I KING II ■il I tTCet w^aal can den dag kenden werktuig- en scheikundige, die door z n groot fortuin in staat werd gesteld in leven te wyden aan onderzoekingen en proefnemingen van allerlei aard Er liepen geruchten van een vernuftige uitvinding, door hem gedaan, die groot opzien zou baren, als ze wereldkundig werd, en waarvoor de regeerlngen van andere rijken schatten zouden over hebben. Vroeger had een zangeres het beter! H I i i I ROBINSON CRUSOE’S AVONTUREN ROBINSONschoenen: Ongeloofelijk sterk HET GROOTE AVONTUUR l 1 Ongeloofelijk goedkoop PEPERMUNT ÏDe I DINSDAG 7 FEBRUARI uur |B I Jan Kubelik’s handen Turksche handelsbalans Ski-po st zegels IA n FEUILLETON 1 i. Een dag moest 48 tellen Hulp van de blanke broeders Wat de oorlog weg maaide Goud en platina in Nieuw-China Zonderlinge botsing in ,de lucht Oude grafgewelven op Sicilië Wegenaanleg in Trans- Jordanië SLAVIN VAN HET PUBLIEK bijna volbracht, wat U lukte, dat is waardeloos. Um (ga? werk steeds geheel te vol tooien, om Uw energie zoo voor- deelig mogelijk te kunnen be nutten, moet U altijd .fit" zijn. U bereikt dit door het geregeld gebruik van King-pepermunt. Wat bijna h ij :.a. 1 Tchoundan-Nas»r oX Tciumdra-fiagar, Gouvernante I AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL (Nadruk verboden). groot e, en mijnheer Hellma u dan niet Robbie en Topele speelden op het i makende zeeleeuwen van Freddy Vrij dag. Doch Robbie was zeer roekeloos 4* deze Polly in den nek trof. „Oh, Robbie, wees toch voorzichti- letje was, waaraan ze ook zou mes doen en.... Met haar elastischen nek wierp te den bal spoedig daarheen, waarvan hü gekomen was. Robbie keek niet uit i'J kV Topsy. Robbie antwoordde in t eerst niet, maar toen hü weer op zijn bee- mlj niets doen!” tergde zij. „Ik aen stond riep hü terug: „Ik kon hem wel gevangen hebben, als ik maar had ■•weten, dat die rare kat meespeelde.” (Morgenavond vervolg) van 0 zij alleen gescheiden (Wordt vervolgd). D Het hooge Indische rietgewas. de in het werpen van den bal naar Top sy en spoedig ging de bal zóó ver. dat strand met een grooten bal, welken ze geleend hadden van de kunsten- Benzine-vry en gratis! MARTIN BERDEN en werd op zijn rug geworpen. „Waarom ving je hem niet op?” riep ger,” riep Topsy, „je hebt de kat pijn gedaan!” Doch Polly dacht, dat het een spel- 313 M3 243 391 344 395 HO 254 973 175 551 330 579 157 438 107 306 357 863 398 856 795 165 770 269 397 726 318 788 578 326 902 315 De leden van den trotschen Indianenstam van Irokeezen hebben de Canadeesche regeering om hulp veraocht. De Irokeezen verklaren: „Niet tegenstaande onze traditie in de kracht om te lijden en te ontberen, kunnen wtf geen weer stand bieden aan de gevolgen van de econo mische crisis, zonder de hulp van onze blanke broeders en zusters in Canada.” een den 46 29 50 09 02 19 37 42 95 88 16 73 45 «5 30 37 96 06 63 48 95 46 89 75 19 38 23 35 54 57 16 12 12 37 95 22 51 01 95 99 15 06 40 69 97 56 99 14 54 93 56 63 52 56 04 92 35 20 02 27 76 68 92 96 3» 95 37 11 10 33 59 38 54 80 87 Naar aanleiding van de goedkeuring door den Poolschen Sejm van een regeeringsvoorstel tot verzorging vanwege den Staat van de in Polen bestaande oorlogskerkhoven en oorlogsgraven, waarmee een door den Sejm ingestelde Commis sie van Beheer zal worden belast, worden eenige interessante cijfers omtrent deze oorlogsgraven bekend. Op Poolsch gebied zijn in afzonderlijke en in massa-graven in totaal 1.300 000 soldaten be graven, die gedurende den wereldoorlog en den ■oorlog tusschen Polen en Sovjet-Rusland zijn gevallen. Er zouden in Europa volgens de gege vens van den Sejm in totaal 10.255 oorlogskerk hoven zijn, waarop zich bevinden 417.899 af zonderlijke graven en 79.712 massa-graven. Op deze kerkhoven liggen begraven in Frankrijk 1.350.000 gesneuvelden; in Polen 1.300.000 ge sneuvelden; in Roemenië 800.000 gesneuvelden; in Duitschland 321.000 gesneuvelden en in Italië 275.000 gesneuvelden. Ten Noorden van Atrecht (Noord-Frankrijk) zijn in Januari 179 Duitsche en 66 Fransche soldatenlijken gevonden. De bekende violist Jan Kubelik is, naar uit Praag wordt gemeld, volkomen hersteld van de gevolgen van het auto-ongeluk, dat hem eeni- gen tijd geleden overkomen is. Na een serie recitals in Praag zal hij een toumée maken door de Rivièra. Niet lang geleden is de verzekering van Ku belik's handen van 60.000 tot 1 millloen gulden verhoogd. (ngezonden Mededeeling) den volgenden dag door In de Kltta, en zette daarna, tegen 33 43 4« 43 40 07 03 1* 01 34 43 43 4» Men zeggen mijlen Vinden De en lend, totdat haar hem In G. i P. ip- st. uk. in- st. tig. (Nadruk verboden) Naar uit Palermo gemeld wordt, heeft men te Caltagirone, ongeveer ter plaatse, waar on langs belangrijke, archeologische vondsten wer den gedaan thans een onderaardsch gewelf gevonden, met een vijftigtal skeletten. Aan ver schillende schedels waren nog sporen van ver wondingen te herkennen. Men neemt aan, dat dit de stoffelijke resten van gesneuvelde sol daten zijn, en dat dit gewelf dateert van onge veer 2000 jaar vóór Chr. De afmetingen van het gewelf bedragen 2.50 M. x 2 M. X 1.50; het bevindt zich onder een zandsteenen rots van vroeg-tertiaire formatie, en men vermoedt, dat zich in de omgeving nog meerdere graven be vinden. „Waar brengt ge ons heen, vriend?" had Pen- nyless hem meermalen gevraagd. De Oostenrljksche regeering heeft een netto winst van 25.000 gulden gemaakt met de uit gifte van de „ski-postzegels", welke ter gele genheid van het internationaal ski-concours te Innsbruck van 813 Januari voor een liefdadig doel zijn uitgegeven. De geheele oplaag van 50.000 zegels is op 4000 na geheel verkocht. Deze 4000 zegels zijn achtergehouden voor de deelnemers aan het concours en zijn alleen te Innsbruck verkrijgbaar. was in in is. olifanten Zij passeerden vermoeden van Chandemagor. Turkije heeft in 1932 een gunstige handels balans gehad van meer dan 15 millloen Turk sche ponden, tegen een millioen pond in 1932. Tengevolge van de restrlctie-bepalingen en verhooglng van het invoerrecht is de Invoer be langrijk verminderd. Daar de nieuwe minister voor Nationale Eco nomie. Jelal Bey, eenige restrictie-bepallngen heeft ingetrokken, zal de Invoer dit jaar weer grooter worden. by verlies van 'n anderen vinger Na groote moeilijkheden te hebben overwon nen is het, naar Reuter meldt eenigen mijn onderzoekers gelukt door te dringen in een ver afgelegen vallei in Nieuw-China, waar, naar hun ter oore was gekomen, de bodem platina moest bevatten. Met 12 inlandsche dragers hebben zjj een levensgevaarlijken tocht van 190 K.M. onder nomen door oerbosschen en moerassen, waar zij verschrikkelijk te lijden hadden van bloed zuigers. Toen zjj bij de vallei aankwamen, die door inlanders scherp bewaakt werd, daar zij mij weggelegd, al zijn het er niet vele. De Inspanning en opwinding van het artlsten- leven vergeet ik echter, wanneer Ik optreed. Een echten kunstenaar of kunstenares zit het spelen in het bloed. Zonder dat zouden wij bet ook niet volhouden. Als wj) het beste geven, wet wij geven kunnen, dan voelen wjj dat wU een roeping hebben, dat wij andere menschen de zorgen en de eentonigheid van het dage- Itjksch leven moeten doen vergeten en dan bewijzen wij ongemerkt ook onszelf deze wel daad. En die roeping is voor de zangeres van thans dezelfde gebleven als een halve eeuw ge leden. Zulke vacantledagen zijn er gelukkig nog voor Het is een feit, dat in den loop Der ttjden reeds beslist is. Dat niets zoo bijdraagt tot geluk Dan dat men optimist is! Wel is men er van overtuigd. Dat hier een groot tekort is; Dus petje af voor 'n optimist, Zooals een Henri Ford is! Want Henri Ford is niet een man, De olifanten volgden den weg die langs de Hoegll leidt tusschen de beide spoorlijnen, van welke de eene rechtstreeks naar Darjiling bij de grens van Sikkim loopt, en de andere naar Boerdoean, om van dAAruit zich te vertakken over geheel het westelijk gedeelte van het „Em pire.” ZU liepen met gemak zestien kilometers per uur en de hoedah's schommelden zoo eenigszins •Is *n zeeschip. Gemakkeljjk gezeten, of. liever gezegd: bijna liggende. waren graaf de Solignac en zijn jonge vrouw In een lichten slaap gevallen, terwijl de beide zeelieden, gewend door alles been te sla pen. zelfs zacht snorkten. van dichtbijzonder er een te hebben, de Fransche stad waarvan waren door de Hoegll. in een kleine voorkamer, waar ze. onrustig op •••4»0«4MW40Mt»»WW4t4M«»4000»»0*»,*,M,,,,’,,'l i Maanstad. is een der laatste overblijfselen van Fransch bezit In Indlë. Het heeft een Hindoe-bevolklng van bijna vijf en twintig duizend menschen. In de onmld- delljke nabijheid dezer stad ligt Tsjlnsoerah. eertijds een Nederlandsche kolonie, die in 1826 voor ’n mooie som gelds verkocht weid aan Engeland. Op vijftienhonderd meter van Tsjlnsoerah ligt, aan de Hoegh de stad van dien naam, die met de eerstgenoemde één gemeente vormt van veertig A vijftigduizend inwoners. Zonder hun gang te vertragen bewogen de olifanten zich over de brug bü Tsjlnsoerah en sloegen den weg In die midden door het „jung le” 1) loopt in oostelijke richting. Ofschoon alles volmaakt kalm was. gaf de fa kir, ondanks zijn natuurlijke koelbloedigheid, duidelijk waarneembare teekenen van ongerust heid. Hij liet het troepje verschillende malen halt houden, haalde dan het bamboe-laddertje van den haak, liet het langs de flank van Scindiah. zijn olifant, vallen, was met één clown-sprong op den grond, ging plit op den buik liggen, met zijn rechteroor tegen den bodem aangedrukt, en luisterde angstig. Vervolgens klom hij weer, vlug als 'n acro baat, naar boven en zat dan, terwijl zijn beide metgezellen sliepen, eenige oogenbliken diep ernstig te peinzen. Eindelijk en ten laatste begon de horizon zich purper te kleuren en binnen weinige minuten Maar als men geen provisie insloeg, veroor deelde men zichzelf tot hongersnood. De Engelschen. practlsch en gesteld op hun gemak, zun er altijd te vinden. Zü reizen met korte trajecten, op kosten van den staat, bren gen alles mee wat zij meenen noodig te heb ben: eetgerei, zilverwerk, beddegoed. wijn, ge conserveerde levensmiddelen, toilet-artlkelen, kortom al het noodige en het overbodige, en leenen van de bungalow voor gebruik alleen de vier muren. De geheimzinnige vrienden der vluchtelingen hadden, ofschoon in alle haast, het noodige kunnen medenemen. Onder In de hoedah's hadden zü eenige levensmiddelen we ten te bergen benevens een niet te waardee- ren schat vier kleine Cambodja-matrassen, die gemakkelljk te hanteeren zijn en weinig plaats Innemen. Het verblijf in de bungalow van Ramnagar was dus zoo comfortabel als ge harde reizigers dit maar kunnen verlangen. Overigens waren zij zeer vermoeid en vielen, na een korten maaltijd in de hermetisch gesloten kamers In een diepen slaap. De dag ging voorbij ronder eenige gebeurte nis van belang. Toen de zonnebrand zün groot ste hitte had verloren, begaf men zich weer op weg, in westelijke richting. Uren en uren achtereen verrichtten de oli fanten prachtig hun taak. De afstand tusschen de vluchtelingen en hun vijanden moest langzamerhand wel groot zijn geworden, ofschoon de fakir herhaaldelijk, van tijd tot tijd levendige ongerustheid toonde. zooals dat in het Oosten het geval is stond de gezichteinder in zacht gouden lichtgloed. De zon kwam op. De olifanten die. zonder onderbreking, meer dan vijftig kilometer hadden afgelegd in drie uren, begonnen te blazen. midden in het „jungle”, dat wil streek waar misschien op vijf omtrek slechts één woning te Die enkel maar beroemd is, Omdat een auto, die het doet. Speciaal naar hem genoemd is. Ford heeft den sluier opgelicht, Zag. dat de toekomst licht is. Zoadat het menschdom inderdaad Dien grooten man verplicht is! Men staakt bij hèm, terwijl het ook Met verkoop iet.wat mis is. De handel ook krijgt niet gauw beet, Wanneer er weinig visch is! Maar klagen doet hij daarom niet, Daar blijheid zijn devies is- Hij scherpt zich door den tegenslag En spot zelfs met de crisis. Malaise, meent hij. loopt ten eind, De toekomst brengt wat goed is, Zoodat het laatste uit de flesch Niet bitter smaakt, maar zoet is! Het optimisme! dit is juist Waarmee de mensch gebaat 1*. Wanneer men eens zóó’n Fordje kocht? op gaat, stil staan, zet de ooren overeind, kromt ryn slurf tot een halven cirkel en geeft! teekenen van onrust en ontstemdheid. Zijn mahoet tracht tevergeefs hem tot kalm te en weer in beweging te brengen. Het schrandere dier blytt onbeweeglijk als ‘n rots. OP haar zij. zjj daardoor niet beleedigd gevoelen. Dit onderhoud was ruim een week oud. en er verliep geen uur waarop zij er niet aan terug dacht. In een slapeloozen nacht kwam ze tot een besluit. Het gebeurde was niet meer te her stellen. maar zij zou in persoon vergeving vra gen aan de menschen. tegen wie zü zich zoo laakbaar gedragen had. Als zif die verkregen had. meende zij. zou zij de verloren gemoeds rust kunnen terugvinden. Met den eerstvertrekkenden trein ondernam zij de reis naar het dorp, in welke nabijheid het buitengoed lag van den heer Leyslus, den be- schrikt uit hun lichten slaap, grijj telingen naar hun wapens en bere! op een krachtlgen verdediging. Ongelukkigerwijze kunnen zjj niets zien en slechte lijdelijk wachten op de pótstng van man tegen man. waardoor zij elBé minuut worden bedreigd. bleven uit zichzelf stilstaan evenals postpaarden k>U een bekend» pleister plaats. „Dat Is hier de bungalow van Ramnagar,” zei de fakir. „Wjj zijn waar we voorlooplg we zen moetenlaten we afstappen.” Zoo n bungalow was eertijds men zal 'er nu. na de uitbreiding van het spoorwegnet in Indlë. weinig meer vinden 'n soort hotel voor reizigers, verre van de beschaafde en bewoonde wereld. Het werd gebouwd en onderhouden voor re kening der Engelsche regeering en de beheer der ervan was "n „khaneama” of kok. meestal een aanmatigend personage, maar die later, tengevolge van de toenemende concurrentie der spoorwegen, 'n toontje lager ging zingen. De meubileering was er sober en het nacht verblijf kostte er In HoUandach geld bere kend ongeveer twee gulden. Het menu, altijd hetzelfde: Koffie, kip met rijst en eieren, had hetzelfde tarief: twee gul den. De kippetjes waren mager, de rijst was duf, de eieren van verdachte qualltelt.... haar voor heilig hielden, namen deze terstond een vijandige houding tegen de Europeanen aan. Niettemin wisten de blanken het vertrou wen van de inlanders te winnen, doordat een hunner met eenvoudige geneesmiddelen eenige zieke Inlanders genas. De toegang tot de vallei werd hun daardoor vrijgemaakt en een terstond geopend onderzoek toonde aan. dat de bodem uitgestrekte goud en platina-lagen bevatte. 1111111111111 WEES OPTIMIST De Irak Petroleum Maatschappij is voorne mens. naar Reuter verneemt, een 160 K.M. lan gen weg te doen aanleggen door het met lava van vroegere vulcanlsche uitbarstingen over dekte gebied van Trans-Jordanië. De weg moet dienen voor het vervoer van de geweldige hoeveelheden materiaal, noodig voor den aanleg van de nieuwe pijpleiding. Wan neer deze beide groote werken in vollen gang zjjn. zullen daardoor 10.000 menschen werk vinden. De uitvoering van dit plan wordt van alle zijden toegejuicht, daar het tot verbetering van de levensomstandigheden der Bedoulnen-stam- men In Trans-Jordanië zal lelden, van wie thans velen tengevolge van voortdurende werk loosheid met hongersnood bedreigd worden. „Ik heb beloofd u ongedeerd dAArheen te brengen waar de Poendits heerschen als sou- vereine meesters., naar een van die oude tem pels zoo groot als n stad en waar overvloed is van alles, waar vrede en veiligheid heer- scheh Daar zult gij veilig sijn tegen alle ach tervolging, want de Engelsche politie kent de geheime Inrichting ervan niet; die kennen al leen wij en dat geheim bewaren wli met ie grootste zorgvuldigheid. DAAr hebben de gr-xj'.e vogelvrij-verklaarden van onze oorlogen een ontoegankelijk toevluchtsoord gevonden en er jarenlang kunnen leven.” „Is dat ver wsg?” ..Minstens vier nachten rijden in galop.” „Vooruit dan maar vier nachten rijden!” zeide Pennyless die al de akelige avonturen, welke hij sinds zjjn komst in Indlë beleefd had. vergeten scheen te zijn. Noch hij, noch zijn vrouw lieten hun goed humeur in het minst ongunstig beïnvloeden door het vooruitzicht van die nachtelljke ritten vol ongemakken en zoo zwaar vermoeiend. De tweede nacht verliep aonder eenlg voorval van beteekenis. Men bracht bungalow van zonsondergang, den toent voort. De vluchtelingen bevonden zich toen op meer dan honderdzestig kilometers van Calcutta. Zij waren ongeveer vier uren op weg en had den reeds sinds lang den spoorweg gekruist die van Bombay naar Barakar loopt. ZU bevonden zich te midden van het „jungle.” Plotseling blijft Scindiah, de olifant die voor- hetzelfde oogenblik doorflitst een licht straal de duisternis, onmiddelluk gevolgd door het geluld van een schot. Dat schot komt van vlakbU, op eenige pas sen afstand, uit een dicht bamboe-bosch langs den weg. Scindiah die gewond is, doet een snerpenden kreet hooren en stormt nu opeens vooruit. Maar thans volgen, van rechts en links, ver schillende schoten. De vluchtelingen zijn blijkbaar in een hin derlaag gevallen. Eenige kogels ketsen met het bekende droge, doffe geluld tegen de wanden der hoedah's. Thans zijn de belde olifanten geraakt, want zij stooten woedende kreten uit. dat geluld het welk men nooit vergeet, als men het eens ge hoord heeft. Door de losbrandingen van de geweren opge schrikt uit hun lichten slaap, grupen de vluch- zich voor Da piloot van een transportvliegtuig van den luchtdienst tusschen Amarillo In Texas en Okla homa City onderging, naar Reuter meldt, een vreemde gewaarwording, toen een havik recht tegen het toestel aanvloog. De groote vogel sloeg door de voorruit van den cockpit, zoodat de glassplinters den piloot in het gezicht vlogen en zijn bril van de vlleg- kap werd afgeslagen. HU bekwam eenige onbeteekenende verwon dingen en kon de vlucht ongehinderd voort zetten. „Uwe gouvernante?” herhaalde het meisje staarde de vrlendeUlke dame verbaasd aan. ,Ja. juffrouw Nora Winter. Is zif een zuster van u? U gelUkt volstrekt niet op elkaar." „Mevrouw.... ikbracht de bezoekster uit. Meenend. dat verlegenheid de oorzaak was van dit vreemde doen, praatte de vrouw d< s huizes luchtig verder. „ZU is een groote wande ling gaan maken met de kinderen, maar het zal mU aangenaam zijn, als u haar terugkomst hier wilt afwachten. „Misschien wilt u hoed en mantel afleggen?” ..Maar ik ben Nora Winter die bij u m betrek king zou komen,” barstte het meisje eindelUk uit. „U?” „Ja. ik. Heeft veiteld. „Wie is mUnheer Heilma?” De heer, die is komen zeggen, dat ik mij door hem had laten overhalen om....” „U spreekt werkelijk In raadselen! Wat be doelt u toch?” Opmerkzaam geworden, stond de heer Leyslus op van uit den hoek, waar hU had zitten lezen. „Wat Is er?” vroeg hU naderbiikomend. Eenlg misverstand tusschen de dames?” „Ja. sprak z'n vrouw. „Juffrouw Winter, die ik voor een familielid van onze huisgenoote hield, vertelt me. dat zli zelve de Nora Winter is, die bU ons in betrekking zou komen.” Verbaasd keek de heer Leysius naar het meis je. dat moeite had zien zelf te overtuigen, dat zjj wakker was en niet droomde. De heer des hulses was de eerste die weer sprak. „Ongeveer een week geleden kwam hier een Juffrouw Winter, die we op sanraden van een ouden kepnis. den heer Harder. schriftelUk had den geëngageerd. ZU nam terstond het onderwijs en de verzor ging van onze kinderen op zich. Dit is wat ik weet. Nu is de beurt aan u! Vertel ons nu, wat u weet!” ZU deed het. haastig, nerveus haar stem soms uitzettend. ZU sloeg niets over, ontzag zich zelve niet, legde het geheele geval bloot voor haar verbaasde toehoorders. Plotseling sloeg de heer Leyslus met z'n gg- balde vuist op de tafel en riep uit: „Ik weet het! Die brief! die brief!” „Welke brief’" vroeg z'n vrouw. „Ik werd door een onbekende gewaarschuwd, dat er een complot werd gesmeed om mU m'n geheimen te ontfutselen, om mUn uitvinding te stelen en er In het buitenland een goeden prijs voor te maken.” „Zou je denken „Wat kan het anders zun’ Ten minste als deze jonge dame geen bedriegster of een krank zinnige is.” Htj liep naar de telefoon en belde de politie op. Een onderzoek werd Ingesteld In de kamer van de pas aangestelde gouvernante. Wat men vond, was overtuigend. In haar kotter lag een geheel arsenaal van In- brekerswerktuigen. valsche sleutels en derge- lUke. terwijl een begonnen brief, in een schrijf map ontdekt, ook den laatsten twlffel bande. Toen de pseudo-Nora Winter van d< wande ling teruggekeerd, scherp ondervraagd werd, viel ze door de mand, maar liet haar aangeno men houding van uitdagende onverschilligheid niet varen. .Men kan heb niets ontvreemd, zelfs geen poging daartoe aangewend. Ik heb alleen voor een korten tüd een anderen naam gedragen dan den mUne. M'n chef, wiens ware naam ik nooit zal bekend ma ken, heeft een fout begaan. HU had die zottin niet vrU moeten laten in haar bewegingen." „Ik zou u gaarne mijn dankbaarheid be wij zen." zei de rijke uitvinder later tot de werke- lUke Nora Winter. „Kan ik u ergens mee van dienst zUn?” „Och mUnheer. laat mij ondanks het gebeur de bU u komen,” smeekte het jonge meisje; „ik heb ervaring opgedaan en weet nu dat men niet ongestraft tegen z'n geweten kan handelen. Ik zal goedmaken, wat ik misdeed.” En zoo geschiedde het. Maar daaraan dacht Nora Winter niet, toen ze op het bordes van het huls stond, hetwelk het doel was van haar tocht. Zenuwachtig, verlegen, zich klein voelend en bü voorbaat terugschrikkend voor onvriende- lUke woorden, die haar zouden worden toege voegd. trok zij aan le blinkende schel na ist de monumentale huisdeur Aan den huisknecht reikte zli haar kaartje over en verzocht hem te vragen, of de heer en mevrouw Leyslus haar een oogenblik gehoor wilden vcrleenen. ZU meende verwondering in z'n oogen te lezen. HU liet haar binnen gaan neer drubbe- wacbtte, de man verzocht te volgen, een vroolUke tuinka mer vond zU de menschen, voor wie zU zich vernederen ging. Voorkomend trad mevrouw Leysius haar tegemoet. „Juffrouw Winter, uw naam doet mif vermoe den dat uw bezoek eigenlijk niet óns geldt, maar onze gouvernante.” j y» dit blad slin ingevolge de versekerlngsvoorwaarden tegen f D/l/lfï bU levenslange gsheele ongeschiktheid tot werken door f by een ongeval met t bU verlies van een hand f 1 efC oU verlies van een Cft by een breuk van f jf tic QDO/ITU? S nngsvsiisn versekerd voor een der volgende ultkeerlrgen I verlies van beide armen, belde beenen of belde oogen tÜV,- doodeiyksn afloop f een voet ot een oog f 1 duim of wijsvinger *Jt/«”been of arm f T(Z»~ Oitta Alpar vertelt het volgende omtrent haar levenswUze: Gaarne maak Ik gebruik van de gelegenheid em eens op een meer ernstige wijze mUn beroep te belichten, dat voor de meeste menschen slechts één ding verelscht. n 1. goed zingen. Ik zou mij in geen geval een anderen werkkring wenschen; ik hang aan mUn werk met hart en ziel maar zoo eenvoudig als velen denken is het toch niet. Als een mooie stem voldoende was. hoeveel zangeressen zouden er dan wel niet zijn? In werkelijkheid zien wU. dat vrouwen met goede stemmen, die bovendien werkelUk mooi zUn en veelzUdlg begaafd, toch niet vooruitko men, omdat haar iets ontbreekt, dat men moei lijk kan omschrUven. maar dat zeker evenveel doorzettingsvermogen en energie bevat als ar tistieke gaven. Het gaat om de verovering van het publiek, met welks bUval wU staan en val len. en de methoden om dit te bereiken ver schilden een halve eeuw geleden evenzeer van de tegenwoordige als bijv de Fransch-Dultsche oorlog van den wereldoorlog. In dien tUd had een zangeres Inderdaad genoeg aan een fraaie en geschoolde stem en een knap gezicht om de gunst van het publiek te behouden. Tegenwoor dig wordt van de kunstenares een zoo volkomen toewUding aan haar kunst gevergd, dat men ons werkelUk slavinnen van ons publiek zou kunnen noemen. De dag van een kunstenares uit het Jaar 1933 is gevuld met zooveel verplichtingen, waar aan zU zich met het oog op haar beroep niet kan onttrekken, dat zij van 's morgens vroeg tot 's avonds laat geen oogenblik voor zichzelf heeft: zü kan zelfs niet af en toe goed uit slapen. En dat konden onze collega's van vroe ger wél. Ze werden niet opgeschrikt door een ratelende telefoon. Ze konden op hun gemak hun maaltyden gebruiken. Ze konden uren be steden aan het toilet maken, dat een genot op zichzelf was. Ze hadden zelfs tijd voor een mid dagslaapje, als zy daar lust In hadden en voor allerlei dingen, die volstrekt niet noodig, alleen maar pleizlerlg waren En nu? Urenlange con ferenties met machtigen uit de tooneel- en filmwereld, met mUn secretaresse over de be langrijkste ingekomen brieven, met modistes en hoedenmaaksters, dan weer dagen, waarin er vrUwel voor niets anders tUd overbluft door de besprekingen met librettisten en componis ten, scenarloschrüvers en regisseurs, het po- seeren voor fotografen, en dan moet men dik wijls 's avonds nog optreden. Het is voor eerj buitenstaander niet te begrUpen. hoeveel ener gie en zenuwkracht het eischt om zulke dager, door te komen. Ze zUn erger dan de weken, die dan volgen met het werk in het filmatelier of op het tooneel van 's morgens tot 's avonds. Daarnaast hebben toch ook familie en ken nissen recht op onzen tUd en. natuurlUk, het publiek, dat autogrammen vraagt. Hoeveel tijd dat op zichzelf kost heb ik noolfberekend, maar wel weet ik, dat ik eiken dag 16 uur in actie ben en dat voor mU de dag elgenlUk 48 uur moest hebben. Want behalve al die dingen, moeten wij nog aan sport doen om in goede conditie te blUven. Het liefst rUd ik paard; dat is nog een illusie uit mün kinderjaren geweest en de verwezenlUklng Is mU niet tegengevallen. Wat is het heerlUk om op een mooi dier, tot tn het oneindige door te draven, aan niets te moe ten denken, alleen maar te genieten van de mooie omgeving! Er is elgenlUk geen sport, die ik niet beoefen, maar by voorkeur zwem of tennis ik. NatuurlUk musiceer ik ook, terwUI Ik dage- lijks zangles neem, want als een stem niet ont wikkeld wordt, gaat zU achteruit. Zoo zou ik ook lichamelijk ziek worden, als ik altijd in de stad moest blUven. als ik nooit eens geheel vrU kon zUn met alleen de natuur, de zon, het bosch en de heerlijke geurige buitenlucht om mU heen. aar geweten liet haar geen rust. ZU was zóó bill geweest met het onmiddellUk vinden van een nieuwe betrekking bü het eindigen van haar werkzaam-zün in het vrlen- delUke huis van den heer Harder, wiens beide dochtertjes zü gedurende eenige jaren school- wüsheld en Savoir-vivre had trachten bü te brengen. De meisjes Harder waren naar een kostschool vertrokken en door bemiddeling van haar va der. had zU. alleen schriftelUk onderhandelend, een ander, aanlokkelijk arbeidsveld gevonden. Jammer genoeg, kon men haar niet dadeUjk verwachten zoodat zü 'ot een vacantlé van en kele weken gedwongen was. ZU had een be scheiden kamer gehuurd en haar tijd besteea aan lezen, wandelen en 't In orde brengen van haar garderobe. Enkele dagen vóór den aanvang van haar nieuw dienstverband had zich een heer bü haar laten aandienen. Lichtelijk onthutst, hsd zü op het haar gebrachte kaartje getuurd, en ein delUk gezegd, dat zü den heer Heilma rou ont vangen.” Een rüztg. deftig heer trad binnen. „Heb ik het genoegen. Juffrouw Winter te ontmoeten" vroeg hü vleiend-beleefd. ,^fa, mUnheer?” „Ik kom u spreken over een hoogst gewich tige aangelegenheid gewichtig ook voor u.” ZU bood hem een stoel aan en vroeg zich verwonderd af. wat de vreemde, opdringerig- vriendelüke man haar te zeggen kon hebben. „Juffrouw Winter,” begon hij, ..Ik heb van u gehoord, aooveel goeds over u gehoord, dat..1..” „Van wien?" vroeg ze verbaasd. „Dat doet er niet toel” antwoordde hü met een listig lachte, dat zün woorden verzachten moest. ,jk weet, dat u gouvernante bent geweest over de dochtertjes van den heer Harder en de wüze. waarop ge u van uw taak gekweten hebt, ia. naar ik vernam, zóó boven allen lof verhe ven. dat ik niets liever zou wenschen. dan mün eigen, moederloos meisje aan uw zorgen te mo gen toevertrouwen” ..Maar Ik heb al een nieuwe betrekking aan genomen. mUnheer ,X>at weet ik. maar dat behoeft geen be zwaar te zün.” „Niet?" „Als. wat ik u aanbied, u beter Hikt, kunt u immers gemakkelük „Neen. neen, dat zou unfair zlln." .M'n lieve, jonge dame, uw gevoelens doen u eer aan. maar vergeef mil m'n openhartig heid ze zün niet op hun plaats in onze tegen woordige maatschapini En als Ik u drie, viermaal het bedrag biedt, waarvoor u bil een ander aangenomen zUt. Is het uw plicht, dit te aanvaarden, want de aan vaarding van mtfn aanbod stelt u In de gele genheid. uw toekomst te verzekeren, te sparen voor uw ouden dag. die nog wel ver in 1 ver schiet ligt, maar toch onvermüdelUk komen moet. En als u aan mijn verwachtlng»n vol doet. waaraan ik niet twlffel. zal ik u ook gaar ne. ook als mün dochtertje volwassen is. als een aangenomen huisgenoote. aan wier bllzUn men gewend is. bil mil houden. Uw positie bü mU zal dus een blüvende zlln. als u dit wenscht.” In haar zorgvol beslasntje was „geld” een machtige factor. Zü streed een zweren strüd. Opnieuw sprak ze, haar stem was minder vast dan te voren „Het zou unfair zün.” „Maar zeer menschelük,” glhnlachte de heer Heilma. „Ik durf niet, ik heb werkelijk niet den moed, om menschen die me in goed vertrouwen aan namen. op het laatste oogenblik teleur te stellen.” „Kent u de menschen?” vroeg hü- „Neen, we onderhandelden schriftelUk." „Des te beter! riep hü. als opgelucht uit. „Ik zal dat zaakje wel opknappen. Ik zal naar den heer Leysius zoo heet hü Immers? gaan en hem de zaak uitleggen. Hü zal moeten toege ven. dat uw belang vordert, mün aanbod bo ven het züne te stellen. Zoo wordt u het schrij ven van een onaangenamen brief bespaard. Af- gesproken? Kom sla toe. Ik wil u met genoegen drie maanden salaris vooruit betalen, dan kunt u me niet meer ontglippen,” besloot hü schert send zün betoog. Ze was tenslotte, niet aonder gewetenswroe ging. maar toch overtuigd, voor het aanbod be zweken. Nog veel hadden ze samen bepraat. Haar va- cantle zou veertien dagen langer duren dan ze zich had voorgesteld, maar de heer Heilma had. ondanks haar protest, een bedrag voor de on kosten daarvan gevoegd bü het vooruitbetaalde driemaandelüksche salaris, zoodat zü daarom trent geen zorg behoefde te hebben. BU het afscheid had hü haar hand lang met stevlgen drpk in de züne gehouden, haar scherp onderzoekend in de oogen geblikt en gevraagd: „Ik kan dus onvoorwaardelUk op u rekenen?” „Ik zal op den bepaalden datum bij u komen en alles doen wat tn mUn vermogen is, om uw dochtertje een goede, degelüke opvoeding te geven Zün vraag en z'n onderzoekende blik waren onaangenaam geweest, maar redeneerde had dien twijfel verdiend, mocht zich

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1933 | | pagina 14