m" i 2 o NIKKIE HET NEGERJONGETJE LUG|D VAN ALLES WAT o o o o o o o o o o o o o o o o o o HET SPROOKJE VAN DEN SCHOENMAKER, KEURIG. EN NET EEN BRIEF VAN HENK o Q»t a j. o i Door A. d. EYDEN Een ijveriè ventje! I r 0 0 ‘M O> 2^1 -irragfcl tel De B.L.N.S. 0 IOiOiOiOiaioioioioioioioioioioio«oioioioioioioioioioioioioioioionoioioioioioionoioioio»oioioioioioio«oioioioicji 0 0 0 ^IQIQIQIO|OIOgO|OIOIOIOIOIOIOIOiOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOIOtOIOIOIOIOIOIOIOIOIOI080IOIOIOBOROIÓIOIOIOIQ4 o 0. „Juist Nlkkie, Ik ben blU. dat het tra ir at ir i- Keurig en Net weer in de werkplaats a r. R. K. te ft o. ANNIE. h WAS DAT EERLIJK VERDEELD? ft ir BC KADI n ft u 1. L L I B i V.hfc L> RO FRANKFORT. •en deftige dame trad binnen 1 4» toe. L i. OVERNEMING UIT DEZE RUBRIEK ZONDER TOESTEMMING VERBODEN Daar staat voor de schooldeur een ventje, HU luistert aandachtig en stil, Alsof hU van t geen er geleerd wordt Geen woordje toch missen wüf HU hoort hoe de kinderen lezen, Of luisteren als meester leest voor. Ook hoort hU ze vaak even lachen Of singen de knapen in koor! O! hU Bint 100 t™M ook naar binnen, Naar school, hè, dat lükt hem zoo fijn. Wat zal hU »"n best doen die jongen HU wilde de eerste steeds zUnl Geduld nog een jaartje m*n jongen. Dan mag jU naar school ook toe gaan. Dan hoef je niet meer, kleine rakker. Daar steeds voor de schooldeur te staan! Wat zal JU «en bolleboos worden.... Waren allen aoo Ijverig als JU, Dan bleef er geen kind ooit meer Bitten, Wat waren de meesters dAn blUl L 1 S. 0. D gezellen gevraagd bij der son!" onda man toen Opeens stond de sterke man naast hen. die Mangelemot vanmorgen aoo opeens had opgetild. ..Dat la een leuk spelletje," ael de sterke Australiër. „Ben je ooms bang voor dien zebra»" „Welneen," sei Mangelemot. die van zUn leven al aoovgel had meegemaakt. „Dacht je soms, dat ik geen zebra aou durven berijden? Breng dat beestje maar eens hier.” jullie Henk. A. I» o s o 1 ooit geleefd beeft. Op een van de avon den. die door de dierenbescherming ge organiseerd warep, ben ik ook geweest en heb er nog heel wat geleerd. Hoe kunnen de menschen toch zoo wreed zijn tegenover de dieren. En kwam dat maar alleen voort uit onwetendheid. dan was het nog zoo erg niet. Maar heel vaak la het jagen naar winst, dat de menschen beweegt de dieren te kwellen. Nu Is het allesbehalve prettig al die mishandelin gen te hooren. maar je moet er toch iets van weten, wil je er tegen In kunnen gaan. Zoo hoorde ik onder anderen, hoe er boeren zijn, die de horens van koeien af- vUlen cm niet te laten zien, hoe oud ze Schoenmaker Anderson was In het stadje Berghofen bekend om de groote nauwkeurigheid, waarmede hU zUn klan ten bediende. Toen Anderson het zóó druk kreeg dat hU naar hulp moest om zien, liet hU den oudm s adsomroeper door bet plaatsje en de naaste omgeving rondtrekken. Aldoor riep deze zoo luide mogelUk: „Twee jonge gezellen gevraagd bU schoenmaker Anderson I Twee jonge schoenmaker An- zoo’n schijntje te werken.” riep de oud ste gesel, „maar als u onze namen weten wil. welnu: wij zUn Slordig en Slecht" „Slordig en Slecht! Lieve help, t Is verschrikkelijk, t Is verschrlkkelUk f Ver laat aoo gauw mogelljk mijn werkplaats! Vooruit!” riep de schoenmaker. „Vooruit! Ach! had ik nu Keurig en Net maar terug. Ja, wat ben ik dom geweest die te laten gaan! Nu zijn Keurig. Net en al mUn klanten weg! Wat *n verlies!" De bazin kreeg het op haar zenuwen. Drie dagen bleef de winkel gesloten. De Andersons moesten eerst op him verhaal komen. Toen liet Anderson wéér omroepen voor twee gezellen en tot zijn groote vreugde Beste allemaal! Jullie zult wel denken: hoe komt het, dat we daar aoo opeens een brief van Henk krijgen. De voornaamste reden is, dat Ik Jullie herinneren wil aan den Dierendag op 4 Octooer. Er wordt hier in de stad door de afdeellng van de Neder- De sterke man deed wat Mangelemot van hem verlangde, maar Intusschen lachte hij in zUn vuistje. „Daar sullen we nog grappen van beleven." fluisterde hU meneer Hendriks toe. Maar Mangelemot sprong in het zadel. zich vóór en tn de woning van Anderson. Om beurten werden allen te woord ge staan, de keus was moeilijk, zéér moeilijk zelfs. De een vond het loon te gering, *n ander den werktijd te lang, en zoo ging be: maar door. De vrouw van den baas wist t ook niet! Kllngellng! Daar ging de bel en twee maatjes stapten binnen. Ze namen heel beleefd hun petten af en maakten voor vrouw Andereon diepe buigingen. AJs we ons niet vergissen, bent u schoenmaker Andereon. die twee gezellen zoekt." zei de een vriéndelijk. .Jullie vergissen je niet; ik ben Ander son de schoenmaker,” lachte de baas. „MUn naam la Keurig en ik ben 17 jaar," sprak de oudste. "En ik ben 18 Jaar en men noemt mij Net." „Wel, wel.... kom.... ah aoo....!” ael de bazin, dat is dik in orde, want dan is 1 altijd Keurig en' Net. Wanneer het loon en de werktijd jullie aanstaan, nu dan komen jullie maar zoo gauw mogelijk.” Anderson knikte. Den volgenden dag reeds za‘en Keurig en Net bij den schoenmaker te werken. Tot groote tevredenheid van den baas werden de klanten zoo vlug en goed be diend, dat iedereen zei: „BU schoen maker Anderson moet je je laarzen laten maken; waren da schoenen vroeger goed versteld, nu zijn ze verwonderlijk netjes. Ja baast nieuw en vlug dat ze dAAr zijn!" Natuurlijk wisten die menschen nle*, dat Keurig en Net er zelf zaten, maar de baas en zijn vrouw wisten bet des te beter, voller werd de geldzak, steeds vol ler en de schoenmaker en zijn vrouw kon den zich bovendien dingen veroorloven, welke zij vroeger zich moesten ontzeggen. Zoo ging *n jaar voorbij en Keurig en Een practiseh middel leek hem. aBs teekenaars onder de dierenbeschermers briefkaarten te laten teekenen, waarop koppen van dieren, die onze bescherming het meest noodlg hebben. Die kaarten moesten ze aam vrienden en bekenden sturen. Hij zelf zou graag zulke kaarten ontvangen en aan de vereenlging vragen de beste uit te zoeken en te laten druk ken. Natuurlijk doe Ik ook mee en Ik heb al twee ontwerpjea gemaakt, (flg. 2 en Ik ben weer aan bet eind van mijn brief en kan jullie zeggen, dat ik goed met mijn werk opschiet en dat ik hoop eind November examen te doen. Kijk dus tegen dien tijd maar goed de kran ten na, als je niet al eerder bericht van mij krijgt. Heel veel groeten, twee thalers meer, in een woord schande lijk! Schandelijk!" Keurig en Net stonden op, legden hun voorschoten af. „Ziezoo, ons dunkt dat het t beste 1b om te vertrekken We heb ben één jaar lang voor weinig gewerkt, het is niet meer dan billijk wat wij vra gen! Waarom moeten wij onzen tijd cadeau geven?” „Wat zeggen jullie, cadeau geven? Nu nog mooier, en....” riep Andereon. „En wij vertrekken! Vaarwel! Keurig en Net verlle en de schoenmakerij. „We zullen wel anderen vinden," zei vrouw Anderson. Een half uur later ging de bel. Ttage- ling.... Twee gezellen traden binnen. Wjj zijn gezonden door Keurig en Net en wij willen voor 1H thaler In de week werken, dus nog goedkooper dan uw vorige ga ze. „Maar vraag niet naar De bazin hing haar nieuwe zijden japon gauw weer in de kast, die ze net aantrekken wou en deed haar oudste kleed aan. Nu kwam vrouw Andereon met opgeheven armen in de werkplaats. „Wa: mo-‘. ik hooren.... wat moet ik hooren. :baren dat jullie zUn! Mijn arm» leeft dus toch veikeerd gekozen. JsJuUle aannam. Wie vraagt ar nu Lang duurde het niet, of een x>te menigte igens van 18 17 jaar verdrongen tot je doordringt, dat er nog veel naar der dingen in de wereld zijn.” „En ik ben blij, dat ik met u gespro ken heb. buurvrouw Wlllle, en ik zal zeker nooit meer zoo dom zijn om naar den witter te loopen. Dag hoor, ik ga maar gauw naar moeder Loesje terug, andere wordt *e bang en belt misschien Mg het polltie-posthuis op.” „Dag Nlkkle. zorg dat je zoo verstan dig blijft.” >dag van onzen eer- Franclscus van As dierenvriend, die zijn. Dat doet de dieren geen pijn, maar er zijn er ook. die een veel erger middel toeparsen: re draaien namelijk de hoorn- scheede van de beenpit af (fig. 1). Dat moet gruwelijke pijn doen en gaat ge- makkelUk tot ontsteking over, van een koe zonder hoomscheede kun je oen leeftijd moeilijk bepalen. Als dus oe stomp generen is, probeert men het dier duurder te verkoopen. dan bet waard te. Bij paarden wordt nog vaak het cou- peeren toegepast. Dit bestaat in bet af kappen van den staart. Het gebeurt bij jonge paarden en de staart wordt kramp achtig opgewipt. Het ergste is, dat ze nu niet meer de vliegen kunnen wegjagen, waarvoor de lange staart zoo buitenge woon geschikt is. Natuurlijk kwamen ook dien avond de vogels aan de beurt. Gewezen werd op de noodzaak de vogels *s winters te voe ren. wat niet alleen aardig, maar ook nuttig is. De bekende recepten voor vo- gelvoer werden genoemd: noten, stukjes spek en vleesch voor de meezen, zaad voor de andere vogels. Het vangen en in kooien zetten van vogels werd veroor deeld. Zelfs bet houden van kanartse bleek niet goed te praten, omdat bet transport van de dieren voor ben zoo veel beswaren had. Aan het slot van den avond dankte da voorzitter de Inleiders en wekte alle aan wezigen op mee te doen met de dieren bescherming. Een eindje verderop zagen Mangelemot en meneer Hen driks een drietal eigenaardige dieren staan. Het waren een kangeroe, een bison en een zebra. „Wat zouden die daar moeten?" vroeg Mangelemot aan meneer Hendriks. „WU zjjnbegon de oudste van de twee. „Knoeiers!" gilde de schoenmaker „Jaknoeiers!" „Wat zegt u? Wi) werken voor IK thaler en bewijzen u ‘n weldaad voor de voorschoten van Net aan.... en werk met stapten Keurig en Net binnen. Keurig net nemen Keurig en Net hun potten af, maakten *n diepe buiging. „Wjj hebben gehoord, dat u twee ge- een oplossing gebracht zien, daar hij, zooals hij beweerde, niet gerust aou kunnen sterven, als hij moest denken, dat zijn zoons na zijn dood over de ver deellng van de erfenis oneenlgheld zou den kunnen krijgen Hij besloot dus den wijzen kadi (kadi ia de Arabische naam voor rechter) te ontbieden en dien te vragen hem een oplossing aan de hand te doen. „Dat la de doodeenvoudigste zaak ter wereld," zei de kadi, „Ik zal de verdee llng wel even voor je uitvoeren.” En hij deed dat aldua: HU zette de zeventien kameelen van den sheik op een ijj en retle daar den eenlgen kameel dien hU zelf bezat naast, soo- dat er achttien kameelen stonden. Nu begon hU te tellen, tot hU op de helft kwam, dus tot negen en gaf die negen kameelen aan den oudsten zoon. Toen een derde, dus zes, aan den tweeden en een negende, dus twee aan den derden. Met bun drieën hadden ze dus zeventien kameelen ge kregen en de achttiende, die Immers het eigendom van den kadi was, werd door deren weer meegenomen, wat natuurlijk zijn recht eras. De sheik was zóó verrukt over de han digheid van den kadi, dat hU een oogen- bllk later in voile berusting ook zijn andere been in het graf zette. Maar. wAs de verdeellng wel aoo eerlijk geweest? Denken jelui er maar eens over na. helft van zjjn eigendom na te laten, den tweede een derde en den jongste een negende. De drie zoons legden zich btJ vaders beschikking neer en relden de verdeellng nauwkeurig te zullen doen geschieden zooals vader dat verlangde. Maar de stervende sheik wilde niet, dat een zijner kameelen die hU lief had, iets kwaads zou geschieden, laat staan dat er een gedood zou mogen worden. Hoe dat echter klaar te spelen? De oudste zoon toch had recht op 8H, de tweede op 5 17 en de jongste op 1 i/S kameel. De sheik wilde de zaak dadelijk tot rellen noodlg heeft. Wanneer u om die 2 thaler meer geven wilt, komen wU vandaag bU u werken." zelden de twee. Vrouw Andereon bakte direct *n heer lijke taart. Vruchten, slagroom en het allerfijnste meel werden daarvoor ge bruikt. Ze was aoo gelukkig, dat Keurig en Net weer in de werkplaats zaten. Baas Andersom zong het hoogste lied uit, de kanarievogel knetterde, dat het een lust was. Het plakkaat voor de win kelruit draalde men om, aan den an deren zette de baas met hééle dikke let ters Voortaan werkt baas Andereon hier slechts keurig-net met Keurig en Net. zeilen,” rel onze nami Anderson wreef zich in zijn banden. „Best, doe maar Keurig en plezier!” De bazin trok d*r mooie zUden japon weer aan: ,JUn.nu wordt er weer uit- Fgespaard en kan ik mij nóg mooier F kleedenl” Een week ging voorbij, de gezellen werkten hard. Tlngeling! daar ging de bel. ,A<aar m’n hemel.” klonk *n woedende stem: „wat zijn dat voor manieren, mijn mooie dure lakschoenen zijn totaal ver prutst.” Nog voor de schoenmaker iets zeggen kón, ging de bel weer. „Vertel me eens, sinds wanneer worden de laarzen zóó schandeUjk af geleverd?" riep 'n hooge stem. Tlngeling! *n Deftige dame trad bin nen. In haar oogen stonden tranen van verontwaardiging. „MUn brocaatschoentjea, mijn prachtige brocaatachoentjes, het is gruwelijk tn één woord, weggooien kam ik as, weg gooienI” klaagde re. Tlngeling! Tlngeling! Tlngeling! Bet werd steeds voUer in den winket Alle klanten mopperden, de meeaten wilden hun schoenen vergoed hebben. Met de grootste moeite poogde Ander son deze klagende Heden te kalmeeren. HU kon niets beter doen dan zijn winkel sluiten, nu stonden re in drommen voor de gesloten deur, zelfs vielen er rtrenen door de winkelruit daar binnen. Toen, ten einde raaul, hing Andereon een groot papier voor het raam. JBesmettelUke ziekte.” Een kwartier later was allee rustig, de lieden spoedden zich met hun verknoeide schoenen naau- huls en kwamen niet meer terug. Nu was het echter de beurt aan baas Anderson om kwaad te worden. HU ging naar de gezellen In de werkplaats, die Uverig werkten. „Wie zUn jullie, die Keurig en Net om gezonden hebben?" sprak Andereon woe dend. Net vroegen om opslag, leder wilde 2 thalers meer verdienen in de week. „WAt?rel de baas hoogst, verbolgen .J thalers meer? Hoe komen Jullie er bU. Weest blU dat Ik jullie genomen heb uit zooveel gezellen. 2 Thalers méér! 1 Is ongehoord!” Verontwaardigd schudde hU 1 hoofd. Een sheik was doodziek en stond, zoo als men dat noemt, al met zUn eene been in het graf. Al wat hU bezat, en dat waren 17 kameelen,' wilde hU aan zUn drie zonen nalaten en hU riep zUn jongens asm zUn sterfbed en zei hun, dat hU besloten had, den oudste de Het was heerlijk weer en daarom ging Willie met naar pop een wandeling ma ken. Ze trok haar mooiste kleertjes aan, kamde heur haartjes keurig en deed er een moolen grooten strik In. Zoo stapte WUlie het huls uit en liep de geurige roeenlaan door. De lucht was blauw, de boomen waren groen en de vogels zongen zoo heerlijk, het was een echt verrukkelijke wandeling. Ze zongen vroolijke liedjes onderweg, vertelden elkaar grappige verhalen en hadden grooten schik. „O, kijk eens, daar loopt Nlkkle, het negerjongetje van Loesje; die sullen we even gauw Inhalen, zeker is de ondeugd weggeloopen." „Nlkkie. klein negerjongetje, warn ga je naar toe?” „Och, buurvrouw WUlie, het doet me verdriet, dat Ut zoo zwart ben. Iedereen heeft iets raars tegen me te zeggen. Dan is het weer roetmop, dan zwartneus, en zelfs hebben re wel mal nikkertje tegen me gezegd „Cteh domme Nlkkle, daar moet JU je niets van aantrekken; wanneer ze weer zulke leelUke dingen tegen je zeggen, dan haal je maar je schouders op en lacht, dat Is heuBch het verstandigst.” ..En wat was je nu eigenlUk van plan, want Ik weet nog niet waar je aoo hard naar toe liep.” .Ja. buurvrouw WUlie, het ia geloof ik wel heel gek wat ik wilde doen; ik was op weg naar den metselaar en wilde gewit worden „Ha. ha, ha, o JU domme Nlkkie, dat kan toch immers niet: je bent nu een maal zwart en zal dat altijd moeten blUven.” .Ja, dat voel Ik nu wel en Ik zal me er dan ook niets meer van aantrekken. EigenlUk is het niet eens zoo verschrtk- kelUk, want er zUn genoeg poppen, die landsohe Vereenlging Dierenbe scherming veel propaganda gemaakt: er te een tentoonstelling geweest van boe ken en platen, die op dierenbescherming betrekking hebben: mooie afbeeldingen van de dieren In hun natuurlUke om geving, er worden voordrachten gehou den en speldjes verkocht. Jullie weten toch, waarom de dieren dag juist op 4 October valt? Dat te im mers de herdenk! biedwaardlgen 81 steië, den *frroöfc het veel naarder hebben. Trtneke, het boerinnetje, heeft maar één arm blonde Truusje is een oog kwUt, dat te toch veel erger.”

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1931 | | pagina 14