JTCrf uctóaal cfcn daj
I
9
■let Erfdeel
bol Engolsdt
V
M
NEDERLANDSCHE bank
ROBINSON CRUSOE’S
AVONTUREN
Die goeie ROBINSONschoen voor
Vader en Zoon
Alle aionné’s LtUa’ - ff 7S0.- fZSO.- f!25.-Z^StS: f50.-^ '^‘^140.- “XST
WOENSDAG 31 MEI
Boer Braat weer in de
Tweede kamer?
DE FRAUDE TE DIRKSLAND
DE VLIEGER E. VAN DIJK
VEERTIEN KEDEHS IN ASCH
Een opzichter gedood
LOTING DIENSTPLICHT
De commissie Samengesteld
premie
igkge-
Mi
Automobielongelukken
in Japan
den
est.
Verbetering kan niet verwacht
worden, indien oru land op
den huldigen voet
blijft leven
TWINTIG ITALIAANSCHE
DORNIERS
Ontslagaanvrage nog niet
ingetrokken
Geen uitkeerihg over
1932
Joseph Hocking
Er komt nog' veel meer.
echtfp een>eii
boekje. De coupon 3
fe haar geWigtieiJ
Onderhandelingen met
mr. Vervoorn
^AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLUK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
\De overval
in de herberg I
men.
prüaen.
Freddy Vrijdag en Willy Woensdag
zeewind woeL
„Ja", stemde Freddy toe, „zullen wü
Iets halen om onze halzen te beschut
ten?”
„Als wij maar iets bij ons hadden”.
«el Willy met een huivering.
van Willy, en de andere nam hij zeil.
.Voel je het nu tochten?” vroeg hü.
(Morgenavond vervolg).
noe de massa daarna werd ver-
ELECTRICITEIT IS LEVEN.
haar wijzenden vinger en las
(.Wordt vervolgd).
.Wij behoeven heusch niet zoo ver
te zoeken”, zei de zeeman, en tot ver
bazing van Robbie en Topsy, gooide
hl) een van de slangen om den hals
J*u je een sjerp om je nek hebt zal
je het wel heerlijk warm hebben, hè?”
.Dank je wel hoor, het is fijn!”
■aten op zekeren dag bjj den Ingang
van een grot, terwijl er een flinke
jaè, wat tocht het hier”, «ei Willy,
die trachtte zijn bals te bedekken.
MEDAN, 30 Mei (Aneta). Bü een grooten
brand te Tandjong Tiram zijn veertien kedehs
in de asch gelegd.
ilke 137.000 bedraagt, is groo-
tendeels door I verzekering gedekt.
het oordeel van Sheepshranks?
opgewonden, nadat ze alles verteld
Balbo, op hun doorreis naar Amerika, wordt op
6 Juni as. verwacht. Zij zullen ligplaats kiezen
op het Buiten-IJ tusschen IJdoom en het Blau
we Hoofd.
he*
MIt>-
ordt
20-
jvel
van den Minister voor de Luchtvaart, Généraal
J te
van
r ia
3
De schade. Wel
or I vt
Hoewel, zooals gemeld, de piloten der K L M.
hun ontslagaanvrage tegen 1 Juli hebben te
ruggenomen. is dit echter, naar „De Telegraaf”
verneemt, niet het geval met het verzoek tot
ontslag van den KLM.-vlieger Evert Van Dijk.
Nu de K.-
engageerdj
deze vlieg!
houding iu
Dijk ho4>t
keling An het conflict de medewerking van
den Duitschen vlieger bij de K.LM. wellicht
niet meer noodig zal zijn, waarna hij bereid
zal zijn weer In K.L.M.-dienst te treden.
Bij mi) gaat het niet om de materialistische
zijde, maar om de eer der Nederlandsche vlag,
verklaarde de vlieger. Mijn liefde voor de lucht
vaart is onverzwakt en heel graag zou ik weer
in het vliegtuig stappen, voegde hU er aan toe.
Het is geen zucht tot oppositie, zoo besloot hij,
maar alleen mijn sterk nationalistisch gevoel.
In verband met deze lezing van het conflict
met den heer Van Dijk wordt aan het blad
van andere zijde medegedeeld, dat de ontslag-
kwestie reeds aan de orde was, vóór kennis
genomen had kunnen worden van de indienst
neming van den Duitschen vlieger.
gemaakt en
warmd.
Juist riep John. Jelui deed het in een
ijzeren pan en daarna werd het twee uur ver
warmd. In een electrischen oven, nietwaar?
Die was op het gewone net aange-
BENKOELEN, 30 Mei (Aneta) De mijnop
zichter H. Pfil van de Mijnbouwmaatschappij
Sünau is bü de rol door een koelie met een
stuk ijzer aangevallen.
Tijdens het hierop volgende handgemeen viel
een tweede koelie den heer Pfil met een mes
aan, waarbij hij hem zoodanig verwondde, dat
hij kort n% aankomst in het hospitaal te Lebong
Tandai overleed.
De aankomst te Schellingwoude van eem S
tal Itallaansche Dornlervliegtuigen onder *e-
'Tenéra
strijd op leven en dood gevoerd
■worden.
^M. een Duitschen vlieger heeft ge-
neent de heer Van Dijk, dat zoolang
- trordt gehandhaafd, hij in zijn
I moeten volharden. De heer Van
evenwel, dat bij de verdere afwik-
Het is wel te begrupen, dat de
kleine Kirgbiezenjongen Timko,
die later aanvoerder van zijn stam
moet worden, veel van zijn eigen
kameel houdt, want hij heeft veel
aan zijn kameel te danken.
'Over de avonturen van den inktvisch of Timko
kun je lezen in een mooi boekje, dat je kunt krij
gen, als je negen bons hit de Quaker-havermout-
pakken verzamelt. Maar als je de coupon hieronder
met vijf bons naar ons toestuurt, krijg ie het boekje
veel eerder. Op deze manier kun je een aantal*
verschillende boekjes krijgen. Stuur dus de coupon
en vijf bons mèt je naam en adres aan: The Quaker*
Oats Company, Postbus 905, Rotterdam.
Ze vloog de trap op en kwam een paar tellen
later beneden met een in krantenpapier gewik
keld pakje. John nam het aan en een paar mi
nuten was het doodstil in de kamer, terwijl hij
in spanning de rubber onderzocht.
fcvend kunnen maken, ging
roqrt) zou het de grootste
onzen tijd zijn. Laat me den
brief van “sheepshranks nog eens lezen.
HU verslond nu de woorden van den grooten
man. Alles scheen hem met één oogopslag dui
delijk. HU overwoog ieder voord, lederen zin,
Maandag heeft te Utrecht het Centrale
Hoofdbestuur van de Nationale Boeren-, Tuin
ders- en MlddenstandspartU vergaderd, o. a. ter
bespreking van de kwestie van het indienen
van gelijkluidende lijsten in Groningen, Fries
land en Drente, waar mr. O. Vervoorn, voor
zitter van den Bond, nummer 1 was geplaatst
en de heer Braat no. 2.
De algemeene ledenvergadering, welke gehou
den is vóór de candldaatstelling, had den
wensch uitgesproken den heer Braat overal no.
1 te plaatsen, doch wél vrijheid van handelen
gegeven aan de drie Noordelijke provinciën,
mits provinciaal, dus niet drie gelijkluidende
lijsten, welkë <?e ihdëntriW'handen zouden geven
aan het Noorden, zouden worden ingediend.
Ter vergadering te Utrecht werd er op aan
gedrongen. dat de heer Vervoorn, die slechts
6000 stemmen' had verkregen bij de Tweede
Kamerverkiezingen, zou bedanken ten behoeve
van den heer Braat. die 35.500 stemmen hap
behaald. De heer®Vervoom verklaarde zich
daartoe bereid, mits het Noorden hem ontsloeg
van zijn belofte om. indien gekozen, de benoe
ming aan te nemen. Het Noorden bleek bereid
daarover met de leden te spreken.
Binnen drie weken zal te Utrecht een alge
meene ledenvergadering worden gehouden om
de toekomstige houding in deze zaak te be
palen.
‘Een groote inktvisch met acht
sterke armen bewaakt een kist met
kostbare parels. Het is niet ge-
makkeljjk voor den duiker die kist
te bemachtigen en er moet een
werd. De waard draaide voorzichtig z’n hoofd
een eindje om. .Laat die aardigheid!” klonk
een stem door het open raam, „of ik schiet!”
De vijf mannen stonden onbeweeglijk. Hun
spieren deden pijn van de ongewone houding,
hun voeten en vingers tintelden, maar ze durf
den zich niet verroeren. Eindelijk, toen het
wel leek alsof ze een uur gestaan hadden, waag
de een hunner het naar de klok boven het
buffet te kijken I Gelukkig 1 De vijf minuten
waren om!
Zonder een woord te spreken, en terwijl ze
elkander niet goed durfden aankeven, omdat
bluf van zooeven op zoo’n afdoende wijze
instraft was, dwaalden hun blikken door
de gelagkomer. Maar wie beschrijft hun ver
bazing, toen zij den man ontwaarden, die nog
steeds aan het tafeltje zat, met den buit voor
zich en geen revolver in z'n hand. Met één ruk
wilden ze hun vroegere houding weer aanne
men, maar de man zei. goedig .glimlachend:
..Het Is niet meer noodig heeren, de voorstel
ling is afgeloopen. Hier ligt jullie eigendom. Ik
heb het niet noodig en jullie kunnen het weer
nemen.”
De president van de Nederlandsche Bank, mr.
L J. A. Trip, verwerpt in het jaarverslag van
Instelling de politiek om door geldpolitieke
maatregelen een hooger prijsniveau te forceeren
eo spreekt als zijn meening uit, dat de wereld
•oed zal doen, zich te onthouden van mone
taire kunstmiddelen. Slechts een verbetering en
versterking van de internationale betrekkingen
en het In orde brengen door elk land van zijn
eigen huishouding, zal een herstel kunnen be
werkstelligen.
Het zijn deze middelen, welke ook Nederland
ta sterke mate en vóór alles behoeft. Nederland
tan evenmin als eenig ander land uit eigen
kracht een beslissenden invloed ten goede oefe
nen op de wereldhandelspolltiek. maar wél kan
brt eenerzyds getuigen dat het slechts nood
gedwongen en dan nog in beperkte mate tot
afwijkingen van het vrijhandelsbeglnsel is over
gegaan, anderzijds zijn volle medewerking
schenken en krachtlgen aandrang oefenen om
de noodige verbetering te verkrijgen.
Al kan de aanstaande wereldconferentie veel
goeds tot stand brengen, een belangrijke ver
betering in Nederland kan niet verwacht wor
den. indien ons land zou voortgaan, op den
huldigen voet te leven. Geen land kan op den
duur een levensstandaard handhaven, welke
verre ligt boven het peil van' de inkomsten, wel
ke zijn productle-apparaat afwerpt. Landbouw,
nijverheid, handel, scheepvaart enz. werkt ten
deele met geringe of geen winsten, ten deele
met verlies. Ook wanneer de internationale be
trekkingen binnenkort een verbetering zouden
mogen vertoonen, dan nog zou Nederland een
jager levenspeil moeten aanvaarden en zullen
de productie- en exploitatiekosten over de ge-
beele linie een aanmerkelijke vermlncjpnng
moeten ondergaan.
üit een vergelijking tusschen de groothan-
delsprijzen en de kosten van levensonderhoud
blijkt, dat de daling der kosten van levens
onderhoud lager is dan die der groothandels-
De eerste elsch tot aanpassing betreft de
overheidsfinanciën, aangezien ook in Neder
land de budgetaire positie onbevredigend is en
de vooruitzichten in dit opzicht zijn zorgwek
kend. In niet mindere mate geldt zulks ten
aanzien van Nederlandsch-Indlë van de ge
meente en van de spoorwegen. Is aan dezen
etech voldaan, dan zal het eerst noodige voor
de aanpassing van de Nederlandsche economie
aan de veranderde omstandigheden verricht zijn,
doch daarnaast zal met alle krachten zoowel
John volgde
de advertentie. o
Allemachtig) riep hjj opgewonden. Zie
je dat, Nancy? Wel. dat is. dat is....
Zijn handen beefden en zijn stem trilde.
Vertel me alles nog eens precies, wil Je?
Wat moet ik vertellen?
Alles wat Jullie gedaan hebben, van het
begin af. Heb Je de formule ook bij Je?
Neen, die ligt op de Bank. Maar ik ken
hem uit mijn hoofd.
John’s opwinding had haar nu ook aange
grepen. Met trillende vingers schreef ze de for
mule op een stukje papier. Hij keek over haar
schouders toe.
Dit zijn allemaal gewone dingen, zei hij
glucose, stijfsel.Maar wat deden Jullie er
mee?
Het meisje beschreef boe bet mengsel werd
belangstelling met het oogenbllk toenam.
--Je zult er om lachen, zei het meisje ver-
■wn, maar ik heb alles bij me. Dr had een
'w«tbebb«keVOel het wel eens 000,118
Ja.
sloten.
Hoeveel volt?
Twee honderd vijftig.
En hoe pasten jullie dien stroom toe?
Nancy gaf een nauwkeurige uitlegging.
John deed nu de eene vraag na de andere;
alle op het gebied van electricltelt.
Waar wil Je eigenlijk heen, John, vroeg
Nancy ten laatste.
Dat is dood goedje en er is iets voor noo
dig om het levend te maken. Als je het heele-
maal met electricltelt kunt laden, heb Je het
levend gemaakt: electriciteit is leven!
Maar John, begon het meisje.
Ik heb het gevonden! riep hij, ik weet
zeker dat
komt van
organisme
om het 1
De in art. 10 der dienstplichtwet bedoelde
loting ter bepaling van den ingeschrevene, die
in elke gemeente of in elke groep van gemeen
ten het eerst in- aanmerking komt om tot
gewoon dienstplichtige te worden bestemd,
heeft in het openbaar plaats voor de lichting
1935 op Donderdag 15 Juni 1933, des namid
dags 2 uur te ’s-Gravenhage in de „Rolzaal”,
Binnenhof 8.
De loting geschiedt uit een getal genum
merde biljetten, overeenkomende met het ge
tal der personen, vermeld in het alfabetisch
register der gemeente Amsterdam van de lich
ting 1932.
De minister van Defensie heeft benoemd In
de commissie, voor het houden van de lotng
voor de lichting 1935: tot lid, tevens voorzit
ter, de heer Mr. R. W.iJ. C. de Menthon Ba
ke, raadsheer in den Hoogen Raad, te ’s-Gra
venhage; tot lid. tevens plaatsverv. voórz. den
heer M. Beleer, luit, generaal, lid van het Hoog
Militair Gerechtshof te ’s-Gravenhage; tot lid
den heer Th. Sanders, directeur Staatsloterij,
te 's-Gravenhage; tot hun plaatsvervangers
voor wat de heeren De Menthon Bake en Bel
zer betreft uitsluitend in hun hoedanigheid van
lid onderscheidenlijk de heeren: Mr. J. v.
Heerde, oud-admin, ter gem.-secretarie te
Amsterdam, te Haarlem; J. G. Leverland, lult,
generaal-tit. b. d. te 's-Gravenhage; en mej. J.
M. J. A. Meyer, lid van de Tweede Kamer en
lid van den Gemeenteraad van Rotterdam, te
Rotterdam; tot secretaris den heer V. H. La-
forét, hoofdcommies Dep. van Defensie te
’s-Gravenhage; tot adj -secretaris den heer C.
de Wilde, adm. ambtenaar le kL Staatsloterij,
te Den Haag.
Het aantal automobiel-ongelukken in Japan
neemt, volgens Reuter, schrikbarend toe. Uit
Juist gepubliceerde statistieken blijkt, dat in
1932 235.000 auto-ongelukken hebben plaats ge
had, hetgeen neerkoriU op 4 ongelukken op
lederen automobilist. De politie in Tokio heeft
thans besloten, dat aar^ lederen automobilist,
die in 10 jaar geen ongelukken heeft veroor
zaakt, een belooning zal worden toegekend.
Totdusver hebben evenwel slechts 50 per
sonen zich voor deze belooning aangemeld.
vooral als er een revolver op je gericht is. Dan
heb je geen kans meer om met een stoel te
gooien of te slaan met een gaspijp.”
„Toch zou ik het probeeren.’’ hield er een
hardvochtig vol.
„En ik ook,” zei de waard.
„Probeert u het dan eens," vroeg de man.
Een der heeren stak z'n handen op om de
proeft pp de som te nemen. De Anderen volgden
z’n vóórbeeld, behalve de waard, die het groepje
glimlachend gade sloeg.
Plotseling was z’n glimlach verdwenen. De
eerzame man had bliksemsnel een revolver uit
z'n zak gehaald en richtte die op den waard
en de heeren die aan het tafeltje zaten.
„Handen op!” schreeuwde hij tegen den
waard, „of Je bent een kind des doods. En Jullie
daar, blijf zoo zitten. Den eersten den besten
die zich verroert,
schiet ik neer als
een bond! Voor
uit!” dit tegen
den waard, „ach
ter Je buffet van
daan. Ook op
staan. Jullie," te
gen de vier heeren. en naast elkaar gaan staan,
met Je gezichten hierheen! Zoo! En nu geen vin
meer verroerd, of ik schiet!”
„Zie je nu Wel," vervolgde hij tegen den een.
die beweerd had dat hij met een stoel zou
gooien. „zie je nu wel dat je geen kans hebt
om iets te doen? En JU, mijnheer de kastelein,
voordat je probeeren zou mü een tik te geven
met Je gaspijp. had ijc allang Je levenslicht uit
geblazen. Waar zUn nu Jullie heldhaftige voor
nemens? Maar nu ter zake. JU daar, links, haal
de heeren hun zakken leeg. Gauw wat! Neen.”
ging hü voort, toen de aangesprokene z’n han
den liet zakken, „met één hand. De andere hou
Je in de hoogte. En vergis je niet, hoor! De
trekker van mijn revolver zit erg los!”
TerwUl hif van angst op z’n beenen trilde,
deed de man die links op den hoek gestaan
had. hetgeen hem bevolen werd.
„Leg alles hier bü me op het tafeltje!" be
val de bandiet. .Maar haast je wat, want ik
heb niet veel tUd."
De bult groeide gestadig aan.
,,Nu de ringen.”
Gewillig lieten de heeren toe, dat hun vriend
ze van hun vingers trok.
„Zie zoo, en nu je eigen geld en horloge en
ring.”
De heele operatie had geen vüf minuten ge
duurd en niemand had ook maar één poging
gewaagd zich te verzetten.
„Doe nu alles in je zakdoek,” beval nu de
dief, toen alles voor hem op het tafeltje lag.
Maar knoop het goed dicht, zoodat ik niets
verliezen kan."
Met bevende vingers deed de man wat van
hem verlangd werd.
„Handen weer omhoog en terug naar je
plaats!” commandeerde hu de boef. „Bhjf stil
staan, evenals als de anderen! En let goed op,
want wie één verkeerde beweging maakt, ver
tel? niet meer na wat er vanavond gebeurd is.
Omdraaien, een, twee, drie! En nu stil blüven
staan, vUf minuten.”
De man greep den buit en ging naar de deur,
steeds z’n revolver gericht op de heeren. die nu
met hun gezicht naar den muur stonden. Ze
geloof dat u gelijk heeft, münheer,” hoorden hoe de deur geopend en weer gesloten
T-ve vier heeren. die voor hun wekelüksch
1 kaartavond je büeen waren in de gelag-
kamer van „De Zwarte Arend", een uit
spanning in de omgeving van een villapark,
hadden hun spel eenlge oogenbllkken gestaakt
en waren In een druk gesprek gewikkeld. Ze
waren, ofschoon opgewonden, het roerend met
elkaar eens.
Men zal hun opgewondenheid begrijpen, als
men weet, dat hun gesprek ging over een bru-
talen aanslag, den vorigen avond gepleegd op
een viertal reizigers, die legerden in een afge
legen dorpsherberg, niet ver uit de buurt. Twee
met revolvers gewapende bandieten waren bin
nengedrongen en hadden de gasten van hun
geld en kostbaarheden beroofd. Dit nu konden
de heeren niet begrüpen. Volgens hen waren
de reizigers lafaards geweest, die op het zien
van een revolver en een gemaskerden man
reeds hun positieven verloren hadden. Vooral
één van het kaartclubje, een groote blonde
man met een herculische gestalte, kon geen
woorden genoeg vinden om het gedrag der be
roofden te laken en z’n eigen moed op te he
melen.
„Ze hebben zich bang laten maken als kleine
kinderen!” riep hü minachtend, ,en ze waren
nog wel met hun vüven, den waard inbegre
pen.'’
.Ja, het is onbegrUpelUk,” viel een ander bU-
„Het is niets dan een kwestie van durf. Neem
eens aan, dat er hier twee kerels binnendron
gen met revolvers, nu, als er dan twee van ons
op ze afvlogen en als ze wilden schieten, doken,
dan hadden de anderen toch zeker ruimschoots
gelegenheid hen te overmeesteren.”
„Ik," zei een derde, ,Jk zou ze een stoel naar
het hoofd gegooid hebben. Eens kUken, of ze
dan nog zooveel praats hadden!"
„Toch hoop ik,” meende de vierde van 't ge
zelschap, „dat ik zoo iets nooit meemaak, ik
heb het er niets op begrepen. De revolvers van
die heeren gaan zóó verduiveld gemakkelUk af
en ze kunnen er gewoonlijk goed mee omgaan
ook"
„Zoover zal het hier nooit komen, münheer,”
zoo liet zich nu de waard hooren. ..Den eersten
den besten die hier binnenkomt en zoo iets zou
willen uithalen, zou ik even onder handen ne-
Ik heb hier altijd onder X buffet een
eindje gaspijp liggen, en daar kan Je een ra
ken tik mee geven."
Dit zeggend, keek hU ter sluiks naar een
ongeveer een half uur geleden binnengekomen
man, die aan een tafeltje had plaats genomen.
HU had blUkbaar een verre wandeling achter
den rug, want z'n schoenen en kleeren, die.
evenals hun eigenaar betere dagen gekend
hadden, waren bedekt met een dikke laag stof.
De gtoote, breedgerande hoed, die diep in z’n
hoofd stond en z’n stoppelige baard, gaven hem
het aanzien van een zwerver, ofschoon z’n be
schaafde manieren daarmee in tegenspraak wa
ren. De man deed alsof het gesprek der heeren
hem niets aanging en hU de blikken van den
waard niet gezien had.
„Goed zoo, kastelein!” riep een der kaart
spelers, „bescherm JU ons maar en draag maar
zorg voor onze veiligheid.”
„Toch geloof ik dat het niet meevalt in den
loop van een revolver te kUken, zonder Je koel
bloedigheid te verliezen,” zei de heer, die zoo
even reeds den wensch geult had zoo’n avon
tuur nooit te zullen meemaken.
„Ik
merkte nu de man op, die in z'n eentje met
een glas bier voor zich aan een tafeltje zat en
tot nu toe had gezwegen. ,.Het is heel gemak
kelUk hier te vertellen wat Je allemaal doerf
zou, maar die kerels zijn ook niet van gisteren.'
Ze geven Je eenvoudig geen kans Je te ver
dedigen.”
De vier heeren keken hem eenigszins ont
stemd en achterdochtig aan, omdat hU zich zoo
onbevoegd in hun gesprek mengde.
„Geen kans, geen kans,” mompelde een van
hen, „kans heb Je altüd, als je ze maar weet
te benutten."
„U heeft zooiets zeker nog nooit meege
maakt, münheer?” vroeg nu de man.
De ande^ mompelde iets onverstaanbaars.
„Dacht u dat u gelegenheid kreeg om een
hand uit te steken?” hernam de vreemdeling.
„Ze commandeeren direct: .Handen op!”
,Maar daarom behoef je ze nog niet omhoog
te houden!"
„Als u ze eenmaal omhoog heeft, bent u
heelemaal aan hun genade overgeleverd. Als u
zóó staat,” zei de man, z’n handen boven -z'n
hoofd brengend, „voel je je totaal hulpeloos,
ZUn oog*n ontmoetten een oogenbllk de hare
en een moment was hU niet meer de man van
de wetenschap, maar de man die van een
vrouw houdt. Hü nam haar in zUn armen en
fluisterde: Dag lieveling, en nog een menigte
andere zoete woordjes.
Het was de middag van den volgenden dag,
in John’s laboratorium.
Ik heb de bestanddeelen vermengd zooals
je mu hebt aangegeven, zei John. Klopt dat?
Volkomen, antwoordde ze. Doe het
mengsel nu in de electrische pan zooals ik in
Leeds gedaan heb.
Doe Ju het zelf maar even, zei hU.
Het meisje gehoorzaamde en John zei
lachend: Ik heb het al tweemaal gemaakt
voor dat JU er was. maar ik wil dat je het met
je eigen oogen ziet. Zie Je wat ik gedaan heb?
Ik heb den electricen draad door de pan heen
geleid. zoodat er een voortdurende electrische
warmtestroom door het mengsel heengaat.
Geloof Je dat....
John legde haar alle electrotechnlsche en
chemische büzonderheden nauwkeurig uit en
eenige uren later stonden de man en het meis
je gebogen over een donkere massa.
Nancy was verrukt.
Zcodra het afgekoeld is zullen we het in
plakken snüden, zei John en daarna zal ik het
vulcaniseeren. Nancy, liefste, ik geloof werke-
hjk dat dit een van de geweldigste ontdekkin
gen van den tegen woord! gen tUd is.
Dat beteekent dat ik Trevanlon Court te
rugkrijg, snikte het meisje ontroerd.
terwijl Nancy ondertusschen zenuwachtig de
kamer op en neer liep. Plotseling raapte ze een
stuk papier van den grond op. Het was een
oude krant, waar de stukken rubber in waren
verpakt geweest. BUna machinaal nam ze het
blad op en begon op de advertenties te turen.
Kük eens John, zei ze lachend, op een
advertentie wüzend.
Het was een plaatje van.een man. die een
stang vasthield, waaruit vonken schoten. Met
groote letters stond er onder:
Het was laat in den avond toen ze samen
den weg naar het huisje van mrs. Uren insloe
gen.
John, zei Nancy, morgen gaan we naar
Trevanlon Court.
Ik zou het niet doen, als ik jou was.
Waarom niet?
Omdat je nog geen absolute zekerheid
hebt. Het kan nog jaren duren voor alles vol
komen in orde is.
Jaren? Ik kan geen jaren meer wachten.
Over een jaar is de optie vervallen.
Toch mag je niets overhaasten.
Als JU eens wist hoe ik er naar smacht
om die Beels er uit te jagen!
Dat kan ik me voorstellen. Nancy-llef.
Jouw naam zal bekend worden als een
van de grootste ontdekkers, zei het meisje en
thousiast. Wat ben ik toch trotsch op je.
Maar ik heb er niets aan gedaan. Het M
jouw werk. Nancy.
Neen, we hebben het allebei te danken
aan Mary Judson en haar vader. Als het bhjkt
dat we geslaagd zUn. is het ook een eerherstel
voor dien zonderlingen ouden man.
We hebben nog een massa te doen, «ei
John. We moeten een octrooi hebben.... en
kapitaal! Er moet een maatschappij opgericht
worden. Er zijn een hoop zakelüke beslomme
ringen.
Dat is erg prozaïsch, John. Ik heb meer
behoefte aan iets dramatisch.
(Ingezonden Mfededeellng)
in de bekende
schuldig gemaakt, in
eenige weken geleden twee verdachten, die
reeds In het Huis van Bewaring te Rotterdam
waren ingesloten, op vrüe voeten gesteld, thans
heeft wederom een arrestatie plaats gehad,
welke in verband blükt te staan met een ander
geval van fraude dat aan het licht is gekomen
door het huidige onderzoek. De rUkspolitle te
Dirksland heeft nu, aldus bericht ..De Tele
graaf’, op last van den officier van Justitie te
Rotterdam, in hechtenis doen nemen een 45-
Jarigen gewezen landbouwer C. den H., die zich
tegenwoordig koopman noemt en tegen wlen
reeds lang verdenking bestond, dat hU bü deze
onverkwikkelüke geschiedenis betrokken is.
Deze verdachte, die een tüdlang samen werk te
met den tuinder K., heeft destUds onaange
naamheden met zUn compagnon gekregen, het-
geep ook de- aanleiding is geweest dat Den H.
naar de politie liep en de fraudes, die door den
tuinder gepleegd werden, aan het licht bracht.
L. werd gearresteerd en met hem de makelaar
N. uit Middelhamis, alsmede de landbouwer P.
en de timmerman L., welke laatstg verschil
lende broeikassen voor den tuinder had ge
bouwd en daarvoor een kwitantie uitschreef,
die veel hooger was dan het bedrag dat hem
rechtens toekwam. Ook dit gebeurde om een
hoogere hypotheek op de onroerende goederen
te kunnen krijgen. Nadat alle arrestanten naar
het Huls van Bewaring waren overgebrachl.
werden vUf dagen later de makelaar N. en de
landbouwer P. op vrüe voeten gesteld.
Bü hbt onderzoek in deze ingewikkelde zaak
hebben tenslotte de arrestanten, die zeer ge
belgd waren tegen C. den H„ omdat deze de
affaire aarr-het rollen had gebracht, mededee-
ling gedaan over strafbare feiten als bedriege-
lüke bankbreuk, valschheid in geschrifte en
oplichting, waaraan de aanklager zich zelf zou
hebben schuldig gemaakt. Een en ander zou
ook in verband staan met het faillissement van
C. den H„ dat in November van het vorige
Jaar werd uitgesproken. Voorts zou hü betroK-
ken zün bU het bekende geval van vergiftiging
van tomaten te Dirksland, waarvan toen de
tuinder, die later is gearresteerd, de dujje zou
zün geworden. Achteraf is komen vast te staan
dat deze vergiftiging met voorkennis van den
tuinder is geschied. C. den H. is thans naar
Rotterdam overgebracht en in het Huis van
Bewaring ingesloten, waar zich ook nog steeds
bevinden de tuinder L. en de timmerman L„
allen uit Dirksland.
ik het gevonden heb. Deze rubber
i een boom, een boom is een levend
synthetische rubber is dood en
levend te maken heb Je electriciteit
noodig. Ik ga weg. Nancy, ik ga naar mün la
boratorium. Je vertrouwt me de formule wel
toe. nietwaar?
Ik vertrouw je alles toe. zei het meisje lief
Dan ga ik nu meteen; kom morgen bü
met Nancy. HU keek nauwelük naar haar; zün
oogen schitterden en zUn gezicht was vuurrood
van opwinding.
John, John, zei ze smeekend.
Nog steeds is het onderzoek tegen verschil
lende landbouwers en andere inwoners van
Dirksland, die verdacht worden zich aan fraude
hypotheekaffaire te hebben
vollen gang. Werden
twee verdachten.
John, riep het meisje ten laatste, zeg
me alsjeblieft wat je ervan denkt?
Maar hü gaf geen antwoord; hU was heele
maal in beslag genomen door zün aandachtig
onderzoek.
Een van belde is natuurlüke rubber zei
hü eindelijk langzaam en het ander....
Heb ik gemaakt! Kun je zien welk van die
twee?
Ja.
Wat is er dan voor verschil? Mr. Briggs
wist het me niet te vertellen en wat professor
Sheepshranks er van denkt, heb je daarnet ge-
lezen.
Dit, zél John, op de natuurlüke rubber
wüzend is levend; het andere is dood; het
verschil is hetzelfde als tusschen een slapend
en een dood lichaam
En daarom is synthetische rubber on
bruikbaar, voleindigde Nancy zün woorden.
John had in enkele rake wóórden de kern van
het probleem aangegeven.
Als we het
Waar is de rubber? vroeg de jongeman, John peinzend
ontdekking van
Ik ook. Ik wilde je iets laten zien, John,
•b Jé wat vertellen.
En Nancy vertelde hem alles over Mary Jud-
«n, over hun moeizame proefnemingen en over
de resultaten die ze na Mary’s dood bereikt
bad.
Is dat
▼fceg hü
had.
Ik heb den brief bü me.
John griste haar het papier uit de handen
«^tas en herlas den brief met de grootste aan-
- Heb je het verslag van de proefnemingen?
Ze gaf het hem.
door het Nederlandsche bedrijfsleven als door
de overheid zün te streven naar een verminde
ring van de productie- en exploitatiekosten.
Wat de Nederlandsche Bank zelve betreft kan
getuigd worden dat haar positie verder ver
sterkt werd. Haar goudvoorraad steeg van
ƒ883.110.454 op 31 Maart 1932 tot ƒ949.069351
op 31 Maart J.I. Haar direct opeischbare ver
plichtingen stegen van 1.171.588.407 tot
1.184.674.474 met als resultaat een stüging van
het gouddekkingspereentage van 7538 pet. tot
80.12 pet. De credietgevlng voor het binnenland
was bü uitstek gering, hetgeen wüst op een
verdere toeneming van de liquiditeit van het
Nederlandsche bank- en bedrüfsleven. Dat de
positie van den gulden krachtig is, kan voor
twüfel niet vatbaar worden geacht, hetgeen
voomamelük aan twee omstandigheden is toe
te schrüven, n.L de vermindering van het na-
deelig saldo der handelsbalans en het beëindi
gen van de belegging van Nederlandsch kapi
taal in bultenlandsche waarden. De groote
goudvoorraad van de Nederlandsche Bank is
voor een belangrük deel het gevolg van het
omzetten van rentegevende bultenlandsche be
leggingen en vorderingen in renteloos goud en
kan dus in het wezen der zaak evenmin als een
gunstig teeken worden aangemerkt. Het zou
slechts kunnen worden toegejuicht wanneer
het goud afvloeide om zün werkelüke bestem
ming te herkrügen. De samenwerking met het
particuliere bankwezen bleef zich geheel naar
wensch ontwikkelen en in verschillende kwes
ties bestond er toe te juichen samenwerking,
o a. in de StlU-halte-regellng.
De geldmarkt was voortdurend zeer ruim als
gevolg van de stagnatie in het bedrüfsleven. De
kapitaalmarkt was levendiger dan in het Jaar
daarvoor. Het totaal der publieke emissies be
droeg, na uitschakeling der conversies. 354,9
mlllioen gulden tegen 2233 mlllloen gulden in
het vorig boekjaar. De bultenlandsche uitgifte
daalde van 38.8 mlllloen tot 32.6 mlllloen gulden.
Wat de uitkomsten voor de Nederlandsche
Bank zelve betreft, deze waren niet gunstig
als gevolg van den bü voortduring lagen stand
der rentetarieven en de uiterst geringe rechten,
welke over de belangrük Ingekrompen uitzet
tingen kon gekweekt worden. Ook de afschrü-
ving van ruim 500.000 op onbetaald gebleven
disconto in verband met de déconfiture van
een Haagsche firma, deed den resultaten af
breuk.
Het reservefonds, verleden Jaar tot 3 mlllioen
gulden teruggebracht, vermeerderde tot 3.749373
gulden. De winst- en verliesrekening wüst over
het boekjaar 1932/33 een netto-winst aan van
1.004.202.26, waarvan in mindering komt van
de vordering op den Staat der Nederlanden
1.000.000.Het wlnstsaldo bedraagt* na toe
voeging van het onverdeelde dlyjdendsaldo
1930 ’31 tenslotte ƒ14.722.33, hetgeen te gering
is om een uitdeeling ervan te overwegen.