.
De heer VAN DRUNEN zou dit college" wil
len noemen een college van den afbraak.
Spr verwijst B en Wnaar de verorde
ning, welke zij thans overtreden. Spr wijst
er op. dat ln de 3de klas van de Wllhelmlna-
school 27 leerlingen loopen en op de Jullana-
school in dezelfde klas 47; dit is een veel te
groot verschil.
Sommige ouders werden gedwongen hun
kinderen naar een bepaalde school te zenden.
De VOORZITTER komt op tegen deze be
wering- er is van dwingen geen sprake.
Wat het aantal aangiften in de toekomst
betreft, dit hangt met alleen af van het
aantal geboorten, maar ook van vestiging.
Spr. verwijt het gemeentebestuur, dat het
geen pogingen aanwendt om industrieën hier
te doen vestigen. De menschen gaan naar
omliggende plaatsen, omdat zij hier geen ge
legenheid hebben zich te vestigen.
De motie besprekende, zegt spr., dat hl)
de daarin uitgesproken conclusie niet kan
aanvaarden: deze kan echter gewijzigd wor
den in dien zin. dat verzocht het voorstel
inzake opheffing, der eerste klas terug te
nemen.
De heer BULENS wil een woord van waai
schuwing laten hooren aan degenen, dia
uit bezuinigingsoverwegtngen, op het onder
wijs willen bezuinigen.
rugloopt Zou daarin
vonden kunnen worden
jaar uit te stellen.
Namens de verbonden fracties dient
de vólgende motie ln:
De Raad.
gelezen het voorstel van B. en W.. ver
vat ln bijlage 71;
overwegende, dat de consequentie van
het ten vorige jare genomen raadsbesluit
ln verband met de thans voorliggende
feiten zou medebrengen, waar het aantal
aangiften verminderd Is, wederom eer.
eerste klas aan een der scholen niet te
f ormeeren
overwegende, dat aanneming van het voor
stel echter moet lelden tot geleidelijke op
heffing van de gemeenteschool aan den
Koningsweg;
overwegende, dat het met t oog op dit op
zichzelf oneewenschte gevolg raadzaam moet
worden geacht, de beslissing hieromtrent een
jaar uit te stellen, ten einde het verloop der
feiten in de toekomst na te gaan;
verzoekt B. en W. het voorstel, voor zoover
betreft het niet vormen van een eerste klas
aan een der scholen, terug te nemen.
Mej. CARELS vraagt of B en W. zich ge
houden hebben aan het getal 40 Spr. meent,
dat dit getal wei eens is overschreden. Spr. is
van meening, dat in een klas van minder dan
40 leerlingen het onderwijs beter behartigd
wordt; vooral geldt dit in de eerste
waar de fundamenten worden gelegd
het volgend onderwijs.
Dat een terugloop te verwachten Is.
nog niet vast Spr. wijst op vestiging
nieuwe gemeentenaren en op mogelijke an
nexatie van het „Ooievaarsnest.’’
Spr dringt er op aan om aan elke school
een le klas te handhaven omdat dit het on
derwijs ten goede komt en om te ”oorko-
men, dat de 3de Gem. school wordt opgehe
ven.
De heer BAKKER heeft zich ook over dit
voorstel van B. en W. verwonderd; dit voor
stel strookt niet met het advies van de Com
missie van Onderwijs.
Spr. had gehoopt, dat de menschen van
den Nijverheidsbond, de Burgemeester en de
Weth. van Financiën menschen waren, die
het onderwijs in de gemeente behartigden.
Voor de opleidingsscholen daalt het leer
lingental. Spr. betreurt het. dat een der 6
scholen de z.g. armenschool genoemd wordt;
vandaar het verzet van sommige ouders om
hun leerlingen naar die school te zenden.
Spr. acht het niet in het belang van het
onderwijs het maxlmum-aantal leerlingen in
één klas te plaatsen.
Spr. gelooft, dat het argument van B. en
W. bij 8 klassen, 36 leerlingen per klas, In de
praktijk niet opgaat.
Door het maximum leerlingenaantal op te
voeren, verknoeit men het onderwijs.
Het financieele argument lijkt spr. bij B.
en W. wel het zwaarste.
Spr. kan het zich niet indenken, dat men
schen, die de belangen van het kind voor
staan dit argument durven gebruiken.
Men tracht ons huiverig te maken, met
aan de andere zijde het onderwijs zoo goed
megelijk te maken.
Om te gaan ln de richting, welke de Com
missie wenscht. zaJ een wijziging der veror
dening noodlg zijn aldus B. en W. In de
bijlage. Zij doen het daarin voorkomen, als
of er 40 leerlingen moeten zijn en niet meer
of minder.
Spr. acht wijziging der verordening niet
noodlg. De commissie acht het wenschelijk,
dat aan iedere school een eerste klas Is.
De motie van de verbonden fracties acht
spr. een jaar te laat gekomen.
Ondanks de afbraak van de bewuste school
ln ’t getal aangegeven leerlingen nog vol
doende.
Door de beslissing een jaar aan te houden.