5- Ada KbXMilïCiRV p EX)G|D Van alles wat Hoe tante de mieren ving Een brief van DE REISVEREENIGING VAN JAN MUIL T^Wck Leeuwaard HE (2> DE B.L.N.S. (Een jeugdherinnering) T.O I I gewoon garenklosje, waarvan de eene zijde een beetje wordt verwijd. Het teekenlngetje geeft duidelijk aan. wat ik bedoel. OVERNEMING UIT DEZE RUBRIEK ZONDER TOESTEMMING VERBODEN ^erL*r,’s dat tante Marie, >nd 1 1 Nu, ik houd op. jullie ADA A. L s n d WIST JE DAT? h Met tante te praten J. d. M. Oost-Voome, datum Beste clubgenooten. B o tv, en sag daar. N «er 1 1 a ei t Was alweer een warme dag. maar ge dachtig aan den goeden raad van Henk, net te doen, of het niet warm was. bereik ten we vrij vlug het dorp Rocanje. We setten onze fietsen daar neer en gingen naar het meertje loopen. We waren niet op zoo heel veel bijzonder» voorbereid, dus viel het bijzonder mee. Wel hadden we vooraf een beschrijving gelezen. De diepte schijnt erg ongelijk te zijn. In het midden is een soort eilandje, dat er haast jaren een men in cm de HOE MAKEN WE ZELF EEN MICROSCOOP voorwerpen vergrooten. 1 1 1 1 1 Jullie weten toch wat dat voor ‘n ding is mentje berust. Bekijk daarvoor nog eens even flg. 3 van de teekenlng. De schijnbare afmetingen 'fan een voor werp zijn omgekeerd evenredig met zijn afstand van het oog: is dus de afstand de helft van de doorsnede, dan lijkt het voorwerp tweemaal zoo groot v t V 11 d I V n g U d n i a s v t V ach lan u i CM J •en I da wo eei jui Hc kl Je Kt kl n zi st m U< di er 1 1 1 1 1 1 1 spr del eei tro ver vai Ujk Zal C na. hij" dat ver es pl bt di to rij te ve de ee w< ni ce la uii ov m. on ni vo let «c] en ph be tw ah wi scl da praten, lekkere rotsachtig uitziet. Van dat ..rotsachtige” nam ik een stukje mee (Flg. 3). Het stukje is gevormd door kalkafaettlngen. Naar ik uit de beschrijving las. moet er vroeger meer water in geweest zijn De plek wordt daarom beschouwd als een ideale plaats om veenvorming te bestu- deeren (is dat niet wat voor onzen prof, om op te disserteeren?) Ook schijnt het water radium te bevat ten en is er gelegenheid voor genees krachtige beden. De meld bracht nu een paar lekkere boterhammen ze er gewoonlijk nog een schepje bovenop. De nieuwe Duitsche sneltreln- tot 130 heid! Wat wil je nog meer! Enwat was het daar heerlijk koel! Heelemaal geen last van de heete zonnestralen, die bulten zoo hinderlijk waren! Neen maar, dat was me nu nog eens een leventje! Ik kwam 's middags op bezoek bij tante. Als naar gewoonte opende ik het poortje en ging dén tuin in. Het viel me al heel gauw op, dat de gouden-regen niet zoo motief van den gewonen spoorwegdienst te bepalen.. Aan het eind van een baanvak van 40 KM met een zwakke daling, begon een waterpas-gedeelte. Men begon met 8 rij tuigen. Een zelf-reglstreerd toestel gaf de bereikte snelheid aan. Telkens werd met een rijtuig minder gereden, tot eindelijk de locomotief, zonder last, een snelheid van 154 S KM bereikte. Laten we echter met ons sneltrelnvaartje tevreden zijn. Wij stappen heel gerust in een trein, maas in het buitenland doe je dat niet met hetzelfde veilige gevoel, als je denkt aan de talrijke spoorwegonge- ongelukken, vooral in Frankrijk, die daar herhaaldelijk voorkomen. mijn nichtje, dat hier ook logeert, gisteren al vroeg op pad Onderweg zagen we niet veel bijzonders. Alleen wenschten we boo nu en dan Henks kijker bij ons te heb ben. want we zagen telkens vogels, die we niet thuis konden brengen. Een Omdat de afstand, waarop we een voor werp in het algemeen op zijn duidelijkst kunnen zien, ongeveer 18 c.M bedraagt, lijkt een voorwerp, op 3 c.M. van het oog gehouden, 8 maal zoo groot als het is. Het voorwerp lijkt dan 8 maal zoo lang en 8 maal zoo breed, of 64 maal vergroot. (De omtrek schijnt dus 64 maal boo groot als in werkelijkheidMaar een ding, dat we op 3 c.M. afstand van ons oog houden, zien we slechts vaag, en om dat te voor komen, dient het kleine gaatje. Gezien door dezen microscoop zien we bijvoor beeld den vleugel van een vlieg, zooals in figuur 3 geteekend is, even groot als een hand op armslengte gehouden Onzuivere azijn (we doen een druppeltje op het mlca-plaatje) schijnt te krioelen van kleine wormpjes. Een druppel water, waarin een paar dagen wat hooi heeft gelegen, laat hon derden kleine beestjes zien, die in alle richtingen over het mica schijnen te krul pen. Is dit geen aardig instrumentje, om allerlei interessante waarnemingen te doen? Probeert er allemaal eens eentje te maken. Je zult zien, dat je daar veel pM- zler van beleeft. Maar Mina kreeg geen verklaring van t geval en ging naar den winkel. Heel geheimzinnig ging tante een poosje later met het pannetje den tuin in en spoedig lagen de drie natte sponsen op haar plaats. bessen aan de takken (fig. 1). Op een paar blaadjes zat iets bruins. Truus, mijn nichtje, meende, dat het verdorde blade ren waren. Maar ik begreep, dat we met roest te doen hadden (Flg. 3). Die roest maakt de plant buitengewoon gevaarlijk voor graanvelden, want de roestplanten. die graanvelden aantasten, moeten een deel van hun levensloop op berberisplan ten doorbrengen. Daarom heeft men m de meeste streken de berberis uitgeroeid. Des te meer trof bet ons, de planten daar zoo mooi te zien staan. geleden heeft proef genomen Aangelokt door den zoeten geur van het suikerwater kwamen de mieren werkelijk bjj drommen op de sponsen af, proefden eerst eens aan den rand van de spons en drongen dan dieper in de grotten en holen van 't weeke ding. Daar was t een waar luilekkerland voor hen: volop zoetig - noegen werkelijk die lastige mieren op haar 1 raaien boom te verdelgen. mooi bloeide als anders en wilde ik, kleine neuswijze man HOE SNEL RUDEN DE TREINEN? De snelheid, waarmede een trein over de rails vliegt is niet willekeurig en I wordt ook niet door den machinist op zijn boom en zag daareen nieuwe spons. „Dat is een mooie vondst.” dacht ik. ..Die steek ik in mijn zak. daarmee kan ik al mijn klasgenooten gelukkig maken! Van die reuzespons kan ik ge makkelijk twintig kleine sponsjes maken; daarvan kunnen we allemaal een fijn nietw stukje krijgen, om onze- leien op school schoon te vegen.” Wel voelde het ding Wat vochtig aan, maar daar gaf ik niet om. In een wip zat de spons in mijn zak en ik ging naar binnen, verder niet denkend aan den kwijnenden gouden-regen. Als altijd werd ik door tante hartelijk welkom geheeten en weldra zat ik in de gezellige achterkamer met tante te De meid bracht me een paar boterhammen met aardbeien en een glas melk en ik watertandde, toen al die heer lijkheden daar zoo voor me stonden. „Ga je gang maar, hoor!” sprak tante. „Doe maar net alsof je thuis bent!” Weldra zat ik dan ook te smullen! Maar raad je. wat er nu gebeurde? De spons in mijn zak begon me gruwelijk zweet brak me uit en als sprong ik op en rende dol en de pijn door de kamer. „Maar jongen." sprak nu „wat scheelt Jou?” In plaats van te antwoorden, begon ik het uit te snikken van pijn en ik liet me op den grond vallen en wentelde me om en om. om maar van die ellendige kwel geesten verlost te worden. Tante werd doodelijk ongerust en onderzocht me. Op mijn knie zag ze een groote natte plek. Dat was een aanwijzing om in mijn zak te tasten. Verbeeld je haar verbazing, toen ze daar die spons te voorschijn haalde! Een heel regiment mieren mar cheerde er over heen. Al die nijdige zwartjes waren nog op weg naar mijn lichaam, om me te kunnen kwellen. Ik werd ontkleed en in de badkuip ge stopt. Hé, wat was ik blij, van die mieren verlost te zijn. Daarna kreeg ik schoone kleeren aan en weldra was het leed ver geten. De spons werd (na opnieuw in t suikerwater te zijn gedrenkt) op haar oude plaats gelegd en tante had het ge- Nu, hebben er zalig gelegen en zijn eindelijk weer teruggegaan naar on ze fietsen, t Was toen een beetje afgo- koeld. Maar wat waren we verbrand! Truus zat zelfs vol blaren op haar ar men Ik had wel overal pijn, maar daar bleef het bij. Nu. we blijven nog een week hier en dan mag Truus met mij naar huls. Zij zal dus ook wel eens een beschei den blik in jullie gezellige babbeltjes slaan. Ik hoep niet, dat iemand zich daar aan ergert Trouwens, tegen dat jullie dezen brief leest, is het kwaad reeds ge schied. eigen houtje geregeld Kun Je net denken. Die hangt van een heeleboel dingen af. Bijvoorbeeld van het soort en het gewicht der wagens en locomotief; den aard van den weg; de grootte van den afstand, die zonder on derbreking wordt afgelegd en ook de lengte van den trein zelf.Dat zijn alle maal dingen, die invloed hebben op de snelheid van een trein. Alle treinen zijn op een bepaalde ma nier samengesteld, d. w. z. in een bepaal den trein loopen steeds zooveel mogelijk dezelfde wagens en rekening houdend met alle bovengenoemde omstandigheden, werd voor lederen trein een bepaalde snelheid vastgesteld en is de rijtijd voor een bepaald traject (afstand) dus pre cies bepaald. Trouwens, anders was het voor de menschen op de bureaux ook fi naal onmogelijk om een spoorboekje in elkaar te zetten. Dat snappen jullie wel! Voor dit ln-elkaar-zetten van zoo’n dienstregeling komt nog veel meer kijken, maar dat vertel ik jullie later nog wel eens. Hoe snel wordt er nu gereden? De snelheid van goederentreinen gaat van 15 tot 30 KM. per uur* Locaaltrelnen en tramtreinen voor kleine verbindingen op zijlijnen met licht materieel rijden van 20 tot 45 KM De gewone personen treinen maken 30 tot 60 K.M., terwijl de zoogenaamde „sneltreinen", die alleen aan de groote stations stilhouden van 50 tot 90 KM. per uur rijden. De D-trelnen, die ons met het buiten land verbinden, rijden hoogktens 90 KM. per uur. tenminste in ons land. In het buitenland jakkeren ze zelfs tot over de 100 KM, maar dat is in ons land ver boden. Daar is 90 KM. het maximum. Maar, zooals ik seg, in bet buitenland, doen daarom van een jaar of tien, eens zien, of ik er ook wat aan kon doen! Spoedig stond ik asm den voet van den te hinderen! De mieren vonden het blik baar niet zoo heerlijk meer in de spons, die nu zoo samengeperst in mijp zak zat. Nijdig kropen de zwarte beestjes uit hun schuilhoeken enverspreidden zich naar alle kanten. Eenige namen den weg naar mijn borst en rug. andere naar niijn beenen! En om te laten zien, dat ze vreeselijk boos waren, begonnen ze me te prikken en te bijten van wat ben je me. Stel je voor, zoo’n duizend mieren (die zaten er zeker in de spons!) die daar over je lichaam kruipen en je met nijdige beten hun misnoegen te kennen geven! Plotseling smaakte me de lekkere boter ham met aardbeien niet meer. jfet angst- -een razende van de jeuk Deftig klinkt die aanhef hè. Dat gaat zoo, als je op zoo n halfonbewoond eijand zit, zooals ik op het oogenbllk. Ook heb ik helaas de gewoonte, als ik met va- cantle ben, datums te vergeten. Heb ik dan toevallig een kalender voor me han gen, dan schrijf ik netjes den datum boven mijn papier. Maar een kalender zie ik hier niet en dus zet ik netjes datum postmerk. Maar nu terzake. Henk zou al lang gezegd hebben: „die meisjes hebben altijd zooveel tijd noodig om te beginnen” en terecht. Ik schrijf deze aan het strand te Oost-Voome, terwijl juist het bootje van Rotterdam aankomt. Want als het in Hoek van Holland te druk wordt, trekt heel Rotterdam hlerheertSDe duinen zyn mooi, maar klein. Maar wat ik eigenlijk vertellen wou, is mijn tocht naar Rocanje. Ik' ging met locomotieven kunnen het zelfs KM. brengen. Eenige Amerika grootst mogelijke snelheid van een ioco- prachtig gezicht was 'het. toen we in de duinen eensklaps voor een paar berbe risstruiken stonden. De planten waren al uitgebloeid. Hier en daar zaten al Toen Teddie -morgens wakker werd, lag hü te kraaien van plelzier. omdat hij sulke mooie dingen «g. Recht tegenover zijn bedje immers spoelde zich een sprookje af. vtnt wel twintig mooie kleurtjes dansten daar op en neer. Zoo iets moois had Teddie nog nooit gezien. Waar sou dat toch vandaan komen? Gisteren had moeder de kamer schoongemaakt, dat wist Teddie nog goed, want hij had er moe der zelf nog bU geholpen met het aangeven van de spon a Maar als je een ka mer had senoonge- niaakt, dan kwamen er toch geen kleurtjes op de muren dansen. Wel een kw-artier lang had Teddie naar dat moois liggen kij ken. Joen moeder bin nenzwem om hem aan te kieeden en mee naar beneden te nemen. Maar opeens schrok Teddie toch werkelijk van hetgeen hij nu te zien kreeg. Ook op moeders gezicht dansten de kleurtjes op cn neer.. hij zag het duidelijkhaar neus was heelmeaal blauw, en haar wangen geel en haar ooren waren vuurrood. Moeder begreep er niets van. waarom Ted die zoo angstig keek. ..Wat is dat moeder", vroeg Teddie „Kijk •ent allemaal kleurtjes op den muur en u zit zelf ook al vol.” Maar nu begon moeder opeens hartelUk te lachen. ••Ach, weet je waar dat van komt malle jon- zen? Weet Je dan niet meer dat moeder gisteren dat mooie gekleurde papier boven tegen de ra men heeft geplakt? Zie maar en als de zon or doorneen schijnt, dan zie Je al die kleurtjes op den muur en op moeders gezicht... En dat dansen komt van de takken van de boomen die voor Je kamertje staan.” Ja hoor, nu zag Teddie het ook. Hij was nu werkelijk gerustgesteld, want die kleurtjes op den muur waren wel mooi, maar dat 'pt-'ders gezicht er zoo raar uitzag. %nd hfj niet leuk. was als andere jaren? Tante beschouwde den boom eens op lettend, keek ook eens op de onderste takken en in de onderste bloemtrossen en toenging haar een lichtje op! De mieren waren de oorzaak, dat de boom niet goed groeien wilde. Zü waren het, die hem belemmerden in zijn groeikracht, die den prachtigen boom deden kwijnen! Het bleek dan ook, dat er duizenden, neenmillloenen van die zwarte kleine plaaggeesten in den boom huisden en tante huilde bijna van verdriet over die nare beesten, die haar boom, haar groot- sten trots, niet met rust konden laten. Wat er echter tegen te doen? Tante peinsde zich de hersens moe enmeen de ten slotte de oplossing gevonden te hebben! „Mieren houden veel van suiker.” dacht mijn slimme tante en ook suiker water Is voor hen een geliefkoosde drank! Weet je wat ik nu zal doen? Op den grond, dicht bij den stam van den boom leg ik een groote spons neer, die Ik van te voren in suikerwater drenk. Ook op de takken in de hoogte leg ik een paar van die natte sponsen neer en dan zal Ik ze wel krijgen! Ze zullen zich in de gaten van de spons dringen om te snoepen van t zoete vocht en 's avonds daag ik heel onverwachts op en haal de sponsen (die natuurlijk vol meeren zullen zitten!) weg en daarna drenk ik ze opnieuw in suikerwater en leg ze weer op haar plaats. Zoo zal ik in een paar dagen die lastige beesten wel kwijt- zijn. En tante lachte in haar vuistje, dat ze zóó slim was! Het plan werd netjes uitgevoerd en Mina, de meid, kreeg last, een pannetje met fijn suikerwater te maken. „Waarvoor juffrouw?” vroeg de nieuws gierige AagjeMina, wil ik zeggen. Maar tante, die uit haar humeur was. Bel kort en bondig: „Doe maar, wat ik je zeg. Mien." En toen het pannetje klaar stond, zei tante: „En nu naar den winkel om drie groote sponsen te koopen.” „Out, juffrouw," Niel Mina weer in. „wat moet u nou toch met drie nieuwe sponsen doen? Onze spons is toch nog heel goed!” Hoe grooter de klos is. hoe sterker de vergrootlng. Heb je dus dien eenen kant 'n beetje uitgevijld, dan maak je de binnen zijde heelemaal pikzwart met Oost-Indi- tchen inkt, dien je dan goed laat drogen. Lijkt ie je nog niet donker genoeg, dan I ga je er met je inktpenseel nog maar eens overheen. Op de verwjjde opening maak Je daarna een stukje doorzichtig mica of celluloid, Je weet wel van dat goedje, dat ook dik wijls voor kacheldeurtjes zit. Je kunt dat het best erop vastmaken met een paar kleine spijkertjes. (Zie op de teekenlng B.) Aan den anderen kant van den klos, dus bjj C. bevestigen we een stukje zwart karton. Heb je dat niet, wel dan neem je wit en je Oost-Indiache inkt zorgt dan wel, dat het pikzwart wordt. Met een beetje gluton krijgen we dat ee gemakkelijk op vast. Precies in het midden daarvan, dus bfj D, maken we met een scherpe naald een gaatje. Nou moet je er vooral oppennen, dat dit gaatje uiterst klein is. anders wordt je beeld wazig en onduidelijk. Dus denk daar vooral om. En nu is onze microscoop kant en klaar en kunnen we hem gaan gebruiken. We zetten nji een klein voorwerp, dat we eens wat nauwkeuriger willen bekij ken en dat we. om het te doen kleven, nat kunnen maken, op de doorzichtige oppervlakte B en kijken dan door da opening D. Het is noodig. dat we onzen microscoop op een sterke lichtbron richten, en. zooals bU al dergelljke Instrumenten, moet het voorwerpje, dat we bekijken willen, door zichtig zijn. Ik zal je nu ook nog duidelijk maken op walk' tTW~lp~~l ons eenvoudig instyw— -rr-^ mentje berust. Bekijk daarvoor nog maar Toen ik nog een kleine jongen was, was ik dikwijls bij mijn tante Marie, een allerliefste oude, ongetrouwde dame. Ze bewoonde 'n aardig villaat.e even buiten onze stad en daarvoor bevond zich een tuintje, zóó aardig, als men maar zelden zag. Dat tuintje was de trots van tante.x Daarin bloeiden in het voorjaar viooltjes, rozen, tulpen en nog veel andere schit terende bloemen. Bewonderend bleven de wandelaars staan, om tante's bloemen te aanschouwen en te geniéten van de heer lijke geuren. Vooral de prachtige ..gouden regen”, die in een hoekje van den tuin, vlak bU het hek stond, trok aller aan dacht. als die heerlijke, gouden trossen van bloemen in Mvervloed over het hek hingen. Nergens zag men zulke trossen bloemen. Nergens geurden ze zoo lekker als in tante’s tuin! Je kunt dus begrijpen, hoe treurig tante was, toen in zeker voorjaar de boom veel minder trossen droeg dan andere jaren. Ook zagen de bloempjes er lang niet zoo fleurig uit als anders. En tante peinsde er over, hoe dat wel mogelijk kon zijn, ze had toch door haar ouden, vertrouwden tuinman den grond om den stam goed los laten woelen, had den boom mest ge geven en goed laten snoeien! Hoe kwam het dan, dat hij dit Jaar niet zoo fleurig Da’s een instrument, waarmee je heele kleine voorwerpen verscheidene malen kunt vergrooten, zóbdat je dingen kunt zien, die je met het bloofe oog niet kunt waarnemen. Nu zijn er wel fijne toestellen te koop, die bijvoorbeeld iets wel 500 maal kun nen vergrooten, maar die kbsten vies dut ten. wel een paar honderd gulden. Maar we maken er vandaag eentje, die kost geen halven cent. Hoe is die? Je hebt misschien wel eens gehoord, dat het moge! Uk is om zonder lens van een doodgewoon sigarenkistje een camera fotograftetoestelte maken. Maar zoo is het ook mogelUk een mi- croskoop te fabrlceeren, die tot 64 maal vergroot Je hebt daarvoor noodig een 150 Krok Odll vermaakte zich intusschen best bU de kippen en had een druk gesprek met een kippetje, dat op een randje van een ton stond. Ui. Het was voor het eerst van Fn leven dat bet eentje met een gans kennis maakte. HU dacht eerst dat hU Reuse-eenden vóór bad. 149 Dat duurde net zoolang tot Kalkoen erbU kwam. Kalkoen was een deftig heer, die van kwajongens streken niets moest hebben, ook niet van de sprongen van Beer. 153. Toen hjj dat zei, moesten de ganzen geweldig om hem lachen. Zoo’n domme eend tochNeen, maar dan waren ganzen toch boel wat slimmere

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1930 | | pagina 14