HEERENBAAI
(P-E)
1
Partijraad der R.K. Staatspartij
EEN PRACTISCH
ST. NICOLAAS-
GESCHENK f
verschaft U wolken van gator.
I
Ki
V
6
BESPREKING VAN
HET BANKWEZEN
BOEKBESPREKING
ECHTE FRIESCHE
20 50 CT PER ONS
„GOG”
Tiende vergadering te ’s-Gravenha&e
j
De rooktabak bij uitnemendheid I
wetteiyke regeling van de
654
1
1
'Ongecorrigeerd!
o
1
l
I
1
c-
1
3
1
be-
spr
Ged. Staten der provincie Noordholland
stellen voor re besluiten goed te keuren, dat
in het tracé van de kanaalverbmding van de
Vecht naar Hilversum zoodanige verandenag
zat worden aangebracht, dat met de Goouehe
Vaart maar een zuidelijker tracé za1 worden
gevolgd en het pand op her pei1 van den poi-
der Korten hoef naar Hilversum zal worden
doorgetrokken.
Ged. Staten der provincie Noordholland.
stellen voor te besluiten voor de vernieu
wing van het noordelijk havenhoofd van de
haven beoosten Oude Schild op Texel eene
bijdrage te verieenen ten bedrage van 5/ia
der op f 96.000.geraamde kosten tot een
maximum van f 40.000.
3
t
c
1
vol-
►lere
aan
door Giovanni Papini, uit het Ita-
liaansch vertaald door Ellen Russe,
Teulings’ Uitgevers-Mij., ’s-Her-
togenbosch, 1931.
Provinciale Staten van
N oord-Holland
Uw winkelier heeft
per half pond.
daarom toe te juichen, omdat de accountant
veelal in dienst van de bank is, een verhou
ding, die natuurlijk niet geheel gewenscht ia.
De geleidelijkheid, door Prof. Aalberse be
pleit. la ook de weg, die Prof. Kaag ziet. Het
toezicht zal niet in zich moeten s’ uiten de
mogelijkheid van Ingrijpen, het zal In hoofd
zaak moeten zorgen, dat de daartoe bevoegde
Instanties tijdig ingrijpen. Want tot nog toe
kwamen de» daarmede veelal te laat.
Toezicht op het emtesieweren is natuurlijk
óók alweer van betrekkelijk nut. Wie kan
tenslotte met volkomen zekerheid voorspel
lingen omtrent een emissie doen? Trouwens,
aan de emissie moet eigenlijk risico verbon
den zijn, want het risico juist motiveert de
rentevergoeding, die by ontstentenis van het
risico lager zou moeten zijn.
Na re- en dupliek en na een woord van
hartfe'ijken dank en hulde aan de belde prae-
adviseurs en aan bet partijbestuur voor de
goede voorbereiding, sluit Prof. Aalberse te
3.40 uur in goed vertrouwen op de toekomst
en de eenheid der RK Staatspartij, de ver
gadering.
De praeadviaeurs aan het woord.
De heer KAHMANN ontkent tegenover Mr.
v. Hellenberg Hubar de mogelijkheid van
een behoorlijk toezicht Op de groote banken.
Trouwens de meeste ongelukken geschieden
met de kleinere instellingen. Over de gestie
der groote banken bestaat vrijwel geen reden
tot klagen.
Een groote bank mag gerust dit aan
het adres van den heer Verbeeten een
spaarinstelllng aan zich verbinden. Het is
dan echter zeer wensche’yk, de» spaarbank
als een afzonderlijke N V. té explolteeren.
De vraag van Prof. Aalberae omtrent de
emissies valt eenigszlns bulten het kader.
By misleiding Is er toch altijd nog het Wet
boek van Strafrecht.
Prof. KAAG behandelt de principleele
rechtvaardiging van de socialisatie der cir
culatiebank. Aan de hand van de Encycliek
„Quadragesimo Anno" zet hij uiteen, dat
het hier niet gaat om „een zaak van minder
belang", die de Staat volgens den Paus aan
het particulier initiatief moet overlaten.
Handhaving van onzen geldstandaard be
hoort thans uits'uitend tot de competentie
van de particuliere instelling, althans in
theorie. Overigens is ook gebleken, dat het
practlsch zoo Is, daar de regeering verklaarde
bU het recente communiqué der Nederland
sche Bank niet betrokken te zijn geweest.
De organisatie van bet bankwezen tot een
beroepsstand, door Prof. Raaymakers geop
perd. vindt spr instemming. Samenwerking
over heel de Unie zij ook hier het parool.
Dan zal ook het algemeene belang meer in
het oog worden gehouden.
De macht der banken over de gemeenten is
voor iemand, die niet volkomen in het bank
wezen thuis Is. zeer lastig te beoordeelen.
Uit het communiqué der Rotterdamse!» ban
ken blijkt echter we’, dat In dat geval in
vloed op het gemeentebeleid geoefend is. Het
moge dan zijn, dat men daarmede het open
baar belang op het oog gehad heeft, wen-
scheiyk is zulk een invloed toch niet.
In verband met de behoefte aan lange cré-
dieten, die de gewone banken moeilijk verlee-
nen kunnen, is een geheel anders opgebouwde
Industriebank noodzakelijk. Zulk een bank
zal natuurlijk ook slechts op langen termijn
ge’den moeten opnemen. Teveel centralisatie
is daarbij echter niet goed, daar dan de
macht der ééne instelling te groot wordt.
Meerdere gewestelijke banken onder een op
pertoezicht zullen dit credletvraagstuk dus
moeten oplossen.
Regeling van de accountancy Is vooral
De dikke: Uk begin honger te krijgen I”
De magere: .Daar komen er nog meer, die blijkbaar eenzelfde
gevoel hebben." (Passing Show).
Zóó mag zeker genoemd worden de fraaie ImiL
Oud-Zilveren Tabakstrommel, gevuld mei een half
pond D'E Echte Friesche Heeren-Baai.
Gentile en Benedetto Croce, onder handen
wordt genomen.
Dit en nog veel meer maakt „Gog” meer
dan lezenswaardig, ondanks de genoemde
bezwaren. Waarschuwend rijst uit Here
zeventig korte hoofdstukken de vreeswekken
de verpersoonlijking van de gruwelijke mi
serie onzer vormelooze overbeschaving. Zal
ook dit teeken na zoovele andere, wederom
onbegrepen blijven Ook Ninive hoorde
Jonas niet
ze in voorraad vanaf 65 cl
Onder de vele boeken, die regelmatig op
onze redactioneele schrijftafels geworpen
worden, hebben wij in den laatsten tijd niet
onze redactioneele schrijftafels geworpen
worden, hebben wij in den laatsten tijd met
meer dan gewone belangstellingen met nauw
bedwongen nieuwsgierigheid op een van de
omslagen in groteske woord gevonden in gro
teske groene letters. Ieder nieuw boek mag
rekenen op onze ongeveinsde belangstelling,
niet alleen beroepshalve, maar meer nog uit
oprecht menschelijke overwegingen. Want
een boek heeft een ziel of liever nog een boek
is een ziel, de ontleding, de röntgen-foto van
26 30/11/31
den ziele-inhoud van den schrijver, al blijkt
na lezing dikwijls, dat veel van die foto's
verre van scherp en helder zijn en d. t veel
inhouden nog niet gelijk staat met iets be
langrijks bevatten. Lang niet alle zielekamers,
die in dicht bedrukte bladzijden tentoon
gesteld worden, zijn tevoren voldoende ge
ordend en opgeruimd en de eigenaar deed
dan beter hen niet voor het publiek open
te stellen qu'on lave ses linges sales chez
soi
Maar juist daarom trok „Gog” het 25e
boek van den rumoerigen Papini, waarmee
hij op zijn 50e jaar de wereld verrijkte, ons
zoo bijzonder aan. Immers Papini heeft
een rijke ziel, die altijd belangwekkend ge
weest is en die, als zij iets zeide, steeds iets
bijzonders te zeggen had en gelukkig
Papini zelf kan er nauwelijks dankbaarder
voor zijn dan zijn lezers en gelukkig zijn
de kamers tegenwoordig ook geordend.
Er is echter meer. De bekeerling Papini
belooft ons in dit 50e boek de oorzaken
uiteen te zetten van zooveel ordeloosheid
in de zielen, van zooveel vormeloosheid in
het denken onzer hoog beschaafde 20e eeww.
Onze gespannen verwachting is gedeeltelijk
bevredigd, maar voor een niet kleiner deel
teleurgesteld. Alvorens den schrijver een
verwijt te maken, moge als verzachtende
omstandigheid gelden, dat wellicht ook de
overdreven reclame, die zijn werk aandiende,
medeplichtig is aan onze gedeeltelijke teleur
stelling.
In den multi-tnilliardair, Goggins, alias
Gog, is de waanzin van de geheele moderne
menschheid gevaren. In hem zijn al de ban-
delooze krachten en de ongebreidelde blinde
instincten van dezen vormeloozen tijd vieesch
geworden. Zijn ongetelde rijkdommen stel
len hem in staat, zijn wellust naar geestelijk
en stoffelijk genieten te bevredigen en openen
hem de mogelijkheid om, als een volmaast
epicurist, alle wandrochtelijkheden eener
overprikkelde cultuurperiode tot in de fi
nesses te genieten. Maar zijn sadistische en
cynische wellust gaat uit boven de grenzen
van zijn aardsche beperktheid. Hij walgt
van al het aardsche na het al genoten te heb
ben en wil in woedende onmacht den hemel
beheerschen. Hij vloekt de sterren, bespuwt
het uitspansel en belandt in een krankzinni
gengesticht.
Daar vindt Papini hem en in een vertrou-
welijk oogenblik krijgt hij, van Gog een pak
aanteekeningen, die de merkwaardigste ge
beurtenissen uit het leven van dezen besti-
alen maniak bevatten. Als Papini het pak
eenige dagen later wil teruggeven, is Gog,
die ook in zijn krankzinnigheid nog ver
volgd wordt door het eeuwige „Mi da nota”,
„het verveelt mij”, van den al-genieter, uit
het gesticht ontvlucht en Papini, die hem
nooit terug heeft kbnnen vinden, besluit
dan de aanteekeningen te publiceeren tot
leering van anderen. Hij acht het daarbij
gewenscht in de inleiding op te merken, dat
hij niet vereenzelvigd wenscht te worden
den met Gog. „Heel* mijn wezen, zooals het
zich nu vernieuwd heeft, na mijn terugkeer
tot de waarheid, kan slechts verafschuwen
alles, wat Gog gelooft, zegt of doet, maar
in dezen cynischen, sadistischen galve-wilde,
heb ik een soort symbool gezien van de
voor mij valsche en bestiale cosmopoli-
tische beschaving.”
Wij begrijpen deze verklaring en nemen
er vrede mee wij willen haar zelfs aanvaar
den als excuus voor het feit, dat Gog, geen
persoon, geen karakter, geen eenheid, geen
type wordt en dat er m hem geen ontwik
keling is in welke richting dan ook, door al
deze 390 bladzijden immers Gog is slechts
een teeken, een symbool. Maar wat wij Papi
ni moeilijk kunnen vergeven en wat onze
teleurstelling uitmaakt, is, dat hij dezelfde
verklaring aflegt ten aanzien van alle andere
personen, die in het boek optreden. Wie is
hier dan eigenlijk' aan het woor T Niet Gog,
de maniak en niet Papini, op wiens gezag,
steunend ontzagwekkende ency
clopedische eruditie, wij veel zouden aan
vaarden. Maar hij werpt bij voorbaat iedere
verantwoordelijkheid van zich af en levert
den wellicht minder ontwikkelden
lezer over aan een stortvloed van niet te ont
warren drogredenen, voortkomend uit den
mond van de meest uiteenloopende „ge
nieën” i Freud, Gandhi en Edison, Ein
stein, Ford, zells, Lenin en Shaw, Maeter
linck en Frazer loopen, op een enkele inlei
dende vraag van Gog, die door zijn geld
aller deuren en blijkbaar ook aller harten
opent, af als gramofoonplaten en de arme
lezer vraagt beduusd wat hij van dat alles
denken moet. Doch velen zullen zelfs dit
niet vragen en eenvoudig alles slikken ook
het onverteerbare. Wij zeggen toch niet te
veel als wij dit een gevaar noemen, temeer,
waar de volgehouden satyriek van Papini
nauwelijks ook den ontwikkelden lezer de
kans geeft, om de eigen meening van den
schrijver te bevroeden. Dit alles zou nog te
verontschuldigen zijn, als wij kortweg kon
den verklaren, dat mets van hetgeen al die
menschen zeggen, waarheid bevat, hetgeen
Papini met zijn inleidende oratio pro domo
indirect ook doet. Maar al zijn de inter-
vieuws van Gog met Gandhi en Lenin ook
uitermate oppervlakkig, niet illes, wat zij
beweren, is daarom dwaas en onzinnig.
Er is veel onderscheidingsvermogen toe
noodig, om uit deze verwarring wijs te wor
den.
Papini heeft Gog natuurlijk als een fictie
bedoeld, bet is een monster, een overdreven
verpersoonlijking van zekere moderne stre
vingen. Ook hierin is Papini, ondanks zijn
meesterlijke satyre, slechts ten deele ge
slaagd, omdat hij tevens humoristisch heeft
willen zijn. Hierdoor verliest de monster
achtige figuur van Gog, die de verpersoon
lijking is van den stuurloozen overbeschaaf
den mensch, de grootschheid, die hij had
moeten bereiken en m plaats van in profe-
tischen ernst een monumentaal „Mane
thekel" te zijn, wordt hij een pyramidale en
belachelijke dwaas, dien weinigen ernstig
zullen nemen. Misschien heeft Papini zich
te veel laten verleiden door de lust om be
paalde personen de les te lezen en heeft
hij daardoor het eigenlijke doel niet zoo
scherp meer voor zich gezien als voor een
consequente uitwerking en een evenwichtige
compositie wel wenschelijk was. De uitge
sponnen en ad absurdum gevoerde vertogen
zijn soms zwaar op de hand en loopen groot
gevaar vervelend te worden dikwijls ook
zijn de trage humor en de bittere ironie
slechts vindbaar voor ingewijden. En in de
geeuwende walging en den onwilligen af
keer van al bet aardsche zien wij onwille
keurig achter het roode, haarlooze hoofd
van Gog den wilden haardos van Papini.
doe ook na zijn terugkeer tot de waarheid,
altijd min of meer den „homo finito” geble
ven is, de mensch, die heeft afgedaan.
Met dat al is ieder nieuw boek van Papini
een letterkundig evenement van beteekenis
en ook van „Gog” is heel war goeds te zeggen.
Zooveel goeds, dat vrij Ellen Russe dank
baar moeten zijn, die de zware en verantwoor
delijke taak van de vertaling op zich nam.
Het schijnt, dat Papini zelf als voorwaarde
voor een Nederlandsche uitgave de verta
ling door Ellen Russe gesteld heeft. Hij had
moeilijk iemand kunnen aanwijzen, die het
werk zou hebben ondernomen, met meer
kennis van zaken en vooral met meer liefde
en toewijding. Een lang verblijf bij den
schrijver in Italië bracht haar geheel in de
sfeer van dit werk en in fijn verzorgde taal
en zonder ook maar in het minst aan den
zeer specialen tqpn van Papini afbreuk te
doen, heeft zij er echt Nederlandsch van
weten te maken. Zoozeer heeft Ellen Russe
den geest van het werk aangevoeld, dat zij
een verklarende inleiding bij het boek
schreef, die inderdaad een groote steun is
bij de lezing. En een opheldering is lang
geen overbodige weelde, zooals wij in het
voorafgaande hopen te hebben aangetoond.
Streng en scherp onderwerpt Papini de
moderne gedachten en strevingen aan een
fijne analyse. Met groote virtuositeit belicht
hij harde waarheden, als hij b.v. Gog een
heele republiek laat opkoopen, waarin de
ministers zijn dictatoriale bevelen in zooge
naamd democratische wetten omzetten. In
een werkelijk amusant hoofdstuk geeselt hij
de dwaasheid van het moderne geloot aan
„wonderen”, als Gog eenige gegarandeerde
„wonderdoeners” engageert, die geen won
deren doen, maar wel een voortreffelijker!
eetlust aan den dag leggen. Ean zijn er saty-
res, die feilloos raak slaan als in den vetten
wijsgeer Caccavone. den philosophischen
achtergrond van het facisme, belichaamd in
moet
gezien de ervaringen daarmee opge-
-
kwali-
Tweede dag
In den Dierentuin te Den Haag is Zater
dag de vergadering van den Partijraad der
RK Staatspartij voortgezet
Allereerst houdt de gisteren geïnstalleerde
Voorzitter Prof. mr. P. Aalberse een rede, die
hij niet „een politieke rede” wil noemen en
waarbij hy zich zal beperken tot een open
hartige uiteenzetting van feiten en omstan
digheden. Moeilijk had spr. in een zwaarder
tijd tot het voorzitterschap van den Partij
raad kunnen geroepen worden.
Begrijpelijk is het, dat in een tijd, waarin
de crisis het economische gaat op den vóór
grond stellen, het vasthouden aan ons aller
beginselen wel eens zwaar valt.
Spr. gelooft, de zaken niet te zwart if te
■ebDderen, als hy zegt, dat sedert de laat
ste vijf, zes maanden by vrijwel al’en onte
vredenheid heerschte, by de arbeiders over
Xlreigende of reeds verwerkelijkte loonsver
laging. bjj den land- en tuinbouw, die steeds
zwaarder getroffen wordt, bjj de vermogen-
den over de vaak catastrophale daling van
hun bezit, bjj de ambtenaren wegens de aan-
gekondigde weddenverlaglng. bij sommige
takken van industrie wegens gemis aan waar
dering bU de regeering voor een meer ac
tieve handelspolitiek.
Men moet echter niet, zooals wel geschied
te, het kabinet tot den zondebok maken.
Vragen wij ons af, wat een Regeering in
een tijd als deren doen kan. en wat men
verwachten mag, dan komt spr. tot een vier-
tal hoofdzaken.
Op de eerste plaats dan de verzwakking
van on» munteenheid, waarmede het bui
tenland. het laatst ook Engeland, reeds ken
nis gemaakt heeft en die wjj tot lederen
prijs moeten trachten te voorkomen. Een
geluk acht spr. het, dat alle partijen, zooals
uitdrukkelijk bleek uit mr. Albania's uit
spraak In de Tweede Kamer, het over het
fatale van Inflatie eens zijn.
Van twee kanten dreigt dit gevaar. Op de
eerste plaats kan het voortspruiten uit een
niet sluitend zijn van de begrooting. op de
tweede plaats uit gebrek aan evenwicht in
de betalingsbalans
Tot nog toe kochten we in het buitenland
voor ongeveer 000 mll'loen gulden meer dan
we er verkochten. Doch dat naast de» pas
sieve handelsbalans toch een betalingsbalans
in evenwicht stond en de gulden op peil
bleef, kwam, doordat Indlë en de scheepvaart
baten leverden, waarmede het invoersurplus
in geld kon worden betaald. De» baten
echter zijn het juist, die een catastrophale
daling hebben ondergaan, en hier schuilt de
oorzaak van het gevaar, dat on» betalings
balans dreigt, en. worden geen maatrege’en
getroffen, dan zal het surplus met goud ge
dekt moeten worden.
Een sluitende begrooting bewerkstelligen is
echter niet mogelijk dit is wel duidelijk op
nieuw gebleken zonder maatregelen, die
hier en daar protesten uitlokken.
Twee andere zaken nog zal de Regeering
ter harte moeten nemen, den steun aan door
de ertils getroffen bedrijven en een behoor
lijken steun aan de werkloozen.
De mln of meer latente ontevredenheid
kwam eerst tot uiting na de Troonrede. En
vooral bet Voorloopig Verslag der Tweede
Kamer op Hoofdstuk L bevatte niet mal
se!» critlek, al wilde de» critlek aan het
Wijziging Provinciaal We
genplan
In verband met de wijzigingen welke met
ingang van 1 Januan 1932 in het Rijkswegen-
plan zijn aangebracht, moet het wegenplan
der Provincie worden herzien. Ged Staten
hebben de» gelegenheid aangegrepen om u
voor te stellen tevens enkele andere wijziging-
gen en aanvullingen aan e brengen die mede
m verband met de uitvoering van de kanalen
plannen in de practyk wenschelijk zijn ge
bleken.
Daartoe was te meer aanleiding omdat
door den Minister van Waterstaat was te
kennen gegeven, dat hij tegen eenige uit
breiding van het destijds voor de prov ndes
aangenomen maximum aantal kilometers,
dat op de wegenplannen zou mogen voor
komen. geen bezwaar zou maken.
De wijzigingen zijn de navolgende
1 De Eeuwigelaan en Komlaan in de ge
meente Bergen worden op het Wegenplan
gebracht; de weg door het Bergerbosch wordt
daarvan atgevoerd.
2. De Lage Naardeweg, de Sumatralaan,
de Insulmdelaan en de Johan Gerardtsweg
te Hilversum worden in het wegenplan
opgenomen.
3. De wég Schagenhet WadOude Sluis
wordt vervangen door den weg behagen
de KeinsOude Sluis, in hoofdzaak oopende
langs de spoorbaan SchagenAnna Pau-
lowna.
4. De weg WchagenLagendijkde Stol
pen wordt vervangen door een weg langs het
geprojecteerde kanaal StolpenSchagen.
5. De weg van Niedorper Verlaat naar den
Rijksweg HoornLambertschaag wordt ge
wijzigd, voor zoover de» angs de baan van
den opgeheven tramweg SchagenWog-
num zal kunnen worden verlegd
6. De Twu verweg wordt van het provin
ciaal Wegenplan af gevoerd.
7. De ontworpen weg HeemstedeAals
meerUithoorn wordt tor de Utrechtsche
grens aan den Amste doorge trok sen.
8. Een gedeelre van den weg Ouderkerk—
Diemen wordt afgevoerd. Ingevoegd wordt
eene verbinding tusschen den Rijksweg Am
sterdamLaren en den provincialen weg
HaarlemSchipholDiemen—Hilversum.
9. De weg BuikslootSchouwF urine
rendOosthuizen wordt m het wegenplan
opgenomen.
10. De weg HilversumLarenBlari
cumHuizenBussum wordt me' a KJL
verkort de ceintuurbaan om Hilversum
wordt met 2.9 K.M. verkort.
11. In de wegen om Alkmaar worden
enkele wijzigingen aangebracht.
ia. Een weg is on'worpen angs het kanaal
Hilversumde Vectn tevens word» de weg
angs de Vecht van Uitermeer naar Neder-
horst den Berg tn zuidelijke richting tof <1*
Utrechtsche grens doorgetrokken.
kabinet niet zeggen, „ga weg!", doch „doe
het beter!”
Sinds de verschijning van het Voorloopig
Verslag echter Is er wel een en ander ver
anderd. Zijn de boeren tevreden over de wer
king van de Tarwewet, daarnaast gaat de
regeering voort met den steun aan de bleten
verbouwers. bovendien zal zij de veenkoloniën
en den Noord-Hollandschen tuinbouw steu
nen. de tarieven zijn voor vieesch en aard
appelen belangrijk verhoogd, terwijl mede het
contigenteeringswetje en nog andere maat
rege’en zoo b.v. verlaging van de spoor-
tarieven voor tuinbouwproducten in be
handeling of in overweging zun
Dit alles en óók de tegemoetkoming der
regeering inzake de salariskorting heeft een
rol gespeeld bij de stemming over de motie-
Marchant, die waarlijk wel een verdere strek
king had dan de beslissing over de salaris
kwestie alleen. Niet voor niets heeft de
Katholieke Kamerclub over de ten aanzien
der motie te nemen beslissing, ondanks de
drukte van afdeelings- en openbare Kamer
vergaderingen. nog in vier speciale vergade
ringen van gedachten gewisseld Ten slotte
heeft spr. In een korte verklaring, die hy
voorleest, het eenstemmig oordeel der frac
tie in de Kamer uiteenge»t. Men behoeft
geen bijzondere politieke ontwixkeling te
hebben, om in te zien, dat een langdurige
kabinetscrisis het gevolg van aanvaarding
der m. tie-Marchant zou zijn geweest
Samenwerking met de S. D. A. P. zou
alleen reeds moeten afstuiten op het zéér
belangrijke punt van de handelspolitiek. De
S. D. A. P. immers is de eenige party, die
l et meest doctrmnalr z ch aan den vrijhan
del is blijven vastklampen. De Katho'.leke
fractie was dus allerminst gerechtigd, om
door mede te werken aan den val van het
kabinet een lange periode van stagnatie,
ook ten aanzien van de andere crisismaat
regelen, te veroorzaken.
Spr. heeft gemeend, de» zaken eens open
hartig voor den Partijraad te moeten uit
eenzetten, en het zou hem geweldig tegen
vallen, als na de» ulteen»ttlng zelfs niet
zij. die aanvankelijk de houding der fractie
niet waardeeren konden, tot ander inzicht
zouden zijn gekomen. Spr. eindigt zijn rede
met de verklaring, dat hij er trotsch op is,
dat al de leden van de fractie getoond heb
ben. hun plicht te beseffen.
De rede van Professor Aalberse. klaar en
helder en af en toe met geestdrift uitge
sproken, lokt een hartelijk applaus uit.
Vervolgens brengt, namens den kieskring
Lelden, de heer HEEMSKERK de ontevre
denheid over de salaris-korting ter sprake
Spr. zou het op prijs stellen als de uiteen-
»ttlng. die Prof Aalberse zoojuist gegeven
heeft, in ettelijke mill oenen over het land
verspreid werd, opdat ook de massa de»
raak beter zal gaan inzien. De voorzitter van
de Kath. Staatspartij. Mr. C Goseling. »gt
verzuiling van de»n wensch toe.
De heer VAN DEN BROECK (Utrecht)
bad gaarne de gegeven uiteen»tting veel
eerder gehoord. Op 1 oogenblik kan spr. wel
plaatsen, dat de fractie zoo gehandeld heeft.
Hij erkent »lfs genoten te hebben van Prof.
Aalberse s exposé, doch een eerdere uiteen-
»ttlng had veel onaangenaams kunnen
voorkomen.
Mr. B VAN 8PAENDONCK (TUburg) legt
nog eens den nadruk op de groote noodzaak
van de cont ngenteeringswet. doch zou gaar
ne ook den export meer zien stimuleeren. De
vi-aag hoe de Nederlandsche industrie aan
grooter uitvoermogelljkheid kan geholpen
worden, dient ernstig onder het oog gezien.
In plaats van vrijwel nuttelooze bespre
kingen met de Oslostaten. ziet spr. liever
afspraken met Engeland omtrent mogeluken
geheel vrijen invoer van Engelsche goederen
tegen gelijksoortige contraprestaties van
Enge’sche zijde.
De heer J. BEROER (Amsterdam), gaarne
erkennend, dat de houding der fractie
komen in orde was, omdat zij naar gra
belangen streeft, wil er toch nog eens
herinneren, dat de houding der Regeer.ng
toch geenszins in overeenstemming was met
„Quadragesimo Anno".
De heer O. BULTEN (Leiden) herinnert
er aan, dat oorspronkelijk verklaard was,
dat de Katholieke Kamerfractie unaniem
tegen de salariskorting was. Op die verkla
ring heeft men zijn actie voortgebouwd en
daarom bevreemdt het spr, dat men later
van meening veranderd is, zonder de amb
tenaren van die verandering eerst in kennis
te stellen.
De voorzitter van den Partijraad, Prof,
mr P. AALBERSE, beantwoordt de verschil
lende sprekers. Den heer Heemskerk beduidt
spr.. dat de fractie in de toekomst »ker niet
machteloos is. Spr. heeft In de Kamer reeds
verklaard, dat de Regeering geen misbruik
van haar sterke positie moet maken. Want
dAn zou ten slotte het lot van het kabinet
vo’komen in handen van de Katholieke
fractie liggen.
De heeren van den Broeck en Bulten heb
ben blijkbaar teveel waarde gehecht aan de
ver»kering van eenige fractieleden, die
bovendien aan hunne verklaring de restrictie
hebben toegevoegd, dat men tegenover de
salarlskwestie. toen op dat oogenblik. afwjj-
»r»d stond. Trouwens, men moet toen in
zien, dat de fractie tot op het laatste oogen
blik vrij in hare beslissing moet blijven, in
verband met mogeljjke verandering in de
politieke situatie. Dit te weinig beseffend,
heeft men teveel waarde gehecht aan de
uiting van eenige leden, die bovendien niet
namens de fractie spraken. In dit verband
wijst spr. nog eens op datgene, wat door de
Katholieke fractie ten s’otte nog aan con
cessies van de Regeering bereikt is. Had de
3. D. A. P. een vijfde gedeelte daarvan weten
te bereiken, het land zou er dagenlang van
gedaverd hebben.
Mr. van Spaendonck moet de meest-
begunstigingsclausule” niet vergeten. De»
is een handicap bU wat hij op het gebied
van economische afspraken met Engeland
wil nastreven.
Den heer J. Berger antwoordt spr., tn
verband met zijn vraag of de Regeering met
haar salariskorting niet tegen „Quadragesimo
Anno” handelde, dat volgens de Encycliek
ook de toestand van de onderneming, in
casu den Staat, een factor is by de bepaling
van het loon. Vindt de heer Berger den
Staat der Nederlanden op het oogenblik
soms een florissant bedrijf?
Tót s’ot dringt Prof. Aalberse nog eens
op behoud van de eenheid aan. Dat is de
eenige voorwaarden, waaronder de Kath.
Staatsparty haar krachtige positie kan blij
ven behouden. Want de andere fracties zijn
belangrijk kleiner dan de on» en dit geeft
ons ’n machtspositie, die benljdenswaardig is
Vervolgens is aan de orde de gedachten
wisseling over de praeadvieaen, door Prof.
Kaag en den heer H. Kahmann uitgebracht
over „Toezicht op het Bankwezen” Men
heeft de conclusie*, waartoe de belde prae-
adviMurs gekomen zijn, reeds in ons blad
aangetroffen.
Prof. Mr. Ch. RAAYMAKERS 8J. is het
met belde praead vlezen vrijwel geheel eens.
Prof. Kaag echter ziet niet geheel terecht
principleele argumenten voor de socialistatle
(Vervolg)
Betreffende de discussies óver de wijzi
gingen van het kiesreglement in de verga
dering van Vrijdagavond valt nog het vol
gende te vermelden:
De beer J. Galama uit Tjerkwerd wenscht
algeheele afschaffing van de kwaliteitsze
tels. Als de kiescomité’s gehandhaafd biy-
ven, benleit spr. inleiding van bovenaf door
een advies.
De heer O. W. J. van Koeverden uit
Buren betoogt dat sommige groepen, die
reeds door kwallteits»tels vertegenwoor
digd waren, nog trachtten van de vrije »-
tel* er bjj te krijgen wat er nog by te ha
len was. De plaatsvervangers wenscht Sjar.
afgeschaft te zien. De adviseerende
voegdheid van het kringbestuur wil
versterkt zien en het advies verplicht stel
len.
De heer Max Zomerdijk uit Delft sluit
zich aan bij degenen die van meening zijn
dat bet aantal kwallteitsretels verminderd
moet worden. Spr. is het een* met de be
zwaren van Pastoor Overmeer, wat betreft
de standsvertegenwoordiging. Bij verminde
ring van het aantal kwallteitsretels zal aan
bet advies meer beteekenis moeten worden
gehecht. Plaatsvervangers kunnen' naar
sprekers meening best gemist worden.
De heer mr. A. Brandsma uit Zwolle
meent dat het aantal kwaliteitszetels niet
moet worden verminderd om een goede sa
menstelling der fractie te verkrijgen en om
den invloed van de centrale leiding te be
houden BU een grooter aantal vriie zetels
zou het stemsysteem dienen gewijzigd te
worden. Het stemmen verzamelen kan wor
den voorkomen door het voorstel van de
commissie. Het niet afzonderlijk laten stem
men over plaatsvervangers, zooals de com
missie voorstelt, acht spreker een fout.
Mr. Goeeling meent ook. dat zulks niet
noodig is. Dat er geen prae-advies van het
partijbestuur over dit rapport is verschenen,
ligt voor de hand, omdat de Partijraad de
zaak commissoriaal heeft gemaakt. Het
PartlJ-bestuur zal met de gemaakte opmer
kingen rekening houden. De bedoeling van
den arbeid Is geweest te toetsen wat In
het Kiesreglement 1027 verbeterd of gewij
zigd moet worden. De kwallteitsretels
wenscht spr. te bezien als een stuk centra
le leiding om te zorgen dat een zoo groot
mogeiyk aantal stemmen op de kath. lijsten
worde uitgebracht.
Degenen die zeggen dat zy wel kwall-
teit'Tetels wenschen maar niet meer dan
B of 7, wenschen re eigeniyk niet. Om de
dubbelen normen van deskundigheid en
veelzijdigheid te behouden is een grooter
aantal kwaliteitszetels noodig.
Naar het centrale personenadvies
men. L-
daan, niet terugkeeren. Maar dan
Centrale leiding door middel van
teitsretels onmisbaar.
Het stellen van een maximum van het
aantal ..omschreven retels” (welke bena
ming spr. beter acht dan die van kwall
teitsretels) acht spr. by een redelijke er
kenning der bestaande wenschen onmoge-
Hjk. Men zal by het bepalen daarvan de
noodles vrijheid moeten behouden. De vrees
van Pastoor Overmeer voor standenverte-
genwcordlging «Belt spr. niet.
Pastoor Overmeer sprak in verband met
de kwaliteitszetels van stemvee". Die kwa
lificatie acht spr. niet juist. Er bestaat
nog altyd een groote mate- van vrijheid
voor de kiezers in de aanwijzing van de
personen voor de verschillende kwaliteits
zetels. r~‘
De voorzitter dankte de commissie voor
haar rapport en stelde voor haar te con-
tinueeren om de denkbeelden nader uit te
werken en in voorstellen te belichamen.
Aldus werd besloten. Daarna werd de ver
gadering geschorst tot Zaterdagmorgen 10
uur.
van de circulatiebank, die zelfs de socialis
ten bulten de socialisatie wil'.en houden.
Principieel te het zelfs veel beter, dat de
circulatiebank geen Staatsbedrijf wordt, al
kunnen omstandigheden tot de noodzaxeiyk-
heid daarvan doen besluiten. Spr acht het
wenscheiyk en in overeenstemming met
„Quadragesimo Anno", dat het bankbedrijf
als beroejisstand georganiseerd wordt en dan
de bedryfsraad de opperlelding heeft. De
leden van dien Bedryfsraad immers, zullen
de kwesties nopens het bankweren in dat
college anders bezien dan zy a!s hoofd hun
ner eigen onderneming doen.
Mr VAN HELLENBERG HUBAR is niet
bevredigd door de praeadvieren en zou liever
de bemoeiing voor groote en kleine banken
precies geiyk willen zien, zoodat op belde
groepe contróle komt en ook by belde groe
iden hulp verstrekt wordt. Indien het bedrijf
„vastloopt".
De heer KEVENAAR schryft verschillende
leemten, die hy In 't praeadvies van Prof
Kaag ontdekt, toe aan de beperkte opdracht,
aan de praeadviseurs gegeven Zy zouden
zich alleen tot het toezicht beperken. Dan
had de kwestie van de socialisatie ook dieper
bezien kunnen zyn. Spr. bepleit een specia’e
bankinstelling voor de gemeenten, ojxlat deze
niet langer aan de particuliere banken zyn
overgeleverd.
Mr. BRANDSMA acht het een fout, dat
in het bankweren te uitsluitend naar winst
gestreefd wordt met voorbyaen van andere
factoren, en vraagt, of de banken niet de
positie van Ryk, provincie en gemeenten
.schadelyk beïnvloed hebben
De heer VERBEETEN. directeur van de
Boerenleenbank te Eindhoven, vraagt, of het
niet gewenscht te. dat groote banken ook
spaarinstelllngen aan zich verbinden, en be
pleit ook een wetteiyke regeling van de
accountancy.
De heer KUIPER gispt ook. dat het bank
weren Vereer door het rentablllteltsprinclfie
beheerscht wordt en dat het onpersoonlijke
bankkapitaal veel te groeten invloed op het
economisch leven heeft. Hy vraagt Prof.
Kaag, wat de» denkt van een corporatieve
samenwerking van alle banken, onder leiding
van de Nederlandsche Bank met medereg-
genschap van de bedryven en onder opper
toezicht van den Staat.
Ten slotte heeft ook Prof AALBERSE
eenige vragen en bedenkingen. Behooriyk
Staatstoezicht zal niet zoo spoedig kunnen
worden tot stand gebracht. Geleldelykheid
zal ook hier wel weer de methode zyn. Met
name, om misbruiken met veel te veel voor
spiegelende circulaires by het emlssieweren
te voorkomen, zal Staatscontró'e door een
Emlssleraad noodzakelyk zyn. De» Emissie-
raad zal dan de circulaires moeten toetsen
aan den toestand van het bedrijf of de in
stelling, waarvoor de gelden gevraagd wor
den. en kan een eerste begin zyn voor een
later groeiend algemeen Staatstoezicht.
Na de pAuzr.
Na de paure bestaat allereerst gelegenheid
tot het stellen van vragen.
De heer VAN DIJK bepleit het aanbrengen
van een gedenksteen aan bet huls, waar
Mgr. Nolens zooveel Jaren gewoond en ge
werkt heeft. Prof. Aa'berse zegt, dat een
dergelyk denkbeeld zal worden overwogen.
De heer VAN DEN DRIES wenscht de
volgende verkiezingen niet in te gaan met
de door het Centraal College gegeven inter
pretatie van het begrip „kwaliteltsretel" en
wil door den Partyraad een andere inter
pretatie doen vaststellen, iets wat Mr. Gose
ling. in verband met bet geldende reglement,
niet mogeiyk acht. De» zaak zal vanzelf
regeling vinden, als de wyziging van het
reglement haar beslag krygt.
De heer KUIPER (Amsterdam) dringt aan
op vroeger toerenden van dé agenda, waarna
Mr. Goseling ulteenret, waarom tot zyn spyt
de agenda, hoewel nog binnen den reglemen-
talren terniyn, zoo laat werd toegestuurd.
Mr. JORNA (Leeuwarden) wenscht
politieke vraag te stellen, die evenwtB
schrifteiyk moet worden ingediend. Tot de
volgende party raadsvergadering zal hy daar
mede niet behoeven te wachten. Mr. Gose’ing
belooft, dat hy ook tusschentyds bediend
zal worden.