F
leekepreeken
Prikkeldraad
Van de Pers-Tribune
LAATSTE CRISIS-ONTWERPEN
h
r
ZATERDAG 23 JULI
NIEUWE BISSCHOP
Banketbakker* proterteeren
i
DE CRISIS-ZUIVELWET
GAGES KOOPVAARDIJ
OP HET BINNENHOF
Door Eerste Kamer aanvaard
aan
EEN VERDIENDE RUST
Toelating tot scholen
4
TEGEN DE WINKEL
SLUITINGSWET
Karakterloosheid
Ja of neen?
De schoonste
Protestantsche kerk
Audiëntie
Kalme debatten over den steun
de varkenshouderij en de
zeescheepvaa rt
Personeelsbonden tegen verlagi ng
Onbegrijpelijk
-
MOEDER S INVLOED
„Protestantsch Nederland” ge-
koelhuisboter
9
een
katholicisme
K
bevatte dezer dagen het
»4>
1
o
k
K>
L
k
vooral voor
overweging
De „Avondpost"
volgende bericht:
Dr. Wlbaut komt In „Het Volk” weer eens
te spreken over het bekende besluit der
Amsterdamsche Partijfederatie ten opzichte
van de drie Raadsleden, die daardoor tot
aftreden werden gedwongen:
De redactie van het partij-orgaan echter
blijft maar star en strak beweren, dat de
drie zich vergrepen hebben aan de heilige
partij -discipline.
Maar lekker schijnt de redactie zich met
haar quasi sterk gefundeerde meenlng toch
niet te voelen: zij zou over het geval maar
liever niet willen nakaarten!
Wij begrijpen dat opperbest.
Maar.... er zal geert ontkomen AAn zijn:
op het Congres zal er der redactie ten
spijt over het geval nog wél even nage
kaart worden.
Geeft het congres de federatie gelijk, dan
moeten we een uittocht krijgen van karak
tervolle Kamerleden, Statenleden, wethou
ders, raadsleden, enz. en dan zal het
aanzien der 8.D.AP. noa weer eens enkele
kilometers dalen.
geerde hierop met erop te wijzen, dat de Lloyd
dit jaar in leder geval niet meer bekomen zal
dan de reeds door de Kamer toegestane gelden.
Bij de begrootlng kan In het najaar deze heete
zaak opnieuw worden bezien. Daarmede kan,
dunkt ons. de heer Gelderman te vreden zijn.
Tegen dien tijd zullen ook meerdere gegevens
over de credieten. die noodig zullen wezen, be
kend zijn. Trouwens, ook de Lloyd komt, In deze
credletregellng betrokken onder de zeer strenge
eischen omtrent een „op krasse wijze gereorga
niseerde rendementsbasls’.
Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem zal vol
gende week alleen Vrijdag en Zaterdag audiëntie
verleenen.
geven Hij wenschte. dat de Minister, die thans
met een memorlepost kwam, naar gelang de cre
dieten verstrekt zouden worden, telkens door
het indienen van suppletolre begroot!ngen aan
de Staten-Generaal gelegenheid zou geven, van
ieder geval kennis te nemen. De minister raa
it
k
L
ll
Het vaststellen van den minimum
leeftijd brengt voordeelen
en bezuiniging
waarom door onderwijsdeskundigen in en buiten
de Staten-Generaal dan ook herhaaldeiyk op
,Jn de raadszitting van 19 Mei kon Van
den Bergh niet anders spreken en niet
anders stemmen dan hij heeft gedaan. Had
Van den Bergh daar anders gestemd, dan
ware hij een voorbeeld geweest van karak
terloosheid. Er is geen partij-Instantie ter
wereld, die dat van een gekozene in eenlg
bestuursorgaan kan verlangen. Er is ook
geen partijbelang ter wereld dat door zulke
misdraging zou kunnen worden gediend. Een
zestal weken na het besluit van de federatie
Amsterdam, dat Van den Bergh ca. tot
ontslagnemen dwong, blijven wij nog onver
minderd verbaasd, hoe een vergadering van
goede partij genooten niet heeft begrepen
dat hetgeen zij toen van Van den Bergh ca.
verlangden, In de allerhoogste mate onrede
lijk was. Zoo onredelijk, dat, waren wij nog
raadslid geweest, wij zeker op grond van dit
federatiebesluit ontslag zouden hebben ge
nomen. Want voor ons staat vast, dat met
vertrapping der persoonlijkheid, met af ge
dwongen karakterloosheid, de democratie
slechts kan worden geschaad.
Wij zijn daarom van meenlng, dat de
Partij als geheel, op een congres, een beslis
sing zal hebben te nemen, naar aanleiding
van het Amsterdamsche conflict. Wij zijn
op dit punt niet erg ongerus*."
De Crlsls-Zuivel-Centrale brengt onder de
aandacht van hen. die boter hebben opgeslagen
in een inrichting, waar boter gekoeld en voor
rekening van derden wordt opgeslagen, dat. in
gevolge een beschikking van den minister van
Economische Zaken en Arbeid d.d. 22 Juli 1933,
no. 31, afd. Crisis-Zulvel-Aangelegenheden. zoo
danige boter op de verpakking voorzien moet
worden, behalve van de reeds voorgeschreven
merken, van een speciaal papiermerk voor koel
huisboter. dat op aanvraag door de Ciisis-
Zuivel-Centrale verstrekt wordt.
Zonder een dergelijk merk kan dus geen boter
uit een koelhuis uitgeslagen worden.
Men ziet, dat de heer Wlbaut de kunst
Arbeidswet 191# belangrijke voordeelen bieden, verstaat, zijn meenlng op tamelijk-duide-
T lijke w'Jze zeggen, en dat hij stevig voet
die veriAoging bij de Regeering is aangedrongen, bij stuk houdt.
De organisatie van officieren en scheepsge
zellen. vertegenwoordigd In de contactcommis
sie van organisaties van zeevarenden, hebben
naar aanleiding van de opzegging van het
collectief contract door den Bond van werkge
vers in de Koopvaardij zich tot dien Bond
gewend ^met een brief, waarin er os. op wordt
gewezen, dat de grens van verhoudingen bij een
■nieuwe gage verlaging langzamerhand geheel uit
het oog wordt verloren. Niettegenstaande reeds
voordien ten aanzien van de loonsverhoudlngen
in ons land de zeevarenden In een slechtere
positie waren geraakt dan werden de officieren
half November van het vorige jaar en scheeps
gezellen in Februari van dit jaar niettemin toch
nog gedwongen een gageverlaging van hesp.
10 pCt. en 9 pCt. te aanvaarden. Door deze ver
lagingen zjjn siQris 1931, toen de gages van de
eevarenden werden vastgesteld in evenredig-
Itnd tot de overige loonnormen in ons land, de
bijna 40 pCt gedaald, terwijl door vermin
dering van premie en andere emolumenten voor
een groot deel der officieren het inkomen on
geveer tot de helft van vroeger is teruggebracht,
terwijl door de verlagingen, toegepast op de
overwerkgelden voor de mindere schepelingen,
deze overwerkgelden beneden het peil van het
gewone uurloon zjjn gekomen en waardoor deze
categoriën ook ernstig in hun inkomen zijn ge
troffen.
De maatstaf, door de reeders thans aange
legd. waarbjj de gageverlaging wordt afgemeten
naar de monetaire inzinking in de voornaamste
zeevaartlanden, leidt tot consequenties. wAke
de organisaties meenen te moeten verwerpen.
Wanneer van werkgeverszijde dit standpunt
wordt gehandhaafd dan zou dit voor velen een
gageverlaging van nog eens 20 pet. beteekenen.
betrokken organlsatiebestwren achten de
beoogde verlaging, gezien dat eerst onlangs de
boven gememoreerde korting heeft plaats ge
had. onaanvaardbaar en zullen dienovereenkom
stig aan de leden adviseeren.
Dominee Bakker van Amsterdam is in het
land der anti-paplsten geen onbekende.
De laatste jaren voert hij een verwoeden
strijd tegen „de verroozasching van Neder
land”, en wél door middel van een daartoe
speciaal in het leven geroepen organisa
tie, welke „Protestantsch Nederland” ge
doopt is.
Zijn anti-katholieke strijd valt echter niet
bij iedereen ook niet bij lederen Pro
testant in den smaak, en zoo heeft do
minee Bakker zich genoopt gevoeld, in de
..Nederlander” zijn anti-katholieke actie te
motiveeren en te verdedigen.
Waarom voert hij zijn heldenstrljd?
Luistert aandachtig, stoute papen!
De heeren W. Berkhoff te Amsterdam, voor
zitter en M. M Weyi te *1 Hertogenboech, se
cretaris der Nederlandsche Banketbakkers Ver-
eenlglng. waarbij ruim 900 banketbakkers zijn
aangesloten, uitmakende 80 pct. van alle In Ne
derland gevestigde banketbakkers, hebben aan
den minister van Economische Zaken en Ar
beid een uitvoerig toegellcht schrijven gezon
den. waarin zjj zich zeer gegriefd gevoelen door
het feit, dat inrichtingen waar minder onschul
digs genotmiddelen worden verkocht en ook
hun artikelen verkrijgbaar zijn, den geheelen
dag tot in den nacht mogen open zijn en hun
debiet zich daarheen verplaatst, dat zU derhal
ve dringend verzoeken en met klem aan
dringen öf de winkelsluitingswet tot gunstiger
tijden bulten werking te stellen, óf de bepalin
gen betreffende den Zondagsverkoop op te
heffen; In elk geval een zoodanige verruiming
der verkoopuren op Zondag toe te staan, dat aan
hunne gerechtvaardigde wenschen wordt tege
moet gekomen.
„Waarde lezer, het zou er waarschijnlijk
niet toe gekomen zjjn, wanneer Rome self
immers, ook na de steunmaatregelen betaalt
de consument nog zeer redelijke prijzen, verge
leken bij vroeger, terwijl degenen, die geholpen
worden, zich door die maatregelen slechts een
bestaan gegarandeerd zien, dat soms nog wel
eens beneden dat van een ondersteunden werk-
looze gaat een standpunt, dat bij dezen cri
sismaatregel in het bijzonder averechtsch is. wijl
de .Planwirtschaft”, dis in het varkenshouderij-
bedrijf wordt Ingevoerd, den consument ook be
schermen gaat tegen vroeger nogal eens voor
gekomen en bij de rare schommelingen in dit
bedrijf ook in de toekomst niet uitgesloten top-
pr Ijzen.
Mr. Smeenge kon zich met het ontworpen
stelsel van centralisatie van fokkerij, mester!)
en export vereenlgen Alleen betreurde hij dat
de betrokkenen zelf dit plan niet al eerder ter
hand genomen hadden en dat het nu alléén
weer mogelijk was. doordat de Staat er zich zoo
drastisch mee inliet. Ook de heer Westerdljk
roerde' ditthema aan. Hij heeft echt# flóBp?
dat de thans bij noodmaatregel afgedwongen
centralisatie zulke goede resultaten zal afwer
pen. dat de Nederlandsche boeren, wier solida
riteitsgevoel helaas nog steeds minder ontwik
keld is dan b.v. dat van hun Deensche collega's
en concurrenten, ook voor normale tijden het
stelsel zullen blijven handhaven.
Bovendien prees de zeer deskundige vrijzln-
nlg-democratlsche senator nog eens opnieuw het
denkbeeld aan, om het geweldige surplus aan
aardappelmeel aan de varkens te voeren. Men
neemt dan den grooten strop van de veenkolo
niën weg.
Doch volgens minister Verschuur lijkt deze
oplossing fraaier dan zij ia Immers, wil men
de veenkoloniale aardappelmeelindustrle
eenigszlns behoorlijken prijs geven voor dit sur
plus. dan is die prijs veel hooger dan de prijs
van het gewone varkensvoer, dan is dus de
aardappelmeelindustrle wel geholpen, maar de
varkenshouderij geschaad.
Veel te weerleggen was er voor den minister
aprés tout niet. Toch weet deze bewindsman, al
zijn de punten In het debat, waarop hij zijn ver
dediging bouwen kan. nog zoo gering In aantal,
altijd een knap bespiegelend betoog te houden.
De eenlge toezeggingen, welke hem gevraagd
waren en welke hl) ook doen kon, betroffen „het
vette varken en deszelfs producent", welker be
langen niet zullen verdrongen worden door die
van het baconvarken. dat meer voor den export
bestemd la en waarvoor de regeling eigenlijk in
hoofdzaak is opgezet, en voorts het betrachten
van de rechtvaardigheid tegenover alle bij de
varkensteelt en de daarop gebouwde bedrijven
betrokkenen Hun aller belangen zullen zooveel
mogelijk behartigd en ontzien worden.
Beurtvaartregeling
Niet moeilljker had minister Verschuur het
bl>het ontwerp, dat de nationale scheepvaart te
hulp komt en waarover slechts dr. Wlbaut en de
Vrijheidsbonden Gelderman en Smeenge het
woord voerden. De laatste kwam, sooals vanzelf
spreekt, voor de binnenscheepvaart op. Daar
sukkelt men tengevolge van een zeer groot sur
plus aan scheepsrulmte zooals vrijwel in geen
enkel ander bedrijf. De kwestie la zeer moeilijk,
temeer daar zelfs bij een opleving van de be
drijvigheid de vrachtrulmte nog belangrijk de
vraag overtreffen zal. Men is doende eene beurt
vaartregeling in het leven te roepen, waaraan
niet de vroeger voorgekomen misbruiken kleven.
Overleg hierover is gaande met de Kamers van
Koophandel. En minister Verschuur zegde den
voorzitter van „Schuttevaer” nog eens toe, alle
mogelijke haast hierbij te betrachten.
De beide andere sjwekers juichten de oprich
ting van de .Maatschappij ter Behartiging van
de Nationale Bcheepvaartbelangen N. V." vsm
harte toe. Dr. Wlbaut verwachtte van dezen
maatregel alle heil ook voor de toekomst. Want de
voorwaarden, die de N. V. voor verleenlng van
credieten stellen zal. sullen saneering brengen
in tal van reeds jarenlang zieke bedrijven. Voor
sommige gevallen is een beletsel voor grondige
flnancieele reorganisatie de onwil van een
groep obllgatlehouders, om genoegen te nemen
met eene vermindering hunner rechten. Zoo is
het b.v. bij de Hollandsche Stoomboot Maat
schappij, waar dadelijk groote wijziging In den
toestand van dit in wezen levensvatbare bedrijf
zou kunnen komen, zoo maar Nederlandsche
wet bet accoord bulten faillissement kende. Dan
sou tenminste de gewillige meerderheid van
obllgatlehouders de onwillige minderheid kun
nen binden. Minister Verschuur zegde dr. Wl
baut toe. het overleg hierover met den Minister
van Justitie te zullen voortzetten.
De heer Gelderman heeft meer bepaaldelijk
nog eens de kwestie van den Koninklijken Hol-
landschen Lloyd behandeld, in welke maat
schappij hjj door de samenwerking met den
Norddeutachen Lloyd geen nationale onderne
ming meer vermag te zien, waarvoor het ge-
Op reces
De Eerste Kamer verdient een pluim om de
wijze, waarop zij zich door den berg van werk
heeft heen gezwoegd. Niet één ontwerp, dat
voor behandeling rijp was. bleef onafgedaan. En
ook het tempo, waarin het werk verricht werd,
was allerbevredlgendst. Al komt uiteraard de be
handeling in de Kamer van Revisie vaak op her
bouwen neer, de senatoren hebben zich daarin
de noodlge matiging opgelegd. Vooral was dit
het geval bij de verschillende groote crisismaat
regelen. die aan de overzijde van bet Binnen
hof eveneens uiteraard soms dagenlang de
bat veroorzaakten.
Met den wensch. dat de Ministers, de Kamer
leden en alle anderen, aan den Senaat annex,
tijden de vacantie een aangename, „niet roes
tende rust" mogen genieten, nam voorzitter
baron de Vos van Steenwljk afscheid tot het
moment, dat hij de vereemgde zitting der belde
Kamers zal presideeren. waarin de minister-pre
sident met eenlg ceremonieel en onder het ge
klikklak van de hoeven der husarenpaarden het
zittingsjaar aal komen sluiten. In September
wacht dan de nieuwe zittingsperiode, welke nog
wel zwaarder worden zal dan de thans zo*
oog niet formeel geëindigde
Tot eersten Apostolisch Vicaris
van Padang is benoemd Z. H.
Exc. Mgr. Mathias Brans^O.M.
Cap. tot nog toe Apostolisch
Prefect.
DEN HAAG, 22 Juli 1932.
In haar laatótc y^ggdering van dit zittings
jaar heeft oe fierste Kamer de twee nog over-
NiJvende crlsisontwerpen ten behoeve van de
zeescheepvaart en tot steun aan de varkens
houderij aangenomen. Alweder zonder hoofde
lijke stemming, al vroeg bjj het laatste ontwerp
de sociaal-democraat Hermans aanteekenlng,
dat zijn fractie tegen was. De 8. D. A. P. vindt
nu eenmaal ook aan de Varkenscrisiswet een
onoverkomelijk bezwaar, dat de consument den
steunmaatregel betaalt, doordat hij hoogere
prijzen zal hebben te betalen. Een standpunt,
dat in het algemeen reeds niet geheel juist is
moeder en kind, zeker. En wanneer die
genegenljpld verstandig wordt gecultiveerd,
kan zij in de opvoeding' een belangrijke
factor zijn. Doch van den kant der moeder
wordt er maar al te licht een te groote
waarde aan gehecht. Eer da» het kind ten
volle kan beseffen, wat de rnoeuer lichame
lijk voor hem beteekent, heeft zijn karakter
al een voor zijn verder leven beslissenden
vorm gekregen. Die natuurlijke genegenheid
is bovendien voor de geestelijke vorming
niet absoluut noodzakelijk. Er zijn tien
duizenden menschen, die in hun Jeugd niet
door de eigen moeder zijn opgevoed en toch
in alle opzichten uitmuntende personen zijn
geworden. Dat wordt door de al te gevoe
lige moeder maar al te dikwijls vergeten.
Laat uw verstand heerschen over uw gevoel
en vrees niet, dat ge een harde moeder zult
zijn. Zoolang het gevoel zich nog telkens
opdringt en tracht te overheerschen, bestaat
daarvoor geen gevaar. Beheerscht zal het
juist in een verstandige opvoeding aan
gestrengheid de vereischte mildheid geven.
De tweede klip is een te veel aan gevoel
tegenover zichzelf. Dit is een fout, dié veel
minder wordt ingezien en nog minder
erkend. Het kind is vele jaren de geheel
afhankelijke van Zijn ouders, het bezit van
zijn moeder. Op zijn eigen ontstaan heeft
het zelf niet den minsten invloed gehad.
Dwaas is dus de moeder, die in het kind
eenige schuld ziet voor haar zorg, haar
moeitevol leven, haar afhankelijk bestaan.
Al te groote gevoeligheid van een moeder
voor een kind is te betreuren, maar te ver
geven, althans te begrijpen. Overdreven
gevoeligheid voor zichzelf ten koste van het
kind is onnatuurlljk en on vergeef lijk. Moe
derplicht en moedervreugde moeten elkaar
dekken. Een jonge vrouw, die zonder den
moed der zelfopoffering het huwelijk ingaat,
pleegt verraad aan het komend geslacht.
Dit is een overweging, welke van waarde is
voor onzen tijd.
Maar zij geldt niet voor de toekomstige
en jonge moeders alleen. Overgevoeligheid
ten eigen opzichte komt ook voor bij
moeders, die zichzelf heldinnen wanen. Zoo-
dra de jonge mensch begint te rijpen, zjjn
eigen wil vertoont en de eerste teekenen
van zelfstandigheid begint te geven, be
kruipt de overgevoelige moeder zoo licht de
gedachte: 't is mijn bezit, mijn eigen
vleesch en bloed. Dit Jonge wezen zal ik
geheel naar mijn eigen inzichten vormen,
het zal mijn bezit blijven en aan een moge
lijke scheiding wil ik zelfs niet denken!
Dit min of meer bewust of onbewust moe
derlijke egoïsme draagt de klem in zich van
pijnlijke conflicten in latej Jaren, wanneer
volwassen kind met recht zijn zelfstan
digheid zal opeischen en zijn eigen leven
wil leiden. Een verstandige opvoedster zal
zich al heel vroeg op dat eigen leven voor
bereiden; haar opvoeding zal juist op de
zelfstandigheid gericht zijn. Opvoeding tot
zelfstandigheid met verzaking van eigen
voordeelen, van eigen voorliefde, eigen wen
schen en verlangens, is juist het besta, wat
men zijn kind kan geven. En de practljk
wijst uit, dat zulk een opvoeding zonder
egoïsme, zulk een zelfopofferende leiding,
zulk een onderdrukking van het eigen gevoel
uiteindelijk altijd haar belooning vindt.
Immers, wie uit eigenbelang en overdreven
sentimentaliteit zijn kind wil vasthouden,
schept het conflict van een onvermijdelijke,
.pijnlijke losscheuring. Want de natuur laat
zich niet dwingen: de vogel, die zich sterk
genoeg voelt op eigen vleugels, zoekt de
vrijheid. Het kind echter, dat zich zelf opge
voed weet tot zelfstandigheid, zal de moeite
en opoffering, de zelfverzakende liefde der
moeder begrijpen en waardeeren en in zijn
vrijheid vrijwillig zooveel mogelijk naar het
ouderlijk huls tarugkeeren.
Ziedaar, twee kostbare lessen vóór de
moeder In verhouding tot haar kind: laat
uw verstand yw gevoel overheerschen, hetzij
dat gevoel te sterk naar het kind of naar
U zelf uitgaat. Het Juiste doel gaat tusschen
deze twee klippen door!
HOMO SAPIENS
Het Koninklijk besluit van 33 Juni 1933.
(Staatsblad no. 312) dat aan dezen wensch te
gemoet komt door een geleidelijke invoering
van de gevraagde verhooging (n.l. in twee etap
pes, ieder van drie maanden), heeft bovendien
de strekking een aanmerkelijke besparing op
's Rijks uitgaven te bevorderen, welke inzonder
heid in dezen tijd van beteekenis te.
Voor zoover hier en daar aan bepaalde scho
len eenlge stoornis in den geregelden gang van
het onderwijs mocht ontstaan, vertrouwt de
Minister, dat deze door aanpassing zal kunnen
worden opgeheven, terwijl z.i. de genoemde
voordeelen hiertegen ruimschoots opwegen.
Ook indien mag aangenomen worden, dat het
voorschrift na 15 Juli 1935 zal verlengd wor
den, valt de besparing voor het Rijk niet met En dan? Hoe zal de conclusie uitvallen?
nauwkeurigheid aan te geven, aangezien moei
lijk te ramen valt, hoeveel kinderen, nadat de
bepaling gedurende zeven jaren zal gewerkt
hebben, na het doorloopen van het zevende leer
jaar dé school zullen mogen verlaten, terwijl
zij anders de zevende klas zouden hebben moe
ten doubleeren, c.q. de achtste klas zouden beb-
Er is een natuurlijke verhouding tusschenben moeten volgen.
Wel merkwaardig, dat de protestanten
thans ook de schoonheid hunner kerken
gaan zoeken in het wegwerken van hun
kale koude muren en de beelden in steen en
verf in hun kerken halen, merkt „Ons Noor
den” op.
„In de reformatie werd de leuze aan
geheven weg met den beeldendienst
uit de kerken”.
Nu haalt men de beelden er weer in.
Het begon met een raam van Jan de
Backer, den z.g. prot. martelaar. Daar
over is heel wat te doen geweest. In de
Haagsche Dulnoordkerk kreeg de ka th.
kunstschilder Lou Asperslagh reeds Ja
ren geleden ojjdracht voor gebrand
schilderde ramen met voorstellingen
uit het oude testament en uit de para
belen van den Zaligmaker. „De verlo
ren zoon”, „de wonderbare vischvangst”
en dergelijke tafereelen moesten door
den kath. glasbrander en kerkschilder
worden aangebracht.
En nu gaat men in Dultschland de
schoonste protestantsche kerk bouwen
en men zoekt de schoonheid in het aan
brengen van een Christusbeeld en de
figuren van de apostelen.
Ook hier heeft de practljk van het
menschelljke leven het gewonnen van
de theorie. rechtvaardige! te. nog groote bedragen uit te
Intusschen is deze protestantsche
kerkverslering vooral voor ons katholie
ken bijzonder leerzaam. Want ze is weer
een nieuw bewijs, hoe groot de vergis
sing van de protestantsche hervormers
geweest is.”
van onzen
Sjfeciaal merk voor
Afgezien hiervan zou het voorschrift bij ge
il ee le inwerkingtreding door vermindering van
de toegelaten leerlingen volgens de gegevens
voer het jaar 1931 ruim 1300 leerkrachten min
der noodig maken.
Het valt niet nauwkeurig aan te geven, welke
bezuiniging voor 's Rijks kas hiervan het ge
volg zal zijn, niet alleen wijl onbekend is, hoe
veel van deze leerkrachten wachtgeld zullen ge
nieten, maar evenmin, hoe lang zij in het ge
not van wachtgeld zullen blijven. Dit zelfde
geldt trouwens voor elke vermindering van bet
getal verplichte leerkrachten.
In hoeverre de gemeenten financieel voor- of
nadeel van den getroffen maatregel zullen heb
ben, hangt af van de wijze waarop zij zich bü
den maatregel zullen aanpassen. Hieromtrent
bezit de Minister nog geen gegevens.
Uit het bovenstaande blijkt, dat de Minister
van het Kon. besl. niet alleen de genoemde
voordeelen. maar ook "n thans zeer welkome be
zuiniging verwacht. Het toekennen van extra-
onderwijzers overeenkomstig art. 58 tweede lid,
der Lager-onderwUswet "20. ten einde te voorko
men, dat aan sommige scholen een onderwij
zer moet ontslagen of een nieuwe leerkracht
niet aangesteld kan worden, zou het bezulni-
glngseffect van den getroffen maatregel teloor
doen gaan en dus medebrengen, dat deze be
zuiniging op een andere en naar het den mi
nister voorkomt meer bezwaarlijke wijze zou ge
vonden moeten worden. Om deze reden kunnen
de gevraagde maatregelen niet toegezegd
worden.
Om dezelfde reden meent de Minister niet
aan bepaalde gemeenten dispensatie te kunnen
verleenen. waartoe bovendien de wetteljjke
voorschriften hem niet de bevoegdheid geven.
Tot zjjn leedwezen kan de Minister, met het
oog op den toestand van 's Lands financiën,
geen steun van Rijkswege ten behoeve van het
voorbereidend lager onderwijs in uitzicht
stellen.
Op vragen van het Tweede Kamerlid Mej.
Groeneweg in zake het Koninklijk besluit van
23 Juni 1932 (Staatsblad no. 312) betreffende
verhooging van den minimum-leeftljd van toe
lating tot scholen voor gewoon lager onderwijs
tot zes jaren en de flnancieele gevolgen van dat
besluit, heeft Minister Terpstra het volgende
geantwoord:
Inderdaad zal de verhooging van den mini
mum leeftijd van toelating tot de school voor
gewoon lager onderwijs tot zes jaren uit on-
derw’ kundig oogpunt evenals met het oog op
een goede onderwijsorganisatie en in verband
met de bepalingen der Leerplichtwet en der
Geeft het congres de federatie ongelijk,
dan kan hevige ruzie met zijne majesteit
den kiezer en met de redactie der Arbeiders
pers niet uitblijven.
Neen, deze kwestie is de wereld nog
niet uit!
Gelukkig maar! Want zeer noodig is het,
dat er ook op dit stuk klaarheid kome om
trent de S.D.A.P.
den aanval op ons geloof, onze Kerk en al
de geestelijke waarden, die ons kostbaar
zijn als gouden kleinoodién. niet was be
gonnen. Maar wat is de historie? In 1913
hebben prof, pater van Glnneken. prof.
■Gerard Brom, en eenlge andere vooraan
staande Roomsche mannen de leuze van
de bekeering van Nederland aangeheven.
Dat wil dus zeggen, ze maakten zich op om
Nederland, dat dank zij de politieke en de
economische verhoudingen (opkoopen van
boerderijen, winkelhuizen, enz. door Room-
schen, ten einde een soort Roomsche ko
lonisatie tot stand te brengen) in de laat
ste tientallen jaren al meer onder Rootn-
schen Invloed gekomen is, ook in religieus
opzicht Roomsch te maken. Dat noemde
men „de bekeering” van Nederland; want
ge weet, ketterij en heidendom liggen bij
Rome in één en dezelfde lijn. Er is maar
„ééne, heilige, algemeene Christelijke kerk”
in Rome's oogen; dat is de Hervormde kerk
niet; dat is de Luthersche kerk niet; dat
zijn de Gereformeerde kerken evenmin; dat
is alleen maar de kerk, waarvan de Paus
het onfeilbaar hoofd is.
Overeenkomstig dit wachtwoord „bekee
ring van Nederland” heeft men sindsdien
ons land en vooral onze steden met propa-
gandalectuur en vliegende blaadjes over
dekt. Vooral het Geert-Oroote-Genootschap
(G.G.O.) -en de Petrus Canislusvereeniging
hebben heel wat verdienstelijke werken ge
presteerd. Ook het leekenapostolaat heeft
men in werking gezet.
Doch één van de voornaamste middelen
om tot zjjn doel te geraken waren de con
ferenties voor niet-Katholieken”, die in
in vele dorpen en steden van ons land ge
houden zijn en nog lederen winter opnieuw
georganiseerd wordei., ten spijt van het
weinige resultaat, dat deze Ijverige paters
met hun uiteenzettingen van de Roomsche
leer hebben.
Dat is het wat .JProtestantsch-Nederland”
in het leven riep.”
WIJ moeten sterk betwijfelen, of de van
strijdlust blakende dominee met dit stukske
zijn meer bezadigde en rustiger denkende
vrienden zal overtuigen; wij voor ons be
grijpen tenminste niet, hoe dominee
juist als dominee met xulke motieven
voor den dag durft komen!
Wat misdoen de Katholieken toch met
hj^n fgqsiUeve bekeeringsactle?
Zij vallen daarmee toch geen enkelen
anderen godsdienst aan?
En wat vreest de dominee speciaal van
de conferenties voor niet-katholieken, als
daarmee toch zoo „weinig resultaat" be
reikt wordt?
De Protestanten moesten het gezien
hun eisch van vrij onderzoek juist bij
zonder waardeeren, dat katholieke deskun
digen heel het volk in woord en geschrift
trachten in te lichten omtrent de leer en
de praktyk van het katholicisme.
Het zou toch niet behoorlijk zijn. Indien
wij de Protestanten niet in de gelegen
heid stelden, ook over het katholieke ge
loof een volkomen vrij oordeel te vellen?
Of mogen Protestanten de Vaarheid omy
trent het katholicisme niet te weten
komen?
Mogen ja, moeten wij onzerzijds
niet trachten, onze medemenschen door
woord en voorbeeld te overtuigen van dat
gene. wat wij de waarheid weten?
Dominee neemt het den katholiek kwa
lijk, dat hij zijn Kerk de ware noemt,
maar noemt hij zijn Kerk dan de onware,
de on echte?
Vanwaar toch zijn strijd tegen Rome?
WU gunnen hem toch ook gaarne het
recht, z ij n Kerk te propageeren.
HU schUnt van zUn Kerk echter niet veel
positiefs te kunnen vertellen, anders zou
hU zich niet eenzijdig bepalen tot strUd
tegen een Kerk, welke hU blijkbaar niet
eens voldoende kent (anders toch zou hU
zich niet schuldig maken aan een enormi
teit als; „ketterij en heidendom liggen bU
Rome in één en dezelfde lijn”.)
Dominee moet beslist eens een conferen
tie voor niet-Katholieken gaan bij wonen.
„Aan het Hohenzollemplein te Ber-
Ujn-Wllmersdorf bouwt de Hamburg-
sche architect Hóger een nieuwe Pro
testantsche kerk, welke de schoonste
Protestantsche kerk van Berlijn moet
worden. Van afbeelding van personen
is een rUk gebruik gemaakt. De grond-
idéé der kerk is, dat naar het Jezus
beeld achter het altaar, de schare van
apostelen en geloofshelden, die aan
weerskanten op 12 groote vakken zUn
afgebeeld, door een triomfboog opstijgt.”
j-s en week geleden is In de hoofdstad een
r> zeer bUzondere tentoonstelling, welke
den suggestieven naam .Moeder en
Kind” droeg, gesloten.
Er wordt aan onzen tUd veel leelUks ver
geten en niet geheel ten onrechte. De durf,
*m een expositie op groote schaal te houden,
iraarbU tienduizenden uit binnen- en bui
tenland werden verwacht en welke tot on
derwerp had het leven van de moeder en het
ünd, zulk een opzet sprak van een heilzaam
rertrouwen in zuivere en edele gevoelens
ran het tegenwoordig geslacht, speculeerde
>p een belangstelling der massa in iets
teters dan plat vermaak en Udele sensatie,
tn dat vertrouwen werd niet beschaamd.
Er is bU gelegenheid dezer tentoonstelling
teel veel over den band, die moeder en kind
»indt, gesproken. De aangeboren wederzUd-
Khe genegenheid werd bezongen, maar
rooral werd wat het doel der onder-
seining was de UchamelUke verhouding
roor en na de geboorte op populair-weten-
KhappeUjke wijze belicht. En de tegenwoor-
iige wetenschap mag met trots haar trium-
rhen op dit terrein toonen! Verzwakt ons
reslacht in een overmatige cultuur, zoodat,
gat van nature zonder schade en moeite
moest verloopen, dikwijls een gevaarvol
lebeuren wordt; de wetenschap komt met
rernuft te hulp en vult aan, waar de natuur
tekort schiet. En de mensch, ook de een
roudige en ongeletterde, volgt met belang
stelling de vorderingen der medici in hun
delicate taak bij de vorming en de geboorte
van het nieuwe leven, het behoud van het
te vroeg geboren wicht, van verpleging en
voeding van kraamvrouw en zuigeling, en
alles wat met de ontluikende nieuwe men-
Khelijke levens in verband staat.
In dagen, waarin op zóó bijzondere wijze
de lichamelijke verhouding van moeder en
kind is belicht, kan het zijn nut hebben
ook eens de aandacht voor den geestelijken
Invloed van de een op den ander te vragen.
In christelijken zin is toch deze laatste van
oneindig meer waarde dan de eerste!
Er wordt en terecht aan den llcha-
tnelijken invloed van de moeder op het kind
veel waarde gehecht.^ Gezondheid is een
onberekenbare schat, ook voor het geestelijk
leven. En al wat gedaan wordt in nuttige
lessen en raadgevingen aan jonge moeders,
om de gezondheid van wordend leven te
bevorderen en onheilen te voorkomen; alle
propaganda voor natdurljjke voeding en
hygiënische verzorging, is hartelijk toe te
juichen.
Maar de groote taak van de gehuwde
vrouwen vangt toch eerst aan bij de opvoe
ding. Het andere wordt als vanzelf sprekend
van haar geëischt.
Nu zijn er over kinderopvoeding biblio
theken vol geschreven en het lijkt water
naar de zee dragen, om aan al de bestaande
paedagogische vermaningen nog één woord
toe te voegen. Toch wagen wij het in zeer
beknopten en eenvoudigen vorm twee ge
dachten neer te schrijven, die
ons tegenwoordig geslacht de
waard lijken.
Wanneer gij. Jonge moeders
tijd, over opvoeding hoort spreken, over
oude opvoedingssystemen leest, en nadenkt
over uw eigen opvoeding, dan moet u wel
eens en misschien wel dikwijls de ontmoe
digende gedachte besluipen, dat kinderen
opvoeden een bijna bovenmenschelijke taak
is. Gelooft het niet! Ons jonge geslacht
heeft de faam van erg nuchter en zeer radi
caal te zijn. Dat kan tot betreurenswaardige
excessen leiden; maar het heeft ook zijn
goede zijde, welke hier te pas komt. De
reden, waarom zooveel opvoedingspogingen
mislukken, is nm. een te veel aan gevoel
en een te weinig aan verstand.
En ziehier de twee lessen, welke jonge
moeders van onzen tijd met haar zin voor
werkelijkheid gaarne ter harte zullen
nemen: twee klippen, waarop een opvoeding
gemeenlijk strandt is óf wel een te veel
aan gevoel voor het kind, öf wel een te veel
aan gevoel van de moeder voor zichzelf.
De eerste bewering wordt het gemakke-
lljkst begrepen en ook toegegeven. Het kind
is een deel van de moeder zelf. Ze heeft er
alles aan gegeven. Vele maanden heeft ze
het verwacht, met angst en smart; het
gevoed en verpleegd. Vele lange maanden
is baar géheele wezen met dat jonge leven
als één.’ Die moederlijke teederheld en
bezorgdheid, die natuurlijke vrouwelijke
gaven zijn vooral de eerste jaren kostbare
factoren in het kinderleven. ZIJ maken
echter al te gemakkelijk blind voor het feit
dat In het kleine wezen een eigen ziel hulst,
een eigen wil woont, dat zich een eigen
geestelijk leven in het lichamelijk omhulsel
aan het ontwikkelen is. Voor een scherp
oog is dat al heel spoedig waar te nemen.
En de ware opvoedster begint haar vorming,
haar training, dan ook al In de allereerste
levensjaren Dat vereischt een opzijdringen
van het gevoel door het verstand. Een jonge
moeder vergeeft zichzelf zoo -graag een
zwakheid tegenover haar kind. Het is toch
zulk een klein, teer wezen; hoe kan men
daar boos op worden! Dat kan mlschien
iedereen, maar niet een eigen moeder! De
opvoeding komt later wel, wanneer het
verstand gerijpt is en bet lichaam sterk!
Door deze overgevoeligheid blijft het kind
de speelpop van de jonge moeder juist in
de jaren, waarin de vorming het ge makke
lij kst zou zijn. Is het kind lichamelijk een
maal volgroeid, dan heeft het ook een sterk
ontwikkelden en mogelijk een krom gegroei-
den wil gekregen. Het kinderkarakter vormt
Zich niet van zelf ten goede, alleen omdat
het kind van nature aan zijn liefhebbende
moeder gehecht is. Het is een waan, dat
de natuurlijke genegenheid van de moeder
tot het kind wederkeerig even sterk is; een
waan, dat een kind uit liefde voor de moeder
zijn verkeerde neigingen zal onderdrukken
en haar geen verdriet zal doen, evenmin als
zij het hem wilde aandoen.