ALS DE GOEDE SINT KOMT
Joh
LANSEN
H. PRINZ
^icolaas-
Cadeau
bW-
een J
TIMMER’S
S. SCHILDER - Hekelstr. 28 - Alkmaar
raiuiiiiiiuuiuinimiimminmiiüuuina
Drukkerij
fl. PRINZ
BLAUW EN
MANCHESTER
WERKGOED
„Ons BlaJ
3
DE ZEPPELIN III IN ONS LAND
ONZE ETALAGES
G. J. SPECKEN Heerhugowaard-Zuld
ST. NICOLAAS IN AANTOCHT
een
Origineele
Houtsneden
GROOTE KEUZE
Specialiteit in Prijscouranten
St. Nicolaas-Cadeaux
kunt U niet beter kiezen dan
uit onze pracht-coUectle
iiiiiiniiiminimniimiiiiiiiiiiiuini™
Voor ST. NICOLAAS
practisch Cadeau
PETTEN
BARETS
SOKKEN
BRETELS
ZELFBINDERS
SOKHOUDERS
ALPINO'S
DOTERBANKET
munt uit door smaak
en kwaliteit. Neemt
proef, 25 et per ons
RITSEVOORT 24 - TELEFOON 252
BANKETBAKKERIJ
Uw
i e1S
L» 0 o C
DOOR H. B
V
0^-
LAAT 150, TEL 810
een
ALKMAAR
HOF 6
Al
DIJK 21 - Tel. 331 - ALKMAAR
Bij JAC. PLAS, Ridderstr.
hoek Oudegracht,
koopt U PENDULES met
Gongslag vanaf 12.
Prachtsorteering moderne Klokken en
Pendules, alles onder garantie.
1
I
Dijk 21 - Tel. 331
Heeft de Grootste Sorteering en
de beste kwaliteiten op het
gebied van
l'oor
J.
HEKELSTRAAT Z3
MACH. BRflERU
„DE NIJVERHEID”
LAAT 134 - W. SCHIPPER
LEVERT NETJES,
VLUG EN BILLIJK
beleefd aanbbvblbhd
L VAassa’
5\
Zwarte en Bruine
Leeren Jassen
kii
l BOKS"
o.
Sr.
Ho Pe°’XS“*?
▼oor St. NICOLAAS
Pttyptoéra
bo-k^*”
.^ustree^
«oek
vind»
schre'®*
Onze collectie Sigaren is gewoonweg schit
terend en overtreft alles op dit gebied
1
Nlcohas
u Is
op.
:ht is ziek, 'n
strooi-avonden. Heel vroeg had
i
Qp
‘*PÜ-
X:
tü'>aan
a
■i»
hier ook iets
typiste vragen
Al sU» het ook slechte tijden.
En kan het niet veel lilden.
Toch riet men graag een bljj gezien.
Daarom Uw schreden naar SPECKEN gericht.
De voorraad Is daar groot, de prijzen zeer laag.
En als U *t niet wist: Wij zien U zoo graag.
W(j hebben geschenken voor Dames en Heeren.
Maar ook zeer veel, wat kinderen begeeren.
Ook zij mogen gratis komen kijken
En is er iets wat bun -on lijken.
Denkt dan, ouders, en het adres goed bfcwcard.
*t Is, ab altijd, bij SPECKEN in de WAARD.
n haar hand,
eer gebedeld
net jon je meisje
't Be jon altijd
i eindigde met
ld F’
k maar met z’n
bf acht klein
Verder een zeldzame keus Souvenirs, In
Goud, Zilver en Diamant.
KOMT U EENS KIJKEN?
PETTEN met oorkleppen
G. VERSPAANDONK
ALKMAAR.
1
drijven, dat ze hem wezenlijk 'n surprise
bezorgde Plotseling kneep hem de angst,
dat ze hem belachelijk zou maken met wie
weet welke dolle mop. Hij besefte, dat 't
hem pijn zou doenWaarom Kon
hij niet tegen scherts Hij was toch óók
nog jong Hemel ja, hij had 't in lang niet
meer zoo gevoeld als vandaag....
Maar 't was iets anders, dat hem, bij "t
ontleden van zijn verbolgen gevoelens, in
verwarring bracht. Stond 't zóó Hinderde
hem d A Ar om zoo de luchthartigheid van het
jonge meisje, omdat hij haar, juist hAAr, zoo
gaarne an Iers wenschte
Frans Roosendaal kwam rot de ontdek
king, dat hij onwillekeurig voor *n goud-
smMswinkel was blijven staan en naar het
schitterend moois in de vitrine keek sier-
Jjke armbinden, fij^e halskettingen, lieve
ringetjes, flonkerend in het felle licht der
'n ruk en
Correspondentlekaarten. Ondertrouw circulaires
Briefhoofden. Gelegenheids couverts, Handels-
enveloppen Bidorenties I abels leboortekaarten
Rouwkaarten Pouwctrculaires.
Reclamekaarten,
enz. enz.
Daarvoor zjjr wij PRACHTIG GESORTEERD ia
CHOCOLADE en SUIKERWERKEN FIJNE CHOCO*
LADELETTERS van RINGERS, en AARDIGE VERRAS
SINGEN - OVERHEERLIJKE BANKETLETTERS.
ZUIVERE HONING TAAI-TAAI - PRIMA SPECULAAS -
DAGELIJKS VERSCHE STOOIMOPPEN.
Alles wordt U thuis bezorgd.
Beleefd aanbevelend
lende papieren, wikkelde. Zelfs de droge
kassigr had met *n gewichtig ui terlijk kitten
confereeren met 'n klerk over de vraag, hoe
je je vrouw.'die „al van alles hAd'*, 'n aardige
verrassing kon bezorgen. De wereld scheen
mal geworden en te droomen van „wie den
koek krijgt, wie de gard
„Meneer dóét zeker niet aan Sinterklaas,"
had de oude boekhouder gezegd, op zóó’n
meewarigen toon, dat Roosendaal zich nijdig
had omgekeerd.
Maar op z'n booze bui was 'n neerslach
tige stemming gevolgd. Nu iedereen bezig
Scheen met de vraag, hoe men elkander 'n
genoegen kon doen, nu voelde hij eerst goed,
^Xoe alleen hij op de wereld stond. Zelfs
■Hit zijn eerste jeugd had hij geen opwekkende
herinnering aan de heerlijkheden van sur
prise- en lw. - -
Adyertentien.
De Meier, zoek er dan een uit, die 't minder
druk heeft dan ik.”
..Met deze dagen heeft iedereen *t druk.
Misschien u alleen wat minder dan anderen,
omdat uopeens stonden haar oogen
heel ernstig „omdat u zoo aUéén is. Een
zame menschen gelóóven niet in den goeien
Sinten dat is hard. Mag 'k u 'n voorstel
doen?” vervolgde ze opgewekt. „Ja?....
Kijk ’ns. Misschien krijgt u met Sint Nico
laas geen enkele surprise, en dat hindert me
bepaald. Daarom spreken we dit af: u
bezorgt er mij een en ik u. Want, weet u, ik
zal óók niet veel krijgen en 'k vind 't juist
zoo heerlijk, als er 'n pakje komt. Goed
Da’s lief van u
Had hij „ja” gezegd of met 't hoofd ge
knikt hij wist 't zelf niet. Alleen stond
hij haar nu, innerlijk en uiterlijk beschaamd,
na te kijken, toen zij de gang doortrippelde,
lenig en vrij.
Ontstemd kwam hij op z’n kamer. Nu
meende dat coquette nest natuurlijk, dat
hij voor haar onbeschaamd-lievè maniertjes
gezwicht was. Nog liever
Sinterklaas.... surprises...-. wat gek
heid 't Ontbrak er nog maar aan, dat ze
hem gevraagd had, met ’n gehuurd pakje en
'n witten baard, weldoener te gaan spelen in
haar klas
Hij nam 'n zwaar boek uit de kast en ver
diepte zich in de lectuur. Maar hij 'werd er
in gestoord door bekende tonen van de
piano in de achterkamer
Sinterklaas kapoentje.
Leg wat in mijn schoentje.
Kwaad sloeg hij het boek dicht. Maar dan
schoot hij in 'n lach, 't Was dwaas, zich boos
te maken over de dolle uithalen van dat
speelzieke kind. En 'n góéd kind is ze toch,
had mevrouw gezegd.
Aan die gedachte gaf hij zich enkele mi
nuten met innerlijk welbehagen over. Maar
toen begon 't weer in hem te morren ,,’n
Lachebekje is ze, niets méér I”
er toch even aanloopen. Hij was wel niet
handig in die dingen, maar enfin, als ie d'r
eenmaal was, kwam 't wel terecht.
Toen de torenklok kwartier over zes sloeg,
liep Roosendaal door de verlichte avond
straten. Er was nu al drukte van kooplustige
menschen, met verheugde gezichten, hun
armen vol pakjes. In 'n auto reed 'n confectie-
Sinterklaas voorbij, toegejuicht door de
kinderen op 't trottoir.
't Hinderde hem niet meer nu. Iets van
die algeir.eene verwachting en drift tot goed
heid begon ook in hém te werken. En nu
dacht hij aan Suze de Meier. Wat zou die in
haar schild voeren Zou ze de grap zoo ver
AI«*AS r
->Un*
t Ge»*
hij zijn ouders verloren en was opgegroeid
in 'n jongensweeshuis en geworden tot 'n
eenzelvig mensch, die buiten het leed en de
vreugde van anderen stond. Hard had hij
gewerkt om de leege plekken in zijn leven
te vullen en met zijn dertig jaren had hij 'n
positie bereikt, ’n mooien vertrouwenspost
op het groote handels kantoor, waarom velen
hgm benijdden. En hij was niet ontevreden
in zijn bestaan, waarvan hij de eentonigheid
niet voelde.
Tot *t opeens veranderde. De schok in
zijn evenwichtig leven was gekomen door ’n
jong wezen, 'n donker-oogig meisje, dat op
eenmaal in het stille pension, waar Roosen
daal de mooiste kamers bewoonde, leven
had gebracht.
„Ik hoop, dat *t meneer met hinderr,”
had de eigenaresse, mevrouw Breuk, met 'n
stem vol angstige bezorgdheid gevraagd,
toen de oude piano in de conversatie-kamer
weer eens gestemd werd en vroolijke mar-
schen, afgewisseld door kinderliederen en
sentimenteele wijsjes, door het h lis klonken.
Roosendaal haalde de schouders op. Dat
jonge ding, dat lachebekje, zou hier niet lang
blijven, die zou wel gauw naar vroolijker
omgeving verlangen.
Maar, tot zijn groote verwondering, ze
bleef. Haar aanstekelijke lach klonk dagelijks
de gang over en zelfs de oude mevrouw Breuls
glimlachte weer met haar tanig gezich^.
wat ze in jaren niet gedaan had.
Maar Frans Roosendaal lachte niet mee.
De luchthartigheid van het jonge meisje
hinderde* hem al had ze mooie oogen en
een regelmatig, blank gezichtje. Ze was onder
wijzeres, maar wat moest 't voor een paeda-
goge zijn, die nooit haar ernst en kalmte kon
bewaren, die altijd op grappen scheen te
zinnen en *t leven aanzag voor 'n kermis of
vastenavondpret
Zij was hem op haar ongedwongen, vrien
delijke wijze tegemoet gekomen, maar hij
beschouwde haar optreden als 'n coquette
poging om hem in den strik van haar jeug
dige bekoorlijkheid te vangen. DAAr had
ie al meer ervaring van opgedaan
„En toch is ze 'n goed kind hield de
pensionhoudster koppig vol, toen Roosendaal
zich ontvallen liet, dat hij die overdreven
vroolijkheid niet kon uitstaan.
Vanaf 't moment, dat de oude dame dit
met innige overtuiging had gezegd, was er
iets tn Frans Roosendaal veranderd. Niet,
dat hij Suze de Meier nu meer waardeering
ging toonen misschien liet hij nog meer
dan vroeger blijken, dat hij van haar grappen
en haar eeuwigen lach niet gediend was.
Maar hij lette meer op haar dan vroeger.
En hij begon 't jammer te vinden, dit zij
zoo was. Want uitbundige vroolijkheid
en 'n degelijk karakter gingen niet samen.
dAAr was hij innig van overtuigd. Telkens
als hij haar lachschater hoorde, gleed er 'n
pijnlijke trek om zijn mond, als bij 'n muziek
kenner, die 'n valschen klank opvangt.
Toen hij van kantoor thuiskwam, ont
moette hij haat op de gang.
„Meneer Roosendaal F' galmde haar stem
al van ver.
„Ja vroeg hij stroef.
„Gelóóft u nog in Sint Nicolaas
Hij was gebelgd. „Als u lust hebt, om ie
mand voor den mal te houden, juffrouw
V. d. SANDE
Motorkappen en Petten, Mo-
tor-Handschoenen. Stofbril
len, Rijlaarzen. Rijbroeken,
Sportkousen, Dames- en
Heeren Nappa Handschoe
nen, met en zonder bont.
Wollen Heeren-Handschoe-
nen, enz., enz. Ziet de etalage
Beleefd aanbevelend.
openging, zag hij een tooneel, dat een glim
lach om zijn mond en in zijn oogen bracht.
De drie oudste kinderen zaten aan tafel,
bezig met 'n boek of knutselwerk. Vier
anderen de jongste sliep in de wieg
hurkten op den grond in allerlei houdingen,
rond 'n slanke meisjesgestalte, die op haar
knieën zat en met baar spitse, lenige vingers
van bonte houten Hokjes ’n hoogen toren
bouwde. Ze deed ’t met veel toewijding,
aangevuurd door 't kin jertroepje, dat zij
intusschen aardig onder haar gezag hield.
„O, moe, ’t wordt reuzefijn galmde een
der kinderstemmetjes naar de deur.
Het jongemeisje keek glimlachend op,
maar toen zij achter haar zuster de hooge
gestalte van Frans Rooserfdaal zag, bloosde
ze sterk en met haar gebaar'van verrassing
stiet ze het kunstig opgetrokken bouwwerk
om.
„Hè, wat zonde 1” klonk ’t in koor.
,.’t Is mijn schuld," zei Roosendaal, die
zich op eenmaal thuis voelde tusschen dien
kinderdrom. „Mag ik u helpen, juffrouw de
Meier, die ruïne weer te herstellen
„Is nie juffrouw Meier, is ónze tante Suus,”
zei trotsch en nadrukkelijk *n rossig krullen-
kopja.
,,’t Is ’n voorrecht zoó’n tante te hebben,”
knikte Frans, terwijl hij bij den blokken-
rommel neerknielde en heel voorzichtig
een niauw bouwplan begon. Suze was haar
verrassing al weer te boven en keek glim
lachend naar haar zuster op, die nadenkend
toezag.
„Meneer Roosendaal,” zei het jonge-
meisje, toen na enkele mislukkingen een
modern gebouw vervaardigd was, „ik denk
dat mevrouw Breuls op ons wacht met 't
eten
,.'t Is waar ook,” zei de jongeman spijtig
en hij stond, stijf van het knielen, cp. „Wel,
kinderen, krijgt oom Frans van jullie alle
maal ’n handje F’
’t Was een heel andere man, die naast de
onderwijzeres de straat over naar huis wan
delde. Hij vond geen woorden, alleen, toen
ze dicht bij den goudsmidswinkel waren,
keek hij haar aan met schitterende oogen en
zei zacht
„Tante Suus I”
Zij had nog niet gelachen onderweg, iets
ernstigs en droomerigs lag over haar blank
gezichtje. Nu kwam er *n glimlach en 'a
stem, die even trilde
„Oom Frans
Toen wist hij genoeg.
Op Sint-Nicolaasavond voldeden ze aan
de afspraak. Frans Roosendaal diept: uit een
berg van papier een lachend meisjesportret
in ovalen zilveren lijst op en Suze de Meier
haalde uit een met watten gevuld doosje
een fijn gouden ringetje. Daarbij was het
eerste vers, dat Frans Roosendaal itr aijn
dertigjarig leven gemaakt had. En Suze Bad
nooit een vers mooier gevonden.
liep haastig 'n zijstraat in, waar de woning
van Willems, den magazijnknecht, lag.
Juffrouw Willems, 'n tenger vrouwtje,
dat er heelemaal niet uitzag aL 'n moeder
van „zeven of acht kleine springers”, maakte
open en liet hem eerst in het voorkamertje.
Ze was dankbaar dat hij kwam, voelde 't
als 'n eer.
„Koos maakt't vandaag al weer wat beter,”
vertelde ze en dan met 'n zucht „ais ie
maar ’n behoorlijken tijd krijgt om op z'n
verhaal te komen. Hij is niet sterk op de
borst en 't werk is nogal zwaar. Zou u niet
'n goed woordje voor hem bij de firmanten
willen doen Hij i - Zoo bang dat ze hem
later niet meer terug zullen nemen.”
't Trof Roosendaal, dat 't eenvoudige
vrouwtje zulke beschaafde manieren en
nette uitspraak bezat. Er was nog iets anders
in haar zorgelijk gezicht, dat hem bekend
voorkwam. Deden dat die donkere, sprekende
oogen onder de mooi geteekende wenk
brauwen
Opeens, midden onder hun gesprek, dat
juffrouw Willems hoopvol stemde, keek hij
geïnteresseerd op. In de kamer daarnaast,
waar hij al enkele malen 't gestommel had
gehoord van 'n troepje kinderen, dat met
moeite zich in bedwang hield, omdat er
„visite” was, klonk eensklaps *n lach op,
'n voile, warme toon, dien hij terstond her
kende.
Juffrouw Willems glimlachte even.
„Dat is m'n zuster. Als 'k die niet had1?
Ze heeft ’t beter dan wij, ze is bij ’t onderwijs
en daar goed in tel. Maar heelemaal met
nuffig hoor. Als ze maar uurtje tijd vindt,
is ze hier om me te helpen, en wat ze missen
kan ze moet ook mee voor onze ouders
zorgen stopt ze ons toe. Ja, *t is ’n goed
kind I”
Was ’t wat kil in 't onverwarmde kamertje?
Roosendaal rilde even, zooals 'n korte, innige
ontroering iemand soms huiveren doet.
Toen begon hij te vragen, naar hij meende
heel tactisch, ongedwongen. Hij bemerkte
het eigenaardige schitteren in de oogen van
het vrouwtje niet, toen zij het karakter
van haar zuster schetste met *n mededeel
zaamheid, die haar anders vreemd was.
’t Scheen wel, tfat ze met opzet den verkeer
den indruk wilde wegwerken, dien de jonge
man van het meisje met haar vroolijken lach
gekregen had. Alsof ze niet alleen haar zuster,
maar ook dezen stroeven, verlegen man
doorzag
„En nu wilt u zeker den zieke wel eens
zien vroeg de vrouw. „Hij zal ’t wel aardig
van u vinden.”
Roosendaal bleef niet lang in de slaapkamer
waar Willems op z’n bed lag met moe gezicht
en dof starende oogen. Lang genoeg toch,
om den zieke op te beuren door 'n hartelijk
woord, *n stevigen handdruk en de stille
belofte van daadwerkelijke hulp.
,,’k Zal zorgen, dat Sinterklaas hier niet
zoomaar voorbijgaat,” zei hij vriendelijk.
„Op ’t kantoor word je niet vergeten, Wil
lem-:."
In de matte oogen van den zieke gloeide
nu warmer licht.
Toen hij met de vrouw weer op de gang
-tond, wachtte zij even, of hij noj i.ti ’eggen
zou. En Frans Roosendaal vond er den moed
toe.
„Een van de typisten vertelde me, dat u
zeven of acht van die kleine springers heeft.
ik zou uw troepje wel eens graag zien...."
Hij had nooit bijzonder veel belang in
kinderen gestald, maar dat zou hij op dit
oogenblik zelf niet geloofd hebben. Met on
rustig kloppend hart volgde hij juffrouw
Willems naar de achterkamer Toen de deur
„Meneer Roosendaal, als
voor voelt kwam de blondl
aan zijn schrijfbureau. J
Hij keek naar het papiïr
„Voor wie wordt er ni wl
Zijn norsche toon schrikte I
niet af. Zij kende hem well
met 'n onvriendelijkheid ei
’n ruime gift.
Willems, de magazijnkni
Treurig gevaL i
„Hij krijgt toch uitbetaaj
.Ja, driekwart van z’n loo:
groote huishouden zeven
springers komt ie al doorlopend te kort
^en nu heeft ie«natuurljk no^ meer noodig
dan anders. Over 'n paar dagen is 't Sinter
klaas en u begrijpt, nou de zaken zóó staan,
is er geen sprake van, dat de stumperds
z’n kinderen bedoel ik iets krijgen. Ep
nu hebben wij, die 'm wat beter kennkn,
omdat ie geregeld op onze afdeeling komt 6-
en ’t is zoo'n aardige,*beleefJe man onder
elkaar gezegd we moeten ze wat geven.
Zet u ér maar ’n riks op, meneer, *t is goed
besteed."
..Maar ik dól niet aan Sinterklaas!"
„Och wat, en u is nog wel Rootnsch.”
„Oók 'n argument„Nou, vooruit dan
maar.” En Roosendaal krabbelde wrevelig
op de lij at N. N. ƒ5.
„Prachtig, meneer, dank u wel
De bedelares was al weer weg met haar
lijst.
Willems ziek*t was wgar ook. Zou
zoo’n arine drommel nu niet van alles te
kort komen? Straks, na *t sl alten, wou ie J vele, kleine lampjes. Hij gaf zich
Hoe atout moet deze jonden wel ^e-
weest zijn. Zwarte Piet kijkt tenminste
erA kwaad en stopt hem in den zak
A AS
SVNT N1COIAA
^feln
Speciaalzaak in alle soorten
WOL - KOUSEN - SOKKEN
Bébé-Artlkelen - Doosjes Zakdoeken -
Zeepen Spatees - Pullovers - Vesten
Frans Roosendaal trok de deur van het
kantoor achter zich dicht, keek nog eens de
gang door, of nergens licht was blijven bran
den, knipte dan de-laatste lamp in de hal uit,
sloot rustig de voordeur af en ging met zijn
afgemeten pas de straat op.
De winkelpuien stonden met fel-lichte
ramui en kleurige uitstallingen te pronken
langs de kanten, rij aan rij. Ze trokken ver
leidelijke gezichten tegen de voorbijgangers,
knipoogden tegen de dames en lachten lief,
om Jong en oud binnen te lokken. Voor de
etalages, waar bijzonder veel werk van ge
maakt was, groepten menschen bi’jeen
begeerige jonge oog:n staarden naar al het
moois en bedachtzaam gestrekte vingers
wezen naar de pr.jzen kaartjes. In 'n speel
goedwinkel stond ’n klein opgezet paardje,
waarop ’n dwergachtige bisschopsfiguur
Zich met moeite in evenwicht hi:ld, gesteund
door ’n patlood-zwarten nikker met 'n goe
dige grijns om de vermiljoen-roode ’ippen.
Ki ideren uit de achterbuurt kwamen
rumoerig om 'n straathoek, los en vrij in hun
slordige, stukkende kleeren, met opgewonden
gloeiende gezichten en schitterende oogen,
;K zingend van de stoomboot, die daarginds
uit Spanje weer aankwam.
Frans Roosendaal hield niet van het Sint
Nicolaasfeest. Hij kon niet meegaan met de
lichte vroolijkheid, waarmee de anderen
de gestalte van den kindervriend ieder jaar
omringden hij begreep die sfeer van angstig-
blijde verwachting niet, waarin de meeste
menschen nu leefden en die hen tot allerlei
dwaze uitingen verleidde.
Hij had er den grijzen boekhouder op
betrapt, dat ie stiekum 'n Sinterklaasrijmpje
zat te knutselen en ’t was hem óók niet ont
gaan, dat de blonde typiste in den hoek *n
nietig klein doosje in ’n twintigtal verschil-
trok aller aandacht, doch nog meer aandacht verifenen
anaf de LAAGSTE prtfzen tot de FIJNSTE kwaliteiten.