Binnenlandsch Q^ieuws
Voor de Huiskamer
DE VLUCHT UIT DE POPPENKAST
VAN JAN KLAASSEN EN TRIJNTJE
I
I c
I
DE MILLIOENEN-
NOTA
Nederlanders in Italië
Huldeblijk voor de Koningin
Voorzitter der Tweede Kamer
KERKNIEUWS
Mgr. Nolens 70 jaar
Een opzienbarende bekeering
Politieke radiocensuur
EERSTE KAMER
P. T. T.-personeel
Werklooze musici
Defensie
Begrooting
van
Ruim f 1.750.000 meer dan in 1930
RADIO-NIEUWS
Corruptieonderzoek te Doetinchem
luchtvaart
Groote Britsche vliegboot
Ze
I
I
ff
Gevaar voor de reputatie van onze
kaas
Proeven met geheime radio
telefonie
Het winterkoninkje en
de beer
Van koopvaaróy-offlcieren alt Indlë
Het oordeel van de pers
De commissie bfj de Koningin
Diner ran de katholieke Kamerfractie
Proteatrergaderinj van de V. A. R- A.
Verkorting arbeidstQd gevraagd
moest, maar
I
bU
R. CL”
i
(Een sprookje)
Giften van particulieren aangenomen
In
T
l
o
IS».
MO.
Initirt
Vergadering van Woensdag
De griffier doet voorlezing van het Kon.
Besluit tot benoeming van mr. J. R H. van
Schalk tot voorzitter der Tweede Kamer.
adressant by de Kamerleden met klem aan
om by bet P. T. T.-bedriJf binnen den korst
mogeiyken tijd minstens de werktijden van
vóór 1923 te doen herstellen, Welke verkor
ting productleven arbeid beteekent voor hon
derden werkloozen.
Een telegram aan den Minister van
Binnenlandsche Zaken.
Plaats voer M passagiers
Southampton wordt een reusachUge
vliegboot gebouwd, die gebruikt zal worden
voor vluchten naar het Oosten en over den
Atlantischen Oceaan.
Het wordt een geheel metalen eendekker
met een spanwijdte van bijna 50 M. Z««
Rolls Royce motoren, die 3700 PK. ontwik
kelen sullen het gevaarte voortdrijven. Kr is
plaats voor 40 passagiers.
Bij gelegenheid van den Vosten verjaardag
van den Minister van Staat. Z Ex. Mgr. Prot.
Mr. Dr. W. h. Nolens biedt de Katholieke
Tweede Kamerfractie aan haar leiders op
Donderdag 3 October as. eet^ diner aan.
„De profetenmantel ontsiert dezen staats
man” (minister De Geer), zegt „De Tijd”
fa, k_).
Het treft wel heel ongelukkig, althans
schijnbaar voor hem dat zijn voorspellin
gen tot nu toe niet één keer zijn uitgekomen.
20
mevrouw de
hun kinderen
de antl-rev. fractie, dat zö eenstemmig tegen
het voorstel is.
De heer BUngenberg (VJ3.) betoogt, dat
het voorstel niet geboren is in een oogen-
blik van spontane tel. Reeds jaren geleden
bleek dat de samenstelling niet bevredigend
was.
Het Is niet noodlg dat iedere fractie ver
tegenwoordigd is maar de groote stroomln-
gvn In de Kamer moeten er een plaat-, In
vinden.
De beer Pollema (CK.) wijkt af van den
heer de Bavomin Lohman. Practlsche staat
kunde Is een kweste van gemeenschappe
lijk overleg, dat bevorderd wordt docr dit
voorstel, waarom spr. ervoor zal stemmen.
Het voorstel wordt verwerpen met 371®
stemmen.
De vergadering wordt te 3.15 uur verdaagd
tot heden 11 uur.
K
lichting van druk beschikbaar zon komen.
Helaas bemerkten we hiervan In de MUlloe
nennota maar uiterst weinig, schrijft net
blad. Alle hoofdstukken geven een toenemUig
te zien, zoodat de vraag rijst In welke rich
ting die versobering thans dan nog wel ge
zocht wordt. Is dit dan het resultaat van ..de
uiterste spankracht van wat reorganisatie...
leveren kan?"
Het vorige Jaar meenden wij bij de be
spreking van de Millloenennota der begroo
ting-1930 uit den toon der Nota de ver
anderde positie van minister De Geer in het
nieuwe Kabinet waar te kunnen nemen. Zou
het zijn, dat minister De Geer niet voldoende
tegen zijn collega’s is kunnen optreden, om
hen tot voortgaande zuinigheid te nopen?
Een leder wist toch, dat de wijziging In de
wet op de financleele verhoudingen nieuwe
lasten zou brengen?
Het blad heeft eerbied voor het werk, dat
Minister De Geer heeft gedaan In het be
lang der saneerlng onzer begrooting. Uit de
opgave, welke hij zelf hiervan In de Mil
lloenennota geeft, blijkt, dat hij hiervoor in
de laatste jaren belangrijke bedragen heeft
moeten besteden, maar dit neemt niet weg.
dat de zoo veel besproken „versobering" toch
maar uiterst weinig resultaat voor den be
lastingbetaler heeft opgeleverd.
Gisteren vergaderden te Amsterdam werk
looze musici, georgan seerd in den Ned.
Toonkunstenaar.bond.
Besloten is een telegram te Benden aan
den minister van Binnenlandsche Zaken,
waarin gewezen wordt op den noodtoestand
van honderden Nederlandsche musici ten ge
volge van tewerkstel'lng van buitenlanders
en mechani eerlng. In het telegram wordt
verzocht in cverleg met de desbetreffende
andere ministers maatregelen te treffen tot
behoud van de arbeidsgelegenheid. Voorts
wordt er op gewezen, dat b.v. te Amsterdam
in het botel-café- en restaurantbedrijf werk
zaam zijn 168 musici, van wie slechts 53
Nederlanders Tenslotte wordt er op ge
wezen, dat de regeeringen van andere lan
den voorgeschreven hebben, dat eerst ge
schikte landgenooten In aanmerking behuo-
ren te kernen en wordt gevraagd ter voor
ziening in den nood om spoedmaatregelen
Vragen van den heer Mandeb
Het» Eerste Kamerlid de heer Mendels
heeft den minister van Bultenlandache Za
ken de volgende vragen gesteld t
Heeft de minister uit de Inlichtingen, <b
hij heeft Ingewonnen en ontvangen over te
behandeling van de zijde van de Itallaan-
sche Staatspolitie door een Nederlandse^
Staatsburger en diens relsgenoote ondervon
den. de overtuiging gekregen, dat die behan
deling door de felter gerechtvaardigd was,
althans dat de vermtedens dei itallaansche
autoriteiten ten opzicht- van bedoelde per
sonen Juist zijn gebleken?
Aght de minister overigens deze behande
ling olrbaar?
Zoo ja, acht hij die dan ook hier te lande
toelaatbaar en in soortgelijk geval toepasse
lijk op Itallaansche Staatsburgers?
Zoo neen, is dan de minister alsnog ge
neigd bescheid te geven op de tot dusver on
beantwoord gelaten vraag van ondergete
kende. t. w. of hjj stappen heeft gedaan, op
dat dergelijke behandeling Nederlandschen
onderdanen voortaan In Italië worde be
spaard?
De heer A. J. Schilte. voorzitter van «te
Ned. Vereenlging van Kaashandelaren
schrijft om.:
Onder geprepareerde wordt aangeduid een
meestal volvette Goudsche kaas, die door
„terugwerken" hoe langer hoe slechter ge
worden is, totdat zij eindelijk door een. tot
nogtoe voor bet gros van het menschdom
Uit naam van gezagvoerders, oud-gezag-
voerders en stuurlieden der koopvaardij in
Ned.-Indië heeft gistermiddag zes uur In net
paleis Huis ten Bosch een deputatie, bestaan
de uit de heeren H. C. Ykema, vertegenwoor
diger van de ver. van gezagvoerders en stuur
lieden in Ned.-Indië, mr. Maclaine Pont, eere-
lid dier vereenlging en F. van Veen, oud-
gezagvoerder K.PM aan de Koningin een
schilderij aangeboden als een bewijs van eer
bied en trouw, ter gelegenheid van haar vljf-
tlgsten geboortedag.
De heer Ykema gaf by de aanbieding een
korte toelichting en deelde mede, dat het
Initiatief werd genomen door eenlge leden
der vereenlging van gezagvoerders en stuur
lieden in Ned.-Indië.
Het doek brengt de reede van Soeraba ja.
Indie s grootste handelstad, in beeld, en werd
geschilderd door den heer Willem van der
Does, zelf oud-scheepsofflcier.
Het „Hdbd.” (lib), dat ook waardeering heeft
voor het werk van minister De Geer, meent
echter, dat deze niet mag verhinderen om te
wijzen op enkele zwakke plekken in zyn oe-
leld. De troonrede deed verwachten, dat in de
Millloenennota de „voortgezette versobering
van *s Ryks dienst door reorganisatie" tot
uiting zou komen. In de Millloenennota van
de begrooting van 1928 had de regeering.
waarvan minister De Geer toenmaals de
leldsr was, zich als een der voornaamste
programpunten gesteld, het natuuriyk accres
der uitgaven voor een zoo groot mogeiyk deel
door bezuiniging op ts vangen, opdat het
accres der middelen in gelijke mate tot ver-
Voor „overmatige" bezorgdheid kan er o.l.
doolt ernstig reden zijn; voor bezorgdheid
Bonder meer Is er ook nu nog geen directe
aanleiding; voor verzorging met vooruitzien-
den blik van cultureele belangen en In-
dustrieele scholing des te meer.
Zonder feeststemming is er, meenen wy.
nog plaats voor een biymoedig optimisme.
Want achter de wolken schUnt nog steeds:
de zon.
Uit het „Vaderland” (lib):
Een van de hoofdpunten van de Geer’s
financleele politiek Is en was: de noodzake
lijkheid van belastingverhooglng met de
uiterste zorgvuldigheid vermyden. Dat is hem
gelukt, e- 'aarvoor kan men hem niet genoeg
dankbaar zyn. De zware belastingen doen
toch al zooveel kwaad. Ze Jagen de ryken
weg, die niet door bedryf of waardigheid
aan vaste woonplaats zyn gebonden, en nu
kan men lange vertoogen houden over het
gemis aan gemeenschapszin van d»ze Heden,
daarmee komt men geen stap verder, een
staatsman heeft trouwens niet te rekenen
met de wereld, zooa's ze wezgr
met de wereld, zooals ze is.
Die zware belastingen maken, dat de goed
gesitueerde middenstand zoo mln mogehjk
arbeid laat verrichten, en maakt het een
klein bedrijf onmogeiyk zyne vleugels uit
te slaan. En de toestand wordt nog verergerd
doordat, den goeden niet te na gesproken
alleen de menschen met vaste Inkomens ge
heel den keizer geven wat des keizers is. en
rij. die zoo op verhooging van de directe
belastingen aandringen, mochten wel een»
bedenken, dat onder vaste Inkomens ook die
van de arbeiders behooren.
Met vereende krachten werd t vliegtuig naar een
beschutte plek gebracht, waar men het ve llg cp kon
bergen, gedurende den ganschen nacht. Jan Klaasen
duwde, Piero hielp mede, de Lange duwde met Katryn,
d’ Aap zat op het vliegtuig, gaf bevelen, schoen letterlijk
de taas te rijn.
Eens in den zomertijd gingen da beer en
de wolf urnen in het bosch wandelen toen
hoorde de beer een heel mooi gezang van
een vogel, en hij zei
„Broeder wolf, wat is dat voor een vogel,
die daar zoo moot zingt 7"
„Dat is de koning van de vogels," zei de
wolt, „daar moeten wij ons voor buigen.”
Maar het was het winterkoninkje.
„Als dat zoo is.” zei de beer, „dan zou
ik ook wel graag zijn koninklijk slot zien,
kom breng me er heen."
„Dat gaat zoo maar ni?7,” sprak de wolf,
„je moet wachten tot mevrouw de koningin
komt."
Heel gauw daarna kwam mevrouw de
koningin, mej voer in haar snavel en mijn
heer de koning ook. Ze gingen hun jongen
voeren. De beer zou hen wel graag dadelijk
achterna zijn gegaan, maar de wolf hield
hem bij z’n mouw en zei
„Neen, je moet wachten tot de koning
en de koningin even weg zijn.”
Zij onthielden dus goed het gat waar bet
nest was en run toen terug gegaan. Maar de
beer bad geen rust. Hij wou het koninklijk
paleis zien en ging er na een pocste weer
heen. De koning en de koningin waren weer
uitgevlogen en hij keek naar binnen er lagen
zes ot acht jongen in.
„Is dat bet koninklijke paleis V’ riep de
beer „dan is het een armzalig paleis en
lullie bent ook geen koningskinderen jullie
bent oneerlijke kinderen 1"
Toen de jonge winterkoninkjes dit hoor
den. werden ze geweldig boos en schreeuw
den
„Neen, dat zijn we niet onze ouders zijn
eerlijke lieden dat zal je moeten verant
woorden. leelijke beer I”
De beer en de wolf werden bang, ze keer
den om en kropen in hun holen. Maar de
jonge winterkoninkjes schreeuwden en tier
den ai maar door en toen de ouders hun
voedsel kwamen brengen, nepen zij
„Wij eten geen enkel vliegenpootje. al
moesten we ook verhongeren eerst moet
er uitgemaakt zijn of we eerlijke kinderen
rijn of met want de beer is er geweest en
heelt ons uitgescholden I”
Toen zei de oude koning „wees maar
bedaard, het zal uitgemaakt worden."
Hij vloog met mevrouw de koningin naar
het hol van den beer en riep naar binnen
„Oude brombeer, je hebt m'n kin leren
uitgescholden, dat zal je slecht bekomen
we zuUen het in een bloedig gevecht uit
maken.”
Zoo werd aan den beer de oorlog ver
kil ird en al her viervoetig gedierte werd op
geroepen os. ezel, rund, hert, ree en alles
wat de aarde draagt. En bet winterkoninkje
riep alles op wat in de lucht vliegt, niet
alleen de vogels, groot en klein, maar ook
muggen, wespen, bijen en vliegen.
Toen nu de tijd daar was, dat de oorlog
zou beginnen, zond het winterkoninkje
spionnen uit om uit te vorschen wie de be
velvoerende generaal van het vijandelijk
leger was. De mug was de listigste van alle
maal.
Zij dwarrelde rond in het bosch, waar de
vijand zich verzamelde en bleef toen ritten
ondraan een blad van den boom, waar bet
wachtwoord gegeven werd. Daar stond de
beer. Hij nep den vos bij zich en sprak i
„Vos. jij bent de slimste van al de dieren,
jij moet generaal rijn en ons aanvoeren."
„Goed,” zei de vos, „maar welke teekens
zullen wij aispreken 7"
Niemand wist het. Toen zei de vos weet
„Ik heb een mooien langen pluimstaart
hjj riet er haast uit als een roode vederbos
Uitbreiding huishoudelijke commissie
Aan de orde is het voorstel van de hee
ren S.lngenberg en Mendel-, tot wyzlglng
van art. 9 van het Reglement van Orde.
De heer De Bavomin Lohman (CJI.)
heeft met verbazing het voorstel ontvangen.
De candldaat dien de heeren noemen is
een zeer geschikte, maar waar gaan sry naar
toe als wy ruimte laten voor de benoeming
van een lid van iedere party In commis
sies?
De heer Van Lanschct (R.K.) acht het
voorste! principieel onjuist en zal tegen
stemmen.
De heer Anema (AR.) verklaart namens
Ze hadden reeds vier uren gevlogen, toen de metor
plotsllng bleef staan. Jonge," zei Jan, die aan het stnur
zat, _"n noodlanding moet worden gedaan." Ze sagen
een open plek tusschen boomen van een groot en 'omber
woud. Uk was liever,” zei Tryn, „doorgevlogen, daar Tc
niet van sulke plekjes boud.”
By de opening van de Staten-Generaal
heeft de Centr. Bond van Nederl. P. T. en
T-personeel een geïllustreerd adres aan de
Tweede Kamerleden gericht, waarin erop
wordt gewezen, dat er sedert 1923 by het
staatsbdryf der P. T. T. in buitengemeen
sterke mate is gerationaliseerd. Hoewel In
dat tydsverloop het aantal behandelde post
stukken toenam van 717.073.752 tot 930.671.785
en bet telefoonverkeer steeg met 70 pet. !s
het aantal ambtenaren verminderd met 20
pet Daardoor zyn de werktyden van het
personeel sedert 1 Januari 1923 met een half
uur verlengd, zoadat het bedraagt 48 uren
per week, voor het technisch en bestellend
personeel 51 uren en voor de kantoorhou
ders nog 10 A 13 uur per dag. Daarom dringt
In de Dinsdag gehouden vergadering van
den raad van Doetinchem kwam in bespre
king de rekening en verantwoording van de
raadscommissie tot onderzoek van corruptie.
Verschillende léflen constateerden, dat de
uitgaven veel meer hebben bedragen dan
het toegestaan credlet zoodat de commissie
tot het dekken dier uitgaven giften van ge
meentenaren heeft aangenomen.
De heeren We'ister en Spykman verklaar
den, dat de raad er recht op heeft te weten,
wie de gevers zyn. om te kunnen nagaan
welke politieke invloeden by dit onderzoek
gewerkt hebben. .Als particulieren dit on
derzoek gefinancierd hebben, zit er een
luchtje aan.”
De voorzitter der commissie, de heer Oo-
hen, zeide. aal niet de commissie, maar de
gemeente die geschenken heeft gekregen.
De voorzitter repliceerde, dat dit in strijd
was met de Gemeentewet, daar alleen de
raad geschenken mag aannemen onder goed
keuring van Ged. Staten.
In verband met de mededeeling van den
heer Cohen, deed de heer Rietberg het soor-
stel. dat de namen der gevers zullen worden
medegedeeld, opdat de raad gelegenheid zal
hebben die gelden terug te betalen.
Dit voorstel werd aangenomen met 7 te
gen 6 stemmen en 2 onthoudingen.
De „Volkskrant” (r.k.) Is geneigd aan te
nemen, dat haar vrees. Juist zoo dringend
noodzakelyke sociale herzieningen te zien
weggevaagd door de crisisbenauwenis, onjuist
is geweest.
Natuuriyk vraagt men rich af, hoe het
komt, dat van de vier sociale maatregelen
twee wel en twee niet opnieuw genoemd zyn
in deze Troonrede, en men vindt daarop geen
bevredigend antwoord.
Maar hoofdzaak is, dat zy worden voor-
gesteld. e>
Uit de Troonrede sprak toch reeds teveel
berusting en te welrfig bekommering voor
versterking der volkskracht, dan dat wy niet
eenlge bevrediging vinden en eenlge bevredi
ging dringend noodlg achten door het ir>-
willlgen van verlangens, die in de geheele
arbeiderswereld leven.
„De hoogconjunctuur van de jongst ver-
loopen jaren. is” constateert de minister
van Financiën „in haar tegendeel ver
keerd.” Er staat niet „zal In haar tegendeel
verkeeren”, maar „is”, dat wil zeggen: de
laagconjunctuur heeft reeds haar intrede ook
in ons land gedaan. Uitgaande van dit ob
jectief gegeven, voorspelt de minister, dat
het buitengewoon'?) middelenaccres, dat
ojn. tot ruimer steun van het Ruk aan de
gemeenten mede in. staat stelde, een einde
^zal” nemen, en bovendien, dat ook het nor
male accres der middelen in de naaste toe
komst „zal” stop staan.
De bekeering van den Protestantschen
Domlné Dr. Delany uit New.York, die deaw
dagen tot de katholieke kerk is ove: gegaan,
heeft In Amerika groot opzien teweeg ge
bracht: onder dc Protestanten van Amerika
bezat hy ontzettend veel Invloed. Hy stend
bekend als een schitterend redenaar en man
van groote begaafdheden.
Toen de tydlng kwam, dat hy tot te
katholieke kerk was overgegaan, was hy uit
New.York verdwenen en allerlei geruchten
deden toen de ronde. Er werd beweerd, dat
hy in stilte naar Canada was vertrokken,
omdat hy bang zo zyn voor de gevolgen van
zyn uittreden uit de Protestantsche kerk.
Anderen wisten weer te vertellen, dat hy
naar Washington zou zyn gevlucht.
In werkelijkheid bevond hy zich in bet
Benedictynerklooster te Portsmouth in te
prov-ncle Rhode-Island, om daar een retraite
te maken, alvorens officieel in de katholieke
kerk te worden opgenomen. Daar wej-1 hy
ook gedoopt en deed hy zyn Eerste H Com
munie en ontving hy het H. Vormsel. Daarna
begaf hy zich naar New-York, waar hy
eenlgen tyd de gast was van Mgr. Mac
Mahon. In dien tyd ontving hy veel bezoek,
o.m. ook van een redacteur van de New
Yorker Wo;ld”. Tegenover dezen journalist
verklaarde Dr. Delany: „U kunt aan uwe
lezers gerust mededeelen. dat ik de reet van
myn leven zal doorbrengen met God voort
durend te bedanken voor de groote genede,
dat Ik tot de kennis der waarheid mocht
kernen. Wat my hoofdzakeiyk deed beslui
ten, om tot de katholieke kerk over te gaan
was de invloed van het Pausdom en te be-
wonderenswaardlge werkzaamheid van den
grooten Paus Pius XI. Wanneer de Epsoo-
pale Kerk wei de hiërarchie der Bisschoppen
maar niet den Paus e;kent, dan ligt daarin
geen logische gevolgtrekking. Ten slotte,
waarom zweert men zyn dwalingen af en
erkent men het lichteer waarheid?
Dat is een kwestie van goeden wtl en voor
sommigen ook eeh kweetle van geesteiyko
waardigheid. Ik voor my heb niets andere
meer te doen dan naar Rome te gaan, om
my neer te werjoen aan de voeten van den
Paus van het Katholicisme”.
De redacteur van de „World” begaf rich
daarna naar Dr. William Manning, den Pro-
tests ntschen blsschop van New-York, om
hem te vragen, wat hy dacht over de bekee
ring van Dr. Delany. „Ik kén u daaromtrent
niets mededeelen” zoo verklaarde deze. Hy
wilde zich daarover niet uitlaten.
Aan de toelichting is ontleend:
Nieuwe aanbouw; De belde torpedoboot-
jagers 1927 Banckert en Van Nes zullen be
gin 1931 gereed zyn om van den bouwmees
ter te worden overgenomen.
Gelden worden aangevreagd ter voortzet
ting van den bouw der oedet zeebooten O
12—0 15 en K XIV en K XVIII zoomede
voot den bouw van den kruller en het flot-
tielje-vaartulg, voor welke belde schepen
eerste termijnen zyn aangevraagd by sup
ple toire begrooting 1930. De onderzeebooten
O 12, O 13 en O 14 zullen vermoedeiyk in
1931 worden opgeleverd. In de suppletolre
defensle-begrooting 1930 deelde de minister
zyn voornemen mede om op de begrooting
voor 1931 gelden aan te vragen voor een eer
sten termyn van een flottlelje-leider, be
stemd ter vervanging van het pantserschlp
„Hertog Hendrik” De minister meent te
kunneu volstaan met een kleiner type schip,
dat aan de tegenwoordige eischen van be
wapening en snelheid voldoet. De bewapening
zal bestaan uit 8 kanonnen van 12 c.M.,
paarsgewyze opgesteld op dubbei-affult, de
maximum snelheid zal 34 myi bedragen, ter
wijl de vitale deelen van het schip door een
licht pantser zullen worden beschermd. De
kosten worden geraamd op 75 millioen. Als
eerste termijn wordt f 50.000 aangevraagd.
De totale kosten voor nieuwen aanbouw
voor 1931 bedragen f 10.408.000, waarvan
ten laste der Ryksbegrooting biyft f 6504.000.
Ten einde te kunnen voorzien in het ge
brek aan voor den dienst in West-Indié ge
schikte vaartuigen, is een post van f 60.000
opgebrkcht voor vergoeding van het gebruik
van den oplumjager Arend, welke daartoe
tydelyk door de Indische regeering in huur
is afgestaan.
Een bedrag Ineens Is uitgetrokken voor
den bouw van eenlge zeevHegtuigen, bestemd
voor instructie van zeevliegers hief te lande.
Het ligt In het voornemen twee torpedo-
booten van het Z-type in West-Indië te sta-
tlonneeren, voor welk doel het noodzakelyk
Is, deze vaartuigen een verbouwing te doen
ondergaan.
Personeel. Zoowel door de gebeurtenis
sen in West-Indlë als met het oog op de be
hoefte aan Europeesch beroepspersoneel der
zeemacht op de vloot in Ned.-Indië is heY
noodlg geworden de sterkte van het perso
neel uit te breiden. De G. G. is van mee-
nlng, dat de sterkte van het Europeesch be
roepspersoneel op 2447 man behoort te wor
den gebracht. Een en ander brengt mede,
dat 500 man meer noodlg is.
Loodswezen. Een bedrag van f 75.000 is
uitgetrokken ten einde een aanvang te kun
nen maken met den bouw van een nieuw
lichtschip, waaraan zeer ernstige behoefte
is. De totale kosten worden geraamd op
f 450.000; f 5000 Is noodlg voor verbouwing
van het proefstation der kustverUchtlng te
Schevenlngen.
Het etndcyfer van den gewonen dienst be
draagt f 101.731.907. Voor 1930 werd toege
staan f 99.978.503. zoodat meer wordt aan
gevraagd f 1.753 404. Op art. 143 zyn twee
nieuwe posten gebracht van f 250.000 en
f 100.000, resp. bestemd ter nadere onder
steuning van niet-pensioengerechtlgde we
duwen en weezen van militairen en gewezen
militairen en ter ondersteuning van ontsla
gen militairen in bijzondere omstandigheden.
De Koningin heeft gisterochtend elf uur in
het paleis Huls Ten Bosch de commissie uit
de Tweede Kamer ontvangen, welke haar
kwam aanbieden de nominatie voor het voor
zitterschap.
De commissie bestond uit de heeren Mar
chant, Kryger, Blerema, J. Vos, Uh. L. v. d.
Bilt, zyistra, Beveryn en mevrouw Van Ital-
11e—Van Embden. Van de heeren droegen de
heeren v. d. Bilt en Beveryn rokkleeding. de
andere heeren ambtsgewaad; mevrouw Van
ItallleVan Embden droeg een donker
toilet.
De Koningin verklaarde aan de commissie,
dat zy rich onverwijld met de keuze zaf be
zig houden.
Gisteren had van het hoofdbestuur der P.
T. T. uit het eerste geslaagde kruisgesprek
met Indlë plaats, waarby gebruik werd ge
maakt va:, geheime telefonie.
De rykstelegraaldienst is er n.l. in ge
slaagd het gesproken woord in een zoodanl-
gen anderen vorm te brengen, dat dat voor
een mede-luisteraar volkomen onverstaan
baar wordt.
By de ontvangst wordt het geluid dan
weder in verstaanbaren vorm teruggebracht.
Het systeem heeft hot voordeel, dat és
omzetting automatisch tot stand wordt ge
bracht en dat geen wyriglng aan toestellen
of lynen noodlg is.
De proefnemingen worden voortgezet.
weer in oogenschyniyk
betere banen is geleid.
De „ongeprepareerde" kaas draagt het
rykscontrólemerk en'blijft het dragen, hoe
hard de kaas ook In kwaliteit" moge achter
uitgaan Dit is niet erg; immers, leder vak
man riet duldelyk, dat hy met een Infe
rieure kwaliteit te doen heeft, die voldoende
vet in de droge stof Leeft.
Maar nu komt de metamorphose. Uit een
gistlg opgeblazen kaas komt een vastgeslo
ten, vlak product te voorschijn, in staat om
by niet al te nauwkeurig onderzoek voor
goed door te gaan. Wat het product door
gemaakt heeft, In warme of koude baden,
wy weten het niet; wel weten wij, dat het
geweldig afbreuk zal doen aan de reputatie
der Hollandsche kaas, indien he voor goede
Goudsche kaas in den handel komt en ook
weten wy, dat het Rykscontrólemerk de kaas
is trouw gebleven In al haar wederwaardig
heden. Dit laatste nu moest niet zoo zyn.
Het prepareeren van kaas behoeft niet
verborgen te worden, maar laat de prepara
teur zich verplichten op iedere geprepa
reerde kaas een duldelyk teeken aan te
brengen, waardoor de eventueele kooper rien
kan wat hy koopt. Het la de hoogste tyd
dat Ingegrepen wordt.
De totaalindruk, welken de -N.
(11b.) van de MUlloenennota heeft, is:
dat de minister, schoon hy den toestand
verre van rooskleurig Inziet, by de -amen
stelling van de begrooting toch niet van
overdreven pessimisme biyk geeft. De Kamer
zal er wel aan doen, de begrooting In alle
onderdeelen nauwkeurig na te gaan, of daar
bij In elk opricht naar versobering van het
staatshulshouden. waarvan de Troonrede
sprak, is gestreefd.
Hierdoor verkeert de minister ongewild in
de positie van den grappenmaker, die ri)n
dorpsgenooten steeds weer opschrikte door
den roep, dat de wolf kwam; toen het ver
scheurend dier werkeiyk zich onder de lam
meren vertoonde, was het geloof In de moge
lijke waarheid te zeer afgesleten om de
kudde te redden
Volgens het „Huisgezin” (r.fe) biyven er,
ook nu we een jaar verder zyn, voor onze
party twee eereschulden over, en van de
inlossing wordt noch in de Troonrede, noch
in de MUlloenennota gerept.
Het blad duldt hier op de groote gezinnen
en het Bezoldigingsbesluit.
En het schrijft:
Hetgeen de regeering ten slotte zal doen
of niet doen, moet zy weten; maar wy voelen
ons niet verantwoord, indien we niet, met of
zonder kans op succes, biyven aandringen
op hetgeen we, toch niet yoor de leus, op het
program hebben gefiracht en onze Kamer
leden als ernstige mannen hebben onder
schreven en waarvoor ze voor hun kiezers
hebben getuigd.
De radlostryd, die reeds zoovele hoofden
op hoi gebracht heeft, is woer in een nieu
we phase getreden en laait opnieuw op in
den vorm van protesten tegen de besluiten
van de radio-omroep-controle-commiasle.
Men herinnert zich, dat de VA.KA. het
plan had om het demonstratief Congres der
SDAP. Zaterdag JJ. per radio uit te zen
den. Daar echter de Commissie te voren in
zage van de uit te zenden redevoeringen
werd geweigerd, kon de uitzending niet plaats
hebben.
Het was te voorzien, dat de V. A. R. A.
hiermee geen genoegen zou nemen, en zoo
gebeurde het. dat Woensdagavond openbare
protestvergaderingen werden gehouden in t
Concertgebouw en in de Beurs van den Dia
manthandel te Amsterdam.
wy willen onze lezei^ niet vervelen met
de lange redevoeringen die daar gehouden
zijn, maar slechts er op wj’zen. dat de wer-
keiykheldszin die bij de leiding van de
AVRO, zoo lang zoek was. thans by de
V.A.R.A. begint zoek te raken.
Denkt de V AR A misschien, dat de re
geering zich zal laten intlmldeercn door
schreeuwende redevoeringen?
De ,JWsb." (R.K.) schrijft om.:
Laten wy eeriyk bekennen, dat de lezing
en uiteraard vluchtige bestudeering der Nota
betreffende den toestand van 's Ruks Finan
ciën ons tot de aanvankelijke conclusie
brengt, dat het nog al mee valt.
In sommige persuitlatingen over de Troon
rede. met name over de financleele moot
daarvan, is reeds gezegd: Minister de Geer
doet er heel goed aan om een zuur en somber
gericht te trekken, hy heeft groot geiyk.
dat hy de crisis a’S een afweerschild tegen
opdringende verlangens gebruikt. maar
helaas, velen zullen hem niet gelooven!
Maar dat zóó de stemming is. ligt waariyk
niet aan die ongeloovlge Thomassen, maar
aan den Minister zelf.
Jaar aan Jaar Is bij de beschouwingen over
de Millloenennota onzerzyds gewezen op de
onjuiste ramingen zoo van inkomsten als
uitgaven, op de z.g. verstandige methode des
Ministers om met zwarte kleur het schil
derij onzer Landsflnanciën dik aan te zetten.
Het groote bezwaar, daaraan verbonden, a
niet allereerst en allermeest dat er overschot
ten kwamen van grooten omvang. Niet ook
dat wellicht sommige maatrege’-cn ongedaan
bleven. Maar: dat het vertrouwen In het
woord der regeering in de voorstelling van
zaken, vanaf de Regeeringstafel gegeven
over onze Ryksflnanciën. in breede lagen
van ons vo’l'- geheel teloor gaat
Dit kweekt, het spreekt van zelf, een
scepticisme by de beoordeellng der voorge
dragen begrootlngen. hetwelk een geheel on
gezonden toestand in het leven roept.
Niettemin komt het blad de huidige gestie
van Minister de Geer in de gegeven omrt»n-
digheden aannemelyk voor, doch het vraagt
zich toe af:
Aanvaarden wij deze begrooting als reëel?
Ons antwoord Is: In de gegeven economi
sche omstandigheden zijn wy voorzichtiger
met onze critiek dan in voorgaande jaren
De ,.besparings”-post is naar onze meenlng
een juiste correctie. Het resteerend tekort ad
3 milUoen wordt naar onze stellige mee-
nlng gemakkelljk ingehaald. Zooveel speling
rit er oJ. zeker in de ramingen der inkom
sten.
En het besluit zijn artikel:
De beschouwing aanvangend met de „wolk,
die over het huidige budget hangt" (en die.
volgens niet schoone beeldspraak elders
.Jlgt”!) biedt een aardig aangekleed cause
rietje over het crisisgevaar. Maar de mooie
beelden over ..heldere plekken in de lucht
achter ons” en „dreigende zware wolken"
die ,-toekomstland" vormen, interesseeren ons
minder dan de verklaring des Ministers, dat
„naast het normaal accres der uitgaven
bovendien staan de nieuwe uitgaven, met
name van socialen aard, welke, zooals ten
vorlgen Jare werd medegedeeld, in het voor
nemen liggen."
Met voldoening hebben wy van deze her
innering, buiten de Troonrede om, kennis
genomen.
als ik dien staart in de lucht houd, gaan de
zaL(n goed en moet je er op los tnarcheeren
maar als ik hem naar beneden laat hangen,
dan moet je gaan loopen.”
Toen de mug dit gehoord had, vloog ze
weer naar huis cn vertelde alles haarfijn
aan het winterkoninkje.
Nu kwam de dag, dat de slag geleverd
zou worden I Daar kwam al het viervoetig
gedierte met geweld en gedruisch. dat de
aarde beefde. De winterkoning kwam ook
met zijn leger door de lucht aangevlogen.
Dat zwierde en fladderde en zwermde,
dat men er bang van zou worden. Toen
ging het van beide kanten op elkaar los.
De winterkoning stuurde de wespen naar
beneden ze moesten onder den staan van
den vos kr> p n en dan zoo hard steken als
ze maar kon uen. Toen de vos nu z’n eerste
steek kreeg, ging er een trekking door z’n
leden, maar hij verdroeg het heldhaftig
en hield z’n staart nog omhoog. Bij den
tweeden steek moest hij hem een oogenblik
laten zakken, maar bij den derden steek
kon hij zich niet me r ;oed houden, schreeuw
de van pijn en nam den staart tusschen z’n
pooten.
Toen de dieren dat zagen, meenden zij
dat alles verloren was en gingen aan den
haal, ieder naar zijn hoi. Zoo hadden de
vogels den slag gewonnen.
Mijnheer de Koning en
Koningin vlogen nu naar
en riepen
„Kinderen, weest blij en eet en dnnkt
naar hartelust we hebben den oorlog
gewonnen I”
Maar de longe winter koninkjes zeiden
„We eten nog met eerst moet de beer
voor het nest konten en vergiffenis vragen
en zeggen dat we eerlijke kinderen zijn."
Toen ging de winterkoning naar het
hol van den beet en nep
„Oude brombeer ie moet naar het nest
waar m'n kinderen liggen vergiffenis vragen
en zeggen dat ze eerlijke kinderen rijn
anders zullen al de nbben in je iijl stuk
getrapt worden."
Toen sloop de beer er in grooten angst
heen en vroeg vergiffenis. Nu waren de
jonge winterkoninkjes pas tevreden,
kropen bij elkaar, aten en dronken, en
maakten tot laat in den nacht pret.