u&faal aan den Aag
De grootste vrek van zijn tijd
iet Erfdeel
H
Det/bc/ie.f(aelle
ROBINSON CRUSOE’S AVONTUREN
f3000.-
Alle abonné’s
Wïe stevig in zijn schoenen wil staan
Hij trekke ROBINSONschoenen aan
(ingezonden Mededeeling).
DONDERDAG 4 MEI
MARKIES D’ALLIGRE
Vrek en millionnair
De hiërarchie der Kerk
De „Royal Academy”
Rotsen van Gibraltar
Een Bisschop mis
handeld
i Het potlood-
i - i
De man die Parya op stelten zette
door dertig testamenten na
te laten
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UIT ERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
■Ss
*5
1
(Naar het Engetech van Edward Cheltenham)
aoo arm als hü gekomen
MARTIN BERDEN
Robbia had
een tros bananen ge
plukt. om ae
er meer had dan hij
vond, dat hij
noodlg had.
Toen hü een troep aardmannetjes
zag, legde hü de rest van de bana
nen over een tak en zeide den aard
mannetjes. dat zü de vruchten moes
ten zien te grijpen.
Doch Robbie had de bananen zoo
hoog gelegd, dat Topsy zei: ,,Ze zul
len nooit zoo hoog kunnen reiken”.
Robbie wilde de bananen wat lager
leggen, toen hü zag. hoe de aardman -
netjes een soort pyranude vormden,
zoodat een van hen bü de bananen
kon komen.
JCUk eens. Robbie," riep Topsy, „se
zullen Je bananen wegnemen.'
„Dat
verdienen
met hun
mooien toer”, zei Robbie
(Morgenavond vervolg).
at toast
niet
zeggen
hoor voetstappen. Er staat iemand
(Wordt vervolgd).
(Nadruk verboden)
uniiiiiniiiHiiiiimmiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiniiiiiiiir:
Als door electrischen stroom.
Doch hij snapte gauw het leuke.
Boog beleefd en zeide toen
„Als u dezen wdgen meeneemt
Zal ’k er een papier om doen?”
op
Mn
Uit b«* Engalsch vaa
Joseph Hocking
Volgens de legende zal Gibraltar zoolang in
het bezit van Engeland bleven als er apen op
de onlnneembare vesting hulzen.
Dit bijgeloof is zoo diep Ingeworteld, dat er
een officier en een onderofficier speciaal belaft
zijn met de verzorging van de acht apen die eT
zijn overgebleven van de honderden die er
leefden toen in 1704 de Engelschen te zamen
met de Hollanders dit gebied op den Spaan-
schen konlng veroverden. Over de voortdurende
vermindering van het aantal apen begon men
zich eerst te verontrusten, toen enkele jaren
geleden bleek, dat er nog slechts enkele wijfjes
apen over waren. De gouverneur van Gibraltar
importeerde enkele apen uit Afrika, maar ae
werden door de kwaadaardige wtjfjes-apen ge
dood. Later liet men een halve kolonie uit Ma
rokko komen en thans Is de familie weer dus
danig uitgebreid dat Engeland voorlooplg niet
bevreesd behoeft te zün.
IS VOOR VISCHT ALLERFIJNSTE WAT ER IS'SgH
inmiiiimm DE BABY-AUTO.
Het Pauaelük Jaarboek van 1933 geeft over de
hiërarchie de volgende getallen: Plus XI is de
MIste opvolger van St. Petrus Het H. College
telt 58 leden; 6 Kardlnaal-bisschoppen. 49 Kar-
dinaal-priesters en 3 Kardinaal-diakens. Van
dezen zijn er 37 gecreëerd door Plus XI. 13 door
Benedictus XV, 7 door Pius X en 1 door Leo
XIII. De hiërarchie telt verder 7 suburbicalre
bisdommen. 10 resideerende en 4 titulair-patri-
archen. 307 metropolieten en 37 Aartsbisschop
pen; verder 900 Bisschoppen en 685 Titulair -
bisschoppen. 45 Prelaturen en Abdijen „nul-
llus"; 253 Apostolische Vicariaten, 106 Apostoli
sche Prefecturen en 32 zelfstandige Missiege
bieden. Sedert de keuze van Plus XI werden 84
nieuwe Bisdommen. 34 Apostolische Vicariaten.
70 Apostolische Prefecturen en 24 Missiegebie
den opgericht. De H. Stoel onderhoudt 36 Nun
tiaturen en 22 Apostolische Delegaties. Bij den
H. Stoel zijn 35 Staten vertegenwoordigd. (Eccl.)
Na het ontbijt zullen we het opnieuw pro-
beeren. verklaarde ze: en misschien ontdekken
we dan. waar die kleine fout in schuilt.
Op dat oogenblik kwam Sarah Ellen binnen
met de ham-en-eieren
Ik hoop dat het lekker ml smaken, ael ae;
ik weet, dat u het graag warm lust, en daar
om heb ik het nu pas uit de pan genomen.
Terwijl re sprak, keek ze de vriendinnen on
derzoekend aan en verliet daarna snel de ka
mer
Sarah Ellen is vandaag in een goed hu
meur. zi Nancy. ik heb haar nog nooit zoo
spiaakzaam gezien.
Maar Mary Judson nam er geen notitie van;
ze was heelemaal verdiept in haar gedachten.
Direct na het ontbijt ging ae naar het labo
ratorium terug
En vier uren later kwamen se teleurgesteld
thuis. Mary barstte in snikken uit.
Het geeft allemaal niets. Nancy, huilde ze.
Neen! riep Nancy. In een maand we
ten we waaraan bet ligt, daar ben ik zeker van.
Dtt laatste experiment te wel niet gelukt, maar
ik voél dat we het op een keer zullen vinden.
We moeten geduld hebben: in ieder geval ben
Je al een eind verder gekomen.
Als ik daar maar zeker van was! Leefde
vader nog maar! Hij sou het direct gevonden
hebben, het te vreeeelljk Je zoo hulpeloos en
eenzaam te voelen ik ben aoo blij dat ik Jou
gevonden heb.
ter aan de kook gebracht en Nancy maakte
voor haar vriendin en zichzelf thee. Ze voelde
wonderlijk blijmoedig gestemd, ze was
overtuigd, dat de proefneming was ge-
antwoordde ie markies,
lil voor de oogen van den
met telkens een nieuw testament. Ieder nieuw
stuk was een nauwkeurige correctie van het
voorafgaande en bracht nieuwe verrassingen. En
heel Parijs brandde van nieuwsgierigheid, waar
dit alles op uit zou draaien. Talrijke erfgenamen
stuurden elkaar hun getuigen en een handig
impressario van onzen tijd had schatrijk kun
nen worden, wanneer hü deze testamenten op
zijn tooneel had laten voorlezen. Een humoris
tisch blad bracht een teekenlng van den mar
kies. staande aan het venster van zijn paleis
en neerkijkend, met de handen in den zak. op
de verwarring, die hü in Parijs gesticht had.
Op een goeden dag echter werd alle sensatie,
die totdusver losgebroken was. glansrijk over
troffen door een tirade uit bet 28ste testament.
Ziehier:
„Ik w^tech, dat een maand na mijn dood In
tegenwoordigheid van al mijn erfgenamen een
stalen cassette geopend zal worden, die men, op
een verborgen plaats in mijn paleis aal vinden.
Om de geheime plaats te kunnen bereiken,
drukt men op een vergulden knop In den linker
bovenhoek van het vijfde vakje van mün biblio
theek. Dit vak draait om een spil en geeft toe
gang tot een nauwe gang, die door een muur
schijnt afgesloten, maar wanneer men drukt
op de eerste roos van het behangselpapier,
springt de muur open Daarachter vindt men
de cassette. De sleutel daarvan zal worden over-
gelegd door een vertrouwensman.
De cassette werd Inderdaad gevonden. Op den
35sten dag na den dood van den markies ver
schenen de erfgenamen, allen aartsvijanden van
elkaar, in het paleis. Daar kwam de notaris met
den sleutel en het kistje werd geopend. De no
taris liet al het papieren geld, de diamanten
en acten liggen en nam een vel papier met een
zegel erop. Hij vouwde het open en las:
..Dit is mün werkelijk testament, waardoor
alle voorafgaande nietig worden verklaard...."
En verder:
„De legaten aan de heeren P. C. en A. B.
trek ik in. Zjj hebben mü zoo vaak een vrek
genoemd, dat ik hun geen bewijs van het tegen
deel wil geven.... Den heer de Botesy vermaak
Ik mün zegen om vergiffenis voor hem te ver-
krugen voor alle vloeken, die hü in iedere Kamer
zitting van den kanselier te verduren krügt.
Misschien kan hü mün zegen op den dag des
oordeels goed gebruikenMün dochter, me
vrouw de Pommereu, verplicht Ik om 10.000
francs te betalen aan de slagers van Parüs, ter
herinnering aan het feit, dat zü vóór de revo
lutie zooveel van het vee op mün landgoederen
goedkoop hebben gekocht Een rente van
20.000 francs per jaar te voor den invalide, die
voor mü In 1839 op de brug Pont des Arts de
tol betaalde, omdat hü mü "oor een armen man
hield 100.000 francs rente jaarlijks is be
stemd voor de 50 dienstmeisjes van mün goe
deren. Zouden er geen 50 te vinden zün, dan
moet de burgemeester van Nanterre het getal
tot vüftlg aanvullen met enkele koormeisjes van
een theater.Een rente van 300.000 francs is
bestemd voor de utopisten van de groep Fou
rier. maar dan pas. wanneer zü den oceaan in
Ranja (of wat er destüds op leek) hebben ver
anderd De heer X. zal door bemiddeling van
mün dochter zün kleeren-rekening uitbetaaid
krijgen.... De geheele oogst van al mün land
goederen te voor de armen van het eerste dis
trict van Parüs.... En tot slot: aan mün fa
milieleden vermaak ik devergetelheid, aan
mün vrienden de herinnering, aan God mün
ziel en mün lichaam aan het familiegraf.'
Een week na de opening van de cassette kwam
de notaris voor den dag met een boek van 360
bladzüden, door den markies zelf geschreven.
Daann waren vele boosaardigheden uit de vo
rige testamenten weer goed gemaakt, maar niet
alle. Het geheel waseen ongeloofelük nauw
keurige arbeid en het eenlg geldige testament
van den vrek. Twintig Jaar lang had hü aan dit
boek gewerkt. Het was zün dertigste, maar dan
ook laatste testament.
Het leek Nancy een oneindigheid. ae voelde.
ot ae bet niet langer kon uithouden. Duizend
gedachten woelden door haar geest. Het was
haar of ae stemmen boorde.
Wat te dat?
Wat?
Ik
buiten.
Onten. Iedereen in Leeds la naar bed. ael
Mary.
Nog twee minuten-
Goddank, de tüd was voorbü Die twee en
en een half uur zouden voor altüd in Nancy's
geheugen gegrift staan. Zelfs een Haaco was
beter dan dit elndelooze wachten.
Ik sal den stroom uitschakelen.
En de vrouw voegde de daad bü bet woord.
En eenlge minuten later tilden beiden het
zware deksel op. Nancy kon eerst niets zien.
Een aware walm sloeg haar tegemoet en een
minuut later zag ae een donkere stof voor zich.
Is bet gelukt? vrosg ae koortsachtig.
Ik aai bet direct onderaoeken.
en het weer
neerleggen, zonder te letten op het büna on
zichtbare potlood-vlerkant, door mü om het
boekje getrokken.
Ik had reeds vüf en dertig bedienden onder
vraagd, toen ik. terugkeerende. bü de onder
vraging van nummer zes en dertig, zag, dat het
notitieboekje niet meer in het potlood-vlerkant
lag Ik wist nu zeker dat nummero zes en der
tig het boekje had opgenomen, om te zien of
de nummers erin stonden en om desnoods het
velletje eruit te scheuren, waarop ze stonden.
„Brave ziel,” zeide ik rustig. .gü «üt de
diet'
„Ik.... ik.” stotterde hü-
„Ja. gü Oü hadt belang bü de nummers en
gü hebt het boekje opgenomen. Beken nu maar
en zeg me waar het geld verborgen te. In uw
belang, in het belang van het hotel zullen wü
het geval In den doofpot stoppen. Maar wan
neer gü niet bekent zal Ik u arresteeren, want
Ik weet zeker dat gü de dief züt."
Hü bekende en wees de plek kan waar het
nog ongeopende geldkistje was -erborgen. De
vreemdeling kreeg het ongeschonden terug.
In de annalen der Londenache politie komt
het geval niet voor, zooate zoovele gevallen,
welke om allerlei motieven niet openbaar wor
gden gemaakt.
Het was büna middag, toen Nancy wakker
werd. Het' duurde eenlge minuten voor ze tot
bezinning kwam; de kamer was even donker
als den vorigen nacht, want de mist was nog
dichter geworden Langzamerhand herinnerde
ae zich weer alles. Het bezoek aan Elyah Briggs,
den autorit met Ben. de experimenten In het
laboratorium.
Waar Is Mary Judson? vroeg ze zich ver
wonderd af. en hoe zou ze zich vannacht ge
voeld hebben?
Ze kleedde zich haastig aan en liep Sarah
Ellen tegen het lüf. toen ze naar beneden ging
Ik boorde u komen en maakte het ontbüt
klaar, zei deze. Ik heb een lekker vuurtje
in de kamer aangemaakt. Wat een mist te er
bulten, hè?
Dtt was een lang gesprek voor Sarah Ellen's
doen en Nancy merkte op. boe goed ze irt haar
humeur was. Meestal was ze erg zwijgzaam en
antwoordde alleen met enkele lettergrepen.
Nancy maakte hieruit op. dat Sarah Ellen ze
ker aangenaam nieuws had gehoord.
Is mtes Judson al beneden?
Ja, al een uur geleden. Het was even over
tienen, toen ze opstond. Ze te direct naar bet
laboratorium gegaan. Ik heb miss Mary nog
nooit zoo gezien
Heeft se ontbeten.
Neen, ae wilde op u wachten. Hebt u goed
geslapen?
Ja. dank je. En jü?
Ik ook. Ik ben om tien uur precies naar
bed gegaan en heb tot 8 uur geslapen. Wat
ze ook
van bet eindcüfer meer dan acht millioen be
droeg.
..Klopt t?'
„Het klopt’'
Toen begon de markies een gemoedelüker toon
aan te slaan:
,JHoe vindt u dit boek? Een beetje dik, niet?
Het is nu büna gevuld met bedragen als gü van
mü verlangt. Kük eens naar den datum op de
eerste bladzüde. Destüds was Ik emigrant in
Londen. Ik was rijk en werd vaak door andere
emigranten om geld gevraagd. Toen heb Ik dit
boek aangelegd, waarin ik allen Inbreng no
teerde. Had Ik dit niet gedaan, dan was ik nu
doodarm geweest, want.... misschien had ik
het geld gegeven en ik zou het toch niet terug
gekregen hebben. Lust om te bedelen heb Ik
niet. Ik moet u dus mededeelen, dat Ik u geen
sous kan geven Met deze ontnuchtering en een
doste verbazing kon de jongeman vertrekken
'as.
Toch gebeurde het wel eens. dat de markies
geld leende aan oude emigranten-vrienden.
maar dit geschiedde dan steeds vergezeld van
een merkwaardige plechtigheid. Eens had een
van zün vrienden, aan wien hü moellük iets
weigeren kon, hem om 3000 francs gevraagd.
„Nee," zei de markies, „drieduizend francs, dat
gaat niet, maar Ik zal je eene winst van 1500
francs bezorgen en mezelf ook." En toen de
andere groote oogen opzette, ging hü verder:
„Het te heel eenvoudig, hier zün 1500 francs,
steek ze bü je.... Zie zoo. die 1500 francs, die
je nu in je zak steekt en die je me'nooit terug
zult geven, zün winst voor jou en de 1600 francs,
die ik je weiger, zün winst voor mü -
En zoo had de gierigaard zoo waar nog inval
len. die hem tot een geestlgaard maakten. Maar,
al was hü de grootste vrek van zün tüd. hü had
toch een concurrent in den persoon van graaf
Roy. die eveneens een beroemdheid was op hun
gebied. Reeds gerulmen tüd koesterden beiden
het verlangen elkaar te leeren kennen, zü t
om als kampioenen eikaars krachten te meten,
zü X om als vaklui te debatteeren. Welnu, graaf
Roy, die drie jaar jonger was dan de markies,
schreef hem een brief, waarin hü verzocht hem
te mogen bezoeken. Het was een keurige brief
op een half vel geschreven. De markies prees
den stül. maar schudde het hoofd van ergernis
„Wat een verkwisting” riep hü uit en hü ant
woordde den graaf op de achterzijde van een
hu welüksafkondlglng
Den volgenden dag verscheen de graaf bü
den markies, die zün gast ontving in een salon,
waar een lamp met twee kaarsen brandde. Toen
de graaf deze ongehoorde luxe zag. had hü büna
spüt van zün bezoek, maar hü hield zich goed
en complimenteerde den markies over zün gie
righeid Hü legde er den nadruk op. dat geen
van belden tot de lichtzinnige r.<enschensoort
behoorden, die het over den balk gooiden. Toen
lachtte de markies, strekte zün hand uit en
draaide de olielamp wat in en toen met een
ruk geheel uit. Een zucht van verlichting steeg
uit den boezem van den graaf op. Men keuvelde
verder over verkwisting en sparen en na enkele
minuten zei de graaf tot den markies: „Bent
u het met me eens, dat men, wanneer men el
kaar voldoende gezien heeft, bet licht heelemaal
uit kan doen en dat men een gesprek even goed
in het duister kan doen?”
„Natuurlük." zei de markies. „Ik wilde u dan
ook juist vooastellen ook de twee kaarsen uit
te blazen, die bovendien den salon overdreven
verwarmen
„Juist, blaast u de kaarsen maar uit," meende
de graaf.
Met de minuut werd bet gesprek nu leven
diger en hartelüker. De heeren waren het roe
rend met elkaar eens. dat de algemeene ver
kwisting te wüten was aan de verwording van
bet menachdom en dat iedere bedelaar, die spa
ren «rilde, een millionnair kon worden
Op deae aangename wüze bracht de markies
zün leven door. Hü stierf in 1847. Toen zün
testament geopend werd, was heel Parüs stom
van verbazing en woede, zoowel over den stül
als over de boosaardigheid van het stuk. Er
kwamen zinnen in voor als deae:
,MUn eenige en zeer geliefde dochter onthoud
ik alles, wat de wet mü maar wil toestaan haar
te onthouden.... Aan mejuffrouw Falcon
schenk Ik 50 000 francs voor het genoegen, dat
ik beleefde, toen ik haar voor den eenigen keer
in mün leven in de opera heb hooren zingen
Mün vriend, baron X ontvangt een jaarlüksche
rente van 35.000 francs met de verplichting aan
den beer P. C. 30.000 en aan den heer A B
4900 francs per jaar uit te betalenAan mün
eenlge vriendin, mevrouw X laat Ik na mün
klein Sévrekopje waar ik zoo aan gehecht was.
Ik heb het kopje tot mun laatste oogenblik ge
bruikt.”
Deze dame had de dochter van den markies
opgevoed. Het testament schetste haar als een
hoogstaande vrouw en iedereen had verwacht,
dat zü met de dochter van den markies de
eenlge erfgename zou zün. Het kwam een beetje
anders uit.
Nog een fraai besluit was dit: „Ik wensch.
dat al mün paleizen en hulzen zullen afgebro
ken en daarna geschonken worden aan de ge
meenten. waarin zü staan!
Nauwelüks had het sensationeels nieuws van
dit testament de ronde gedaan, of de notans
dook op met nóg een testament. De voornaam
ste besluiten van het eerste testament waren
daarin teniet gedaan en door nieuwe vervan
gen. Twee dagen later verscheen weer een tes
tament en toen nog een en nog een. Toen kwam
vrü«el lederen dag een notaris op de proppen
et was omstreeks middernacht, zoo ver
telde de detective Case van Scotland
Yard, het hoofdbureau van politie te
Londen, dat ons bureau werd opgebeld met de
mededeeling. dat In een der groote hotels een
gast voor een groot bedrag aan bankpapier was
bestolen. Zün koffer was opengebroken en het
geldkistje, dat zich daarin bevond, ontvreemd.
Ik spoedde mü. in opdracht van mün chef,
erheen en ondervroeg den bestolen gast, een
aanzienlüken vreemdeling, die sinds den vori
gen dag zün intrek in het hotel had genomen.
Het gestolen bedrag was ruim drieduizend pond
aan bankpapier, waarvan hem de nummers niet
bekend Waren.
Ik ondervroeg vervolgens den directeur van
het hotel, die zeer verlegen was met het geval.
Hü verdacht niemand. Ik nam nu. heel vluch
tig. het personeel eèhverhoo af. evenwel zon
der resultaat. Het stond vrüwel bü hiü vast,
dat een van het personeel de dader moest zün;
Ik kon allen verdenken, maar, voorlooplg, niet
een bepaald persoon. Ik onderzocht niemand
aan den lüve. omdat ik veronderstellen mocht
dat de dief het gestolen geld reeds had ver
borgen en het zeker niet bü zich zou dragen, uit
vrees voor ontdekking
Welke truc moest ik bedenken, om den dief
te vinden? Ik verzocht den directeur mü be
hulpzaam te zün. wat hü graag deed, omdat dc
renommëe van zün zaak zou worden geschaad,
als het gestolen geld niet werd teruggevonden
Hj.stond mü een kamer af, waar ik de be
dienden. een voor een. zou kunnen ondervragen
Het duurde wel lang, voor ik den dief te
pakken had. maar ik kreeg hem toch. Ik had
reeds vüf en dertig bedienden ondervraagd, vóór
ik den zes en dertigste ondervroeg en hem wist
te bewegen te bekennen en de plaats aan te
wüzen*waar hü het geld had verborgen. Ge zult
vragen op welke manier dit geschiedde? Wel.
met een eenvoudige misschien nog niet toege
paste truc.
Ik had een eenvoudig notitieboekje genomen
en het schünbaar nonchalant op een tafeltje
gelegd en vóór ik de ondervraging begon, er
een potloodstreep omheen getrokken.
Ik noodigde daarop het personeel uit een
voor een bü mü te komen en Ik ondervroeg
hen opnieuw. Bü die ondervraging deed Ik dul-
delük uitkomen, dat het beter was het gestolene
geld terug te geven, omdat in het boekje, dat op
tafel lag. toch de nummers van de gestolen
bankbiljetten stonden genoteerd, welke num
mers bü de verschillende banken en wisselkan
toren bekend waren en in de ochtendbladen
zouden worden vermeld, zoodat de dief ze toch
niet kon uitgeven. Gaf men de biljetten terug,
dan zou geen haan ernaar kraaien, want de
vreemdeling zou zich tevreden stellen met de
teruggave van het gestolen geld, omdat hü.
door den last, welke en en ander veroorzaakte;
geen vervolging wenschte.
yonder de gierige menschen in de wereld-
f I geschiedenis verdient de markies d’Alligre
een eereplaats, al moeten we hieraan toe
voegen, dat hü behalve de gierigheid ook nog
enkele andere ondeugden de züne moest noe
men. Hü had een groot aantal vrienden, die
graag met hem te doen hadden en speelde een
voorname rol In het Napoleontisch keizerrijk.
De aristocraat, die even moedig als gierig
was, was de kamerheer van de schoone Pauline
Bonaparte, de zuster van Napoleon, die hem
eenmaal in de Tullerieën liet ontbieden, om
hem mede te deelen dat hü de hand van zün
dochter bestemd had voor zün neef, den zoon
van generaal Arrighl. den hertog van Padua.
De markies antwoordde den keizer en riep:
„Sire, gü hebt mü gemaakt tot wat ik ben en
mün leven behoort u; maar mün dankbaarheid
kan niet zoover gaan, dat Ik voor u het geluk
van mün dochter zou opofferen; zü heeft den
heer van Pommereu uitverkoren en ik ben bet
daarmede eens!
Uit deze anecdote spreekt niet zoozeer de
vrek dan wel de mal. van hart en karakter, en
zoo had de markies nog enkele eigenschappen,
die buiten de gierigheid omgaan, maar zijn
naam maakte hü toch met laatstgenoemde ca
paciteit. In zün jeugd was hü allerminst afkee-
rig van de genoegens des levens. Hü zocht se
eer dan dat hü ze vermeed. Maar hü was toen
reeds gierig en kwam zoodoende vaak in con
flict met anderen en op deze wüze werd zün
arme hart heen en weer geslingerd tusschen
zün gierigheid en zün genotzucht. Maar ten
slotte vond hü een middel om aan beide harts
tochten te voldoen.
Hü had het zich tot een gewoonte gemaakt
om slechts een bepaalde som per Jaar uit te
geven, die slechts een fractie was van zün jaar-
lüksch Inkomen, maar soms kwam de verleiding
over hem om zün eigen wetten te overtreden
en dan knielde hü voor zün brandkast neer om
haar te vertellen, welke som hü van haar ver
langde. Nadat hü zün speech had afgestoken
en de brandkast niet .neen* gezegd had. leen
de hü zichzelf het geld, maar niet nadat hü
een kostbaren ring van zün vingers bad getrok
ken en In de kast gedeponeerd had. Hü nam
den ring dan weer tot zich als hü de geleende
som had teruggestort.
Behalve de brandkast had monsieur d’Al-
ligre ook een dienaar tot zün beschikking, die
hem selfs uitstekend bediende, zonder dat de
man nu bepaald op de juiste wüae werd be
loond, zooals we later zullen zien.
Op een goeden dag gaf hü zijn bediende een
hoed, dien hüzelf niet meer dragen kon en die
er dus allesbehalve aanlokkelük uitzag. Maar
enkele dagen daarna zag de markies zün be
diende met een hoed, die er nog draaglük uit
zag
..Waar nad je dien hoed vandaan” vroeg hü
wantrouwig. En de man vertelde, dat hü den
ouden hoed van zün beer voor twintig sous had
laten opknappen. De markies nam hem den
hoed af, zette hem op zün eigen hoofd en
meende, dat hü nog best voor hem geschikt en
in leder geval te goed voor den bediende «ras.
Hü had zich vergist, betaalde den man zün
twintig sous en hield den hoed.
In strüd met zün gierigheid gaf de markies
ook diners Aan het dessert verschenen heerlüke
frultachotels, waarvan voora’ de druiven aan
lokkelük waren. Slechts een enkele maal echter
beging een gast, die de gewoonten van het huis
d’Alligre niet goed kende, de onhandigheid een
heerlüke peer op zün bord te leggen. Het be-
klagenswaardlge slachtoffer had er geen flauw
vermoeden van dat deae verrukkelük uitziende
vrucht van «ras vervaardigd was en dat zü na
bet diner weer bezorgd werden bü een restau
rant, waar ae geleend was. Na soo n voorval gaf
de markies gerulmen tüd geen diner meer en
toen dit eindelük weer eens gebeurde, was de
onvoorzichtige gast niet onder de •’enoodlgden
Het meest had de markies het land aan lie
den, die hem om geld vroegen. Daar kon bü een
voudig niet tegen. En zulke lieden waren er.
Op een mooien dag trad een jonge aristocraat
op hem toe met Let verzoek hem door een kleine
som gelds uit een oogenblikkelüke verlegenheid
te helpen. ..Het «ras maar een kleinigheid voor
een man als de markies” verklaarde de jonge
man.
,J*rachtig. kom maar mee” riep de weldoener
uit en hü nam den jongeling mee naar zün
kabinet Daar sloeg hü een boek open bü een
reeds beschreven bladzüde. nam een pen en
maakte zich gereed den naam van den vrager
te noteeren, waarbü bü al zün titels en namen
liet spellen. De jongeman stond verbaasd over
al deze formaliteiten, maar ook verheugd, want
hü wist, dat deze plechtigheid althans een ga
rantie was voor zün succes Eindelük was de
markies klaar en sprak zün gast als volgt toe:
„U zult me deze formaliteiten «rillen ver
geven. het lükt een beetje pünlük.”
„Vergeven?” riep de jongeman uit, „maar in
zakelüke aangelegenheden kan men niet nauw
keurig genoeg zün."
„Gelijk hebt u.”
„treedt u nader.”
Jongeling begon hü getallen op te tellen, waar-
Dwaze dingen, die gebeuren
Komen langzaam aan het licht,
Want degeen, wien ’t mocht pas-
seeren.
Houdt het liefste mondje dicht.
Maar precies als vochtig waschgoed
Lekken dwaze dingen uit,
Wat eenvoudig op de wetten
Van de aantrekkrachten duidt!
Op de R.A.I. was ook een auto,
Maar een ding van klein model.
Voor een rijkaard of een racer,
‘t Spreekt van zelve, niet in tel.
Babycar of lilliputter
En voor hoogstens één persoon.
Daarom viel hij bij de wagens.
Die er stonden, uit den toon.
’t Leek wel speelgoed, maar ‘t was
een auto
En zij, die hem zagen staan.
Stootten, wijzend op dat dingske.
Voor de grap elkander aan.
Maar er kwam toch ook een kóóper.
Zelfs een kerel als een boomt.
De verkooper keek getroffen
Als ik dat alles had beweerd, liet ik mü. vol
gens afspraak, door den directeur uit het ver
trek roepen met de mededeeling dat men mü
een telefonische Inlichting had te geven. Ik liet
den bediende, dien ik ondervroeg, alleen in het
vertrek. Ik bleef een minuut weg en keerde dan
terug. Ik zag dan dadelük of de bediende, al
leen gebleven, het boekje had opgenomen om
te zien of zich daarin de nummers der gestolen
bankbiljetten bevonden
Want degene, zoo was mün redeneering ge
weest. die belang
had bü de num
mers van de
bankbiljetten.
omdat hü de dief
was. zou het
boekje opnemen
het weer
op te eten, maar hü-
was het buiten donker, hè? Zal ik
voor u klaar maken?
Sarah Ellen te in een buitengewoon hu
meur. dacht Nancy. Ik heb haar nog nooit
aoo spraakzaam gezien.
Toen kwam Mary Judson de kamer binnen
en Nancy zag met Mn oogopslag, dat, hoe goed
Sarah Ellen ook gebuid mocht zün. Mary diep
verslagen was.
Het te niet gelukt, bekende se.
Hebben we geen rubber gemaakt? vroeg
Nancy fluisterend.
Jawel, maar van heel slechte kwaliteit.
Dan komt het wel in orde.
Het komt niet in orde, antwoordde de
ander. Als we het niet m goede kwaliteit
produceeren. heeft het geen waarde. Het te
altüd dezelfde geschiedenis net als in va
ders dagen Er ontbreekt een kleinigheid asm.
maar «rat? wat?
Ik wil er naar gaan küken. zei Nancy.
Neen, nu niet. Sarah Ellen mag geen ver
moedens krijgen; niemand mag er iets van
«reten.
Je geeft het toch niet op. Mary?
Geen sprake van. Den eersten keer te het
goed gelukt, er hapert alleen een kleinigheid
aam: ik moét vinden wat dat ia.
Ik ben ervan overtuigd, dat we zullen
slagen! riep Nancy uit
Nu ze eenmaal had gezien, hoe Mary Judson
rubber maakte, had ze een onbegrensd ver
trouwen gekregen in het «relslagen van bet ex
periment.
Maar Nancy kon niet wachten. Met den stok
waarmee Mary de ingrediënten had gemengd,
voelde ze in de pan. Het was niet langer vloei
baar Daarvan was ze zeker. Iets anders «ras er
voor in de plaats gekomen.
Mary Judson nam den stok uit Nancy's han
den en voelde ook.
Het te rubber! riep ae opgewonden; het
is rubber!
Nancy was aoo opgewonden, dat ze met haar
handen wilde voelen, maar Mary hield haar
terug.
Pas op! schreeuwde ae dit te witgloei
end! We moeten wachten tot het af gekoeld te.
Het «ras dus mogelük. De vloeistof in den
oven was veranderd In een vaste massa Of die
goed was. was een tweede vraag, maar In teder
geval was er al vast een resultaat.
Ik ga in hute om een kop thee te aetten,
zei Nancy.
Graag. Je kunt het gastoestel gebruiken
als het vuur uit te.
Nancy deed de deur open en verdween in de
duisternis. Maar een oogenblik was ae er zeker
van. dat ae iets hoorde, dat op het ritselen van
kleeren geleek en op zich verwijderende voet
stappen. Het moest verbeelding zün geweest
Mary Judson had beweerd dat iedereen al lang
naar bed was en toch meende ae de voetstap
pen te herkennen. Maar toen ae het hute bin
nenkwam. was alles er doodstil en donker. Ze
moest zich hebben vergist. In haar opwinding
dacht ae natuurlük dingen te boeren die er
niet waren. Eenlge minuten later was het wa-
zich
ervan
lukt.
Mary Judson opende de deur van het labo
ratorium. toen ze Nancy met bet theeblad hoor
de komen.
Is het al afgekoeld? vroeg Nancy.
Dat duurt nog minstens een uur.
En zou de proef geslaagd zün?
Ik geloof het wek maar ik kan het
zeker zeggen voor het te afgekoeld. De thee
smaakt heerlük.
Een uur later hadden de beide vrouwen den
inhoud van de pan overgeschud op de tafel,
terwül Mary de stof nauwkeurig bestudeerde
Ik geloof dat het mislukt is. sei ze ten
slotte dof
Mislukt! Onmogelük; het te toch rubber.
Ja. het te rubber, maar het Is niet zoo
goed als wat ik straks gemaakt heb Het heeft
niet dezelfde substantie, dezelfde kwaliteit Ik
dacht, dat ik het ontdekt had. maar ik geef
den moed op.
Hot kun je dat zeggen! ik weet zeker dat
het rubber te en dat het zich zal laten vulcam-
ceeren.
De vrouw gaf geen antwoord en staarde eeni
ge oogenbllkken voor zich uit.
Ik ben doodmoe, ik kan niet meer, set ae
eindelük. Of ik gelük heb of niet. Mrst moet
ik wat rusten. We zullen de deur sluiten en
naar bed gaan.
Bü gelegenheid van de Jongste gemeente,
raadsverkiezlngtln waren op bet eiland Mi
norca drie candldatenlüsten Ingediend, een van
de rechtsche partüen, een van de socialisten en
een van de republikeinen. In den vroegen mor
gen kwamen reeds groepen socialisten van het
vasteland om zich op Minorca met de leiding
van de verkiezingsactie te belasten. Maar de
katholieken kwamen zoo trouw naar de stem
bus dat men aan den uitslag niet zou behoeven
te twüfelen. In den loop van den dag werden
de revolutlonnairen door de groote opkomst
der katholieken nog meer geprikkeld: de pries
ters die ter stembus kwamen werden op schan-
delüke wüze beleedlgd en mishandeld. Maar de
woede der godsdiensthaters kende geen grenzen
meer toen de Bisschop zün stem kwam uit
brengen. Het hoofddeksel van den kerkvorst
werd afgeslagen, zün mantel werd loBgeruk',
terwül de Bisschop met beschimpingen en be-
leedlglngen werd overladen. Zoodra eenlge
katholieken kwamen aangesneld gingen de
aanranders op de vlucht. Toen de Biaschop na
het uitbrengen van zün stem naar zün paleis
terugkeerde. Werd hü door een Joelende me
nigte gevolgd Br. Thomas Salort, een der ka
tholieken die den Bisschop in bescherming had
genomen, werd door eep steen zoodanig aan
het hoofd getroffen dat hü bewusteloos neer
viel. De vrienden die hem hulp wilden ver.
leenen werden met knuppels geslagen. De
Bisschop moest zün heil zoeken in de vlucht.
Terzelfder tijd trok een troep gepeupel naar
het stembureau; waar alle bussen werden stuk
geslagen, behalve Mn bus. waarin geen enkel
katholiek zyn stembiljet had mogen deponce-
ren Bü het opmaken van den uitslag der ver
kiezingen bleek dan ook dat büna alle „geldige"
stemmen op de socialistische en republikeinsebe
partü waren uitgebracht.
op dit blad ingevolge de versekeringevoorwaarden tegen f bü levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f 7Cfi bU een ongeval met bü verllee van een hand 1 QC oü verlies van een C£i bü een breuk van jttl bü verlies van
ongevallen vereekerd voor een der volgende ultkeerlngen f «Jverlies van belde armen, belde beenen ot beide oogen f g doodelüken afloop f een voet of een oog f 1 rhO»-duim of wijsvinger OU.’bttn ot arm anderen vinger
■v--^ e Londenache Season te „ingeluld" met
I 1 de „private show" in Burlington House,
het gebouw van de Konlnklüke Academie
voor Beeldende Kunsten.
Er zün meer schilderijen en beelden tentoon
gesteld dan op Mn der voorgaande jaarlüksche
exposities, en indlen de beteekente eener natio
nale kunstperiode afgemeten moet worden
naar baar vruchtbaarheid, dan maken de beel
dende kunsten in Engeland thans ongetwüfeld
een weergaloos bloeitUdperk door. Maar volgens
onbarmhartige critici te er bü de verzameling
ternauwernood eën meesterstuk dat over vüftlg
jaren veel meer zal waard zün dan de lijst
waarin het vervat te. Erkend moet evenwel wor
den dat verscheidene UJsten er nogal duur uit
zien.
De „private show", die gehouden wordt enkele
dagen vóór de tentoonstelling voor het publiek
toegankelük gesteld wordt, te uitgevonden ten
einde de élite, die aangeboren of verworven
verstand van kunst heeft, in de gelegenheid te
stellen op haar gemak kennis te nemen van de
vorderingen w^lke sinds het vorige jaar gemaakt
zün. Maar zóó talrijk te tegenwoordig de élite,
dat er op een „private show" een gedrang
heerscht als aan een Londensch station
Pmkstër-Maandag Of men op dien dag
schllderü ziet (en de kans hierop is zeer gering)
te van veel minder belang dan dat men zelf
gezien wordt. De meest-besproken schilderstuk
ken zün die. welke anonieme kameniers gemaakt
hebben van haar gebiedsters. In sommige bla
den ->- maar natuurlük alleen in de voorname
wordt meer verteld van de toiletten dan van
de schilderijen, en terwül zü een opsomming
geven van de allernotabetete notabelen, die
Burlington House met hun tegenwoordigheid
vereerd hebben, zün zü meestal minder uitvoerig
in het vermelden van de verdiensten en nlet-
verdlensten der tentoongestelde kunst. Natuur
lük zün er velen die het aan hun stand en rang
verplicht zün naar de „private show” te gaan,
maar die, aangezien zü werkelük belangstellen
in schilderijen, later heünelük op een gewonen
kükdag Burlington House bezoeker
^7