Prikkeldraad
H
Het cadeau aan den minister
I
Sprookje herleefd
Minister Ruys
Groote werken
nu
De radio-kwestie
De Pausin Johanna
De wereld van na
B
VRIJDAG 2 DECEMBER
A.V.R.O.-TELEGRAAF
PASTOOR J. H. A. THUS t
Onderling hulpbetoon
Verdient aller dank
De contróle-commissie
Het weer in November
Weinig neerslag
CLEARING-OVEREENKOMST
WERKLOOZENZORG
VRIJWILLIGE ARBEIDSDIENST
Thans in studie genomen
EERSTE KAMERLID NIVARD
De aanleg van wegen
EERSTE KAMERLID DE VEER
HET PACHTVRAAGSTUK
TWEEDE KAMER
Verdeeling is billijk
WERKVERSCHAFFING
EN STEUN
Duitsche dienstboden
Roode medicijnen
Zenderbouw
jkkbn
Woorden van lof
Zwarte voorbeelden
In de barakken
Geen sancties
Noodtoestand op het
platteland
Bedroevend gevolg van de lage
loonen der landarbeiders
Ministerieel schrijven aan de
gemeentebesturen
Propaganda by de
verkiezingen
Jhr. mr. Ch. Ruys de Beerenbrouck
heeft reeds tien jaren de
Regeeringszaken
geleid
Benoemd als burgemeester
van Middelburg
Moeilijkheden ryzen
Eenige Kamers van Koophandel
achten het regeeringsstand-
punt niet juist
5
Nederland en Duitschland
Geen wijziging van het zendtijden-
besluit te verwachten
hierop
«e-
Wat de radio-omroep-contróle-commissie be-
eij
57
uit
in
de staatsman-bekwaamheden
tot
I
VAN
J. H. Maenen
van
Daar rijn vooreerst de vraagstukken van de
te Madrid ten aanzien van de aanwijzing van
BolXbanden voor den omroep zal nemen.
Ten aanzien van het besluit van de Alg. Pro-
gramma-Commissie, waarbij de N.CJt.V. voor
Naar we vernemen Is het lid van de Eerste
Kamer der Staten-Generaal Mr. A. A. de Veer
benoemd tot burgemeester van Middelburg
Nederlandsche musici, die hier te
buitenlanders verdrongen worden,
buitenland hen weert.
Van sociaal-democratische zijde
snkt
Is ar
teke
sby-
Dat het lage loonpeil der landarbeiders tot
droef gevolg heeft, dat ook de loonen in de
werkverschaffing op zeer laag peil staan, ook
dat is vroeger reeds tal van malen betreurd,
werkverschaffing. Zoowel baron VAN VOORST 1 Ook de steunregelingen op het platteland ou-
DB
ar. 2e
>ghum
eerlijken
Deze
HU
Neder-
een De
le Bata-
handeL
Genud-
deeiea
elt een
j-ansac-
n voor-
Ir. Isl-
eef <k
lied ir,
melo-
Kwik-
j-land’
■ringen
V HBT
H. U
toUers,
har-
3erg-
r. Ie
Pia-
nder-
ns de
van
n die
i een-
ositief
tar de
bun-
wel-
g go-
idei.
rrochte
aunst-
meiotn
dagen
alleen
masr
ei oen-
em d«-
ia naar
a men-
Maar bij de vroegtijdig uitgevoerde werken,
de werken, waartoe men normaliter nog
niet zou overgaan, maar die men thans aan
pakt onder de leuze „het werk om het werk?"
Volgens den heer Kuiper valt hier over het
In verband met de publicatie der Nederland
sche Kamer van Koophandel voor Dultschland
Inzake een clearing-overeenkomst tusschen Ne
derland en Dultschland komt ons ter oore, dat
een regeling naar het voorbeeld der Zweedsch-
Duitsche overeenkomst door de belanghebbende
groepen uit Industrie en handel zeer gewenscht
wordt geacht. Thans zouden binnen niet te lan
gen tijd de besprekingen tusschen de beide re-
geerlngen een aanvang kunnen nemen.
BIJ K.B. van 26 November 1932 is ontbonden
de bij K.B. van 12 Maart 1919 Ingestelde Staats
commissie voor het pachtvraagstuk met dank
betuiging voor de door haar bewezen belang
rijke diensten en is aan mr. J. W. Goedbloed te
Goes, secretaris van die commissie, als zoodanig
eervol ontslag verleend.
werd door
de heeren Kupers en Ter Laan wederom aan
gedrongen. dat het Rijk een grooter percentage
van de crisisuitgaven der gemeenten voor zijn
rekening neme.
De landelijke commissie ter bestrijding van de
gevolgen der jeugdwerkloosheid heeft, naar het
„Handelsblad” bericht, op haar Woensdag ge
houden vergadering besloten op korten termyn
een rapport uit te brengen over de wenscheiyk-
heid en mogelijkheid van een vrijwllllgcn ar
beidsdienst in Nederland.
De Duitsche dienstboden werden door Me
vrouw BAKKERNORT in het debat ge
bracht. Niet, dat zij ze weg wil hebben. Ze wil
alleen de werklooze Nederlandsche fabrieks
arbeidsters voor het vak doen opleiden. Of er
onder dezen veel animo wezen zal?
Dr. Vos drong, om tot minder uitgaven te
komen, op scherper contröle van de werk-
loozen aan. Er zijn inderdaad op dit gebied
dingen, die niet door den beugel kunnen. Het
is alleen de vraag, of deze kunnen verhinderd
worden op een wijze, die niet nog méér geld
kost. Verder pleitte de liberale arts voor de
lande door
terwijl het
De Kamers van Koophandel te Arnhem, Dor
drecht, Nijmegen. Rotterdam en Tiel doen ui
een adres aan de Tweede Kamer een beroep om
bij de behandeling van de begrooting voor 1933
invloed aan te wenden om de regeerlng van te
groote belangen, die by den aanleg van den
weg Rotterdam-Lent op het spel staan, te door
dringen en haar te bewegen de totstandkoming
van dien weg zooveel mogeljjk te bespoedigen.
De Kamera zijn zich zeer wel bewust, dat zy
hiermede een wensch uitspreken, die kwalijk
vereenlgbaar is met de door de Regeerlng aan-
gekondlgde vertraagde uitvoering van groote
openbare werken.
Dit is voor haar echter allerminst een be
zwaar. Want zy achten het standpunt, dat de
Regeerlng in deze Inneemt, niet juist. Een ver
standig staatsbeleid zal de uitvoering van groote
werken zooveel mogelijk doen geschieden in
tijden van depressie.
De daaraan verbonden voordeelen zijn dik
wijls uiteengezet. De bouwkosten zijn aanzien
lijk lager dan in tyden van hoogconjunctuur.
De teisterende invloeden van de werkloosheid
worden bestreden niet door steunverlening,
maar door werkverschaffing. De druk der de
pressie op het bedrijfsleven wordt verlicht. Al
deze redenen maken het gewenscht om in dit
tijdsgewricht de uitvoering van openbare wer
ken. waarvan het nut en de noodzakelijkheid
vaststaan, niet te vertragen, doch zooveel mo
gelijk te bespoedigen
Het laatste geldt, aldus het adres, in het bij
zonder voor den aanleg van den weg Rotterdam
Lent, en voorts meer in het algemeen voor
alle wegen behoorende tot het Rijks wegenplan
1932. Door de tijdige voltooiing van dit plan zeu
het Nederlandsche bedrijfsleven aan het einde
van de huidige depressieperiode de beschikking
hebben over een weldoordacht stelsel van pri
maire wegen. Voor den wederopbloei van onze
welvaartsbronnen zou dit zonder twijfel van on
schatbare beteekenis zijn.
De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft
het volgende geschreven aan de gemeentebestu
ren:
Met Ingang van 1 December 1932 mag weder
ultkeerlng uit de werkloozenkassen der roganl-
saties van landarbeldersbonden worden verstrekt
wanneer op ultkeerlng reglementair recht aan
wezig is, dus ook de reglementaire - wachttijd is
doorgemaakt.
Er is mij nu gevraagd of het mogelyk is. dat
tijdens de wachtweek werkloozen. wier gezins
omstandigheden en gezlnsbehoeften ondersteu
ning noodlg maken, hetzij van gemeentewege
geldelijk worden gesteund, hetzij op de werk
verschaffing blijven werken.
Deze vraag ben ik bereid, in de gegeven bij
zondere omstandigheden, voor alle tegen werk
loosheid verzekerden, dus ook voor anderen dan
landarbeiders, bevestigend te beantwoorden en
ik noodlg U derhalve uit hiermede, voor zooveel
noodlg. rekening te houden.
im ver-
van DL
Eeuwen,
in 1200
;n J. J-
A Don-
Dit deel
tydperk
eaenan-
inoff. 2.
Lrd. Vic-
Caster,
tan, An-
mounan.
an. Roel
on. Dn
le Vries,
m.
Graaft.
q en Jet
Gouden kerk, vervaardigd in de kunstwerk-
plaatsen van Bsser te Weert en door de
burgerij van Roosendaal iN£.} aangeboden
aan de Zusters Penitenten Recollectinen
by 't eerste eeuwfeest hunner Congregatie.
ge-
ge-
ka-
1882 en
was achtereenvolgens kapelaan te Voorschoten,
Bleiswjjk, Delft, Rotterdam en Amsterdam.
1 Nov. 1899 vifigde dé benoeming tot pastoor
te Middelhamls, 27 Klaart 1905 tot pastoor te
Rotterdam (H. Lambertusl en 27 Mei 1911 tot
pastoor te Sassenheim (H. Paneratius).
Het vraagstuk van den zenderbouw, dat mede
wegens de bekende weigering van een der groote
omroepvereenfglngen, om aan de meest voor den
hand liggende en tevens meest economische op
lossing mede te werken, nog niet tot een beslis
sing is gebracht, had en heeft steeds de volle
aandacht van den Minister. a
Omtrent de Interpretatie van art. 3 der
Telegraaf- en Telefoonwet pleegt hij overleg met
die instanties, waarvan een advies ter zake voor
hem waarde kan hebben. De eindbeslissing in
deze aangelegenheid, welke door het indienst-
steHen van een nieuwen zender te Hilversum,
welke aan redelijke eischen voldoet, minder ur
gent is geworden, wordt thans nog vertraagd
Te Sassenheim is Donderdagmiddag om 6 uur
overleden de zeereerw. heer pastoor J. H. A.
Thus.
19 November van dit jaar bereikte de over
ledene den leeftijd van 75 jaren. Met hem is
heengegaan een priester, die geheel voor zijn
kerk en voor zijn parochianen geleefd en zich
aan hen geschonken heeft. Zijn groote werk
was de afbouw van de kerk en typisch ie het.
dat juist op den sterfdag van den pastoor de
laatste steiger uit het kerkgebouw is verwijderd.
Op zijn ziekbed leefde de thans overledene
nog mee met het verloop der werkzaamheden en
hij gaf meermalen het verlangen te kennen, het
resultaat der afgeloopen werkzaamheden te zien.
Zjjn levenswerk Is nu voltooid; 21 jaren heeft
de pastoor gezorgd voor de totstandkoming en
verbetering van deze waarlijk mooie kerk. .Nu
is het goed”, zou de overledene hebben kunnefi
zeggen.
Dat de pastoor veel voor zijn parochie heeft
gedaan is nog dezen zomer bij zijn gouden
priesterfeest bewezen. Toén is al zijn goede werk
opgesomd en nog eens ten overvloede gebleken
het werkzaam leven van den beminden pastoor,
onvermoeid en steeds vol goeden moed.
De zeereerw. heer J. H. A. Thus werd
boren te Weesp, 19 Nov. 1857 en priester
wijd 15 Aug. 1882. Hij werd benoemd tot
pelaan te Haarlemmermeer 27 Aug.
Van sociaal-democratische zijde droeg Dr.
van den Tempel weer zijn remedie: groote wer
ken aan. Verdere electrificatie van de spoor
wegen, verdere automatiseering van het tele
foonnet. aanpakken van .den woningbouw op
groote schaal, krachtige voortzetting van de
inpoldering van het IJsselmeer en hulp aan
gemeenten, die zich op het gebied van de werk
verruiming willen begeven, zyn zooal de mid
delen. die men in het roode artsenijenkastje
aantreft. Men behoeft het met den Christeiyk-
Historischen afgevaardigde Krijger, die onder
verwijzing naar Engeland den invloed dezer
middelen op de vermindering der werkloosheid
niet hoog aansloeg, niet eens te zijn, om toch
de moeilijkheden te zien, die ook hier weer
onmiddellljk opdoemen. Vooreerst is de vraag,
hoe deze werken te financieren, alleen een
voudig voor hem, die met voorbijzien van de
tóch reeds sterk gestegen leenbehoeften van
den Staat lichtzinnig over leenen praat. Maar
bovendien is er de kwestie van de loonen. Voor
werken, die toch moeten worden uitgevoerd,
natuurlijk een normaal loon, zegt de katho
lieke afgevaardigde KUIPER. Accoord.
Dat is meer dan verdiend. Daar wordt onder
de opperleldlng van den humanen en inachlk-
keiyken Minister aan de afdeeling. die voor
deze droeve zaken zorg draagt, ongeloofelyk
veel werk verzet.
een
weer in
Het Kon. Ned. Meteorologisch Instituut deelt
mede:
Gemiddeld over de vijf, hoofdstations was
de ochtendtemperatuur gwn halve graad boven
normaal. Zij was In de eerste decade één graad
boven, in de tweede twee graden beneden en
in de derde twee graden boven normahl. De
grootste afwijkingen kwamen voor op den der
de met zes graden boven en op den 18den met
vijf graden beneden normaal. Het gemiddelde
dagelijksche maximum was ongeveer normaal
het minimum ruim één graad boven normaal
Te De Bilt was het aantal dagen met een
minimum temperatuur beneden het vriespunt
zeven tegen tien normaal. j
De neerslag was vooral In de tweede decade
beneden normaal. Over de geheele maand be
rekend bedroeg het tekort 20 tot 40 procent,
behalve in Zuld-Llmburg, waar ongeveer 50
procent beneden de normale hoeveelheid viel
De Bilt had 59 uren zonneschijn tegen
normaal.
/.^Den Haag. 1 December.
Men kan op genoegjjjker wijze zijn verjaar
dag doorbrengen dan onze Minister-President
vandaag genoopt was te doen. Op dezen eer
sten December, waarop hij zjjn negen-en-vyf-
tigste levensjaar voleindde, legde de Tweede
Kamer hem als een weinig gangbare verjaar-
dagsattentle haar critiek op zijn beleid ter
zake van de werkverschaffing en steunverle
ning voor. Dat zijn zoo. „les petits cadeaux
qul entretlennent l'amité” tusschen Regeerlng
en Volksvertegenwoordiging.
Toch werd, ook ondanks alle aandragen van
wenschen en critlsche opmerkingen, met zoo
veel woorden lot gebracht aan de wijze, waar
op de betrokken afdeeling van Minister Ruys'
departement werkt. De heeren Maenen. Krijger
en Amelink waren het, die in den overvloed
van minder aangename klanken ook deze spe
ciale woorden van waardeerlng uitspraken.
De minister stelt zich voor ten aanzien van
de mogelijkheid en toelaatbaarheid van radio
propaganda by de as. Kamerverkiezingen het
advies van den Radioraad in te winnen. Na
dit advies zal hij zyn beslissing nemen. Mocht
deze beslissing leiden tot een regeling van ver-
kiezlngsredevoeringen, dan.zal by het ontwer
pen van die regeling uit den aard der zaak
met de belangen van de kleine partyen even
eens rekening worden gehouden.
„Ik heb bewondering voor hem. 1
regentenbloed. hij heeft het bloed
vader in de aderen." Dit oordeel heeft veel in
druk op ons gemaakt.
Hy is een man van grooten en
eenvoud. In heel zjjn levenshouding,
geesteiyke democratie siert den edelman,
is wars van alle pose; ook in het gesproken
woord. Een groot redenaar is hij niet; de von
ken en vuurpyl envan schitterend oratorisch
talent doet hij niet knetteren, zyn woord is,
als heel zyn persoon, onopgesmukt, eenvoudig,
weinig geschikt om enthousiasme te wekken,
nuchter, en het komt maar zelden voor, dat
het zich eens in een zekere bewogenheid ver
heft. maar het bevordert daardoor wel eens
een oordeel over den bewindsman, dat aan zyn
beteekenis geeft recht doet wedervaren. De
functie van minister-president, hem in 1918
toegevallen. heeft hy niet gezocht; hy was be
reid volkomen bevrediging te vinden in het
drie malen werd uitgesloten van de verzorging
van het algemeen programma, heeft de mi
nister een beslissing genomen, welke
neerkomt, dat hy van oordeel biyft, dat de
betreffende uitzending (wydingsuren ter
legenheld van de herdenking van de Hervor
ming) in verband staat met de t. a. v. het
algemeen programma gestelde en aangenomen
regelen in den gekozen vorm niet kon worden
toegelaten. Hy heeft echter gemeend van het
opleggen van sancties te moeten afzien, om
dat hem uit den geheelen gang van zaken ge
bleken is, dat de omstandigheden in dit geval
zoozeer hebben bygedragen tot het niet dui
delyk erkennen noch begrypen van de weder-
zydsche standpunten en bedoelingen, dat men
den grond voor een beoordeellng en een quall-
ficeering.,van hetgeen geschied is als welhaast
afwezig kan beschouwen.
et bewyst wel het lage peil, waarop de
soc.-democratische „Arbeiderspers" ge
daald is en waarover zelfs partyge-
nooten herhaaldeiyk klagen dat zy in haar
nummers van 30 Nov. nog eens komt aandra
gen met het oude sprookje, dat eens, o héél
lang geleden!, een vrouw den Stoel van St.
Petrus te Rome zou hebben bestegen, en wel
tusschen Paus Leo IV en Paus Benedictus III.
En de ..Arbeiderspers" liegt er dan nog by
le dat de archieven van het Vatlcaan voor on-
ingewyden gesloten zyn, en 2e. dat schryvers
van naam, vanaf haar optreden in 837 tot on
geveer de 15e eeuw haar bestaan hebben ver
meld en haar plaats hebben aangewezen tus
schen Leo IV en Benedictus III. Eerst na de
Reformatie dus zes eeuwen later zyn de
Katholieken haar bestaan gaan ontkennen.
Wat de eerste leugen betreft: leder histori
cus weet, dat de Vaticaansche archieven reeus
door Leo XIII zyn opengesteld geworden.
En wat de tweede leugen betreft: het staat
vast, dat geen tydgenoot haar bestaan vermeld treft?’ heeft de mintster’nlet'’den'''in'd™k? dat
heeft, en dat gedurende drie eeuwen na 8371 deze commissie haar taak niet met volle toe-
wyding en oprecht streven naar objectiviteit
verricht. Hy onderschryft voorts niet de mee-
nlng van de leden, dat het noodlg zou zyn de
commissie volledig at te scheiden van den
Radio-raad, met name wat de leden betreft.
Ten aanzien van 's ministers toezegging, dat
hy een beroepsinstituut in het leven zou roe
pen, kan worden medegedeeld, dat Intusschen
de voorbereiding van een wettelyke regeling
ter hand is genomen.
Aan de Memorie van Antwoord Inzake de
PT.T-begrootlng voor 1933 op welke wy
nader terugkomen ontleenen wy thans het
volgende:
Het is den Minister niet duidelyk. welke daad
de leden, die geen bewondering konden koesteren
voor zyn beleid in de radio-kwestie van hem
verwachten ten aanzien van het zendtydenbe-
slult. Indien met deze daad bedoeld wordt op een
wyziging van het zendtydenbesluit waarby de
beginselen, welke daarin met betrekking tot de
verdeeling van den zendtyd zyn opgenomen,
zullen worden aangetast, wil de Minister in dit
opzicht terstond uitspreken, dat een zoodanige
wyziging van hem niet te verwachten is.
Van hem is dus niet te verwachten, dat hy zyn
medewerking zal verleenen aan het toewyzen van
een langeren zendtyd aan de A.V.R.O., omdat in
rijn gedachtengang daardoor juist de door de wet
geëischte biliykheld t.o.v. de andere omroep
organisaties in het gedrang zou komen.
Wethouder F. L. D. Nlvard, die voor eenigen
tijd in het St. Franciscus-Gasthuis te Rotter
dam ter observatie werd opgenomen, heeft daar
Donderdagmorgen een operatie ondergaan. Deze
operatie, welke werd verricht door de doktoren
Remynse en Vos. is naar wensch geslaagd. De
toestand van den patiënt is zeer goed.
Le plan de protection. Dit is liet plan, waar
door Frankryk zyn .Aecurité", zyn veiligheid
wil beschermen. Een der paragrafen van dit
plan legt aan de gemeenten de verplichting op.
om een lyst op te maken van alle beschikbare
kelders, die by gasaanvallen kunnen worden
gebruikt en om alle mannen, die voor den ge
zondheidsdienst in aanmerking komen «brand
weer, politie en Roode Kruis) te voorzien van
gasmaskers. De burgemeester van Fécamp.
monsieur Couturier, zag zich dezer dagen voor
de taak gesteld, dit bevel ter uitvoering te
brengen: kelders had de gemeente genoeg. Dit
vraagstuk bracht geen zorgen. Maar de burge
meester kreeg hoofdpyn van de kwestie der
gasmaskers. Een handels-agent uit Ia Havre
trachtte den burgemeester uit de eerste verle
genheid te helpen. Hy stelde zich voor als
vertegenwoordiger van het ministerie van oor
log en wilde een pracht van een gasmasker de-
monstreeren. Maar, was dat schrikken I Deze
onmogeiyke Franschman demonstreerde een
Draeger-masker. een Dultsch product dus. De
burgemeester was verpletterd en verklaarde
plechtig, dat een Fransch magistraat onmoge-
iyk eed Dultsch apparaat ter bescherming te
gen gassen kan aanschaffen. De handelsagent
bleef/Gnbewogen. Hy maakte er den magistraat
opmerkzaam op, dat het ministerie van oorlog
te Parijs deze maskers zeer warm had aanbe-
volén en dat er een missive bestond, waarin
dit zwart op wit stond De burgemeester bleef
ongeloovlg als Thomas. Maar hy woelde in zyn
stukken en vond toen het document, gedateerd
25 Maart 1932 Maar ook toen wilde de dorps-
potentaat Fécamp nog niets weten van het
aanschaffen van Duitsche maskers. Hy liet zich
interviewen door de ..Matin" en sprak: „niet
tegenstaande de voortreffeiyke eigenschappen
van het Duitsche masker wil ik toch dit den
my toevertrouwden Franschen burgers niet voor
doen. Waar moet ik in elk geval van een conflict
met Dultschland nabestellingen doen? En is
men er wel zeker van. dat de Dultschers niet
op een goeden dag een gas uitvinden, waarte
gen die Duitsche maskers niet bestand zyn!"
De ..Matin" voegt aan deze woorden van de
zen patriottischen magistraat, die zoo voor
bedde loon bezorgd is voor de veiligheid zyner
gemeente, lakoniek toe: „Monsieur Couturier
is een wijsman."
De Dultschers zyn toch tot alles in staat.
Dit is de wereld van nu.
Een wereld van wantrouwen over en weer.
Zelfs in de gasmaskers zit het gif wan wan
trouwen.
TOT VOORST als zyn fractiegenoot MAENEN
prefereeren
het spreekt van
zelf de dls-
trictsgewyze en
plaatseiyke werk
verschaffing ver
re boven de cen
trale werkver
schaffing, die
weinig bevorder-
iyk is voor het
gezinsleven en
waar van het le
ven in de barak
ken natuuriyk 'n
weinig verhef
fende invloed op
de betrokkenen
uitgaat. Of ech
ter de Minister
zooals de heer
Van Voorst wil
door een toe
slag op het loon de mogelykheid zal willen
scheppen, dat particulieren in meerdere mate
dan thans de landarbeiders te werk stellen, is
een vraag, die al eerder ontkennend beant
woord werd. Het is waar: de loonen dezer
groep zyn bedroevend laag en men zou zelfs
de „bevriezing" dezer loonen door een even-
tueelen toeslag kunnen toejuichen. Maar daar
is vooreerst de vrees voor onoverzienbare con
sequenties, want er zyn méér categorieën met
zeer Jaag loonpeil.' en daar is vervolgens do
niet te onderschatten kans op misbruik. De
werkgevers ten plattelande. die zelf in de
knel zitten, zullen in de verleiding komen, i»er-
soneel te ontslaan, om het later tegen
Overheidswege aangevuld loon
dienst te nemen.
dervinden daarvan den Invloed. Het is de
heeren BAKKER. HIEMSTRA en anderen,
die daarover klaagden, zullen het toegeven
een vraagstuk, waarvoor haast geen oplossing
te vinden is. Maar wél zullen excessen dienen
te worden weggenomen. De staaltjes, die ge
noemd werden, waren werkeiyk zóó ernstig,
dat de Minister ongetwyfeld daaraan eens
speciale aandacht besteden zal.
De sociaal-democratische ds. VAN DER
HEIDE, beschermer van Emmen en omgeving,
bepleitte als maatregel, om in het Noorden
aan veel ellende een eind te maken, een toe
slag, waardoor de veenkoloniale industrie hare
bereidwilligheid, om turf in plaats van de
goedkoopere steenkool te stoken, in daden zou
kunnen omzetten. Op tj£t eerste gezicht een
verstandig advies. Maar onmlddeliyk was de
Llmburgsche gedeputeerde Maenen erby. om
erop te wyzen, dat men dan den Nederland-
schen mynen afnemers afsnoepte en de moei-
lykheden van Drente naar het Zuiden schoof.
ambt van Commissaris der Koningin in Lim
burg. waarin hy slechts enkele maanden vroe
ger was benoemd; de Minister heeft ons des-
tyds eens verzekerd, dat het een teleurstelling
voor hem was. een mandaat te moeten neer
leggen. in zyn „eigen" provincie, dat hy
zyn vaders handen mocht overnemen.
Sinds dien tyd is hy. onafgebroken,
hooge functies het land blyven dienen.
Wy behooren, godsdienstig en politiek.
des Ministers tegenstanders. Dit belet ons niet,
hem te eeren en te waardeeren voor moeiiyk
werk, gedurende zoo vele Jaren in rustigen
eenvoud met groote toewydlng verricht, in
dienst van het gemeenebest. Die waardeerlng
kan te grooter zyn. waar wy dezen bewinds
man nog nooit op een onbillyke of onverdraag
zame houding of een kwetsend woord jegens
tegenstanders hebben betrapt, zyn naam
wordt in dezen crisls-tyd veel genoemd, ook
veel gehoond; maar „'t wlspelturigh volck" bo-
zlt in dagen als die wy beleven, niet de ge
loofsbrieven. die tot een zuiver oordeel be
voegdheid geven. In den strijd der partij-
propaganda komt geen staatsman er zonder
kleerscheuren af.
De Minister-President, die deze week 59
Jaar wordt, in na zyn zeer ernstige ziekte van
eenige Jaren geleden weer een voortreffelyke
gezondheid geniet <„maar daarvoor" zy hy
ons onlangs „kan ik dan ook myn vaste
avondwandeling, vlak voor ik naar bed ga niet
missen; weer of geen weer, ik ga er een half
uur op uit!") de Minister-President heeft voor
tien jaar toegewyden arbeid aan het hoofd
der Regeerlng, op den dank der natie alles
zins recht.
Die taak is met toewydlng en bekwaamheid
volbracht en. wat het persoonlyke betreft, en
zonder de beteekenis van het hooge ambt ook
maar een oogenblik prys te geven, met een
eenvoud en een soberheid, welke overeenstem
men met onzeTolks-tradltles.
..Het Volk" verneemt:
Het biykt met de A.V.R.O. niet zoo naar
wensch te gaan. Het aantal qultantles, dat in
de afgeloopen weken onbetaald teruggekomen
is, blykt grooter te zyn dan ooit. Ten einde nog
zooveel mogelyk geld binnen te halen, heeft de
A.V.R.O. deze onbetaalde quitanties thans ter
inning gegeven aan de directie van ,x>e Tele
graaf". die een aantal van haar loopers heeft
opgedragen om voor de Inning te zorgen Deze
loopers mogen dit werk echter niet verrichten
voorzien van kenteekenen, die op verwantschap
tusschen het blad van Koldert en den „neu
tralen" omroep zouden wyzen. zy moeten zelfs
hun functie by de krant verzwygen. aldus luidt
hun instructie, en zeggen, dat zy van de A.V.
R.O. komen.
Zooals gewooniyk tracht de A.VJt.O.-leiding
dezen tegenvaller af te wentelen op het per
soneel. Een aantal bezoldigden propagandisten
is aangezegd, dat zy naar een anderen werk
kring moeten omzien. Het is duidelyk. dat deze
manier om het propagandistencorps de schuld
te geven van den tegenvaller by de betrokkenen
kwaad bloed heeft gezet. Eenigen hunner heb
ben zich van rechtskundige hulp verzekerd
Dezer dagen zal een conferentie tusschen de ge
dupeerden en den leider van den propaganda-
dienst, den heer Gielkens, plaats vinden.
loonpeil te praten. Maar Juist hier zullen voor
al in verband met het vasthouden der sociaal
democraten de moeliykheden ryzen.
In leder geval ontoelaatbaar is Dr.
KORTENHORST gaf daarvan staaltjes
dat volkomen normaal werk b.v. de gewone
straataanleg, wordt uitgevoerd in werkver
schaffing. Daaraan schynen nogal eenige ge
meenten zich te bezondigen. Zoo gaf ook de
Vryheldsbonder Dr. VOS een voorbeeld
Krimpen waar door mattenvlechten in
werkverschaffing de normale werkgelegenheid
wordt weggenomen.
zyne Excellentie luisterde maar gewillig en
geduldig naar waj. een reeks van sprekers hem
op het hart werischte te drukken. En men kan
hem feliciteeren, dat hem tenminste geen
avondvergadering op zyn verjaardag beschoren
was.
w-| Wat deze afdaling te berde werd ge-
door de omstaödigheiddatTdeCbekend is, welke I bracht, was overigens by vorige begrootlngen
besluiten de in beraad’zynde Radio-conferenUe en by de talrijke werkloosheidslnterpellaties
te Madrid ten aanzien van de aanwyzlng van der laatste jaren al herhaalde malen toegelicht
en voorgedragen.
heeft, en dat gedurende drie eeuwen na 837
geen enkele schrijver haar naam genoemd of
haar bestaan vermeld heeft Eerst in de 13e
eeuw vindt men het verhaal een vervorming
van een oud Byzantynsch verhaal in een
kroniek opgenomen.
Wy stellen vast en de sensatiezoekende
scribent van de „Arbeiderspers" zal het ons
niet kunnen tegenspreken:
le. Er is voor een Pausin Johanna, die vol
gens den soc.-dem. historicus drie Jatyn en
vyf weken op den H. Stoel zou hebben gezeten
tusschen Leo IV en Benedictus III geen plhau.
daar deze, zooals onloochenbaar historisch vast
staat op zeer korten termyn aan Leo IV is
opgevolgd.
2e. Volgens Hincmar van Rheims vernam de
bode, door hem naar Rome gezonden, onder
weg den dood van Leo IV en vond hy bij zync
aankomst in de Eeuwige Stad reeds Benedictus
IH op den pauseiyken troon, die zyn verzoek
in willigde.
3e. Geen tijdgenoot draagt eenige kennis van
de pausin Johanna, terwyi haar bestaan ook
in de eerstvolgende drie eeuwen door geen en
kelen schryver vermeld wordt.
4e. Eerst in de 13e eeuw wordt deze fabel in
de latere kroniek van MartlnuS Polonus (ge
storven 1278) opgenomen. In de oude hand
schriften van het Liber Pontificalia van Ma-
narrfis Scotus (die stierf in 1086) en van Sl-
gebert van Gemblours (gestorven in 1112) volgt
Benedictus III onmlddeliyk op Leo IV.
Maar ook Martlnus Polonus kende deze fa
bel nog niet; zy werd eerst na zyn dood, tus
schen 1278 en 1312 in zyn kroniek ingevoegd.
5e. Talryke Protestantsche schryvers hebben,
na nauwkeurig historisch onderzoek verklaard,
dat de Pausin Johanna nooit bestaan heeft.
Zoo: Neander en Baur. De laatste schreef:
..Tusschen Leo IV en Benedictus III zal
Pausin Johanna hare rol gespeeld hebben. Hit
langdurig geloof aan haar historisch bestaan
moet enkel aan het protestantsche partybelang
worden toegeschreven. By geen ander voorge
wend feit van deze soort is het onhistorisch
karakter zoo gemakkeiyk te ontdekken als
hier”.
Wat het soc.-dem. orgaan bier dus in twee
kolommen aan zyn lezers opdlscht is niet an
ders dan een oud versleten sprookje, waaraan
thans zelfs door protestantsche historici geer,
geloof meer wordt geslagen.
Maar voor haar lezers acht de „Arbeiders
pers” dit sensationeele leugenverhaal toch blyk-
baar nog frisch genoeg.
Zy bewyst alleen, dat haar bladen in een
katholiek gezin niet thuis hooren.
De „Avondpost" schrijft:
Het hoofd van het kabinet, de heer Ruys
de Beerenbrouck is onlangs tien Jaar minis
ter-president geweest.
Niet onafgebroken. Hy was het eerst zeven
jaar. namelyk van 9 September 1918 tot 4
Augustus 1925; en Is het nu weer drie jaar.
sinds 10 Augustus 1929. Tusschen die twee
perioden in was hy voorzitter der Tweede Ka
mer. In ieder geval heeft de heer Ruys de
Beerenbrouck tien jaar lang aan het hoofd
van de regeerings-zaken gestaan. Dit is zon
der twyfel voor ons land een byzonderheld.
Er zyn niet veel staatslieden die gedurende
zulk een lange periode minister-president, of
minister, waren.
Een andere byzonderheld is. dat hy in on
ze parlementaire historie drie kabinetten op
zyn naam zal hebben staan. Men kan hier
misschien over twisten; namelyk over de
fraag of het na de verkiezingen van 1922
opgetreden ministerie als een tweede kabinet-
Ruys kan worden beschouwd, dan wel als een
voortzetting van t eerste. In ieder geval tra
den er eenige nieuwe ministers in op. Ook de
samenstellers van het bekende boekje .Par
lement en Kiezer" gewagen van drie kablnet-
ten-Ruys. Hy deelt dan de onderscheiding van
zyn naam aan drie ministeries verbonden te
zien alleen met Thorbecke en Heemskerk
Vader.
Een derde byzonderheld is dan nog deze, dat
de heer Ruys de Beerenbrouck zoowel gedu
rende zyn vroegere als gedurende zyn hui
dige regeerings-periode met zeer abnormale
en buitengewoon moeiiyke omstandigheden te
kampen heeft gehad. Hy was nauwelyks als
minister-president opgetreden, of Troelstra
deed zyn revolutle-poging. Hoewel zy. door de
manier waarop zy werd beproefd, van meet
af de kiemen van een mislukking in zich
droeg, wist niemand dit toch met zekerheid.
De Regeerlng moest handelen. Zy hééft ge
handeld. Onder leiding van den toen nog zoo
jongen, pas-opgetreden Ruys. Niet alle minis
ters iwy hebben, van een der aanwezigen, eens
interessante byzonderheden over de vergade
ringen van den ministerraad uit die dagen
vernomen) bewaarden hun kalmte en hun
koel overleg. Ruys wél. Hy gaf leiding. Toen
hy in 1927 werd benoemd tot Minister van
Staat (een onderscheiding, op zoo jeugdigen
leeftyd verleend, dat er hier en daar, begrij-
peiyk. eenige verbazing over ontstond) zal op
die benoeming het beleid door hem in het na
jaar van 1918 getoond, ongetwyfeld van groo
ten invloed zyn geweest.
En nu. onder zyn huidige kabinet, treft hem
de crisis en staat zyn regeerlng voor rnoei-
lykheden. als waarvoor geen vorige nog heeft
gestaan.
Er is over
van den heer Ruys de Beerenbrouck wel eens
verschillend geoordeeld. Tegenover een mln-
der-gunstlg oordeel staat het onloochenbare
feit, dat hy dan toch maar tien jaar minister
president is geweest en dat hy gedurende al
die jaren zyn eigen departement heeft geleid,
zonder in het parlement ook maar één werke
iyk ernstige nederlaag te lijden. Een bewinds
man zonder beteekenis is onmogelyk in staat,
een dergelyken krachttoer te volbrengen. Deze
minister weet wat hy wil. Een bekend liberaal
man. die vele jaren van dag tot dag ambteiyk
met hem heeft samengewerkt, zelde ons eens:
Hy heeft
I van zyn