EEN LEVEN VA N LIJDEN EN BERUSTING Sint Liduina van Schiedam Wereldberoemd 4 HO ml b - BIJ HET ZIEKBED VAN LIDUINA Haar eeuwfeest DE ONUITPUTTELIJKE GELDBEURS Lijden om de zonden der wereld De Heilige Liduina wordt in een visioen door Maria gekroond Naar Fr. Bruno Qroehendaal De Haagsche geneesheer Godfried met zijn zoon Willem e.a., op ziekenbezoek. De Heilige Liduina Met den Engelbewaarder naar het Heilig land De beurs van Jesus en Haar liefde tot dearmen ■IR® LIDUINA’S VISIOENEN 1 I - Foto RebersrOeaajegtraat, Schiedam Een Nederlandsch figuur in de rijen der gelukzaligen r I 1 O F ite c b Haar dood De zeventien-jarig 1 hierbij aanwezig. di di wel als het rumoer, zü blind. Maar alle B d C b k d n I I i I 1 1 1 1 I I i i 1 i 1 I I e t e ii k Foto Rebers, Oranjestraat, Schiedam m Zi u hi te E« de de m w m ba Zi Te de re P» en Al Ta fei 1 «tl he Hjl Ru me gei he gai onl die we: we: dai de lar k B» nie er va al te Ma der «in trii de wel tie gro Z m Ter rui! nee Int der doe gro ber nee Teli B» der Ine Boi als mt KIe var der beh len Tra D »an ken bia< de had het hav R •Ha wet Naar Fr. Bruno Groenendaal De zieke maagd van Schiedam was reeds ge ruimen tijd een voorwerp van studie geworden voor de theologen. Een geleerde Dominicaan bezocht haar en stelde haar eenige vragen om trent de H. Drievuldigheid, welke alle docr Liduina met groote wijsheid werden beant woord. Korten tijd daarna deelt zij haar pas toor mede, dat hij spoedig zal sterven. De ver schijningen van engelen volgen elkaar regel matig op en eindelijk krijgt sy een voorgevoel van haar eigen dood. Toen haar eenmaal be kend was. dat zij zou sterven, verzocht zij alleen gelaten te worden in het uur van haar dood. Dit geschiedde op den derden Paaschdag in 1433 des namiddag om drie uur, in den leeftijd van 53 jaren, waarvan zij 38 jaar had geleden. Ziehier, zeer irf het kort, de levensloop van de H. Liduina verteld. Zeer in het kort inder daad, want een volledig overzicht kan alleen een boek geven. Zulk een boek is juist pas verschenen In de stad »n Liduina zelf. Schle. dam. bij de uitgeverij „Vox Romana”. Aan dtt boek ztfh ook enkele illustraties op deze blad zijde ontleend. Het ia hgt boek van Joannes Brugman. „Het Leven der Heilige Liduina", ver taald en bewerkt door O. A. Meyer OP, "her zien door P. Pr. A. van Dijk van dezelfde orde. heel onopgemerkt aan haar omgeving voorbij gaan. Wanneer Liduina In vervoering was ge raakt, glansde vaak een hemelsch licht van haar uit en een zoete geur verspreidde zich in het kamertje- Dit alles was zoo duidelijk in' tegenspraak met haar afzichtelijke -wonden, dat de omstanders door een heilige vrees werden aangegrepen. Een van haar schoonste visioenen viel in den Kerstnacht van 1428. Zij zag de H Maagd, omgeven door duizenden heiligen en engelen. Boven allen schitterde de Moeder Gods en dit hemelsche tafereel was volgens, haar latere verklaring met geen woorden te beschrij ven. Deze vervoering werd bijgewoond door een arme vrouw, Catharina genaamd, die haar huisje door een brand verloren en nu om on derdak had gevraagd aan Liduina. Ook zij werd één enkel oogenbllk door den hemel seinen glans begunstigd en dit trof haar zóó, dat zij dagen in hemelsche gedachten ver zonken bleef en geen eten of drinken noo- dig had. De brand, die ox het huisje van Catherine vernield had, was reeds geruimen tijd te voren door Liduina voorspeld. Daarom had zij planken ge reed laten zetten, waarop zij moest ver voerd worden als de brand ook haar huis zou aantasten. Men schreef den brand toe aan de zonde van een slechte vrouw Hosa Ooswijns genaamd, die in haar zonden was gestorven en een pries ter, Joannes van Brest, vroeg Liduina of zij den huldigen staat van de zondares kende. De Maagd smeekte toen God, dat Hij den priester zou openbaren wat hl! vroeg en deze kreeg een vlzloen, waarin hij de gestorven vrouw aanschuwde in de Hel in gloeiende ketenen geklonken. bereikte ook Liduina, die dezen dag haar leven lang niet vergat. Aanvankelijk had Liduina nog wel eens aard- schen troost gezocht (maar niet gevonden) doen spoedig zou zij uitsluitend om hulp vragen bij haar hemelschen Bruidegom en deze hulp zou zij overvloedig ontvangen. Zjj communiceerde vaak en doorleefde daarmede bet diepste ge luk. De visioenen vermenigvuldigden zich en meer en meer werd zij een instrument in han den van God. Soms duurden haar geestesver- rukkingen geruimen tijd en in den geest be zocht zij den Hemel, het Paradijs, t Vagevuur en de Hel. Ook bet H. Land, de stad Rome ec verschillende kloosters kende zij nauwkeurig door de visioenen. Meermalen werd dit bewezen door onthullingen die zy deed. Zoo gebeurde het eens dat een jongeling, zonder zijn ouden te waarschuwen, in een klooster was ingetre den. De vader, niet wetend waar zijn zoon was. bezochk Liduina en riep haar hulp in. Stom verbaasd vernam de man, dat zijn zoon in een klooster was gegaan bij de Karthuizers. Nog een voorbeeld: een jong kloosterling kwam bij Liduina op bezoek en hoorde zijn naam ter begroeting noemen, hoewel Liduina hem niet persoonlijk kende. Op zijn vraag, hoe zij zijn naam kende, antwoordde zij.De Heer heeft bet mfj gezegd.” De zielsverrukkingen die de Heilige beleefde manifesteerden zich ook in het lichaam. Liduina zelf openbaarde enkele malen, dat z<j soms bij geestvervoeringen baar lichaam van de legerstede voelde oprijzen. Vaak gebeurde het dat de zieke uit een ver rukking tot de alledaagsche werkelijkheid te rugkeerde. overdekt met wonden. Eenmaal ver oorzaakte een geestesvervoering een gezwollen voet. Zij liep In extase aan de hand van een engel door schoone dreven, doch op het gladde pad kon zij niet staande blijven en zij gleed uit. Toen zij uit haar sluimering ontwaakte, was haar voet gezwollen en dagen lang leed ty daardoor de hevigste pijnen. Soms ook trad Christus zelf haar kamertje binnen om als een koning met haar aan tafel aan te zitten ea haar met hemelsche spijzen te overladen. Al deze wonderdadige dingen konden niet ge- e H. Liduina werd geboren op Palm- j 1 Zondag 18 April 1380. Haar vader. Peter genaamd, was een Duitscher van af komst. gesproten uit een adellijk geslacht. Op een dag zou een aanzienlijk inwo ner van Schiedam een feestmaal aanrlchteu, waarop ook de magistraat was genoodigd. Deze was kort te voren bij het zieke meisje op bezoek, dat hem vroeg het vet van een der gebraden vogels voor het feestmaal te mogen ontvangen om daarvan een pleister te maken. De magistraat bracht het verzoek over, doch de gastheer weigerde, waarop Liduina voor spelde, dat de muizen al bet vet zouden ver slinden. Inderdaad geschiedde dit en zoo be leefden de inwoners van Schiedam meerdere malen wonderdadige gebeurtenissen, waarin zy de tusschenkomst van den Hemel zagen. Allengs werd het lijden van Liduina overal bekend en zoo geschiedde bet, dat Graaf Willem en zijn gemalin hun hofarts, Godfried van Den Haag, naar Schiedam zonden om de zieke te behandelen. Deze beroemde geneesheer liet de wonden wasschen met een speciaal water, dat hij door een geneesheer te Keulen ontving en de wonden sloten zlqh Inderdaad. Maar nu kwam in alle felheid de waterzucht opzetten en deze ziekte belette haar het eten en drin ken en meestal het slapen, hoewel zij steeds door en door vermoeid was. De slaap overviel haar alleen als hij niet welkom was, b.v. wan neer zij onder de H. Mis den heiligen dienst in den geest volgde. Dit geschiedde niet enkele malen, doch voortdurend. Alles deed haar pijn, het licht zoowel als de duisternis, de stilte zo<>- Aan een barer oogen was lijden droeg zy heldhaftig en zij smeekte God om nog méér smarten, om daardoor zondaars te kunnen redden en zielen uit het vagevuur te verlossen. Sinds men vernomen had, dat Liduina de ziekten van andere menschen kon genezen, stroomden de ongelukkigen van alle kanten toe en Liduina hielp temidden van haar smarten en haar uitputting en bij dit alles bleef zij nederig en ootmoedig en beschouwde zich als een zondares. In bet jaar 1403 verloor Liduina haar moeder en haar liefde tot God werd er te vuriger om. De weinige sieraden, die de moeder haar nage laten had, moest zij verkoopen en zij verviel tot de uiterste armoede, maar haar heldenmoed werd er niet minder om. In dien tyd kreeg zy Foto Rebers, Oranjestraat, Schiedam bezoek vKn een priester, die haar in een visioen had gezien. Zij voorspelde hem. dat hü op den eerstvolgenden Pinksterdag zou sterven. Kort daarna werd Jèae priester. Pater Wermbold utt Utrecht, ziek en stierf op den dag, dien Liduina had voorspeld. De armoede had Liduina's vader gedwongen nachtwacht te worden. Hij weigerde de aal moezen, die Liduina ontving, met haar te dee- len. Op een avond, toen Peter van huis was. had een broer van Liduina een brandende kaars bij het bed van bet zieke meisje neer gezet. Op het oogenbllk. dat het meisje In ver- voerihg was, viel de kaars In het stroo van haar bed, dat spoedig in lichter laaie stond. Liduina echter vreesde geen oogenbllk en sloeg met een kalm gebaar de vlammen uit. Haar bed was verbrand, maar zy zelf bleef geheel ongedeerd. Liduina's vader overkwam op een nacht een ernstig ongeluk, doordat zijn rechter-voet be vroor, waardoor hü niet meer in staat was zijn taak te vervullen. Maar in die dagen kwam Graaf Willem met zijn gemalin Margaretha naar Schiedam erf toen hij vernam in welke behoeftige omstandigheden de man verkeerde. Het hjj hem een bedrag aan geld bepalen, dat hij jaarlijks noodlg zou hebben. Peter vroeg slechts twaalf kronen en die werden hem jaar lijks gegeven, tot de aandacht van het Grafelijk Hof begon te verflauwen. Tntusschen kon Peter althans in zijn grootste behoefte voorzien. Hoe wel hij zeer gebrekkig was, ging hij toch zoo veel mogelijk naar de kerk. Maar op een avond, toen hij. in weerwil van de waarschuwingen van zijn dochter, naar de Vespers ging, ont moette hjj in de gedaante van een vriend den duivel, die hem meetroonde buiten de stad en daar dezen ouden gebrek- klgen man in een gracht wierp. Een boer, die toevallig voorbij kwam, redde, den oude en bracht hem op een wagen naar huis. Intusschen verspreid- de zich het lllflIlllllllllUHIllllllllllllimilllHIIHIIIIIIIIHE I num het water geslingerd door een plotseling op komenden rukwind. Een ander werd onderweg krankzinnig. Een derde sneuvelde in .den zee slag bij Brouwershaven en de vierde werd docr i een beroerte getroffen en verloor zijn spraak. Hjj stierf nadat hij door een teeken met de i hand en met het hoofd te kennen had gegeven. dat hjj berouw had over zijn schandelijke daad. De brand waarvan hier sprake was, ver- i woestte een groot deel van Schiedam. Voor het i buisje van Liduina echter doofden de vlammen. Kort daarna kreeg zjj hevige benauwdheden en koortsen, zy kon niet om hulp roepen en i het stokje, waarmee zij het gordijn van haar bed placht weg te schuiven, was in den nacht van den brand zoek geraakt. Nu verscheen haar een engel, die baar beloofde een beter stokje te zullen brengen en in den nacht keerde hij terug, legde een stok naast haar en verdween. Liduliuk wilde den stok grijpen, doch deze was haar veel te zwaar en bovendien was hjj knoes tig en ruw. Zjj verzocht daarom den volgenden 1 dag een timmerman den stok af te schaven en deze bespeurde aan het schaafsel een zoeten geur van cederhout. Hij verzamelde de krullen en het zaagsel. Hjj bracht den stok terug en vroeg aan de zieke, hoe zjj aan den stok ge komen was, waarop zij antwoordde, dat xaj hem van een engel had gekregen. Eenige dagen later verscheen de engel weer en zeide bast, dat de stok zou gaan bloeien en uit bet Paradijs afkomstig was. De geur, dien de stok verspreid de hield op een dag plotseling op, toen een man van sledhten levenswandel hem had aange raakt. ■g 1 UIIIIIHIIIIHIIIIIIIUIIIIIIHII lil De schoonste en edelste vorm van heldenver eering, die een volk aan den r dag leggen kan, is de vereering van de rjnationale heiligen. doch tot armoe vervallen. Toen hij zich !r> Schiedam had gevestigd en door hard werken in zijn onderhoud kon voorzien, huwde hy een meisje uit Kethel. Petronella genaamd. Hun eerste dochtertje kreeg den naam Lytwijt ilatijn: Liduina), hetgeen men sou kunnen „vertalen" door „die veel moet lijden*'. Haar geboorte had plaats op het oogenbllk dat in de naburige kerk de Passie des Heeren werd ge zongen. Juist in die dagen was er in Schiedam een man. die een beeld van O. L. Vrouw te koop aanbood en daar hjj geen succes had naar Ant werpen wilde reizen om daar zijn geluk te be proeven. Toen men het beeld echter naar het schip wilde brengen, was het met geen moge lijkheid van den wal te krijgen. Toen hebben de kerkmeesters van de Schiedamsche 3t. Janskerk het beeld gekocht en het een plaats in de kerk gegeven. Dit beeld was het dat Liduina als kind steeds een bijzondere vereering toedroeg. Haar gewoonte was om na schooltijd nog even de kerk binnen te gaan en voor het beeld te bidden. Toen haar moeder eens aanmerkingen maakte op haar laat thuis komen, werd haar verstoordheid direct verdreven door het motief, dat Lijtwijt voor haar gedrag gaf. Het meisje was met een bijzondere schoonheid begiftigd en deze ulteriyke charme trok reeds spoedig de aandacht van de JongeHeden uit haar omgeving. Nauwelijks dertien jaar oud kreeg zij reeds huwelijksaanzoeken, die door den vader werden aangemoedigd. doch door de moeder bestreden. Liduina zelf gaf te kennen, dat zij niet aan een huwelijk dacht en dat zij als men haar zou wil len dwingen, maat regel ij zou nemen om aan haar schoonheid een einde te ma ken. Zjj bad God, dat zij van alle aard- sche liefde zou bevrijd blijven en het wonder voltrok zich in dit bevallige meisje: haar schoonheid zou vergaan en ■plaats maken voor een terugstootende leelykheld. Er bestaat een zeer bekende houtsmede, voorstellende den val van Liduina op het ijs. het begin van haar lijden en de eerste phase van haar lichamelijk ver val. Zij was vijftien jaar, toen dit on geluk plaats had. Met eenige vriendin nen reed zfj rustig op de schaats, toen zij met een ander meisje in botsing kwrfm en op het ijs neerviel. Een rib in haar rechterzijde was gebroken. Na eenige dagen ont stond *n gezwel en kosten noch moeiten werden gespaard om de wonde te genezen. Het hielp alles niets. In weerwil van haar sterken geest, liet Liduina .die toch eigenlijk nog een kind was, zich door haar pijnen en haar droefheid over meesteren en op een avond, toen haar vader bij haar bed kwam, sprong zjj op om zich In zijn armen te werpen. Bij deze beweging brak de wonde inwendig open en haar lijden werd met den dag erger. Na geruimen tijd kon zij zich echter weer met behulp van krukken behelpen. In dien tijd vertoonden zich eenige boven- natuurlijke teekenen, die met het lijden van Liduina In verband stonden. Op een dag waren in de omgeving van haar huls twee mannen slaags geraakt, waarvan er een het huls binnen vluchtte. De achtervolger kwam eveneens binnen en vroeg aan Liduina s moeder, of zijn vijand bij haar- was. Zjj ont kende en hij ging het kamertje van Liduina binnen en vroeg ook aan haar, of zjj een man had gezien. Het meisje antwoordde bevesti gend en de' moeder gaf haar een slag in het gelaat. Ma^tr Liduina antwoordde, dat de waar heid den man aeker zou helpen en inderdaad: de indringer, die tegenover zijn vijand stond, zag hem niet en verdween. Toen herkende de moeder de hand Gods en dankte .Hem in alle nederigheid. Liduina bleef bedlegerig, at en dronk weinig en was tenslotte tevreden met een enkel glas Maaswater per dag. Maar dit water, waaraan zij eb en vloed herkende, had O. L. Heer een zoeten smaak gegeven, die weldadig aandeed. Nog later zou Liduina blijven leven zonder spijs of drank. In den loop der jaren breidde de wonde het zieke lichaam zich uit en nieu we wonden groei den open, die het arme lijf afzichtelljk J maak- ten. ■w "v eze week wordt het eeuwfeest gevierd I 1 van een Nederlandsche vrouw, die niet door staatsmansbeleid of krijgsgeweld zich eeuwigen roem heeft verworven, maar door de „Godgelatenheid en stilte’’, die de Vader in den hemel waarder schat dan offergeur en wierookvat. De schoonste en edelste vorm van heldenvereering, die een volk aan den dag leggen kan, is de vereering van de nationale heiligen. De helden des vaderlands kunnen ons recht geven of> zekere dankbaarheid, ze kun nen door hun natuurlijken moed, hun natuur lijk beleid ons ten voorbeela strekken, de hei ligen des vaderlands beteekeneh veel meer. Ze geven niet alleen recht op dankbaarheid, maar we zijn onze voorspraak bij God. Ze toonen ons r niet alleen een hoog ontwikkelden natuurlijken aanleg, ze zijn onze gidsen en voorbeelden in het bovennatuurlijke leven. De heilige Liduina van Schiedam, die haar naam dankt aan haar vele lijden (Lijde-wijd. of Lldewide. zooals de middeleeuwer het ult- sprak) is een bjj uitstek Nederlandsche figuur in de rijen der gelukzaHgen. Het is alsof de Voorzienigheid haar Nederlandse!) karakter blj- ■onder wilde doen uitkomen door haar levens loop zóó te bestieren dat wij in i)et verhaal van haar heilig bestaan dadelijk iets vertrouwds voelen. Als Jong meisje gaat ze schaat sen. Ze valt op het ijs. Een ongelukje, dat leder Nederlander kent! Maar voor Liduina wordt, dit ongeluk het begin van een nieuw leven. Niet in de plechtige openbaarheid zal zij haar triomfen vieren, maar in de besloten stilte van het Hollandsche binnenhuis. De Ne derlander heeft een sterk organisch familie leven. HU is van nature meer teruggetrokken en huiselijker van aard dan andere volkeren. Deae eigenschappen worden als het ware ge adeld door de verheven huiselijkheid der hei lige Liduina. Men mag haar vereeren als de heilige van het Hollandsche binnenhuis. Deze vereering moet echter niet uitsluitend bestaan in een dadenlooze bewondering van Lidulna's lijden. De heiligen zijn ons gesteld tot voorbeeld. Zeker, men zegt wel eens van eenige heiligen, dat hun 'even „jiotius admt- randa quam imitanda” is, eerder te bewonde ren dan na te volgen en in zekeren zin geldt dit gezegde ook voor onze Nederlandsche hei lige, maar de navolging eener heilige ligt niet in het beleven van dezelfde omstandigheden, maar in het beoefenen der zelfde deugden. De meest opvallende deugd van Sint Liduina is het geduld in lijden, maar dit christelijk ge duld is het gevolg van een andere deugd; na melijk van haar vurige liefde tot den Bruide gom der reine zielen. Uit Uefde tot Jezus HJdt zij en neemt zij geduldig alle lijden op zich. Uit liefde tot Jezus maakt zjj zich een slacht offer der zondaars voor zoover het aan een mensch gegeven is. mede te boeten voor de zonden der menschen. Hierin wordt zij gelijk vormig aan baar beminden Jezus. En terwijl zij uit liefde tot Hem baar lijden geduldig verdraagt, vervult deze eenvoudige volksvrouw een hooge roeping: zij wordt het voorbeeld barer volksgenooten in geduld en Uefde. Wie haar leven overweegt, zooals het ons door de vrome geschiedschrijvers is medege deeld. ziet een schat onthullen van deugden, waarin wij Liduina kunnen navolgen, ook ai zijn wij niet gedwongen op het ziekbed te lig gen. ook al wordt van ons niet zttayeel lijden gevraagd als van deze moedige en groote Ns- derlandsche beUige. In 1425 kwam Philips van Bourgondlë met een groote legerschaar naar Hol land. Hjj onderwierp vele steden en kwam ook in Schiedam en eenigfe solda ten bezochten de woning van Liduina. Zij verdreven den pastoor die aanwezig was en begonnen de maagd te bespotten Zü rukten het gordijn van het bed en brachten het ondraaglijk Ucht van een kaars bij het gelaat van de zieke, beddelakens trokken zij weg. doch een nichtje van Liduina, Wierp zich tusschen gerucht, dat Peter verdronken was en dit nieuws de mannen en het bed. Het kind werd geslagen en getrapt en bleef haar heele leven kreupel. Met afschuwelijke scheldwoorden werd Liduina in haar reinheid beleedigd en zij sloegen zelfs de hand aan dit maagdelijk lichaam. Drie nieu we wonden werden haar toegebracht, oude won den werden opengereten en het bloed vloeide. Liduina verdroeg dit aUes gelaten en zeide, dat de mannen hun straf niet zouden ontgaan. Zü echter verdwenen razend en vloekend. Op denzelfden dag dat de Hertog vertrok werd een der booswichten op het schip in de haven van stuurboord naar bakboord en daarna in I I

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1933 | | pagina 4