I
i
tó-1?
NIEUWE REGELING VAN DE PACHT
Voor de Huiskamer
Het gestolen Luchtballonnetje
OF DE GESCHIEDENIS VAN TWEE DEUGNIETEN
l
I
1
A-
1'
i
?s. i I
VVS
TWEEDE KAMER
Gedistilleerd accijns
R. K. Werkgevers-lnternationale
Op vacantie
LANDBOUW EN VEETEELT
Notaris en zaakwaarnemer
ONDERWIJS
Lager Onderwijs 19271928
ONZE OOST
1
s
I
i
5
Ongunstige ontvangst In de vaste
commissie voor belastingen
s
I
I
De moord op den polltie-opziener
De Ruiter
Aü'.'
gkjt ■-
Sm.
-
r
Intprpelatie-aarrvrage-Wljnkoop
r-
480 090
844 820 26.87»
«17.947
het allerminst
bepleit
gr.
O
er
Een klacht
De
l•■■••■■BBBBBBB•B•B■l
i
/i
van het
6
6.
5.
Het regeeringsvenlair. Aantal scholen
en leerlingen
B
den.
iiai-
van
kerken, (Me precies dezelfde regelen toepas
sen als gewbne verpachters.
Wtm had we! ooren naar den slechten raad.
Hem door zijn vriend Pim gegeven.
Stelen wilde hij. Begreep hij niet wat
Deer hem aou worden misdreven?
De koopman vroeg beleefd: .Jongeheer
Wilt U zoon ballonnetje koopen.
Houdt U het maar goed", sei de man,
„Moet Ut *t touw om Uw vinger knoopen?" a
306 380
311 587
508 75»
216.448
’dfge
vele
De jongens liepen rond met 1 geld op zak.
Toen ze *n man met luchtballon zagen:
„Ik aou zoon ballon willen hebben," ml Wim.
„Wat aou de koopman daarvoor vragen?”
„Houd je geld op zak,” fluisterde Pim.
„Je moet net doen of je wilt koopen.
Heb je eenmaal aeo'n ding in je hand
Dan eet je bet gauw op oen loopen."
Datum van inwerkingtreding
Volgens den wensch der commissie heeft
de minister den datum van inwerkingtreding
der wet veranderd van 1 Januari in 15 Ja
nuari a.s.
weten te brengen? In geen land ter wereld
la de zelfcritiek zoo werkzaam als daar.
De VOORZITTER verdaagt te half een
de vergadering tot bedenmiddag 1 uur.
- 1,
totaal
bijz. sch.
jongens
meisjes
Uien
rden
Hoiland-
gemeld.
del-
met
aale
lerd,
uwe
*«r.
met
i de
3or-
zooals
is,
do
tu
in
net
nte
*n
>n-
tui-
ian
^an
tan
lig'
Het
ÉT.
«U
DO
tn
ie
in
1U
loor
jro-
dle
alle
<a-
nde
•■•■■■■■bbbbbbbbbbbbbAbbbbbbbbbbbbbi
a
vporstei
ruilende
31 Deo. 26 31 Deel? minder
382012 508.75» 5253
218078 216.448 1832
Gratie voer den nmerdrnsar
gouverneur van Sumatra’s Oostkust
veranderde het over Sekan. den moordenaar
van den polltie-opziener De Ruiter, uitge
sproken doodvonnis in levenslange gevan
genisstraf.
Antwoord der regeering
In haar antwoord betoogt de regeering.
dat het nooit de bedoeling is geweest door
de verlaging van den accijns een beduidend
reel van de belastingopbrengst prijs te ge
ven. Een geregi
473.205 6888»
meer
321.403 15 023
323.417 118M
Een vraag van den heer De Vteoer
De VOORZITTER deelt mede, dat de heer
De Visser schriftelijk heeft verzocht een
vraag te mogen richten tot de regeering Spr
deelt mede, dat hij op een dergelijke onbe
stemde vraag niet kan antwoorden en dat de
heer De Visser den gebrulkelijken weg moet
volgen, als hjj de regeering wil interpelleeren
Uit het zooeven verschenen versla? over
het lager onderwijs in Nederland, blijkt, dat
er op l Januari 1927 waren 7552 scholen.
In den loop van dat jaar nam dit aantal
toe met 282 en bedroeg toen 7834 scholen.
Het aantal openbare scholen steeg van
3683 tot 3682 en nam dus toe met 19: dat
der bijzondere seholen klom van 3889 tot 4152
en vermeerderde dus met 263. Van die bij-
zondere scholen waren er protestantsche
scholen 1880. roomsch-katholieke 2121, israë-
Gemeenten zonder openbare school
Het aantal gemeenten, waarvoor art. 19
tweede lid der lager onderwijswet 1920 is
toegepast «ontheffing van het in stand hou
den van een of meer openbare scholen) be
droeg op bet eind van 1927 148 tegen 121 het
jaar te voren. Het grootste aantal gemeenten
was in Noord-Brabant. n.l. 52. het kleinste
aantal, nj. 2, in Overjjsel.
Verschenen is bet Verslag over bet wets
ontwerp tot verbooging van den accijns cp
gedistilleerd. Het bevat de opmerkingen van
de Vaste Commissie voor belastingen uit de
Tweede Kamer en de antwoorden van de
regeering daarop.
Volgens de commissie houdt het voorstel
der regeering niet voldoende rekening met
den eisch om de veranderingen tot het
noodzakellike te beperken.
De commissie meent dat er reden bestaat
voor de veronderstelling dat de bate van
4 millioen, die de regeering verwacht, by
lange na niet ral worden bereikt. Ook acnt
de commissie het herleven der grensfraude
ais gevolg van de verhooging niet denkbeel
dig’.
De commissie is in haar geheel van - oor
deel van de belastingopbrengst prijs te ge
vat. geen aanbeveling verdient.
Benige leden wezen er nog op. hoe door
de voorgestelde accijnsverhooging het Ne-
derlandsche product nog meer wordt ach
tergesteld bij uit het buitenland ingevoerde
laag belaste alcoholhoudende dranken.
jqtde bate van f 4 mlllloer.
per Jaar kan vólgens den minister kwalijk
en bagatelle behandeld worden door hen
die jaarlijks de verantwoording hebben ce
dragen van een begrooting. die aan onver
mijdelijke behoeften en rechtmatige wen-
schen voldoet en niettemin niet boven de
capaciteiten der middelen uitgaat.
Dat door het aanhangige voorstel de
fraude zal herleven, ontkende de minister.
Het continuatlereeht. dat in het wetsont
werp van de regeering wordt voorgesteld, zal
veeleer ten gevolge hebben, dat de beschik
king over den grond voor de pachters zal
worden verkort
Dit wetsontwerp zal veeleer de rechten van
de verpachters versterken.
Spr. Met in dit ontwerp van de regeering
de driedubbel overgehaalde beschermster
van de belangen van het kapitaal slechts
een regiemen teer ing van de armoede.
De heer DE BOER <S D.) betoogt, dat
ook onder de boeren sprake is van organi
satie. Er is echter een groot verschil tus-
schen de organisaties van de arbeiders en
van de boeren tot nu toe. Die van de ar
beiders zijn strijdorganisaties, terwijl de boe-
renorganisaties meer belangenorganisaties
zijn. Alleen door strijd zullen de tegenstel
lingen kunnen worden opge'ost en spr. ver
heugt zieh er over, dat dit hans ook meer
en meer door de bberen wordt in gezien.
De heer VAN DIS <8. O. P.) gelooft dat
Uit Noord-Holland was aan de
sche Maatschappij van Landbouw
dat een ontvanger der successierechten aan
iemand, die een successlememorle moest op
stellen. het advies had gegeven zich tof een
deskundige te wenden, b.v. tot een notaris
of een zaakwaarnemer.
Daarop had het hoofdbestuur van de
Broederschap van Candidaat-Notarissen dit
advies ter kennis gebracht van den minister
van Justitie, die den ontvanger daarover
een opmerking had gemaakt. Hjj had al
naast den notaris niet ook den zaakwaar
nemer moeten noemen.
Het dagelüksch bestuur der Hollandsche
Maatschappij heeft toen deze zaak bespro
ken en geconstateerd, dat het optreden van
den minister, zoowel in strijd is met de
wet die alleen spreekt van „aangevers"
zonder meer, zoodat men geenszins verplicht
is. zich tot een notaris te wenden, als in
strijd met het boerenbelang. omdat da
zaakwaarnemers veel goedkooper werken.
Men trok daaruit de conclusie, dat de mi
nister wil, dat de ontvanger zijn cliënten
zal suggereeren. dat ze alleen bij den no
taris terecht kunnen.
De Hollandsche Maatschappij beeft thaw
besloten, aan het Kon. Ned. Landbouw
Comité te verzoeken zich Inzake deze klacht
tot de regeering te wenden.
-f
De heer DE VISSER (Comm.) wijst op
het verband tusschen het agrarische vraag
stuk en de wereldcrisis. Op landbouwgebied
doen zich al sedert een 'tiental jaren de
grootste moeilijkheden voor. De kapitalis
tische wanorde droogt daarvan de schuld
Sprekers wetsvoorstel komt volkomen te-
gemoft aan de belangen van de pachters en
spreker ziet volstrekt niet in. dat zijn voor
stel zou lelden tot ontwrichting van den
landbouw. H»t regeeringsontwerp voorziet
niet in het minst in een verlaging van de
pachtsom, doch wel zal het het uitzieklngs-
proces in den landbouw versterken.
De kleine boeren zijn reeds onteigend. Wjj
aldus spreker brengen hen weer in
het bezit van hun grond door gemeenschaps-
bezit. Men stelle de vraag, hoe was de toe
stand voordat de Bolsjewlkl kwamen in
Rusland en hoe hebben zij daarin weer orde
Avondvergadering
De gisteravond gehouden vergadering
stond onder leiding van den heer J. H.
Schaper. Voortgezet werd de behandeling
van de wetsontwerpen tot nieuwe regeling
van de pacht, enz.
De heer VAN WIJNBERGEN (R.K.) wijst
er op, dat van deze wetsontwerpen veel te
veel wordt verwacht Anderzijds wordt veel
daarin gemist. Het is daarom wenschelpk
de beteekenis tot de ware proportie teruz
te brengen. Wat het contlnuatje-recht be
treft, dit heeft door de eeuwen heen be
staan. De wettelijke regeling ervan, lie
thans wordt voorgesteld, tal den meester
pachters in de praktijk wel even zoo ont
gaan, als de wettelijke regeling van n»*-
huwelijksrecht en het huwelijks-goederen
recht den meesten echtparen. 8pr. dringt
er op aan. dat ook de beslissingen van den
kantonrechter inzake continuatie van pacht
beroepsmogelijk rullen worden gemaakt.
De regeling van vergoeding voor gemaak-
Hieruit blijkt dus. dat de openbare seho
len met bijna 7000 leerlingen achteruit, de
bijzondere met bijna 27.000 vooruit zijn ge
gaan.
Op 31 Dec. 1927 werden de lagere schoten
bezocht door ruim 15 pCt. der mannelijke
en ruim 14 pCt. van de vrouweliJke bevol
king.
Van de 1000 leerlingen bezochten 955 de
lagere school. 46 de ulo-school.
Vervoer van schoolkinderen.
Steun uit de gemeentekas voor het bezoe
ken van scholen van de gewenschte richting
op greoten afstand gelegen werd verstrekt:
het meest In Noord-Brabant. n.l. f 6561, het
minst in Drente, n.l. f276. Totaal.voor het
geheele land f 40.400.
Onderwijzend personeel.
Aan alle lagere scholen werkten niet
inbegrejien de vakonderwijzers op 31 Dec.
1927 totaal 34 350 leerkrachten, d.l. 521 meer
dan het Jaar tevoren.
Het aantal leerkrachten der openbare
scholen was 237 minder dan het Jaar tevoren,
dat der bijzondere scholen 725 meer.
Aan de openbare scholen bestond het per
soneel voor 60 pCt. uit mannen, aan de bij
zondere scholen voor 52 pCt.
Er waren 284 onenbare en 43 bijzondere
gewone lagere scheden met 1 leerkracht, reap.
724 en 594 met 2 leerkrachten.
In 1927 werd-n leerkrachten op wacht
geld gesteld, n.l. bij het openbaar onderwijs
19 hoofden en 109 onderwijzers, bij het bij
zonder 5 hoofden en 95 onderwijzers.
Het totaal aantal wachtgelders bedroeg op
het etnd van 1927 bij het openbaar onder
wijs 634, bij het btjaonder 437.
te verbeteringao Jnteh» spr. van harte te»
Spr. zal een voorstel indienen om in dc
eerste plaats deskundigen, o.*, elgengeërfde
landbouwers, te de pachtconunissles op te
nemen.
De heer VAN RAPPARD (VB.) heeft
landbouwkundige en Juridische bezwaren
Dat de Nederlandsche landbouw door deae
wet zal worden verheven is ten eenenmalr
onjuist.
Zijn grootste bezwaar is echter het con-
tlnuatie-recbt. Dit grijpt zoodanig in hot
eigendomsrecht in, dat alleen daarom het
ontwerp voor spr. onaannemelijk ia.
■En nu moge men beweren, dat het slechte
een beperkt contlnuatle-recht is, dit neemt
niet weg. dat het een ingrijpen in het eigen
domsrecht beteekent. Een ander bezwaar is,
dat een buitengewone macht in handen va8
den kantonrechter wordt gelegd. Hooger be
roep zal in-elk geval mogelijk moeten wor
den gemankt^
De heer VAN POLL <R. K.) acht het ont
werp te weinig ingrijpend. Het gebruiksrecht
van den grond behoort ten volle te zijn ver-
waardoor de menschen zwaar worden
last
De heer FLORIS VO6 (M. Pj wijst op de
groote beteekenis van een erkenning van de
rechten der pachters.
De heer WIJNKOOP (C. P.) zegt dat de
pachtprijzen sedert 1920 niet alleen niet zijn
gedaald, doch veeleer gestegen. Ook pleiten
I vele omstandigheden tegen de zelfstandigheid
va» de elgengeërfde boeren. Verder be-
rechter j hoort 10 pet. aan rellgeuze stichtingen en
j ln w* vele gevallen een h’el goede verhou-
zekerd. Slechte dan kunnen goede resultaten tusschen verpachter en pachter be-
van de bewerking van den grond worden
verwacht.
Spr. bestrijdt vervolgens het ontwerp L. de
Visser. Spr zal zijn Stem geven aan alle
amendementen, welke beoogen het gebruiks
recht van den grond voor den pachter te
versterken.
De heer VAN DEN HEUVEL (A R con
stateert. dat ’t gemakkelijker is de algemeene
regeling van het pachtwezen op het program
van actie te plaatsen dan een zoodanige rege
ling inderdaad te verkrijgen, intusschen heeft
het ontwerp slechte op een klein gedeelte
van de landbouwende bevo’klng betrekking:
51 pet. zijn eigen boeren en 7 pct. van de
oppervlakte is in handen van hun zoons, ter
wijl voor de overige 42 pet nog een groot
deel buiten deze pachtregellng valt. Voor de
genen die geen middelen hebben, de arme
boeren dus. acht spr een behoorlijke pacht
beter dan het steken van geld in den grond
--be-
lietische A Niet aan bepaalde godsdienstig»
beginselen gebonden 147.
De toeneming van bet aantal protegtant-
sche scholen sedert 1 Januari 1927 bedroeg
107, die der r.-k. scholen 144, die der israëL
1 en die der neutrale scholen 11.
Er waren Jongensscholen 138 openb. 739
büa Meisjesscholen 84 openb-, 884 bijz. Ge
mengde scholen 3460 openb.. 2529 bijz.
De aantallen leerlingen der verschillende
soorten van scholen waren:
openb sch.
Jongens
meisjes
De „Volkskrant" schrijft:
De Katholieke werkgevers zijn op weg een
Internationale op te richten.
Te Antwerpen zijn besprekingen daarover
ingeleid, en op bet lustrumcongres der Alge
meene R. K Werkgeversvereniging hoopt
men de R. K Werkgevers-lnternationale tot
een feit te maken.
Met belangstelling zien wij deze sympa
thieke poging tegemoet, omdat de bedoeling
niet kan zijn, de katholieke werkgevers in
ternationaal te sterken tegen de arbei
ders, maar hen internationaal toegankelijk
te maken voor samenspreking en overleg met
de werklieden niet alleen, maar voor een
gezamenlijke bestvdeering van het vraag
stuk van den arbeid.
In de ,Jt.K Werkgever,", waarin de mede-
deeling voorkomt omtrent de Werkgevers-
lnternationale. wordt verslag gegeven van de
te Luik gehouden „Joumées Patronales”, ge
schoeid op de leest der bekende Fransche
„Semaines Sociale».
Op de Luiksche .Patroonsdagen" hield de
Fransche industrieel en practische iccioloog
Léon Harmel een lezing over de so-lale
kwestie in de Fransche industrie en pleitte
met kraeht van overtuiging voor samenwer
king van patroon en werkman, daarbij na
druk leggend up wat een dogma van de
Hannel's zou mogen w irden genoemd: doe
zooveel ln uw vermogen is pour l'ouvrler et
avec l'ouvrler. mals jamais saus lui et a plus
forte raison jamais ma’eré lui (doe zooveel >n
uw vermogen is voor den we’kman en met
den werkman, maar nool: zonder hem en
stellig nooit tegen hem).
Dit ia een mooi richtsnoer, en werd het
algemeen aanvaard, aan auuden wc reeds een
eind verder zijn.
wijziging
waarden.
Spr. wijst er op dat het stelsel van scha
deloosstelling. dat ln Engeland is toegepast
gunstig werkt.
De beteekenis nagaande van het wetsont
werp voor de elgengeërfde boeren, merkte
spr. op, dat 60 pct. van den bodem eigendom
van de boeren is en dat ln hoofdzaak de
groote bedrijven verpacht zijn. Voor deze
eigenaren is het van belang, dat o.a. volgens
de notarissen, die op dit punt groote auto
rlteit bezitten, het gevolg van dit ontwerp
zal zijn een daling der grondprijzen. Het
gevolg van dit ontwerp zal volgens spr. zijn,
dat de crlsismoeilijkheden voor de boeren
nog erger worden.
De heer EB ELS (V.-D.) acht de vraag,
hoe de pacht is geregeld, van groote betee
kenis en het lijkt spr. wel een goede ge
dachte. dat deze ontwerpen in dezen tijd
van depressie aan de orde zijn gesteld.
In het ontwerp is niet een bepaling opge
nomen volgens welke den pachter het vr.je
gebruik van den grond is gewaarborgd. In
het pachtcontract kunnen hem allerlei be
perkingen in zijn bedrijfsvoering worden op
gelegd. Er is gewezen op het slechte voor
beeld. dat de Staat geeft, die ln pachtcon-
tracten den pachter allerlei voorschriften
geeft omtrent verkoop van producten, ge
bruik van kunstmest, enz. Vroeger hebben
deze dingen wellicht eenige beteekenis ge
had. maar zij zijn uit den-tijd. Tegenwoordig
hebben de boeren voldoende vakkennis om
te weten hoe zij een bedrijf moeten voeren
en spr. bgrijpt niet welk bezwaar er tegen
bestaat den pachter het vrije gebruik over
den grond te geven.
De heer WEITKAMP (C.-H.) constateert,
dat het vereenlglngsleven onder de land
bouwers niet is, wat het zijn moest. De
boeren zouden zoo vaak de schepers kunnen
zijn en zij zijn zoo vaak de honden. De
pachten en verhuringen vooral van losse
gronden, zouden dan als dit beter was, door
de boerenbonden Kunnen geschieden.
8pr. heeft steeds meegewerkt aan de so
ciale wetgeving, maar hjj staat daar thans
eenigszins huiverig tegenover. Het schijnt
een fatum te zijn, dat de eene groep van
proletariërs bevoordeeld wordt ten k<»te van
de andere De practijk doet zien, dat onder
de grondeigenaars tallooaen zün, die met
moeite zich een rustlgen ouden dag moeten
verzekeren.
Het pachtvraagstuk acht spr. niet van
primaire beteekenis. Van veel meer belang
is, voor pachter en verpachter beide, noe
zij goede prijzen voor hun producten krij
gen. Het regeeringsvoorstel brengt geen op
lossing. Beter ware het te zorgen, dat de
producten met door de konijnen worden op
gegeten.
De vergadering wordt te 6 uur geschort
tot des avonds 8 uur.
Het eerst, wat mij' in mijn vacantie te
beurt viel, die ik met mijn kinder-kokmi»
te Noimoutier doorbracht, was regen en
wind. Toch beleeiden zij een goeden tijd
in het ruime, prettig ingerichte huis, genoten
van overvloedige voeding, voldoende rust
en van allerlei spel en spelen naar welgevallen,
van de oudsten tot de kleuters En zooals
voor het lichamelijk welzijn, werd voor hun
zièl gezorgd....
De laatste week begon het weder wat
op te klaren. Op een middag, dat ik met
mijn kleine Parijzenaars er op uit was in
een ouderwetsche brik, getrokken door
twee stevige JtnolJen van paarden, bevond
ik mij toevallig op de eereplaats, als zoo
danig beschouwd door het heele kinder-
troepie, op den hoogen bok, naast den
zwaarlijvigen koetsier. In de verte zagen wil
een vervoermiddel naderen, dat voor het
onze niet onderdeed in eerbiedwaardigheid
van een lang verleden
Eensklaps riep mijn koetsier
„Maar die oude Polydoor 1 Polydoor
Hé. Polydoor I Toen de voertuigen elkaar
passeerden, keek een grijze ezel met goedige,
starre oogen op naar mijn wagenmenner.
„O zei deze, „altijd moet ik lachen als
ik Polydoor weer Zie 1 Achttien maanden
geleden hadden wij het druk met Parijze
naars, die op hun getnak hier den omtrek
wilden bezichtigen. Mijn paarden kenden
het niet langer volhouden, zonder hulp
krachten. Ik ging dus ter markt in de stad
om een ezel te koopen. Daar ontdek ik ’n
Flink beest, mooi glanzend van huid, jeng
vurig, stevig op de pooten. Ik besluit tot
den koop na eemg heen- en weerpraten.
Polydoor was zijn saam.
Het is een deftige naam/het beest is van
adel. Het beteekent. dat hij alle goede gaven
bezit Mijnheer Pastoor, zoo waar ik hier
op mijn eigen bok Zit, ik was nog niet thuis
met mijn ezel of al zijn ieugdig vuur was
verdwenen. Met zweepslagen en groote
moeite kreeg ik hem vooruit. Van mijn
vrouw liep ik een standie op, toen ik met
den deftigen Polydoor thuis kwam. En lede
ren dag takelde hij nog meer af. Veel hulp
met trekken had ik er natuurlijk ook met
aan. Het leek een ezel uit de ark van Noach
Goede raad was duur. Ik kwam op het
denkbeeld er een ander in te laten loopen.
Mijn grauwtje heb ik heeiemaal opge
kalefaterd, 'm geborsteld, geroskamd, zijn
huid gevernist, daarna duwde ik ’m met zijn
jxjoten in den modder vn het moeras en
werkte de spleten van zijn hoeven met
zwarte was bij. Enkele dagen voerde ik
'm volop Cayenne-peper in zijn rantsoen.
Het was ’n pracht van 'n ezel, waar ik mee
naar de markt trok. Hij heeft mij 1350
franken opgebracht. Doch ik durfde het
glaasje niet aannemen, dat de gelukkige I)
eigenaar mn aanbood ter bezegeling van
den koop I Zoo'n haast had ik om weg te
komen I
Nu he‘ mooiste 1” vervolgde de koetsier.
„Ik heb het heele laar den levensloop van
Polydoor nagegaan. Nu is hij bijna verklapt
in deze streek. Op iedere markt verschijnt
hij weer en wordt voordeelig van de hand
gezeu Ik ken ’m te goed e« hij mij I Telkens
heb ik er m’n plezier van. als er een ander
inloopt.**
Hij lachte, dat- hij schudde.
„Nu is hij het eigendom van een con
current van mij. Lang zal het niet duren.
Men zal een ander toonee voor zijn optre
den moeten zoeken I”
Het lachen van den zelfvoldanen bedrieger
hinderde mij.
Ben komieke geschiedenis is het wei,
Jat geef ik toe. Maar zij teekent te zeer het
onverantwoordelijk gebrek aan eerlijken
zin in de huidige samenleving. Men had
hem bestalen, bil stal ook .-Het is
zoo eenvoudig, de listige daad van den buur
man verwekt en rechtvaardigt de zijne
Met zoo'n theorie kan men ver gaan
Waar blijft het wederziidtthe vertrouwen 1
„Vindt u de geschiedenis niet leuk t“
vroeg de koetzier.
Ik antwoordde „dat hangt ervan gf I"
Mijn antwoord was hem een raadsel.
Vergadering van Dinsdag 28 October
Aan de orde is de behandeling van het, ver-
soelc van den heer Wijnkoop om verlof tot het
richten van vragen aan de Ministers van Bin-
nenlandsche Zaken en Landbouw en Justitie
over de vrijwaring der rechten van de leden
van het parlement.
De VOORZITTER zegt, dat indien één feit
zou kunnen worden aangevoerd van belemme
ring der Kamerleden ln de uitoefening van
hun rechten, waarover de regeering ophelde
ring zou kunnen geven, er aanleiding zou be
staan den heer Wijnkoop het gevraagde ver
lof te geven. Nu dit niet het geval is. - telt spr
voor, de interpellatie niet toe te staan.
De heer WIJNKOOP (C. P.) is het daarmee
niet eens en wijst op het tncldent-De Visser
De regeering is ten slotte degene geweest, die
heeft liltgevoerd, wat hier is ge chied En al
zou er aan deze redeneerlng iets on'Drekea.
toch meent spr., dat de zaak op deze wijze
moet worden behandeld. Het is tenslotte de
regeering. die ons den voorzitter oplegt.
De VOORZITTER handhaaft zUn voorstel.
Het bezwaar van den heer Wijnkoop gaat
tegen het door spr. gevolgd beleid, waarbij
spr. gebruik gemaakt heeft van de bevoegd
heid, die art. 74 van het Reglement van Orde
hem geeft.
De heer WIJNKOOP betoogt, dat het beleid
van den voorzitter ln dere zaak ondergeb|acht
is aan, zijn jiersoonlljke opvatting van het
pau.-elijk gezag. Dat is de oorzaak geweest.
De beer VLIEGEN <8. Dmerkt op. dat
or.dqr bet verzoek ook verstaan zou kunnen
worden vrijwaring van de rechten der Kamer
leden buiten de Kamer. In dat geval aou er
aanleiding kunnen zijn een interpellatie tot de
regeering te richten. Hier echter gaat Let om
de toepassing van het reglement van orde, dat
de Kamer-zelve heeft gemaakt en zelve toe
past. Daarin de regeering te kennen zou be-
teckenen abdicatie van haar eigen oevoegd-
heid De heer Wijnkoop kan een wijziging van
het reglement voorstellen.
De heer de VISSER <C. P.) betoogt, dstt
het hier gaat om de bevoegdheid van fret
parlement om over buitenlandsche machten te
spreken. Daarvoor is het dringend noodig de
regeering te interpelleeren en wanneer de In-
terpellatle niet wordt toegestaan, zal sur. we
gen vinden om over de zaak te spreken Men
zoekt hier een formule om eraan te ontko
men De Kamer laat het recht van critlek in
het parlement aanta ten en kruipt weg achter
een Reglement van Orde, het rijn zulke hel
den. deze ridders van de droevige figuur.
De VOORZITTER verzoekt den heer De
Visser zich te matigen.
De heer DE VISSER zal. als men op for-
meele gronden deze Interpellatie niet toestaat,
een vraag doen op volkomen formeele wijze
Het gaat hier om deze uiterst ernstige vraag,
of wjj hier kunnen debatteeren. niet over 1
r hoofd van een staatje, maar over den leider
van een Kerk.
De heer DUYS (S. D.) laat daar of de
voorzitter den heer De Visser te vlug tot de
orde heeft geroepen. Theoretisch deze moge
lijkheid-ln acht nemend, gaat het over de
vraag, welken weg men moet volgen om aan
een terror! eerlng van één persoon een einde
te maken. Daaria de regeering te betrekken
is fascistisch.
De VOORZITTER betoogt, dat het er om
gaat, dat de heer De Visser ondanks spr. s
herhaalde waarschuwingen, nadat spr hem
tot de orde had geroepen, voort bleef gaan
De heer WIJNKOOP zegt, dat de heer De
VI ser om heel iets anders verwijderd te dan
om hetgeen aan de orde was.
De heer MARCHANT: „Zeg toch, wat Je
aan de,regeering hebt te vragen.”
De heer WIJNKOOP: „Dat zal Ik wel doen
als de Interpellatie wordt toegestaan De ver
houding van den Paus tot den Nederland-
schen staat wenscht spr. in de Interpellatie
aan de orde te stellen.
Het voorstel van den voorzitter om de in
terpellatie niet toe te staan wordt aangeno
men met 70 tegen 2 stemmen. Tegen de com
munisten.
tusschen
staat. HU vreest, dat dit wetsontwerp te
veel zal ingrüpen in dia verhoudingen De
landbouwers zul’cn door het wetsontwerp
niet worden verlicht.
Een bezwaar te het vergoeden van het
aanbrengen van verbeteringen op kosten
van den verpachter door den pachter, gpn-
der dat de verpachter Invloed kan doen
gelden op den aard der verbeteringen, welke
de pachter wil aanbrengen. Hier moet over
leg tusschen pachter en verpachter worden
verlangd.
De Pachtwetten
Aan de orde aljn de algemeene beschouwin
gen over de ontwerpen tot regeling van de
pacht en van de pocht-comml sies. en over
het voorstel-de Visser, dienaangaande
De heer VAN DER SLUIS (8.D AP.) cri-
tisccrt de huidige toestanden op paehtgebled
De toestanden worden geheel beheerzeht dooi
het vrije spel van maatschappelijke krachten
Dit is een geroutineerd stekel. De meest voor
zichtige boer biedt op openbare verpachtingen
maar raak.
Dit is geen zorgeloosheid, maar de boer
moet bieden hooger dan een ander, omdat hij
anders geen land krijgt. Er is' bier sprake
van een uitbuiteriJ, die alle grenzen over
schrijdt.
Tot dusver is er niets gedaan voor deze
mervehen. Het is de schuld van de pachters,
dat er niets gebeurd te. Zij hebben het juk
gelaten gedragen. De huurcommlssiewet is er
gekomen voor de stadsarbelders. De pacht-
‘commissiewet liet op zich wachten, omdat de
pachters sliepen.
In de gisteren voortgeze tte vergadering
van de Tweede Kamer kwamen aan de orde
de wetsontwerpen: nleuwe regeling van de
pacht; regeling pachtcommissles: r
van wet van den beer De Visser, hoi
regeling van de samenstelling en bevoegd
heid der pachtcommissles.
De beer VAN VOORST TOT VOORST
(R. K.) ziet in deze voorstellen niets dat
d> gevolgen van de landbouwcrisis zal ver-
zacnven. Liever had spreker gezien dat wij
op dit oogenbllk hadden kunnen behandelen
een maalgebod en een credietverleenlng
aan de aardappelmeelindustrie. Dat neemt
niet weg, dat spr. zich verheugt over de in
diening van dese ontwerpen, waarmee njj
zich zeer we] kan vercenigen. al sullen er
nog enkele wijzigingen noodig zijn.
Een fout lijkt spr„ dat aan de continua
tie de onveranderde pacht is verbonden:
daardoor is veel van de waarde
contlnustie-reeht weggenomen. Wil men doe
pachter waarlijk beschermen dan moet de
pachter het recht hebben, tegen het eind
van den pechttermijn door den kantonrech
ter de pacht voor den volgenden termijn
te laten bepalen.
In het ontwerp vindt spr. geen enkelen
maatregel tegen het opdrijven van de pacht
Dc eigenaar, die tot openbare ve.-paohtin»
overgaat. hreiMt zich in een finaneieele ver
houding van de slechtets soort tegen zijn
toekomstlgen pachter omdat hij toont dzt
het hem slechts om de hoogste pacht te
doen is.
De heer BAKKER (CJi.l legt er den na
druk op. dat dit ontwerp met de crisis niets
te maken heeft en van dc aanneming zal de
landbouwende bevolking ten aanrien van de
crisis ntets merken. Bovendien is het ent-
werp thans niet urgent. De landbouwende
bevolking roept thans niet ln de eerste
plaats om een Pachtwet, maar om verzach
ting van de gevolgen van de crisis.
Zal de nieuwe Pachtwet worden nage
leefd? Of zullen de pachters en verpachters
ln vele voorschriften ni;t lezen, dat het
ook anders kan dan bedoeld is? Van de
zUde der landbouwers hoorde spr. onlangs,
dat dit ontwerp wat-r en melk Is en niets
meer. 8pr. ontkomt niet aan de vrees, dat
de wet ln de toekomst een heerlijk kluifje
zal worden voor de juristen.
Met de uitvoering van de wet zouden de
landbouworganen. uit de practljk opgeko
men kunnen worden belast. In het Noorden
des lands zou de wet door de vereenigingen
loyaal worden ultrevcerd en tot goede
rechtsverhoudingen kunnen lelden. Ook ln
andere provincies zouden de pachtcommis
sles dan wel volgen en langzamerhand zou
de regeling groeien in ons geheele land.
Een Pachtwet in dien geest zou zich <ten-
rrerkon door decentralisatie. aanpassing
aan wat organisatorisch reeds gegroeid is
en worden tot één stuk volksovert'uging.
Spr. zou wenschen. dat de regeering ln dien
zin het ontwerp zou wijzigen.
De heer HIEMSTRA <8. D con-ta teert,
dat men in stijgende mate het gevoel heeft,
dat het zoo niet kan voortgaan.
Spr. betoogt, dat maatregelen noodig zijn
om de landarbeiders te beschermen tegen
uitbuiting door de j>achters ten bate van de
grondeigenaars. Door een Pachtwet zal in
tusschen bet landbouwvraagstuk niet wor
den opgeheven Een grondige verbetering
zal eerst komen als het monopolie op den
grond wordt opgetrven en een staatsmono
polie wordt ingesteld.
De heer AMENT <R. K.) betoogt, dat het
wetsontwerp. zooals het daar ligt, geen
crisia-ontwerp is, omdat
beoogt pachten te verlagen.
Spr. bepleit het bepirkte continuatie-
recht: hjj acht het gewenscht den 1
de bevoegdheid te geven bij continuatie de
pachtsom te wijzigen.
Ten slotte vraagt spreker maatregelen
tegen de gevolgen van het opzeggen op kor
ten termijn van pachten op gronden in de
nabijheid van steden die ln handen van
bouwmaatschappijen zijn.
De heer BIEREMA (llb.) acht de Pacht
wet niet urgent. Juist door dit ontwerp
zullen de moeilijkheden van de crisis voor
een groot deel der boeren zelfs grooter
worden, ook al worden er verbeteringen
voorgesteld.
Wat betreft de vergoeding voor verbete
ring is de bestaande toestand ln den regel,
dat in onderling overleg een verd reling der
kosten wordt gemaakt. Er zijn echter land
eigenaren. die daaraan niet mee willen wer
ken.
Spr. betoogt, dat er strijd is tusschen het
wetsontwerp, dat verandering van de ge
daante of de inrichting van het gepachte
bedrijf toelaat, terwijl het B W verande
ring van bestemming niet toelaat. Uit de
5- van T. blijkt namelijk, dat onder ver
andering van inrichting of gedaante ook
begrepen wordt het veranderen van een
grasbedrijf ln een bouwbedrijf Spr. kan dit
niet anders zien dan als een verandering
van bestemming.
Aangaande de continuatie wil de Regee
ring een beperkt recht, inhoudende, dat de
rechter verlenging kan toestaan, maar geen
kan brengen in de pachtvoor-
Eeti der laatste dogen van mijn verblijf
in de Vendée, terwijl mijn jongens respec
tievelijk een zwem- en een voetbalmatch
hielden, onder toezicht van mijn welwillende
assistenten en ik mij voorbereidde op een
zalig uurtje van studie en nadenken, klopte
de oude getrouwe Germaine aan de deur
„Bezoek voor u.”
„Wie vraag ik.
Zij overhandigt mij het visiftkaartje van
een neef van den ex-president van Oostenrijk,
die kort daarop, vergezeld van een missio
naris en twee respectabele dames uit Angers
bij mij binnentreedt. Hij is een blonde,
lange jonkman met blauwe oogen, gedis
tingeerd en zeer hoffelijk. Natuurlijk spreekt
hij uitstekend Duitsch, maar Fransch minder
goed. Zijn doel is mij om mijn handteeken ng
e verzoeken voor zijn collectie. Thuis
had hij al mijn boeken gelezen.
Ons gesprek liep over verscheidene onder
werpen, totdat wij aan de schuld van den
wereldoorlog geraakten. Vast overtuigd bleek
hij, dat wij, Franschen, het ongelukkige
Servië belet hadden het ultimatum van
Oostenrijk te aanvaarden dat wij België,,
binnengedrongen waren en de gebruikelijk/
rest.
Verbaasd hoorde ik hem die leugens
verkondigen. Eindelijk zei hij
„Juist, bewijst u mij eens, dat het leugens
zijn
Nutfelooze moeite I
De missionaris en de wrlgezellende dames
bedankten mij voor mijn poging om de
waarheid ingang te doen vinden bij den
jeugdigen officier, die eenmaal geroepen
zal zijn, in zijn land een belangrijke rol te
spelen.
„Nu nog dacht ik, nu nog na zooveel
■aren. Droevig zag ik zijn ranke gestalte
zich door de oprijlaan verwijderen. Hoe
schuldig zijn degenen, die door eenzijdige
voorlichting, aan weerszijden, haat en laster
doen voortwoekeren in de zielen der jonge
ren I Zij hebben reeds op hun handen het
bloed, dat zij droomen te vergieten!....
Ik zocht troost bij mijn kleine dappere
jongens, die in ongekunstelde vreugd zich
vermeiden op de zonnige sfieelplaats. Het
zonnetje zoo pas dcorgebroken wil ik be
schouwen als het zinnebeeld der gelukkige
toekomst, die ik hun toewensch f
>e
Is
k