Siam, de Staat der Prinsen
I
Enorme kosten voor
bewapening
1
1
den Missionaris
3
1
I Alle abonné’s
Het
Rozen*Kasteel
RADIO-PROGRAM
—""—De
De broer
van
1Wad onder zijn 300.000 inwoners m^er
dan de helft Chineezen telt. Dat werd hun
ook duidelijk door eigen waarneming. Bang
kok is- namelijk in onwaarschijnlijk snel
tempo op Europeesche leest geschoeid.
Trams en auto's razen door de woonwijken
der gegoede standen, die niet afhankelijk
zijn van de rijstnoteering. Post, spoorwegen,
ontwikkelingsinstituten staan alle op e'$n
hoogte voor een volk, dat veel grooter en
rijker Is dan het Siameesche. Een volksbe
weging, die ten doel had, die heele prinsen-
kliek van meer dgn tweehonderd leden, die
heel het land in regie hebben, af te zetten,
moest absoluut in het duister werken, want
in absolutistisch geregeerde landen maakt
men korte metten met hoogverraders.
Daardoor komt het, dat tot dusver de naam
van den aanvoerder der revolutie niet naar
Europa is doorgedrongen.
VRIJDAG 1 JULI
VERHAAL VAN
DEN DAG
Zaterdag 2 Juli
a
-
FEUILLETON
-K?
j
Vermageringskuur
Ruim 200 prinsen uit
hun baantjes gezet
sJ)e millioenen, die ter aanschaf
fing van wapentuig en uni
formen naar Europa en
Japan stroomden,
liepen snel in de
honderden”
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLUK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
UIT DEN STAAT DER PRINSEN
t
a
vS
t
10.25
de
10
d’Albrëgue’s gelaat toonde eenige
(Woedt vervolgd.).
0
Het sloeg twaalf uur, en na een bescheiden
klopje zei ze guitig:
Het déjeuner is opgediend I
Het zal wel een beetje karig zijn. begon
ie gastvrouw, haar neef aanziende.
O, daarin heeft Virginie al voorzien; de
taal
loo-
een
be
ate
Üke
PPtf
nte
hst
ie
Ut
ot
>en
>en
dl-
el-
ich
lol.
vat.
or-
‘MJ
te
r-
:oe.
i is
>rts
dat
zal
per
dag
den
die
tike
en
tat-
Patiënt; Wat dom wan me. Vit vreugde, dat
'k een pond afgevallen ben, heb Tc weer eens
een fijn diner besteld, en nu ben ik weer twee
pond aangekomen.
eenige werkelijke stad van het land, be
stookten, bleek, dat de economie van het
land, die opgebouwd Is op den uitvoer van
rijst, tegen zulke zware schokken niet be
stand was. De ineenstorting van het pond
veroorzaakte ook den val van den Tikal, die
in Siam bath heet. Inflatie begrijpen de
blanke volken al niet al te goed. De eenvou
dige Slameezen konden er heelemaal geen
begrip van krijgen. Maar de Chineezen, die
in Siam alle sleutelposities van den handel
In handen hebben, begrepen in hun slim
heid den toestand, maar verklaarden sluw
den Slameezen absoluut niet, wat er eigen
lijk gebeurde. Men kan namelijk aan de in
flatie zwaar verdienen. Toen de zijde-uit-
voer, die 99 percent van den heelen han
del uitmaakte, zoo goed als stop werd ge
zet, begon de staatsmachine te wankelen
en«er ontstond een spanning, die tot ex
plosie moest leiden. De Siameezen. bevrijd
den zich van de prinsenheerschappij.
Wij schrijven Munt met groote M
Uit eerbied voor de munt,
Die men daar slaat, omdat, nu ja,
U zelf dat zoo niet kunt.
Wij nemen dus voor goede munt
De munten die men slaat,
Waarvan er heel wat langs den neus
Van munten-minnaars gaat.
Maar toch, de weg is nooit recht
streeks,
Want die gaat steeds van hier
Zoo via kluis of postkantoor,
Salaris of bankier.
De tusschenhandel lapt het ’m
U in den weg te staan,
En die juist door zijn tusschenkomst
Er munt weet uit te slaan!
't Is niet modem, dus een gebruik
Niet meer van onzen tijd,
Want, wat men zelf verdienen kan,
Dat raakt men er mee kwijt.
Vandaar de diefstal aan de Munt
Moet niet te zeer miskend,
't Gaat om de leus: van de fabriek
Recht naar den consument!
MARTIN BERDEN
(Nadruk verboden)
minder gekost hebben, hoewel, voegde
gewetensvol bij. ik voorzie, dat Marie
groote uitbreiding aan mijn zaak zal
geven en mij het offer vergoeden, in een oogen
b
Siam, het land der vrjjen, zooals het zich
met de 31 Siameesche orden met 58 klassen
(gesteld, dat ze er een kregen!), erg karig
werd. De gegoede klassen maakten het niet
slecht. Dat bleek den SiameeAn uit de
overstrooming van Bangkok met Chineezen,
we
Er wonen in Siam zeer weinig vreemde
lingen. Met inbegrip van een 200 Japanners,
die trouwens geheel,als Europeaan leven.'
zijn er Iets meer dan 2000. Voor hen betee-
kent de omwenteling, zoolang het doel der
nieuwe machthebbers het herstel van den
ouden levensstandaard voor het volk is,
weinig of niets. Een ander aspect krijgt d?
beweging, als zou blijken, dat zij politiek
is. Bolsjewistische elementen zouden even
onaangenaam kunnen worden als -zoo iets
als „ontwakende Slameezen.”
Er zijn voldoende krachten in het land,
die Europeesch zijn geschoold en ook zon
der de prinsen het land kunnen regeeren.
De Siameezen leeren zeer snel en hebben
van het. buitenland in de laatste 30 jaren
alles aangenomen, wat vreemdelingen him
bij brachten.
De prinsen waren gevangen genomen. Op
een na zijn ze weer losgelaten, nu de ko-
ning de grondwet heeft onderteekend. Van
hier uit valt natuurlijk niet te constatee-
ren, of de heeren prinsen een reactie zullen
trachten J» ontketenen. Het is natuurlijk
voor deze prinsen „van den bloede” een
hard gelag, dat zij, die zoolang onbeperkt
hebben geheerscht in het schoone, heete
land over twaalf millioen gele, matige en
vlijtige menschen, van hun voetstuk zijn
gestooten. Snel is de beweging te werk ge
gaan. Want 'n paar maanden gele
den nog werd in Aziatische pracht het 150-
jarig bestaan van de dynastie gevierd. En
niemand In Europa vermoedde iets, dat de
koning spoedig afstand zou moeten doen
van zijn absolute macht. En toch zal het
toen reeds onderaards moeten hebben ge
rommeld.
Wachten we de toekomst af. De historie
leert, dat absolute monarchen, die gedwon
gen constitutioneel werden, daarmede nog
niet aan het einde waren van hun.... ont
wikkeling naar beneden.
zelf noemt, de laatste absolute monarchie
van Azië, trilt in de weeën der revolutie.
Misschien beteekent dit in economisch en
politiek opzicht het aanbrekende einde van
dezen bufferstaat (ongeveer zoo groot als
Spanje, maar met 12 millioen menschen
dun bevolkt) tusschen de Brjtsch-Indi-
sche en Fransch-Cochin-Chlneesche belan
gen op het achter-Indische schiereiland
Onder Engelsche en Fransche heerschap
pij 'staan sedert 187080 al meer Slameezen
dan thans leven onder den scepter van
den thans heerschenden vorst van Siam, die
beloofd heeft, toen het hem werd afge
dwongen, constitutioneele banen te be
wandelen.
Siam heeft tijdens den wereldoorlog de
zijde der Entente gekozen. Ingekneld tus
schen een Engelsche en Fransche kolonie,
kon het wel niet anders. Na den oorlog,
waarin de Siameesche soldaten veel hadden
geleerd en waarin de tallooze Siameesche
prinsen hadden ontdekt, waartoe de tech
niek in staat is, werd er op groote schaal
bewapend. De prinsen hadden leger en
vloot in de hand. De millioenen, die ter aan
schaffing van schepen, -wapentuig en uni
formen naar Europa en Japan stroomden,
liepen snel in de honderden. Wel werd de
ontwikkeling van het moderne verkeer niet
verwaarloosd.' maar de bewapening vorder
de in iedere begrooting een vierde van alles.
Dat ging allemaal goed, zoolang de we
reld nog leefde en dacht in de opstuwing
van de oorlogseconomie. Maar dë kente
ring kwam dra. Toen de crisisverschijnse
len opdoken, die Europa en Amerika tot in
merg en been treffen, toen zelfs het pond
begon te wankelen, toen van China en Rus
land uit de ideeën van het bolsjewisme en
Kwomingtan de poorten van Bangkok, de
VOOR NADERE BIJZONDERHEDEN VER
WIJZEN WIJ f/AAR DEN KATHOLIEKEN
RADIOGIDS
Het- meest merkwaardige in dezen laat-
sten absoluut geregeerden Aziatischen staat
was de blakend-beste verzorging der tal
looze familieleden des konings, die alle vet
te baantjes in den Staat bekleedden. Voor
den oorlog riep de Duitsche keizer gaarne
Siameesche prinsen naar Lichterfelde in
het corps kadetten. En die Siameesjes leer
de:? snel van hem de aangename voorlief
de voor mooie uniformen, leerden ook, dat
het schoonste en nuttigste was, leger en
vloot te beheerschen. Ongeveer 1890 begon
nen de Siameezen een marine te stichten.
Voor dien tijd waren zij tevreden geweest
met roeibooten en zeiljachten. Nadat in le
ger^ en vloot alle gewichtige posten van
veldmaarschalk af tot aan de regiments-
commandeursposten toe mét prinsen van
allerlei rang dicht en vol waren bezet, dron
gen de prinsen ook door in alle takken van
het bestuur. Men vond ze ook in de weten
schappelijke instltltuten, in de universlteit
en zelfs in de klinieken. Eerst vrij laat ver
overden zij ook de civiele administratie.
De opperste staatsraad bestaat uit vijf prin
sen, de financieele raad van den staat
heeft vijf leden. Vier er van waren prinsen.
In de opinmeommissie zaten prinsen. Van
de tien ministers waren er zeven prins. De
koning heeft - naar den staatsalmanak
15 ooms, die allemaal goede posities hebben.
Voorts 40 naaste bloedverwanten. Dan ko
men er nog 153 prinsen, die meer van verre
met den koning vermaagschapt zijn. Maar
ook deze hebben gekregen, wat ze noodig
hadden.
De» economische zorgen werden grooter
en grooter. Het gevolg was, dat het geld
voor de niet-prinselijke charges, die toch
al niet op met rozen bestrooide wegen wan
delen en die hun maag niet kunnen vullen
De groote kan met bloemen kreeg een plaats
voor een gat in den muur, en het hoofdkussen
zou voor de vijfde maal omgekeerd zijn, als op
dat oogenbllk zijn aandacht niet was afgeleid
door de aankomst van twee vreemdelingen.
„Pater,” riep de een tegen hem, „we hebben
den geheelen morgen geroeid om u te halen:
we komen van Kansu, waar een zieke ligt, die
om u vraagt, want de dokter heeft gezegd, dar
hij dood gaat. We Zijn met de boot hier; zullen
we op u wachten?"
Ontsteltenis en teleurstelling teekenden zich
af op het gelaat van den goeden priesUer; hij
werd doodsbleek en de hand, waarmee hU zich
over het voorhoofd streek alvorens te antwoor
den. beefde geweldig.
„Naar Kansu!" stamelde hl), „dat is zes
uur heen en zes uur terug! En misschien is de
man intusschen al gestorven”....
Terwijl hl) een oogenbllk besluiteloos nadacht,
kwam Pu-Slng tusschen belde: „Vandaag niet!'
riep hl) nijdig. ..hl) mag niet. Over een uur
komt z’n broer, dien hl) in geen vijf en dertig
jaar gezien heeft. We hebben drie dagen ge
werkt om hem netjes te ontvangen, en hl) kan
maar tot morgen blijven. In leder geval, van
daag gaat het niet. Komt overmorgen maar
eens terug.”
De mannen zagen elkander vragend aan. en
ten bewijze dat ze zich niet neerlegden bij de
redeneerlng van Pu-Slng. en dat zij de verant
woordelijkheid niet op zich wilden nemen, her
haalde de spreker:
„We zijn met de boot hier. De zieke heeft
om een priester gevraagd, want de dokter -zegt
dat hij niet lang meer zal leven."
omelette, die het zal aanvullen, staat reeds
>p de tafel te dampen.
Er hadden in het huls eenige veranderingen
plaats gegrepen, waarop een man gewoonlijk
niet let, doch die Elzéar aangenaam aandeden
De meubelen stonden anders gerangschikt, op
den disch prijkte een ruiker van heerlijke bloe
men, het kamermeisje had een witte schort vqor
en .-was minder onhandig bij het bedienen dan
vroeger. En In deze groote, eenvoudige kamer
met haar oude meubelen, was het een aange
name gewaarwording, naast het sombere gelaat
der oude dame dit lieve jonge gezichtje te zien,
dit bevallig figuurtje, zoo geheel in overeen
stemming met het schoone landschap. waarop
-nen door de vensters neerzag.
Marle-Clalre hield zich op een afstand en
Het Elzéar met zjjn tante keuvelen; toch bracht
hun gesprek haar eenlgszins op de hoogte, al
bleef het duister en verward. Ondanks de
blijkbare genegenheid, die hl) juffrouw d’Al
brëgue toedroeg, en zijn groote gehechtheid
aan het Rozen Kasteel, was om een onbekende
reden het verblijf te Toulon hem ondraaglijk;
hij had getracht het te ontvluchten, en zijn
terugkeer scheen zoowel hem als zijn tante te
kwellen. Een vreemde zaak voorwaar!
Op Mane-Claire maakte hij den Indruk van
een droevige schuwe natuur, die elke aanraking
als een verwonding scheen te vreezen. Hij
toonde zich voor haar eer oplettend, doch
meer met een persoonlijke, aangeboren beleefd
heid, dan met die; welke de ma,n der wereld
door opvoeding en omgang verwerft. Onder
voorwendsel van drukke bezigheden verliet
v<
je van plan waart na twee jarep dienst in
het Noorden een langdurlgen tocht naar den
reemde te ondernemen?
Ja, u hebt een gezelschapsjuffrouw of
vriendin bij u genomen. Ik heb dat jonge
-elsje in de tram ontmoet.
Dat is mogelijk, zei de oude dame koel
tjes. Maar nog eens, als ik het geweten had
zou Ik voor’ mijn correspondentie en boek
houding een mijner arbeidsters genomen heb
ben; daar zijn heele flinke meisjes onder. Dat
zou me
ze er
Claire
De priester knielde naast het bed om gemak
kelijker met hem te kunnen spreken.
„Hier is een priester, zooals gij gevraagd
hebt,” zei hij -vht.
„Goddank I” lispelde de zieke, „het la twintig
Jaar geleden, sinds ik gebiecht heb. Ik kon zóó
niet sterven.”
Daarna volgde met gebroken stem, nu en dan
onderbroken door aanvallen van pijn, de biecht
van den stervende. Toen de missionaris hem
het H. Oliesel had toegediend, klaarde heel zijn
wezen op. „Wat is God goed!” zuchtte hij. Lang
bleef hij zwijgend en roerloos liggen; stille
vreugde lag jjyer zijn gelaat. Het was Inmiddels
donker gewoéden. Meenend, dat het einde ge
komen was, stond pater Garneau op en wilde
zich verwijderen. Z’n bewegingen waren den i
stervende niet ontgaan.
„Eerwaarde?” vroeg hl), fluisterend.
De priester knielde weer naast hem neer.
„Wilt ge een boodschap overbrengen aan mijn -’
broeder? Ik was op weg hem te bezoeken, toen
ik hier plotseling zoo ziek werd. En nu zal Ik
hem niet meer zien, m’n goeden broeder.”
Op dat oogenbllk bracht Iemand een bran
dend» lamp In X vertrek, plaatste die op de
tafel en trok zich weer terug. Nu voor X eerst
zag pater Garneau in X volle licht de trekken
van den grijsaard, in wiens oogen het vuur der
jeugd nog niet geheel was uitgedoofd. Hij boog
zich over hem en hem op X voorhoofd kussend,
riep hij eensklaps.
„Louis! Ken je me niet meer? Ik ben je broer
Pierre."
De stervende zag hem lang in de oogen. Het
viel hem blijkbaar moeilijk om alles te begrij
pen. Doch opeens kwam er een wonderlijke lacb
in z’n oogen.
..Pierre." lispelde hij, .jn’n goede, beste; Pier
re! God zij dank!"
En dat was het einde.
De reis was lang en vervelend. Het was een
heete dag geworden en de zon schitterde ver
blindend In het heldere water. De priester was
zwaar te moede, doch het duurde niet lang, of
til) kwam z’n teleurstelling te boven, en een
zoete vrede daalde In z’n -ziel. Hij had weer
een offer voor zijn Meester gebracht, misschien
het zwaarste van z’n leven. Zelfs het afscheid
van de zijnen, nu jaren geleden, was hem lich
ter gevallen. Hjj was toen jong en vol groote
verwachtingen. Nu was hij oud en afgeleefd en
het heimwee van al die jaren keerde terug, nu
hij de gelegenheid om een der zijnen terug te
zien, grootendeels of misschien wel geheel ging
prijsgeven. En dan, hoe zou Louis het opnemen?
Zou hij er niet een zekere achteloosheid ta zien
en zich gekrenkt gevoelen?
Toen zij tegen den avond te Kansu landden,
werd de missionaris door den aanzlenlijksten
christen der plaats afgehaald. Terwijl deze hem
naar z’n woning begeleidde, vertelde hij hem,
hoe die vreemdeling den vorlgen dag zwaar
.ziek In X dorp was aangekomen, en dat hl) hem
In zijn huis had opgenomen. Nu was hij den
dood nabij.
In X schemerduister van het ruime vertrek
ging pater Garneau voorzichtig en tastend naar
het ziekbed. De stervende moest een bejaard
man zijn, want z’n witte haren staken af op
het gekleurde kussen; het kreunend geluid, dat
elke ademhaling vergezelde, duidde aan dat hjj
hevige pijnen had.
sTf.aggga—aas
Marle-Clalre de kamer, zoodra de koffie opge-
iiend was.
De ijver, waarmee Elzéar over zijn eigen
zaken sprak, zoodra ze met hun tweeën waren,
stelde juffrouw d’Albrëgue volkomen gerust
over den Indruk, dien het meisje op hem ge
maakt had, en toen hjj een uurtje later van
vertrekken sprak, noodlgde zij hem zelf uit
afscheid van Marle-Clalre te nemen. Zij opende
de deur der werkplaats, en zoo stond Elzéar
opeens te midden der inpakkery.
Met groote zorg legde Marle-Clalre zelf de
bloemen In de manden, en ook hier bleek haar
gevoel voor kleur en harmo'Me? zoodat de
jonge man met zijn artlstleken aanleg er door
getroffen werd.
Mijn neef komt u vaarwel zeggen, zei
juffrouw d’Albrëgue, die sedert lang in al deze
heerlijkheid slechts zaken van meer of minder
oordeellgen handel zag.
Mijn handschoenen zijn nat, zei Marle-
Clalre lachend. Ik durf u geen hand te geven.
Zou het een groote schadepost voor tante
zijn, als Ik een bouquet voor mijn kamer aan
boord meenam? vroeg hij met een begeerlgcn
blik op de tafels.
Zwijgend zocht ze de bloemen uit, die tusschen
haar vingers een prachtig geheel werden, en
reikte hem glimlachend den ruiker toe.
U weet, hoeveel zeelieden van bloemen
houden, sprak bij geroerd Ik zal mijn kamera
den jaloersch maken, want zoo frisch en mooi
vindt men ze op geen enkele markt.
„Ik ga mee," zei pater Garneau, en men ton
hem aanzien, hoeveel hem dat besluit kostte.
Na eenige Instructies te hebben gegeven aan
Pu-Slng, zette hij zich voor zijn tafel en schreef
een paar regels aan z’n broer. Vervolgens haal
de hu de H. Olie en na een kwartier zat hij
reeds in X bootje, terwijl Pu-Sing hem van den
oever af naoogde, heimelijk alle zieken ver-
wenschend. die niet zonder priester uit dit leven
konden scheiden.
voor mi) den weg van het geluk. Wees gerust.
Ik zal uw arme gezellin niet beminnen, en Ik
acht me zelf te hoog om een rijke vrouw te
■-oeken.
En zij dan? zuchtte zijn tante droevig.
Zij moet niet in jou een toekomstigen echt
genoot zien, zelfs niet vermoeden.
Wees gerust, herhaalde hjj op denzelfden
bitteren toon, ik ben heel niet verleidelijk!
Eenige oogenblikken bleef bet stil.
Zend haar niet weg, als zij bij u een ge
lukkig toevluchtsoord gevonden heeft, zei Elzéar
met verzachte stem; dat sou verkeerd zijn
Misschien worden wij, zi) en ik, ten lange leste
roede kameraden, dat is alles. Bovendien lui
en mijn bezoeken aan Toulon zeldzaam zijn
Maar wat u In mij het meest gerust kan stellen
zie in mijn den man. die Ik geworden bén.
Zendt haar niet weg!
Een nieuwe zucht van jufrouw d’Albrëgue.
Ik heb haar lief, zooveel ik thans nog
beminnen kan, zei ze als ter verontschuldl
ging.
Inwendig nam zij zich voor, ook Marle-
Olaire voorzichtig een wenk te geven, zooals ze
Elzéar gedaan had, en daardoor eenigermate
gerust gesteld, kon zi) zich weer over de komst
van haar jongen vriend verheugen.
'■i' i 1
weet, dat ik al overplaatsing gekregen
heb om naar het Noorden te gaan. Tweemaal
achter elkander wordt dat niet toegestaan.
Dan ben je hier voor langen tijd. Ik mag
me er niet over verheugen, omdat je het zelf
niet wenschte.
Ik bemin dit land hartstochtelijk, en toch
is bet mij smartelijk er te moeten verblijven.
Maar Ik moet er mij wel bij neerleggen, en
het zal mij een troost zijn u te hebben, want
wel beschouwd Is dit huls het eenigewaar
ik als vriend ontvangen word.
Juffrouw d’Albrëgue had zich weer hersteld
en nu maakte de onwillekeurige vreugde van
laar even plaats voor Iets angstigs.
Als ik geweten had.... begon ze.
Niemand kon het weten, tante Valérie
’at wilt u zeggen?
Heb ik Je niet geschreven, dat Ik eenige
'erandering In mijn leven gebracht heb, nu
van plan waart na twee jareji dienst in
------ -
op dit blad Zijn Ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen f tjfif]/} bij levenslange gebeele ongeschiktheid tot werken door f JCf) bij een ongeval met Of/l by verlies van een hand Z 1 <)C olj verlies van een Cfl b« een breuk van Z Z/> bil verlies *n
ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeerlngen Jlzl/v." verlies van belde armen, beide beenen of belde oogen f «Jl/. doodeiyken af loop ij U, een voet ot een oog f d duim of wyavlnger J v V«-been ot arm# TV." anderen vinder
Sinds meer dan dertig Jaren was pater Gar
neau als missionaris in China werkzaam. Dien
morgen was hb al vroeg met Pu-Slng. z’n Chl-
neeschen huistogcht, in de weer, om z’n een
voudig woonvertrek wat op te knappen. Lakens
en dekens werden voor den dag gehaald en
over een extra-bed gespreid Elke bloem in X
kleine tuintje werd afgeplukt en gerangschikt
In -verschillende kopjes en eén aarden kan. In
z’n opgewonden ijver beefde de oude pater zóo
erg, dat de bloesems gestadig naar beneden
dwarrelden en ten slotte zijn beste kopje aan
scherven viel Deze kleinigheid kon echter z’n
goede stemming niet verstoren, een stemming
welke onbewust uiting zocht in het zingen van
een oud liedje, een liedje uit z’n Jeugd.
Een voor een werden de bloemen op tafel weer
verzet om plaats te maken voor een schaal mei
heerlijke vruchten en een trommeltje oud-bak-
ken koekjes. Voor de vierde maal wijdde TUI
toen z’n aandacht aan het bed, om de dekens
nog eens glad te strijken, het kussen om te
keeren en ten slotte z’n elgrti kussen, er onder
te duwen. Ingeval het soms te laag mocht zijn.
„En hoe lang zal uw broer hier blijven?''
vroeg Pu-Slng.
„Tot morgenavond.” antwoordde Pater Gar
neau, en z’n stem trilde van blijde verwachting.
„Nog al lang,” merkte Pu-fifjng op.
Z’n eigen broers waren echte schavuiten,
waarmee men nog geen tien minuten In vrede
kon leven en w-aaraan hij dan ook weinig ge
negenheid verspild had.
„Lang? Anderhalven dag na vijf en dertig
jaar afwezigheid! Ik ben er O. L. Heer heel
dankbaar voor, maar lang is het niet, vijf en
dertig jaren! Louis moet ook oud geworden zijn;
hij is vier Jaar ouder dan ik. Toen ik wegging,
was hij al bijna dertig, een forsche, knappe
officier, Pu-Slng, en heel knap in z’n móóie
uniform.
Toen kwam tr een droeve trek over het gelaat
van den priester. Hij herinnerde zich, hoe zijn
broer altijd veel meer groot ging op z’n kennis
en zijn rang dan op zijn jgeloof. Maar weldra
keerde de blijde stemming terug, want als hij
eens nadacht, had Louis toch ook veie goede
eigenschappen
HUIZEN (296 M.) KJi O. 8 uur Morgenconcert,
10 u. gramofoonmuziek11.30 godsdienstig half
uurtje door Pastoor L. H. Perqutn; 12 uur TUd-
selen en Politieberichten; 12.15 Het Con Brio-
Sextet; 1.45 verzorging zender; 2 uur gramofoon
muziek; 2.30 kinderuurtje; mevr. Sophie Nieu
wenhulsvan der Rijst en mej. Lldwlna Diepen
broek; 4 uur H.I.R.O.; 5 uur gramofoonmuziek;
5.30 Esperanto-nleuws 5.45 gramofoonmuziek;
6.10 Journalistiek Weekoverzicht door Paul de
Waart; 6.30 gramofoonmuziek; 7.10 .Drie Jaren
onder de Eskimo’s” door Chr Leden; 7.30 Po
litieberichten; 7.45 Sportpraatje van de R.KF.;
8 uur Vierde Vrooljjke avond m.m.v. Tholen en
van Lier en het K.R.O.-salonorkest oly, Mari-
nus v. X Woud; 11 uur gramofoohawklek.
HILVERSUM (1875 M.) V-A.R.A.AJ1U. 6.45 U.
lichaamsoefeningen oJ.v. G. Kleerekopet, 7.30 u.
idem; 8 uur gramofoonmuziek; 9 uur Trio Wil
lem Drukker. V.PR.O. 10 uur Morgenwijding.
V A R A. 10.15 uitzending voor de arbeiders In de
Continubedrijven; 12 uur Vara-Septet; 1.45 ver
zorging zender; 2 uur IVAO-kwartiertje; 2.15
Trio John Brookhouse Mac-Carthy; 2.45 Ar bel-
derssport; 3 uur trio; 3.30 Vara-klnderkoor .De
Krekeltjes” o.l.v. Lelda Hulscher; 4.15 Actueel
Allerlei uit de Arbeidersbeweging te verzorgen
door het N.V.V.; 4.30 beoefening der hulsmuzlek-
samenwerking tusschen huiskamer en studio
door Piet Tlggers; 5 uur kinderuurtje: „De fa
milie de Boer”; 6 uur Volksliederen door .De
Wielewaal” o.l.v. Plet Tlggers; 6.15 Nico Bloem-
daal: „De vacantiekampen der A J. C.” 6.20 ver
volg volksliederen; 6.30 literair halfuurtje door
A. M. de Jong; 7 uur Groningach uurtje; 8 uur
Bonte avond m.m.v het Vara-orkest oJ.V. Hugo
de Groot; Het Vara-tooneel o.l.v. W. van Capel-
len; Teun de Klepperman; Johan Jong, orgel,
en de Vries, toespraak; 11 uur Vaz Dlas en
Vara-Varia en voetbalmededeelingen, daarna
gramofoonmuziek.
BRUSSEL (509 M.) - 5.20 Concert door het
Radio-orkest^o.l.v. Franz André; 6.50 gramofoon
muziek; 8.20‘Concert door het Symphonle-orkesti
o.l.v. Arthur Meulemans; 9.20 Concert door het
Radio-orkest oJ.v. Franz André; 10.30 uitzending
van dansmuziek uit de Kursaal te Ostende.
KALUNDBORG (1153 M.) 2.50 Gramofoonmu
ziek; 3.50 Omroeporkest o.l.v. Walther Meijer
Radon; 1120 Moderne dansmuziek.
HAMBURG (372 M.) 1.35 Gramofoonmuziek;
2.30 Idem; 4.50 concert; 7.40 populair concert
door het Mandoline en Gitarenorkest; 11.25
dansmuziek".
KÖNIGSWUSTERHAUSEN (1635 M.) 2.20 uur
Gramofoonmuziek; 4.50 concert.
LANGENBERG (472 M.) 120 Concert oJ.v.
Wolf; 2.55 gramofoonmuziek; 5.20 Vespercon
cert; 11.05 Concert; 1220 gramofoonmuziek.
DAVENTRY (1554 M 1.05 Orgelconcert 11.50
Concert door het Commodore Grand Orkest o. 1.
v. Joseph Muscant 7.05 Plano-recital: 7.50 B.B.C.-
dansorkest; 10.10 Concert door het B.B.C.-orkest
oJ.v. Hutchinson; 1.50 Ambrose en zijn orkest.
PARIJS (EIFFEL) 1446 M.) 850 Radlo-tooneel.
1220 PARIJS R. (1725 M.) 12.20 Gramofoon
muziek; 7.50 idem.
MILAAN (331 M.) 1020 Dansmuziek.
ROME (441 M.) 9.05 .La Rondine”, opera in
drie bedrijven van Puccini.
WEENEN (517 M.) 8.50 Weldadigheldsconcert;
10.35 Zlgeunermuziek.
WARSCHAU (1411 M.) 5.20 Opera-fragmen-
ten door het Omroeporkest oJ.v. J. Ozmlnski;
8.20 Topulalr concert door het Phllharmonle-
orkest van Warschau oJ.v. St. Nawrot;
Pianorecital.
BEREMUNSTER (460 M.) 10.05 Dansmuziek
Eindelijk klopte hij op de deur van het
kantoor, dat op het terras uitkwam.
Binten! riep de gebiedende stem van
juffrouw d’Albrëgue.
Zij verwachtte Marle-Clalre te zullen zien,
ondanks haar zelf-bed wang uitte ze een
kreet, een wezenlijken kreet van verrassing,
van vreugde tevens, en meegesleept door een
gevoel, waarvan slechts weinigen de diepte
zouden vermoed hebben, werd haar aangezicht
zachter en scheen ze eensklaps als verjongd
Elzéar! Juist^dacht ik aan Je, en nu ik
je zie, komt het mij voor als droomde Ik nog
Hoe kom Je hier?
Ze had zijn belde handen gegrepen en leidde
hem naar een der kleine fauteuils van haar
schuilhoek.
De Redoutable is naar het Zuiden gezon
den, en dat wel heel onverwachts.
En had Je geen overplaatsing kunner
krijgen? Niet kunnen ruilen?.
blik van zwakheid gebracht.
U geeft daar een heel onverwachten naam
aan een edelmoedige daad. U hebt me toch ge
schreven, dat u een goed werk verrichtte door
het meisje tot u te nemen. Ik zie niet In,
waarom u dit zoudt betreuren, of het moet zijn,
omdat er nu een derde In onze vertrouwelijk-
leid is.
Juffrouw
erlegenheid.
Dat is het niet, want ze Is beminnelijk
en bescheiden, maar, mijn beste Elzéar, ze is
•oo arm als Job. Wel sou ze recht hebben op
enkele duizenden francs uit de nalatenschap
baars vaders, doch nooit zal zij den moed be.
zitten dit erfdeel van haar stiefmoeder op te
else hen, die er erg zwaar vóór zit. Trouwens.
et zou slechts een druppel water zijn in....
Elzéar’S trekken werden nog scherper.
Wat deert mij persoonlijk de armoede van
>w gezellin, klonk het hard en koud.
Juffrouw d’Albrëgue schudde het hoofd.
ZV is lief en aanvallig, JU bent jong, me
'ieve. ondanks Je zorgen en de taak, die Je
te vervullen hebt. Het sou dus niet te ver
wonderen zijn, als Je op haar verliefd werd
?n ik herhaal het nog eens: als je trouwt
moet het zijn met een rijke vrouw, met iemand,
die, je wezenlijk beminnend, tevens wil mede
werken om je doel te bereiken.
Elzéar glimlachte bitter.
Ik schijn me reeds oud toe. sprak hij.
Wat Ik in het verledene heb moeten verduren,
wat de toekomst mij nog te doen geeft. Is wel
in staat om het hart te doen opdrogen, en sluit
te
or
ot
te
uk*
en
fe-
n
le
Et
in
te
sr-
au
199
Bet scheen, dat Pietje Ijverig huiswerk maakte dien Woensdagmiddag
want hij Bat uren achtereen al te schrijven. Maar hij deed nog -U
meer.... HU had een plannetje uitgedacht en Donderdags morgen*
ging ie erg gewlUlg naar echoot. Doch wat droeg le stiekum orde?
rijn arm? Waa dat niet het hommelmasker?
Den volgenden dag. toen Pietje met honderd strafregels uit school
kwam, waar le thuis nlete van durfde zeggen, liet vader de Ble
hem Iets den. ..Kijk eens Pietje. JU moet even geleerd worden als
je vader.” zei Jaap de Ble. ..Is dat geen mooi hommelmasker?” Nou.
dat vond Pietje wel hoor. HU moest er ten minste aardig om lachen.