Ur. de stad
25
van
D
■Jet Erfdeel
Hierop letten!
TJetybdieJfaofie
Abraham
uttfaaL oan den dag
ROBINSON CRUSOE’S AVONTUREN
ROBINSONschoenen
Een feest voor je teenen
(Ingezonden Mededeellng)
Alle abonné’s verzekemV°voor een der voegende ultkeerlr.genf3000. “verlies van belde armen^Llde beenen of beide oogen f 7S0»~ doodelljken0 afloop f250»“ een voet of ^en oog f 125»~ duim of’wjjevli^torfSO. been at arm f 40»“ anderen vinger
WOENSDAG 5 APRIL
TUSSCHEN TIGRIS EN
EUFRAAT
Dooden begraven
Ja, hoe zit dat eigenlijk?
De honing is dood
a
3
s
Hoe koningen begraven
werden
Opgravingen in het land van het
Oude Testament
Waar Ur lag
i Het zuinige
echtpaar I
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
ik
I
ben
(Wordt vervolgd).
Voor Juffrouw Egel is het leven
dikwijls niet erg gemakkelijk. Als
zij *s avonds gaat wandelen, moet
zij voortdurend goed oppassen,
want overal dreigt gevaar.
echter
één
Heb je de biceps van een gorilla
wel eens gezien? Wie zou er niet
graag een groeten broer hebben,
die zoo sterk is als deze gorilla,
die zijn gezin zoo goed verdedigt.
legd.
niet
me.
Over de avonturen van den egel en den gorilla kun
je lezen in een mooi boekje, dat je kunt krijgen,
als je negen bons uit de Quaker-havermoutpakken
verzamelt Maar als je de coupon hieronder met
vijf %ons naar ons toestuurt, krijg je bet boekje
veel eerder. Op deze manier kun je een aantal
verschillende boekjes krijgen. Stuur dus de coupon
en vjjf bons mèt je naam en adres aan: The Quaker
Oats Company, Postbus 905, Rotterdam.
Toen Dorus op den morgen van beider ver
jaardag ontwaakte, stelde hij zich levendig het
verraste gezicht van Mina voor, als hij met de
broche op de proppen kwam. Natuurlij zou ze
bet hem wel een beetje kwalijk nemen, als ae
bemerkte hoe hij hun overeenkomst had gebro
ken. Zoodra hij echter de huiskamer binnen
kwam, zag hij dat z’n wederhelft hem al voor
was geweest. Op de tafel, voor de plaats waar
hij gewoonlljk zat, lag een pracht van een zij
den das en daarop gestoken zat een groote, fon
kelende diamanten dasspeld.
„Wees niet boos op me, Dorus," vleide z’n
vrouw, „maar ik kon het heusch niet goed over
me krijgen je niets te geven. Ik vond het zoo
naar, zoo koud, om niets te doen.”
„Maar vrouwtje, onze afspraak dan?"
„Ja, dat is zoo, maar je weet wel, dat Ik het
alleen maar deed omdat ik zooveel van je houd.
Kom wees nu niet boos. Ik zal de rest van het
Jaar heel zuinig wezen....”
Het kwam b(j Dorus niet op boos te zijn. Hij
begreep de handelwijze van z’n vrouw volkomen.
Bovendien, was hij in dit geval nog niet veel
schuldiger, omdat hij een nog veel duurder ca
deau had gekocht?"
Daarom begon hij voorzichtig: .Arm vrouwtje.
Jij waart er slecht bij dit Jaar. Ik hield me aan
Uit het Engelsch van
Joseph Hocking
Loetje en Loutje wilden Robbie
laten zien, hoe zjj op school gejonast
werden. Ze konden echter geen goede
deken vinden en daarom namen ze
maar een tafellaken uit de keu
ken. Dat ging net zoo goed, meen
den ze. Robbie vond het een leuk
spelletje zoo in de lucht geworpen
en in het tafellaken opgevangen te
worden.
De tweelingen spanden alle krach
ten in en Robbie werd werkelijk
steeds hooger geworpen, hooger dan
hij dacht, dat ze hem ooit konden
werpen.
artistiek en historisch zeer belangrijk inleg
werk. de z.g. „Standaard van Ur", gevonden in
een geplunderden grafkelder. Het is een prach
tig stuk mozaïek, bestaande uit twee paneelen
van 55 bU 22% cM. en twee kleinere driehoe
kige paneeltjes die het uiteinde vormden. Deze
overblijfselen lagen bij den schouder van een
vaandeldrager des konlngs. wit, blauw en rood,
de kleuren van onze vlag dus, zijn de hoofd
tonen in dezen standaard. Prachtige taferee-
len waren op de paneelen voorgesteld: b.v.
symbolen van vrede en oorlog, de konlng aan
zijn feestmaal met zijn familie. De konlng is
kenbaar aan zijn postuur, dat aanmerkelijk
grooter is dan dat van de overige aanzlttenden.
De konlng wordt dan ook genoemd .en-gat" of
„de groote man”. Rondom de familie staan
dienaren en een muzikant speelt op een harp,
terwijl achter hem een zangeres staat. De an
dere rijen zijn gevuld met dienaren en men-
aan dragen.
Poeders en tabletten zijn alléén echt, als de
verpakking voorzien is van den naam Mjjn-
hardt. Let bij het koopen daar speciaal op,
want dit alleen garandeert U de echtheid.
Werd een konlng begraven dan werd zijn
lijk op een wagen geladen en in de graftombe
gereden. Daar vond men dan het Ujk van den
konlng. het paard en de dienaren, doch het is
tot dusver niet mogelijk geweest te ontdekken,
of de menschen ter plaatse of tevoren werden
gedood. Niet onmogelijk is, dat zij zich alleen
hebben neergestrekt en daarna een bedwelmend
of vergif hebben genomen of gekregen.
Daarna zullen nog wel meerdere ceremoniën
hebben plaatsgehad, die men echter niet pre
cies heeft kunnen achterhalen, evenals men on
bekend is gebleven met de wijze waarop de gra
ven precies werden gebouwd.
Een zeer interessante vondst is geweest een
Leonard Woolley is zeven jaar lang de leider
geweest van de expeditie naar het oude Ur en
- heeft het gebied der Chaldeeën als het ware
doorgraven met spade en houweel. Hij vond
sporen van een geweldige overstroomlng, die
hij houdt voor den zondvloed. Zijn boek brengt
dan ook menige onthulling die de moeite van
het vertellen waard zijn. Voornamelijk beweegt
de schrijver zich op het gebied van den stads-
bouw. Het leven der bewoners zelf komt, al
thans in dit boek, zoo goed als niet aan de
orde, maar ook deze doode studie is interes
sant genoeg, al was t alleen omdat zij per
spectieven opent naar een oudheid, waarvan
nog zoo bitter weinig bekend was. Het vertelt
IS VOOR VISCHT ALLERFIJNSTE WAT ER IS.
Vijf en twintig
Is het nummer,
Katholieken,
Van uw Hfet,
Dat u strakjes
Bij het stemmen
In de goede
Richting wijst!
Vijf en twintig,
U onthoudt het,
Vijf en twintig,
Bovenal!
Zet, wanneer ge
Straks gaat stemmen
Flink uw stem op
DU getal!
De belangen
Van het land zijn
Voor ons allen
Van gewicht.
Uw belang ook
Is het daarom,
Afgezien nog
Van uw plicht!
Ook al hebt ge
Krap contanten.
Stem royaal op
Uw partij
Met ‘n biljet van
Vijf en twintig!
En wij varen
Wel daarbij!
MARTIN BERDEN
(Nadruk verboden)
e Engelsche geleerde C. Leonard Woolley
heeft een verhandeling geschreven, geti
teld: „Ur der Chaldeeën", de Stad van
Abraham, in het Nederlar.dsch vertaald en be
werkt door Dr. H. W. Obblnk, met een voor
woord van Prof. Dr. H. Th. Obblnk.
Ur. de stad van Abraham! Een halve eeuw
geleden was vrijwel slechts alleen de naam be
kend. Thans echter heeft men vrij nauwkeu
rige gegevens over het leven in deze stad van
duizenden jaren terug en over de bouwkunst
van het oude Ur. Lang vóór den aartsvader
Abraham bloeide in Meeopotamlë in voor-Azië
een geweldige cultuur, waarvan men eenige
tientallen jaren slechts een vaag vermoeden
had. Het boek van Woolley en niet minder de
bewerking daarvan door Dr. Obblnk, heeft veel
bijgedragen tot een betere kennis van dit oud
testamentisch land en daarmee tot de tijden
van den zondvloed en den bouw van den toren
van Babylon. Een leger van archeologen heeft
zich met deze studie bezig gehouden en de
oude beschaving werd levend gemaakt voor
ons. Zoo weet men thans, dat de periode van
Abraham een periode was van enorme inter
nationale beteekente en dat Kana&n vóór den
intocht der Israëlieten de bufferstaat was van
alle omliggende staten. Voor den Babylonischen
tijd was er nog een tijdperk dat verder terug
gaat dan 3000 jaar vóór Christus.
Ik was nergens op voorbereid, begon ze
ten slotte. Ik zat in Cambridge en had geen
flauw idee er van, hoe de zaken hier eigenlijk
stonden. Ik dacht, dat alles marcheerde zooals
het moest. Vader heeft me nooit in vertrou
wen genomen. En ik had evenmin gedacht, dat
hij zoo gauw zou sterven en zoo plotseling
Maar och, John, ik moet er jou niet mee las
tig vallen.
Ik zou je zoo graag willen helpen, ant
woordde hij. Ik ben alleen maar bang, dat ik
niet veel voor je kan doen, maar als er iets is
wat ik voor je doen kan.... dan wil ik het
dolgraag. Dat weet je toch, nietwaar?
Ik heb hier niemand tot wlen ik me wen
den kan, zei Nancy, terwijl ze in de ruimte
staarde. Vader had weinig vrienden >n de
buurt, hjj zei, dat hjj ze niet noodig had. Na
tuurlijk heb ik notaris Handy als ik wat te
vragen heb, maar die woont in Truro en verder
heb ik niemand. Zooals je ziet, ben ik zelfs op
den dag van mijn vaders begrafenis zonder
kwaad op f
Het waren j
toch maar
„Ezel die
ben!” viel Dorus
uit. „En heb je
niet in de zakken gevoeld?"
„Ja, natuurlijk, maar
„Heb je geen broche er in gevonden?"
„Neen.”
„Verschrikkelijk I Wat kreeg je voor dat Jasje?*»
„Drie gulden vijf en twintig"
Dorus zonk als gebroken op een stoel neer.
„En er zat in den binnenzak een broche die
150 gulden kostte.”
.Allemachtig! Is dat heusch waar?”
„Zeker; ik kocht ze als verjaringscadeau voor
Jou.”
„Vergeef me, Dorus, maar ik kan het niet
helpen.... ik wist het niet....” Hullend viel
z’n vrouw hem om den hals, maar Dorus zei:
„Laten we er niet langer over praten. Zeg
me liever aan wlen je het jasje verkocht hebt."
,Jk weet het niet”
„Hoe zag de kerel er uit?"
„Rossig, met een grooten, krommen neus.
HU droeg een donkere Jas en een grooten grij
zen hoed."
„Daar heb ik weinig aan; weet je niet waar
hij woont?*
„Wacht eens, hjj zei, dat, als ik nog eens iets
had, dat zijn adres was.... Ja, wat zei hij ook
weer? Laat me eens denken.... de straat be
gint met een 8."
„Neen, neenik heb hetLarsstraat.”
.Begint dat nou met een 8? O vrouw,
vrouw!”
,Jk wist toch wel dat er een s in voorkwam,"
pruilde Mina. ->
„Welk nummer?"
,4....13.... of 53!"
„Kleed je aam en ga gauw mee. We zullen
een taxi nemen en er heen rijden. Misschien
komen we nog niet te laat!”
Na een tien minuten rijden bereikten ze de
Larsstraat. Maar noch op urunmer 3, 13 of 53
woonde de rossige handelaar met den grooten
neus. Ze gaven echter den moed niet op. Ze
belden aan bij alle huizen, in welker nummer
een drie voorkwam. Eindelijk, toen ze op num
mer 31 de deur openden, die onmiddellijk toe
gang tot een groot vertrek gaf, zat daar, om-
ringd door een vUftal jongens en meisjes, de
rossige koopman.... die het oude blauwe col
bertje van Dorus aan had.
..Dat is hem. dat la hem!" riep Dorus’ vrouw,
Tot verbazing van do heele familie liep Do
rus, zonder een woord te zeggen, op t hoofd--"
van het gezin toe en greep hem met de eene
hand bij z’n kraag, terwijl hij de andere In den
binnenzak van het colbertjasje stak.
.Mijnheer, wat wilt u van m(j? Wat denkt
u wel?” riep de even onthutste als verontwaar
digde man.
„Schreeuw niet zoo hard.” aei Dorus, Jk denk
dat Ik hier mijn broche heb.”
Met deze woorden haalde hjj het fraaie fon
kelende sieraad voor den dag.
Het bleek nu dat de koopman niet wist dat
hU zoo’n kostbaar voorwerp bij zich droeg.
Geen verjaardag heeft het zuinige echtpaar
zooveel geld gekost als deze, voor welken zU
overeengekomen waren geen cent uit te geven.
-j-'vorus Vranken en z’n vrouw waren een
I 1 zuinig echtpaar. Men kon niet zeggen, dat
se gierig waren, maar over den balk
zooals men dat noemt gooiden ze bet alles
behalve. Trouwens, er was niet veel om over
den balk te gooien.
De zuinigheid van Dorus ml dan ook wel de
reden geweest zijn, dat hij voor 1 eerst op de
gedachte kwam niet meer aan hun verjaardag
te doen.
„Want," zoo zei hU tegen rn vrouw, „ons
budget wordt leder jaar door die wederzijdsche
verjaringscadeautjes leeiijk in de war gestuurd.
Bovendien, groote cadeaux. waar we iets aan
hebben, kunnen we elkaar tóch niet geven. En
daarom zou ik het maar beter vinden er heele-
maal mee op te houden.”
,4e hebt groot gelijk,” zei Mina, Jk heb pre
cies hetzelfde gedacht, maar ik wou het niet
zeggen. Want hoe leuk ik het ook vind je met
een kleinigheid te verrassen, ik vind het toch
altijd naar, dat Je voor mijn plezier zulke on
kosten moet maken. Ik geloof ook, dat het maar
het beste is er mee op te houden.”
.Natuurlijk! Ook zonder die cadeautjes we
ten we Immers toch wel, dat we veel van elkaar
houden.”
„Wel ja, dat is in orde,” lachte z’n vrouw.
De lezer zal direct begrijpen, dat er van den
verjaardag van bet echtpaar Vranken niet veel
te vertellen zou zijn, als Dorus niet, hoe dich
ter die verjaardag naderde, aangegrepen was
door een sentimenteel gevoel.
Anne Mina, arm vrouwtje,” zuchtte hij, ..zou
dan iedereen, rijk en arm, z’n verjaringsca-
deautje krijgen en JU alleen niet? Dat ik geen
zijden das en geen overhemd krUg. dat is niet
erg, want die koop ik toch als de oude ver
sleten zUn. Maar hoe zal m’n vrouw ooit eens
een of ander sieraad krijgen, als het niet met
haar verjaardag is?"
Nog langen tijd sprak Dorus met zich zelf;
zoo lang zelfs, dat hem op het laatst de tra
nen in de oogen sprongen en hij besloot, z’n
vrouw nu eens extra te verrassen. HU liep de
eerste de beste Juwelierszaak binnen en liet zich
eenige broches voorleggen. Na eenigen strijd
tusschen z’n zuinigheid en z’n gevoel viel zn
keus op een broche van 150 gulden. HU vond
bet zelf wel wat erg duur, maar troostte zich
met de gedachte, dat het nu ook werkelijk een
verrassing voor Mina zou zijn, te meer daar zU
immers niet het minst verwachtte. Daar echter
z’n vrouw voor den dag harer verjaring heele-
maal niet mocht vermoeden, dat hU de aange
gane overeenkomst niet was nagekomen, waagde
hU het niet, toen hU thuis gekomen was, het
sieraad uit z’n zak te leggen. Daarom verborg
hU het in de voering van z’n colbert en hing
deze, omdat hij zoo’n kostbaar geschenk toch
niet altijd bij zich dragen kon, in den versten
hoek van zUn kleerkast en trok 'n ander jasje
aan. HU sloot de kast en stak den sleutel bij
zich. Aan z’n vrouw, wie deze verwisseling van
costuum natuurlijk opviel, zei hij dat hij bet
oude kaal geworden colbertje niet goed meer
dragen kon.
Het zal doen? vroeg John verbaasd. Wét
zal doen?
Nancy gaf geen antwoord; de belofte die ae
haar vader gedaan had. scheen haar te heilig
om er zelfs met haar besten vriend over te
spreken. Ze wilde haar hopen en vreezen, haar
plannen en verwachtingen voorlooplg geheim
houden.
Wét doen? bleef hjj aandringen.
O. niets, John. Niets wat jou Intereesee-
ren zou.
Ik interesseer me voor alles wat jou be
treft, Nancy! Het is afschuwelijk dat ik zoo
arm en machteloos ben. Nancy, vroeg hij na
een kleine pauze, als Je ooit geld noodig hebt,
of behoefte hebt aan een vriend, dan sul je
toch'bij mij komen, Is t niet?
Ja, dat zal Ik, was het welgemeende ant
woord.
En Nancy.... als ooft»... als ooit....
HU stamelde verlegen en bleef opeens ste
ken. HU wilde haar zeggen wat zijn hart ver
vulde, haar aanbieden om haar een tehuis te
verschaffen. Maar zUn gevoel van eer weer
hield hem. Ofschoon de oude Trevanion jaren
lang op den rand van het bankroet had ge
leefd, was zU opgevoed met elschen, die hij
voorlooplg niet zou kunnen bevredigen. HU zou
haar niet kunnen geven waarop zU door haar
persoonlijkheid en opvoeding recht had, ten
minste voorlooplg nog niet. En bovendien: sou
ze eigenlijk Iets meer dan oppervlakkige vriend
schap voor hem voelen? HU was altijd be-
Loetje en Loutje wisten
niet, dat het tafellaken op
plaats erg dun was geworden en
schrokken natuurlUk erg, toen Rob
bie dwars door het laken heenviel, een
groot gat makende.
Juist kwam Ivy op het strand en
zag, wat er gebeurd was.
„Wie is verantwoordelijk voor het
vernietigen van dat tafellaken!” riep
ze boos.
„Wij zUn beiden verantwoordelUk,”
zelden de tweelingen.
„Dan moeten jullie beiden bet
tafellaken maar maken ook,” zei Ivy.
(Morgenavond vervolg), vocht
onze afspraak, en nu krijg JU niets, terwijl ik
zoo’n groot geschenk van jou krijg.”
„Och.... dat komt er niet op aan."
,4a maar.... maar wacht even, ik aal eerst
even,... m’n andere jas aantrekken."
„Welke jas.... die oude?”
„Ja, die blauwe."
.Maar waarom, die kon je toch niet meer
dragen. Ik.... ik...." stotterde z’n vrouw ver
legen.
„Wat is er? Dat was maar een grapje dat ik
hem niet meer dragen kon. Dat was In verband
met onze afspraak,” deed Dorus geheimzinnig.
.Maar laat ik nu even gaan.”
„Och manlief.... Je.... Je hoeft niet te gaan,
ik heb het jasje verkocht met nog andere af
gedragen kleeren van Je...."
„Verkocht!" riep Dorus verbaasd. .Moe kan
dat nou? Je houdt me voor den gek. Ik had den
sleutel van de kast in m’n zak.”*
,4a, maar ik heb gistermorgen, toen Je nog
sliep, den sleutel uit je zak genomen en de af
gedragen kleeren uit je kast...."
.Met to toch niet waar?”
,4a, heusch! Wat ik er voor kreeg, heb ik bU
Je cadeaux ge-
•■■■«aiiaatiMssssstsisstssstKiiiiosassssssssssassss
Toe. wees j
lofte toch volkomen werkelUkheid; het weid
een soort religie voor haar.
Op den ochtend van de verkooplng ging ae
naar „De Zwarte Stier”. Ze had haar plan agn
niemand verteld en toen ae het veilings lokaal
binnen kwam, veroorzaakte haar komst *n
heele opschudding. Het was er vol. Want be
halve een dozijn aspirantkoopers, waren er
heel wat nieuwsgierigen.
De verkoop van een huis als Trevanlon Court
was niet zoo alledaagsch. Het was een huls
waaraan een lange historische traditie verbon
den was en de hoévy kon bU behoorlUke en
zaakkundige exploitatie nog wel een opbrengst
opleveren die niet te versmaden was. Het was
geen huls dat een rijken parvenu, die de allu
res van landedelman zou willen aannemen, zou
aantrekken en aan den anderen kant was het
ook niet geschikt voor een echten landjonker.
Daarvoor was het te veel in verval geraakt en
de kooper sou moeten beginnen met een be
langrijk bedrag voor herstellingen uit te geven.
Bovendien miste het huls de meest primitieve
gemakken en er was noch gas noch electrisch
licht. Neen, geen „gentleman” zou zich er druk
op maken, redeneerden de boeren.
En als boerenwoning was het huls nog min
der aantrekkelijk. De meeste boeren zouden
verre de voorkeur gegeven hebben aan een
nieuw huls, boe leelljk en stijlloos ook, boven
wat ae als een „oud. bouwvallig kavalje" aan
duidden.
den omtrek de biljetten te zien, maar ze droeg
het met volkomen zelfbehcerschlng en nam t
kloeke besluit om zelf bjj de verkooplng aan
wezig te zijn. Ze had het gevoel, dat xe dit aan
haar vader verplicht was. Ze had niet kunnen
zeggen waarom, maar ze voelde het heel sterk.
Hoe droevig het ook was, se wilde den bitteren
kelk tot den laatsten droppel leeg drinken. Ze
beschouwde het als een deel van de erfenis die
haar vader haar had nagelaten en zij hoopte
tegelijkertijd dat ze misschien een idee zou
krijgen die haar de vervulling van haar be
lofte gemakkelijker zou maken. Ze wist wel dat
deze hoop vrijwel fantastisch was. maar dlep-
binnen in haar was de vervullng van baar be
schouwd als een droomerlge, onpracttocbe
jongen, die nooit succes in de wereld zou heb
ben, tenminste niet wat de menschen succes
noemen.
En zoo bleven de woorden, die hem op de
lippen lagen, onuitgesproken en toen hjj een
paar minuten later wegging was het met de
herhaalde verzekering, dat zjj onder alle om
standigheden op hem rekenen kon.
De volgende week werden in de heele streek
biljetten aangeplakt dat het huis en de pacht
hoeve, bekend als Trevanlon Court, publiek
zou verkocht worden in .De Zwarte Stier”, in
het stadje Tolgarrick. op Woensdag 15 Juni,
terwijl de Inboedel zou worden geveild den
Donderdag da.v. in het huis zelf, waarbij ook
de levende have en de landbouwgereedschap
pen onder den hamer zouden komen.
*t Deed Nancy onuitsprekelijk pijn overal In
De sporen In den- grond bewijzen, dat daar
eenmaal hutten hebben gestaan, vervaardigd
uit een houten geraamte, dichtgemaakt met
gevlochten riet en gestampte aarde. Steenen
gebouwen waren er nog niet. De rieten matten
zijn geheel verteerd, maar de lijnen, die zij
volgden, hebben duidelijk sporen achtergelaten.
Dit soort hutten komt trouwens nog voor in
Irak, waaruit weer eens bet bekende „conserva
tisme” van Azië spreekt. De bewoners van Ur
hebben ook deuren gekend, die zelfs op onze
moderne deuren lijken. Zij bestonden utt een
stevig houten raam, met een rieten mat be
dekt. Ook potten werden gevonden, groen, geel
en zeer kleurig en uit de vormen blijkt, dat de
pottenbakkers uitstekende vaklieden waren met
een fijnen zin voor een fraaien vorm. Men twij
felt er aan of het metaal al bekend was. Zoo
Ja, dan werd het in ieder geval niet of bij hoo
gt uitzondering gebruikt.
De bewoners van Ur verbouwden koren en
hielden schapen en runderen. Dit laatste kan
men opmaken uit Bet feit, dat het vlechtwerk
van hun huizen met meet was vermengd. Ook
hebben zij, blijkens enkele terra-cottobeeldjes,
de primitieve boetseerkunst gekend. Vermoede
lijk hebben zjj ook stoffen kleeren gedragen,
hetgeen men kan afleiden uit resten van spin
rokken en uit gewicht-steenen van weefge
touwen. Men heeft zelfs luxe dingen gevon
den in den vorm van kralen van edelsteen,
witte kwarts, kornalijn en lavaglas en dit alles
in tamelijke hoeveelheden.
gevraagd. Natuurlijk kan ik er
zoo heel lang blijven, maar het zal toch
genoeg zijn om op mijn gemak te
overleggen hoe ik het zal doen.
vrienden en zónder tehuis. Dat wil zeggen
zoowel de oude als de jonge Jack hebben me
de voorwaarde genoemd, waarop ik hier kan
blijven.als ik wil!
Ze lachte bitter.
Als ik niet zooveel verdriet had, ging het
meisje voort, geloof, ik. dat ik het als een goe
den mop zou kunnen beschouwen.
John Trefry begreep wat ze bedoelde. De
aspiraties van den jongen Jack ten opzichte
van Nancy Trevanlon, waren in de buurt geen
geheim.
Je wilt toch niet zeggen, dat hij de bruta
liteit heeft gehad om aan zoo iets zelfs maar
te denken, laat staan er over te praten!
Waarom? zei het meisje bitter. Hij bezit
practlsch gesproken Mies en
Maar dat moet je niet doen; dat mag je
niet doen! riep John verschrikt; dat zou hei
ligschennis, dat sou een misdaad zijn! O, ik
wilde dat ik Je toch helpen kon! En wat ben
Je verder van plan? vroeg hjj na een pauze op-
nieuw.
Wat kto ik doen?
Dat in elk geval niet..., alles behalve
oAt! Beloof me dat je het niet zult doen. KUk
eens, Nancy; ik heb een paar honderd pond
overgespaard en
Neen John, viel ze hem in de rede. Ik
vind het vreeselljk lief van je. maar dat kan ik
niet aannemen. Bovendien is het niet noodig.
Maar beloof me dan dat Je hetvoor
stel van Jack Beel niet zult aannemen.
Ik was nog liever dood.... nu weet Je
het! Maar ik ben in elk geval van plan zoo
lang mogelijk hier te blijven.
Hoe bedoel Je?
Wel, het huis wordt verkocht, de meubels,
alles; ik ben van plan te blijven tot dat ge
beurd is. Zoolang de plaats van mij to, al to het
dan ook alleen maar in naam. wil ik er nog
zooveel mogeljjk aan hebben.
Dat ben ik volkomen met Je eens, zei de
jonge man gretig. Maar daarna, Nancy, wat ga
je dkn doen?
Er kwam een afwezige blik in haar oogen.
Dat weet ik nog niet, zei ze aarzelend.
John Trefry kwam vlak bij haar staan; hij
scheen een wanhopig besluit genomen te heb
ben.
Nancy, zei hjj een beetje stamelend, ik
maar een arme kerel die niet veel in de
melk te brokkelen heb en ik ben bang dat ik
nooit veel zal presteeren in de wereld, maar..
Het meisje liet hem niet uitspreken.
Ik denk, zei ze. dat ik de invitatie van
ren oude schoolvriendin zal aannemen. Die
had me al zoo vaak gevraagd om te komen lo-
geeren, maar ik heb me er altijd zoo’n beetje
afgemaakt. Vanochtend kwam er weer een
ultnoodiging en ik denk dat ik het nu zal aan
nemen.
Hoe lang blijf Je weg?
Dat weet ik niet. Ze heeft me voor onbe-
paalden tijd
niet
wel lang
Omtrent de behandeling der dooden heeft
men ontdekt, dat de lijken begraven werden
op de .Zijde liggen en met opgetrokken knieën,
terwijf He handen voor den mond werden
gebracht. Tusschen de knieën en den mond be
vond zich een beker, terwijl het lichaam omge
ven was door bekers en schalen, die eenmaal
gevuld geweest zUn met vruchten en ander
voedsel en drank. Bovenalen vond men de ge
reedschappen die de doode tijdens zijn leven
gebruikte. Het lichaam werd zonder kist, of
ander omhulsel in het graf gelegd, vermoede-
d:jk gekleed in de gewone kleeding van alle
dag. Men deed dit waarschijnlijk uit de over
weging dat de dooden in het andere leven de
zelfde behoeften zouden hebben als in het le
ven op aarde. Uit de opgetrokken knieën leidt
men af, dat men met deze houding de hou
ding van een slapende wil aandulden.
De eerste dynastie van Ur dateert van een
paar eeuwen vóór 3000 Jaar vóór Christus. Mis
schien heeft een nieuw ras tusschen de eerste
en de tweede periode van Ur het oude verdre
ven. Vondsten in het nabije Tell-Obeld doen
dit even vermoeden, doch maken deze veron
derstelling niet noodzakelijk. In de omgeving
van Ur heeft men kleitabletten gevonden,
waarop een beeldschrift voorkomt, bestaande
utt afbeeldingen van dingen en voorwerpen
waarover men iets te zeggen had. Langzamer
hand veranderen die teekenlngen, en werden
zij een soort teeken, dat een bepaalden klank
voorstelt. Vermoedelijk is daaruit het latere spij
kerschrift ontstaan. Op een diepte van meer
dan vjjf meter vond men een steen, die een
bouwsteen moet geweest zijn van gebakken klei.
Deze steenen tyulden, al naar gelang het tijd
perk waarin zij gebruikt werden dezelfde af
metingen. Vermoedelijk to zelfs bfj den Zond
vloed een gebouwde stad aanwezig geweest.
Over de graven van Ur vermeldt de schrij
ver de vondst van graftomben, die vermoede-
UJk in latere Jaren werden beroofd. ZIJ waren
gebouwd in- kalksteen en daar men in Mesopo-
tamlë geen kalkformaties kende, moet deze
steen van elders zfjn aangevoerd. Men neemt
aan. dat deze kalksteen werd gebruikt om een
gewelf over de graftombe te bouwen. De tom
be bestond uit twee kamers, een die lang en
smal was en een die vierkant was. De deur, die
toegang gaf, werd na de begrafenis met ruw
metselwerk dichtgemaakt. Hoewel men enkele
sieraden. Ingelegde harpen en kunstvolle speel
borden in de graven heeft gevonden, neemt
men toch aan, dat de bewoners van Ur niet
zooveel rijkdom in de graven legden als de
Egyptenaren dit hebben gedaan. Mannen wer
den begraven in een volledigen tooi Kralen van
lazuur en kornalijn met gouden hangers wer
den om het hoofd gewonden. Oorringen en
zware halsketens en zilveren kannen werden
niet vergeten. Het lichaam lag plat uitge
strekt met het hoofd naar den muur. De graf
kamers van hooggeplaatsten waren natuurlijk
rijker en soms was hun lijk omgeven door tal
rijke andere lijken. Een hooge vrouwe lag op
een baar, waartegen de lichamen van twee
dienaressen gehurkt zaten, een aan het hoofd,
een aan de voeten. Veel voorwerpen van goud,
zilver en edelsteen omgaven de lichamen. Een
bepaald soort scherven, die kleur afgeven,
werd steeds aangetroffen in vrouwengraven,
hetgeen moest beteekenen, dat deze scherven
tot de schoonheidsmiddelen uit dien tijd be
hoorden. Het grootste gemeenschappelijke graf
dat gevonden werd bevatte de lichamen van t
mannen en 68 vrouwen.
nl van de opgravingen in Ur gedbrende de
laatste Jaren en alle wetenschappelijke gevol
gen daarvan. De Inhoud van het boek werd in
de Nederlandsche bewerking echter sterk ver
rijkt door talrijke toevoegingen "an den ver
taler.
De stad Ur lag in de vruchtbare streek tus-
schen Tigris en Eufraat, het land dat grenst
aan Babylonlë, welks hoofdstad Babylon was.
Beide rivieren, Tigris en Eufraat stroomen uit
in de Perzische Golf, die, naar men moet aan
nemen ten tijde var Ur ongeveer honderd kilo
meter noordelijker het land Indrong. Nog iets
hooger dan daar, nj. op de plaats die het mid
den vormt tusschen de huidige Perzische GoM
en de stad Bagdad, lag de stad van Abraham.
Ur was met de zee verbonden door een ka
naal, gegraven door den grooten architect
Rlmsln van Larsa, althans ongeveer in 1970
vóór Christus, die den loop van de rivier kana
liseerde en daardoor aan Ur goed water ver
schafte. De stad zelf had, evenals het latere
Venetië, een ultgeb.-eid kanalencomplex, dat
de betrekkelijk dorre streek tot een vruchtbaar
land maakte. De bewoners van Ur, althans die
uit de latere periode, hebben steeds in de mee-
nlng geleefd, dat hun stad bestond sinds de
schepping van de wereld. De eerste Konlng
„Cannes”, uit de zee voortgekomen, zou den
bewoners de wetenschap en de kunst hebben
.bijgebracht. Maar historie to dit allerminst,
hetgeen reeds blijken kan uit de veronderstel
ling. dat de opeenvolgende koningen, die vóór
den Zondvloed hebben geregeerd, een regee-
ringsperiode van 21 duizend tot 72 duizend Ja
ren zouden hebben gekend! De dynastie van
Ktoj zou 23 koningen hebben gehad, die sa
men ruim 24000 jaar geregeerd hebben. Daar
op volgde dan de dynastie van Uruk met 12
koningen en 230Ó regeeringsjaren en vervol
gens de eerste dynastie van Ur met 5 konin
gen In een totale regeerlngspenode*van 177 jaar.
Dit laatste klinkt aannemelijk, doch minder
aannemelijk is, dat onder deze koningen van
Ur góden en half-goden voorkomen. Telt men
de regeeringsjaren van vóór den vloed samen,
dan komt men tot het verbijsterend getal van
450.000 Jaar. Maar wel concludeert Woolley
uit deze, overigens onaannemelijke getallen,
dat de periode vóór den Zondvloed veel langei
is geweest, dan de wetenschap tot dusver aan
nam.
Tijdens de opgravingen in Ur heeft men ver
schillende grondlagen blootgelegd, waarvan de
onderste natuurlijk de oudste is. Zij bevat de
overblijfselen van de cultuur die daar heeft
bestaan, maar nog is men niet op de oudste laag
aa.ngpla.nri
schen, die gaven en geschenken
Zoo to een paneel dus te verdeelen in drie onder
elkaar liggende strooken. die leder de hier
boven genoemde voorstellingen vertoonen. Ook
op de andere paneelen, waarvan een den oor
log voorstelt, is de konlng te herkennen als ie
grootste van het gezelschap. Zeer Interessant
is de voorstelling van het optrekken der strijd
wagens. De achterste wagen bevindt zich voor
de gevechtsllnie. De ezels, die den wagen trek
ken. stappen rustig voort, terwijl de strijder
even rustig achter op den wagen staat. Daar
op vclgt een wagen die zich in de gevechtsllnie
bevindt en de ezels zijn wild geworden, ter
wijl de strijder speer en schild paraat houdt
tot den aanwl. De daarop volgende wagens zijn
volop in het oorlogsrumoer aangekomen. De
ezels vliegen over het veld, dat met lijken be
zaaid is. De strijder werpt zijn speer of grijpt
een nieuwe; kortom, we maken zoo realistisch
mogelijk een veldslag mede. Niet alleen heeft
dit schilderij artistiek, maar ook historisch
groote waarde. Het toont nl. vrij duidelijk de
kleeding der menschen en geeft een kijk op
de indeeling van het leger. Het bewijst nl. dat
de strijdwagens, waarmede de Kanaënleten in
de dertiende eeuw vóór Christus de Israëlieten
aanvielen minstens vijftien eeuwen vroeger be
kend waren, zoodat de .JStandaard van Ur”
een enorme les heeft gegeven van de ge
schiedenis der oudheid, die reeds dertig eeuwen
vóór Christus leefde....