Oorlog onder zeemonsters
4et Erfdeel
IHai/ofitiaije i$a
u&fiaal aan den dag
ROBINSON CRUSOE’S AVONTUREN
Als U toch schoenen koopt,
Alle abonné
vraag dan ROBINSON
De
doodsklok
DINSDAG 30 MEI
DAPPER EN LAF
De leeuw van de zee
Vrouwen in het Oosten
Fascisten in Portugal
Noodweer niet bewezen
Wreedheid van potvisch,
zwaardvisch en haai
«Wordt vervolgd).
oJH
cart
hoe
vanion
ling.
Ik hoop dat je nog een kans hebt om Tre-
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
en
B
i
i.
(Nadruk verboden)
dat
i
wiens wraak Je
Eenlge dagen nadat Freddy Vrijdag
op den rug van den see-olifant gere-
den had, zagen de vriendjes den see-
olifant uit het water komen. De see-
goede maatjes waren. „Moet je sien. nu
spring ik over hem heen", riep Freddy
Uit.
,4e suit vandaag of morgen nog eens
vallen en je beseeren", sei Willy.
(Morgenavond vervolg).
Court terug te koopen, zei hij plotse-
BOOFD8TUK XXVII
DB KLEINIGHEID DIE ONTMAK....
■S»
Is
t
l
s
r
i
1
man klopte het beest op den rug om
Willy Woensdag te laten sien, dat zij
den
aag,
)ou-
i
l
l
i
door
icht,
nd*
ton-
srop
deel
Lizel
Za-
etu-
lan-
ume
.Het
bten
ge-
ord-
a'en
men
ech-
tus-
4jn-
‘*n.
den.
John
gen
Je bent nu een groot man op electricitetts-
gebled. zei het meisje, toen ze na het eten bij
elkaar saten.
De menschen zeggen dat ik er verstand
van heb. was het bescheiden antwoord, in
ieder geval heb ik hard gewerkt.
ocr-
.ang
rloi-
lank
ngz-
riew
van
hei
sto-
con-
der-
illen
n te
ver-
dB
heeft, terwijl hij zijn geld eveneens terug ont
vangt. De meestgezochte vrouwen zijn de git
zwarte, doch wij weten niet of dit nog aal blij
ven duren, als men daar het haarverven aal
hebben Ingevoerd.
Als het meisje twaalf Jaar geworden is, wordt
zij beschouwd als huwbaar en meestal is sV
uitgehuwelijkt vóór zij zestien wordt. Of zU
ook geestelijk in staat is eenigszlns te beseffen
wat zij gaat doen door in het huwelijk te tre-
ds, is een aangelegenheid van minder sorg
Daar denkt men verder niet aan en dat schijnt
er ook weinig op aan te komen. Zij gehoor
zaamt eenvoudig aan de ouders, zooals zij daar
na gehoorzaamt aan den heer gemaal. Enkele
jaren lang moet zij schuilevinkje spelen en mag
zij het echtelijk huis niet verlaten. Ja, zij piag
zelfs niet door een vreemden man gezien wor
den. Onder vreemde mannen worden ook ver-
(ingezonden MMedeeling).
Uit h«t Engelsch van
Joseph Hocking
lles-
een
t K
din*
van
xtie
ags-
rug-
loett
den
drie
>ffia
lot
ring
icht
bor-
aok-
vaa
am
Briggs
vaagd;
was. 1
ver
lip*
xir-
an-
inde
r
L
ver-
USd
anil
pre-
bs-
d er
ve t-
laag
i en
vul-
oeid
iini-
per-
het
Nauwelijks had Willy deze woorden
gesproken, of sU hoorden een ge
schreeuw aan de andere zijde van den
see-ollfant. De zeeman was nX niet
De Portugeesche fascisten, die ter onder
scheiding van hun Italiaansche en Dultache
partijgenooten blauwe hemden dragen, zijn voor
de eerste maal sedert de oprichting der partij
in botsing gekomen met politieke tegenstan
ders. In het algemeen wordt weinig aandacht
geschonken aan deze fascistische beweging, doch
te Coimbra kwam het tot botsing met liberale
studenten. De studenten riepen: ..Leve de Re
publiek.” waarop de fascisten antwoordden
met „Vive O National syndicalisme.’’
Hierop ontstond een verwoed gevecht. Eerst
nadat de politie en militairen waren versche
nen, kon de rust hersteld worden.
De leider van de Portugeesche blauwhemden,
dr. Rolao Preto, volgt nauwkeurig de methode
van Hitler bij het toespreken van zijn volge
lingen.
ik
ging John
den
op het mulle zand terecht gekomen
maar op een berg cocosnoten die Willy
had laten liggen.
Het duurde gerulmen tijd, voor de
zeeman weer overeind krabbelde en
toen zag hij Willy aan den anderen
kant van den zee-olifant lachen.
„Cocosnoten zijn tamelijk hard om
er op te vallen", zei Willy.
by verlies ven *n
anderen vinger
WARMTE mtHmmmwiHmti
Heerlijk op een koel terrasje
Met de beenen, uitgestrekt.
Waarbij dan een portie roomijs
Een Noordpool-idylle wekt!
Zalig in je kleine tuintje
Met een reute-dosis dorst.
Onderwijl de een of ander
Kwistig met de syphon morst.
Of je woont vlak bij de wolken.
Maar des avonds schijnt geen zon,
En je gaat dan koeltjes fitten
Op je hoog, mugvrjj balcon!
Zomerweer! en koude dagen
Schijnen inderdaad voorbij.
En zoo kan men dan genieten
Van een tochten, warmen Mei!
Dit vooral ook doen de dames,
Want de mode is gereed
En een luchtig zomerbloesje
Staat bU hitte slechts ^gekleed!”
MARTIN BERDEN
CALVE-DELFTS
Zin potjes.
Een artlstenpaar. dat zich van de arena aan
den huiseliJken haard teruggetrokken had. leefde
reeds vele Jaren in volkomen eendracht teza
men. Af en toe werd deze harmonie wel eens
door een strafpredikatie van de ex-leeuwen-
temster verstoord en ook Carlos, de kunstrijder,
kon niet nalaten af en toe een stuk van het
meubilair stuk te slaan, maar steeds werden
na dergelijke kleine Intermezzi de echtelijke
banden des te vaster aangehaald Over het al
gemeen boden zij dus den buren het voorbeeld
van «éen Ideaal huwelijk
Wie schetst dus de verbazing en schrik der
buren, toen zij op een goeden morgen zes
scherpe schoten hoorden knallen in de artis-
tenwonlng. ZU snelden toe en stelden het vol
gende vast: Carlos had zich opgewonden over
de kookkunst van Madame Leona Alles kon
de leeuwentemster verdragen maar critiek
op haar culinaire bemoeiingen, dat was haar
toch te veel. Kort en bondig greep zjj naar haar
pistool, dat zij oudergewoonte altijd in haar
boezelaar droeg en loste wederom uit ge
woonte, zes schoten op haar man, zonder ech
ter eerst in de lucht te mikken. Dat is n.L re
gel bij de leeuwentemmers, die nauwgezet toe
gepast wordt, om materiaalverlies te voorko
men. Daar echter In haar .Jiuweiyksclrcus”
Madame Leona zich over betaalde verliezen
niet al te bezorgd maakte, schoot ze er maar
op los en trof haar echtgenoot pardoes in den
rug Ofschoon de echtgenoot over deze geweld
dadige manier van dressuur niet eens boos
scheen te zijn, had het voorval een gerechte
lijk naspeL
Madame Leona moest voor zes -maanden ,Jn
de paraplule’, omdat „noodweer” niet als be
wezen werd beschouwd.
In de bibliotheek klonk duidelijk klokgelui, dat
niet van een bepaalde plaats kwam, maar in
de lucht rondom de belde vrienden scheen te
ontstaan. De doffe klanken waren zóó geheim
zinnig, zóó spookachtig, dat Robert Drent ver
bleekte en een rilling van vagen angst niet kon
ondero rukken.
In Otto Randal's oogen flikkerde behalve ont
zetting. ook triomf, omdat s’n ongeloovige vriend
nu niet langer aan z'n waarnemingsvermogen
kon twijfelen.
Het geluid van de doodsklok verstomde.
„Ben Je nu overtuigd?” vroeg Otto zacht.
„Neen!” riep
Robert en sprong
op: „neen en ik
zal niet rusten,
vóór ik den grap
penmaker. die
voor spook speelt
heb ontmaskerd.
i d»
nid-
aar-
door
raar
en
aen-
der verre Oosten dus wel iets anders uit dan
In onze Westersche landen. Van vrouweneman
cipatie, van gelijkheid tusschen man en vrouw,
van eenlg recht zelfs der vrouw is vooralsnog
geen sprake. Het komt misschien wel. Turkije
kent al een volkomen médemlaeertng op vrij
wel alle gebieden en de meisjes en vrouwen
proflteeren daar duchtig van. Ook Egypte volg
de Turkije op in deze modemiseering en lang
zamerhand zullen ook de andere landen er wel
aan moeten gelooven. Tot zoover en in som
mige binnenlanden van Azië vermoedelijk zul
len de meisjes en vrouwen altijd haar allesbe
halve benijdenswaardlg lot moeten dragen in
geduld en deemoed. Laten qpze vrouwen daar
eens aan denken, als se een doodenkelen keer
eens haar zin niet kunnen dóórzetten. Het had
erger kunnen zijn.
Shawcross maakte geen tegenwerpin-
-i toen ze hem vacantie vroeg. De zaken
floreerden en hij was meer dan tevreden met
Nancy’s ontwerpen. Ga er maar een paar
dagen tusschen uit, miss Nancy: dat zal u
geen kwaad doen, moedigde hij haar aan.
En op een stralenden Junl-dag bracht Nan
cy alles van waarde naar de Bank en vertrok
naar Cornwall. Van John Trefry had ze nooit
meer iets gehoord. Ze wist niet eens of hij wel
naar Zuid-Amerika was gegaan.
Aan het station gekomen, ontmoette ze Ben
Briggs. Ze had hem herhaaldelük gesproken na
dien bewusten avond; maar nooit was er meer
een woord tusschen hen ge wisseld over de ge
schiedenis van het gestolen document. Hij was
dien dag meer dan vriendelijk en hij bracht
haar reislectuur en bonbons.
Nancy schudde ontkennend het hoofd.
Daarom, begon, hij daarom
Wat John?
De oude kar hobbelde voort, ze konden el
kaar moeilijk verstaan.
Ik wil het voor Je terugkoopen. Ik wil het
zoo graag, maar ik kan het niet. Misschien zal
het me wel nooit mogeljjk zijn. Maar toch voel
Ik mij geen mislukkeling meer. Nancyzou
jij zou Jij
Ja John!
Je weet wat ik denk, maar wat ik nooit
durfde uitspreken? Mijn plannen zün nog lang
niet verwezenlijkt, maar toch.,., wil Je. Nancy?
Ja John, zet het meisje nog eens, met tra
nen in de oogen. Ik wilde altijd, dat weet Je
toch wel?
Ze spraken verder geen woord, maar ze sa
ten hand in hand. De man die den ouden Ford
chauffeerde, zag en hoorde van jlit alles niets;
al zijn belangstelling was bij zün gammel ve
hikel en hij hoopte hartgrondig dat hij mrs.
Uren’s huisje mocht bereiken vóór het voertuig
In elkaar was gezakt.
De trein snelde door het prachtige land
schep. Een uurtje later kwam ze aan het kleine
station. Ze zag den stationschef die haar als
kind al geholpen had met haar bagage toen ze
van school kwam; se zag de kruiers, die haar
herkenden, ze zag.
Ze opende den coupé als in een droom; ze
stak beide handen uit en riep:
John! ben jij het, John?
Wees een man, Otto; schud dien klnderachtl-
gen angst van Je af en help mij!"
Robert liet zich niet overtuigen, ook niet toen
hjj voor de tweede maal het geheimzinnige ”e-
lul had gehoord.
HU doorzocht den burcht van boven tot onder,
hy lette nauwkeurig op al de bewoners; hU be
klopte en betastte de wanden van alle kamera
en na eenlge dagen van ingespannen opmerk
zaamheid.... had hij het geheim van de doods
klok tot oplossing gebracht.
In X oude slot waren luchtkokers aangebracht,
die by de verbouwing bulten gebruik werden
gesteld. Die kokers liepen langs verschillende
kamers, waaraan ze eenmaal door in de muren
aangebrachte roosters, versche lucht hadden ge
geven; die roosters waren door het later over-
geplakte behangselpapier onzichtbaar gewor
den.
In een klein, weimg gebruikt kabinetje was
echter nog ’n klep van het vroegere ventilatie
systeem onbedekt gebleven. Op een van s’n
speurtochten ontdekte Robert Drent, dat de
oude huisknecht, die Jarenlang bU den vorigen
burchtheer In dienst was geweest, dat kamer
tje binnehsloop. Een oogenbllk later weerklonk
het geheimzinnig gelul. Op heeterdaad betrapt,
bekende de man. dat hy door een bel in den
luchtkoker te hangen, het geklingel, dat door
de holle buizen werd versterkt en overgebracht,
had doen ontstaan.
Als reden gaf hy op. dat hy gehoopt had, den
nieuwen kasteelheer door de doodsklok te ver
drijven. Het getnakkeiyke leven vóór diens
komst, was hem en z’n vrouw goed bevallen.
Sinds z’n nieuwe meester Otto Randal by.ia
voortdurend een schare drukke, pret-makende
gasten op het slot uitnoodigde. had de oude
huisknecht op een middel gezonnen om hem te
verdrijven en zoo z’n lui leventje van slot
bewaarder weer te kunnen beginnen. Van s’n
vroegeren heer kende hy de geschiedenis van
de doosklok. Het oude handschrift had hy zóó
in de kast gelegd, dat Randals aandacht er
direct op vallen moest en hy het lezen aou
Hetgeen ook geschiedde.
De man werd aan den dUk gezet en met hem
verdween de doodsklok der Barkley's voor goed
uit het slot
lyke rubber te vervaardigen, die de echte kon
vervangen en bovendien had hy het op weten
schappelijke basis geprobeerd.
Zoo bracht ook dtt bezoek haar geen stap
verder. En de tijd werd hoe langer hoe kost
baarder. Vier van de vyf jaren waren vdorby-
gegaan en als ze niet gauw zou slagen, was
Trevanlon Court voor haar verloren. En dal
mocht niet gebeuren! Juni kwam in het land
en nog altyd maakte ze geen vordering van
beteekenls. En een groot verlangen om Corn
wall terug te zien, maakte zich van Nancy
meester. Ze moest het oude huis terugzien om
moed en kracht voor de laatste poging te ver
zamelen.
Is de wereld van de menschen het niet
eens zonder oorlog kan stellen, hoe zou
A* men dan kunnen verwachten dat het rijk
der dieren het wel kan? In het oerwoud, waar
de stryd vaak op leven en dood geleverd wordt,
is de haat en nyd onder dieren gemakkeltjk
waar te nemen. Op zee is dit minder eenvou
dig. omdat daar de stryd meestal plaats heeft
onder water. HU is er echter niet minder fel
om. En nu en dan is het wel eens gelukt zoo'n
vlsschengevecht op een gevoelige plaat of op de
film vast te leggen.
Een van de interessantste geschiedenissen is
die van een hevig gevecht tusschen een zwaard-
visch en ’n walvlsch. Men kent den zwaardvisch
met zyn snavel van een paar meter. Het is een
enorm dier, doch veel minder groot dan de
walvisch. Deze echter wordt by zyn bewegin
gen sterk gehinderd door zyn kolossale 'afme
tingen. zoodat de partyen aan elkaar gewaagd
zyn. De zwaardvisch kan een geweldige snel
heid ontwikkelen en belet zoodoende den wal
visch te doen, wat hy vurig begeert, nJ. onder
te duiken en diepe zee op te zoeken, waar de
zwaardvisch niet komen kan. De visch met de
sabel tracht hém dit natuuriyk te verhinderen
om hem niet te laten ontsnappen. HU duikt met
groote snelheid onder zUn vyand door tot een
bepaalde diepte, rukt dan weer omhoog met
een geiyke snelheid en boort zUn zwaard In den
buik van den walvlsch. Zoo wordt deze, wan
neer de zwaardvisch snel genoeg is, telkens be
let naar de diepte af te zakken. Intusschen
draalt de aangevallene als een wildeman rond
in het water, slaat zyn staartvin vervaariyk uit
en beroert de zee alsof er een storm woedde
ZUn bloed, dat In stroomen vloeit, kleurt de
zee rood en de vervaarlUke staart trMht den
zwaardvisch te treffen, die by een raken klap
onherroepeiyk verloren is. Deze echter biyft er
op bedacht den walvlsch te beletten de duik-
houding te vinden en valt zoo lang aan, tot zyn
prooi krachten en bloed voldoende verloren
heeft en zUn bewegingen langzaam-aan ver
flauwen. Als de blanke buik van den aange
vallene zichtbaar wordt, ziet het er treurig voor
hem uit, maar dan juist krijgt hy gedwongen
kans om zyn aanvaller althans een oogenbllk
bulten gevecht te stellen. ZUn staart, hoewel
steeds zwakker wordend in zUn bewegingen, raakt
even den zwaardvisch, die als een balletje de
lucht in gaat en voor hU weer op het zee
oppervlak neerploft, is de walvlsch naar bene
den geschoten, profiteerend van zyn schuine
houding en verdwynt snel naar het diepste deel
van den oceaan.
De zwaardvisch is dus wel een lief dier ten
opzichte van (Zn walvlsch, maar hy Is dit niet
alleen. Er Is nog een soort zachtzlnnlgaard, die
een doodsvyand is van den walvlsch en wel de
potvisch. Deze is zoowaar nog in de familie van
den walvisch, al is hU veel kleiner. HU is voor
zien van een bek met tanden, reden waarom
hU wel de wolf van den oceaan wordt genoemd.
Die tanden geven hem den noodlgen durf om
den veel grooteren neef aan te vallen. Maar
behalve de tanden, geven ook de soepelheid
van zyn bewegingen hem een aanmerkelUk
voordeel boven den loggen walvlsch. De pot
visch schroomt dan ook niet een heel gezel
schap walvlsschen aan te vallen, wanneer hU
onder gunstige omstandigheden kan „werken"
En de walvlsschen zyn als de dood voor hem.
ZU vermUden dan ook zoo mogeiyk den stryd
en vluchten liever naar de donkere diepten,
die ook voor de potvlsschen ontoegankeiyk zUn.
Intusschen loeren de wolven de oppervlakte van
de zee af en wee den visch, die zich even ver
toont. ZU schieten met razende snelheid op
hem af en verslinden hem zonder vorm van
proces. Want gulzig zUn ze wel, zóó gulzig, dat
zU zelfs zeehonden met een hap naar binnen
schuiven en onmlddellUk daarna de volgende
prooi te pakken nemen.
Het gebeurt wel eens dat zeelui, die een
potvisch vangen, den buik van het dier open-
snyden en dan een dozyn flinke zee bewoners
in zyn maag aantreffen.
De Stryd van potvisch en zwaardvisch ken
merkt zich door een ongehoorde wreedheid. De
bovenomschreven stryd b.v. tusschen zwaard
visch en walvlsch ging gepaard met een letter-
lyk verscheuren van de prooi. Telkens als de
zwaardvisch zyn verschrlkkeiyk wapen in den
bulk van den walvlsch boorde, trok hy lappen
vleesch mee en opnieuw trachtte hü zyn
zwaard In de gemaakte wonde te steken, om
nieuwe lappen vleesch mee te nemen. En deze
wreedheden worden gepleegd op een vrijwel
weerloos slachtoffer, dat alleen per toeval zUn
aanvaller kan treffen en meestal pas nadat hy
reeds veel bloed en vleesch heeft verloren.
Niet alle zeeroovers zyn echter wreed en be-
trekkelUk laf als de potvlsschen en zwaard-
visschen. De zeeleeuw b.v., de snelste renner
van den oceaan, is een ridderlUk vechtjas, on
verschrokken en geweldig. Hy zwerft meestal In
gezelschap van vele broeders en legt honder
den kilometers achter elkaar af, zoo ongeveer
als in vroeger tyden de zwervende roofridders
deden, wier bestaan werd gemotiveerd door een
voortdurend vechten en veroveren van bult.
Nu is er één visch, die de zeeleeuw niet in
ZUn nabyheid duldt en daar heeft hU gelUk In.
want deze visch is de haal, wy Nederlanders,
Heb Je al nadere vorderingen gemaakt?
vroeg hy.
Ze schudde zwygend bet hoofd.
Nancy, zei Ben, zul je er aan denken,
dat mijn gevoelens voor Jou hetzelfde zUn ge
bleven? Dien avond heb je slechte dingen van
me gedacht, maar Je weet dat ik alles deed uit
liefde voor jou. Kun je me geen hoop geven,
Nancy?
Ze gaf geen antwoord.
Is er een ander? vroeg hy angstig.
Nancy dacht aan John Trefry en aan den
laatsten brief.
Neen Ben, er is geen ander, zei ze zacht.
Dan zal ik je toch winnen! Schud niet
van neen, Nancy, en Trevanlon Court zal Je
ook terughebben.
De trein reed uit het station terwUl die woor
den haar nog in de ooren klonken. Ze leken
een goede voorspelling. Een uur later dacht ze
niet meer aan Leeds en zyn bewonen. Ze had
Mrs. Uren geschreven en In gedachten haalde
ze het kleine huisje en het uitzicht op zee voor
den geest. Ze was by na thuis; ze voelde het
aan alles.
Byna machinaal haalde ze uit haar koffer
een stuk rubber te voorschijn. Waarom ze het
had meegenomen, wist se niet; er was ook een
stuk Para-rubber In den koffer. Ze vergeleek
het zuchtend: Waarom kon ze toch dat klei
ne mysterieuse geheim niet vinden?
Ze dacht aan Professor Bheepahranks' brief.
Als ze het kon vinden.... Hoe zou alles in
haar leven veranderen.
Waarom heb je niet geschreven? Ik dacht
dat je in Amerika was.. Waarom heb Je niets
van Je laten hooren? Waar kom Je vandaan?
Nancy wist ternauwernood wat ze zei. Ze
hield zyn belde handen In de hare en keek
hem met een stralenden blik aan.
Ik wist dat Je kwam. Nancy; mrs. Uren
heeft het mU verteld, zei John eindeiyk.
Daarom ben ik aan den trein gekomen. Je
bent er toch niet kwaad om. Nancy?
Kwaad? Ik vind het heeriyk.
heb je al dien tUd willen schrijven,
voort, terwyi ae plaats namen In
ouden Ford die buiten het station stond
te wachten.
Waarom heb je het dan niet gedaan?
Ik wilde het doen, maar omdat alles zoo
is geloopen
Wat bedoel je? Ben je niet In Amerika
geweest?
Dat is het juist; het is een fiasco gewor
den. Daarom kwam ik terug. Ik heb dat boek
geschreven waarvan ik Je verteld heb.
Het was niets voor John Trefry om sooveel
achter elkaar te vertellen. HU scheen veran
derd. zelfbewuster dan vroeger.
Is het gepubliceerd?
John knikte. Ik geloof dat het succes
heeft, zei hy zacht.
Wat heeriyk! zei het meisje enthousiast.
Vertél me alles, John.
Ik heb je uit Amerika niet geschreven
omdat alles beroerd is gegaan, antwoordde hy.
Ik heb al myn opgespaard geld uitgegeven en
ik had het gevoel of alles mislukt Is.
Nancy had in haar hart spyt van al de on
aardige dingen die ze over hem gedacht had.
Ik ben al verscheidene maanden thuis,
ging hU voort, om te werken. Bovendien
heb ik een betere betrekking gekregen. Ik ben
nu chef van de machinekamer en met een Jaar
of twee krijg ik nog een beter salaris. Onge
veer duizend pond per jaar. Het is geen kapi
taal, maar toch een vorsteiyk inkomen by wat
ik vroeger had.
Een oogenbllk was Trevanlon Court uit haar
gedachten verdwenen. De woorden van Ben
schenen uit haar herinnering wegge-
ze wist alleen dat ae by John Trefry
De oude auto kroop over den weg en
schudde en rammelde van wonder en geweld,
maar ze letten er geen van beiden op.
e vrouw is door de eeuwen heen altyd
leen voorwerp van bUzondere belangstel-
llng geweest en Inderdaad was zU vaak
Hechts een „voorwerp". Niet overal geniet de
vrouw de vereering, die In onze streken haar
deel is. BU ons Immers heeft de vrouw In vele
zaken den voorrang, hetzy uit ridderiykheld
van den man, die als de sterkere de vrouw
beschermt en haar dus vele attenties verleent,
hetzy omdat madame zich weet te doen gelden
door haar voor ons vaak zoo ondoorgrondeiyke
gedragingen. Hoe het ook zy, er zyn landen,
waar de vrouw noch In naam noch Inderdaad
Iets te vertellen heeft. By ons, nietwaar, heeft
zy heel dlkwUls In naam weinig. Inderdaad al
les te vertellen. DAAr echter Is zy er heel wat
erger aan toe. Het Oosten, het verre Oosten voor
al kent de vrouw slechts als een minderwaar
dig wezen, dat zoo ongeveer ter beschikking
staat van den man, of die nu vader heet of
echtgenoot In Japan bestaat deze situatie, die
de vrouw als verre minderwaardig aan den
man beschouwt, maar hier wordt deze situatie
tenminste nog beheerscht door een mannelyke
ridderiykheld, die een bU uitstek Japansche
deugd is. In andere Oostersche landen zit het
een beetje anders Daar begint het meisje met
absolute afhankelUkheld, niet van de moe
der, maar van den vader, omdat hU een man
is. HU verkoopt bet lieve wicht aan een echt
genoot, die hy zelf uitkieBt en die de vrouw
bij zich neemt, om haar misschien na enkele
dagen of weken weer de deur uit te sturen.
Dit beteekent precies het ?elfde als by ons een
echtscheiding. De man kan haar ook by zich
houden en haar tuchtigen, of opsluiten, niet
alleen wanneer zU zich heeft misdragen, maar
ook wanneer hy daar zonder de minste reden
lust in heeft In de landen waar dit geschiedt,
beschouwt men de vrouw als een wezen, dat
behept Is met allerlei ondeugden, die de man
natuuriyk niet bezit. De vrouw krygt nX bU
haar geboorte de volgende eigenschappen mee:
vóór alles Jaloezie, dan elgenwysheid, wispel
turigheid, ydelheld. zucht tot kwaadspreken
enz. enz., allemaal eigenschappen, die w<) onzen
vrouwen niet graag hardop zouden verwyten
en die zy trouwens ook volstrekt niet bezitten.
Als gezegd, de man koopt zyn vrouw. HU ziet
haar pas, als de bruiloft Is voltrokken, al klopt
dit niet met de absolute heerschappy van den
man, die vermoedeiyk toch wel het verlangen
zal hebben tevoren een praatje te maken met
haar, die zUn vrouw gaat worden. Maar het Is
nu eenmaal zoo. De koopsom hangt af van vele
bykomstlgheden. Soms van de familie van de
bruid, hun stand, de macht van den vader.
Soms ook van de meerdere of mindere mate
van wanstaltigheid van de bruid. Er zyn In het
hartje van Azië in dit opzicht vreemde gebrui
ken ontdekt. Daar komt het voor, dat de lee-
lykste de grootste attractie uitoefent en een
voudig kapitalen kost. Een meisje met ver-
mlkte voeten heeft een prachtige kans van
slagen. Hoe erger verminkt, des te grooter de
kans. Soms wordt haar waarde In geld bepaald
door haar gewicht, hetgeen eenigszins In te
genstelling is met de opvattingen over de slanke
lyn. De vetmesterU is In zulke streken een druk
beoefend bedryf, zooals men zich denken kan.
In Perzië spreekt de goede smaak een beetje
meer mee. Daar wordt de waarde van ’t meisje
bepaald door de kleur van het haar, wat al
thans minder beleedigend voor haar is. Boven
dien wordt zy niet bepaald verkocht In den
banalen zin van het woord. De man geeft wel
iswaar een som geld aan de schoonouders, maar
behalve de bruid zelf krygt hU daarby nog een
hoeveelheid goederen, In waarde geiyk aan de
som die hy gegeven heeft. Die goederen bestaan
uit vruchten, vee, gereedschappen enz. Stuurt
de man zUn vrouw weer naar huis, dan moet
hy alles teruggeven wat men hem geschonken
f on dit blad rtin innvolm de verzekertngrvoorwaaixlen tegen by levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f 7^/1 by een ongeval met f OCfï by verlies van een hand f 1 9/T oU verlies van een f Cf) _bjj een breuk van f df)
S SEgevaUen «bekert eeTder vó^ê^de ultkeerlngen 1 ÓUUU.-rulles van teub armenTbelde beenen of beide oogen T f U.~ doodelyken afloop l een vost of een oog f dilm of wijsvinger «JU.-been of
Ik moet u ondanks alles gelukwenschen
met uw mislukking. Eerst dacht Ik. dat u ge
slaagd was.... en dan volgde precies hetzelfde
verhaal dat de ander gedaan had. De brief
eindigde: U bent op de grens van een vol
maakte uitvinding; en door deze woorden was
Nancy, ondanks alles, gelukkig gestemd. Ze
Fiat wat het beteekende als professor Sheepsh-
ranks haar dit verzekerde. En den anderen dag
ging ze zingend aan het werk. Ze wilde sla
gen. Ze gaf den moed niet op. Februari ging
voocby. Maart en April en nog altyd was ze
aan het werk. Nog altyd wist ze niet wat er
ontbrak. Het was en bleef een kleinigheid!
Maar wat? Wat? Toen Mei was gekomen, be
sloot ze Iets te probeeren. In Dultschland leef
de een oude bekende geleerde, die een ultge-
brelde studie van synthetische rubber gemaakt
had. Ze ging hem opzoeken in Leipzig.
Professor Luther, een oude, vrlendeiyke heer,
ontving haar met belangstelling. HU vertelde
haar, dat hy er nooit in waa geslaagd werke-
en groot geselschap was bijeen In het oude
H slot, dat Otto Randal van z'n oud-oom,
deii vorigen burchtheer, had geërfd, toen
een bediende op hem toetrad die op een zilveren
blad een visitekaartje aanbood.
„Wie is die mynheer?*’ vroeg Otto Randal
gejaagd, „waar heb Je hem gebracht?”
„In de ontvangkamer, mUnheer.”
De burchtheer verontschuldigde zich met een
paar woorden by z'n gasten, en snelde naar de
ontvangkamer, «aar hy z'n vroegeren school
kameraad. Robert Drent, vond.
„Robert I” riep hy vefheugd. .JU hier? Hoe
heb je me gevonden? Je bent weinig veranderd
in die lange jaren. Wat ben ik biy. dat Ik je
zie. Nu Je eenmaal hier bent, laat ik je niet
meer los. Maar vertel me eerst, boe Je te weten
bent gekomen
laat me nlet/aan het woord komen,” glim
lachte Robert. „Ik vernam toevallig, door een
van de teleurgestelde bloedverwanten van je
oud-oom, dat je al diens hebben en houwen
hebt geërfd en je hier gevestigd hebt. Eerst ge
voelde ik me beleedigd. omdat Je me totaal ver
geten scheen te hebben, maar m*n oude vriend
schap overwan en zoo besloot Ik de weken van
na’u verlof bU je te gaan doorbrengen, ten min
ste als je me hebben wilt.”
„Als ik je hebben wil? Kerel, je komst is
t grootste geluk, dat me te beurt kon vallen.
Ga mee. 'kheb het huis vol gasten: vrienden en
kennissen uit den omtrek. Maar de avond ia ge
lukkig gauw om; dan gaan ze weg en hebben
we X rijk alleen. Een paar weken, zeg Je? Neen
je biyft veel langer
„Otto,” vroeg Robert Drent een paar dagen
later, toen se In de bibliotheek zaden, „Otto, wat
scheelt er toch?”
„Wat bedoel je?”
„Je bent onrustig."
„Dat verbeeld je je maar
JdM Ut ronduit zeggen wat ik denk?”
„Natuuriyk.
^Je maakt den indrük van iemand, die Iets
op s’n geweten heeft die gekweld wordt door
Innariyke onrust daarover.”
,„Wat zou ik op m’n geweten hebben?”
„Dat weet ik niet."
„Ik ook niet.”
Beide vienden zwegen eenlge oogenblikken.
Toen hernam Robert: „Ik dacht eerst, dat net
zware, wisselvallige leven in Amerika je zenuw
gestel had aangetast, maar langzamerhand
kreeg ik den Indruk, dat Je in een toestand van
angst verkeert; angst voor een persoon of voor
iets dat gebeuren zal. Is X zoo niet?”
Otto Randal keek z'n vriend strak aan. HU
scheen In twUfel te verkeeren. of hU hem In
vertrouwen zou nemen; hU weifelde....
Eensklaps barstte hU uit; „Ja. Je hebt goed
geraden! ^k leef In voortdurenden angst, want
de dood staat gereed, om mU met z'n begeerige
klauwen aan te grijpen!”
t „Otto, wat bezielt Je? Ben je gek geworden?"
bracht Drent er bleek en ontdaan uit.
.Neen, ik ben niet gek.”
„Heb je dan een vUand,
vreest?"
„Ik heb geen vyanden.”
.Mam-, wat is het dan?"
.Otte sprong op. liep naar een der breede
boekenkasten, kwam terug met een oud hand
schrift en duwde het Robert toe met de woor
den: „Lees dit eerst! Dan spreken we verder!
Robert Drent nam de byeengenaaide blaad
jes papier aan. HU las, dat de burcht, waarin
hy zich bevond, in de Middeleeuwen had toe
behoord aan een adeliyk geslacht, waarvan ae
leden bekend stonden als ruwe, wreede en licht
zinnige menschen. die de schrik van den om-
I trek waren. HU las, dat de door hen bedreven
euveldaden I glo waren, dat op het hooren van
hun naam alleen, hun onderhoorigen sidderden
van angst. HU las, dat de booze, wreede roof
ridders allen een gewelddadlgen of onnatuur
lUken dood waren gestorven; dat de dood hun
steeds werd aangekondlgd door het gelui eener
onzichtbare klok, die niemand, ondanks de Uve-
rlgste nasporingen ooit had kunnen ontdekken;
die in den volksmond den naam kreeg van de
doodsklok der Barkley’s; dat de klok gezwegen
had toen *n nieuw en beter geslacht den burcht
bewoonde.
Nadat Robert z'n lectuur beëindigd had, keek
hy z’n vriend ar en sprak: „Een aardig
sprookje, dat eeuwen geleden natuuriyk graas
werd geloofd, maar dat in onzen nuchteren mo
dernen tyd, geen opgeld meer doet en boven
dien. wat heb Je er mee te maken?”
„Ik heb het gelul van de doodsklok gehoord.’
„Och, onzin."
„Ik verzeker je van wel. Tot driemaal toe heb
ik een klok hooren lulden in m’n onmiddeliyke
nabyheid. Het geluld kwam niet van een be
paalde plaats, het kwam uit de lueht om mij
heen.”
„Waar gebeurde dat?” vroeg Robert.
„Éénmaal in m’n slaapkamer, midden in den
nacht; éénmaal hier In de bibliotheek en één
maal toen ik in de gang liep, die naar den
anderen vleugel van X gebouw leidt. Begrijp
Je nu. dat myn zenuwstelsel in de war is ge
raakt? De dood Is mU aangekondlgd! HU loeit
op mU van alle kanten! Ik ben geen lafaard,
maar tegen geesten kan ik niet strUden. Ik
geef het op.”
,Maar Otto. wees toch wyzer, bedenk toch..”
„Al Je redeneeren zou niet baten. Het kan het
"feit, dat ik de doodsklok met m’n eigen ooren
gehoord heb. niet te niet doen.”
„Jc verbeelding heeft Je parten gespeeld.”
„Tot driemaal toe?"
„Ik wilde, dat ik
Robert Drent brak plotseling z'n woorden af.
staan dokters en missionarissen, die een zieke
bezoeken. Wanneer de man wil, kan hy in zulk
een bezoek een eind maken aan het huwelyk
en de vrouw de laan uitsturen.
In sommige landen wordt deze gewoonte, om
de vrouw zoo streng gevangen te houden, al
leen gehandhaafd zoolang de vrouw nog geen
kinderen heeft. Heeft zU twee of meer kinde
ren, dan mag zy zich wel eens buiten de deur
wagen, zy het dan ook onherkenbaar gesluierd.
Heeft een vrouw geen kinderen, dan helpt er
geen moedertjelieve aan, dan moet se weg. zyn-
de onbekwaam om de familie voort te zetten.
Heeft zy kinderen, dan verkrijgt zU ook van
zelf respect en goede behandeling, hoewel deze
goede behandeling voor onze Westersche vrou
wen vry vervelend zou zyn. ZU behoeft oa.
niet deel te nemen aan den arbeid, dien de
andere vrouwen van den echtgenoot moeten
verrichten en zU wordt door dezen Abjfs met
eerbied bediend.
Maar deze vrU genoeglyke jaren zyn ook
vry spoedig voorby, nJ. op het oogenbllk dat
de uit het huwelijk geboren meisjes kunnen
werken. Vanaf dat oogenbllk mag de moeder
samen en in vereenlglng met haar dochters
alle vuile en niet vuile werkzaamheden ver
richten en uit is bet lieve leven, waar se net
predies aan gewend geraakt was. Aan X hoofd
van zoo’n werkharem staat de Oudste vrouw,
die nog al eens te schipperen heeft in het ge
zelschap van oudere en jongere vrouwen, die
natuuriyk allemaal jaloersch op elkaar zyn.
Het is dan ook uitsluitend de wetenschap, dat
de man in zUn almacht iedere ruziemaakster
de deur uit kan sturen, die den dames bet zwy-
gen oplegt, zoodra zy even bedreigd worden.
Al deze toestanden zUn naar onae begrippen
niet bepaald verheffend en zU doen wel eens
denken aan de beruchte proefhuwelUken. die
men hier en daar in Amerika propageert, al
spruiten de toestanden in het Oosten ongetwU-
feld uit minder verderfeiyke opvattingen dan
in Amerika. Zoo bestaat in sommige streken
van Perzië de gewoonte, dat een priester tyde-
iyk een huwelyk Inzegent, waarna de man be
sluiten kan het huwelyk in stand te houden
of te ontbinden. Een gevolg van deze tydeiyke
huwelijken is, dat) buitenlanders, die eenlgen
tyd in Perzië zyn, daar een tydeiyk huwelyk
aangaan, dat zy na afloop van hun verblijf
vaarwel zeggen, waarna de bruid, eventueel de
moeder, hulpeloos achterbiyft.
Het ziet er daar ginds in het verre en min
die spreken van „hU is naar de haaien", besef
fen beter dan wie ook, hoe gevaariyk en vraat
zuchtig een haai is en hoe hy moet beschouwd
worden als een nationale vyand. De zeeleeuw
doet dus goed met op voet van oorlog te leven
met den haai. Dat de haai een verschrlkkeiyk
gebit heeft, laat hem biykbaar koud. Hy is al
thans nog nooit voor dit gebit op zy gegaan
en het komt uiterst selden voor, dat de haai
overwinnaar biyft in den stryd. De haaien we
ten dat wel en nauwelijks krygen sy een zee
leeuw in het vizier, of zy nemen de beenen,
by wyze van spreken, en vluchten overal waar
zy terecht kunnen. Ook dit is niet af doende,
want de leeuw is heel wat sneller dan de haal.
Met een geweldige snelheid schiet de leeuw op
zUn vuand aan en tracht hem te treffen mid
den in het iyf, daardoor de scherpe tanden en
de sterke staartvin vermydend. ZUn snel
heid is zyn grootste wapen. De haal krygt een
voudig geen kans tot aanvallen en moet al zyn
behendigheid gebruiken tot afweer. Vóór hU
een beweging kan maken, is de aanval weder
heropend en lang duurt het niet of het bloe
dende dier begint te verflauwen en wordt ver
der afgemaakt. Spoedig dryft zUn bloedend lyk
naar boven en de zeeleeuw, die een tweeden
vriend beeft ontdekt, en met frisschen moed
op hem afschiet, begint zonder blikken of blo
zen een nieuw gevecht, dat even prettig voor
den haai afloopt als het eerste. De leeuw is
zeker van zyn zaak, omdat hy snel en dapper
is. HU wordt dan ook gerespecteerd niet alleen
door het vtsschenvolk, vooral door de kleintjes,
die hy toch met rust laat, maar ook door het
zeevolk, dat gaarne zyn ki ygsverrlchtlngen
gadeslaat en in hem een verdediger der on
schuld ziet, alsmede een verdelger van den
grootsten vyand der zeelui: den baal....