Oorlog onder zeemonsters 4et Erfdeel IHai/ofitiaije i$a u&fiaal aan den dag ROBINSON CRUSOE’S AVONTUREN Als U toch schoenen koopt, Alle abonné vraag dan ROBINSON De doodsklok DINSDAG 30 MEI DAPPER EN LAF De leeuw van de zee Vrouwen in het Oosten Fascisten in Portugal Noodweer niet bewezen Wreedheid van potvisch, zwaardvisch en haai «Wordt vervolgd). oJH cart hoe vanion ling. Ik hoop dat je nog een kans hebt om Tre- AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL en B i i. (Nadruk verboden) dat i wiens wraak Je Eenlge dagen nadat Freddy Vrijdag op den rug van den see-olifant gere- den had, zagen de vriendjes den see- olifant uit het water komen. De see- goede maatjes waren. „Moet je sien. nu spring ik over hem heen", riep Freddy Uit. ,4e suit vandaag of morgen nog eens vallen en je beseeren", sei Willy. (Morgenavond vervolg). Court terug te koopen, zei hij plotse- BOOFD8TUK XXVII DB KLEINIGHEID DIE ONTMAK.... ■S» Is t l s r i 1 man klopte het beest op den rug om Willy Woensdag te laten sien, dat zij den aag, )ou- i l l i door icht, nd* ton- srop deel Lizel Za- etu- lan- ume .Het bten ge- ord- a'en men ech- tus- 4jn- ‘*n. den. John gen Je bent nu een groot man op electricitetts- gebled. zei het meisje, toen ze na het eten bij elkaar saten. De menschen zeggen dat ik er verstand van heb. was het bescheiden antwoord, in ieder geval heb ik hard gewerkt. ocr- .ang rloi- lank ngz- riew van hei sto- con- der- illen n te ver- dB heeft, terwijl hij zijn geld eveneens terug ont vangt. De meestgezochte vrouwen zijn de git zwarte, doch wij weten niet of dit nog aal blij ven duren, als men daar het haarverven aal hebben Ingevoerd. Als het meisje twaalf Jaar geworden is, wordt zij beschouwd als huwbaar en meestal is sV uitgehuwelijkt vóór zij zestien wordt. Of zU ook geestelijk in staat is eenigszlns te beseffen wat zij gaat doen door in het huwelijk te tre- ds, is een aangelegenheid van minder sorg Daar denkt men verder niet aan en dat schijnt er ook weinig op aan te komen. Zij gehoor zaamt eenvoudig aan de ouders, zooals zij daar na gehoorzaamt aan den heer gemaal. Enkele jaren lang moet zij schuilevinkje spelen en mag zij het echtelijk huis niet verlaten. Ja, zij piag zelfs niet door een vreemden man gezien wor den. Onder vreemde mannen worden ook ver- (ingezonden MMedeeling). Uit h«t Engelsch van Joseph Hocking lles- een t K din* van xtie ags- rug- loett den drie >ffia lot ring icht bor- aok- vaa am Briggs vaagd; was. 1 ver lip* xir- an- inde r L ver- USd anil pre- bs- d er ve t- laag i en vul- oeid iini- per- het Nauwelijks had Willy deze woorden gesproken, of sU hoorden een ge schreeuw aan de andere zijde van den see-ollfant. De zeeman was nX niet De Portugeesche fascisten, die ter onder scheiding van hun Italiaansche en Dultache partijgenooten blauwe hemden dragen, zijn voor de eerste maal sedert de oprichting der partij in botsing gekomen met politieke tegenstan ders. In het algemeen wordt weinig aandacht geschonken aan deze fascistische beweging, doch te Coimbra kwam het tot botsing met liberale studenten. De studenten riepen: ..Leve de Re publiek.” waarop de fascisten antwoordden met „Vive O National syndicalisme.’’ Hierop ontstond een verwoed gevecht. Eerst nadat de politie en militairen waren versche nen, kon de rust hersteld worden. De leider van de Portugeesche blauwhemden, dr. Rolao Preto, volgt nauwkeurig de methode van Hitler bij het toespreken van zijn volge lingen. ik ging John den op het mulle zand terecht gekomen maar op een berg cocosnoten die Willy had laten liggen. Het duurde gerulmen tijd, voor de zeeman weer overeind krabbelde en toen zag hij Willy aan den anderen kant van den zee-olifant lachen. „Cocosnoten zijn tamelijk hard om er op te vallen", zei Willy. by verlies ven *n anderen vinger WARMTE mtHmmmwiHmti Heerlijk op een koel terrasje Met de beenen, uitgestrekt. Waarbij dan een portie roomijs Een Noordpool-idylle wekt! Zalig in je kleine tuintje Met een reute-dosis dorst. Onderwijl de een of ander Kwistig met de syphon morst. Of je woont vlak bij de wolken. Maar des avonds schijnt geen zon, En je gaat dan koeltjes fitten Op je hoog, mugvrjj balcon! Zomerweer! en koude dagen Schijnen inderdaad voorbij. En zoo kan men dan genieten Van een tochten, warmen Mei! Dit vooral ook doen de dames, Want de mode is gereed En een luchtig zomerbloesje Staat bU hitte slechts ^gekleed!” MARTIN BERDEN CALVE-DELFTS Zin potjes. Een artlstenpaar. dat zich van de arena aan den huiseliJken haard teruggetrokken had. leefde reeds vele Jaren in volkomen eendracht teza men. Af en toe werd deze harmonie wel eens door een strafpredikatie van de ex-leeuwen- temster verstoord en ook Carlos, de kunstrijder, kon niet nalaten af en toe een stuk van het meubilair stuk te slaan, maar steeds werden na dergelijke kleine Intermezzi de echtelijke banden des te vaster aangehaald Over het al gemeen boden zij dus den buren het voorbeeld van «éen Ideaal huwelijk Wie schetst dus de verbazing en schrik der buren, toen zij op een goeden morgen zes scherpe schoten hoorden knallen in de artis- tenwonlng. ZU snelden toe en stelden het vol gende vast: Carlos had zich opgewonden over de kookkunst van Madame Leona Alles kon de leeuwentemster verdragen maar critiek op haar culinaire bemoeiingen, dat was haar toch te veel. Kort en bondig greep zjj naar haar pistool, dat zij oudergewoonte altijd in haar boezelaar droeg en loste wederom uit ge woonte, zes schoten op haar man, zonder ech ter eerst in de lucht te mikken. Dat is n.L re gel bij de leeuwentemmers, die nauwgezet toe gepast wordt, om materiaalverlies te voorko men. Daar echter In haar .Jiuweiyksclrcus” Madame Leona zich over betaalde verliezen niet al te bezorgd maakte, schoot ze er maar op los en trof haar echtgenoot pardoes in den rug Ofschoon de echtgenoot over deze geweld dadige manier van dressuur niet eens boos scheen te zijn, had het voorval een gerechte lijk naspeL Madame Leona moest voor zes -maanden ,Jn de paraplule’, omdat „noodweer” niet als be wezen werd beschouwd. In de bibliotheek klonk duidelijk klokgelui, dat niet van een bepaalde plaats kwam, maar in de lucht rondom de belde vrienden scheen te ontstaan. De doffe klanken waren zóó geheim zinnig, zóó spookachtig, dat Robert Drent ver bleekte en een rilling van vagen angst niet kon ondero rukken. In Otto Randal's oogen flikkerde behalve ont zetting. ook triomf, omdat s’n ongeloovige vriend nu niet langer aan z'n waarnemingsvermogen kon twijfelen. Het geluid van de doodsklok verstomde. „Ben Je nu overtuigd?” vroeg Otto zacht. „Neen!” riep Robert en sprong op: „neen en ik zal niet rusten, vóór ik den grap penmaker. die voor spook speelt heb ontmaskerd. i d» nid- aar- door raar en aen- der verre Oosten dus wel iets anders uit dan In onze Westersche landen. Van vrouweneman cipatie, van gelijkheid tusschen man en vrouw, van eenlg recht zelfs der vrouw is vooralsnog geen sprake. Het komt misschien wel. Turkije kent al een volkomen médemlaeertng op vrij wel alle gebieden en de meisjes en vrouwen proflteeren daar duchtig van. Ook Egypte volg de Turkije op in deze modemiseering en lang zamerhand zullen ook de andere landen er wel aan moeten gelooven. Tot zoover en in som mige binnenlanden van Azië vermoedelijk zul len de meisjes en vrouwen altijd haar allesbe halve benijdenswaardlg lot moeten dragen in geduld en deemoed. Laten qpze vrouwen daar eens aan denken, als se een doodenkelen keer eens haar zin niet kunnen dóórzetten. Het had erger kunnen zijn. Shawcross maakte geen tegenwerpin- -i toen ze hem vacantie vroeg. De zaken floreerden en hij was meer dan tevreden met Nancy’s ontwerpen. Ga er maar een paar dagen tusschen uit, miss Nancy: dat zal u geen kwaad doen, moedigde hij haar aan. En op een stralenden Junl-dag bracht Nan cy alles van waarde naar de Bank en vertrok naar Cornwall. Van John Trefry had ze nooit meer iets gehoord. Ze wist niet eens of hij wel naar Zuid-Amerika was gegaan. Aan het station gekomen, ontmoette ze Ben Briggs. Ze had hem herhaaldelük gesproken na dien bewusten avond; maar nooit was er meer een woord tusschen hen ge wisseld over de ge schiedenis van het gestolen document. Hij was dien dag meer dan vriendelijk en hij bracht haar reislectuur en bonbons. Nancy schudde ontkennend het hoofd. Daarom, begon, hij daarom Wat John? De oude kar hobbelde voort, ze konden el kaar moeilijk verstaan. Ik wil het voor Je terugkoopen. Ik wil het zoo graag, maar ik kan het niet. Misschien zal het me wel nooit mogeljjk zijn. Maar toch voel Ik mij geen mislukkeling meer. Nancyzou jij zou Jij Ja John! Je weet wat ik denk, maar wat ik nooit durfde uitspreken? Mijn plannen zün nog lang niet verwezenlijkt, maar toch.,., wil Je. Nancy? Ja John, zet het meisje nog eens, met tra nen in de oogen. Ik wilde altijd, dat weet Je toch wel? Ze spraken verder geen woord, maar ze sa ten hand in hand. De man die den ouden Ford chauffeerde, zag en hoorde van jlit alles niets; al zijn belangstelling was bij zün gammel ve hikel en hij hoopte hartgrondig dat hij mrs. Uren’s huisje mocht bereiken vóór het voertuig In elkaar was gezakt. De trein snelde door het prachtige land schep. Een uurtje later kwam ze aan het kleine station. Ze zag den stationschef die haar als kind al geholpen had met haar bagage toen ze van school kwam; se zag de kruiers, die haar herkenden, ze zag. Ze opende den coupé als in een droom; ze stak beide handen uit en riep: John! ben jij het, John? Wees een man, Otto; schud dien klnderachtl- gen angst van Je af en help mij!" Robert liet zich niet overtuigen, ook niet toen hjj voor de tweede maal het geheimzinnige ”e- lul had gehoord. HU doorzocht den burcht van boven tot onder, hy lette nauwkeurig op al de bewoners; hU be klopte en betastte de wanden van alle kamera en na eenlge dagen van ingespannen opmerk zaamheid.... had hij het geheim van de doods klok tot oplossing gebracht. In X oude slot waren luchtkokers aangebracht, die by de verbouwing bulten gebruik werden gesteld. Die kokers liepen langs verschillende kamers, waaraan ze eenmaal door in de muren aangebrachte roosters, versche lucht hadden ge geven; die roosters waren door het later over- geplakte behangselpapier onzichtbaar gewor den. In een klein, weimg gebruikt kabinetje was echter nog ’n klep van het vroegere ventilatie systeem onbedekt gebleven. Op een van s’n speurtochten ontdekte Robert Drent, dat de oude huisknecht, die Jarenlang bU den vorigen burchtheer In dienst was geweest, dat kamer tje binnehsloop. Een oogenbllk later weerklonk het geheimzinnig gelul. Op heeterdaad betrapt, bekende de man. dat hy door een bel in den luchtkoker te hangen, het geklingel, dat door de holle buizen werd versterkt en overgebracht, had doen ontstaan. Als reden gaf hy op. dat hy gehoopt had, den nieuwen kasteelheer door de doodsklok te ver drijven. Het getnakkeiyke leven vóór diens komst, was hem en z’n vrouw goed bevallen. Sinds z’n nieuwe meester Otto Randal by.ia voortdurend een schare drukke, pret-makende gasten op het slot uitnoodigde. had de oude huisknecht op een middel gezonnen om hem te verdrijven en zoo z’n lui leventje van slot bewaarder weer te kunnen beginnen. Van s’n vroegeren heer kende hy de geschiedenis van de doosklok. Het oude handschrift had hy zóó in de kast gelegd, dat Randals aandacht er direct op vallen moest en hy het lezen aou Hetgeen ook geschiedde. De man werd aan den dUk gezet en met hem verdween de doodsklok der Barkley's voor goed uit het slot lyke rubber te vervaardigen, die de echte kon vervangen en bovendien had hy het op weten schappelijke basis geprobeerd. Zoo bracht ook dtt bezoek haar geen stap verder. En de tijd werd hoe langer hoe kost baarder. Vier van de vyf jaren waren vdorby- gegaan en als ze niet gauw zou slagen, was Trevanlon Court voor haar verloren. En dal mocht niet gebeuren! Juni kwam in het land en nog altyd maakte ze geen vordering van beteekenls. En een groot verlangen om Corn wall terug te zien, maakte zich van Nancy meester. Ze moest het oude huis terugzien om moed en kracht voor de laatste poging te ver zamelen. Is de wereld van de menschen het niet eens zonder oorlog kan stellen, hoe zou A* men dan kunnen verwachten dat het rijk der dieren het wel kan? In het oerwoud, waar de stryd vaak op leven en dood geleverd wordt, is de haat en nyd onder dieren gemakkeltjk waar te nemen. Op zee is dit minder eenvou dig. omdat daar de stryd meestal plaats heeft onder water. HU is er echter niet minder fel om. En nu en dan is het wel eens gelukt zoo'n vlsschengevecht op een gevoelige plaat of op de film vast te leggen. Een van de interessantste geschiedenissen is die van een hevig gevecht tusschen een zwaard- visch en ’n walvlsch. Men kent den zwaardvisch met zyn snavel van een paar meter. Het is een enorm dier, doch veel minder groot dan de walvisch. Deze echter wordt by zyn bewegin gen sterk gehinderd door zyn kolossale 'afme tingen. zoodat de partyen aan elkaar gewaagd zyn. De zwaardvisch kan een geweldige snel heid ontwikkelen en belet zoodoende den wal visch te doen, wat hy vurig begeert, nJ. onder te duiken en diepe zee op te zoeken, waar de zwaardvisch niet komen kan. De visch met de sabel tracht hém dit natuuriyk te verhinderen om hem niet te laten ontsnappen. HU duikt met groote snelheid onder zUn vyand door tot een bepaalde diepte, rukt dan weer omhoog met een geiyke snelheid en boort zUn zwaard In den buik van den walvlsch. Zoo wordt deze, wan neer de zwaardvisch snel genoeg is, telkens be let naar de diepte af te zakken. Intusschen draalt de aangevallene als een wildeman rond in het water, slaat zyn staartvin vervaariyk uit en beroert de zee alsof er een storm woedde ZUn bloed, dat In stroomen vloeit, kleurt de zee rood en de vervaarlUke staart trMht den zwaardvisch te treffen, die by een raken klap onherroepeiyk verloren is. Deze echter biyft er op bedacht den walvlsch te beletten de duik- houding te vinden en valt zoo lang aan, tot zyn prooi krachten en bloed voldoende verloren heeft en zUn bewegingen langzaam-aan ver flauwen. Als de blanke buik van den aange vallene zichtbaar wordt, ziet het er treurig voor hem uit, maar dan juist krijgt hy gedwongen kans om zyn aanvaller althans een oogenbllk bulten gevecht te stellen. ZUn staart, hoewel steeds zwakker wordend in zUn bewegingen, raakt even den zwaardvisch, die als een balletje de lucht in gaat en voor hU weer op het zee oppervlak neerploft, is de walvlsch naar bene den geschoten, profiteerend van zyn schuine houding en verdwynt snel naar het diepste deel van den oceaan. De zwaardvisch is dus wel een lief dier ten opzichte van (Zn walvlsch, maar hy Is dit niet alleen. Er Is nog een soort zachtzlnnlgaard, die een doodsvyand is van den walvlsch en wel de potvisch. Deze is zoowaar nog in de familie van den walvisch, al is hU veel kleiner. HU is voor zien van een bek met tanden, reden waarom hU wel de wolf van den oceaan wordt genoemd. Die tanden geven hem den noodlgen durf om den veel grooteren neef aan te vallen. Maar behalve de tanden, geven ook de soepelheid van zyn bewegingen hem een aanmerkelUk voordeel boven den loggen walvlsch. De pot visch schroomt dan ook niet een heel gezel schap walvlsschen aan te vallen, wanneer hU onder gunstige omstandigheden kan „werken" En de walvlsschen zyn als de dood voor hem. ZU vermUden dan ook zoo mogeiyk den stryd en vluchten liever naar de donkere diepten, die ook voor de potvlsschen ontoegankeiyk zUn. Intusschen loeren de wolven de oppervlakte van de zee af en wee den visch, die zich even ver toont. ZU schieten met razende snelheid op hem af en verslinden hem zonder vorm van proces. Want gulzig zUn ze wel, zóó gulzig, dat zU zelfs zeehonden met een hap naar binnen schuiven en onmlddellUk daarna de volgende prooi te pakken nemen. Het gebeurt wel eens dat zeelui, die een potvisch vangen, den buik van het dier open- snyden en dan een dozyn flinke zee bewoners in zyn maag aantreffen. De Stryd van potvisch en zwaardvisch ken merkt zich door een ongehoorde wreedheid. De bovenomschreven stryd b.v. tusschen zwaard visch en walvlsch ging gepaard met een letter- lyk verscheuren van de prooi. Telkens als de zwaardvisch zyn verschrlkkeiyk wapen in den bulk van den walvlsch boorde, trok hy lappen vleesch mee en opnieuw trachtte hü zyn zwaard In de gemaakte wonde te steken, om nieuwe lappen vleesch mee te nemen. En deze wreedheden worden gepleegd op een vrijwel weerloos slachtoffer, dat alleen per toeval zUn aanvaller kan treffen en meestal pas nadat hy reeds veel bloed en vleesch heeft verloren. Niet alle zeeroovers zyn echter wreed en be- trekkelUk laf als de potvlsschen en zwaard- visschen. De zeeleeuw b.v., de snelste renner van den oceaan, is een ridderlUk vechtjas, on verschrokken en geweldig. Hy zwerft meestal In gezelschap van vele broeders en legt honder den kilometers achter elkaar af, zoo ongeveer als in vroeger tyden de zwervende roofridders deden, wier bestaan werd gemotiveerd door een voortdurend vechten en veroveren van bult. Nu is er één visch, die de zeeleeuw niet in ZUn nabyheid duldt en daar heeft hU gelUk In. want deze visch is de haal, wy Nederlanders, Heb Je al nadere vorderingen gemaakt? vroeg hy. Ze schudde zwygend bet hoofd. Nancy, zei Ben, zul je er aan denken, dat mijn gevoelens voor Jou hetzelfde zUn ge bleven? Dien avond heb je slechte dingen van me gedacht, maar Je weet dat ik alles deed uit liefde voor jou. Kun je me geen hoop geven, Nancy? Ze gaf geen antwoord. Is er een ander? vroeg hy angstig. Nancy dacht aan John Trefry en aan den laatsten brief. Neen Ben, er is geen ander, zei ze zacht. Dan zal ik je toch winnen! Schud niet van neen, Nancy, en Trevanlon Court zal Je ook terughebben. De trein reed uit het station terwUl die woor den haar nog in de ooren klonken. Ze leken een goede voorspelling. Een uur later dacht ze niet meer aan Leeds en zyn bewonen. Ze had Mrs. Uren geschreven en In gedachten haalde ze het kleine huisje en het uitzicht op zee voor den geest. Ze was by na thuis; ze voelde het aan alles. Byna machinaal haalde ze uit haar koffer een stuk rubber te voorschijn. Waarom ze het had meegenomen, wist se niet; er was ook een stuk Para-rubber In den koffer. Ze vergeleek het zuchtend: Waarom kon ze toch dat klei ne mysterieuse geheim niet vinden? Ze dacht aan Professor Bheepahranks' brief. Als ze het kon vinden.... Hoe zou alles in haar leven veranderen. Waarom heb je niet geschreven? Ik dacht dat je in Amerika was.. Waarom heb Je niets van Je laten hooren? Waar kom Je vandaan? Nancy wist ternauwernood wat ze zei. Ze hield zyn belde handen In de hare en keek hem met een stralenden blik aan. Ik wist dat Je kwam. Nancy; mrs. Uren heeft het mU verteld, zei John eindeiyk. Daarom ben ik aan den trein gekomen. Je bent er toch niet kwaad om. Nancy? Kwaad? Ik vind het heeriyk. heb je al dien tUd willen schrijven, voort, terwyi ae plaats namen In ouden Ford die buiten het station stond te wachten. Waarom heb je het dan niet gedaan? Ik wilde het doen, maar omdat alles zoo is geloopen Wat bedoel je? Ben je niet In Amerika geweest? Dat is het juist; het is een fiasco gewor den. Daarom kwam ik terug. Ik heb dat boek geschreven waarvan ik Je verteld heb. Het was niets voor John Trefry om sooveel achter elkaar te vertellen. HU scheen veran derd. zelfbewuster dan vroeger. Is het gepubliceerd? John knikte. Ik geloof dat het succes heeft, zei hy zacht. Wat heeriyk! zei het meisje enthousiast. Vertél me alles, John. Ik heb je uit Amerika niet geschreven omdat alles beroerd is gegaan, antwoordde hy. Ik heb al myn opgespaard geld uitgegeven en ik had het gevoel of alles mislukt Is. Nancy had in haar hart spyt van al de on aardige dingen die ze over hem gedacht had. Ik ben al verscheidene maanden thuis, ging hU voort, om te werken. Bovendien heb ik een betere betrekking gekregen. Ik ben nu chef van de machinekamer en met een Jaar of twee krijg ik nog een beter salaris. Onge veer duizend pond per jaar. Het is geen kapi taal, maar toch een vorsteiyk inkomen by wat ik vroeger had. Een oogenbllk was Trevanlon Court uit haar gedachten verdwenen. De woorden van Ben schenen uit haar herinnering wegge- ze wist alleen dat ae by John Trefry De oude auto kroop over den weg en schudde en rammelde van wonder en geweld, maar ze letten er geen van beiden op. e vrouw is door de eeuwen heen altyd leen voorwerp van bUzondere belangstel- llng geweest en Inderdaad was zU vaak Hechts een „voorwerp". Niet overal geniet de vrouw de vereering, die In onze streken haar deel is. BU ons Immers heeft de vrouw In vele zaken den voorrang, hetzy uit ridderiykheld van den man, die als de sterkere de vrouw beschermt en haar dus vele attenties verleent, hetzy omdat madame zich weet te doen gelden door haar voor ons vaak zoo ondoorgrondeiyke gedragingen. Hoe het ook zy, er zyn landen, waar de vrouw noch In naam noch Inderdaad Iets te vertellen heeft. By ons, nietwaar, heeft zy heel dlkwUls In naam weinig. Inderdaad al les te vertellen. DAAr echter Is zy er heel wat erger aan toe. Het Oosten, het verre Oosten voor al kent de vrouw slechts als een minderwaar dig wezen, dat zoo ongeveer ter beschikking staat van den man, of die nu vader heet of echtgenoot In Japan bestaat deze situatie, die de vrouw als verre minderwaardig aan den man beschouwt, maar hier wordt deze situatie tenminste nog beheerscht door een mannelyke ridderiykheld, die een bU uitstek Japansche deugd is. In andere Oostersche landen zit het een beetje anders Daar begint het meisje met absolute afhankelUkheld, niet van de moe der, maar van den vader, omdat hU een man is. HU verkoopt bet lieve wicht aan een echt genoot, die hy zelf uitkieBt en die de vrouw bij zich neemt, om haar misschien na enkele dagen of weken weer de deur uit te sturen. Dit beteekent precies het ?elfde als by ons een echtscheiding. De man kan haar ook by zich houden en haar tuchtigen, of opsluiten, niet alleen wanneer zU zich heeft misdragen, maar ook wanneer hy daar zonder de minste reden lust in heeft In de landen waar dit geschiedt, beschouwt men de vrouw als een wezen, dat behept Is met allerlei ondeugden, die de man natuuriyk niet bezit. De vrouw krygt nX bU haar geboorte de volgende eigenschappen mee: vóór alles Jaloezie, dan elgenwysheid, wispel turigheid, ydelheld. zucht tot kwaadspreken enz. enz., allemaal eigenschappen, die w<) onzen vrouwen niet graag hardop zouden verwyten en die zy trouwens ook volstrekt niet bezitten. Als gezegd, de man koopt zyn vrouw. HU ziet haar pas, als de bruiloft Is voltrokken, al klopt dit niet met de absolute heerschappy van den man, die vermoedeiyk toch wel het verlangen zal hebben tevoren een praatje te maken met haar, die zUn vrouw gaat worden. Maar het Is nu eenmaal zoo. De koopsom hangt af van vele bykomstlgheden. Soms van de familie van de bruid, hun stand, de macht van den vader. Soms ook van de meerdere of mindere mate van wanstaltigheid van de bruid. Er zyn In het hartje van Azië in dit opzicht vreemde gebrui ken ontdekt. Daar komt het voor, dat de lee- lykste de grootste attractie uitoefent en een voudig kapitalen kost. Een meisje met ver- mlkte voeten heeft een prachtige kans van slagen. Hoe erger verminkt, des te grooter de kans. Soms wordt haar waarde In geld bepaald door haar gewicht, hetgeen eenigszins In te genstelling is met de opvattingen over de slanke lyn. De vetmesterU is In zulke streken een druk beoefend bedryf, zooals men zich denken kan. In Perzië spreekt de goede smaak een beetje meer mee. Daar wordt de waarde van ’t meisje bepaald door de kleur van het haar, wat al thans minder beleedigend voor haar is. Boven dien wordt zy niet bepaald verkocht In den banalen zin van het woord. De man geeft wel iswaar een som geld aan de schoonouders, maar behalve de bruid zelf krygt hU daarby nog een hoeveelheid goederen, In waarde geiyk aan de som die hy gegeven heeft. Die goederen bestaan uit vruchten, vee, gereedschappen enz. Stuurt de man zUn vrouw weer naar huis, dan moet hy alles teruggeven wat men hem geschonken f on dit blad rtin innvolm de verzekertngrvoorwaaixlen tegen by levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f 7^/1 by een ongeval met f OCfï by verlies van een hand f 1 9/T oU verlies van een f Cf) _bjj een breuk van f df) S SEgevaUen «bekert eeTder vó^ê^de ultkeerlngen 1 ÓUUU.-rulles van teub armenTbelde beenen of beide oogen T f U.~ doodelyken afloop l een vost of een oog f dilm of wijsvinger «JU.-been of Ik moet u ondanks alles gelukwenschen met uw mislukking. Eerst dacht Ik. dat u ge slaagd was.... en dan volgde precies hetzelfde verhaal dat de ander gedaan had. De brief eindigde: U bent op de grens van een vol maakte uitvinding; en door deze woorden was Nancy, ondanks alles, gelukkig gestemd. Ze Fiat wat het beteekende als professor Sheepsh- ranks haar dit verzekerde. En den anderen dag ging ze zingend aan het werk. Ze wilde sla gen. Ze gaf den moed niet op. Februari ging voocby. Maart en April en nog altyd was ze aan het werk. Nog altyd wist ze niet wat er ontbrak. Het was en bleef een kleinigheid! Maar wat? Wat? Toen Mei was gekomen, be sloot ze Iets te probeeren. In Dultschland leef de een oude bekende geleerde, die een ultge- brelde studie van synthetische rubber gemaakt had. Ze ging hem opzoeken in Leipzig. Professor Luther, een oude, vrlendeiyke heer, ontving haar met belangstelling. HU vertelde haar, dat hy er nooit in waa geslaagd werke- en groot geselschap was bijeen In het oude H slot, dat Otto Randal van z'n oud-oom, deii vorigen burchtheer, had geërfd, toen een bediende op hem toetrad die op een zilveren blad een visitekaartje aanbood. „Wie is die mynheer?*’ vroeg Otto Randal gejaagd, „waar heb Je hem gebracht?” „In de ontvangkamer, mUnheer.” De burchtheer verontschuldigde zich met een paar woorden by z'n gasten, en snelde naar de ontvangkamer, «aar hy z'n vroegeren school kameraad. Robert Drent, vond. „Robert I” riep hy vefheugd. .JU hier? Hoe heb je me gevonden? Je bent weinig veranderd in die lange jaren. Wat ben ik biy. dat Ik je zie. Nu Je eenmaal hier bent, laat ik je niet meer los. Maar vertel me eerst, boe Je te weten bent gekomen laat me nlet/aan het woord komen,” glim lachte Robert. „Ik vernam toevallig, door een van de teleurgestelde bloedverwanten van je oud-oom, dat je al diens hebben en houwen hebt geërfd en je hier gevestigd hebt. Eerst ge voelde ik me beleedigd. omdat Je me totaal ver geten scheen te hebben, maar m*n oude vriend schap overwan en zoo besloot Ik de weken van na’u verlof bU je te gaan doorbrengen, ten min ste als je me hebben wilt.” „Als ik je hebben wil? Kerel, je komst is t grootste geluk, dat me te beurt kon vallen. Ga mee. 'kheb het huis vol gasten: vrienden en kennissen uit den omtrek. Maar de avond ia ge lukkig gauw om; dan gaan ze weg en hebben we X rijk alleen. Een paar weken, zeg Je? Neen je biyft veel langer „Otto,” vroeg Robert Drent een paar dagen later, toen se In de bibliotheek zaden, „Otto, wat scheelt er toch?” „Wat bedoel je?” „Je bent onrustig." „Dat verbeeld je je maar JdM Ut ronduit zeggen wat ik denk?” „Natuuriyk. ^Je maakt den indrük van iemand, die Iets op s’n geweten heeft die gekweld wordt door Innariyke onrust daarover.” ,„Wat zou ik op m’n geweten hebben?” „Dat weet ik niet." „Ik ook niet.” Beide vienden zwegen eenlge oogenblikken. Toen hernam Robert: „Ik dacht eerst, dat net zware, wisselvallige leven in Amerika je zenuw gestel had aangetast, maar langzamerhand kreeg ik den Indruk, dat Je in een toestand van angst verkeert; angst voor een persoon of voor iets dat gebeuren zal. Is X zoo niet?” Otto Randal keek z'n vriend strak aan. HU scheen In twUfel te verkeeren. of hU hem In vertrouwen zou nemen; hU weifelde.... Eensklaps barstte hU uit; „Ja. Je hebt goed geraden! ^k leef In voortdurenden angst, want de dood staat gereed, om mU met z'n begeerige klauwen aan te grijpen!” t „Otto, wat bezielt Je? Ben je gek geworden?" bracht Drent er bleek en ontdaan uit. .Neen, ik ben niet gek.” „Heb je dan een vUand, vreest?" „Ik heb geen vyanden.” .Mam-, wat is het dan?" .Otte sprong op. liep naar een der breede boekenkasten, kwam terug met een oud hand schrift en duwde het Robert toe met de woor den: „Lees dit eerst! Dan spreken we verder! Robert Drent nam de byeengenaaide blaad jes papier aan. HU las, dat de burcht, waarin hy zich bevond, in de Middeleeuwen had toe behoord aan een adeliyk geslacht, waarvan ae leden bekend stonden als ruwe, wreede en licht zinnige menschen. die de schrik van den om- I trek waren. HU las, dat de door hen bedreven euveldaden I glo waren, dat op het hooren van hun naam alleen, hun onderhoorigen sidderden van angst. HU las, dat de booze, wreede roof ridders allen een gewelddadlgen of onnatuur lUken dood waren gestorven; dat de dood hun steeds werd aangekondlgd door het gelui eener onzichtbare klok, die niemand, ondanks de Uve- rlgste nasporingen ooit had kunnen ontdekken; die in den volksmond den naam kreeg van de doodsklok der Barkley’s; dat de klok gezwegen had toen *n nieuw en beter geslacht den burcht bewoonde. Nadat Robert z'n lectuur beëindigd had, keek hy z’n vriend ar en sprak: „Een aardig sprookje, dat eeuwen geleden natuuriyk graas werd geloofd, maar dat in onzen nuchteren mo dernen tyd, geen opgeld meer doet en boven dien. wat heb Je er mee te maken?” „Ik heb het gelul van de doodsklok gehoord.’ „Och, onzin." „Ik verzeker je van wel. Tot driemaal toe heb ik een klok hooren lulden in m’n onmiddeliyke nabyheid. Het geluld kwam niet van een be paalde plaats, het kwam uit de lueht om mij heen.” „Waar gebeurde dat?” vroeg Robert. „Éénmaal in m’n slaapkamer, midden in den nacht; éénmaal hier In de bibliotheek en één maal toen ik in de gang liep, die naar den anderen vleugel van X gebouw leidt. Begrijp Je nu. dat myn zenuwstelsel in de war is ge raakt? De dood Is mU aangekondlgd! HU loeit op mU van alle kanten! Ik ben geen lafaard, maar tegen geesten kan ik niet strUden. Ik geef het op.” ,Maar Otto. wees toch wyzer, bedenk toch..” „Al Je redeneeren zou niet baten. Het kan het "feit, dat ik de doodsklok met m’n eigen ooren gehoord heb. niet te niet doen.” „Jc verbeelding heeft Je parten gespeeld.” „Tot driemaal toe?" „Ik wilde, dat ik Robert Drent brak plotseling z'n woorden af. staan dokters en missionarissen, die een zieke bezoeken. Wanneer de man wil, kan hy in zulk een bezoek een eind maken aan het huwelyk en de vrouw de laan uitsturen. In sommige landen wordt deze gewoonte, om de vrouw zoo streng gevangen te houden, al leen gehandhaafd zoolang de vrouw nog geen kinderen heeft. Heeft zU twee of meer kinde ren, dan mag zy zich wel eens buiten de deur wagen, zy het dan ook onherkenbaar gesluierd. Heeft een vrouw geen kinderen, dan helpt er geen moedertjelieve aan, dan moet se weg. zyn- de onbekwaam om de familie voort te zetten. Heeft zy kinderen, dan verkrijgt zU ook van zelf respect en goede behandeling, hoewel deze goede behandeling voor onze Westersche vrou wen vry vervelend zou zyn. ZU behoeft oa. niet deel te nemen aan den arbeid, dien de andere vrouwen van den echtgenoot moeten verrichten en zU wordt door dezen Abjfs met eerbied bediend. Maar deze vrU genoeglyke jaren zyn ook vry spoedig voorby, nJ. op het oogenbllk dat de uit het huwelijk geboren meisjes kunnen werken. Vanaf dat oogenbllk mag de moeder samen en in vereenlglng met haar dochters alle vuile en niet vuile werkzaamheden ver richten en uit is bet lieve leven, waar se net predies aan gewend geraakt was. Aan X hoofd van zoo’n werkharem staat de Oudste vrouw, die nog al eens te schipperen heeft in het ge zelschap van oudere en jongere vrouwen, die natuuriyk allemaal jaloersch op elkaar zyn. Het is dan ook uitsluitend de wetenschap, dat de man in zUn almacht iedere ruziemaakster de deur uit kan sturen, die den dames bet zwy- gen oplegt, zoodra zy even bedreigd worden. Al deze toestanden zUn naar onae begrippen niet bepaald verheffend en zU doen wel eens denken aan de beruchte proefhuwelUken. die men hier en daar in Amerika propageert, al spruiten de toestanden in het Oosten ongetwU- feld uit minder verderfeiyke opvattingen dan in Amerika. Zoo bestaat in sommige streken van Perzië de gewoonte, dat een priester tyde- iyk een huwelyk Inzegent, waarna de man be sluiten kan het huwelyk in stand te houden of te ontbinden. Een gevolg van deze tydeiyke huwelijken is, dat) buitenlanders, die eenlgen tyd in Perzië zyn, daar een tydeiyk huwelyk aangaan, dat zy na afloop van hun verblijf vaarwel zeggen, waarna de bruid, eventueel de moeder, hulpeloos achterbiyft. Het ziet er daar ginds in het verre en min die spreken van „hU is naar de haaien", besef fen beter dan wie ook, hoe gevaariyk en vraat zuchtig een haai is en hoe hy moet beschouwd worden als een nationale vyand. De zeeleeuw doet dus goed met op voet van oorlog te leven met den haai. Dat de haai een verschrlkkeiyk gebit heeft, laat hem biykbaar koud. Hy is al thans nog nooit voor dit gebit op zy gegaan en het komt uiterst selden voor, dat de haai overwinnaar biyft in den stryd. De haaien we ten dat wel en nauwelijks krygen sy een zee leeuw in het vizier, of zy nemen de beenen, by wyze van spreken, en vluchten overal waar zy terecht kunnen. Ook dit is niet af doende, want de leeuw is heel wat sneller dan de haal. Met een geweldige snelheid schiet de leeuw op zUn vuand aan en tracht hem te treffen mid den in het iyf, daardoor de scherpe tanden en de sterke staartvin vermydend. ZUn snel heid is zyn grootste wapen. De haal krygt een voudig geen kans tot aanvallen en moet al zyn behendigheid gebruiken tot afweer. Vóór hU een beweging kan maken, is de aanval weder heropend en lang duurt het niet of het bloe dende dier begint te verflauwen en wordt ver der afgemaakt. Spoedig dryft zUn bloedend lyk naar boven en de zeeleeuw, die een tweeden vriend beeft ontdekt, en met frisschen moed op hem afschiet, begint zonder blikken of blo zen een nieuw gevecht, dat even prettig voor den haai afloopt als het eerste. De leeuw is zeker van zyn zaak, omdat hy snel en dapper is. HU wordt dan ook gerespecteerd niet alleen door het vtsschenvolk, vooral door de kleintjes, die hy toch met rust laat, maar ook door het zeevolk, dat gaarne zyn ki ygsverrlchtlngen gadeslaat en in hem een verdediger der on schuld ziet, alsmede een verdelger van den grootsten vyand der zeelui: den baal....

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1933 | | pagina 7