I
VERKLARING VAN DEN HEER
ALBARDA
Voor de Huiskamer
Het gestolen Luchtballonnetje
4
OF DE GESCHIEDENIS VAN TWEE DEUGNIETEN
i
1
TWEEDE KAMER
LANDBOUW EN VEETEELT
Onze uitvoer naar Duitschland
ra
Tegen maal- en meng gebod
I
LUCHTVAART
De DO X
7°
I
*-
de
Al Capone en
Jack Diamond
Nederlandsch fok vee naar
.Frankrijk
7<
Vergadering van 18 November
De salariskwestie - Be&rootin& van Buitenlandsche Zaken
8 uur.
over de
wijst
Spr.
Verhondln* met België
De
In
Ft
1
t
Geen andere motoren
Beperking van den in»eer
we kunnen
behande-
f\
heer
9
t
Al
4
Zal een II» u ik te* I m i 11 nroeflflkheden
in den weg kannen tenen?
gebruikt worden voor schulddelging,
dekking vati buitengewone uitgaven.
41. De auto, waarin Pint’s moeder geseten.
Reed nu door een kleine stad.
Waar op een boek van een der straten
Een verkeersagent had postgevat.
D* agent stond te «waaien met rijn armen.
Hij droeg een leeren pet, swart gelakt.
De chauffeur kon den auto niet meer houden.
De agent werd tegen den grond gesmakt
Prolestveigadering van belanghebbenden
te Utrecht
sinds
nu i
•I
n,
;n
van mr.
vergadering
de
«ei
nd
en
en
ig-
in-
de
an
s?
e
‘t
n
jn
Jn
n.
el
en,
lik,
le-
Mt
[U*
OF-
scheppen door
r dat Nederland
TC
---- Ai
Volgens mededeellng van den Rljksland-
bouwconsulent te Parijs, heeft het Franscne
ministerie van Landbouw besloten, voors
hands geen vergunning voor den Invoer van
Nederlandsch fokvee te verstrekken, met
uitzondering van enkele fokstieren.
De dieren waarvoor reeds vergunning is
zullen nog worden toegelaten.
ff; 4
Op initiatief van den Ned. Bond van
Graan- en, Meelhandelaren te Dordrecht
heeft gistemamlddag in het Jxukrtcu. sgeLcuw
te Utrecht een vergadering plaats gehad om
de middelen te bespreken, welke ertoe «ou
den kunnen leiden, dat het door de regeering
Ingediende wetsontwerp Inzake steun aan de
inheemsche tarweteelt (door middel van een
xg. maal- en menggebod) wordt Ingetrokken
of in geval het gehandhaafd blijft, door de
Tweede Kamer zal worden verworpen.
De vergadering was druk bezocht, niet
alleen door handelaren, doch ook door meel-
Importeurs en andere belanghebbenden.
De heer J. P. F. Janssen, voorzitter van
genoemden Bond en leider der vergadering,
zette in zijn openingswoord het bovenom
schreven doel nader uiteen, waarna hij den
heer J. P. Meura, voorzitter van de Ned. Ver
eeniging van Meellmporteurs te Amsterdam,
de gelegenheid gaf, de bekende bezwaren
tegen en de gevolgen bij invoering van een
maal- en menggebod uiteen te zetten.
Van de gelegenheid tot discussie werd druk
gebruik gemaakt o a. door den heer L Snap- o
per, voorzitter van de Vereeniging van Werk
gevers In het Isr. Bakkersbedrijf In Neder
land. De heer Snapper stelde, sooals hy el
ders ook reeds deed, de groote moeilijkheden
en nadeelen (slecht brood!) voor den Neder-
landschen bakker van een maal- en meng
gebod op zeer duidelijke wijze in bet licht,
waarbij spr. de vergadering in overweging
gaf. een uitspraak te doen, gaande in de
richting v»n aooals met de regeering be
sproken is vrijwillige fondsvorming, om
langs dezen weg jaarlijks de 2% millioen bij
een te brengen, welke de tarweverbouwers als
steun behoeven.
Ten slotte werden met algemeene stemmen
twee moties aangenomen, welke belde naar,
de regeering zullen worden gezonden. In de f
eerste motie doet de vergadering de regee-
ring weten, dat zjj tegen een maal- en meng
gebod is; In de tweede motie noodigt zij de
regeering uit, het wetsontwerp terug te ne
men en met nieuwe voorstellen te komen,
die gaan in de richting van dl rec ten steun
aan de tarweverbouwers.
onderdrukken. Capone zat echter nog met
hetzelfde strakke gezicht als van tevoren.
Met een schok stond de auto voor het
politiebureau stil. De beide oplichters wer
den naar binnen geleid. In de wachtkamer
was niemand aanwezig. Een der detectives
vroeg aan Capone om even te wachten,
dan zouden ze eerst Jack Diamond even
42. Toen de dame haar woede gekoeld had.
Haar paraplule lag In twee
Kreeg de arme ballonnet jeskoopman
Nog een vermaning van haar mee.
J*»l dat jou een goede les zijn, baasje.
Wees voorzichtig voor je slaat.
En word voortaan,” zei ze weer dreigend.
„Niet zoo gauw op een ander kwaad
avondvergadering
In de gisteravond onder leiding
J. R. H. van Schalk gehouden
werd voortge&t de behandeling van hoofd
stuk III der Ryksbegrootlng voor 1931 (Bui-
Wat was er gebeurd Al Capone had een
portefeuille met valsche bankbiljetten reeds
van tevoren in zijn binnenzak gestopt. In
het bankgebouw had hij de valsche bank
biljetten met de echte verruild, en de valsche
in de van Jack Diamond gekregen porte
feuille gestopt.
Hij had reeds het heele geval van tevoren
voorzien.
Zoo vindt ieder zijn meester, zelfs ieder
misdadiger.
verleden jaar niets veranderd in den toe
stand. Telkens zijn de indexcijfers nog ver
der teruggeloopen.
Het aanvangssalaris van de onderwijzers te
aan den lagen kant; de regeering overwege
wijziging in het licht van de motle-Ung-
beek.
De vergadering wordt te 5.45 geschorst tot
Naar wij van welingelichte zijde vernemen
is het uit Engelsche bron afkomstige bericht,
over onderhandelingen welke de Domlerwer-
ke zouden hebben aangeknoopt, ten einde de
twaalf 600 PK. Curtlss-Conqueror-motoren,
waarmede de DO X is uitgerust, in te rullen
tegen acht Britsche Rolls-Royce-motoren van
900 PK. ieder, in den gegeven vorm onjuist
en moet ook het bericht over een eventueel
uitstellen van de voorgenomen Oceaanvlucht
met het oog op deze wijziging, beslist worden
tegengesproken.
De mogelijkheid bestaat, dat bepaalde En
gelsche kringen, zich voor den bouw van
een vllegboot, type DO X interesseeren. en
dat deze kringen de vllegboot dan met En
gelsche motoren wenschen te zien uitgerust, oe oie
op dezelfde wijze als de voor Italië bestemde verleend.
Algemeene beschouwingen over
de Ryksbegrootlng 1931
Aan de orde- is de voortzetting van de
algemeene beschouwingen over ’s Rijks be
groeting van 1931 met de motie van den
Tempel.
De heer RUTGERS VAN ROZENBURG
(CH.) bestrijdt het denkbeeld van een
Industriebank met staatskapltaal. Het is
onjuist te denken, dat onze banken daarvoor
niet voldoende zouden zijn.
De heer ALBARDA (SC.) beantwoordt
allereerst den Minister van Financiën, die
betoogde, dat de overschotten aan het
sociale leven zijn ten goede gekomen. Spr.
blijft dit betwisten. Voorts komt spr. op
tegen de beschouwingen van den minister
president over het kapitalisme. Spr. be
toogt, dat de menschheld meer en meer
overheerscht wordt door de tyrannle van het
grootkapitaal.
De bankiers gevoelen er niets voor en
meenen, dat de industrieelen daartoe maar
moeten overgaan. Nu wordt gevraagd samen
werking met de industrieelen en vorming
van een gemengd bedrijf. Spr. beveelt dit
denkbeeld nogmaals aan.
is er ernstig op bedacht
het scheepvaartverkeer
in Limburg, die zouden kunnen ontstaan uit
wateronttrekklng in België op de Maas, te
voorkomen. In alle aangeleguRimU «te waar -
bij België betrokken is, wordt gestreefd naar
oplossingen die In beider belang kunnen
zijn.
Spreker onderschrijft ten volle de conclusie,
dat het by het Volkenbondswei-k aankomt
op de resultaten met name by den economl-
schen arbeid. Den’ heer Kortenhorst zou
spreker willen waarschuwen zyn strijd voor
d.wx. een verkapt roomsch kabinet.
Spr. dient de volgende motie In: De Ka
mer, van oordeel dat het wenscheiyk is, ten
einde gelden vry te krygen voor de ge
rechtvaardigde salarisverbetering der lee-
ken-onderwyzers. de salarissen der onder-
wUzers-kloosterlingen in overeenstemming
te brengen met het paclflcatierapport-Bos
es., noodigt de regeering uit, in die richting
stappen te doen en gaat over tot de orde
van den dag.
Deze motie komt dadelijk In
ling.
De heer VAN VUUREN (R. K.) repli
ceert. De minister van Financiën heeft van
zyn denkbeelden een caricatuur gemaakt.
Het aftreden van het kabinet
De heer NOLENS (RK.) wenscht geen
verantwoordelijkheid te aanvaarden voor
dit kabinet. Dit extra-parlementalre kabi
net is opgetreden zonder het minste overleg
tusschen den formateur en althans de R.-K
fractie, noch wat betreft de personen, die
in het kabinet zouden zitting nemen, noch
wat betreft het regeerlngsprogram. Spr. laakt
dat niet, doch dit kabinet kan alleen ver
wachten, dat als er tusschen zyn leden om
trent een punt eenheid bestaat, die eenheid
ook wel zal bestaan onder de rechtsche
groepen.
Nog een woord over den econotnlschen
voorlichtingsdienst. Spr. maakt uit de woor
den van den Minister van Binnenlandsche
Zaken op, dat het de bedoeling is, den land
bouw daarbuiten te houden, zooals ook thans
de afdeeling landbouw de statistiek aanvult.
Spr. vindt, dat op deze wyze geen volledig
werk wordt verricht. De landbouw is losge
maakt van den handel en de nyverheid in
1922. Dat is ten onrechte geschied. Dit ver-
deeld-zyn van bijeenhoorende belangen over
verschillende departementen, werkt rem
mend en werkt wryvlng in de hand. Spr.
meent, dat één ontwikkeld man met veel-
zjjdlge voorlichting zeer goed aan het hoofd
van zulk een departement kan staan en snel
beslissingen zal kunnen nemen. Hoofdzaak
is, dat men beschikt over gezond verstand.
Reeds in 1923 is in de rijkscommlssle voor
werkverruiming het denkbeeld van een tn-
dustrlebank ter sprake gebracht. De bespre
kingen van bankiers en industrieelen, die
daarover hebben plaats gehad, zyn echter
afgesprongen.
- -ta
gellngtaet Duitschland zal worden verkregen,
dat de invoerrechten voor warmbloedpaarden
worden gel Uk gesteld met die voor koudbloed-
paarden.
De heer VAN DIJK (AR.) antwoordt den
heer Joekes t.o.v. de weermacht op interna
tionaal terrein. Evengoed als de justitie en
politie is de weermacht een rechtsinstrument
en niet zonder meer een machtsinstrument.
De heer VAN VOORST TOT VOORST
(RK.) steunt den aandrang van den heer
Van Rappard tot bevordering van een ver
laging van het invoerrecht op waarmbloed-
paarden in Duitschland.
De MINISTER VAN BUITENLANDSCHE
ZAKEN, jhr. BEELAERTS VAN BLOKLAND,
verheugt zich over de toenemende belangstel
ling In bultenlandsche aangelegenheden.
Spr. streeft allerminst naar geheimzinnig
heid. al moet in bepaalde aangelegenheden
wel restrictie In acht worden genomen. Zoo
ontmoet^spr. allereerst den heer Schaepman.
by wlen zich de heer Joekes heeft aangeslo
ten. Al dadeiyk wil spr. een geheim open
baren. dat zelfs voor den heer Schaepman is
verborgen gebleven, waar deze geen post voor
een persdienst op de begroeting van spreker’s
departement heeft ontdekt. Spr. maakt den
heer Schaepman attent op den toelichtenden
staat van die begroeting, waarop bedragen
zUn uitgetrokken voor „personeel op arbeids
contract”, uit welken post de persbemoeiingen
worden bekostigd.
Wat de publicatie van de nota-Briand be
treft. deze kon deserzUds niet zonder voor
kennis van de Fransche regeering geschieden.
Ook ten aanzien van het antwoord was een
afspraak getroffen, waardoor wy niet zelf
standig tot publicatie konden overgaan.
Uit de rede van den heer wynkoop. die te
voren aan spr. had gezegd dat hy iets zou
vragen omtrent de internationale positie van
den Paus Is spr. gebleken, dat hy niet zoo
zeer dat punt, als wel het recht van crltiek
In de Kamer op den Paus beoogde. Maar dit
is geen zaak van de regeering. doch van de
Kamer zelf en in het byzonder van de lei
ding van den voorzitter. Spr. kan niet an
ders dan den heer WUnkoop aanraden zich
stipt volgens de wenken van den voorzitter
te gedragen. (Vreugde).
Toekenning van een voorschot aan perso
nen. die recht hebben op Dultsche oorlogs
schade vergoeding, wil spr. overwegen.
Met de opmerking Inzake den invoer van
warmbloedpaarden wil spr. rekening houden.
Klachten inzake de medische hulp aan Ne-
derlandsche armlastigen in Frankryk waren
tot nog toe niet in ernstige mate ter ken
nis van spr. gekomen. Hij zal er zyn aan-
dach thans zeker aan wijden.
lisme onweerlegd zUn gebleven.
Gebleken is, dat de regeering tot geen
enkelen maatregel bereid is in het belang
van de ontevreden ambtenaren en opderwy-
zers.
De Tweede Kamerleden de heeren Van de
Bilt en Kampschöer hebben aan de ministers
van bultenlandsche zaken en van binnenland
sche zaken en landbouw de volgende vragen
gesteld:
Is het den minister bekend dat by den
Duitschen Rijksdag ia Ingediend een ontwerp-
Handelsklassengesetz, waarby de RJJksregee-
ring, met toestemming van den Rijksraad, be
palingen kan uitvaardigen, nopens het in-
deelen in Handelsklas en, om. van land
bouw- en tuinbouwvoortbréngselen, en dat
voor elk minimum eischen zullen kunnen wor
den vastgesteld, terwyi daarnaast voor die
artikelen bepalingen kunnen worden uitge
vaardigd nopens kenmerking van artikelen
en hun verpakking, uniforme emballage be
nevens wat betreft de hoeveelheden, waarin
zy in groot- en kleinhandel worden verhan
deld?
By bevestigend antwoord op bovenstaande
vraag, zyn de ministers dan bereid stappen
te doen by de Dultsche regeering. opdat deze
bepalingen niet zullen gelden voor voort
brengselen uit ons land, waarvan de invoer
by handelsovereenkomst is vastgesteld, wQl
anders aan onsen uitvoer weer nieuwe bepa
lingen kunnen worden in den weg gelegd, die
dien uitvoer practlsch onmogeiyk maken?
Dornier-vltegbooten van Flat-motoreh zulten
worden voorzien.
Van een uitstelten van de voorgenomen
Oceaanvlucht te in weUngeltehta kringen
niets bekend.
tenlandsche 'Zaken).
De heer LOVINK (C. H.) acht de resulta
ten der handelsconferentie van Genève tot
op heden nog van niet heel veel beteekenls.
De heer JOEKES (V. D.) sluit zich aan bU
de opmerkingen van den heer Schaepman
Inzake den persdienst van het departement
van Bultenlandsche Zaken. Wat de afwlkke-
'iihg der schadevergoedingen ten gevolge van
oorlogsomstandigheden aangaat, hoopt hU,
dat de Minister er toe zal medewerken voor
schotten te doen aan degenen, die aanspraak
op zulke vergoedingen hebben, in afwachting
van de definitieve regeling.
T.o.v. de verhouding Nederland-Belglë moet
zl. een oplossing worden gevonden voor de
verbinding ScheldeHollandsch Diep wegens
de gevaren, die de tegenwoordige toestand
oplevert.
De heer LINGBEEK (H.GB.) waarschuwt
tegen een te ver op den voorgrond schuiven
van de vorsteiyke rechten van den Paus.
Scherp moet worden onderscheiden het recht
van den Paus als staatshoofd en diens macht
als Itallaansch opperpriester.
Daarom ook komt spr. op voor het vrije
recht van crltiek op handelingen van den
Paus. Wat zou men er van zeggen, als onze
Kamervoorzitter, die zoo elegant den hamer
hanteert, dezen ook ging gebruiken wanneer
De Visser en WUnkoop buiten de Kamer een
dispuut hadden over den Paus? Het zou
worden gequaliflceerd als .hinderiyk volgen.”
Natuuriyk zal mr. Van Schalk dat niet doen,
maar evenzeer moet men hier onderscheiden
tusschen crltiek op de handelingen van den
Paus als staatshoofd en als opperpriester van
Rome. In de laatste kwaliteit is hU niet meer
dan een protestantsch geeeteiyke.
De heer KNOTTENBELT (11b.) acht thans
wel den ty<f gekomen voor de erkenning daU
de vaarweg door de Schelde moet worden
verbeterd.
T.o.v. de vergoeding van oorlogsschade door
Duitschland is nog steeds geen voldoende
resultaat bereikt. Wellicht ware hiervoor een
speciale instantie in te stellen.
Ten slotte brengt spreker de bevordering
van de internationale intellectueele samen
werking ter sprake.
’De heer BEUMER (A.R.) wenscht eenige
opmerkingen te maken over de hier ter spra
ke gebrachte nationaliteit der gehuwde
vrouw. De hier gehouden conferentie Inzake
codificatie van het internationale recht is
verstoord door het optreden van de Inter-
Amerikaansche vrouwencommissie, welker
leden de gedelegeerden voortdurend trachten
te bewerken en hen hlnderiyk volgden. Spre
ker’® meenng is dat de eenheid van het gezin
geen verschil in nationaliteit tusschen man
en vrouw toelaat.
De heer VAN RAPPARD (V. B.) bepleit de
totstandkoming van een overeenkomst met
de daarvoor in aanmerking*komende landen
Inzake medische hulp aan armlastigen. Voorts
dringt spr. er op aan, dat een zoodanige re-
srweging wll-
■n in elk ge
val den titel van consul-generaal-honorair te
geven.
BU art. 15 verdedigt de heer KUPERS
<S. D.) een amendement om het subsidie
van den Nederlandschen bond in Duitsch
land van f 4700 te verhoogen tot f 5000.
Voorts bepleit hU een betere steunverlee-
ning aan Nederlanders in Duitschland. die
aan dien steun behoefte hebben.
Mevr. BAKKER—NORT (V. D.) steunt
het amendement-Kupers, dat beoogt het sub
sidie aan den Nederl. Bond te herstellen
op f 5000.
De heer VAN DE BILT (R. K.) sl.uit zich
aan bU hetgeen de heer Kupers heeft ge
zegd ten gunste van de behandeling van
Nederlanders in Duitschland. De tegenstel
ling tusschen het subsidie aan de Vereeni
ging Nederland (de federatie van St. Jo
sephs vereen igingen in Duitschland) en dat
aan den Nederl. Bond was echter wel erg
scherp. De Vereeniging ..Nederland” met 2000
leden kreeg f 400. de Nederlandsche Bond
met 3100 leden f 5000; thans worden deze
bedragen resp f 700 en f 4700. Spreker had
gehoopt, dat de subsidie-verhoudlng nog wat
meer zou worden verbeterd, wyi toch het
doel voor een groot deel voor beide vereenl-
gingen gelük is. Spreker dient een amende
ment in om het subsidie voor de vereeniging
met f 800 te verhoogen en alzoo te brengen
op f 1500.—.
De heer WIJNKOOP (C.) bestrijdt het
amendement-Van de Bilt en ziet in deze sub
sidies een steunverleenlng alleen aan natio
nalistische en oonfessloneele actie.
Minister BEELAERTS erkent, dat de beide
vereenlglngen niet ten doel hebben materiee-
len steun te verstrekken. De eenige ratio is
inderdaad de bevordering van de gevoelens
van stamverwantschap. Overigens is de Ne
derlandsche Bond vry in zyn uitgaven.
Eenige bezuiniging daarop is zeer wel moge-
iyk. Vandaar sprekers voorstel.
De VOORZITTER verdaagt te
vergadering tot hedenmiddag.
verhouding met België besprekende,
acht spr. het in het algemeen niet wensche-
lyk, zich in het openbaar uit te laten over
aangelegenheden, die nog een punt van over
leg uitmaken.
De regeering
moeilijkheden voor
De aaiariskwestie
Ten slotte de salariskwestie. De bespre
king daarvan had ten doel, rust te brengen.
Mocht het georganiseerd overleg niet goed
werken, dan behoort daarin verbetering te
worden gebracht. Het is spr.'s wensch, tot
een vaste basis voor salarisherziening te
geraken; niet morgen aan den dag, maar
op den duur. Spr. hoopt, dat voor de onder-
wUzers, wier grief het is. dat zU van geor
ganiseerd overleg zyn uitgesloten, een be
vredigende regeling tot stand zal worden
gebracht. Spr. wenscht een periodiek
onderzoek naar het welvaartspeil. De re
geering zegt: Ik houd mU voortdurend met
de indexcUfers bezig, maar daardoor biyft
de toestand zwevend. Spr. wilde Juist rust
en wilde dus om een zeker aantal jaren
zoodanig onderzoek doen geschieden. Voorts
noemde spr. eenige concrete punten, waarin
naar verbetering kon worden gestreefd, oa.
den aftrek voor de pensioenpremie. In het
geen de regeering daaromtrent zegt, ligt
objectief wel iets waars, nl. dat dit oogen-
bllk niet het beste is, om daarin verbetering
te brengen. Maar de regeering staat hier
als werkgever tegenover haar werknemers,
en moet dus, als zU een maatregel billUk
acht, zich niet te veel door die overweging
laten lelden. Ook indien voor sommige
groepen de biliykheid een nadere regeling
vordert, dan kan deze niet achterwege biy-
ven, omdat er op dit oogenblllé niet is een
algemeene herziening.
De deur van het georganiseerd overleg
moet toch niet gesloten biyven tusschen de
eene algemeene herziening en de andere.
Verbetering moet toch mogeiyk blijken, ook
zonder algemeene verhooging.
op de positie der contractarbeiders.
Wat de motle-Van den Tempel betreft,
merkt spr. op, dat men zyn meening om
trent dergeiyke moties kent. Bovendien
gaat het hoofdpunt. nJ. de gedeeltelUke
vrijstelling van pensioenpremie, bulten het
bezoldigingsbesluit om. Om deze redenen
zal spr. zyn stem niet aan de motie geven.
De heer HEEMSKERK (AR.) wenscht,
dat de regeering den steun aan de suiker
bietencultuur zal beschouwen in het licht
van het werkloosheidsvraagstuk.
Wanneer wy zouden worden aangevallen,
dan zou dat zyn in het kader van een alge-
meenen oorlog en wanneer wy daartegen
ons niet te weer stelden, dan zouden wy
daarin betrokken worden aan de züde van
den aanrander,
schap wordt de
ning nauweiyks au serieux genomen,
heer Marchant heeft zich opgeworpen als
een soort advocaat van den heer Albania.
Men mocht de 8. D. A. P. niet belemmeren
in haar stryd, maar niemand belemmert
haar in haar politieken en verkiezings-
strUd. Ook hier niet In het parlement.
De regeering moet weten wat zy moet
doen als er revolutlonnair verzet komt. De
heer Marchant onderstelt dat de regeering
dat allang wist en gaf spr. daarmede in
principe volkomen geiyk. Spr. heeft ge
vraagd: als een land tegenover ons de
misdaad pleegt van ontketening van den
oorlog, zal de 8. D. A. P. dan de misdaad
plegen revolutie te maken? Dit komt im
mers steeds neer op bloedvergieten. Als de
8. D. A. P. aan de regdbrlng was, zou zy
dan zelf wenschen dat de regeering abdi
ceerde ten faveure van een gewelddadige
aanranding? Er dreigt dan meer oorlogs
gevaar dan ooit, erkennen de sociaal-demo-
craten zelf.
De Jociaal-democraten
hun houding grooter gevaar
in den oorlog betrokken wordt. En dit komt
voor hun verantwoording. (Instemming).
De heer LINGBEEK (H.GR.) betoogt,
dat de welvaartspolltlek, die dit kabinet
wil volgen, doortrokken is van roomschen
geest. Het is een verkapt coalltie-kablnet,
een onderhandelingstarief niet te doen wor
den een dogma zooals indertijd dat van pro
tectie of van vrijhandel. Doch al is de actieve
handelspolitiek niet de richting van de re
geling. toch ontbreekt het haar niet aan
activiteit ten opzichte van onze handelspo
litiek. i
BU de onderhandelingen met Scandinavië
is veel te pas gebracht, dat er niets mee te
maken heeft.
Niet in bewapening ligt het gevaar, doch
in het streven om den buurman In bewape
ning te overtreffen. Door gemeenschappeiyk
overleg kan de geestelijke ontwapening wor
den bereikt, zonder welke de materleele geen
succes zal hebben. De Volkenbond moge nog
niet zyn ideaal hebben bereikt, toen bedenke
hoeveel moeiiyker en ongunstiger de situatie
zou zyn indien de Volkenbond er niet ware.
De regeering zal alles doen wat tot bevor
dering van het werk van den Volkenbond
kan bijdragen.
De heer WIJNKOOP <C.) constateert, dat
wy nog altijd leven in een stadium van ge
heime diplomatie. De Scandinavische over
eenkomst is er een ter behartiging van de
belangengroepen van Deterdlng-Kreuger en
anderen, zegt spreker.
De heer BONGAERT8 (R. K.) dankte den
minister voor hetgeen hU gesproken heeft in
verband met de belangen van Zuld-Llmburg.
Inderdaad moet naar economische samen
werking met België worden gestreefd.
De heer KORTENHORST (R. K wil van
zijn denkbeelden dit zeggen, dat hy hoopt,
dat de minister in het gelyk zal worden ge
steld en hy. spreker, in het ongeiyk.
De heer KRIJGER (C. H.) meent, dat de
heer Bongaerts In zUn betoog heeft vergeten,
dat België verplicht zal zyn de poort voor
Maastricht te openen.
De heer VLIEGEN (8. D.) acht het ge
vaar niet denkbeeldig, dat Limburg de scha
de betaalt, die voor deze provincie kan voort
vloeien uit de overeenstemming in het zuid
westen van ons land.
BU art 8 zegt de heer VAN VOORST TOT
VOORST (R. K dat Keulen voor een con-
sulaat-generaal van meer beteekenls is dan
Düsseldorf.
Spr. zou den minister in
len geven den consul te K
8pr. beroept zich op den heer VAN GIJN,
die zelfs de overschotten wilde gebruiken
voor tydeiyke belastingverlaging en de
vraag stelde: waarom kunnen er Inplaats
Van opcenten nu niet eens „afcenten” ko
men?
In Internationaal gezel-
internationale ontwape-
De
De heer Albania
'mobilisatie
Spr. gaat thans over tot bespreking van
de verhouding der socialistische arbeidersbe
weging tegenover oorlog en oorlogsgevaar.
Hoe te verklaren, dat zoo veel ophef wordt
gemaakt over sprekers uitlating? Die uitla
ting was niet nieuw. Dat men er in 1930
voor het eerst van zou schrikken, is niet
aan te nemen. Ook wat spr. hier op 11
November zelde, was alles oud nieuws. Hoe
de 8.D-AR. denkt over mobilisatie was bekend
l April 1928. Maar de ophef, daarover
gemaakt, is te verklaren ten eerste uit
het besef dat het oorlogsgevaar toeneemt,
ten tweede uit den schrik over het petl-
tlonement tegen de vlootplannen.
Men heeft behoefte aan een tegenactie en
wil het volk schrik en afschuw Inboezemen
voor onze actie. Spr. verwyst naar de reso
lutie van het Congres van 1928. die duideiyk
genoeg is. De vormen en de middelen van
de te voeren actie zyn niet vooruit te bepa
len. Elke verklaring daaromtrent zou even
voorbarig als lichtzinnig zyn. „Gy zult er
ons niet toe dwingen aldus spr. een
nadere verklamg te geven. Wy verwerpen
de gewapende landsverdediging, omdat wU
die ook voor Nederland ónmogelijk achten’
In andere landen staan de sociaal-democra-
ten niet op dat standpunt. Maar voor een'
klein land als het onze is nationale defensie
nationale zelfmoord. Ook in het leger, ook
onder de officieren, wordt die meening ge
deeld. De heer Colyn beeft in 1922 hetzelfde
verklaard.
Oorlogen zUn in onzen tyd een actie van
het geheele volk. Die gezameniyke actie is
slechte mogeiyk als het geheele volk wordt
gedragen door de overtuiging, dat van die
actie iets kan warden verwacht; maar waar
die overtuiging ontbreekt, is een gewapende
landsverdediging onmogeiyk.
Spr. beantwoordt nu de beide vragen van
den minister-president. Spr. antwoordt: Uit
de uitspraken der party is bekend, dat zy de
gewapende landsverdediging verwerpt en een
zoogenaamde mobll laaie voor dat doel haar
goedkeuring niet kan hebben. De 8. D. A. P.
is met volle overtuiging bereid werkzaam te
zyn voor de verdediging en het behoud van
onze onafhankeiykheld; zy acht echter de
gewapende landsverdediging het zekerste
middel om Nederland zyn onafhankeiykheld
te doen verliezen. ZU beschouwt die gewa
pende landsverdediging als natlonalen zelf
moord. Op haar medewerking daartoe be
hoeft men dus niet te rekenen.
De /egeerlng beho^t zich te orlënteeren
naar de ontwapening.
Reeds worden dwangmaatregelen gevraagd
tegen onze beweging door de heeren Schok-
klng en Heemskerk. Kan men de socialisti
sche ambtenaren uitslulten van de volksge
meenschap? Probeer dat eens, dan zult gU
zien hoe het u mislukt. Werpt den hand
schoen maar eens toe aan de 8. D. A. P. en
het N. V. V. Er zUn sterkeren geweest dan
Minister Ruys de Beerenbrouck, die het be
proefd hebben. Bismarck deed het in 1878
met de Socialistenwet. Maar de soc.-demo
cratie Is de sterkste party In Duitschland
geworden.
Gy staat aldus spr. tegenover onze
beweging met haar diep en sterk gevoel
dwangmaatregelen te beramen. Maar daar
door roept gy de arbeidersklasse slechte op
voor een strijd, dien zy niet vreest, doch
dien zy zal wagen, met de zekerheid te zul
len overwinnen.
De heer KNOTTENBELT (VR.) acht het
gelukkig, dat de regeering zooveel bezwaren
heeft tegen een Industriebank.
Maatregelen tegen revolutlonnair verzet
bU mobilisatie worden geboden door elemen
taire beginselen van nationaal zelfbehoud.
Het moge waar zyn, dat het nemen van
maatregelen niet zoo eenvoudig is, dat ont
slaat de regeering niet van den plicht daar
toe, al behoeven dat niet zulke extréme
maatregelen te zyn als de heer Marchant
vragenderwijze aangaf.
De heer DE VISSER (C.PR.) constateert,
dat al zyn uitlatingen omtrent het kapite
in elk geval heeft de wetgever thans me
dezeggenschap over de saldi. De minister
mag dus niet zeggen: de saldi mogen alleen
gebruikt worden voor schulddelging, voor
dekking vati buitengewone uitgaven.
De heer KERSTEN (8. G. P.) constateert,
dat <te anti-revolutlonnalre woordvoerders op
zyn vragen of de anti-revolutlonnalre party
staat op het standpunt der aloude gerefor
meerde geloofsbelijdenis en of naar antl-re-
volutlonnair Inzicht de overheid moet staan
op den grondslag der algémeene zedenwet
inplaate van op den grondslag der Tien Ge
boden, het stilzwUgen -hebben bewaard.
Voor salarisverhooglng der ambtenaren en
onderwyzers te hei nu zoo betoogt zpr.
verder de tyd niet, nu duizenden nUveren
en arbeiders achteruit gaan. Spr. zal zUn
stem aan de motie-^ngbeek niet onthouden,
doch hU zal tegen de motle-Van den Tem
pel stemmen
Spr. bepleit voorts steun aan de suikerbie
tenteelt. De sociale lasten op den landbouw
dienen verlicht, x
De heer SCHOKKING (C. H.) repliceert.
Na den heer Kersten te hebben bestreden,
vraagt spr, of er niet evenveel re^en te om
een directeur-generaal van den landbouw
te benoemen als voor een directeur-generaal
van handel en nyverheid,
Spr. vraagt vervolgens sterke verlaging
der spoorwegtarieven. Wat de moties-Van
den Tempel en Llngbeek betreft, deze raken
onderwerpen, waarover spr. het op dit oogen-
blik nutteloos acht met de regeering van ge
dachten te wisselen.
Spr. te er ten slotte van overtuigd, dat
als de ure des gevaars zou aanbreken, de
heeren Albarda en Marchant de eersten zou
den zyn om naar de grens te snellen.
De heer BIEREMA (Ub.) repliceert. Met
groote waardeering heeft spr. van den mi
nister van Financiën vernomen, dat hU be
wust geen tekorten wil aanvaarden en dat in
het algemeen gewone uitgaven door gewone
middelen moeten worden gedekt. Wat de
motle-Van den Tempel betreft, is er sinds
1.10 de
In een der groote hotels van New York
zat Al Capone in een luie-stoel op zijn
kamer.
Opeens komt een man zonder te kloppen
de kamer in. Hij is een echte gentleman,
tenminste wat zijn uiterlijk betreft. Zonder
een woord te zeggen slentert hij de kamer
door tot aan de tafel, die in een hoek staat,
neemt daar een sigaret van af, steekt deze
aan en laat zich in een anderen luie-stoel
tegenover Al Capone, neervallen. Het is
Jack Diamond.
„Wat is er van je dienst, Jack
„Ik heb een aardig zaakje. Zoo’n milhoen,
weet je. Het is eigenlijk niet de moeite
waard om er zoo’n poeha van te maken,
maar dat gebeurt dan ook niet.
Ik heb enkel hulp noodig.”
„En wat is dan mijn deel 1”
„Nou ik zou zoo zeggen
het eerlijk samen deelen.
Al Capone stak een nieuwe sigaret op.
Een kleine stilte volgde. Jack, bang, dat het
hem niet zou gelukken, trok stevig aan
zijn sigaret, zoodat de kamer al gauw blauw
zag. Dan begon hij weer
„Kijk, ik heb een blanco cheque van
Rockefeller weten te bemachtigen. Op welke
wijze, dat doet er eigenlijk niet toe. Hij
heeft die reeds geteekend. Aan ons blijft
dus nog slechts over, om het bedrag in te
vullen, hetgeen ik trouwens reeds gedaan
heb.**
Capone liet een gebrom van instemming
hoeren.
„Maar waarom had je mij dan noodig,
Jack Ik zou zoq zeggen je knapt het
zaakje zelf op, en al het geld is van jou.”
„Op de bank kennen ze mij te best, zie je.
Jij kunt dat beter doen. Trouwens, jij bent
in die zaken veel gewiekster."
Capone gaf vóór zeer vereerd te zijn.
„Laten we zóó afspreken. Al, ik kom
je morgen met een taxi halen. We rijden
naar de bank. Jij int het geld, en we rekenen
dan later wel af. Is dat goed 1"
„Nou kijk eens, ik heb op het oogenblik
eigenlijk geen geld noodig, maar omdat jij
het bent, zal ik het doen."
„Dat is dus afgesproken. Tot morgen
dan.”
„Bonjour, Jack.”
„Bonjour."
Jack ging heen. Al Capone lachte in zijn
vuistje, nam nog eenige whisky soda’s en
ging vervolgens gerust slapen. Hij had reeds
lang een plan gemaakt. Één millioen meer,
dat kon nooit kwaad.
*s Morgens kwam Jack met de taxi voor.
Al Capone stapte ip. Niemand sprak een
woord. Al keek strak voor zich, terwijl
Jack, naast hem gezeten, hem wel eens van
ter zijde aankeek en van tijd tot tijd den
chauffeur, door het spiegeltje, dat schuin
boven het stuur hing, een knipoogje toe
wierp.
Knarsend stopte de auto voor het bank
gebouw. Vlug stapte Capone er uit, liep
met echten zakentred de breede steenen
trap op en verdween in het gebouw. Na eeni-
gen tijd kwam hij terug met een portefeuille
die hij reeds eerder van Jack ontvangen
had, onder den arm.
Aan den auto stonden echter twee detec
tives, die hem hun penning onder den neus
duwden en hem uitnoodigden maar gauw
de portefeuille af te geven en in den aute
plaats te nemen. Begeleid door de beide
detectives, werden de beide misdadigers naar
et did tstbijzijnde politiebureau gebracht,
waarbij Jack een glimlach nauwelijks kon
irengen.
Capone had alles doorzien. Het ver
wonderde hem niet eens, dat men hem
alleen liet.
Na eenige minuten ging hij dan ook
het politiebureau uit met een glimlach op
zijn gezicht, riep een taxi aan en liet zich
naar zijn hotel brengen, pakte aldaar zijn
koffers en ging met den eersten trein naar
Florida. Daar aangekomen, trok hij eerst
de portefeuille uit zijn zak en telde ver
genoegd de millioen dollars.
Op hetzelfde oogenblik keken Jack
Diamond en zijn medehelpers, de chauffeur
en de pseudo-detectives, de afgenomen
portefeuille na, maar constateerden, dat de
bankbiljetten, die daarin zaten, valsch waren.
je dienst. Jack T"
weet je. Het is eigenlijk niet