Het groote raadsel Fawcett
xd.’^ f f750.- Mjk°^^ f250.- SL^t fl25.-^r^^ fSO.-^r f40.- «r ^5
DORST!
RADIO-PROGRAM
VAN BRAMINGTON
Het
Rozen*Kasteel
VRIJDAG 15 JULI
vl
VERHAAL VAR
DEN DAG
BLANKE INDIANEN
7 jaar in oerwouden
Een volk zonder
spreektaal
Fawcetfi leventdoel
Kathederbloempje
’n Prettig vooruitzicht
Alleabonné’s
FEUILLETON
Sadl
Zijn leven wat één groote voor
bereiding tot zyn laatste
ontdekkingsreis
l
Marie •Claire schrikte.
Zaterdag 16 Juli
Dood, gevlucht of in ge
vangenschap
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
ge
bet
zoon
M.
2.20
>9X138
MILAAN, 331 M. 1020 Dansmuziek.
t
>1
t*?
gér over
len we
VOOR NADERE BIJZONDERHEDEN VER
WIJZEN WIJ NAAR DEN KATHOLIEKEN
RADIOGIDS
HAMBURG, 372 M. 230 Grwmofqpnmu-
ziek. 4.50 Concert uit Bad Nenndorff, door
het Kurorkest, o. I. v. Ernst Augustus Bürer.
820 Noragorkest, o. 1. V. Adolf Seeker. 820
„Tanz lm Sommer", Noragorkest, o. L v. Adolf
Seeker. 10.40 Dansmuziek.
z’n cel opzoeken,
•waker zoo gezellig
'J en ontplooide dan
iheerUjk-schoone, wlt-
Als de hitte aUes drooglegt,
In t bijzonder onze keel.
Dan ie drinken onze hobby
En wij drinken graag te veel!
En wij eten bijna drinkend
En wü drinken voor en na,
Want wij drinken als bezeten
Bij een waterkuur in Spa!
Wij verdrogen, dus wij drinken
En beginnen ‘s morgens vroeg
En al loopt het als een tapkraan,
Is het toch nog niet genoeg!
Waar we komen, waar we zitten,-.
Binnenshuis of op terras
Is het eerste woordje-dorstig
En het tweede woordje' glas!
En die dorst is een presentje.
Dat je wet danvaarden moet.
Want al is het onverstandig.
Toch, het drinken doet j( goed!
MARTI» BERDEN
(Nadruk verboden)
ROME, 441 M. 9.05 .FoHuto”, opera In drie
actes, van O. Donizetti.
KÖNIGWUSTERHAUSEN, 1635
Gramofoonmuziek. 4.50 Concert.
BERLIJN. 41» M. 720 Rudolph Schmidt,
piano, speelt ..Karnaval Op. 9”, van Schumann.
Mijnheer de Saint-Meuron antwoordde niet
terstond. Hij hield nog altijd het glas melk in
da baad, alg kon Uü inei, besluiten het leeg ft»
830
in
- V A R A 846 L4-
O. Kleerekoper.
Bruid (tot bruidegom): Zie eens alles wat
hier staat, die prachtige meubels en dat an
tieke zilverwerk, dat krijgen we als we gaan
trouwen. r
Bruidegom: En je mama.,..
Bruid; Ja, die ook natuurlijk.
Professor (bij het geechiedenis-onderricht)
Ik zal het nu slechts kort aanbalen, om er
straks als wij 200 jaar verder zijn nog eens
uitvoerig op terug komen.
KALUNDBORG, 1153 M. 320 Concert, door
Louis Prell's Instrumentaal ensemble. 520
Gramofoomjiuzlek. 8.45 Ragiobal voor de
oudere generatie.
Den volgenden dag werd Andy, met pientere
oogjes en glimlachend, in de overvolle zaal ge
bracht waar de notabelen van Bramington voor
't eerst van hun leven zouden recht spreken. Ook
Martin Ford, met omzwachteld hoofd, was on
der de menigte. Toen Andy hem zag, kon hü
z'n lachen bijna niet houden.
De zitting nam een aanvang. Aan getuigen
was geen gebrek; trouwens Andy zelf dacht er
zelfs niet over het hem ten laste gelegde te ont
kennen. Integendeel, toen hij hoorde, dat hij
tot twee maanden gevangenisstraf was veroor
deeld. riep h(j: „Twee maanden! Meer niet? Kijk
eens naar Ford, z'n hersens liggen bijna bui
ten z’n hoofd. Maar twéé maanden?"
..Twee maanden herhaalde de rechter streng,
en zieh tot, den bewaker wendend: „Breng hem
weg. Mac-Rae”.
woon lief gehad, en dus Is het zeer natuurlijk,
dat zij zich met zijn geluk bezig hoddt.
Deze woorden sprak hij met eigenaardlgen
nadruk, terwijl hjj Marie-Clalre oplettend aan
zag.
Als het waar was, dat juffrouw d'AIbrégue
aan mijnheer Elzéar de Marguenva een erfdeel
zou natlaten, antwoordde het meisje op den-
zelfden toon van zekerheid, dan weet zij reeds
vooraf, wat de bestemming ervan zal zijn: hij
koestert geen andere gedachte, dan eenmaal de
schulden zijns vaders te betalen. Misschien zal
zijn loopbaan als geneesheer hem na zeer lan
gen tijd eindelijk in staat stellen, dit doel te
bereiken.
Onwillekeurig had zij de stem laten dalen, en
de markies, die haar nog altijd aanzag, sprak
met opmerkelijke zachtheid:
Ik heb eenlgszins geloof geslagen aan de
praatjes, die daaromtrent gingen, omdat Ik het
zeer natuurlijk vond, dat juffrouw d'AIbrégue
haar neef een gelukkigen huiselijken haard be
reidde ophet Roze-Kasteel.
Er was niet veel opmerkingsgave noodlg, om
de diepe smart te bespeuren, die eensklaps uit
Marie-Clalre’s oogen sprak, terwijl ze met ge
wilde kalmte antwoordde:
Aan zoo Iets kan ze niet voor hem denken,
en hij zelf denkt er nog minder aan. Er is geen
geluk, geen haard voor een zoon, die zulk een
taak op zch genomen heeft.
WEENEN, 517 M. 7.40 Muziek op twee
vleugels. 10.35 populair concert door het
Silvester Schieder orkest.
PARIJS R-, 1725 M. 1220 Oramofootunu-
ziek. 730 idem.
PARIJS EIFFEL, 1446 M. 8 50 Radlotoo-
neel ,Ja Conquète imprévue", operette in één
acte.
Op dit oogenblik werd de deur ronder het
het minste gerucht geopend en de oude kamer
dienaar trad als tersluiks binnen. Op een blad
droeg hü een glas melk, daft hü op de tafel
die na een zegenrijken veldtocht naar ztjn ge
boorteplaats was teruggekeerd.
Kleine bedragen aan geld, voldoende voor ta
bak en 'een glaasje, vonden hun weg in zijn
handen, en hü accepteerde ze met een zekere
gratie, het beschouwend, alsof dit er nu een
maal bij hoorde.
HU had zoovel geld, dat hjj. wanneer hij dorst
had, gerust een herberg kon binnen gaan en
voor eigen rekening iets gebruiken. Maar dit
laatste gebeurde maar zelden. Als het trof, dat
hU de eenige bezoeker was, dan werd hetgeen
hü gebruikte, altijd op de rekening van „het
huis" gezet, en als er veel gasten waren, had
hü moeite om zijn belofte, aan Mac-Rae ge
daan, om nooit meer dan drie borrels te nemen,
na te komen en nooit later dan negen uur thuis
te zijn.
Faw<
wout
Hoe dichter hjj. het doel van zijn tocht na
derde, des te meer vertelden de Indianen,
wier taal hij verstond, over de ruïnes. Bo
vendien had hij In het gehelmarchief van Rio
de Janeiro een document uit het jaar 1745 ge
vonden. waarin het bestaan van een dezer ste
den beschreven werd. Hij was reeds absoluut
van haar bestaan overtuigd en volgens zijn
meening lag deze stad op een eiland In een
meer, dat vroeger een zeearm was en door een
aardbeving verwoest zou zijn.
De Indianen, die den toegang tot de ruïnes
bewaakten, moesten afstammelingen zijn van
degenen, waarover Alexander van Humboldt
verteld had.
deling, die misbruik gemaakt had van mijn ver
trouwen, na eerst onzen naam bezoedeld te ehb-
ben!
Nu was het de beurt aan Marie-Clalre om
op te schrikken. Wel klopte haar X hart van
angst, maar dapper verdedigde zij Elzéar’s va
der. 4
Mijnheer de Marguenva was geen ellen
deling. zij ze vol moed. Al is hij eenmaal ge
struikeld, al heeft hij zich door een dwaze hoop
tot een daad van zwakheid laten verleiden, toch
heeft hij dit door onverpoosden arbeid terug
gekocht. Hü heeft zich zelf verbannen, en zon
der hoop zich ooit geheel te kunnen vrijmaken,
gaat hü onvermoeid door, zyn schuldeischers
alles te zenden, wat hü verdient.
Verrassing, vermengd met ongeloof, verscheen
op het gelaat van den ouden man en deed hem
eenige oogenblikken zwijgen.
Estére de Marguenva werkt! sprak hü
eindelijk. En met genoeg doorzetting en be
kwaamheid om Weer te verdienen dan het da-
gelüksch brood! Kunt u dat wel met volle ze
kerheid zeggen?
Ik heb het van Juffouw d’AIbrégue verno
men, antwoordde Marie-Clalre op vasten toon.
Weer bleef hü een tüd lang zwijgen en her
nam dan:
Valérie. ik wil zeggen juffrouw d'AIbrégue,
heeft zich ten minste met de toekomst van zün
zoon belast..’.... Ik heb hooren zeggen, dat zü
een volmaakt type van gierigheid geworden is.
maar ik wil haar wel de eer aandoen te ge-
looven, dat zulks niet voor haar zelf alleen ge
schiedtZü beeft Elzéar altijd taMenge-
drinken, als ware deze allereenvoudigste daad
een beslissende stap geweest.
U hebt daar strakts iets gezegd, dat ik niet
goed begrepen heb. U zei: .Als het waar was,
dat Juffrouw d'AIbrégue haar neef een erfdeel
zou nalatenZü zou inderdaad van haar
geld een zeer rechtvaardig gebruik kunnen ma
kenEn zü is daarin te meer vrü. daar
ook zü mün neef een som geleend beeft, die
haar waarschijnlijk nooit terug betaald zal
worden.
Als u meent, dat Ut ooits iets zal ontvan
gen van hetgeen juffrouw d'AIbrégue kan be
zitten. wat het ook zü, dan slaat u den bal
deerük mis. riep Marie-Clalre haar onsdanks
Het is tusschen ons vastgesteld, dat ik niets
van haar zal genieten, dan den prijs van mün
arbeid, want ik werk bü haar, voegde zü er fier
aan toe. En ik heb geraden ja. ik durf het
u zeggen, omdat u baar verkeerd beoordeeld
ik het geraden, dat zü een verborgen doel na
streeft, dat zü zich ten einde toe aan den man
wijdt, dien zü bemind heeft.
Nauwelüks waren deze woorden gesproken,
of het meisje begon te beven. Was zü niet ten
opalchte van tante Valérie te kort geschoten in
loyauteit en kieschheid door aan een vreemde
ling. een rijand te openbaren, wat zü meende
ontdekt te hebben? En welke verborgen snaren
had zü niet weer in bet gwonde hart daar vóór
har doen weerklinken? Want zichtbare droef
heid trok het bleeke gelaat van den markies
samen, en eensklaps ontdekte zü een ander ge
heim: de innerlüke, diepe oorzaak van dien on-
verUOdelüken wrqk.
ppplaatste om dan haastig en onhoorbaar Weer
naar de deur te gaan.
Laat de coupée inspannen, sprak rijn
meester, om juffrouw de Solliès naar X Roze-
Kasteel terug e brengen.
Het zou inderdaad onhoffelük zijn de melk
af te wijzen, die met zulk een bevallige
liefdadigheid gebracht is. sprak hü, het glas
opnemend.
En ik van mün kant hoop, antwoordde
het meisje eveneens glimlachend, dat u ons niet
de beleedlging zult aandoen een anderen
leveracier te_ zoeken.
Het was, óf in zün binnenste zich een strijd
verhief. Hü hield het glas in de hand en aar
zelde te drinken.
Dus zou juffrouw d’AIbrégue zich er toe
geleend hebben de velnzerü van mün oude
Rose te steunen, toegestemd hebben mü in het
geheim te voeden?
Waarom zou zü bet niet gedaan hebben?
De donkere oogen van den markies blonken
in de diepe kassen met een somberen gloed.
Weet u dan niet, dat juffrouw d’AIbrégue
en ik sedert jaren boos op elkander zün?
Tante Valérie is op niemand boos, daar
ben Ut,zeker van! riep het meisje levendig.
Deze naam Valérie deed opeens den markies
rillen, en zün beweeglük gelaat drukte een depe
ontroering uit.
Valérie! herhaalde hü. Op mün leeftüd hoort
men zelden de voornamen uitspreken, in onze
jeugd zoo gemeenzaam. Ja, wü hebben de re
laties afgebroken, die vroeger zoo vrietedschap-
pelük waren. Heftig verdedigde zü den ellen-
LANGENBERG, 472 M. 1.20 Concert, door
het Omroeporkest, o. 1. v. Merten. 2.55 Gra
mofoonmuziek. 520 Vesperconcert.
Bramington, een klein dorpje in West-Canada,
had s'n gevangenis lang voor dat X z’n ge
vangene had. Dat was dan ook de reden,
waarom de arrestatie van den laatste zulk een
belangrijke en welkome gebeurtenis was.
Bramington had eigenlük heelemaal geen ge
vangenis noodlg. De Inwoners waren het
rustigste, aan de wet het meest gehoorzame
volkje der wereld. De autoriteiten stonden er
echter op en zoo werd de gevangenia gebouwd,
een aardig, knus gebouw, met een mooie col
lectie cellen en een veldwachter, die er op voor
bereid was alles te doen wat de vrede in Bra
mington verlangde.
Gedurende twee Jaren eras de gevangenis geen
enkele maal gebruikt voor het doel waarvoor re
gebouwd was. Zooals begrüpelük. werd de be
volking van Bramington ontevreden over dezen
staat van zaken. Ze hadden nu ‘n gevangenis en
het ding werd nimmer betreden; ze hadden een
„bewaker” die niets anders deed dan een straatje
omwandelen en s'n püpje rooken, eten en z'n
moestuintje verzorgen. De situatie waa werke
lijk belachelük.
c
WARSCHAU, 1411 M. 520 Zigeunermuziek.
6.40 Populaire en dansmuziek. 820 Popu
lair concert, door het Philharmonieorkest van
Warschau^, o. 1. v. St. Nawrot. 10.25 Piano
recital. 11.10 Dansmuziek.
Overste Fawcett was een buitengewoon knap
ontdekkingsreiziger. Door den president werd
de drager der gouden medaille van het Ko
rt nlnklük Geografisch Genootschap gehuldigd
om het enorm aantal kilometers, dat hü aan
rivieren en bergen op kaart gebracht had. als
ook om de ontdekking van de vele blanke
Indianenstammen, welke vóór hem nog geen
blank gezicht gezien hadden. Het leven van
Fawcett is één voorbereiding geweest tot zün
Wat zegt u daar? Zou het mogelük zün.
dat zü zich nog voor dien ongelukkige op
offert? Hü was haar niet waardig! Hoe ver
standig en helderziend zü ook was. toch heeft
zü zich door hem laten verblinden.
Zü beminde hem. zei Marie-Clalre zacht,
en heeft hü niet bewezen, dat er in hem een
geestkracht woont, die eerbied afdwingt?
De geheime droefheid toonde zich nog dui
delijker in de trekken van den markies. Marie-
Clalre kon er niet meer aan twüfelen: hü had
Valérie bemind, en haat tegen zün neef sprong
in den grond der zaak uit ijverzucht voort.
Hü deed een poging om zich meester te wor
den en begon onverschillig te spreken, als ver
volgde hü een gewoon onderhoud.
't Is jaren geleden, sedert ik Valérie d'AI
brégue gezien heb; ik kom zelden hier, en zü
leeft zoo afgetrokken. Zü moet nog schoon zün.
Haar gelaat had zulke heerlüke trekken, en dat
verandert niet.
X Is nog wel te zien, dat ze schoon ge
weest is, zei Marie-Clalre, maar zü is aller
treurigst verouderd. En toch, wanneer men
haar gadeslaat, krijgt men den indruk, dat er
slechts weinig noodlg zou zün om haar terug
te geven, wat zorg en kommer haar ontnomen
hebben; een beetje belangstelling in haar, de
wensch éen bemind wezen aangenaam te zün,
een weinig vreugde bovenal.
Dus helpt zü dien ongelukkige bü het her
stellingswerk, dat u zooeven noemde?
BEROMUNSTER, 646 M. 820 Populair
concert. 10.05 Dansmuziek.
Andy werd weer naar z'n cel teruggebracht
en de menschen verlieten met opgeheven hoof
den en een glimlach van zelfvoldaanheid op de
gezichten de zaal. Nu hadden ze eigenlük hun
gevangene pas goed te pakken!
En Andy? Ook hü was meer dan tevreden. Hü
had steeds een hekel gehad aan werken, en hü
waardeerde het, dat er nu voor hem gezorgd
Werd, en dat hü geen zorgen had voor den dag
van morgen. Het idee, vrü logies te hebben in
een zindelüke, goed bewoonbare gevangenis,
leek hem heelemaal geen smet te werpen op z'n
persoonlijke waardigheid
Daar hü een goeden kük op de menachelüke
natuur en een beminnelijk karakter had. stond
hü weldra op den besten voet met zün bewaker
Mac-Rae. Toen hü een week opgesloten had ge
zeten, mocht hü al vrü over de plaats loopen
en Mac-Rae in zün tuin helpen. Onder z'n
werk, zong hü het hoogste lied uit in het aan
gename besef, dat hü niet meer behoefde te
doen, dan hü zelf wilde.
De vrouw en de kinderen van Mac-Rae moch
ten hem ook graag HJden, en zoo werd het ge
woonte, dat Andy des avonds in de keuken
kwam, er z'n püpje rookte, z'n wonderlüke avon
turen verhaalde of speelde op de oude viool van
Mac-Rae.
De plaataelüke autoriteiten stonden dit niet
alleen oogluikend toe. maar ze keurden het goed,
omdat Andy den goeden naam van hun dorp
had bevestigd en het dus niet meer dan billük
was dat hü het zoo aangenaam mogelük had.
Een of twee kwamen zelfs af en toe eens een
praatje met hem maken, en ten slotte, omdat ze
wel wikten dat Andy er niet aan dacht weg te
loopen, kreeg hü zelfs permissie om in X dorp
te gaan.
Andy begon dus op gezette tüden door de
dorpsstraat te flaneeren en weldra was er geen
bekender of meer geziene verschünlng in het
heele dorp. Iedereen was trotsch op hem. of
schoon niemand er de reden van had kunnen
zeggen. Het leek wel of hü een generaal was.
HILVERSUM. 1875 M.
chaamsoefenlngen o. 1.
7.30 Idem. 8 uur Oramofoonmuziek. V.P.
R.O. 10 uur Morgenwüdlng. V ARA 10.15
Arbeiders in de Continubedrüven. 12 uur
Vara-septet o. L v. Is Eyl. 146 Verzorging
van den zender. 2.15 IVAO-kwartiertje.
2.30 Oramofoonmuziek. 3 uur Uit de Ronde
Jeugdbeweging. Nico Bloemendaal: „Het groote
conferentiekamp van de A.J.C. en de Roode
Nederzetting 3.05 Gramofoonmuziek. 3.15
Toespraak door A. Krelage. voorzitter van den
Bond van Arbelders zangvereenlglngen in Ne
derland 3.30 Vara-mandoline-ensemble o.71.
v. Joh. B. Kok. 4 uur A. F. Müller: Arbbl-
derssport. 4.15 Actueel allerlei uit de Arbei
dersbeweging. te verzorgen door het N.V.V.
6 uur Schrammelkwlntet. 6.30 Literair half-
5 uur Kinderuurtje „De famüle de Boer".
6 uur Schrammelkwlntet. 6.30 Llteralrhalf-
uuftje door A. M. de Jong. 7 uur Schrammel
kwlntet. 730 Toespraak door A. de Vries.
7.45 Orgelspel door Johan Jong. 8 uur Zater.
dagavondprogramma Vara-orkest, o. 1. v. Hugo
de Groot; Teun de Klepperman. Vara-tooneel
o J. v. Willem van Capellen en Willem Derby.
Persberichten van het Persbureau Vaz Dias
en Vara-varla. 11.15 Gramofoonmuziek.
BRUSSEL, 509 M. 520 Concert, door bet
Omroeporkest, o. 1. v. Arthur Meulemans. 7.05
Gramofoonmuziek. 9.20 idem. 1030 Dans
muziek uit de Kurzaal te Ostende.
Eens op een avond, toen hü weer verzeild ge
raakt was in een kring van bewonderaars en
3 borrels in een te vlug tempo had genoten,
sloeg hü ai^ voorzorgen in den wind en bleef
tot diep in den nacht in de herberg. Hü ging
niet vóór tweeén naar de gevangenis terug en
eerst na het bakken van veel zoete broodjes
en de stellige belofte, in X vervolg steeds op tüd
binnen te zün. liet Mac-Rae den te-laat-komer
binnen en mocht Andy w<
die door de vrouw van den
mogelük was gemaakt.
Na deze gebeurtenis ging alles de eerstvol
gende dagen weer van een leien dakje,
totdat Andy opeens bemerkte, dat hü in groot
gevaar verkeerde, verstrikt te worden in de net
ten der liefde van een weduwe in het dorp, juf
frouw Hewttqpn, een groote robuuste vrouw, die
haar klein Inkomen vermeerderde door het hou
den van een kruidenierswinkel. Ze was van An
dy gaan houden den eersten keer reeds dat ze
hem gezien had en ze was vrijgeviger tegenover
hem dan iemand anders.
Maar Andy, die niets van robuuste vrouwen
hebben moest, was niet gek. Hü was al op z'n
hoede, nog voordat zü. die het goed met hem
meenden, hem voor haar waarschuwden.
Juffrouw Hewltson verzocht hem af en toe
een kopje thee te komen drinken en dat deed
hü ook. Maar hü ging niet graag; de voorzich
tigheid gebood hem niet te gaan, maar toch
deed hü het. Evenals alle bemlnnelüke men
schen. had ook hü z'n zwakke züde.
Hoe meer hü haar leerde kennen, hoe minder
hü er voor voelde haar man te worden. Maar
hü was bang voor zich zelf. Hü vreesde dat ze
hem ten slotte toch zou inpalmen.
Op zekeren avond raadde Mac-Rae hem drin
gend aan. toch voorzichtig te zün.
.,Die vrouw wil je niet laten schieten," zei
hü. ,,en als ze zich eenmaal iets in haar hoofd
heeft gehaald zet ze het door ook. Maar ik zal
je wat vertellen Andy".
„Vertel op”.
,(Ze gaat weg. Ze verlaat Bramington binnen
een paar weken. Maar ze zal vóór ze vertrekt,
haar best doen je in te palmen. Blüf haar uit
den weg, Andy, en als je haar op straat ziet
aankomen, loop dan als een haas weg”.
„En ik ben gedoemd binnen een Paar dagen
de gevangenis te verlaten”, zuchtte Andy, „dan
is mün straftüd om. Het is vermakelük te be
denken, dat op het oogenblik dat ik in vrijheid
gesteld zal worden, ik gevangen genomen zal
worden door die vrouw. Alles loopt me tegen,
David Ik geloof dat er een moellüke periode in
mün leven aanbreekt. De duivel is los en ver
volgt mü”.
.Houd er den moed maar in!” raadde Mac-
Rae hem; „je weet nooit hoe er nog redding
«oor je komt. Het is jammer dat we elkaar
moeten verlaten, maar wet is nu, eenmaal wet,
en we hebben natuurlük geen recht iemand ge
vangen te houden die s'n straf heeft uitgezeten”.
Andy dacht een oogenblik na. „Denk je niet”,
vroeg hü. „dat ze me hier willen houden, als
ik kostgeld betaal? zooveel zal het toch niet
kosten".
„Geen denken aan", antwoordde Mac-Rae,
„dat doen ze stellig niet’’.
Andy was zeer temeer geslagen. In gepeins
verzonken wandelde hü den volgenden dag door
X dorp, zinnend op een uitweg en vurig ho
pend. dat hü juffrouw Hewltson niet zou ont
moeten.
Het volgend oogenblik stond hü eensklaps
stil. Daar kwam juffrouw Hewltson aan! Martin
Ford, die juist uit z’n huls kwam, vertelde tat
ter dat Andy zoo wit werd als een Ujk.
Of dit nu het geval was of niet. Andy werd
in leder geval door een panlschen schrik be
vangen; even later kwam een schitterend idee
bü hem op. Hü wist heel goed, dat, als hü juf
frouw Hewltson toestond hem aan te spreken en
hem uit te noodigen op een kopje thee, wat ze
stellig doen zou. het spel dan voor hem verlo
ren was. De weduwe kwam al nader en nader,
hü zag reeds het zegevierend lachje op haar ge
zicht! Toen zag hü ook Martin Ford, en dit
gaf hem het idee.
Zich omkeerend stapte hü regelrecht op den
niets kwaadvermoedenden kleermaker toe.
.Het spüt me erg, müniieer Ford”, sprak hü,
greep den man bü z'n lurven en wierp hem voor
den tweeden keer door z'n eigen glazen.
Vüf minuten later, toen hü onderweg was
naar het gemeentehuis, zei hü tegen z'n bewa
ker: .Het was een reuzen-ldee van me. David.
Ze zullen me dit keer zeker wel zes maanden
geven”.
„Ik geloof het ook wel", zei Mac-Rae. ,J)an
kunnen we moot samen den tuin in orde ma
ken. Maar als Je weer eens zoo iets doet, neem
dan iemand anders dan dien armen Ford. Er zün
heel wat jongere kerels die ik het graag run
eens door de glazen gekeild te worden".
„Ik zal er aan denken”, lachte Andy, .jnaar
het trof nu Juist zoo dat hü het was. Ik moest
die weduwe op de een of andere manier ont-
loopen, David, en zóó was het mün eenige kans.”
HUIZEN. 29S M. K R O 8 UUT Morgencon-
cert. 10 uur K.R.O.-kunstenaeinble o. L v.
Piet Lustenhouwer. 1130 Godsdienstig half
uurtje door pastoor L. H. Perquin. 12 uur
Politieberichten. 12.15 K.R.O.«extet o. 1. v.
Plet Lustenhouwer. 1.45 Verzorging van den
zender. 2 uur Gramofoonmuziek. 2 ?0 Kin
deruurtje door mevr. Sophie Nuwenhuis van
der Rüst en mej. Lidwlna Diepenorock. 4 uur
Gramofoonmuziek. 5 uur Nederland als va-
cantieland. causerie namens de A.V.V.V.
Gramofoonmuziek 5.45 Esperantonleuwa.
6 uur A. v. Weerhorst: .Het recht van Espe
ranto". 620 Journalistiek weekoverzicht door
Paul de Waart. 6.40 Orgelconcert door Al-
phons Dierssen. 7.10 Prof. A. Steger:
.JapanschChineesch conflict". 730 Poli
tieberichten. 7.45 Sportpraatje van de
R. K. F. 8 uur Iwan Schustow met zün
Balalaika-kapel. 830 „De schoenlapper",
dramatisch schetsje in één bedrüf door
G. N. (Het K.R.O.-kleln tooneel). 9 uur
Nieuwsberichten van het Persbureau Vaz Dias.
9.15 Vervolg concert. 10 uur Wittebroods
weken, een hoorspel-grapje door J. van H. Het
KH.O.-kleln tooneel. 10.15 De kapel o. L v.
Iwan Schustow. 11 uur .Het vaasje”, Co-
medletje door T. S. .K RO.-klein tooneel".
11.15 Gramofoonmuziek.
Het spoor leldie In beide gevallen naar
nog niet verkende Braziliaansche moerasge
bied. het oerwoud van de hoogvlakte in den
staat Matto-Grosso, tusschen de zürivteren
Xlngu en Tapajoz. welke zich storten in de
Amazone. Als betooverd had Fawtett reeds
rondgewandeld tusschen de chaotische ruïnes
van een met muren omgeven stad. In deze
ruïnes herkende hü de Cyclopische bouwwüze,
welke men op zooveel punten der aarde aan
treft. Het verlangen twee oude in Cyclopl-
schen stül gebouwde steden te vinden, bracht
itt er toe, zeven Jaren lang in de oer-
m te vertoeven.
Een oogenblik zoch hü
voor Marie-Clalre een 'jb
cache miren sjaal.
Dat is er nog een .van mün moeder, sprak
hü ontroerd.
Het was een fün, .Indisch weefsel, nauwe
lüks iets vergeeld, met wonderbaar borduur
sel, waarvan de gouden draden nog in al haar
pracht schitterden. Hü legde zelf het kleed om
de schouders van het meisje, en met zooveel
bezorgdheid, dat zü hem een dankbaren blik
toewierp. Zü ging naar het venster en zag naar
buiten.
Neen, u kunt nog niet vertrekken, sprak
hü onwillekeurig glimlachend; het regent te
hard. Tk zal last geven om in te spannen.
De bekende Frankforter geleerde prof. Richard
N. Wegner is kort geleden teruggekeerd uit
Oost-Bolivla. alwaar een expeditie onder zün
leiding er in is geslaagd, de Surugua op te spo
ren. Deze Surugua of .Moerasslakken" zün een
volk, dat verblüf houdt tusschen de bronnen
van den Rio Grande en den Rio Mamoré. De
naam .jnoerasslakken” werd hun gegeven door
de omwonende Indianenstammen.
Volgens Wegner zün de Surugua niet ver
want met de roodhuiden, maar we! met de be
woners van de Zuidzee-ellanden. Zü leven nog
in het steenén tüdperk en kennen slechts pri
mitieve werktuigen.
Hun woningen bestaan uit boomstammen,
waarvan de takken zijn saamgevlochten. Het
eenige huisraad is een soort mat, die dient om
Op te slapen.
In hun „dorp" bevindt zich een eeuwig vuur.
Dit is niets anders dan een stuk smeulend hout,
dat onder de aseh wordt bewaard. Deze maat
regel werd ongetwijfeld genomen, omdat het
vuurmaken van deze lieden een zeer lastige en
tüdroovende bezigheid is.
Vaatwerk kennen zij niet. Om water te
scheppen, gebruiken zü groote bladeren. Klee-
ren worden door hen evenmin gedragen. Zelfs
de instinctmatige voorkeur voor alles wat blinkt
en schittert schünt zich bü hen niet te hebben
ontwikkeld.
Maar het merkwaardigste van alles is, dat
prof. Wegner maanden lang onder dit volk ver
keerde. zonder dat hü ooit iemand een woord
hoorde zeggen. Wel stieten zü rauwe geluiden
uit, die zü Heten vergezeld gaan van bepaalde
gebaren, maar spreken in den gewonen zin
van het woord deden zü zeker niet.
Het bleek zelfs, dat de Surugua niet In staat
zün taalklanken te vormen, zooals Wegner heeft
aangetoond. Na drie maanden studie was een
overigens tamelük intelligente Inboorling er nog
steeds niet in geslaagd een eenvoudig woord na
te praten.
Toen verscheen Andy Clarke en de situatie
was gered. Andy zei. dat hü een Ier was. en
misschien was dit ook wel zoo. In leder geval
was hü erg Impulsief, goed gehumeurd, aange
naam in den omgang en een geboren vechters
baas.
Nu, die Andy Clarke kwam dan op zekeren
warmen zomeraavond in Bramington. en liet
er volgens z'n eigen zeggen, den duivel los. Nog
denzelfden avond gooide hü .Martin Ford, den
kleermaker, een man van gewicht in X dorp, door
z’n eigen raam.
Ongeveer vüftig menschen waren getuigen van
deze gebeurtenis, en ongeveer het dubbele aan
tal volgde opgewonden en met schitterende
oogen Andy, die door den „bewaker” naar de
gevangenis werd gebracht.
.Hoera!” schreeuwde Andy en eenige Jeugdige
leden van de volksverzameling riepen X hem na.
De oudere luitjes konden niet nalaten elkander
van geluk de hand te drukken: nu had Bra
mington toch elndelük zün gevangenel
Het wa* een belangrijke avond; de geschie
denis van X dorp werd in dezen avond gemaakt.
Intusschen duwde de bewaker Andy in een der
zindelüke en luchtige cellen. Andy was in een
büzonder goed humeur. Hü had niet alleen een
kosteHJke grap gehad, maar als de dingen den
goeden kant opgingen, was. wat de onmlddeUüke
toekomst betrof, z'n kostje gekocht. Hü zou niet
behoeven te wérken en zlndelük gehuisvest wor
den. Bramington zou er op letten dat hü be
handeld werd zooals hü verdiende.
..Vooruit!" zei Mac-Rae, de bewaker, terwül
hü hem een duw gaf, „vooruit, er in! Ga liggen
en hou Je kalm!"
.Je hebt gelük, vriend”, rei Andy; ,4k ben zoo
moe als een hond! En als Je nu gauw weg gaat,
kan ik misschien vergeten dat ik Je gezien heb.
Ik zie Je morgen zeker wel weer".
DAVENTRY, 1554 M. 130 Concert, door
het Commodore Grand-orkest, o. L v. Joseph
Muscant. 7.05 Vocaal concert. 7.50 Con
cert, door het radiokoor. 10.10 Ketelbey-con-
cert door het Radiokoor en het B.B.C.-Theater-
orkest. 11.05 Ambrose en zün orkest.
Wat is er waar in het bericht, dat de Zwit-
sersche woudlooper Rattin Trapper, den ont
dekkingsreiziger Overste Fawcett in het Bra
ziliaansche Oerwoud ontmoet zou hebben? Is
deze, sedert 1928 als verloren beschouwden
man nog in het leven? En wat is er gebeurd
met zün zoon en zün begeleider? Hoe verging
het hun in deze zeven Jaren in de met riet
begroeide moerasstreken? Zagen zü oude ste
den en blanke Indianen? Is Fawcett een Li
vingstone en zal hü zün Stanley vinden?
De voortsnellende tüd heeft nagenoeg den
man doen vergeten, die zeven Jaar geleden
op den 21 sten Maart doordrong tot de moe-
rtisgebieden van de Amazonerivler om ruïnes
te Ontdekken en zoo mogelük den stam te vin
den van blanke Indianen, en van wlen sedert
niets meer gezien werd.
Den 20sten Mei 1925 liet Overste Fawcett
het laatst iets van zich hooren. Op 17 Sep
tember 1927 kwam uit Lima het bericht, dat
hü in het Braziliaansche oerwoud het idylli-
■re» leven van farmer zou lelden, doch in Ja
nuari 1928 wist de Expeditie Dyott mede te
deelen. dat hü door Indiaansche koppensnel
lers gedood was. daar men bü een wilden
stam een ingeschrompeld hoofd gezien en her
kend had. Vier Jaren nu reeds geldt de dap
pere man en zün begeleiders voor verloren en
sinds dien Stelt de secretaris-generaal van het
Britsche Koninklijk Geografisch Genootschap
geen offlcieele pogingen meer in het werk tot
zün redding.
Algemeen werd de koppensnellers-veronder-
stelllng aangenomen. Alleen mevr. Fawcett
gelooft hieraan niet en zü beweert vanuit haar
villa aan de Rivièra een regelmatig telepa-
tisch verkeer met echtgenoot en zoon te on
derhouden!
Ook de groot-wild jager Stephens Rattin, die
het oerwoud door en door kent en het al
14 jaren kris en kras doorkruist, meende, dat
Fawcett en zün expeditie verloren waren. Doch,
toen hü oostelük van de Mateiro en ten wes
ten van de Xingu-rivier in een Indianen
kamp. onverwacht door een in dierenvellen
gekleeden blanke met een langen witten baard
aangesproken werd, kreeg hü dadelük de over
tuiging met overste Fawcett te spreken. De
Engelsche consul-generaal in Sao-Paulo. wien
hü het verzoek van den ouden man, om uit
zün gevangenschap verlost te worden, overge
bracht, geloofde dit ook stellig en telegra
feerde naar het ministerie van Buitenlandse!»
Zaken. Rattin werd oogenbHkkelük gehoord,
in Downingstreet wilde men zekerheid hebben.
Rattin wil thans met vier mannen naar het
moerasgebied terugkeeren en hoopt dan binnen
drie maanden Fawcett te kunnen bevrijden. Of
dit hem gelukken zal?
Toen Fawcett in 1925 met zün 21-Jarigen
John en diens 23-jarigen studievriend
Raleigh RlmeU op expeditie uittrok, was hü
büna 58 jaar. Voor hun veldbedden, instru
menten en den mogelüken buit werden draag
baren medegenomen. Op de Indianen wilden
ze een vredeUevenden indruk maken en ze
hadden daarom geen wapens medegenomen.
Al zeven volle jaren is nu het contact tus
schen het drietal met de overige wereld ver
broken. Naar het schünt heeft de Zwitser
niet gezegd of hü den vader dan wel een der
jongere leden der expeditie ontmoet heeft. De
overste moet, als hü nog leeft nu 65 jaar, z’n
zoon 28 en RlmeU 30 Jaar zün.
Volgens ingenieur Courtevllle zou de overste
in het Jaar 1926. het idyUlsche oerwoud-leven
genieten, terwül Rattin thans beweert dat hü
gevangene van een stam zou zün. Is dit laatste
tenslotte de waarheid?
En dan: wil de overste werkelük bevrüd
worden en kan hü bevrüd worden? Zoo hü en
de zünen gezond terugkeeren, dan zullen ze
ker de Interessantste mededeelingen gedaan
worden, welke ooit door een ontdekkingsrelzi-
In reis verstrekt zün, en tevens zul-
1 vernemen, of het eigenlüke doel:
oude steden en blanke Indianen te vinden, be
reikt is.
En al zou ook het raadsel van de Zuid-
Amerikaansche oercultuur niet opgelost wor
den, dan zou toch klaarheid gebracht worden
in het Fawcett-raadsel. En dat interesseert ons
op het oogenblik nog het meeste.
laatste groote ontdekkingsreis. Zün ffienettüd
in de koloniën, zün opmetlngswerk, zün ar
cheologische en taalstudies maakten hem tot
den man, die meer dan wie ook geschikt was
dit groote avontuur te doorstaan. De zes
eerste jaren na den oorlog werden door hem
benut met proeftochten. Fawcett wilde blanke
Indianen vinden en gedenkteekenen van ver
vlogen, hoogstaande tot voor het Inkarük te
ruggaande cultuur.
Dat er in Zuid-Amerika vóór de Indianen
blanke mannen woonden, is een algemeen
volksgeloof en herhaaldelük werd dan ook mel
ding gemaakt, dat echte blanke Indianen
(geen Albino’s) gezien waren.
De overblüfselen eener vóór-Indiaansche
cultuur wilde hü opsporen, tegelük met het
ras, dat de draagster van deze cultuur
♦eest moet zün.
1 -■ 1 11 1 1 - 1 -
En Pietje de Bie, die met zijn Chineesch vriendinnetje In dezelfde klas
zat. had stilletjes aan zijn kameraadjes honing uitgereikt. Zoo kwam
het, dat al de Jongens even gek deden en dat de juffrouw verschrikt
toezag. hoe er huls werd gehouden. Ze voerden de gekste goocheltoeren
uit en balanceerden met Inktpotten, linlaals en boeken.
Hoe de schooljuffrouw ook tot kalmte aan maan de, niemand luisterde
er naar. Pietje de Ble, die de meeste honing had gegeten, deed de
grootste toeren. Vijftien boeken droeg le met het grootste plezier een
kwartier lang op zijn hoofd en als er niemand met een inktpot tegen
hem aangevallen was, zou le misschien nog wel een uur hebben
rondgetippeld.