WAT ZULLEN WE KO KEN
WENKEN
EN RAADGEVINGEN
PRACTISCHE MANTELS
TAFELMATJES
APHORISMEN
BLOEIENDE BOLLEN MEI
RAND
KERSTMIS
VOOR GEBREIDE SPREI
LEVENSWIJSHEID
DE GOEDE TOON
{rag*
Goedkoope Patronen
D
1
spi
acl
de
scl
no
Ug
nw
PP'
II,™
V»
^Deventer koek - Zandtaartjes - Zure melk
E=
Ef
Parijsch tijd-
MARIE HOLLAND
Roe lediger hoofd hoe nieuwsgieriger.
Spaarzaamheid is een groot inkomen.
Overdaad is de moeder der armoede.
PO LA
NAAR AANLEIDING VAN VELE VERZOEKEN
no.
st. opgezet en
3
CROCUS.
AM IEL.
SHAKESPEARE.
BM
TRYFORA.
vei
gei
SOI
ooi
we
I
1
Hopen en duchten
Doet velen verzuchten.
In een ander z*n schotel is het altijd
het vetst.
Veel teren en gasten
Ledigt beurzen en kasten.
De toorn gelijkt een te vurig paard.
Laat men het den vrijen teugel, dan
loopt het zich dood door z’n eigen vurig
heid.
zonder ophouden of wel dagelijks zijn wil
herstellen.
Durf te leven. Kwel U niet
Met te veel gedachten.
Doe Uw werk en zing Uw lied
In een blij verwachten.
Gekristalliseerde honig kan men weer
vloeibaar maken door het potje in een
bak met warm water te zetten.
Al»
teS
bei
plii
grc
lev
des
dei
tlei
rie
1
br
aa
in
no
nu
voi
vei
gr!
eei
bei
taf
1
eei
ter
en
hel
vai
vai
doi
vai
ter
gir
rij
dei
na
ge’
mc
vet
wa
ne<
vai
rin
vat
dei
goc
Pri
cui
g«
ral
eer
toe
act
set
rie
Bel
ovt
oof
zul
en
acl
gei
om
mi
vai
rei
zas
lat
vra
act
opl
rer
als
zin
gel
onl
ma
vei
dit
1
wo
gre
me
aai
gei
rij!
we
In
hoi
1
wij
we
no
set
He
In
de
de:
rei
ril’
nu
Niet allen slapen, die de oogen toe heb-
m.
Iedereen klaagt over de verkeerdheid
en boosheid van anderen. Wie echter
klaagt de veel boozer wereld in zijn eigen
hart aan?
Ranzige boter kan men weer op goeden
smaak krijgen door er eenige stukjes
zoethout zoover mogelijk in te steken. Wil
men boter bewaren voor ranzig worden,
dan steekt men er efen schoongemaakten
rauwen wortel in.
Haarborstels moet men dikwijls reini
gen, omdat ze 't vet van de hoofdhuid op
nemen. Maak een oplossing van een eet
lepel zeeppoeder en een theelepeltje am
moniak op K L. kokend water in een
platte schotel. Wasch hierin de haren van
den borstel, maar zorg dat het hout niet
met het zeepsop in aanraking komt. Spoel
de borstel in koud water flink na en
droog hem in de open lucht met de ha
ren naar beneden.
Om te onderzoeken of men zuivere ho
nig heeft, schudt men deze met alcohol.
Is de honig zuiver, dan scheidt deze zich
na het schudden gelijk van den alcohol.
Heeft men een surrogaat van honig, dan
vertoont deze altijd na het schudden
met alcohol een troebelen neerslag.
*s Zomers komt er bjj mij nooit veel
van bakken, maar zou gauw als 't wat
guur begint te worden of als t zoo regen
achtig en winderig is, dat je liefst maar
in huis blijft, dan krijg ik weer zin in
me oventje.
Nou ben ik begonnen met Deventer
koek. Die eten we, dun gesneden, op de
boterham en zoodoende noem ik *t dan
ook geen snoeperij. We vinden ’t allemaal
lekker op ’t brood en *t komt heel wat
voordeel iger uit dan wanneer je Deven
ter koek kant en klaar koopt.
Ik heb er voor noodlg: 1 pond bloem,
3 ons bruine suiker, 1 ons sucade (fijn
gesnipperd), 1 ons snippers, 3 theelepel
tjes nagelgruis, 3 theelepeltjes kaneel, *n
beetje zout, 2 theelepeltjes dubbel kool
zure soda en 'n halve liter water.
Dat allemaal roer ik goed door mekaar
in een kom tot 'n slap deeg. De vormen
smeer ik goed in met boter, vul ze voor
de helft met ’t deeg en bak 't dan, onge
veer *n uur, in ’n matig warmen oven.
Tegen dat ’t zaakje ’n uur in den oven
staat probeer ik vast eens met ’n brei
naald of 't gaar is. Maar als er ook nog
maar 'n snippertje deeg aan de naald
blijft hangen, laat ik ’t nog even in den
oven.
Op de zaken gepast
Brengt geld in de kast.
1 r, 10 aver., 2 r„ omsl., 2 r, dubb. mind.,
2 r., omsl., 2 r.
daarna de overgebleven ruimte
den graatsteek, ook in de blauwe
Fig 5093 is een buitengewoon geschikt
model voor dames, die de slanke Ijjn op
prijs stellen. Geen kraag, zakken of
plooien, die het figuur verzwaren. De
versiering bestaat alleen uit découpes. De
stof is zwart met Wit doorweven tweed,
zooiets als wat we vroeger homespun
noemden.
Fig. 5700 is een practlsche mantel van
fijn geweven grijze tweed. Het model is
even blousend in de taille, heeft een smal
leeren ceintuur en groote zakken, die
omlijnd zjjn door een bies van dezelfde
stof.
Araxc» tamadiag. dma m bmtrl-
hng. vut hal vonchuldigde bidrag prrtrrgrb <»-
gedatrn. maarbtl vrrmrgd naam ra adrtt. avrvmtr
vaa lui Motfr/ ra lui blad. vranr hrl vaorhaau rr
bovvnuudlr Mi» maat dm maal roadam har la haam,
r«Sr ardor da aroua daar, grwaaa glad, gaadar run
laaftfl.
Ik geloof, dat we ieder jaar de illusie
koesteren, dit wonder in de vensterban
ken van onze huiskamer te zullen aan
schouwen. Maar is ’t al ns één keer wer
kelijkheid geworden? Of vertoonen onze
hyacinthen en tulpen nog na Nieuwjaar
die koppige, hard-groene knoppen?
’t Is meestal October, eer eenlg mensch
over bollen begint te denken soms zelfs
November of later. Daar schuilt de heele
fout.
Bollen op glazen of in potten kweeken
is verbazend gemakkelijk, wanneer men
een paar eenvoudige regels in ’t oog houdt.
De bloemen zitten al van ’t begin In den
bol, althans, wanneer u de beste kwaliteit
koopt. Wanneer u er één zoudt willen op
offeren en in de lengte doorsnijden met
een scherp mes, zoudt u de bloem dui
delijk zien. Dat die bloem zich niet op
de juiste manier zou ontwikkelen, is uit
gesloten, zoolang u maar geen domme,
dingen doet. De fout, die de meeste lief
hebbers maken, is, dat zij ze te laat in
het seizoen planten, en dan op 't laatst
trachten, den bloei te bespoedigen, door
de planten op een veel te wanne plaats
te zetten. Ik zag wel eens hyacinthen tot
dat doel op den schoorsteenmantel gezet I
Zulke methoden moeten antuurljjk op
teleurstelling uttloopen. Bollen kunnen ge
plant worden van begin September tot
eind November, maar hetzij men ze vroeg
of laat plant, de behandeling blijft precies
dezelfde. De later geplante zullen later
bloeien, dat is alles.
De meeste bloembollenhandelaren ver-
koopen tegenwoordig een speciale vezel
achtige molm, die verreweg het beste ma
teriaal is voor potcultuur, en de voorkeur
verdient boven gewone aarde, daar de
wortels zich veel vlugger kunnen ont
wikkelen en van voedsel worden voor
zien, zoolang de vezelstof vochtig wordt
gehouden. Bjj het planten moet de pot
gevuld worden met molm, die heel stevig
wordt aangedrukt, tot op ongeveer 4 c M.
onder den rand. Dan worden de bollen
erin geplaatst, zoodat 1 cM van elkaar,
en de openingen met molm aangevuld.
De punten van de bollen moeten dan juist
even boven den rand van den pot uit
kijken. Na het planten wordt voldoende
water gegeven om de vezels goed te door
drenken. Vochtigheid, donkerte en een
koele standplaats is alles, wat ze de eer
ste zes of acht weken noodlg hebben. Dit
is juist, wat ze zouden krijgen, wanneer
ze in de vrije natuur groeiden, en dit
ideaal moeten we dus zooveel mogelijk
nastreven.
Wanneer ze twee A drie centimeter ge
groeid zijn, kunnen ze in het .Jicht" ge
bracht worden, dat wil zeggen, in het
donkerste hoekje van de kamer! Niet da
delijk voor het raam! lederen dag moeten
ze een beetje meer licht krijgen, tot ze
tenslotte na vier of vijf dagen in de ven
sterbank komen te staan. Van dien dag
moeten ze meer water hebben en de
vezelstof mag nooit droog worden! Het is
goed, de potten lederen dag wat om te
draaien om te voorkomen dat de planten
alle in één richting groeien.
Wat het kweeken op glazen betreft, die
kunst verstaan we langzamerhand toch
wel allen. Denk eraan: *t water mag den
bol niet raken! Verder kunnen we er juist
mee omspringen als met de In potten ge
plante bollen. Wanneer u ze m plant,
reken er dan maar op, dat ze met Kerst
mis gezellig staan te bloeien.
Vergeet nooit, bij ’t koopen van bollen,
erbij te voegen, dat ze voor kamercultuur
zijn. U krijgt dan, althans bij een goeden
handelaar, bollen die een speciale bewer
king hebben ondergaan, met het doel,
extra vroeg te doen bloeien.
Losgeraakte spijkers In ’n gekalkte of
gepleisterde muur zet men weer vast door
om de spijkers een klein propje watten
te draaien, deze daérna in een slap glpa-
mengseltje te doopen en dan direct In
de gaatjes in de muur te drukken.
’n goed gesloten trommel kan Je ze *n
heel poosje bewaren. In me eigen huis
houden heb ik dat nooit zoo goed kunnen
probeeren, want er zijn bij mij nog ia
huis te veel mondjes die graag zoo wat
lusten.
Ik zal nou ’n recept geven voor zoo*n
dertig stuks van die kleine taartjes, waar
Ik blikken vormpjes voor heb.
3 ons bloem, 2 ons boter, 1 ons lichte
basterdsuiker, ‘n tikje zout en *n beetje
afgeraspte citroenschil, of kaneel of va
nille. Dat allemaal moet goed door me
kaar gekneed worden en dan maak ik er
balletjes van, 'n beetje kleiner dan <te
vormpjes. De vormpjes besmeer ik met
boter, de deegballetjes druk ik er in en
dan moeten ze in den oven gaar en bruin
worden. Dat duurt ‘n klein half uur on
geveer. De oven mag niet te heet wezen.
Zure melk wordt bij mij in huls nooit
weggedaan. Als de melk gestremd la,
maak ik er hangop van voor op de boter
ham. Daar laat ik de melk eerst vooruit
druipen door 'n doek, zoodat ’t water er
uitloopt, en de dikke massa, die ik dan
overhou, daar roer Ik ’n beetje zout door
en h beetje geraspte nootmuscaat en
dan smullen de kinderen er van op t
brood.
Gewone zure melk gebruik Ik voor pan-
nekoekenbeslag. Je krijgt er *n mooi luch
tig beslag van, dat vooral lekker Is voor
spekpannekoeken, waar Ik anders meestal
'n beetje karnemelk voor neem.
ADRIANA KNUIST—POLLEPEL,
M> 4 eaM ■»aWlr<t. du gaaaaaaurd »V» haat» «eoo.
XV» vtrkrygbaar aa» ..Hal Patrom»ha MaarPaubai
Na. 1. Haarlam Oaharurotyha caapa. DamalhUtdiag
da tuut» 88. «6. >04 hatuouvdu. O-Ï5- Kiodtr-
Uatdiag. altaar vaar dra ia da baachryving gaaaamdaa
latftyd OJ5 Zv M patra»» hnrdlaigirg vaar hal
hmppa* aa aaaaa». hamvtm aa* vtrUuada patnaa-
otduu.
6e t.: 11 aver., 11 r., 3 x omsl., 3 r., 3
omsl., 3 r„ 3 x omsl., 3 r.
7de t: 4 r, 1 aver., 5 r, 1 aver., 5 rM
1ste t.: 3 r., 3 afkanten, 3 r., 3 afk.,
gw 3 alk., 1 r. (deze is over van het af
kanten) 7 aver., 2 r., omsL, 2 r., dubb.
mind. 2 r., omsl. 2 r.
2de t.: 11 aver., S r., 3 x omsl., 3 r., 3 x
omsl., 3 r., 3 x omsl., 3 r.
3de t.: 4 r., 1 aver., 5 r., 1 aver., 5 r..
Leven is voortdurend overwinnen, zich
handhaven tegen verwoesting, tegen
ziekte en vernietiging van ons fysieke en
moreele bestaan. Leven is dus willen
Deze gezellige tafelmatjes zijn te ma
ken van grofmazige borduurstof. We
hebben aan materiaal noodlg IK el bor
duurstof van 45 C.M. breedte, eenige klu
wen borduur-wol in de kleuren licht
groen, groen, geel en blauw. Ook kunnen
we hiervoor dikke borduurzijde nemen.
De borduurstof moet in de eerste
plaats goed waschbaar zijn, want tafel
matjes moeten dikwijls gewasschen wor
den. Kunnen we daarom niet slagen met
de stof, dan nemen we grof linnen.
De bloemen zijn gevuld met ateelste-
ken In diepblauwe kleur.
Begin aan lederen kant van een bloem
en werk naar binnen in drie rondten
(zie voorbeeld).
Vul
met
kleur.
Het kleine gele uitstekende hartje van
het kelkje bestaat uit drie satljnsteken
In één punt samenkomend.
De stengel is in donker of licht groen
Waarschijnlijk krijgen we na al den
regen van de maanden Juli en Augus
tus een mooi najaar. Onze zomerjapon-
nen zijn echter toch niet zoo heel mooi
meer en de avonden worden al wat koe
ler, zoodat we al gauw naar een dunnen
wollen mantel gaan verlangen. Zoo wij
van ’n mln of meer sportief genre hou
den, zullen we keuze kunnen doen uit de
verschillende tweeds en Jersey-stoffen,
die nog steeds zeer en vogue zijn.
De eenvoudige Engelsche jas, die fig.
5670 ons toont, schijnt wel altijd in de
mode te blijven. Het is dan ook een mo
del, dat eiken leeftijd en figuur uitste
kend kleedt.
Zandtaartjes. Nou ik toch me oven
warm had, heb ik meteen voor den Zon
dag wat zandtaartjes gebakken, nog
naar 'n recept van mevrouw zaliger.
Mevrouw had die dingetjes altijd In voor
raad voor als er bezoek kwam, want in
1 aver., 1 r., 8 aver., 2 r„ omsl., 2 r., dubb.
mind., 2 r., omsl., 2 recht.
4de* t.; 11 aver., 26 r., 3 st. opzetten.
5de t.: 3 r„ 3 afk., 3 r„ 3 afk.. 3 r.. 3 afk..
Voor den rand van de sprei wprdt hetzelfde materiaal gebruikt als voor den
reep, dus aluminium breinaalden no. 3 en breikatoen no. 8. Er worden 37
overgebreid.
1 aver., 1 r.. 11 aver., 2 r., omsl., 2 r,
dubb. mind., 2 r., omsl., 2 r.
8ste t: 11 aver., 29 r., 3 st. opsetten.
9de t.: 3 r., 3 afk., 3 r., 3 afk., 3 r, 3
afk., 1 r„ 13 aver., 2 r. omsl., 2 r., dubb.
mind., 2 r., omsl.. 2 r.
10de t.: 11 aver., 14 r., 3 x omsl., 3 r,
3 x omsl., 3 r., 3 x omsl., 3 r.
11de t: 4 r., 1 aver., 5 r., 1 aver., 6 r.
naar eigen verkieslng en we maken hem
met den steelsteek.
Voor de bladen gebruiken we den een-
voudlgen madellefjes-steek. De gras-
streep onder de bloemen geven we aan
door afwisselend één langen en één kor
ten satUnsteek te maken, in licht en
donker groen ANEMOON.
t Maat en gewicht
Komt voor Gods gezicht.
knipt, leder 24 x 33 c.M. De hoeken van
ieder matje kunnen een weinig afgerond
worden. Ze worden omgezootnd met
boorlint, doch ze kunnen ook met den
flanel-steek of deken-steek omgewerkt
worden. We kiezen dan afwisselende
kleuren.
Met een stukje carbonpapier brengen
we den omtrek der blauwe klokjes,
waarvan we hier het motief op ware
grootte toekenden, over op het linnen
Het tweede takje wordt met een klokje
minder geteekend en het middel«ta iz
het kleinste en heeft één klokje aan
lederen kant.
Indien u echter het middelste takje
liever weglaat, bestaat daar niet tiet
minste beswaar tegen, want twee takjes
aan lederen temt staat reeds voldoende
aardig
scheidenheid teveel op den achtergrond
houdt, zal een voorsprong missen. Hier
moet echter onderscheid worden ge
maakt tusschen verkeerde bedeesdheid
en een zekere frechheit, welke slechts
zelden winst zal brengen.
De „goede toon” moet nooit zjjn een
zekere gedrildheid. Wel iets, dat van
Jongs af is aangeleerd, tegelijk met de
opvoeding, en weer niet als uiterlijke
laag van beschaving, maar als iets, dat
zich openbaart, omdat het goede tot
fijne ontwikkeling is gekomen. In waar
heid is slechts zij alleen wat men noemt
een fijne, welopgevoede vrouw of meisje,
die alle goede eigenschappen in zien
heeft en deze toont, zonder dat zij het
eigenlijk zelf weet, omdat de goede toon
bij haar tot een natuurlijke geaardheid
is geworden. Het is vooral aan ouders
en opvoeders om de goede eigenschap
pen van geest en hart reeds bij de kin
deren te ontwikkelen, want dan alleen
is er kans, dat later in alles hoffelijkheid
en goede toon worden beoefend.
1 aver., 1 r., 14 aver., 2 r., omsl., 2 r.,
dubb. mind., 2 r., omsl., 2 r.
12e t: 11 aver., 32 recht.
13de t.: 3 afk., 3 r., 3 afk., 3 r., 3 afk.,
3 r., 3 afk., 1 r., 10 aver., 2 r., omsl., 2 r,
dubb. mind., 2 r., omsl., 2 recht.
14de t.: 11 aver., 11 r„ 3 x omsl., 3 r,
3 x omsl., 3 r., 3 x omsl., 1 r.
15de t.: 4 r., 1 aver., 5 r., 1 aver., 5 r.,
1 aver., 1 r, 11 aver., 2 r., omsl., 2 r,
dubb. mind., 2 r., omsl., 2 r.
16de t.: 11 aver., 29 recht.
17de t.: 3 afk., 3 r., 3 afk., 3 r., 3 afk.,
3 r., 3 afk., 1 r., 7 aver., 2 r., omsl., 3 r.,
dubb. mind., 2 r., omsl., 2 recht.
18de t: 11 aver., 8 r., 3 x omsl., 3 r,
3 x omsl., 3 r., 3 x omsl., 3 r.
19de t.: 4 recht, 1 «ver., 5 r., 1 aver.,
5 r., 1 aver., 1 r., 8 aver., 2 r., omsl., 2 r,
dubb. mind., 2 r^ omsl., 2 recht.
20ste t.: 11 aver., 26 recht.
21ste t.: 3 afk., 3 r., 3 afk., 3 r., 3 afk.,
3*r., 3 afk-, 1 r„ 4 aver., 2 r., omsl., 2 r,
dubb. mind., 2 r., omsl., 2 r.
22ste t.: 11 aver., 5 r., 3 x omsl., 3 rM
3 x omsl.. 3 r., 3 x omsl., 3 r.
23ste t.: 4 r., 1 aver, 5 r„ 1 aver., 5 r,
1 aver., 1 r, 5 aver., 2 r., omsl., 2 recht,
dubb. mind. 2 r, omsl., 2 recht.
24ste L: 11 aver, 23 recht, 3 st. op
zetten.
Hierna begint men het patroon op
nieuw. Wil men het vischgraatjespa-
troon van den rand, evenals dat van de
sprei, door averechtsche ribben onder
breken, dan maakt men hier na elke 6
gaatjes, in plaats van het viachgraatjes-
patroon de ribben in op dezelfde manier
als in de sprei. Men krijgt dus, op 't
eind van dien oneven toer in plaats van
2 r. omri., 2 r, dubb., 2 r.. omsl.. 2 r,
2 r.’, 7 aver., 2 r, en terug 2 aver., 7 r,
2 aver., in plaats van 11 averecht.
DINY.
op waarheid berust, willen we voor het
oogenbllk in het midden laten. Maar
iedereen weet toch heel goed, dat het
vrijere leven niet altijd is ten goede ge
komen aan beleefdheid en aan fijnge
voeligheid tegenover andere menschen.
Bet lijkt practlscher over de kardinale
deugd, welke Confusius reeds aangaf
iets te zeggen.
In den „goeden toon” dient echte en
onechte voornaamheid te worden onder
scheiden. De onechte voornaamheid is
een uiterljjk aanwendsel van onzen tijd,
dat de ware gesteldheid zoo al niet
moet verdoezelen, dan toch in de plaats
moet komen voor wat uit het innerlijke
niet voortkomt. Nu is het waar, dat onze
tijd zich door aangeleerde hoffelijkheid
niet meer laat verblinden. Gélukkig!
Want aan iets, dat aangeleerd is, zonder
meer, hebben we, naar de innerlijke ge
steldheid beschouwd, niets. Het leven is
al vaak comedle genoeg, dan dat we nog
behoefté zouden hebben aan kunstmati
ge vriendelijkheid, weike slechts een
valsch masker is.
Jaren geleden gaf een
OVERNEMING UIT DEZE RUBRIEK ZONDER TOESTEMMING VERBODEN
aange-
dagelijksche leven be-
Van
inBil
|i hHi,
zichte van onze jonge meisjes
Jflrllllllll/)
schrift korte opstelletjes over le vral chic''
en le faux chic. Er werden steeds afge-
beeld twee naar de nieuwste mode ge
kleeds dames, die toch van elkander
zeer verschilden, omdat zij uitbeeldden
hoe men zich volgens le vrai chic wel en
volgens le faux chic niet moest gedra
gen. De repreeentante van le vrai chic
trad overal bescheiden op, waar zij zich
ook bevond en waar zij zich ook onder
de menschen vertoonde. De dame met de
faux chic daarentegen deed alles om
opzettelijk op te vallen. In grenzeloos
egoïsme deed zjj alles om van haar per
soon te doen spreken.
Deze typen kennen we nog in zonze
dagen. Nu is het zeer waar, dat in het
vrouwenleven van tegenwoordig sinds
dien tijd wel iets veranderd is. De vrouw
treedt overal veel meer in het openbaar
De vijf voornaamste deugden, welke
de wijsgeer Confusius aan de Chineezen
voorhield, zijn: medelijden, rechtvaar
digheid, wijsheid, oprechtheid en hoffe-
Wkhèid.
Hij noemde dus ais een der voornaam
ste deugden de hoffelijkheid, of wat wjj
in het leven van goeden omgang wel
aanduiden met „de goede toon”. Hier
onder wordt dan niet verstaan een uiter-
lljk vernis, maar een zekere fijngevoelig
heid, welke vanzelf bij alles op den
voorgrond treedt, omdat zij niet als uiter-
Hjk iets, maar als komende van binnen
uit, van jongs af aan in ons is
kweekt.
Is ér in ons
hoef te aan meer „goeden toon”?
bet moderne leven is vooral ook ten op
veel
bun mij jp
In pi
Kruilliiiln»
Srmiiui bPM
7 ••’hipij
..i/lBHHh
.iA uhip'IOh