BIJ HET DERDE EEUWFEEST DER DOMINICANEN
TE ALKMAAR
lz
I
I
B
I
O i
«1
HG
"o;
ra
iimin
De H. Josephkerk
Histoire
contemporaine
g
Het nieuwe
Hoogaltaar van
Wim Har zing
In de St. Domlnicuskerk
■O
BLADZIJDE I
I
lilllll
ies-,
IN
TWEEDE blad
ZATERDAG 12 DECEMBER 1931
BIJ DEN 300-JARIGEN ARBEID DER
PATERS DOMINICANEN
I
Een engelenkop, afzonderlijk gefotografeerd.
Bet oorpn» van het crucifix: men lette op
tot
4e smartelijke aitdrnkklng van het gelaat
de
Oebr.
Detail van het altaar: de troonhemel met ur>e engeienfiguren.
mede
N. A.
RIJN OP.
de
PASTOOR FRANCISCUS HEYS OT.
(1896—1921)
PASTOOR ROSARIOS KOCK O. P.
(1921—1827)
thlek van Cuijpers In de kerk en de barok
van de meesterstukken van zllversmeedkunst
In
rijn
'ELS,
DER.
TIK
PASTOOR T1MOTHEU8 BIESTA OJP.
(1931—....)
aange-
het
PASTOOR BERTRANDUS BAETSEN O.P.
(1909—....)
ke werden gewijd door Z. H. Exc, Mgr. As
ten. biaschop van Madras.
Door toedoen van Pastoor Koek werden
in de St. Domlnicuskerk conferenties voor
andersdenkenden gegeven, welke zich in
een groote belangstelling mochten verheugen
en zeker niet zonder vrucht zijn gebleven.
In 1937 werd Pastoor Koek benoemd tot
pastoor van de St. Domlnicuskerk aan de
Mariaplaats te Utrecht.
Thans Is Pater Koek kapelaan te Rotter
dam.
De uitbreiding van onze stad naar het
Westen bracht In het begin deser eeuw het
Kerkbestuur der Slnt-Domlnicus-parochte
op het denkbeeld, om een succursaal at
bijkerk te stichten voor de parochianen, die
zich bulten de veste een woonplaats gin
gen klei
Spoed
wachtte,
Pastoor Biesta werd 18 Augustus 1918 te
Utrecht priester gewijd door Z. H. Exc. Mgr.
H. v. d. Wetering, waarna hij kapelaan werd
In de St. Domlnlcusparochte te Leeuwarden;
vervolgens was hij kapelaan te Amsterdam
(8t. Thomas v. Aqulno) en te Schiedam (R.
Joannes den Dooper).
Moge een langdurig pastoraat aan
8t. Domlnlcusparochle zijn deel zijn.
I
EAST. CESLAUS MICKLINGHOFF Of
(1927—1931)
Pastoor Rosarius Kock O.P.
Een zestal jaren werd na Pastoor Heijs
de St. Dominlcus-parochte bestuurd door
den Z. E. Pater J. B. J. Koek, die in het
voorjaar van 1921 vanuit Nijmegen naar
hier werd overgeplaatst.
Al spoedig bleek katholiek Alkmaar en
vooral den parochianen van St. Dom In leus,
welk een ijvervol priester de kerkelijke
overheid aan hun hoofd had gesteld.
Met heilige energie werkte de nieuwe
pastoor voor de verdieping van het geeste
lijk lev*n ziln«r parochianen.
Hjj bevorderde den zoorzang door *n kna
penkoor op te richten, waaidoor net icu en
de groote plechtigheden aan aantrekkelijk
heid wonnen. Het mooie orgel werd ge
restaureerd, de galerijen werden Ingericht
en de toren werd van klokken voorzien, wel-
»*r van tombe en bovenbouw en legt daar
door reeds den nadruk op het Offer. De één
heid met het H. Kruisoffer te fijngevoelig
Ultgrdrukt In het zeer-arttetieke Kruisbeeld,
dat, staande vóór de wijde expositie-nte. van
wil de aandacht, die deze taaiste anders
dwingend tot zich trekt, terugbrengt op het
Offer Dit kruisbeeld te misschien wel het
hmtgeslaagde moment van het geheele
kunstwerk Christus te hier de Offeraar, één
net de zondige menschheid'
De opwaartsche streving, uitgedrukt In de
Omhoogzwoegende Borst, In het omhoogge
rikte Hoofd en In de spanning-naar-boven
Tan het geheele gekruisigde Lichaam, sym
boliseert de aanbieding der Offerande aan de
Allerheiligste Drieèenhe’ die te uitgedrukt
door de bekroning van den opstand:
drie dooreengevlochten Onelndlgheldsclrkels.
daaruit vlammenstralen schieten, die het
driemaal .jBanctus” der Eri^elenkoren In zich
bergen.
De tweede beteekente van het hoogaltaar is
de Woonplaats van den Euchartettechen
Christus. Daarom te het tabernakel, even
als bij het altaar van Harzing In de St. Tho-
h-as van Aqulno te Amsterdam, naar voren
gebouwd, en uitgevoerd als de Woontent des
Heeren". De bekroning te een Hebreeuwsch
tentdak, waa-uit in uitvallende lijnen het
tenteoek afhangt.
Wanneer het k.utebeeld met zijn voetstuk te
weggenomen wordt de aandacht oogenbllk-
kelijk verplaatst naar de expositie-nis Een
5*a*r lichtbruin marmerblok wordt zicht
baar als voetstuk voor den monstrans. De
Monumentale sierletters verkondigen als de
rwp van een heraut, dat hier de Konlngs-
wtel te van den Allerhoogste, die naar de
uitdrukking van St. Thomas, door zUn glorie
y-OLOENS den huldigen stand van
V evolutie der Liturgie heett bet chrtete-
lijk altaar, behalve oe oorspronkelijke
en tevens primaire beteekente van Golgotha.
.«Herplaats ook bet karakter van Woonstede
Gods onder de menseben en Koningstroon
van Christus Trlumphato- aangenomen
Men kan zich op historisch standpunt stel
ten en zich logisch bepalen tot uitsluitende
weergave van de primaire gedachte van Of
ferplaats. Het kan zelfs zeer goed zijn. hier,
op alléén de aandacht ie concentreeren, op
dat ten slotte bet H. Misoffer ate vereenzel
viging met bet Kruisoffer op Calvarié. het
centrale punt van den Eeredienst is. Men
touwt dan een offertafel,zooals men die
vindt In de kathedraal van Haarlem of de
kloosterkerk van Oosterhout of men drukt
de „slachtbank”.Idee uit. zooals Pastoor Beu-
kertng liet doen in zijn kerk te Delfshaven.
Ook kan hierbij den graftombe.vorm gekozen
worden, omdat vanaf den Cauvcombentijd
bet H. Offer op de graven der martelaren
wordt opgedragen Belde, offertafel en graf
tombe combineerde Brom In zijn altaar in
de kloosterkerk te Zwolle. In de episcopale 11.
turgle van een kathedrale kers of de mo
nastieke liturg! van sommige kloosterorden
kan het zelfs zeer wenscheljjk rijn, op deze
wijze alleen het karakter van Offerplaats op
den voorgrond te stellen
In een parochiekerk moet echter het Al
lerheiligste >p het hoogaltaar bewaard wor.
■ugrn. terwijl de herhaalde plechtigheden met
aanbidding van het Allerheiligste een blU-
wenden expositietroon noodlg maken. Naast de
primaire en voornaamste beteekente Kunnen
bier dus ook de belde later gegroeide func
ties meer geaccentueerd worden.
Toen dan ook bet kerkbestuu. van de 8t.
Domlnicuskerk te Alkmaar onder de energie
ke leiding van Pastoor C. Mlckllnghoff O?.,
naar aanleiding van het derde eeuwfeest v*n
de komst der Dominicanen aldaar, een nieuw
hoogaltaar wenschte te stichten in de pa
rochiekerk heeft Wim Harzing. aan wie de
opdracht gegeven was, gemeend, deze drie
voudige gedachte in zijn schepping harmo
nisch te moeten verbinden.
Het hoofdmoment, de Offcrpkats ligt uit
gedrukt in de monumentale tombe, bet mar
telarengraf air offertafel. De royale mensa is
een zwart marmeren plaat ongeveer 15 c.M
dik) De zware zwarte lijn vormt een geluk-
klge afscheiding tegenover het blonde mar-
ultbreldlngsplan van lanen en straten ont
wierp, het latere Nassaukwartler.
Pastoor Heys en zijn raadgevers begre
pen thans te moeten handelen, wilden ztf
niet later, door versnippering van bouw
terrein en door speculatie tot hooge koeten
worden gedreven. Daarmee gaven zij blijk
van doorzicht en beleid.
Op den hoek Kennemerslngel en de breeds
Nassaulaan lag een open terrein, dat voor
een kerk als aangewezen was temeer daar
toenmaals het uitzicht bestond, dat al
daar een brug over de 8in«ei de oude stad
met de nieuwe zou verbinden.
Het terrein werd voor f 18000.aange
kocht en nadat de fondsen tot den bouw
door de vrijgevigheid der geloovlgen- genoeg
zaam waren gewaarborgd, gaf Mgr. Callleé
de veretechte volmacht tot het stichten van
een kerk, die aan den H. Joseph zou war
den toegewijd.
Aan de architecten
bouwplan
ter Nood.
Baetsen's liefde
tiiumphen viert.
De priesterlijke werkzaamheid van den
pastoor werd echter niet afgebakend door
de grenzen van zijn parochie.
Zijn ijver en godsvrucht waren ook velen
buiten het parochiaal verband ten zegen.
We denken hier aan de apologetische cur
sussen. welke Pastoor Baetsen wekelijks
gaf voor de katholieke leerlingen van Cadet
tenschool. H. B. S., Gymnasium, Handete-
dagschool en waarin menigeen In zijn later
leven een stutoe en steun gevonden heeft
temidden van de gevaren, welke zijn of haar
geloof bedreigden.
Ijverde hij aldus op zoo buitengewone
wjjze voor bet geestelijk leven, niet minder
ging zijn zorg uit naar de verfraaiing van
zijn kerk, welke zoodanig moest zijn, dat zij
de geloovlgen stichtte. Zoo zijn achtereen
volgens In den Icop der jaren de fraaie ge
brandschilderde ramen aangebracht; werd
de kerk verrijkt met een mooi wtt hoofd
altaar. benevens nieuwen preekstoel en Com
muniebank, terwijl enkele jaren geleden de
geheele polychromeerlng gereed kwam.
Een fijnen kunstsmaak bewees Pastoor
Baetsen te bezitten, toen hij den Domlni-
caanschen kunstschilder. Pater Raymundus
van Bergen opdracht gaf tot het vervaar
digen van de Kruiswegstaties, welke succes
sievelijk volledig geworden zijn en die het
oog streelen en het religieus gevoel opwek
ken door haar fijne compositie.
Daarbij bleef het echter niet, want ook
nieuwe Altaarkleeden en priesterlijke gewa
den. die zoowel liturgisch ate kunstzinnig
zijn, werden aangeschaft.
Een centrale verwarming werd
legd waardoor hij zijn parochianen
kerkbezoek -eraangenaamde.
We zouden nog cenlgen tijd zoo door kun-
In dien tijd werd hij ook belast met het
adviseurschap van den R. K. Metaalbewer-
kersbond, In welke kwaliteit hij nog samen-
werkte met Mgr. Aengenent, toen nog Pro
fessor te Warmond. In een studiecommissie
over het bedrijfsradenstelsel Van 1921 tot
1927 was Pater M1~kltnghoff ook bo-fdre-
dacteur van het Tletechc b’.ad „De Waal-
bode"
Na dien tijd was het Alkmaar en in het
bijzonder de St. Dominlcus-parochle. die
van zijn organisatorische talenten zou kun
nen proflteeren.
Veel beeft Pastoor Mlckllnghoff voor zijn
kerk gedaan; in geestelijk en materieel op
zicht. Bij zijn verschelden hebben wij dit
uitvoerig beschreven
In een afscheldsartikel.
We willen er slechts
op wijzen, dat Pastoor
Mlckllnghoff de cen
trale verwarming deed
utnleggen en het Ini
tiatief nam tot de vie
ring van dit eeuwgetij
en tot den bouw van
het nieuwe altaar, dat
steeds de herinnering
Mm dezen energleken
>astoor bij de St Do-
mlnicus-parochlanen
evendig zal houden.
Pastoor Timothetts
3iesta 1931
In de enkele maan-
ien, dat Pastoor Biesta
ias in Alkmaar ver-
oeft, heeft deze reeds
'eler sympathie ge-
onnen. Reeds op dien
ersten receptie-Zon-
lag. bi) de eerste ken-
itemaklng met zijn
parochianen, nam hij
dier harten in.
Aanstonds zette hy
bet werk van zijn
voorganger voort met
het resultaat, dat deze
week het nieuwe al-
'-aar. ate herinnerings
monument aan de 300-jarige werkzaamheid
der Dom. te Alkmaar, kon worden ingewijd.
”°™«n te. om haar de engelenreinheid
hergeven, die be.
hemelgeluk der Engelen veretecht.
De zes engelenfiguren, die architectonisch
den opstand schragen, zijn gedacht ate een
levendmaking van het materiaal, waaruit het
altaar te opgebouwd. Wi) gebruiken bet kost-
•»*rste, om daarmee onze hulde aan God
ook stoffelijk tot uitdrukking te brengen; ons
materiaal bidt dus mee.
Daarom heeft Harzing wit Italiaansch
marmer van donkere aderlng genomen om
vooral geen abstractie te wekken van ’t ma
teriaal. Hier neemt de materie langzamer
hand vorm aan en ontwikkelt zich tot een
aanblddlngsakt Daarom ook zijn deze enge-
lenflguren gedacht ate een uitgroei van de
architectonische marmerblokken aan de
baste, die zich verfijnen tot biddende hemel
geesten. Zij neigen zich biddend naar de
Pfaata der Offerhandeling en concentreeren
daardoor tevens weer de aandacht op het
esaentlëele moment.
Vooral deze er geien van Harzing zijn een
merkwaardige schepping De aanbidding te
verschillend bij de verschillende figuren. Van
de onderste, in stille devotie en simpel ge
loof zich gevende, stijgt de adoratie in cli
max naar de geconcentreerde, gespannen
aandacht en het geheimdoorvorschende me.
ditatle van de middelste tot de hijgende ge-
lukgenletlng en bezittende overgave van de
hoogste. Deze Engelen zijn geen teere wezens,
maar hemelgeesten van een hoogere natuur
*n foracher goddelijke schepping dan de
mensch In kracht en macht geweldig boven
hem uitstekende.
Behalve de engelenfiguren bestaat het al.
tear bijna geheel uit geel Carartech marmer
met bronzen applicaties. Deze rijkvormige or
namentatie te echter uitgevoerd In een door,
geschuurde verzilvering, waardoor een blond
geheel ontstaan Is. Deze verzilvering was
noodlg om de aanpassinte verkrijgen met
het reeds bestaande altaarzilver van een
kostbaren zuiveren barokstijl, en dat ook op
het nieuwe altaar moest gebruikt worden.
Vandaar ook. dat de strakke monumentale
lijnen van den geheelen «Itaarbouw verleven
digd zijn door de dofverzllverde kartel ran.
den en sierletters, waardoor een zeer geluk
kige overgang verkregen weed naar de «eel-
c'erige vormen van de barok.
Dit altaar te een der mooiste scheppingen
van een begenadigd ku utenaar onder onze
Katholieke Jongeren. Door de fijngevoelde
aanpassing met twee oudere stijlen: dc go-
nen gaan met aan te toonen, dat Pastoor
Baetsen te een waar en meeievend priester,
die nooit zich zelf, maar steeds bet heil
der zielen zocht.
Van bun dankbaarheid gaven dan ook
blijk zijn parochianen, toen Pastoor Baet-
sen 15 Aug. 1939 zijn 40-jarlg priesterfeest
vierde en o», bet nieuwe orgel ate feest
gave werd aangeboden
Moge de St. Joscphparochle haar eersten
pastoor nog langen tijd In baar midden
hebben.
beeft Harzing het bewijs gegeven, dat. even,
als men dat kan opmerken in vele oude
schepplnggen van christelijke kunst. het
r.aarlijk Schoone, dat ontsproten te aan den
Katholieken gee.it. behalve het stempel van
den tijd, ook lets van een eeuwigen luister
in zich draagt.
Pastoor Franciscus Heijs O.P.
Van de vier laatste pastoors der Bt. Do-
mlnlcusparochle. leeft ongetwijfeld in de
herinnering van de huidige generatie
Pastoor Heijs. godvruchti^er gedachtenis,
nog levendig voort. Deze Immers was meer
dan dertig jaren de herder der parochie en
heeft een heel geslacht rien opgroeten.
Den 5den Augustus werd Tater Francte-
cus Heijs van het prioraat te Nijmegen ont
heven en benoemd tot pastoor te Alkmaar,
als opvolger van Pater Augustinus Bloem,
die vanaf 1871 Pastoor der St. Domlnicus
kerk was.
Onder Pater Hexte’ pastoraat kwamen het
rijk gepolychromeerde altaar, de geoiand-
schilderde ramen, het mooie orgel en de
geheele-kerkbeschildcring tot stand.
Hij richtte de 8t. Catharlnavereeniglng op
en verzorgde de geestelijke bediening van
bet Rijksopvoedlngsgestlcht voor jongens,
de preventieve en de cellulaire gevangenis.
Begin 1921 verliet Pastoor Heijs Alkmaar,
doch tijdens zijn emeritaat kwam hij gere
geld nog zijn oude woonplaats bezoeken,
waar hij 15 Augustus 1928 onder groote be
langstelling, temidden van zijn oud-paro-
<-h lanen zijn diamanten priesterfeest vier
de Hij 'overleed in het 8t. Antonlusgestlcht
te Rotterdam. In den ouderdom van bijna
89 jaar.
Pastoor Heijs was een man van groot
optimisme en van een onverwoestbare ener
gie, hij was een uitmuntend priester en her
der voor zlln kudde. Zoo leeft bij nov vo'*rt
in de dankhare herinnering van vele zij
ner parochianen.
Engelen zijnde, het
-1 «UVBWVIUICld ge-
worden te. om haar de engelenreinheid te
deelgenootschap aan bet
Pastoor Lr. Ceslaus
Micklinghoff O.P.
Ate opvolger van Pater Koek werd
2 Maart *27 benoemd de Z. E. Pater H. J.
Mlckllnghoff O P..
toenmaals kapelaan te
Ttel
Slechts enkele maan
den geleden verliet
deze beminde pastoor
Alkmaar, zoodat de
herinnering aan hem
nog levendig te b|j alle
parochianen.
Pater H. J. Mlckllng
hoff werd, na zijn
priesterwijding In 1908
door zijn overheid al
spoedig bestemd voor
het professoraat; In
1910 behaalde hij den
graad van lector in de
Theologie en PhUoso-
phie en spoedig daar
na werden hem de
colleges in het dog
matisch gedeelte der
Summa Theologies te
Hulssen opgedragen
In 1913 verwisselde hij
dit professoraat met
dat in de Natuurlijke
Godsleer en in
Ethica te Zwolle.
1913 mocht hij
wetenschappeltf-
ken arbeid vervangen
door parochicelen ar*
beid en werd hij be
noemd tot kapelaan te
Schiedam, van waar
hl) In 1931 naar Ttel, ate zoodanig werd over
geplaatst.
Pastoor Bertrandus
Baetsen, 1909
Vanaf de stichting der 8t. Josephkerk
kennen de parochianen daar slechts Pater
Baetsen als hun zleleherder; eerst als Rec
tor van de hulpkerk van de St. Dominlcus-
parochle, later, sinds het 13 *4-jarig be
staan der parochie, ate pastoor.
Ruim twintig laar dus werkt na^toor
Baetsen aan den bloei van zijn parochie, met
een ijver, welke slechts mogen)», is 14 oeze
gedreven wordt door een onbaatzuchtig ver
langen, God s eer te vermeerderen en het
heil der zielen naar best vermogen te be
vorderen.
In de Sint Josephparochle bloeit dan ook
een rijk geloot^ieven en de godsdKustlgé
vereenigingen tellen er talrijke leden.
Wij noemen b. v. den Euchartettechen
Bond en de Broederschap van O. L. Vrouw
in welke laatste vooral Pastoor
de H. Maagd haar
Margrtj en
Snickers werd het bouwplan opgedragen.
Zij ontwierpen een kerk lp het karakter der
vroeg-gothtek. een kruis met drie beuken.
De voorgevel werd geflankeerd door twee
rijzige traptorens, terwijl het kruispunt van
den hoofdbeuk en d* dwarsarmen «ekroond
werd door een slanken Angelus-toren, die
een hoogte van ongeveer a». oeremt. Het
Interieur werd aanvankelijk zoo sober mo-
gelijk gehouden met het oog op latere ver
siering.
De kerk, dte afmetingen had van 45 bU
17 M. tusschen de zijbeuken, werd in De
cember 1906 aanbesteed, met de pastorie
voor f 69A00.
Dit bedrag was zoo ver beneden de ra
ming, dat men besloot de kerk tegelijk van
banken, een tombe voor het hoogaltaar, een
hulporgel enz. te voorzien. Den 28sten Maart
1909 werd door Pastoor Heijs, geassisteerd
door de paters A. Or te. P. Hubers en M. do
Bruijn, de eerste steen gelegd.
Het werk, dat voorspoedig vorderde en
dat in April 1910 meest worden opgeleverd,
kwam hetzelfde jaar nog gereed, zoodat de
kerk 31 Dec. 1909 kon worden Ingewijd.
Op het feest van *s Heeren Besnijdenis,
den eersten dag van 1910, droeg Pastoor
Heijs de eerste H. Mis op, terwijl Pater Ber
trandus Baetsen tot rector werd aan—’’-ld.
In 1931 werd het rectoraat tot parochie
verheven en sindsdien te Tater Baeisen er
de welbeminde pastoor.
Onder zijn pastoraat js de kerk mH vele
beschilderingen, os. van de kruiswegsta
ties, met een nieuw orgel en met gemand-
schilderde ramen, alles volgens ontwerp van
den Dominicaner artist. Pater R. van Ber
gen, verrijkt.
De bloeiende St. Joseph-parochte telt 3300
zielen, waarvan 1700 communicanten.
r A.'
7'/ 'f
Nu, op dit derde eeuwfeett, nooden ons de klokken
Ten dank- en smeekgebed naar Jezus" altaar heen.
Waar rond Zijn tabernakel blonde engelen lokken,
Driehonderd jaar Dominicus’ Zonen, hebt GV deze stad.
Uw wijsheid en Uw wetenschap, Uw priesterwerk gegeven.
Drie eeuwen hebt Gij, in der blanken-korenaren-schat.
Na ‘t heilig Machtwoord, ons den Menschenzoon geheven.
Xn wij tezamen bij de feestmis zijn doch waar fn stil g'ween
Om den beminden Herder, dia te sterven ligt alleen,
Xen rouwfoers over onze vreugde wordt getrokken.
Zooals Uw Vader diamantenkracht aan moeder-teederheid
Te binden wist, zoo voerde Uw zachte kracht in vroom bekeeren,
Zoo menig zondaar in berouw, dal bidt en schreit,
Terug naar "t eindeloos erbarmend Hart des Heeren.