^Bmnenlandsch Nieuws Nier meer dan 0,087 CHEVROLET LITER BENZINE Voor de Huiskamer de Het kapitalisme RECHTSZAKEN De oorlogswinstmaker KUNST EN KENNIS Nobelprijzen De nachttreinen In den Wïeringermeer- polder Voorlichting van den handeldrijvenden middenstand De inbraak in de horlogerie aan de Keizersgracht te Amsterdam Een interview met Minister Reymer Waber op *t oogenblik zooal te zien en te doen is De Minister van Waterstaat en Tweede Kamer NERAL M O.T ORS CONTINENTAL S.A. .de inhoud van een glaasje Onlangs werd tijdens een officieele proef neming op den weg vastgesteld, dat een Chevrolet Truck een lading van 1700 KG. met een gemiddelde snelheid van 40 KM. over een afstand van 100 KM. op 14.77 liter ben zine vervoert. PEPERMUNT De Radio-kwestie Beide verdachten voor de Rechtbank met een bewaakte moeten mededaders te O. De Nobelprijs voor natuurkunde Tweede bespreking op het Departement Enkele vervoercijfers Nk vo afgelegdi mr. Van Arkel. voor bet houden van zun Een vraagstuk voor de Roiducsche sociale studieweek tien tien Rustig hooriyk geweest, laste gelegd. Toegekend aan Sir Chandraaechara Venkata Raman Prof. Hans Fischer te München win naar van den Nobelprijs voor chemie. Het heel reeds een Eenigen tijd geleden reeds werd in be ginsel als onderwerp voor de in 1931 te hoiplen sociale studieweek te Rolduc vastge steld „het kapitalisme.’’ Thans is nader uitgewerkt de wijze waar op zulks zou geschieden, en reeds Is dan ook in overleg getreden met sprekers, die ook vooral op economisch terrein gezag hebben. Men zal het vraagstuk zoo veelzijdig mo gelijk bezien, behalve dan de politieke zijde, een rechercheur perceel. 161 een werktuigen. Ook dere meenlng zijn, clementie aan. Mr. Goldstein, de raadsman van Gerber, meende, dat de feiten niet waren bewezen, hoogstens 6 hier sprake van medeplichtig heid en deze is ntet ten laste gelegd. Pleiter concludeerde tot vrijspraak. De uitspraak werd bepaald op 37 Novem ber as. bespreken: „kapitalisme en grootindustrie”; .kapitalisme en de handel"; .kapitalisme en de bankwereld": ..verhouding van de Kerk tot het kapita lisme’; .kapitalisme en socialisme"; .kapitalisme en communisme"; gers en van den trein RotterdamMaas tricht gemiddeld 18 reizigers gebruik. De bezetting in den nacht van 3 op 4 No vember was in totaal 78 reizigers. In den nacht van 4 op 5 November 143 reizigers. Teneinde aan de onderafdeeling Midden stand meer bekendheid te geven en haar werkzaamheden in toenemende mate aan de belangen van den handeldrijvenden mid denstand dienstbaar te kunnen maken, zul len gaandeweg ook de overige vakorganisa ties op het gebied van den detailhandel, die tot nu toe niet werden gehoord, tot een be spreking ten Departemente worden opgeroe pen. Vereenlgingen op dit gebied, die op een dergelljke ultnoodiging prijs stellen, worden, voor zoover zij zich daartoe nog niet moch ten hebben aangemeld, verzocht, hiervan kennis te geven aan den Chef der Afdeeling Handel en Nijverheid. met afgevaardigden van vakorganisaties van handeldrijvende middenstanders. Dezer dagen vond in het Departement van Arbeid. Handel en Nijverheid onder leiding van den heer F. R. J. Heringa, chef der Afdeeling Handel en Nijverheid, de eer der aangekondigde tweede bespreking plaats Tot I November maakten van den trein AmsterdamGroningen gemiddeld 23 reiri- Een Wolff-telegram uit. Stockholm meldt dat de Zweedsche Academie voor Weten schappen den Nobelprijs voor Chemie heeft toegekend aan prof. dr. Hans Ftecher. hoog- leeraar in de organische scheikunde aan de Technische Hoogeschool te München. De Nobelprijs te hem toegekend voor zijn werken over de samenstelling van de kleur stoffen van het bloed en de gal en voor dB synthese van het haemin. In totaal zijn hiermee veertien Nobelprijzen in Duitschland gevallen, dwz. meer dan de In deze bijeenkomst was van de Commte- •Je van Contact Inzake Middenstandsaange- jegenheden aanwezig mr. M. J. Wolff, ter wijl bovendien vertegenwoordigers der drie landelijke middenstandsbonden de bespre kingen bijwoonden. De heer J. J. R. Schmal, die met de lei ding der onder-afdeellng Middenstand be last te, gaf een uitvoerig overzicht van het geen in bet belang van den detailhandel sou kunnen worden gedaan, waarbij bij ge- kleede jas op een werkdag, van welstand. Toen hij in de soos kwam, statig en fier als een Amsterdamsen patriciër uit de 17e eeuw stonden alle leden "an hun zitplaatsen op, hieven hun bierglazen omhoog en brach ten een daverend hoera uit op Weegschaal. Deze was hiermee erg gevleid en wenkte den kellner om een rondje. De soos scheen dien avond rumoerig te worden, want allen schreeuwden door elkaar en hadden het op Weegschaal gemunt. Dit laatste kwam on zen vriend wel wat verdacht voor; het had den schijn, alsof se hem In ’t ootje namen. Eensklaps schreeuwde Toon Bloemkool door ’t lawaai heen: „ik kan geen krenten meer gebruiken, Kobus, 1 wordt me te duur aan vracht.” „En ik." riep Jaap Zooltje, „kan Je in dat geval dan ook niets meer leveren. „Leve onze vriend Kobus!" juichte Plet, de garen- en band-man. „leve de oorlogs winstmaker!” Weegschaal was ineens bleek geworden. „Wat bedoelen jullie?" stamelde hy. Toen werd, onder gejuich en gelach ver teld. op welke wijze men den oorlogswinst maker had beetgenomen om hem van z’n winzucht te genezen. Kobus hoorde, terwijl zweet op z’n voorhoofd parelde, de onthul lingen aan en hoe de vrachtrijder lederen dag een straatje omreed om aem. dezelfde krenten weer thuis te bezorgenHet was de ellendigste avond, welken Weegschaal ooit beleefd had. Maar de soosleden hadden machtig veel pret, omdat de grap zoo goed goed gelukt was. Ze schaterden het uit en hadden geen medelijden met hun vriend Weegschaal, die rijk had willen worden in de krenten. Kobus gevoelde zich in z’n gekleede jas rampzaliger dan ooit! Zes weken lang prijkte achter 't raam van den winkel in de Regullersdwarsstraat op "n groot bord met kolossale letters: Uitverkoop van krenten.” En al dien tijd verscheen Ko bus niet in de soos, want plezier had hy er thuis genoeg van. waar Koba met een boozen gloed in t oog, hem lederen dag naar de krenten wees, welke de heele etalagekast vulden. Naar uit Stockholm wordt gemeld, heeft de Zweedsche Academie van Wetenschappen den Nobelprijs voor natuurkunde toegekend aan Sir Chandraaechara Venkata Raman uit Cal cutta. De Nobelprijs werd hem toegekend voor zijn belangrijke onderzoekingen op het gebied van de diffusie van het licht en de ontdekking van het naar hem genoemde affect. Chandrasechara Venkata Raman werd 7 November 1888 in Indië geboren. Na lager en middelbaar onderwijs te hebben genoten be gon hij zjjn studie in natuurkunde, met als hoofdzaak metallographic. Na zijn studie te hebben voltooid werd hij werkzaam gesteld bij het Indische departement van Financiën. In 1914 zette hij aan de universltelt te Ma dras zijn studies voort om zich te specialisee- ren en in 1917 werd hij geroepen om aan de Hlndoe-unlversfteit te Calcutta te doceeren. Daarna was hij nog werkzaam in 1920 in -La hore, in 1933 in Madras en in 1935 in Patna. I wlpdsman een beslissing moet durven nemen, I een verantwoordelijkheid moet durven dra- I gen. Deed ik dit niet, dan zouden de vraag- I stukken zich eenvoudig opstapelen en dan I zou Ik al spoedig in een labyrinth zitten. I waar ik niet meer uit zou komen. Soms voel I ik me als een Directeur van Publieke Wer- I ken van Nederland en wie het land doorreist I ziet, dat er op het oogenblik heel wat water- I wegen, landwegen, overbruggingen, onder handen zijn." I .Amsterdam te ook in z’n schik met uw I wetsontwerp inzake de Rijn-verbinding.” I vind het heerlijk, dat ik die beslissing I mocht en kon nemen. Ik hoorde juist, dat d« I Commissie van Voorbereiding uit de Tweede I Kamer mij zal vragen in haar midden te ver- I schijnen, om nadere inlichtingen te geven. I Het doet mij genoegen dat de oplossing zoo- I wel in Amsterdam als in de provincie Utrecht bevrediging wekt Weet u, het mooie van dit Departement te, dat men iets tot stand ziet t komen. Men ziet de resultaten vóór zich. Kijkt u maar in het land. Dat vind ik pret tig.” Natuurlijk kwam het gesprek ook op de radio-kwestie. .Hoeveel slapelocee nachten heeft de radio- strljd u bezorgd. Excellentie?” „Geen enkelen. Dat ligt niet in m’n gestel. Maar het te"en 's Ministers gezicht sprak boekdoelen. Op zijn verzoek schrijf ik geen bijzonder heden over de schandelijke anonieme brie ven, die hij heeft ontvangen en waarmee I men zelfs z’n vrouw niet gespaard heeft. Het te werkelijk heel erg geweest, maar ik eer biedig *8 Ministers wensch en zwijg er verder over. JJt heb niets gedaan dan de wet uitge voerd. Naar plicht en geweten. Dat moest ik.” „Beschouwt u den toestand van het oogen blik als de elnd-besltelng?” „Dat hangt van de verdere gebeurtenissen af. Ik ben nu bezig uitvoering te geven aan mijn toezegging, om gegevens te verzamelen betreffende de vraag, hoe men in het buiten- L land de kwestie van de politieke uitzendin gen heeft geregeld. Dat daar alle politiek is uitgesloten, is natuurlijk onjuist. Maar ik vraag aan alle kanten inlichtingen en ik kan u wel aeggen, dat ik niet alleen ambtelijke inlichtingen vraag, maar ook niet-officieele. Want ik wil niet alleen weten, hoe de letter van de wet, maar ook hoe de practyk te en hoe bet publiek die practyk beoordeelt en waardeert. Ik hoop de gegevens spoedig aan de Kamer over te leggen. Zooals u zich her innert heb ik mij zelf bij het jongste debat nog niet uitgelaten hoe ik denk over de poli tieke uitzendingen, omdat dit onderwerp toen niet aan de orde was, het ging toen alleen over de preventieve censuur.” ■ven pauze. Dan: „Och. ik mag u ook wel meedeelen dat Ik juist heden advies aan den Radlo- raad heb gevraagd over de kwestie: politiek in den aether. Ik wil graag weten, hoe die tegenover het vraagstuk staat. Ik acht het in overeenstemming met den geest der wet, dat ik den Raad heb gevrpagd mij daarom trent van advies te dienen.” Op de vraag of hij sterk voorstander is van preventieve radio-censuur antwoordde Mi nister Reymer: „Ja, dat is gebleken. Zoolang de omroep- vereenlglngen self de uitzendingen niet vol komen in de hand hebben en niet volkomen waarborgen dat niemands gevoelens gekwetst zullen worden, zoolang zal de preventieve oen. suur noodig blijven. Men roept om vrijheid, mooi, maar vrijheid beteekent toch zeker ook dat men de gevoelens van anderen moet eer biedigen? Anders gaat de vrijheid voor die anderen te loor. Als ik vrijheid heb op het trottoir te kuieren, beteekent dit niet dat ik een ander onderste-boven mag loopen, want dan is deze niet vrij. De preventieve censuur moet gehandhaafd blijven, zoolang de om- roepvereenlgingen zélf haar niet overbodig weten te maken. Er is veel leelfjks uitgezon den. en ik heb tal van brieven gekregen, ook van liberale families, die er tegen protesteer den. dat ik zulke dingen toeliet. De radio komt overal, in gestichten, in ziekenhuizen, in fabrieken, in winkels, en er moet gewaakt worden tegen onbehoorlijkheden." inhoud de tasch op tafel uitstallen, het was nen gekomen en ik wilde er ook wel weer ongemerkt uit! Plotseling begon in de buurt een alarmsignaal te werken. Toen was het te laat om de straat nog te be reiken. We hebben ten slotte onze toevlucht naar het dak gezocht. Het pleidooi Hierop was het woord aan mr. Kokosky, de verdediger van Klopper. Pleiter wees op de groote moeilijkheden, waarmede Klopper te kampen heeft om nog behoorlijk werk te vinden. K. heeft zyn verklaringen gewijzigd om zijn medever dachte niet in moeilijkheden te brengen. Pleiter achtte hier geen diefstal, doch wel een poging tot diefstal aauwezlg. Het ver miste goed te in pefceel 173 teruggevonden, de daad te dus niet voltooid, bovendien is K. nooit in het rustig bezit van het goed Poging tot diefstal te niet ten dus zal vrijspraak volgen. Mocht de rechtbank van een an- dan dringt pleiter óp In den nacht van 24 op 35 September werd te Amsterdam de omgeving van de Keizersgracht tusschen Raadhuisstraat en Leliegracht in opschudding gebracht door een aanhoudend en zeer krachtig claxon- gebrul. Het bleek, dat het geluld kwam uit perceel 173 op de Keizersgracht, dat als kantoorgebouw in gebruik is. In het pand te gevestigd de firma Henri Jullien, grossier in horloges, pendules enz. Eenlge agenten zetten zekerheidshalve het geheele blok, waarin het perceel ligt af. Een lid van de firma werd "gewaarschuwd. Het huls werd van kelder tot zolder door zocht. Toen men hiermede bezig was, kwam de concierge van het gebouw Kei zersgracht 163. een bankgebouw, waarschu wen, dat hy in het naastgelegen pand. Keizersgracht 161. gerucht had gehoord. Ook hier werd een nauwkeurig onderzoek ingesteld. Te 3 uur 's nachts vonden „een agent en op de vliering van het leege zware tasch met Inbrekers- was in dit perceel een I beitel ontdekt, die aan den binnenkant in een deurpaneel stak. De inbrekers werden niet ontdekt. Dien selfden nacht te omstreeks 4 uur hoorde een der bewoners op het nog graehtsgedeelte gestommel. Opnieuw werd een onderzoek dp“de da ken ingesteld, met het gevolg, dat In een insnijding tusschen twee daken een tweetal mannen door de politie werd aangetroffen. ZU probeerden zich achter een schoorsteen te verbergen. De belde mannen, goede bekenden 'vin de politie, werden zonder moeite gearres teerd. Gisteren stonden vow de Vijfde Kamer der Amstesdamsche Rechtbank terecht de 44-jarige werkman H. J. F. Klopper en de 35-jarige timmerman J. H. Gerber verdacht van diefstal van een horloge, een boa sleutels, eenlge wijzerplaten en een ring uit het perceel Kelzerskracht 173, ten na- deele van K. Osleck. -m,. Zoowel Klopper als Gerber werden herhaaldelijk veroordeeld. Klopper was der mededaders van de Inbraak bij Be geer. Zooals men zich zal herinneren trachtte Gerber onlangs uit het Huls van Bewaring, waar hij in voorarrest zit, te ontsnappen. Ook uit de Bijzondere Strafgevangenis te Scheveningen te G. reeds eenmaal ont snapt. De publieke tribune was geheel met be langstellenden gevuld. In de zaak waren 15 getuigen door het O. M. gedagvaard. Mr. T. Kokosky Klopper, legenheid vond om te wyzen op de be teek e- nte van het onlangs opgerichte Economische Instituut voor den Middenstand. Bij de ge- dachtenwisseling kwam o.m. ter sprake h»t vraagstuk van het teveel aan winkels, dat van verschillende zijden werd béllcht. Tevens werd gewezen op de wenscheiyk- hetd van regeling van het uitverkoop wezen en van het cadeaustelsel. Dat wil zeggen, dat hij per 1 ton over 1 KM. niet meer verbruikt dan den inhoud van een glaasje 0.087 Liter I Het beste bewijs voor de spreekwoordelijke zuinigheid van den Chevrolet Truck J Uw transportkosten behoeven werkelijk niet hoog te zijn. Indien U een Chevrolet Truck ge bruikt, weet U dat U over een krachtigen, snellen en betrouwbaren Truck beschikt, die tevens bewezen heeft meer dan gewoon zui nig te zijn. Het termijnbetalingssysteem der Motors Acceptance den koopman mo gelijk zijn bedrijf te moderniseeren zonder daarvoor zijn kapitaal aan te spreken. De kos ten zijn, dank zij practische en eco nomische, moder ne methoden, tot het minimum be perkt. In de Regullersdwarsstraat stond op het raam van een kruidenierswinkel geschil derd: K. Weegschaal. De eigenaar van dien naam had juist eenlge klanten geholpen en een praatje gemaakt over den suiker, die duur was en moeilijk te krijgen. Hij ging de achterkamer binnen en vroeg: „Is de koffie klaar, Koba?" „Direct: ze moet nog even doorloopen," antwoordde z’n wederhelft. „Staat er veel nieuws in de krant?” „Kolommen vol over den oorlog „Och. och." zuchtte juffrouw Weegschaal, „wanneer komt daar toch eens 'n einde aan, 't is verschrikkelijk." „Ze gaan belasting heffen op oorlogswinst. Ik'lees hier Z’n vrouw viel hem In de rede: „Dat is nou de eenlge belasting, waar we rïlet aan behoeven te betalen. Maar ik zou I met bet grootste genoegen in die belasting vallen. Dan wist ik ten minste, dat we wat extra’s verdiend hadden.” „Zoo denk Ik er ook over, vrouw. Het is jammer; als je eens leest wat voor winsten er gemaakt worden op meel en rijst! Weet je wat vader-zallger zei? „Dat we nog eens rijk zouden worden in krenten.” Z’n vrouw gaf hierop een pruttelend ant woord, maar Kobus' oogen glinsterden, want hem was een plannetje Ingevallen. Morgen toch zouden er tien tonnen krenten bij hem aankomen van honderd kilo elk, tegen zestig gulden per ton. ’t Kwam er nu maar op aan afnemers te vinden. Twee avonden per week was er „Soos” in de „Verlakte Laars.” Daar kwamen dan bij een de schoenmaker van den hoek, de frult- man, de loodgiet-r uit de buurt, Kobus en nog andere vrienden. Kobus had besloten, op een soos-avond eens bij de leden te infor- meeren. Vooral Joop, de schoenmaker gold als een gladde vent; die zou er wel Iets op weten. Toen ’t dan ook dien volgenden Vrijdag soos-avond was. ging Weegschaal vroeg van huls. Jaap, de schoenmaker was er al en Toen Bloemkool, de fruitman, ook. Beiden zaten achter een glas bier en rookten er lus tig op los. „Je bent vroeg vandaag,” zei Jaap; „dat zijn we niet van Je gewoon.” „Dat komt, omdat er ongewone dingen zijn,” sprak Weegschaal, geheimzinnig. „Ik weet, dat je altijd vroeg komt. Maar laat ik eerst een glas bier bestellen... mij een glas donker. Ik zal Jullie nu eens vertellen, wat de kwestie is. Klik eens, ik heb raad noodig. Op 't oogenblik zijn er menschen, die reus- i achtige oorlogswinst maken. Ik ben van plan mij onder hen te scharen. Ik heb tien tonnen krenten gekocht van honderd kilo elk Dat heeft me zeshonderd gulden gekost; kapitaaltje voor een gewoon burgerman. Maar nu weet ik niet, op welke wijze ik m’n krenten aan bijv. Duitschland moet verkoo- pen. Weten jullie soms een uitweg? Jij Jaap, je bent nog al vindingrijk, weet JU raad? Of JIJ, Toon? Je hebt nog al relaties?" „Nou." zei Jaap; „daar moet ik eens over denken." „Ik ook,” deed Toon gewichtig; „daar kan ik je zoo maar niet direct antwoord op ge ven." Op dit oogenblik ging de deur van het sooslokaal ope;- en de andere leden kwamen luid pratend binnen. „Goeden avond, goeden avond." „Zoo Kobus, JU ook al present, dat te prachtig, want we moeten nog een revanche party spelen. Het biljart te nog vrij, laten we maar direct beginnen,’’ zoo begroette Pyp. de loodgieter, zijn vriend Weegschaal. Terwyl de andere leden zich aan de tafel zetten en bier dronken, gingen Weegschaal en Pyp naar 'f biljart om hun partytJe te maken. Een uurtje das ma toen de partij uit was. ontstond er eenig gedrang by ’t biljart, omdat meerdere ander* leden ook hun krachten op ’t groene laken wilden be proeven. Toon de frultman vond hierbij gelegenheid zijn vriend Weegschaal even ter zijde te ne men. „Ik kan je helpen.” sprak hy zacht, „maar wilde er daar strakjes niet over spreken, omdat Jaap er bij zat. Ik kan de krenten plaatsen en koop ze van Je op. tegen honderd gulden de ton.’’ „Dat is dan voor my een winst van vier honderd gulden.” lachte Weegschaal, zich de handen wrijvend. „Ja.en als je meer voorraad weet te krygen. koop ik ik alles op onder dezelfde’ condities.” „Prachtig, prachtig.” juichte Weegschaal; ,m n vader-zaliger had wel gelijk, die goede man.” „Wat zeg je?” „Dat m’n vader gelyk had, toen hy be weerde, dat ik in de krenten ryk sou wor- den." „Enfin, morgen laat ik de tien ton btf je weg halen Daarna ging Toon aan ’t biljart omdat het zyn beurt was om te spelen. Terwyl Weegschaal nog vol blijdschap naar ’t biljart stond te kyken. kwam Jaap, de schoenmaker, naast hem staan. „Ik wilde dat daar zoo strakjes niet zeg gen,” fluisterde hij; ..maar ik ben ook in t bezit van tien tor. krenten. Ik weet er geen weg mee: als je soms een afnemer weet, dan doe ik ze je graag over voor zestig gulden de ton.” „Aangenomen!" riep Weegschaal. .Mooi zoo. dan ad ik ae je morgen thuis laten bezorgen." De beurt om te spelen was nu aan Jaap. Weegschool zette zich verheugd aan het ta feltje en bestelde nog een glas donker. I De heer D. Hans., hoofdredacteur van ..De Avondpost”, heeft een onderhoud gehad met den Minister van Waterstaat over diens werkzaamheden aan het drukke Departe- I ment. We nemen enkele gedeelten uit zyn relaas over: I „Och ja, ik heb heel wat te doen hier. En zoo uiteenloopend. nietwaar? En dan (een glimp van gelukzaligheid legde zich óp ’s Ministers gezicht) „en dan die heerlijke radioHet departement te in latere jaren wel een beetje van karakter ver anderd. De politiek is er bygekomen. Myn voorgangers hadden vrijwel uitsluitend tech nisch Departement, maar tegenwoordig zyti er ook al politieke vraagstukken by be trokken." „U kunt tevreden zijn, Excellentie, 1 het oordeel van het Voorloopig Verslag." Levendig-gebarend „Dat kan ik. Verleden jaar sprak men z’n beduchtheid uit, omdat er een nlet-techni- cus aan het hoofd kwam, en als de Kamer nu tevreden is, te dit een reden voor my om nog wél zoo hard door te werken.” dA mentaliteit trok mij aan. Deze blijd schap van den Minister was mënscheiyk. Hij staat niet onverschillig of hooghartig tegen over het oordeel der Kamer: hfj te er blij mee. Hij heeft den indruk gewekt van voort varendheid en van den moed om beslissin gen te durven nemen. Dit zei ik hem. .Men moet weten wat men wil”, zei de Mi- Het beste HHk Bl W opw.-KKlnQ <-n verfrissctiinQ, Requisitoir voorlezing van enkele voor de politie „Je verklaringen, was het woord aan den,Officier van Justitie» voor bet houden van zun requisitoir. Na aan het verleden der verdachten te hebben herinnerd, wees de officier er op. dat er zeer vele bezwarende omstandigheden tegen verdachten zijn aan te wijzen. Sprker achtte de ten laste gelegde diefstal in vereeniglng bewezen. Reeds hebben zoo wel G. als K. zware vrijheidsstraffen onder gas 1. Spreker vroeg ten slotte veroordeellng van beide verdachten tot een gevangenis straf van twee jaar en zes maanden. verdedigde verdachte terwijl Gerber werd verdedigd door mr. Goldstein. Onder bewaking van vier ryksveldwach- ters namen de beide verdachten in de be klaagdenbank plaats. Nadat de getuigen waren gehoord werd Klopper aan een uitvoerig verhoor onder worden. Klopper zeide. dat hy met Gerber in het leege huis (Keizersgracht 161) was gegaan. Gerber wilde zien of er in het huls wat te „maken” was. Klopper wist zelfs niet eens wat er in de tasch zat, die was hem door een „kennis" In de handen geduwd. Den naam van den „kennis” wtldde KI. niet noemen. Mr Meckman deed hierop den van een volledige inbrelcers-inventarls. Klopper: Al dien rommel heb ik op de gracht van een „persoon” gekregen. Pr. mr. Meckmann: By den rechter commissaris hebt u verklaard de deur van het leege huls te hebben geopend. Dat heb ik zoo maar op me genomen. •Volgens verdachte Gerber was het een verkenningstocht. De deur van perceel 161 stond open. „We moesten wat verdienen”, aldus verdachte. Pres.: Durf Inbrek^n en verdienen te by u hetzelfde. Verdachte: U vraagt toch naar de waar heid? Verdachte Gerber zette zijn verhaal al dus voort: we waren in het perceel 161 bin nen, en gingen niar den zolder om daar kalm onzen tyd af te wachten. Op een ge geven moment begon ergens een kind te huilen, ik dacht toen aan mijn eigen kind en we besloten van onze plannen af te zien, maar ik zag geen kans ongezien naar bulten te komen; ik was ongqnerkt bln- „Wat ben je onrustig." zei juffrouw Weegschaal tot haar man; „de koffie heb je koud laten worden, wat je gewoonte niet is. Je loopt in den winkel maar heen en weer en het schynt, dat er op straat veel te zien valt." ..Koba." antwoordde Weegschaal zenuw achtig; „ik zal het je vertellen: we zyn op weg om rjjk te worden, schatryk. De tien ton krenten heb ik gekocht voor zeshonderd gulden en Ik heb een kooper voor duizend gulden. Vandaag komen ze den heelen voor raad weghalen en weer nieuwen voorraad brengen, die ik óók weer kwijt raakwe worden rijk, Koba, vier honderd gulden ver dienen op één dag! Zie je. dat noemen we nu oorlogswinst.” *.Je valt me mee, lachte de juffrouw; „Je hebt Je best gedaan. Nou, Ik mag het hopen, dat we rijk worden, want we hebben er lang genoeg op moeten wachten.” Dien middag tegen drie uur hield een groote vrachtwagen stil vóór den winkel van Weegschaal. „We komen van Bloemkool,” zei de voer man; ..de tien ton krenten halen.” „Kom maar binnen; Ik zal Je wel handje helpen." En Kobus Weegschaal werkte zich in ’t zweet; want het was geen klein karweitje, de tonnen van honderd kilo naar den wagen te brengen. Maar de karwei kwam klaar, z’n laatste krachten gebruikte hy om uit de winkella een kwartje te halen voor den voer man. Toen zonk hy In de huiskamer afgemat op een stoel neer. „Ik kom een beetje bij," sprak hU tot z’n vrouw, nadat hy wat op z’n verhaal gekomen was. „Het werk was zwaar, maar vier hon derd gulden winst te ook geen kleinigheid.” Na een uur kwam de zelfde groote vracht wagen voor den winkel, beladen met tien ton krenten. «Ik kom van het Veem,” zet de voerman; „van Jaap Zooltje om tien ton krenten te brengen. We zullen maar afladen.’’ „Ga je gang,” sprak Weegschaal. En geen half uur later stond het huis weer onder de krenten. Iedere kamer kreeg weer z’n deel, ook de keuken en de slaapkamer en deze zagen er weer juist uit als een uur geleden. Dit gevalletje herhaalde zich twintig dagen achtereen. Juffrouw Weegschaal vond dat op- en af laden erg lastig, maar Kobus bracht haar aan 't verstand dat hy „tusschenper- soon" was; dat Toon Bloemkool de afnemer was en Jaap Zooltje de leverancier. Ze be schouwden Weegschaal als den onmtebaren persoon, die de „adressen” had. „Praat er vooral niet over” sprak hij met nadruk tegen z'n vrouw, „want, als ze het wisten, dan val ik er natuurlijk bulten en doen ze het samen.” „Maar het geld?" vroeg Koba. „O, dat komt wel terecht," lachte Weeg schaal, „by zulke bedragen loopt dat over een I bank, en als de maand om is, zal ik beiden om afrekening vragen. Dan blyft er duizend gulden winst voor my over, duizend gulden En trots wierp Weegschaal het hoofd in den nek. Dien avond was het weer .soos” Toen het naar negen uur liep, ging hij z'n gekleede jas aantrekken. Kobus meende, dat nü hij kapitalist, groothandelaar en oorlogswinst maker was, wel wat deftiger voor den dag kon komen dan voorheen. „Wel,” zei hjj tot z’n vrouw; ..hoeveel menschen in Amsterdam maken vier hon derd gulden winst per dag? Over een maand of twee gaan we rentenieren en op een van de grachten wonen.’ Droomend van rükdom ging hij dien avond naar de soos. Hy meende, dat iedereen op straat hem eerbiedig aankeek, want een ge kleede jas op een werkdag, dat getuigde dóórwerken, en toch in een be snel tempo, ziedaar den indruk, dien men krijgt als men den moed heeft om den omringdyk te verlaten om zich K.M. ver te begeven in den nieuwen pol der, om aldaar den stand van zaken eens in oogenschouw te nemen. Op den dyk staande ontwaart men in de verte verschillende groote werktuigen. die nteter. ,jÓt begrijp inderdaad dat ~n bê- heziR zijn aan het slooten graven en ver- der valt het oog op een groot aantal kletne verplaatsbare schuurtjes, de schaftlokalen voor de ongeveer 800 arbeiders, die in groepjes verdeeld in den polder bezig zijn met het nivelleeren van het terrein, het verspreiden van de slootaarde en het ma ken van greppels en drainages. Staande op den dyk te Kolhorn te Aardswoud krijgt men het idee van een echten kleipolder, als men zyn blik laat gaan over de uitgestrekte slibvelden, die in dezen tijd van het jear door den velen neerslag van vettigheid glim men. Een geheel ander beeld, schryft het „Mdbd.”, krygt men als men den polder ingaat te Wleringen aan de Haukes. Omdat de grond daar wat lichter is, wat zanderiger, lykt alles daar meer op een ontginning, doch waar men het oog ook wendt, telkens wordt men verrast door het tempo, waarin de onderscheidene werkzaamheden worden ten uitvoer gebracht. Opvallend is het, dat de oude zeebodem overal zoo vlak ligt. Be houdens de oneffenheden ontstaan door stortgronden, afkomstig van onder water aangelegde kanalen, ligt alles behoorlek vlak. Het maken van slooten wordt nog uit gevoerd door de directie der Zuiderzee werken. Machige machines, van meer dan 20.000 kilo, staan daarvoor op den drassi- gen bodem opgesteld, die op één werkdag 160 meter sloot ter breedte van 2.75 meter graven. Bakken van 0.75 kub. M. worden telkens uitgegraven Moesten de 5 arbeiders, die by deze machine werkzaam zyn, de slooten uit de hand graven, dan zouden zy samen per dag 25 mter kunnen af maken Wat verder werkt weer een ander type machine, die de slooten uitgraaft in den vorm van een overlangs doorgesneden cylinder; een sneldraalend wiel, voorzien van kleine bakjes baggert den grond weg en verspreidt de aarde meteen over een af stand van 8 tot 10 meter. Opschieten moet het werk, want in totaal moeten ongeveer 1200 K.M. sloot gegraven worden. Waar de slooten klaar zyn, komen de arbeiders om den grond gelijk te maken, terwyl anderen weer In graven van greppels, hoewel ook hiervoor weer machines aanwezig zyn. Op de klei worden deze greppels gelegd op 10 Meter af stand. op het meer zanderige gedeelte op 15 meter. De bedoeling is om op de klei gronden, by voldoende ontwatering, later weer om den anderen een greppel te dich ten. Op de uiteinden der akkers wordt het water uit de greppels met drainagepotjes naar de slooten geleid. Ontzaglijke moeilijkheden moeten telkens worden overwonnen. Ieder onderdeel der werkzaamheden te als het ware een vraag stuk op zichzelf. Denk eens aan ’t feit, dat alle arbeiders nog langs ongebaande we gen zich naar het werk moeten begeven, terwijl ook de aanvoer van materialen met groote moeite gepaard gaat. De bodem te wel begaanbaar, - doch verzakkingen van tractors en wagens komen meermalen voor In dezen tijd van overmatigen regen val. Alleen op Haukes is een fietspad ter lengte van 5 K.M. ongeveer, terwyl andere wgen in voorberiding zyn. Voor de Commlssie-Lovlnk wordt een proefbedryf aangelegd, ongeveer 4 KM. van Kolhorn. Een groot gedeelte van dit ter rein, ter grootte van ongeveer 40 H.A., is van grondwaterbulzen voorzien, om het verloop van het grondwater na te kunnen gaan by de verschillende wijzen van drai- neeringssystemen, welke hier aan de prac- tyk zullen worden getoetst. Aan de Haukes te Wieringen op de lich tere gronden staat alreeds ongeveer 250 H.A rogge te groeien. Deze heeft men aldaar gezaaid om verstuiven van deze gronden tegen te gaan, waardoor de afwaterings kanalen zouden verstoppen. Het ligt in de bedoeling om het aanstaanje voorjaar deze gronden met graszaden in te zaaien. bezaaien van deze complexien ging eenvoudig. Over het genivelleerde land werd de rogge breedwerpig uitgezaaid en met een schyvenegge ondergewerkt. De arbeiders zyn ondergebracht in lood sen of vinden een tehuis bij de bewoners in de omgeving van den naburlgen polder. Gezien het ruwe jaargetijde en het zware werk, dat velen hebben te verrichten, wor den hooge etechen gesteld aan hun weer standsvermogen en de Arbeidsbeurzen, die rijp en groen hierheen hebben gestuurd, hebben er zeker niet by stil gestaan, dat voor dit soort ontginningswerk alleen krachtige geschoolde arbeiders gebruikt kunnen worden. Wanneer dan ook melding wordt gemaakt van werkstakingen betreft dit veelal de waardeering der arbeidspresta ties van menschen. die minder geschikt zyn voor dit zware werk, dat vooreerst onder zoo weinig gunstige omstandigheden moet worden verricht. General Corporation maakt het welke naar men weet In de politieke studie dagen van Amersfoort wordt belicht. De navolgende verdeeling van het onder werp geeft eenigen kijk In welke richting men in de rustige sfeer van Rolduc het zoo hoogst actueele onderwerp zal ,Aan- snüden.” Vooraf zal gaan een algemeene inleiding op het vraagstuk. Vervolgens heeft men zich gedacht te doen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1930 | | pagina 6