MIJNHARDT’S KINDERZALF
LEPTIS MAGNA IN AFRIKA Radio-program
HET HORLOGE VAN DEN RECHTER
Alleabonné’s
Het
Rozen*Kasteel
Het teeken des kruises
in Afghanistan
WOENSDAG-;
JUNI
Schatgraven
VERHAAL VAN
DEN DAG
Donderdag 9 Juni
Romeinsche Keizerstad
1
1
Onder zand bedolven
Over talenten gesproken
De rijkste hand elsstad
ONVEILIG SUMATRA
FEUILLETON
Br.
jpten
Weelde vaq marmer en
schilderingen
Na 1400 jaren op bevel van
Mussolini uit het woestijn
zand uitgegraven
AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLUK DRIE MAAL VIER EN TW1NTIG UREN NA HET ONGEVAL
Nachtelijke overvallen
I
a
wat
ben bereid", sprak de dappere jongen
in de
«■n ge-
maakjp, kon
geen
I
Doos 25, Tube M et. BU l'w Drogist.
geneeat het huidje van Uw kindje.
1
i
1
1
1
In
a
(Wordt vervolgd)
l
1
1
i
Intenneno:
Volendam-
c
t
VOOR NADERE BIJZONDERHEDEN VER
WIJZEN WIJ NAAR DEN KATHOLIEKEN
RADIOGIDS
denkt madame Sylvia,
bovengronds malaise,
var niets is, daar vind ik niets,
raaf ik i la baisse!
aaft nu volgens logica,
eigens moet het zitten,
b
b
2
t
d
d
ii
s
V
I
I
Voor een huis to de Rue de Courcelles te
Parijs hield een flacre stil, t Was nog zeer
vroeg, een vochtige, droeve morgen, geen ster
veling op straat en de witte gevel met stfn
talrijke baloons toonde In de ochtendscheme
ring een treurigen aanbllk.
Een dame van rijzige gestalte, mager en in
het zwart gekleed, opende het portier, en na
een versleten leeren valles op het trottoir neer
gezet te hebben, haalde ze een portemonnale
voor den dag en telde nauwkeurig het geld
alvorens het den koetsier te overhandigen. Deze
scheen lang niet tevreden en nam het zonder
©en woord van dank aan.
1 Is wat moois! bromde htf; heel van bet
Lyonstation en dan soo'n fooitje!
Hij gaf bet paard een slag met de zweep en
verdween in de ledige straat, terwijl zijn klant
zonder de minste verwondering te toonen den
vinger op den schelknop drukte.
Nog tweemaal mneet se dit herhalen, eer de
Voor het gerechtshof stond een nieuwsgierige
menigte. Er zou een moordenaar, voor de recht
bank verschijnen.
Eerbiedig ging men opzij voor twee rechters
die het gebouw wilden binnengaan.
Opeens greep de bekende rechter Oalby naar
zijn horloge. Hjj schrikte even, want het was
niet in zijn zak. Maar hjj bedacht zich:
Die ongelukkige verstrooidheid, zei hij met
lulde stem tot zijn collega. Daar heb ik mijn
gouden horloge weer op mjjn beddetafeltje
liggen.
Zijn vriend lachte. Nu je zult den moor
denaar ook wel zonder horloge kunnen zeggen
wanneer zijn laatste uur slaat
Daarmee was de zaak afgedaan.
5.20 kamermuziek
6 40 populair
d
v
E
n
ei
s
f
s
<1
t
se
te
E
I
Bo
1
nle
vo<
we
vri
als
aai
wh
we<
I
Ma
mii
sec
hol
1
var
der
Zat
Zo<
eer
bij
liet
st
Hl
n
R
st
B
e«
m
ve
wi
h<
va
gi
ZU
en
P«
gr
zo
ev
git
de
m<
tel
Da
we
da
scl
ge<
vei
wa
1
57
C.
B
H
Ui
0|
i
dl
M. 850 concert
ÏXtö gramofoonmuziek
jscX" Puccini.
lalre muziek.
loor het Quar-
Tranen vulden de oogen var. het meisje.
O ja! Zoodra die vreeseljjke bloedspuwing
zich openbaarde, heb Ik terstond den priester
laten roepen, en zij begreep ten volle den ernst
van het oogenbllk, doch zij was reeds te veel
verzwakt om zich angstig te maken. En zij, die
zoo aan het leven gehecht was, scheer». het
toen niet meer te betreuren.
Zij ia aeer stichtelijk afgestorven, zei thans
de religleuse, die weer binnengekomen was
Toen zij de oogen weer opende, gaf ze mij een
teeken haar mijn cruslflx te laten kussen
En tot het laatste oogenbllk heeft ze ge
weten, dat ze door de uiterste zorgen omringd
was, voegde Marle-Clalre er weenend bij.
Onder dit gesprek hadden de trekken der
vreemde dame zich langzamerhand ontspan
nen.
Directeur: Wat hoor Tr, uw dochter wil In
ieder geval tooneelspeelster worden. Maar zou
ze er veel talent voor hebben?
Moeder (met trots): Maar meneer! ze zal
toch wel iets van ons geërfd hebben; mjjn man
was 15 jaar lang bureaulist en ik heb 20 jaar de
garderobe in het theater verzorgd!
Die glangperiode der stad, die van nu af aan
den naam Leptis Magna (Groet-Leptis) voerde,
duurde tot In het midden van de 5e eeuw.
In het jaar 455 werd zij zóó door vandalen
geschonden, dat zij zich nooit geheel herstelde.
Opeenvolgende overvallen der barbaren bedreig
den de stad steeds meer, totdat zij eindelijk
totaal uitgeplunderd en door de laatste bewo
ners verlaten, ten prooi viel aan 't zich steeds
uitbreidende woestijnzand. Op de ruinen van de
prachtige keizerstad legden de Arabieren een
begraafplaats aan.
Borgers 6.45 Cursus in knippen en stofver-
sleren 7.00 Declamatie door A Langeler -
7.30 Politieberichten 7.46 Persberichten van
het Ned. Chr. Persbureau 8-00 Tijdsein en
Protestantech Christelijke Reclasseerlngsver-
eenlglng 8.00 A Capella-ultvoerlng In de 8t.
Pieterskerk te Utrecht; Intermezzo: Persberich
ten van het Persbureau Vas Dlaa te Amster
dam. Aan het einde van het programma gra-
mofoonmuzlek.
deur openging. Het gordijn van de loge hing
nog omlaag, doch de rijzige vrouw klopte vinnig
tegen de ruit en riep lulde:
Het appartement van barones Boyer?
Nu kwam daarbinnen toch wat leven, en de
portierster vertoonde zich aan de deur, ver
schrikt en met verwarde haren.
Weet u het niet? Mevrouw is eergisteren
avond overleden.
Dat weet Ik, antwoordde de nleuwaange-
komene droogjes. Welke verdieping?
De derde. Mevrouw is zeker van de fa
milie, dat ze op zulk een uur komt?
Dat spreekt.
harde, korte toon van dit antwoord ver
bitterde de portierster, en uit wraak nam
niet eens de moeite de bezoekster de lift
wjjzen. o
tWas nog donker op de trap. De vrouw
't zwart Het haar valles In de gang staan,
haalde een doosje lucifers uit den zak en ging
de trap op bij het weifelende licht van een
vlammetje, dat ae nog twee maal moest ver
nieuwen.
t Was een nieuw, elegant huis met gestuca-
doorde wanden, en op de wlt-steenen treden
verdoofde een mollige, purperen looper de voet
stappen van de bezoekster.
Óp de derde verdieping schelde zjj aan. In
dit huls, waar de dood was binnengetreden,
werd natuurlijk gewaakt; een religieuss deed
open.
Ik ben de halfzuster van mevrouw Boyer,
en ik heb mijn valles beneden gelaten. Wil u
Op zekeren dag voer Ik de Theems op aan
boord van het stoomschip .Duke of Clarence”,
om naar het vorstelijke Hamptoncourt te gaan,
eens het weelderige paleis van Kardinaal Wol
sey, den beroémden minister van Hendrik VIII
Ik zat aan dek naast een gepensioneerd kapi
tein van het Engelsch-Indlsch leger. Het duur
de niet lang of we waren in een onderhoud ge
wikkeld, dat weldra over godsdienstige onder
werpen liep, hetgeen b<j de Engelschen spoedig
het geval Is.
We zagen hoe hij zich verwijderde
richting der kloof, waar hem waarschijnlijk de
dood wachtte. Zn rozenkrans hield hij. om t'n
deerd het regiment daar te bereiken Is gering;
je leven staat er bij op *t spel.”
„Ik sta onder Gods bescherming, kolonel; Ut
>n anrralr Ha rlnnrxn.,»»
De deur ging dicht en juffrouw d’Albrègue
knielde bjj het doodsbed neer. Haar groote,
harde oogen waren nu zacht, en haar kleine,
door de zon gebruinde hand legde ze op d»
bleeke, koude handen, waar een koralen rozen
krans omheen geslingerd was.
De rozenkrans van haar eerste H. Com
munie, zei ze halfluid. Wat heeft ze dien
trouw bewaard, en wat is dat al lang geleden'
ZIJ woelde in de plooien van haar japon en
haalde een rozenkrans te voorschijn, volkomen
gelijk aan dien anderen, en legde hem op de
handen der doode.
Lang lag ze daar In stille beschouwing, de
vervlogen laren In den geest weer doorloopend
als wilde ze op dit wasbleeke gelaat den blos
terugroepen van bet lieve kind, waarmee ae
gespeeld had, als wilde ze de blonde lokken
weerzien, waarin een zonnestraaltje zich
scheen te verbergen. Geheel het verleden reef
weer voor haar geest op: het lijden van een
door allen vergeten kind, een Ijverzucht, waar
niemand rekening mee hield, een treurig ver
waarloosde jeugd, en dat alles tegenover het
jongere zusje, vertroeteld en verwend uitver
koren om haar lachende schoonheid en beval
ligheid, om haar rich uitstortende teederheid.
Dan sprak ze bijna overluid, gelijk meer ge
beurt met menschen, die alleen leven
Hoe lang duurde deze zwijgende beschouwing
zonder eenlg teeken van rouw of droefheid?
Een jong meisje aan t hoofdeinde gezeten
stond op en kwam naar haar toe.
De harde, donkere oogen wendden zich van
de doode af en vestigden zich op haar, die
naderkwam.
Ik ben haar halfzuster.
Deze woorden werden op denzelfden korten
toon gesproken, waarover de zuster zich reeds
zoo verwonderd had, maar nu klonken ae uit
de hoogte, bijna als een bevel.
Juffrouw d'Albrègue? vroeg Marle-Clalre.
het jonge meisje, t Is zoo haastig gegaan.
Toch hebben wij u terstond getelegrafeerd.
Ja, maar Ik was afwezig, en bovendien, ik
kon toch niet bijtijds bier rijn, ik denk niet
dat ze naar me gevraagd heeft.
Dit klonk als een bevestiging bjj voorbaat,
en werd dan ook niet tegengesproken.
Nogmaals beschouwde zU het bleeke meisje,
dat daar vóór haar stond met een wlt-flanellen
ochtendjapon om de slanke leest; dan ging ae
naar het doodsbed, knielde een oogenbllk neer
en nam, zonder daartoe ultgenoodlgd te zUn
de plaats In, die Marle-Clalre aooeven ver
laten had.
Beschroomd bleef deze staan wachten, tot
ze ondervraagd zou worden.
Een longaandoening?
Ja; tante genoot een goede gezondheid, al
scheen ae ulterHJk niet sterk; en toch to zij
besweken I --
Was zU rich haar toestand bewust?
gouden horloge! O, „sancia simplicltas!” De
schurk heeft zelf den reebout gekocht, om den
vogel op den lijmstok te lokken. Begrijp Je 1
nu?
maar naar boven."
Wie het Kruisteeken
vijand zijn.
Het eerste bedrijf van de grootech opgezette
Uitgravlngen bij de oud-Afrikaansche stad Lep
tis Magna Is geëindigd Dit werk is op last van
Mussolini ter hand genomen en heeft tot re
sultaat gehad, dat deze keizerlijke Romeinsche
hoofd- en residentiestad in Noord-Afrlka aan
het woestijnzand kon warden ontrukt en thans
na een diepen slaap van 1400 Jaren. aan de
verbaasde oogen der bezoekers een overweldi
gend beeld biedt van pracht en heerlijkheid.
Ongeveer 126 K.M. van Tripolis verheffen
rich midden In de Lyblsche woestijn de op be
vel van den duce uit hun verzonkenheld te
voorschijn getooverde bouwwerken van Leptis
Magna, de geboorte- en kroningsstad van den
groeten keizer Septimus Seierus.
De allereerste geschiedenis dezer Noord-
Afrikaansche nederzetting Is In 't duister ge
huld. De oadheidsvorschers zijn van meenlng.
dat het Phoeniciërs waren, die hier een van
hun talrijke kustenkolonles hebben gesticht en
den grondslag voor de latere schitterende ont
wikkeling der stad legden. Nadat de Grieken
den Phoenlcischen woest tinhandel verdrongen
hadden, namen zij de stad In bezit, die zjj om
doopten in Neapolis. Later geraakte de stad
In handen van de Cathagers. die hun handels-
rijk aan de kusten der Mlddelandsche Zee uit
breidden. De onderging van Carthago had de
komst der Romeinen ten gevoge, die eerst de
stad het recht van vrjj zelfbestuur en vrije munt
gaven en haar daarna in een Romeinsche kolo
nie veranderden.
Het i\
T handt
En wa
Dus gi
Z\j gn
Want
En daarom staat Zaandam thans !i
Het t-eken van het spitten!
Er wordt gegraven en geboord.
Er wordt gez-aht naar schatten.
En ieder snapt, die liggen niet
Verscholen in de watten.
Maar staat dit graven, en ik stel
De vraag I hier zeer bescheiden,
Misschien I een beetje in verband
Meer met den geest der tijden?
Doch hoe Scherpzinnig men dan ook
De kwestie\wil doorgronden:
Tot dusver\ heeft de vrouw haar
l „schat"
Steeds bovengronds gevonden!
MARTIN BERDEN
(Nadruk verbaden)
f Afl Ufl verlies va»
todenn vlngsr
Het vonnis was uitgesproken en ernstig ging
rechter Calby naar huls terug.
Zijne liefhebbende vrouw ontving hem harte
lijk. Een smakelijk middagmaal stond gereed
Terwijl men aan de soep was. viel den rech
ter zijn b°rloge In.
Och vrouw, zelde hU. doe me een plezier,
mijn horloge van het beddetafeltje te halen
Daar heb ik het laten liggen.
Zijne vrouw lachte. Maar Calby, zei ze
je wordt hoe langer hoe vergeetachtiger 1 Waar
moet dit heen? Ik heb het je Immers drie uur
geleden aan het gerechtshof gestuurd.
Ónmogelijk, viel Calby In.
Niet mogelljk? Je hebt het zelf laten halen!
I1k? Verschrikt liet hjj den lepel vallen
Ja, jij! ging zijne vrouw voort. Je waart
pas een uur weg och wat zeg ik. nauwelijks
een half uur toen een knap jongmensch
hij zelde dat eene gerechtsbode was aan
schelde. HU bracht mU een heerlijken reebout,
dien Je vandaag op de markt gekocht had, met
een vrlendelUk compliment van Je. Ik moest den
reebout overmorgen op tafel brengen, zei hU
HU wou al heengaan, toen hU zich opeens be
zon. Je had Je gouden horloge op het bedde
tafeltje laten liggen, en dat moest hU Je dade-
'Uk meebrengen.
Het schemerde Calby voor de oogen.
En jU heb Je hem het horloge gegeven?
Ja zeker! Of nu werd mevrouw Calby
toch ongerust had Ik het niet moeten doen?
Neen, je had het niet moeten doen, juweel
van een slimme vrouw! brulde Calby woedend
Hoe kan een rechtersvrouw zoo zoo hU be
dacht nog juist bUtUds dat hU een welopgevoed
man was zoo lichtgeloovig wezen! Een ver
standig mensch zou zoo Iets niet kunnen ge
beuren. Een mooie ruil! Een reebout voor een
WU u me een oogenbllk alleen laten’
vroeg ze eensklaps met een zachtheid in haar
stem, die men van haar niet zou verwacht heb
ben. WU hadden elkander sedert jaren niet
meer gezien; onze levenspaden liepen ver uit
een, en ik had het recht te denken, dat zU mli
vroeger onrecht had aangedaan. Maar we
noemden elkander zusters: we hadden denself-
den vader.
Zwygend ging het meisje naar de deur, door
de zuster gevolgd, doch op den drempel keerde
sU zich om en sprak:
moet wel zeer vermoeid sljn Ik zal
een kamer voor u In gereedheid laten brengen,
en ook een dejeuner. U kunt me vinden in de
kamer hiertegenover.
HUIZEN, 1875 M. 8.00 KRO. Morgen-
concert 10.00 N.C.R.V. TUdseln en gramo-
foonmuzlek 10.15 korte ziekendienst dooi
Ds. J. J. v. Petegem 10.45 Gramofoonmuziek
11.00 K.R.O. Gramofoonmuziek 11.30
Godsdienstig halfuurtje door Pastoor L. H.
Perquln OP 12 00 Tijdsein en politieberich
ten 12.15 K-RO -orbest o.l.v. Johan Ger-
riteen 2.00 N C.R.V. Tijdsein en cursus
fraaie handwerken door mej. G. Albly 3.Ou
vrouwenhalfuurtje 3.30 verzorging sender
4.00 ziekenuurtje door Dg. J. Wlllemze 5.00
Cursus liandenarbeid voor onze jeugd door H.
J. Stelbvoort. Onderwerp: De beplakking van
gevolg hebben door een hevig geweervuur te
worden ontvangen, daar men In ons vermomde
tegenstanders sou zien.
Onze kolonel commandeerde halt en sprak
ons toe:
.Jongens, we verkeeren in eei; netelige po
sitie. We zUn van bijna alle kanten door den
vüand Ingesloten. Ons eenlg redmiddel Is. aan
sluiting bU de Connaught Rangers. Ze moe
ten vóór alles er van in kennis gesteld wor
den. dat we hier zUn. want, daar we noch hun
herkennlngsteeken, noch hun wachtwoord ken
nen. loopen we groot gevaar bij onze nadering
als vijanden te worden beschouwd en neer
geschoten te worden. Is er onder jullie iemand
van goeden wil. die z*n leven wil wagen om
ons allen te redden?”
Een jonge lerache soldaat trad naar voren/
en sprak:
.Kolonel, u kunt over mtf beschikken;
moet ik doen?”
,Klj de Connaughts trachten te komen om
dezen brief aan hun koloneL te overhandigen
Maar denk eerst goed na, de kans, om onge-
Verstekeltng„Hallo meneer,
gaat u naar het restaurant?"
Verbaasde passagier: ^OMel.“
Verstekeling„Do» me dan
een lol en breng ee.i naar rest
jes voor me mee in je zak
doek!"
Eeuwen vergingen, een dikke zandlaag bedek
te id e verzonken stad. Jakhalzen en gieren wa
ren de eenlge gasten op deze plek, waar eens: spaarpot 5.45 Cellorecttal door K. r.
een rijk en machtig leven had gebloeid. Thans
na 1400 jaren. ontw'aakt Leptis Magna weder
uit haren'$aap. De prachtige triomfbogen met
fresco's, wegte re krijgsdaden des keizers Septi
mus Severus' foorstellen, zjjn geheel blootge
legd, zoomede 'de granieten muur, die het kei
zerlijk forum <*ón (de binnenstad scheidde.
Langs den muur leidt een uitstekend gepla
veide straat. de KeizerSweg, naar het paleis en
de basilieken. Aan de andere zijde van den
muur liggen de badhuizen. Zij hebben een op
pervlakte van 3 H.A. De schitterende zullen,
marmerplaten, wandsrujweik en fresco's geven
het geheel een prachtig aanzien. Een paar hon
derd meter verder verheft zich het goed onder
houden zuilenwoud van het forum In al zjjn
pracht, het keizerlijk paleis uit Toscaansch
marmer. Hoeveel galjoenen zopden niet be
vracht zUn om dezen berg van kostelijk ge
steente naar NoordAfrika te brengen. Hoeveel
slavenhanden moesten dag In dag -uit. maand
na maand, in de gloeiende stralen der Afri
kaansche zon arbeiden om In het verre gebied
van het Romeinsche Imperium dit troteche
bouwwerk op te trekken, dat heden, midden in
de Arabiscne woestijn, als een sprookje uit
1001-nacht, als een droomvisioen, zien aan ons
oog vertoont.
Dien dag aten mijnheer en mevrouw Calby
niet verder.
Gedane zaken nemen geen keer en dus was
de rechter den volgenden morgen In eene zach
tere stemming. Een teedere omhelzing, een
hartelijk kus. en mevrouw Calby was weer
verzoend en beloofde hem, niet weer aan de
harde woorden van den vor ken dag te zullen
denken.
En men zou In ieder geval nog van den heer
lijken reebout smullen.
Kalm vermaande Calby zjjn vrouwtje niet
meer zoo lichtgeloovig te zijn, en welgemoed
ging hjj naar het gerechtshof. De zittingen
duurden lang en veel later dan gewoonlijk
kwam hij thuis. Daar verwachtte zljnë vrouw
hem al met ongeduld. Vroolljk omhelsde zij hem
en Juichend riep zjj:
Manlief Calby het Is toch maar ge
lukkig dat wij je horloge terug hebben!
Hoe wat hebben we terug? vroeg Mj
verrast.
Wel, je horloge: ze hebben dien schurk van
een dief Immers ontdekt en hem van den d/ef
stal overtuigd.
Het werd den rechter benauwd om het hart;
hu haalde zijn zakdoek uit en veegde zjjn klam
voorhoofd af.
Vrouw, je spreekt in raadselen! Verklaar
je duidelijker, want Ik weet noch van den dief
noch van het horloge. Wat Is het nu weer?
Maar lieve hemel! riep de vrouw uit; van
daag tegen den middag schelde er weer een zeer
net gekleed heer aan, zei dat hij gerechtschrlj-
ver was. en vertelde, dat de dief van het hor
loge gelukkig ontdekt was. Om hem heelemaal
te overtuigen was nu alleen nog maar een corpus
delicti, de reebout, noodig. Op jou bevel is hij
dus gauw naar mij toe gegaan om den reebout
te halen.
En jij heb hem dien gegeven?
Natuurlijk. Tegen een rechterlijk besluit
mag men zich niet verzetten.
Verpletterd zonk Calby op den stoel neder
Dubbel bedrogen! Want de spitsboef had rich
natuurlijk wel gewacht de politie in de armen
te loopen. O, die slimme vrouw! Zich ook nog
den vertroostenden bout te laten af troggelen!
En ditmaal bedacht rechter Calby niet nog
juist bijtijds, dat hij een welopgevoed man was
en niet mocht vloeken.
pols gewonden, in z’n hand.
BU het beklimmen van een bergrug, langt
een nauwelijks herkenbaar pad, stond hij
eensklaps stil. Op korten afstand, boven zich
hoorde hU een stem. Toen hjj omhoog keek,
zag hU op de rots een Engelsche schildwacht,
een scherpschutter met aangelegd geweer, die
hem toeriep:
.Kalt! Wie ben je?"
.Een vriend!”
„Geef dadelUk het herkennlngsteeken of ik
schiet!” I
De arme Ier, die het teeken niet kende, be
greep, dat hU verloren was. Toen bad h(J
„Mijn God. ontvang mijn ziel”. Daarna muit»
hU het Kruisteeken en sprak daarbU duidelijk
de woorden uit.
Onifliddenijk zette de schildwacht z'n ge
weer in rust en zet: „In orde, kameraad, klim
PABUS (Eiffel) 144K
„R adio Parts”. 1725 M.: I
1250 idem 8» ,Ea T<
MILAAN, Ml M. 752 Po^di
ROME, 441 M. 9 05 concert di
tetto dl Rotna.
WEENEN, 517 M. 755 „Mlssa Solemnls”
van Beethoven. 10.55 concert door de Robert
Hügelkapel.
WARSCHAU, 1411 M.
door het Dubiska-kwartet
concert 8.20 populair concert door het Phli-
harmxxiie-orkest van Warschau' oJ.v. St.
Nawrot; 10.20 dansmuziek 11.10 dansmu
ziek.
BEROMUN8TER, MO M. - 8 20 concert door
het Kamerorkest van Bazel oJ.v. Paul Sachet
10.05 concert door het Omroeporkest.
In t oude Romeinsche rijk gold Leptis als
een van de rijkste en bloelendste handelsste-
den. ZU lag op het kruispunt van de zeewegen,
die uit bet Westelijk deel der Middeltendsche
Zee naar Egypte en Voor-Azie voerden. ZU
breidde zich steeds meer uit. tal van Romein
sche patriciërs vestigden er zich. De roep van
den rijkdom der stad, van de weelde harer be
woners drong door tot in de verste uithoeken
der vroegere beschaafde wereld. Architecten,
beeldhouwers, dichters en geleerden reisden
naar Leptis, om in de schaduw der palmen een
rustig en zorgenvrij leven te leiden.
Het toeval wilde, dat juist in deze Afrikaan
sche handelsstad op 11 April van het jaar 146
na Chr. de groote krijgsman Septimus Severus
het levenslicht zag. Toen hjj op 47-jarigen
leeftijd door de Romeinsche legioenen op het
schild werd geheven, kon hU op een wisselvallig,
en stormachtig verleden terugzien. HU was in
tusschen advocaat, koopman, centurio. procon
sul en ten slotte opperbevelhebber In Afrika
geweest.
Na zUn triomfalen Intocht in het Capitool te
Rome Vergat Severus zUn vaderland niet. Hon
derden bouwmeesters en tienduizenden slaven
gingen op bevel van den keizer aan het werk
om van Leptis de tweede hoofdstad van het
Romeinsche Imperium te maken. Uit alle ha
vens der Mlddellandsche Zee zeilden schepen
en roeiden galjoenen naar Leptis met kostbaar
hout en marmer beladen. Een nieuwe haven
ontstond, een forum, een groote markthal, bad
huisen. een circus, triomfbogen, tempels en
basilieken.
op dit blad sQn Ingevolge de vemekeringsvoonraarden tegen Z bij levenslange geheele ongeecblktbeld tot werkendoor f 7CD bU ongeval met f bfl verllee van een hand f 1 9C bfl verllee van een f CQ w OU een breuk van
ongevallen vereekerd voor een der volgende ultkeerlngen f verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen VV»" doodehjken afloop fctztz. een voet of een oog duim of wijsvinger We been of arm
het laten halen, zuster?
Ietwat geschokt door zulk een volslagen ge
mis aan gevoel of ontroering in dergelUke om
standigheden, knikte de religleuse bevestigend
en vroeg dan, de besoekster aarzelend aan
ziend:
Wil u niet in het salon komen, mevrouw,
en een oogenbllk rusten, alvorens
Ik verlang mUn zuster terstond te aten,
als 1 u belieft.
Wees dan zoo goed mU te volgen.
Een gasbek verlichtte de voorkamer, die met
gebeeldhouwde meubelen en keurig porceleln
prijkte. De religleuse wees dè gang recht».
Hier heen, mevrouw, als 't u belieft.
Uit een openstaande kamer drong een tril
lend licht in de gang door, en toen de bezoek
ster met vasten tred de zuster volgde, stond ze
op eens vóór een groote legerstede, waar het
roozeroode hoofdkussen het gelaat van de
doode ?en weerschijn gaf, of ze nog leefde.
Halfzusters! Maar welk ee ntegenstelling tn
elk opzicht! ZU. die daar rustte, was In haar
plechtige onbeweeglijkheid nog altUd schoon en
leek met haar fijne, delicate gelaatstrekken
bUna Jong. De andere, die daar aan het voet
einde belangstellend toezag, bezat harde, bUna
manneiuke trekken en een gebruinde kleur, ge
rimpeld voorhoofd, strenge, doordringende
diepzwarte oogen. En dezelfde tegenstelling
sprak uit den nauwen rok, de verkleurde sjaal,
den oud-modischen hoed, het arme’Uke toilet
in één woord, en het kleed der doode, met
rijk borduurwerk «n kanten versierd.
Zoo vertelde ik van een katholiek kind, dat
verdwaald was- en door bet Kruisteeken was
teruggevonden.
,4a”, zei de oude soldaat. ,Jk ben protestant,
maar zoo Iets hoor ik graag. Nu we toch over
't Kruisteeken spreken, zal ik u op mijn beurt
Iets verhalen, waarin u belang zult stellen.
Hetgeen ik u ga vertellen, geschiedde in ’t re
giment waarin ik diende, en ik verzeker u, dat
alle soldaten er zeer door getroffen werden.”
HILVERSUM, 296 M. 8.J0 TUdseln en gra
mofoonmuziek 10.00 morgenwUdlng 10.15
gramofoonmuziek 10.30 vlool-recital Boris
Lensky 1150 knipcursus klnderkleeding door
mevr. Ida de Leeuwvan Rees 1130 gra
mofoonmuziek 12.00 Tijdsein en A.V.R.O.-
kleln orkest oJ.v. Nico Treep;
Accordeónmuriek door van Dljks
mens 2.15 Rustpoos voor het verzorgen van
den sender 230 mevr. LotgeringHille-
brand: „Zomergerechten” 3.00 gramofoon-
tnuriek; Symphonle-orkest oJ.v. Leopold Stro-
kowskl 4.00 ziekenuur door mevr. A van
Dijk 5.00 A VRO -kamerorkest ol.v. Gerard
Hemmes; Tusschenspel van gramofoonmuziek
630 Sportpraatje door H. Hollander 7.00
A.V.R.O.-kamerorkest 730 Vacantiegangers
.Attentie”! door H. J. Peppink: „Vacantle-
tochten per auto NederlandArdennenSauer-
lanidRijnstreek 8.00 TUdseln en causerie
door Paul F. Sanders Het werk van het In- 1
ternatlonale Genootschap voor moderne muziek
en het aa. muziekfeest te Weenen 8.15 Aan-
slultjng met het Concertgebouw te Amsterdam.
Coucertgebouw-orkest oJ.v. Oscar Strauss. In -
de pauze causerie door W. Vogt „Geen liefda
digheid naar vermogen” 10.45 Kovacs Lajc»
en zUn orkest.
BRUSSEL, 509 M. 530 concert door het
radlo-orkest oJ.v. Frans André 650 gramo-
foonplatenconcert 7.35 idem 8.20 concert
9 20 Russische muziek door het symphonle-
orkest van den omroep oJ.v. Arthur Meulemans
10.30 gramofoonplatenconcert.
KALUNDBORG, 1153 M. 330 concert door
Louis Prell’s Instrumentaal ensemble 83u
Italiaansche' opera-muzlek door het Omroep
orkest oJ.v. Launy Gröndahl 10.10 muziek
van Deensche componisten.
BERLIJN. 418 M. 450 Cello recital door
Paul Hermann 7.35 populair concert door
Alois Pachemegg en zjjn orkest 9.30 Con
cert door het Omroeporkest.
HAMBURG, 372 M. 135 gramofoonmuziek
2.003.00 idem 10.40 Duitsche dansmuziek
door het Omroeporkest o.l.v. Adolf Seeker.
KONÏGSWUSTERHAUSEN, 1635 M. 2.20
gramofoonmuziek 4.50 concert.
LANGENBERG, 472 M. 1.20 concert oJ v
Wolf 250 gramofoonmuziek 5.20 Vesper
concert uit Frankfort.
DAVENTRY, 1554 M. 12.20 concert van
Edinburgh door het Omroeporkest 1.20 con
cert 10 00 Debussy concert 11.05 B.B.C.-
dansorkest oJ.v. Henry Hall
„In 1880 voerden we oorlog op de grenzen
van Afganlstan. Het was een strUd, een onder
neming vol van gevaren; het land is bergachtig
en dor; de enkele wegen zUn smal en liggen
meestal aan den rand van diepe afgronden'of
nauwe bergpassen. Wanneer de vUand, die na
tuurlijk uitstekend met het land bekend was.
van die kennis een handig gebruik maakte,
kon hier een geheel legercorps gemakkelljk ver
nietigd worden.
Nu hadden de opstandige Afghanen een
krijgslist verzonnen. Ze staken zich in de uni
form van Engelsche soldaten, zoodat men op
een afstand vriend van vUand ónmogelijk kon
onderscheiden.
Op zekeren dag kwamen we met ons regi
ment aan den Ingang van zoo’n bergpas, welke
verscheidene mijlen lang was. Het was ons be
kend, dat aan den anderen kant van dezen
doorgang rich het regimen; Connaught be
vond en we wensen ten met deze afdeeling ver
binding te krUgen om onze krachten te kun
nen cohcentreeren
Dót was een zeer moenyke en gevaarlijke
onderneming, want het regiment wist niet, da’,
wjj in de buurt waren en we kenden noch hun
wachtwoord, noch huu herkennlngsteeken.
Vooruitrukken zonder meer zou vrü zeker tot
Staaltjes van toenemende onveiligheid wor
den ook van e'ders dan van Java gemeld In
een nummer van de Rum.-Bode” worden
twee rampokpartijen beschreven, welke ter
Sumatra’s Westkust zich afspeelden. De eerste
rampokpartU viel voor In kampong Padang
Madöeng. negorij Aoer l$allntang. in het dis
trict Paria man. Even voor twee uur des nacht-
keerden een neef van den bewoner en een
vriend van een trouwpartij terug en omdat hun
woning nogal veraf waren, klopten zü bU den
oom aan om nachtverblijf Nauwelijks waren
de gasten binnen en was de deur gesloten, ot
deze werd na hevig geklop van buiten Inge
drukt. Tien Rampokkers, gewapend met kap
messen en knuppels, drongen toen de woning
binnen, waarop een verweed gevecht voigM
dat spoedig afgeloopen was. De bewoners wer
den zoodanig met kapmessen en knuppels be
werkt, dat zU In half bewusteloozen toestand
bU elkaar werden gesleept. De boeven wisten
een buit ter waarde van ruim 345 te bemach
tigen. Hierna verdween de bende. De veld
politie arresteerde een zevental verdachten
die echter hardnekkig ontkenden van iets af
(e weten. Twee van hen werden bij confron
tatie herkend. Het tweede geval speelde zich af
in kampong Boenga Tandjong, waar tegen half
drie een inheemsche vrouw wakker werd door
het geluld van mannenstemmen op haar voor
galerij. Vermoedende, dat het geen goed volk
was, begon zU hard om hulp te roepen, waarop
de voordeur met geweld werd ingedrukt. Zes
mannen drongen de kamer binnen. Haar man
werd overmand en tegen den grond geslagen,
waar hü met een bultzak werd bedekt, waar
een van de bende boven op ging zitten. De
vrouw, die schreeuwende een toevlucht onder
het bed had gezocht, werd daar met geweld
onderuit getrokken en tot straf voor het lawaai
dat zü had gemaakt, flink afgeranseld met den
rug van een kapmes. Hierna werd het vertrek
grondig onderzocht. waarbU de rampokkers aan
contanten, gouden sieraden en» lijf goederen een
buit maakten ter waarde van ruim f 520.
Overtuigd, dat er niets meer te halen viel,
trok de bende daarop af. achtervolgd door het
„toeioeng, toeloeng"-geroep van de beroofden.
Alhoewel het huls midden in 'n dlchtbevolkten
kampong ligt, kwam geen hulp opdagen, het
geen later werd verklaard door het feit, dat een
viertal handlangers buiten de wacht hield en
bU de omliggende woningen steenen had op
gestapeld om eventueele hulpbiedenden te kun
nen bekogelen. Eerst toen de bende afgetrok
ken was, kwamen de buren kUken wat er was
gebeurd. De beroofde en geslagen vrouw had
bU het licht der door de rampokker gebruikte
electrieche lantaarn, drie harer huurlieden
herkend, zoodat de veldpolitie al spoedig zes
verdachten arresteerde, en zelfs van het ge-
stolene kon achterhaalt.
Toen nam mevrouw de Ble een besluit. Ze greep Jaap bU sUn mouw
en duwde bem naar beneden. En daarvan profiteerden de anderen
om bun dompers op bet hoofd van Jaap te drukken. De arme by
lag plat op den grond en schreeuwde van pbn, maar daar stoorde
niemand slch aan. Kreunend van pyn ging Jaap later voor den
'Dlegel staan en sag met verbazing dat s*n angels stuk waren.
„Ik ga naar den dokter.” riep Jaap uit en ging alleen op stap De
doktor ontving hem vriendeiyk en beloofde Jaap te sullen genezen.
„Daar heb Ik een fyn machientje voor," vertelde de dokter en Jaap
ward naar een kamer gebracht waar allemaal gekko potjes en
Instrumenten stonden.