SPAAR DE SPADE NIET!
DE KREKEL EN DE MIER
EENVOUDIGE JAPONNEN
HET OPKNAPPEN VAN
ONZE MEUBELS
DE SUIKERTANTE
SMAKELIJK ETEN
PYAMA VOOR MEISJES
VAN 3 JAAR
Eir
h
J
1
Goedkoope Patronen
T
r*
I
i
i
i
DE TUTN
OP VERZOEK
.Al
01
I
s
ia
SS
■9B
7F
ÖJ
is
V’
I
I
I
i
OVERNEMING UIT DEZE RUBRIEK ZONDER TOESTEMMING VERBODEN
CROCUS.
weer gemakkeluk
jiarr
MACHTEED.
bij de
roeren
is levensge-
SYLVIA K.
nl 79, is juist.
DINY.
ANTWOORD OP VRAGEN VAN
VERSCHILLENDE LEZERESSEN
Ook nu weer geven wij een viertal vol
ledige maaltijden, waaronder verschillen
de gerechten met zijn geteekend; van
deze geven wij zooals gewoonlijk, weer
de recepten.
Toen ik een fijne sjaal haar zond,
Had zij een broche verwacht,
Tevreden is zij nooit geweest
Met wat ik voor haar kocht,
Zij wil altijd wat Anders zien,
Dan ik heb uitgezocht.
Op Sinterklaas krijgt tante steeds
Van mij ook iets cadeau,
Als suikertante weet zij best,
Dat 't komt van mij, „nicht Jo“.
En toen ik blauwe vazen koos,
Had zij een schaal gedacht.
van onderen
De strooken
Benoodlgd: 3 el stof van pl_m 70 o.M.
breed, H el stof voor afwerking, 3 knoo-
pen, 1 elastiek of 1% el band.
i
I
l
l
i
laag aardappelen, stukjes boter
en iets paneermeel. Een kwartier
oven zetten.
Wanneer er staat, dubbel minderen, dan
haalt men één steek af, breit 3 steken
te zamen. en laait den afgehaalden nier
overheen. Van de 3 steken houdt ge dus
één steek over. Dan zult u ook met het
aantal opzetsteken beter uitkomen. Wat
den rand betreft, wanneer er staat: 3 ste
kel. afkanten, dan worden deze steken
wel degelijk weggeminderd.
De
de
bruin laten braden. Dan door een zeef
gieten en 3 i 4 eetlepels bloem
boter voegen. Goed bruin laten worden
en langzaam onder voortdurend
de kokende soep bijvoegen.
Verleden jaar zond ik aan haar
Een heel mooi zilv’ren blad,
Dat ik (van onbekenden) eens
Van „Sint” gekregen had.
si mm meer
mierend over
het kleed krulpen, hebben ze toch de
handen vol met andere dingen; ze moe
ten lezen en studeeren om op de hocgte
Voor de reep en den rand van de ge
breide sprei, welke 29 Augustus JX is
geplaatst, kan men bij katoen no. 10
wel de naalden no. 3 of no. 3H gebrui
ken, indien men vast breit. Heeft men
echter een losse hand van breien, dan is
dit minder gewena^
Het aantal opzetsti
gens den kruisnaad op dezelfde manier,
waarbij we Borgen, dat voor- en achter-
naad in elkaar overgaan. Boven aan net
broekje wordt een schuine, 2 cM. breede
katoenen bles tegengestikt, waarin we '1
kleine knoopegaatjee maken, en waar
door later het door de bles geregen
elastiek of band te voorschijn komt. Den
onderkant van de pijpjes werken we af
met een 3 cM. breede bles, welke we
naar boven toe omslaan, en die 36 cM.
die 28 c.M lang en 8 cM breed wordt
geknipt. Deze wordt overgestikt en naar
den bovenkant toe omgevouwen. Het
mouwtje wordt Ingestikt en vervolgens
op het jasje overgestikt. Voor sluiting
neemt men drie groote knoopen. We
maken de knoopsgaten in de rechterhelft
van het jasje, en wel op 2 C.M, 14 CM.
en 26 cM ^anaf den bovenkant. Ook
het zakje wordt aan den bovenkant af
gewerkt met een biesje, hetwelk na af
werking 2 c.M. breed is. Vervolgens stikt
men de zakjes op, waarvoor ge even past,
om te zien, of ze op de juiste hoogte dt-
ten. DINY.
Op een groote bloemententoon-telling
hoorde ik eens een dame tegen een an
dere opmerken, dat ze er maar niet in
slagen kon. haar riddersporen hooger te
doen groeien dan ’n meter of zoo. We
stonden juist voor een groep van die ge
weldige vaste planten, waarvan er ver
scheidene meer dan twee meter hoog
moeten zjjn geweest. Op gevaar af van te
worden afgesnauwd, waagde Ik de veron
derstelling, dat het misschien een varië
teit was, die slechts voor half-hoogen
groei bedoeld was. maar ze zei me van
neen; het was de allerhoogste soort, die
ze twee Jaar geleden van een eerste klas-
kweekerjj had betrokken. „Natuurlijk,” zei
ze. „heb ik niet den tijd, om er dag voor
dag zooveel zorg aan te besteden als deze
hier gehad hebben" en ze wees naar de-
geëxposeerde exemplaren.
Ik zei maar niets meer, maar ik ver
langde zoo. haar aan t verstand te bren
gen, dat ze t heelemaal mis had. wanneer
ze meende, dat riddersporen of andere
vaste border-planten, dag-In, dag-ult
vertroeteld en „nageloopen” dienen te
worden. Alles hangt af van de allereerste
toebereidselen vóór het planten en van
de wijze, waarop de grond is omgespit.
Ik meen te mogen aannemen dat vele
lezers van plan zijn, in de komende we
ken hun vaste planten te „splitsen” en
elders onder te brengen, en hun zou ik
den goeden raad willen geven, de -Jechts
uit twee woorden bestaat: spit diép! Als
uw grond er 'n zestig centimeter diep
juist uitziet als aan de oppervlakte, moet
hjj in letterlijken zin ondersteboven ge
keerd worden, en dit is de beste manier
om dat te doen:
Trek twee parallel-lijnen met 30 cM.
- (•■■«■MTë 4000.
•v" 444 P4O»M4*4«44r. PonSo
W< l. Waart.». OMMuselyfa «mm- DamcUndiM
"«••88, tS. loo Sowwvku. a o.„. KiuStr-
4 o-n. rarroaa mm *M
gtST* t.ow.4. MO oorUwag. fMrooo-
1. Jachtschoteltje van resten hacbé
en aardappelen Runderlappen. Bruine
boonen, Aardappelen, Beschuit met bes
sensap.
resten ongeveer
schel visch,
In
tftraa e at PO Hf ff MR Fuuf
14<r, RUI hM vcrxhaldigdr btdrag aan posfzatrb
J***’ ■Mr'" 44
Wl luAoan..
^■*"4*r Staé. rxxra
wordt het nagegaan me*, een spons
met lauw water, zoodat alle sporen
van de aardappel verdwenen run,
en goed gedroogd. De gouden lust
borstelen we af met een zachten
borstel.
Nu maken we t volgende meng
sel: we nemen s liter water
en voegen zooveel bloem-van-zwa-
vel toe om het diep geel te kleuren.
Vervolgens doen we er 3 kleine
uitjes bij. welke gekneusd women.
Dit mengsel wordt nu gekookt. We
gebruiken het wanneer het koud is,
we smeren het met een zacht bor
steltje of penseel op de lust,
en we wrijven het met een zacht
doekje na. ANEMOON.
Als de laden van uw nachtkastje,
waschkast of toilet-tafel moeilijk in en uit
gaan, dan neemt men ze er uit. en men
smeert de rails van binnen met kaars
vet eveneens de kanten, de latjes en de
noeken van de lade zelf. Na een korten
tijo zullen de laden
schuiven.
Als we op een of een paar plaatsen de
mot in het vloerkleed hebben, dan Kun
nen we deze er weer uit verwijderen.
Borstel het kleed goed, neem nu een ouoen
nanddoek en maak dezen goed nat in
koud water, wring nem weer een beetje
uit en spreid hem vervolgens over de plek;
ga er daarna overheen met een heet
strijkijzer totdat de doek geheel droog
is. Me: moet er echter voor zorgen, aat
men net kleed niet schroeit.
De Kokend heete stoom doodt de eitjes
en de naden. Na deze oehandeling kun
nen ue naren van net karpet met een
harden borstel opgeschuierd worden.
Plaro-toetsen maakt men schoon met
een doekje met alcohol, daarna wrijft men
ze met een zacht stukje zeemleer
Als neen grove net-gordijnen neeft,
waarvan er verschillende gescheurd zijn,
dan doet men het volgtnde, en ze gaan
weer een tijdlang mede.1
Men neemt ze al. wasch ze. droogt ze.
en strijkt ze uit, vervolgens legt men de
gescheurde deeien plat op de struzpianK.
Daarna neemt men een stukje van het
zelfde net, een beetje grooter dan de
scheur, men dompelt dit onder in ge
kookte stijfsel, daarna spreidt men dit over
het beschadigde gedeelte, en strijkt er
overheen met een warm ijzer, totdat het
droog is.
Wam.eer de gordijnen weer hangen, zal
niemand kunnen zien, dat ze gerepareerd
zijn.
Om qen goed rechten zoom In de net-
gordijnen te Krijgen, legt men onder den
te manen zoom een reep stevig papier,
van 10 c.M. breed. De zoom wordt nu ge
stikt deer het papier heen, hierdoor wordt
het oolubben (scheefgaan» voorkomen;
het papier kan gemakkelijk wesgescheurd
worden
Een olie verf-schilderij kan men als volgt
opknappen
Het schilderwerk zelf wrijven we met
een stuk rauwe aardappel in, daarna
De „sterke vrouw”, de volmaakte huis
vrouw van gl teren is een andere dan
die van tegenwoordig. Lang niet elke
prijzenswaardlge eigenschap der vrouw
van toen is een vol.trekte waarde geble
ken; ze was het alleen maar vcor en
door haar elgei| tijd. Lang niet alle voor
keur en afkeer, die een sieraad uitmaakte
der ideale vrouw van zestig, tachtig jaar
geleden, wordt, wanneer ze bij een con
servatieve dame nog onveranderd voor
komt, zelfs door de degeljjkste van ons
nog als iets goeds en nuttigs geappre
cieerd.
Vroeger was alles ingecteld op de
duurzaamheid. Het vermogen, de uitzet,
de gevulde kasten, de inrichtingen
nog heel veel onstoffelijke begrippen
eveneens. Met die instelling zou men in
de tegenwoordige samenleving al heel
bitter worden teleurgesteld. Noch het
geld, noch eenlg Ideëel begrip staat bij de
meeste menschen nog op al te vaste voe
ten.
De technische nouveautés beïnvloeden
het hul houdelijk leven en werpen In éen
dag de ervaring van lange jaren om. De
vrouw is niet meer in staat den bruisen
den levensbandjir naar believen bulten
haar muren te sluiten of binnen te la
ten; hij is té sterk en snel. Er zijn geen
muren meer; alleen nog brandlng-golven.
We hebben allemaal op school een fabel
geleerd van de krekel en de mier. Her
innert u t zich nog? Of sou dat heer
lijke plaatsje .boek. dat ik in mijn Jeugd
bi) grootmoeder mocht bekijken, er voor
noodig zjjn, oir 't heel helder te onthou
den? De krekel, In een kort, wjjd-uit-
staand groen rokje, die uitgelaten zingt
bij een groote gultaar. haar dwars voor
*t lijf gebonden. Dan dezelfde krekel, met
neerhangende vleugeltjes en verfomfaaide
kleertjes, voor t deurtje van de mier,
die haar vinnig hoofd met neepjesmuts
ongeduldig buiten steektWanneer we
in de Fransche les die fabel behandeld
kregen,- trok de onderwijzeres steeds
hevig partij voor de wijze mier, en de
arme, luchthartige krekel kon geen goed
doen! Die kreeg haar verdiende loon!
Maar ik weet zeker, dat de meneer, die
de plaatjes in 't boek teekende, een an
deren kijk op de kweitle had. Het ethe
rische krekeltje scheen al zijn sympathie
te hebben en van de materialistische mier
had hij een echte zure oude tang ge
maakt Misschien komt *t daardoor, dat
ik haar slot-uitspraak: „Ga dan nou
maar dansen!” nooit als 'n geestlgen
eet heb kunnen waardeeren. maar het
altijd een hartelooss hatelijkheid vond!
De krekel song in den zomer, terwijl de
mier potte en zwoegde. Daarom moest de
krekel honger lijden toen de winter In
viel. De huisvrouwen van vroeger waren
mieren, en ze spraken er ook voortdu
rend over, wat se ai gedaan hadden en
nog van plan waren, niet zoozeer uit
zelfvoldaanheid, als wel uit de bekende
behoefte van het overvolle hartVan
daag moeten de vrouwen misschien nog
méér werken, ondanks alle vorderingen
der techniek, wanneer ze al
in een wolk van stof al schi
lang en 8 c.M. breed 'wordt geknipt. Bil
het Jasje worden eerst de zü- en schou-
dernaadjes gestikt en overgestikt, waarna
we middenvoor aan beide kanten een 4
c M. breeden soom inmaken en onder aan
het jasje een zoom van 3 cM. breedte
Het kraagje wordt 30 cM lang en 16
cM. breed geknipt, het hoekje even af
gerond. en aan de breedte kantjes dlchl-
gertikt. Vervolgens stikt men den kraag
op (precies tot middenvoor), terwijl deze
aan den achterkant wordt overgezoomd
De 2 cM. overslag wordt tegen elkaar
ingenaaid. Nu maakt ge het mouwtie
dicht. Onderaan stikt ge een bies tegen.
een lang heupstuk, met
twee klokkende strooken.
loopen van achteren door.
Over het algemeen dragen de eenvou
dige Japonnen een sportlef karakter, en
men ziet ze dan ook veel vervaardigd van
tweed, en van de met verschillende kleu
ren doorweven stoffen. Hoewel iets lan
ger dan die van het vorige seizoen, blij
ven se toch belangrijk korter dan de
avond-tolletten en hebben een normaal
aanzien.
Het zal vele vrouwen verheugen, dat
de rok weer van behoorlijke lengte is. In
plaats van den ultra korten rok tot aan
de knie of zelfs er boven.
2. Bruineboonensoep Runderrollade.
Gestoofde biet. Aardappelen, Flensjes.
Maar tante wil mij niet meer zien!
En ik blijf uit haar buurt!
Het blad, dat ik gezonden had,
Had tante mij gestuurd!!
NICHT JO.
S liter
met
vuur,
vaarl’jk.
Laat het in de pan
staan, totdat alle was ge
smolten is. Meng zooveel
zachte zeep als er Kan
liggen op een gulden, met
dezelfde hoeveelheid kali-
koolzuurzout, voeg onge
veer V, liter water otj;
meng het goed en doe het
dan bij de was en de ter
pentijn; daarna goed door
elkaar schudden.
Zoo verkrijgt men een
goede, niet vette was; en
men behoeft er maar een
kleine hoeveelheid van te
gebruiken; doch goed in
wrijven is aan te raden.
te blijven en met man en kinderen te
kunnen meeleven, iets wat vroeger lang
zoo noodig niet werd gevonden. Ze moe
ten, in andere landen dikwijls hard
mee-aanpakken en mee-verdlenen. en
daarnaast nog geheel alleen hun huis
houden beredderenEn tóch wie
heeft er nu gelijk gehad, m'n schooljuf
frouw of die oude Fransche meneer-van-
de-p!aatjes? tóch moeten ze meer van
de krekel hebben dan vroeger. Dat wil
zeggen: idealisti cber, intellectueeler zijn,
minder over haar huishouden vertellen,
maar liever, in figuurlijken zin. zingen
bU haar gultaar, den heelen lieven zomer
lang. Ondanks allen arbeid in den zomer**
bestaat tóch tegenwoord g de mogelijk
heid, dat men in den winter niets heeft I
De krekel komt in de gratie heb ik t
niet altijd gedacht?
En de ml»j vindt niet meer zooveel be
wonderaars. Leerden onze vrouwen vroe
ger inslaan en oppotten en tot in t on-'
zuinige bewaren, tegenwoordig moeten ze
leeren zich los te maken van hun ge
liefde eigendommen, wat haar persoon
lijkheid niet weinig tón goede kan
ko- n! Over geen gebroke.. vazen meer
jammeren, geen staatsramp meer zien
in 'n brandgaatje in het tafelkleed, wan
neer het nu toch eenmaal gebeurd is
De vergankelijkheid van materieele
waarden beseffen en met flegma onder
de oegen zien. Door dt snelle wisseling
van mode en smaak wordt de heele In
ventaris ook minder onverwoestbaar ge-,
construeerd. zoodat teekenen van verval
zoo min een wonder als een ramp zijn
De bijna leege kamers van tegenwoordig
laten voor de huisvrouw allerlei mogelijk
heden van verwisseling en verschikking
open. Zoowel tot aanschaffen als tot
afdanken gaat men veel, véél gemakke
lijker over dan vroeger. Veel piëteit
stompt daardoor af, dat is waar. Of hebt
u misschien nog de illu -ie, dat over
twintig jaar uw kinderen er erg op
gebrand zullen, zijn, uw. slaapkamer-
inrichting te erven voor hun eigen huis,
of uw leeren stoelen van het laatst ver
schenen model, die u verleden maand
kocht? Zelfs van uw theekastje zullen ze
niets willen weten, en uw stofzuiger zal
furore maken in een museum.
De „goede huisvrouw” van nu moet
heel andere, maar niet minder waarde
volle eigenschappen bezitten dan haar
voorgangster. De omstandigheden ver
anderen sneller dan vroeger; zU mag met
geen vast en onwrikbaar program de al
ledaagsere gebeurlijkheden tegemoet
treden. Zij kan zich de weelde niet meer
veroorloven, het kleine even gewichtig en
serieus op te nemen als het groote. Dat
was t echter Juist, wat vroeger even
prijzenswaardig tms, als t nu af te keu
ren zou zijn. Aanpassingsvermogen, ge
voel voor de juiste verhoudingen der
waarden, dat heeft ze vóór alles noodig
in onzen tijdl En haar passie voor
„goede kwaliteit" kan ze toch nog botvie
ren; wordt haar voorliefde voor duur
zaamheid niet overal meer bevredigd,
dan kan ze, tot zelfs in de kleinste dé
tails, schoonheid eischen. Wat dat laat
ste betreft, valt er tegenwoordig energie
ker te schiften dan ooltl
Men maakt t pyamaatje van flanel of
zephir. We knippen jasje, zoowel ais
broekje, zooals boven is aangegeven,
maar rekenen by het jasje nog 4 c.M.
extra aan voor zoom. We beginnen met
het broekje. We stikken voor- en achter-
naad met een platten naad dicht; vervol-
Braftieboonensoep van het kooknat der
boonen. De achter gehouden boonen
door een zeef heel fijn wrijven,
zoodat alle velletjes er uit zjjn.
Vocht en gezeefde boonen samen aan de
kook brengen. In een pannetje een paar
gesnipperde uien, wat laurierblad, kruid
nagel en Spaansche peper in boter goed
Vlsehschelpen.
250 gram van de schel visch, netjes
van alle graten ontdoen. In een
pannetje en wat peterselie, een stukje
foelie en wat peper in !4 ons boter gaar
fruiten. De boter jeven, 35 gram bloem
erbij voegen en tenslotte langzaam Ko
kende melk tot men een gebonden saus
heeft. De visch erdoor heen mengen en
zout naar smaak. Het mengsel verdeelen
over schelpen of soufflé-potjes. Be
strooien met paneermeel en wat fijnge-
raspte kaas, stukjes boter erop leggen en
in den oven vlug bruin laten worden.
No. 1. Dit is een aardig model van
gebloemde of gewerkte stof of fluweel.
Het model heeft een bolero-Hjfje, en le
celntxiur is op de normale hoogte, met
Verschillende wenken. Onze Chester
fields en armstoelen, bekleed met brocaat-
stof, kunnen soms onooglijk zien door
vlekken
Het is het beste, dat de vlek eerst zoo
veel mogelijk verwijderd wordt met een
harden borstel. Hardnekkige vlekken kun
nen eerst afgesponsd worden met warm
zeepwater, daarna afgespoeld, er voor zor
gende, dat het meubelwerk niet te nat
worut voor bet opvulsel.
Bevochtig en wrijf de plek daarna
zacht met een schoenen lap, waarop een
weinig benzine.
Vuile vette armleuningen van bekleede
stoelen alleen aldus behandeld, knappen
reeds veel op We kunnen vervolgens den
geheelen stoel met schoone doeken en
oenzin<* afnemen om moeten te voorko
men men moet echter voorzichtig zijn,
want benzine is zeer brandbaar, in geen
geval dot men dit werkje in een Kamer
waar haard of kachel brandt, liefst buiten
in den tuin.
Mahoniehouten en eiken meubelen
knappen we op de volgende wijze op:
We haler er eerst de vuile vingers af
met een warmen, vochtlgen doek, daarna
goed afdrogen, een paar hardnekkige
plekken worden verwijderd met een
zacht lapje gedoopt in paraffine. Een goed
wrufmiddel voor mahoniehout kunnen we
zelf als volgt maken:
In een flesch doet men 1 deel azijn, 1
deel alcohol of sterke spiritus, 2 deelen
terpentijn, en 2 deelen lijnolie. We schud
den de flesch. totdat de Inhoud goed ver
mengd is. Neem een weinig op een zarht
lapje, wrijf het goed in, en met een an
deren doek na.
Voor net mooi glad maken van eiken
houten meubels mengen we het volgende:
We versnipperen zoo fijn mogelijk 2'4
ons bijenwas in ’n pot en voegen hierbij
terpentijn. Zet dit in een pan
kokend water, nooit op of bij het
want het overkoken
tusschenni'mte en graaf de aarde weg
tot op een diepte van eveneens 30 c NL
Met den kruiwagen wordt ze weggereden
naar het verste uiteinde van het om te
spitten gedeelte. Graaf daarna In het
zelfde geultje de aarde nog 30 c.M. dieper
weg en breng deze eveneens weg; leg ze
op een aparten hoop naast den eersten.
Vóór u gaapt nu een loopgraaf van 30
c.M. breed en 60 diep. Trek een nieuwe
Ujn. weer 30 c.M. diep en keer de boven
ste 30 c.M. aarde met de vork om in de
eerste loopgraaf
Dat ..omkeeren” moet letterlijk worden
cpgevat; stel u niet tevreden, ze precies
zoo neer te leggen, als u ze hebt opgeno
men. Als u klaar bent, komt een tweede
30 c.M. aarde uit de nieuwe loopgraaf bo
ven op de andere; de eerste loopgraaf is
nu gevuld en "n tweede ontstaan. Ga zoo
door, tót ten slotte de uit de eerste locp-
graaf gegraven en weggereden aarde in
de laatste wordt geworpen: eerst de bo
venste; en de onderste laag daar bovenop.
Het lastige werkje is nu gedaan. Maar
,wat een resultaat! Al de bovenste aarde
ligt een voet diep onder de oppervlakte
begraven, en de rest is zoo fijn verdeeld,
dat we nu een diepte van twee voet
prachtige, krulmige aarde hebben, waarin
alle planten wel moéten groeien.
Elk gedeelte van uw tuin moet één- in
de drie jaar zoo behandeld worden, maar
het beheeft natuurlijk n et allemaal te
gelijk te gebeuren! Elk jaar een derde,
dan krijgt alles zijn beurt en In geen
enkel hoekje komen we meer voor dat
ellendig, onverklaarbaar verschijnsel te
staan van planten, die het, ondanks al
onze zorgen, niet „doen”.
No. 2. Eenvoudige, nette Japon van
tweed of gewerkte stof. Het lijfje is op de
manier van een vest gemaakt en wordt
met een knoop gesloten. De ceintuur is
op talile-hoogte. In den rok van den zij
kant naar het midden toe zjjn eemge
plooien.
De japon is van achteren glad. Unge-
rie-kraagje, vestje en manchetten.
No. 3. Japon van tweed-stof met bolero
model, strak heupstuk met aangezet
bials, met een daaraan bevestigd klok
kend onderstuk. M.ddenvoor is een ploot
INTERIM.
3. Roereieren op gebakken bi*ood
Bchelvisch met boter. Mosterdsaus, Aard
appelen, Andijvlesla, Bagijnenrijst.
4. Vlsehschelpen koude Runderrol
lade, SnU boonen met witte boonen. Aard
appelen, Taplocapap. 1
Jachtschoteltje. De overgebleven aard
appelen tot puree verwerken. De nacne
vleeschresten fijn snijden en met de saus
goed verwannen. In een vuurvast scho
teltje laag om laag schikken, bovenste
irop
den
Roereieren op gebakken brood. 6 i 1
sneetjes oud brood zonder korst, worden
in boter aan belde kanten lichtbruin sn
knappend gebakken. 4 A 5 eieren worden
met zout en peper en 4 A 5 eetlepels
melk of water goed uitgekiopt en in e-n
koekepan gestort, waarin 40 gram boter
is uitgesmoiten.
De elermassa langzaam verwannen, ter
wijl men er met een houten lepel steeds
in roert. Is deze geheel gestold, dan ver
deelt men haar op de sneetjes gebakken
brood, schikt deie op een schaal en
strooit er een weinig zeer fijn gehakte
peterselie over.
Als feest- en rustdagen weer voorbij
zijn dan moet ons meubelwerk weer eens
wat worden opgeknapt. We kregen in die
dagen veel visite en veel gasten, alle Ka
mers waren in gebruik, zoodat alles een
opfrlsschlng noodig heeft.
C>