R. K. Boeren- en Tuindersbond 9e Dies Natalis R. K. Universiteit I. Dr. W. Mengelberg IN HET AARTSBISDOM Hoe zit dat „DOODE HAND” DINSDAG 18 OCTOBER RUIM 3 TON WINST 1 Verlies op de tram HET VERVOER VAN VEE NED. VARKENSCENTRALE GODSBEGRIP STEUN AAN TARWETEELT LANDBOUWBELANGEN Rectorale rede prof, dr. Titus Brandsma O.C. INVOER VAN PLANTEN IN FRANKRIJK Algemeene vergadering Mengelberg Verkrijging van certificaten Geen kosten voor reparatie ge- wlj Laatste redmiddel Contróle-merken VICE-ADMIRAAL DE HAES t i Overal misère scHL Gouden bestaansjubileum 4 I de te nut talre autoriteiten. Telegram aan den Minister ^ea noodtoestand der Staatsfinanciën bij ““•ten neerleggen en dat dientengevolge te** g, De bedrijfsresultaten van de Gemeente Electricitetis- werken te Ny me gen Rede Baron van Voorst tot Voorst SEMINARIE WERNHOUTSBURG DE LOONSVERLAGING VOOR HET RIJKSPERSONEEL Buitengewoon senator der Duitsche Academie Prof. dr. Titus Brandsma O.Carm. Groote belangstelling bjj de teraardebestelling der” waarschuwt hen, die aan dit spel zou den willen meedoen, zich geen te groote illusies te maken. Het blad toont met cijfers aan, dat het niet alleen de katholieke kerk is, die bij be lasting der goederen in de doode hand haar aandeel in de opbrengst zou hebben te le veren, en schrijft: Invoer knollen Blijkens het 23e verslag van het bedrijfsjaar der Gemeente Electriciteitswerken te Nijmegen heeft de 20 pet. tariefsverlaging grooten In vloed gehad op de financleele bedrijfsresulta ten. De omzet steeg In 1931 van 21.134.123 K.W. in 1930 tot 23306.558 K.W. dat is 10 pet. De winst op de afdeeling electriciteit be droeg 470.477 (raming 492.985). Het tramtekort bedroeg 140.904. Er blijft voor de gemeente een eind-wlnst- saldo van 329.573 over. licht, e n voor geest.” Nog slechter dan de landbuuw Is er de tuin bouw aan toe, die voor het grootste deel der productie op uitvoer Is aangewezen. En hierin ligt het zwakke punt. De Regeerlng heeft eln- ZEE- Offi t net Baron van Voorst tot Voorst over de crisis in den landbouw De dagelijksche besturen van den Chlst. Bo. ren- en Tuindersbond In Nederland, den Kath. Ned. Boeren- en Tuindersbond en het Kon. Ned. Landbouw-Comlté hebben onder dagtee- kening van 14 October 1932 het volgende tele gram aan den Minister van Economische Za ken en Arbeid gezonden: De dagelijksche besturen der drie Centrale Landbouworganisaties op 14 October 1932 te 'sGravenhage In vergadering bijeen, verzoeken Uwe Excellentie dringend maatregelen te wil len nemen, opdat de in uitzicht gestelde tarwe- richtprijs van twaalf gulden per honderd kilo voor doorsnee kwaliteit wordt bereikt en ver zoeken dringend geen beperking voor de tarwe- teelt voor te schrijven. veel. Al te weg De Administratie van Vee-Vervoer, Ingesteld door de Commissie A 1 (Vervoerbelangen) van de Neder. Ver. tot Bescherming van Dieren, verzoekt ons mede te deelen, dat in aanslui ting aan haar reeds eerder geplaatst bericht, waarbij de Nederl. Spoorwegen besloten, geen kosten voor reparatie van beschadigde N. 8 - paardenwagens meer te heffen, de Nederland- sche Spoorwegen thans eveneens bereid zijn af te zien van de heffing van herstellingskos ten bfj beschadiging door zendingen paarden en vee van vreemde (buitenlandsche) spoor wegwagens. Onder de aandacht moet echter worden ge bracht, dat, indien door buitenlandsche sta tions herstellingskosten geheven en ten laste van de zending worden gebracht, de Nederl. Spoorwegen geen vrijheid hebben van de Inning dier bedragen af te zien. Door deze nieuwe tegemoetkoming is weder, om een ernstig bezwaar van belanghebbenden opgeheven. 1) De rede, niet minder dan 36 bladzijden In brochureformaat, is keurig gedrukt en fraai gebrocheerd In Marlablauwen omslag van ge hamerd luxe-papier, verschenen bij N.V. Dek ker tt Van de Vegt en J. W. van Leeuwen te Nijmegen en Utrecht. In het jaar van het derde lustrum der or ganisatie is de secretaris opgeklommen tot de hooge waardigheid van lid der Eerste Kamer, ons hoogste wetgevend Lichaam, een College, waarin hij nog wel niet om zijn leeftijd, maat* wel wegens zijn buitengewone kennis van alle agrarische vraagstukken thuis hoort. Spr. wenschte hem geluk met deze hooge onderscheiding en verwacht van hem een aoo- danlgen invloed op zijn mede-senatoren, dat, zoo Iets, als een verwerping der pachtwet nooit meer zal voorkomen. Wanneer er van „goederen in de doode hand” sprake Is, dan pleegt men vooral, of uitsluitend aan de katholieke kerk en katholieke instellingen te denken. Het anti-papisme vindt ook hierin een zijner geliefkoosde aanvalspunten. Het Is miserie over de geheele lijn, ook met de aardappelen, die nagenoeg onverkoopbaar zijn. Indien hier geen maatregelen worden ge nomen. dan zullen degenen, die aardappelen in hoofdzaak verbouwen voor consumptie, enorme stroppen lijden. Spr. meent, dat de Regeerlng hier dient in te grijpen en een garantieprijs zal moeten vaststellen, waarvoor zij in het voor jaar de aardappelen zal afnemen. Dit zal tot gevolg hebben, dat de verbouwers thans niet het product tot eiken prijs zullen wegsmijten, waar door de prijs reeds thans zou stijgen. Dit mag echter slechts het laatste redmiddel zijn, wanneer al het andere heeft gefaald, want teruggang tot de grove cultuur van minderwaar dige producten beteekent een ernstige ver arming onzer boeren en tuinders, van land en tuinarbeiders en van degenen, die op een of andere wijze geld in het land- en tuinbouw bedrijf hebben gestoken, terwijl vermindering van het handelsverkeer en bemoeilijking van den afzet van Industrie-producten op het ver armde platteland hun funesten invloed in de gehecie samenleving zullen doen gevoelen. De pachten, in een voorspoedlgeren tijd ge sloten zullen in het algemeen ook niet meer in de evenredigheid staan tot de sterk, gedaalde productenprjjzen. De crisispachtwet geeft aan de pachters de bevoegdheid om. Indien de verpachters hun ver stand niet weten te gebruiken, door middel der Kamers voor Pachtzaken een naar verhouding tot de tegenwoordige prijzen, billijken en rede lijken pachtprijs te doen vaststellen. Ik moge hierbij wijzen op het feit, dat door onzen Aarts bisschop modelpachtcontracten zijn afgesloten, waarvoor spr. gaarne hulde brengt, maar meer nog wenscht spr. Z. H. Excellentie te huldigen en te danken, dat de pachtvoorwaarden. die Hij dezer dagen heeft vastgesteld voor de aan hem rekenpllchtige Besturen, zullen blijken te zijn modelpachtvoorwaarden, waardoor ten vol le aan de eischen der christelijke rechtvaardige heid en der liefde ten opzichte der pachteV wordt voldaan. Moge dit lichtend voorbeeld na volging vinden. Door de crisispachtwet zijn de pachters er veel beter aan toe dan de eigengeërfde boeren, wier eigendom met hypotheek is belast. Door de groote daling van de waarde van den grond is in vele gevallen het geleende bedrag niet meer veilig gesteld tegenover de waarde van het verbonden onderpand en kan menigeen ook de rente niet meer ge heel opbrengen. Gister hield de Aartsdiocesane Boeren- en Tuindersbond een algemeene vergadering in den Schouwburg te Deventer. Na behandeling der verschillende onderaf- deellngen hield de voorzitter L. baron van Voorst tot Voorst een rede, waaraan wij o.tn. het volgende ontleenen: Maandag 17 October herdacht het Seminarie Wemhoutsburg te Wemhout (NJB.) zijn 50- jarig bestaan Te dier gelegenheid heeft Z. H. Exc. Mgr. P. Hopmans, bisschop van Breda, in de Seminariekapel een pontificale H. Mis op gedragen. Bijeenkomst van de Rykswerklieden van St. Paulus Gelijk men weet, heeft in de vorige week het georganiseerd overleg vergaderd in tegenwoor digheid van minister De Geer. Naar thans de „Volkskr." verneemt, komen as. Dinsdag de in het georganiseerd overleg vertegenwoordigde organisaties bijeen, ten ein de te overwegen, of aan de regeerlng een voor stel kan worden gedaan. Het dagelijksch bestuur van den R. K. Bond van Overheidspersoneel „Sint Paülus” heeft de situatie nauwkeurig onder de oogen gezien en was van oordeel, dat het tijdstip is aangebro ken om de centrale groep rijkswerklieden bijeen te roepen. Hiervoor is bestemd Donderdag 20 October. De vergadering zal plaats vinden des och tends om elf uur te Utrecht, in het gebouw van de R. K. Werkliedenvereeniging, Huize St. Jan, St. Janskerkhof. Daar zal de zoo belangrijke zaak voor het rijkspersoneel, die thans aan de orde is, worden besproken. Onder groote belangstelling, vooral van marine-autortteiten, heeft Maandag op het R K. kerkhof aan de Kerkhoflaan te Den Haag, de teraardebestelling plaats gehad van het stoffelijk overschot van den vice-admiraal C. D. de Haes, Inspecteur-generaal van het Loodswezen. Tevoren droeg pastoor Zillesen de H. Requiem- Mis op in de 8t. Pachaliskerk aan de Neuhys- kade. Op den doodenakker waren aanwezig fljn. de Minister van Defensie, mr. dr. L. N. Deckers, met zijn adjudant, luit, ter zee ie klasse. G. G. Bozuwa, de waarnemend inspecteur-generaal van het Loodzwezen enz., kapt, ter zee N. J. van Laer, de vice-admiraal jhr. G. L. Schorer, de gep. vice-admiraal C. Fock, hoofdinspecteur voor de Scheepvaart. K. F. Sluys, F. L. Rambonnet. oud-inspecteur-generaal van het Loodswezen, H. A F. Gooszen. oud-commandant der marine in Ned.-Indië, de generaals Seyffard, chef v. d. Generalen Staf, jhr. W. Roell, commandant Veldleger van Munnekrede, namens de A.R. Daarom zijn aan de Regeerlng voorstellen gedaan een officieel of semi-offlcieel lichaam op te richten, dat. daartoe in staat gesteld door gebruik te maken van gelden van open bare fondsen, de hypotheken, die worden op gezegd zal kunnen overnemen tot een bedrag van b.v. 2/3 van de tegenwoordige waarde. Deze nieuwe hypotheken zijn volmaakt veilig en de nieuwe crediteur loopt geen enkel risico. De oude hypotheekhouder ontvangt een gedeelte zijner vordering in contanten en be houdt een tweede hypotheek op het onder pand voor het gedeelte zijner vordering, waar voor hij geen betaling heeft ontvangen. Hier bij dient de verplichting te worden vastge legd, dat de tweede hypotheek binnen zekeren termijn niet opzegbaar zal zijn. Op deze wijze zou menige boerenfamilie van een dreigenden ondergang kunnen wor den gered. Ons departement van Waterstaat ver staat uitstekend de kunst van reclame ma ken vooral op het gebied van den bruggen bouw en wegenaanleg. Een jaar of vijf geleden werd ieder oogen- blik de pers uitgenoodigd om te komen kij ken naar de prachtige autobaan Den HaagRotterdam. Ieder dacht natuurlijk, dat die weg binnen afzienbaren tijd af zou zijn. Alle bladen schreven er over, maar het slot was, dat slechts een klein stuk, een derde deel van den weg, gereed kwam en dat de rest kalm op zich laat wachten, want waar de weg moet komen is het nog wei land. We kunnen ons vergissen, maar zoo tets staat ons ook te wachten bij Zalt-Bom- mel. Iedere maand verschijnen er in de bla den fotq’s van de brug. Dezer dagen zagen we er ook weer, waarop men kon zien hoe het wegdek werd gelegd. De brug is bijna klaar. Nog één boog moet overspannen worden. Met een weinig geluk kan men ge rust zeggen, dat over een maand of zes de brug er is, maar niet de verbinding. Van de wegen, die naar de brug moeten voeren en die op zich nog een enorm werk vormen, want er moeten heele dijken voor worden aangelegd, die een ontzettende hoe veelheid zand en klei zullen eischen, is nog niets te zien. Men is begonnen met het uit- zetten van den weg, want gedurende twee laren staan de paaltjes al in het land, maar van werken is geen sprake, of het zou thans moeten zijn het afbreken van het huis, waarover de weg gedacht is. Het zou een schande zijn als de brug klaar zou zijn en we zouden nog een jaar of langer moeten wachten op de verbinding met het Zuiden van het land. We hopen, dat we ons vergissen, mahr het heeft er niet den schijn van en daarom vragen we met ha druk; Hoe zit dat? K.O.: Raaymakers, inspecteur der Genie; de gep. generaals De Ridder. Panthaleon bar. van Eek, Ten Bosch, Leclercq; mr. dr. D. A F. Koo ien. lid van den Raad van State, mr. dr. H. Smeenge, lid van de Eerste Kamer; voorts vele oud-officieren. Kransen waren er van den Minister van De- ensie, van de Belgische Permanente Commissie v. d. Schelde, van de off. v. h. Comm. Marine Willemsoord, hoofdbestuur Loodsenvereenlging Nederland, van ambtenaren bU de districten van het Loodswezen, ”an den Ned. Bond van Lager loodspersoneel enz. Pastoor Zillesen verrichtte de absoute en be- aarding. Ten teeken van rouw was op het dep. van Defensie de vlag halfstok geheschen. Er is inderdaad aan „eenig nieuw inzicht” op dit punt bij sommigen of velen wel behoefte. De „Nederlander” deed een goed werk met daarop eens te wijzen. En het blad gaat nog een stap verdej- met te schrijven, „dat er iets onsympathieks in is, om van bezit, dat niemand persoonlijk tot voordeel strekt en dat zijn opbrengst aan religieus en liefdadig werk ten goede ziet komen, zulk een cijns te heffen.” Een sterker woord dan onsympathiek zou hier niet misplaatst zijn geweest. Maar het doet in elk geval verstaan hoe het C. H.-orgaan over dit onderwerp denkt, en met welke gevoelens het ten aanzien eener zoodanige belasting is bezield. P. S. De directie van den Landbouw deelt mede, dat de Fransche Regeerlng den Invoer van levende planten, bloembollen en knollen en wortelstokken met ingang van 15 October j.l. heeft gecontingenteerd, voorloopig tot 15 No vember as. De invoer van deze planten en bollen uit Ne derland wordt In Frankrijk slechts toegestaan indien zij vergezeld zijn van certificaten van herkomst door of namens de Nederlandscbe Regeerlng verstrekt. Het ligt In de bedoeling voor de voorberei ding dezer verstrekking ten spoedigste een speciale commissie in het leven te roepen. In afwachting daarvan worden reeds thans zij, die op grond van hun export naar Frankrijk in de periode 15 October15 November 1931 aanspraak meenen te kunnen maken op het bekomen van een certificaat als bedoeld, uit genoodigd zich te wenden, voor zoovel betreft: a. boomen en planten met Inbegrip van rozen struiken en vaste planten tot den Bond van Plantenhandelaren, Laan van Meerdervoort 36, Den Haag; b. bloembollen, knollen en wortel stokken tot den Bond van Bloembollenhande laren, Wilhelminastraat 13, Haarlem; c. kas planten, J. C. M. Mensing, Aalsmeer, onder opgave van de bruto-hoeveelheden van ge noemde producten, door hen in die periode voor eigen rekening naar Frankrijk verzonaen. wijze een beperking der Staatsuitgaven voor den land- en tuinbouw plaats heeft. Immers moet worden voorkomen, dat eene ratloneele uitoefening van de bodemcultuur wordt ge schaad, omdat daardoor niet alleen de belan gen van de land- en tuinbouwbevolking, maar daarmede die van de geheele samenleving worden benadeeld. Daarom is het Comité van oordeel, dat zoo veel mogelijk moet worden vermeden schade te doen aan belangen, welke de rechtstreek- demie werd Zaterdagmiddag in het „Bayerlsche Hof" een feestelij ke bijeenkomst ge houden. waarin o.a. ex-kroonprins Ruprecht van Beie ren aanwezig was. De president der Academie, Gehelm- rat Friedrich Von Muller hield een rede, waarin hjj o.a' mededeelde wie door den Senaat met een bijzondere benoeming waren vereerd. Een zestal bekende personen uit wetenschappe lijke, technische en industrieele krin gen werden be noemd tot gewoon Senator, terwijl tot buitengewoon Senator wer den benoemd mevrouw Elisa Brandström-Ulig te Dresden, de bekende econoom Prof.. Gustaf Cassel te Stockholm, de dirigent Wilhelm Furt- wkngler te Berlijn, de dirigent Arturo Tosca nini, dedirigent Dr. Willem Mengelberg, te Amsterdam en de directeur van de Duitsche Rjjksradlo-omroep dr. Kurt Magnus. Tot correspondeerend eerelid werd oa. be noemd Dr. Rabindranath Tagore van de uni- veraltelt van Calcutta. Indien de Regeering en de Staten-Generaal geen maatregelen hadden genomen om uen prijs van eenlge der voornaamste producten van den landbouw te steunen, dan hadden wij thans prijzen gezien, waarbij onze landbouw in den kortst mogelijken tijd er het loodje ge heel bjj had moeten neerleggen. De bletensteunwet heeft niet gebracht wat er van verwacht werd, maar, waar de sui ker prijzen den laatsten tijd een mln of meer stijgende tendenz vertoonen, Is, wanneer die stijging mocht doorzetten, een eenigszins loo- nende bietenteelt te verwachten. De afzet voor geproduceerde suiker zou niet weinig worden bevorderd, wanneer van Regeeringswege, naar het Fransche voorbeeld, de verglsting werd be vorderd door splritusmenging in de benzine voor te schrijven, terwijl In Duitschland het percentage der splritusmenging in de benzine, ingaande 1 October JJ. van 6 op 10 pet. werd verhoogd. De steun aan den Veenkolonialen landbouw zal gebrekkig blijven, indien er geen weg kan gevonden worden om het aardappelmeel door verwerking in het brood of op andere wijze op te ruimen. Zoolang het aardappelmeel bóven de markt blijft hangen, kan er nimmer een gezonde toestand intreden. De tarwewet is de eenige maatregel, die tot dusver onverdeelde voldoening heeft bracht. Waar de tarwe een product is waarvan moeten Invoeren en gebleken is. dat het Vader- landsch product van broodgraan alleszins ge schikt is, zoodat uitbreiding van den tarwebouw hier te lande gemotiveerd zou zijn, betreurt spr. het, dat de Minister vooralsnog niet beëeid bleek om de Staten-Generaal voorstellen te doen tot verhooging van het maalpercentage, waardoor stabilisatie van den gemiddelden prijs van f 12. gehandhaafd zou kunnen blijven. Wat de Crisiszuivelwet betreft meent spr. te moeten zeggen, dat de bedoeling, die de Regee rlng daarmede heeft gehad om aan den pro ducent den kostprijs der melk te garandeeren, alleszins juist en lofwaardig is. maar de uit voering dier wet heeft tot dusverre niet ge bracht wat wij daarvan mochten verwachten. Was het de bedoeling van den wetgever om aan den boer 5 A 6 cent per K. G. melk, als kostprijs toe te kennen, tot dusver Is dit bedrag over de sinds Juni geleverde melk lang niet bereikt, al constateert spr. met groote voldoening, dat, nu de Crisiscentrale sinds October 2 cent toeslag geeft, men op den goeden weg is om het doel der crisiszulvelwet te bereiken. Het getob met de varkensprfjzen ligt nog versch In het geheugen. De splitsing tusschen bacon en zware varkens heeft veel moeilijkheden veroorzaakt. De wjjze waarop de Minister thans een rege ling heeft getroffen voor het van accijns vrij stellen der huisslachtingen heeft groote bevre diging gewekt en heeft afdoende een einde ge maakt aan een groote ontevredenheid. Maandagmorgen werd In de St. Augustinus kerk te Nijmegen ter gelegenheid van de ne gende .Dies natalis” van de R.K. Universiteit een plechtige H. Mis opgedragen door prof. dr. R. Jansen O P. Het zangkoor der priester studenten zong de liturgische gezangen. Prof dr. Jac. van Glnneken S. J. hield tij dens de H. Mis een korte toespraak, waarin hij wees op de sterke macht, welke een daad- werkelijk katholicisme kan Innemen tegenover het communistische gevaar en de materialisti sche politiek van Amerika. Er was ditmaal een bijzonder groote belang stelling, ook van de burgerij en zelfs van mill- de langdurige economische depressie wel zwaar wordt getroffen, haar veerkracht houde en paraat blijve tot den tijd deljjk besloten den tuinbouw tegemoet te ko men. maar bij de enorme hoeveelheden, die op uitvoer zijn aangewezen en niet uitgevoerd kunnen worden, zal de steun, als de geruchten juist zfjn. slechts uiterst matig zijn. Wat het fruit betreft herinnerde spr. er aan. dat wjj dit voorjaar een regeling hebben aan gevraagd om den Invoer van het fruit te con- tlngenteeren. De prijzen hebben zich voor kor ten tijd zeer goed behouden doch thans moet worden gevreesd, dat abnormaal groote invoe ren ook hier enorme prijsdalingen zullen ver oorzaken Het zwaartepunt voor onzen land- en tuin bouw ligt in de ultvoermogelijkheid. Kunnen wij den uitvoer bevorderen, dan zal er opluch ting komen en zullen daardoor de crisissteun- wetten beter tot haar recht komen. Onze vrij handelspolitiek. tot uiting komende in han- delsverdragen, waarin de meestgunstiglng is neergelegd heeft voor onzen uitvoer gunstig ge werkt in een tijd, toen door nagenoeg alle Sta ten het vrijhandelsbeginsel werd gehuldigd, maar thans, nu alle landen trachten om zoo veel mogelijk zelf in devoedselvoorziening van hun volk tegemoet te komen, nu moeien ook wij noodgedwongen een anderen koers gaan volgen. Wij moeten slechts koopen van die landen, die bij ons koopen en den anderen, die wel aan ons willen verkoopen, doch onze producten niet willen ontvangen, moeten wij de deur wijzen. In dit verband kan spr. niet nalaten zijn af keuring er over uit te spreken, dat verschillen de afdeelingen niet breken met de oude sleur om hun steenkolen uit Duitschlarid te betrek ken. Onze Hollandsche kolen zijn evengoed en daarom behooren onze boeren en tuinders hun brandstoffen voor huis en bedrijf uit ons eigen land te betrekken. Contingenteerlng kan er toe bijdragen de binnenlandsche markt voor het binnenlandsch product zooveel mogelijk te behouden, maar wij produceeren veel meer dan voor de binnenland sche markt noodlg is. Het overschot, dat de prijs bederft, moet er uit en daarom is voor land- en tuinbouw en industrie In de aller eerste plaats noodlg: uitvoer, die alleen kan worden bevorderd door een actieve handels politiek, gebaseerd op wederkeerigheid. Mocht dan. nadat w(j alles beproefd hebben om uitvoer af te dwingen, het blijken, dat onze pogingen mislukt zijn, dan eerst Is de tijd aan gebroken om onzen land- en tuinbouw om te zetten en terug te voeren op den weg. dien wjj na de inzinking In de tachtiger jaren der vorige eeuw verlaten hebben en van intensieve cultuur terug te gaan tot den extensleven graanbouw en Inkrimping van veeteelt en tuin bouw, slechts produceerende, hetgeen wjj voor onze eigen volkshuishouding noodlg hebben, me» sluiting der grenzen voor buitenlandsch graan. MÜNCHEN, FT October (VO.) Binnen het kader van het Congres der Duitsche Aca Bët Koninklijk Nederlandsch Landbouw- *°®ité heeft aan de Tweede Kamer aangebo den eenlge opmerkingen, waartoe de RijkB- **itrootlng 1933 afd. Landbouw aanleiding “eeft gegeven. fctend wordt, dat men zich In verband met - --J het «reven naar bezuiniging In het algemeen zal ““eten neerleggen en dat dientengevolge de “taatsuitgaven ook ten behoeve van den land- taLS^>b°uw noodgedwongen moeten worden “•“krompen. In velerlei opzicht zal dus het **b*chelijke wijken voor het economisch mo- «elijke. Niettemin la het ntet onverschillig op welke op zonder telkens herhaalde beredeneerlng en als bij Intuïtie, zoodat wij ons zien in voortdu rende aanschouwing Gods en Hem niet slechts aanbidden in ons eigen wezen, maar evenzeer in alles, wat.... bestaat, allereerst in den mede- mensch, maafTTHte-^fiok in de natuur. In het heelal, alom tegenwoordig' éfi alles doordringend niet het werk zijner handen. Die inwoning en inwerking Gods moet niet enkel het voorwerp van Intuïtie wezen, maar zich in ons leven openbaren, in onze woorden, en daden tot uit drukking komen, uitstralen uit heel ons wezen en optreden.” Dit natuurlijk Godsbeeld zou men het ac- tueele kunnen noemen, als het niet zóó profaan klonk, wijl het zich aanpast aan de heden- daagsche wljsgeerige stroomingen, die we gewe tensvol hebben te bestudeeren, om er voor onze christelijke zelfcultuur ons voordeel mee te doen, waarbij we krachtig gesterkt worden door het bovennatuurlfjke Godsbeeld, ons geschonken in de Openbaring. Laten de verlichte katholieke theologen ook in den bouw van het bovenna- tuurlijk Godsbeeld die elementen vooropstellen, die het meest overeenkomen met de geschetste trekken van ons natuurlijk Godsbeeld. De redenaar noemt één element, dat groote bekoorlijkheid geeft aan ons Godsbegrip, name lijk „de voorstelling. dat God in ons woont"; dat de ontwikkeling der wljsgeerige ge dachte „dit element op zoo bijzondere wijze naar voren doet kanen" is een lichtpunt in deze donkere tijden en een blij perspectief voor de toekomst. Een optimisme, dat vooral steunt op „den luisterrijken wederopbloei van de Aristote lische en daarmede van de Thomistische wijs begeerte." Vermelden we nog, dat de hooggeleerde Car- meliet aan het slot van zijn betoog een roerend huldewoord spreekt over Haar, die genoemd wordt „Zetel der Wijsheid". Daargelaten deze sympathieke, overigens eenigszins persoonlijke toevoeging. om den ongewoon diepen hoofdinhoud moge deze rede ook bjj nlet-katholieken de aandacht vinden, die zij verdient, naast en boven vele rectorale redevoeringen der laatste kwarteeuw, waarvan we naarstlglük kennis namen. We verheugen ons over de gelukkige tijdigheid dezer rede in dit Bplnoza-jaar. De Nederlandscbe Varkenscentraïe heeft aan Zijne Excellentie den Minister van Economische Zaken en Arbeid verzocht te bepalen, dat vanaf 24 October aa. het In voorraad houden, afleve ren, vervoeren of doen vervoeren van varkens, zwaarder dan 10 K.G., slechts zal zijn toege staan wanneer deze voorzien zijn van de voor- geschreven merken. Deze merken bestaan uit twee letters, aan duidende het district waar de varkens zich bevinden en het merkteeken van de Centrale. De merken moeten zijn aangebracht door de in dienst van de Gewestelijke Varkenscentrales staande merkers. Wie bij zijn pleidooi voor een belasting van goederen in de doode hand ook ietwat wordt gedreven door de begeerte om „die” rijke kloosters te treffen, moge zich dan ook herinneren, dat het mes naar twee kan ten snijden zou. Toen de minister van Financiën in 1911 een lijst van goederen in de doode hand óverlegde, bleek daar voor „kerkgenoot schappen en kerkelijke kassen” dit uit: Op een totaal bezit van ƒ92 millioen uit vast goed en uit inschrijvingen grootboek bezaten; de Nederl. Herv. kerk 48.5 millioen de overige Protestanten 13.5 millioen de R: Kath. Kerk 23.5 millioen Deze cijfers zijn welsprekend. Om ze nog iets aan te vullen tot op onzen tijd, hebben wtf over de laatste jaren de be groetingen van Justitie geraadpleegd, waar in de geschenken worden opgesomd en waaruit wij op 23 September voor één enkel jaar hadden geput. Daarbij is ons het volgende gebleken men herinnert zich, dat de rubriceering door het Rijk ietwat zonderling werd inge richt; maar het overzicht is niettemin dui delijk genoeg. A. omvat Protestanten en Jo den, B omvat Roomschen en Oud-Room- schen. Om den indruk sprekender te ma ken, veroorloven wij ons, de Joden en de oud-roomschen te verwaarloozen. A. Protestanten. Ontvingen in 25 jaar een bedrag van 28.278.096.51%. Voor lande rijen zit daarin 753 H.A., 64 A., 67 cA. B. Roomsch-Katholieken. Ontvingen over hetzelfde tijdperk 27.856.946.46. Voor lan derijen zit daarin 1473 H.A., 12., 63 cA. Derhalve ontvangen de Roomsch-Katho lieken aan waarde 'n half millioen minder dan de Protestanten. Doch daarin schuilt tweemaal zooveel onroerend goed als bij de Protestanten. De cijfers, die wij aldus hebben bijeen ge bracht, leveren allicht eenig nieuw inzicht in de verhouding, die heerschen bij de „doode hand”. melde rede over het leidend Godsbegrip in de geschiedenis van de Nederlandscbe cultuur. Een voordracht, die we zonder overdrijving mogen noteeren als een datum in Cf Katholieke cul tuurgeschiedenis van den dag. „Hoe is het Godsbeeld zoo verduisterd, dat zoovelen er niet meer door getroffen worden? roept de redenaar uit in zijn exordium. Is daar tekort alleen aan hunne zijde? Of wordt er iets van ons gevraagd om het weer in hel derder licht te doen stralen over de wereld en mogen wij de hoop hebben, dat een studie vair het Godsbegrip dezen grootsten aller nooden tenminste lenigen zal?” Over dit wereldprobleem, grooter dan dat van den stoffelijken nood, wil de spreker enkele ge dachten op dit feestelijke uur ontwikkelen. Het is de bedoeling niet van den hooggeleerden Priester tegenover de honderdduizenden, neen, mlllloenen, die Gods bestaan ontkennen en hartstochtelijk bestrijden, het Godsbegrip verdedigen. „Er is apologie te veel bewandelen wij den negatieven van afweer en weerlegging, terwijl het edeler en nuttiger is, op positieve wijze de waar heid te doen stralen in het licht, dat van haar uitgaat en a 1 t U d bekoring heeft voor den menschelijken Dit alles wordt gezegd zonder eenige nadruk kelijkheid; al wat hierboven gespatieerd is, werd benadrukt door óns, om even de aandacht van den vluggen lezer vast te houden. Voor de oorspronkelijke en welsprekende wij ze, waarop ons 't Godsbeeld getoond wordt in ver schillende tijdperken van ons vaderlandsch ver leden, van de prille jeugd onzer cultuur af over de feodale, mystieke en scholastieke middentij- den, over Moderne Devotie en Hervorming, over Humanisme en Renaissance, over Aufklürung en Modernisme tot de dagen van nu en morgen moeten wqj den lezer verwijzen naar de gedrukte rede zelve. Alleen moge hier nog worden aange haald, welke elementen in óns rijke Godsbeeld prof. Brandsma op den voorgrond stelt om te komen tot een beeld aan deze tijden aangepast. Immers, reeds in den aanvang van zijn betoog heeft hij gewaarschuwd, niet al te veel op het oude te steunen en de traditioneele voorstellin gen voldoende te achten. „Nieuwe tijden vragen nieuwe vormen”; ook en aller eerst hier. Hoe hebben w ij dus ons Godsbeeld te vormen? Het antwoord luidt op blz. 26: „Wij moeten allereerst God zien als den dlepsten grond van ons wezen, verholen in het meest in nerlijke onzer natuur, maar daar toch te zien en te aanschouwen, na eerste beredeneerlng duid^jjk kenbaar, bU geregelde Instelling daar- gend uiteen, hoe in de philosophic als hoofd vak met een moderne taal of geschiedenis als bijvak een bevoegdheid te bereiken viel, die een levenspositie in de maatschappij kon waarbor gen. Prof. Brandsma behoort niet alleen aan zijn universiteit, ook in andere geleerdenkringen is hij gezien en gevierd: met name gaan de let terkundigen der Katholieke Wetenschappelijke Vereeniglng groot op hem als een der meest beminde Priesters onder de leden. Heden, ter blijde viering van den 9den ver- jaardag der Carolina, treedt prof. Brands- zêlfdT jaar zette hij in een brochure overtui- ma op als rector magnificus met de bovenver- ten doel hebben, opdat deze, die thans door zeer be noude en paraat blijve tot den tijd van op leving, welke, hopelijk, binnen niet al te lan gen tijd zal mogen aanbreken. In dit licht bezien heeft het Comité de vermindering der Staatsuitgaven getoetst op hun onmisbaarheid en is daarbij gekomen tot enkele opmerkingen, waaraan we het vol gende ontleenen. Met instemming is kennis genomen van de aanvrage van een bedrag, teneinde te komen tot het aanstellen van een Directeur-Generaal. Daar de landbouw vooral in dezen moeilijken tijd voor alles behoefte heeft aan een zoo efficient mogelijk functlonneeren van de ver schillende deelen van den omvangrijken Rljks- dienst op landbouwgebied, welke dientengevol ge een centrale leiding niet kan ontberen, wordt dit ten zeerste toegejuicht. Opgemerkt wordt, dat bij den post: oplei ding en ontwikkeling van leerkrachten welke met circa 1/3 van het in 1933 toegestane be drag is verminderd, elke toelichting ont breekt. Het is voorts minder gewenscht, dat de be perking zich tot bepaalde soorten van cur sussen bepaalt, aangezien de behoeften van de praktijk in dit opzicht maatstaf moeten zijn. Teneinde het' cursusonderwijs zooveel mogelijk onverminderd voortgang te doen vinden, zou het minimum aantal leerlingen per cursus kunnen worden verlaagd, terwijl daarnaast aan het aantal cursussen een grens zou kun nen worden gesteld. Als gevolg van de slechte uitkomsten der landbouwbedrijven sluiten de exploitatiereke ningen der proefboerderijen met een tekort. Gaat men op de in 1932 toegestane bedragen tot dekking daarvan bezuinigen, dan is het eenige resultaat, dat deze tekorten nog groo ter worden. Van meening, dat het hier betreft instellingen, welke voor de ontwikkeling en voorlichting van den boerenstand van groote beteekenls zijn en welketen doel hebben be langrijke vragen der practjjk meer nauwkeurig te onderzoeken, is het Comité van oordeel, dat de groote algemeene landbouwbfelangen. welke deze proefboerderijen, vooral in deze benarde tijden, dienen, alleszins rechtvaardi gen de nadeellge saldi .pp de. .exploitatiereke ning dezer proefboerderijen uit de rijksmid- delen te bestrijden. Het is dringend noodlg en daarom zeer toe te juichen, dat het rijkssubsidie ten behoeve van den belangrijken bedrijfstak, de varkens- fokkerij, aanzienlijk is verhoogd en dat gelden zijn uitgetrokken ter bevordering van ratloneele veevoeding. Overnemen van hypotheken Opmerkingen van het Landbouw- comité De nieuwe Rector Magnificus van de Keizer Karel-unlversltelt werd geboren te Ugoklooster bij Bolsward, op 23 Februari 1881. Zijn hu maniora deed hij te Megen en trad in 1898 in de Orde van den CarmeL Na voltooiing van zijn wljsgeerige en godgeleerde studiën in Ne derland, werd hij naar Rome gezonden, waar hij aan de Pauselijke Universiteit der Jezuïeten, de Gregorlana, in 1909 het doctoraat in de philosophic behaalde. Van 1909 tot 1923 onderwees dr. Brandsma vooral psychologie, cosmologie en geschiedenis der wijsbegeerte aan het philosophlcum der Carmelieten te Oss. Bij de stichting der Katho lieke Universiteit in het laatstgenoemde jaar werd de geleerde Carmellet geroepen tot het professoraat in de mystiek, de philosophic en in de geschiedenis der philosophic. De „Vox Carolina" van heden herinnert er aan, dat prof. Brandsma ijverde voor de we derinstelling van het candidaats-examen in de wijsbegeerte, om dit vak aan de R. K. Univer siteit meer te bevorderen; wat bij Kon. besluit van 25 Maart 1925 werd goedgekeurd. In dat-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1932 | | pagina 5