Zij, die leven van menschenroof tKet wtfiaal wut den dag 1 I. Het Geheim van Sir Carew a ROBINSON CRUSOE’S AVONTUREN ROBINSONschoenen zijn Uw beste vrienden Zomer sproeten verdwijnen spoedig door een pot SPRUTOL Bij alle drogisten. Alle abonné’s f3000.-KSISS f750.-SUS.iS-"iK f250.- TfïS f 125.- f50.-^^SSf40.- ÏSJSf WOENSDAG 12 JULI Een stad onder de Doode Zee Enkele herinneringen vlag Resten van Romeinsche beschaving SCHANDELIJK BEDRIJF Verdronken steden op den bodem der zee Spoorwegaanleg door werkloozen Le Bourget als goud- haven Canopus, de Egyptische residentie van Alexander den Grooten Geldzucht, die tot de gemeenste misdaden verleidt I Onder valsche AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL hü vroeg spoedig ISSSSSISMSI ilMMSItSSSI, be- 1 Ik Het hem erfenis dat mee.’’ (Morgenavond vervolg) d duwde de deur verder open en je, George. Je wist den ld HOOFDSTUK XXII mer. zorgen ir tt IÉ I n voorwerp, dat uit de zee oprees en den van een hoefijzer had. HU vloog nogmaals door en verslond de stad Canopus-met al haar prachtige bouwwerken. Interessant is, dat de groote zeeslag van Aboeklr, waarin de vloot van Napoleon I door de Engelschen onder admiraal Nelson verpletterend verslagen werd, zich boven de ruïnen der oude stad afspeelde. In de laatste 150 Jaren trekt het water der Middellandsche Zee zich langzaam van het kustland terug en zoo kwamen thans de zuilen spitsen der verdronken stad Canopus weer te voorschijn. (Ingezonden Mededeellng). soms wilde spreken. die is uit en komt te gen den avond pas thuis." Benige honderden werkloozen zijn door het Zuid-Afrikaansch Departement van Arbeid, Handel en Nijverheid aangesteld tot het aan leggen van een spoorweg langs de groote Baal nabü Natal. Het grootste gedeelte der kosten zullen worden bestreden door het Departement, terwijl een klein percentage door liefdadige in stellingen wordt vergoed. Vooreerst zal er een begin worden gemaakt met de electrificatie der spoorlijn tusschen Ladysmith en Harrismith. Men heeft de hiervoor benoodlgde gelden ge raamd op 20 000 pond sterling. Wanneer de be groeting zal zün opgemaakt, wordt onmiddellijk met de werkzaamheden een aanvang gemaakt. Voorts zal er een bedrag van 90.000 pond ster ling worden uitgetrokken ter verdubbeling der hoofdljjn tusschen Mount Vernon en Cliffdale, welke lijn tot nog toe één railweg bezat. De nieuwe spoorwegbrug te Oemlaas, waaraan reeds eenlgen tüd geleden een begin werd gemaakt, zal in Augustus as. gereed komen. De uitkomst betreffende de kosten dezer spoorlijn Is echter vrij wat hooger dan men aanvankelijk vermoe den kon Nog 10.000 pond sterling zal moeten worden toegestaan, wil men met den arbeid dezer lijn voortgaan. Dat deze spoorweg zoo snel heeft kunnen vorderen, dankt men aan het feit, dat de regeering over meer dan voldoende werklooze arbeiders heeft zorg gedragen, waar door de werkzaamheden met rasse schreden voort konden gaan. ..Zoowaar, ik vrees, dat Ik ’m op Ryecroft heb laten vallen," zei Sir George peinzend. Haast even Interessant is een tweede ontdek king, die door Engelsche vlleger-offlderen ge daan werd. Bü een vliegtocht boven Palestina ontdekten zij onder den waterspiegel der Doode Zee de contouren van een groote stad. Bij na der onderzoek der geheimzinnige ontdekking bleek, dat het de overblijfselen van een oud- Chaldeesche groote stad waren. Sommige ar- chaeologen zijn van meenlng, dat het misschien de overblijfselen der Bijbelsche steden Sodoma en Gomorra waren, anderen beweren echter, dat de overblijfselen van deze steden reeds door de Vatlcaansche archaeologische expeditie, op een andere plaats van»Palestina opgegraven zijn. Het is voorlooplg nog niet uitgemaakt, wie het hier aan het juiste eind heeft Bij gelegenheid van een vliegtocht over de Middellandsche Zee van Cairo naar Athene, viel de aandacht van den Engelschen comman dant der Egyptische vesting Aboeklr. Sir John F. Cull, in de nabijheid van het Nelsoneiland op voi over deze plaats en zag, dat het verschillende zullen waren, die oud-Orieksche versieringen hadden. Nadat hij zijn reis beëindigd had, bracht Cull een bezoek bij den bekenden Egyp- tlschen archaeoloog Prins Omar Toessouw en deelde hem zfjn ontdekking mede. De prins nam de gelegenheid waar, rustte een schip uit en begaf zich met verschillende duikers naar de aangewezen plaats. Het onverwachte resultaat van deze expeditie was, dat er op den bodem der zee de overblijfselen van een Grleksche stad gevonden werden De Inscripties op de ruïnen gaven den naam der verdronken stad aan, het Grleksche Canopus kwam wederom te voor schijn, de residentie van Alexander den Grooten, die de stad na zijn Egyptischen veldtocht, bij het einde der 4e eeuw vóór Chr. aan de kust ge sticht had. De groote Macedoniër vertoefde gaarne In Canopus en verfraaide de stad met grootsche gebouwen. De zuil, die er van uit de vliegmachine gezien, als een paardenhoef uitzag, draagt de buste van den koning op den top, andere zullen hebben reliefs, die zijn beroemde veldslagen in Klein- Azlë, waaronder de slag van Issus tegen de Perzen, voorstellen. De zullen zijn van rood graniet opgebouwd. Reeds In de middeleeuwen drong de Middel landsche Zee verder in het Egyptische kustland Sir George reed regelrecht naar Conclara en gaf daar de boodschap van zijn vrouw af. Maar hij gaf geen gevolg aan de ultnoodlging van den kleinen majoor, om af te stappen. Hij was niet zoo heel wel geweest, zooals hU zei, en wilde niet lang uitblijveu, om zijn vrouw niet ongerust te maken. Toch bond bordes niet eens, George." ik Naar gemeld wordt zijn er in de laatste weken In de nabijheid van de badplaats Plstyan in Tsjecho-Slowakije belangwekkende oudheidkun dige vondsten gedaan, juweelen, gedecoreerde glazen, drinkbekers, vazen van aardewerk en brons. Al deze kunstvoorwerpen, afkomstig uit den Romelnschen tijd, zullen binnenkort wor den tentoongesteld in het kortelings geopende museum te Plstyan. Deze vondsten bevestigen opnieuw, dat de grens van het oude Pannomië de Romeinsche Donauprovlncie geenszins gevormd werd door den Donau, maar dat het Romeinsche gebied zich aanmerkelijk verder Noordwaarts uitstrekte, tot aan de rivier de Waag, hetgeen overigens' reeds door Mommsen is aangetoond. Robbie en Topsy hadden met den seeman een ritje op den rug van de giraffe gemaakt en toen ze terug keerden zagen ze. dat WlUle Woensdag bezig was het boveneinde van een I houten pakkist te schaven. „Ik vond deze schaaf in de gereed schapskist aan boord van het ver ongelukte schip.” vertelde Wlllle, ,en nu maak ik het bovenste glad voor Ivy. om daarop haar koekjes te leggen.” ,,Ik had er juist mijn noten In willen doen.” zelde de zeeman. juist van pas. „O, ja, hü kan ons makkelijk vinden en het is zoo’n prachtige ochtend, dat het zonde en jammer zou zijn, om in huls te zitten. Komt u ook wat bulten; u heeft gis teren met pap den heelen dag binnen gezeten u ziet er nog bl.ek van. O. daar is Thomp son!.... Hoor eens hier, Thompson, als je Mr. Wyckam soms ziet en hij vraagt naar ons, zeg dan maar, dat master Charley en ik aan het tennissen zijn.” Toen Lady Carew een uur later, verlokt door de prachtige Octoberzon. naar bulten trad, vond zij er de jongelui nog aan het tennissen en hoorde van hen, dat ze van Mr. Wyckam niets gemerkt hadden. sir." Verrast stond zij op” hield ook eenlgen tijd den blik gericht op knappen, ouden heer en zei toen: „Neem mi) niet kwalijk, rir, maar als u Mr. Rutland „Dat weet ik” HU trad wat meer in het licht en vroeg: „Kent u nyU. Mrs. YuU?” Ze keek nu woordde „Neen, ik ken u in het geheel niet, sir.” „Niet?.... Dan moet ik toch wel veel ver ouderd zijn; méér dan u. want ik zou her kend hebben al had ik uw naam ook niet ge- gehoord. Maar kük u nu nog eens en denk aan enkele jaren terug Moet ik nu nóg zeggen, wie ik ben?” „O, neen, neen, sir!" Met een gelaat, haast zoo bleek als het zUne, viel zU in haar stoel te rug. „Neen, nu hoeft het niet meer. Ik herken u.” Als wij in de zomerdagen Snakken naar een glaasje kwast, En het dun flanellen pakje, Van het vorig jaar, nog past, Ja, dan weet u, dat het heet is En de luiheid wordt gewekt Als men maar een brokje schaduw Tusschen al die zon ontdekt! Schaduw! en de groote nadruk. Dien men op het woordje legt, Daarmee wordt een groot verlangen Met een simpel woord gezegd! Reeds het zitten is een loflied, Want men doet dit ongeveer Met -een zucht, die men hoort rijzen Tot de hooge stratosfeer! Zon is mooi en zon is heerlijk. Doch het puffend menschdom vindt. Dat de schaduw, als idylle. Het van zonnehitte wint! En de somb’re schaduwzijde. Welke men zoo grddg ontvlucht, Daarin voelt men zich warempel Voor een keertje.... opgelucht! MARTIN BERDEN (Nadruk verboden) ÖIIIIIIHHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIItlIllllHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII De ParUsche vlieghaven le Bourget is in deze dagen van monetaire instabiliteit een der goud- sluizen van de wereld geworden. Behalve, dat Le Bourget het clearingstation voor goud bestemd voor de ParUsche banken is, worden ook groote hoeveelheden van dit gele metaal naar andere landen doorgezonden. De vorige week landden twee vliegtuigen uit Zurich met 2H ton goud aan boord op Le Bourget, vanwaar het naar Londen werd door gezonden. reed hU van Conclara naar Ryecroft. daar zün paard aan het hek. ging het op en trad de hall binnen, waar hU Garth niet vond, zooals hü dit ook niet anders verwacht had. daar 11e op dezen tUd Immeis op da fabriek was. Toen liep hü nog een eind verder naar de kamer van de huishoudster, waar hü menigmaal geweest was. om er op zUn gemoedeUJke, joviale wijze een praatje te ma ken met Mrs. Glossop De deur stond aan en even bleef Sir George kUken naar de vrouw. voorschUn keek. Kortom, ze maakte dadelijk al zoo’n gunstlgen Indruk op Lucinda, dat die tegen Patty zei, toen de huishoudster even den sigarenkoker ging halen, dien Sir George wer kelijk op Ryecroft had laten liggen: „Ik mag haar graag. Patty. ZU heeft Iets heel eerlijks en vriéndelijks over zich. Ik geloof, dat Mr. Rutland geen slechten ruil heeft ge daan met haar voor Mrs. Glossop Toen Mrs. Yull even later weer Binnenkwam, vroeg zü. of de dames ook wilden Hiee-drinken en Miss Gunn nam die Invitatie aan. „Een kopje thee zal ons heel goed smaken na onzen rit over de heide. Zóó’n haast hebben we nu ook niet, omdat de Markhams komen, weet je wel. Pat? En het is nu pas vijf uur. Dus u heeft een paar jaar In Amerika ge woond. Mrs. Yull? Dat zou Ik nooit gezegd heb ben aan uw accent.” „O. maar Ik was ook zoo jong niet meer, toen ik daarheen ging. Ik was goed vier en dertig en dan neem je zoo gauw niet meer een accent aan. Bovendien heb ik den langsten tUd in Ca nada gewoond en daar wordt zooveel Fransch gesproken.” „Dat heeft u daar zeker wel geleerd?" ,4a, dat komt dan zoo vanzelf.” Mrs. Yull scheen nu niet zooveel lust te hebben, om uit te welden over haar ervaringen in Amerika; althans zü keek, of ze nu niet zoo heel erg op haar gemak was, en stond op. „ik heb enkele heel goede foto’s meegebraéht uit Canada, een album vol. Misschien zoudt u ze graag eens zien?” (Wordt vervolgd). iiiiuiiiiiiiiiii DE SCHADUW Den volgenden namiddag zaten Maggy en Robert in de lounge en hadden de verdekte belangstelling van de verschillende logeergas ten, die al spoedig vernomen hadden van het verbluf van Lord Conningham In hun midden. ,4e moet er mee ophouden”, zei Maggy, „ik wil mijn weddenschap gewonnen geven „Maar ik krjjg er juist plezier in”, antwoord de Robert. „Als men je herkent, of als de echte Lord nu tóch eens wel kwam”, begon Maggy. „HU is ziek en komt niet naar een hotel. HU is een vreeselüke vrek en gehaat bü Ieder een.” „Mhar toch ben ik bang”, hield Maggy vol, „ik heb een voorgevoel Op dat moment hoorden de gasten plotse ling luid gejammer op de gang boVen de lounge: „MUn parels. mün juweelen! Men heeft me bestolen! Help! Help! Ik ben besto len!” riep een schelle vrouwenstem. Alle gasten liepen in haast de marmeren trap in de lounge op, waar zü een bejaarde dame vonden, in de hall der eerste etage, die jammerend haar verhaal deed aan den toe- gesnelden chef der directie. ,jEr zUn dieven hier”, schreide zU. „Ik ben voor duizenden bestolen; bUna al mün ju weelen zün verdwenen. Men had me wel In mün kamer kunnen vermoorden! Het is een schandaal!" VrU hulpeloos zag de chef om zich heen en al die gasten, die nieuwsgierig om hem heen stonden, maakten het geval voor hem nog on verkwikkelijker „Maar 1 hotel staat uitstekend bekend, me vrouw, onze gasten zijn allen menschen van standing en....” „Maar uw contróle is niet al te nauwkeurig”, zelde opeens een sarcastische stem. „Er staat hier dichtbU bijvoorbeeld een man met een gestolen naam.” De chef zag den spreker verrast aan, en toch ook met eenlge hoop, dat de za&k een onverwachte, af leidende wending zou nemen: Inds de ontvoering en den traglschen dood van baby Lindbergh, hebben de menschen- roevers, zooals men terecht deze misda digers noemen kan. met elkaar gewedijverd in ijver En waarlijk niet alleen in Amerika, hoe wel dóór meer dan elders de ontvoeringen mo gelijk schijnen te zijn. Nog slechts een paar we ken geleden heeft de hoofdstad van Oostenrijk bijna zoo’n ontvoeringsgeval meegemaakt. Ge lukkig werd het complot nog tijdig ontdekt en men kan zich Indenken, dat reeds deze bUna geslaagde ontvoering eenlge consternatie heeft gewekt in een land, dat zulke menschonteeren- de praktijken nu eenmaal niet kent. Amerika echter is matador in deze zaken en China niet minder. In China zün het voornamelijk roepsroovers, die bemiddelde burgers ontvoeren en verbergen, om daarna de familie een kapitaal aan losgeld af te persen. Voortdurend lezen we Immers in de bladen van die gevallen, waarin oa. kooplieden of ook wel vreemdelingen (mis sionarissen of zendelingen) ontvoerd worden. Blijft de familie in gebreke, dan ontvangen zü soms een waarschuwing in den vorm van een brief met bedreigingen, doch ook wel in den vorm van een pakje een.... oor van den ont voerde, enkele dagen later gevolgd door een arm of een been en wanneer het daarbij blijft en de familie niet te hulp snelt, dan beteekent bet stllzwUgen, dat het slachtoffer definitief is af gemaakt. In Amerika is het niet veel beter. Weliswaar snijdt men daar geen ooren of beenen af, maar bet geval-Llndbergh bewijst voldoende, dat de ontvoerders uit Dollarland niet opzien tegen harde maatregelen. Ook voordien hadden in Amerika vaak ontvoeringen plaats, doch den naam van den oceaanvlleger in verband ge bracht met deze praktijken, schudde de aan dacht van de wereld feller wakker dan een reeks misdaden doen kon. Vroeger beteekende een ontvoering voor het Amerlkaansche publiek niet veel meer dan een opwindend gevat Thans echter werd het een moorddadige Industrie en die was blijkbaar noodlg om de autoriteiten in het gareel te krijgen. De Invloed van de on derwereld op de politie en het publiek is steeds zoo groot geweest, dat men volstond met be vend toezien en niets of weinig te doen, tot de beroemde baby om het leven kwam en men plotseling helder inzag, dat het zóó niet langer kon. Intusschen wordt deze ontvoeringslndustrie meer en meer uitgeoefend op kinderen en dit maakt haar nog afschuwelijker dan ze al was. Bet ergste v^n al is, dat niemand den juisten omvang van deze misdaden vermoeden kan, maar de politie is er van overtuigd, dat de mis dadigers een organisatie hebben over heel Ame rika. Deze organisatie is zoo sterk, dat zü in staat is iedereen, die men maar wil, te doen verdwijnen, zonder dat een spoor van het slacht offer wordt ontdekt. Voor de bandieten zUn deze uivoeringen meestal ongevaarlUk. Het slachtoffer nJ. zwijgt als een graf, om zich onaangenaamheden te besparen; want wie ga randeert hem dat in weerwil van een fabel achtig losgeld, zijn kinderen, zijn vrouw of 11U zelf, op een kwaden dag niet ten tweeden male wordt ontvoerd en ditmaal met nóg ernstiger gevolgen. Een inlichting aan de politie gegeven, kan een doodvonnis ten gevolge hebben, niet voor den misdadiger, maar voor het onschul dige slachtoffer. De ..secret six”, een geheim comité in Chi cago, dat tot taak heeft de praktUken van de onderwereld te bestrijden, heeft uitgerekend dat het vorige jaar ongeveer tweeduizend ont voeringen hebben plaats gehad. Van de vier honderd gevallen, die bü de politie werden aan gebracht, kon deze in slechts zeven gevallen voldoende bewijsmateriaal verzamelen, om een vonnis tegen de misdadigers te motiveeren. En van de zeven ontvoerde kinderen werden er zes.... dood teruggevonden! Vooral in de laatste jaren hebben de ontvoe ringen en de daarmee steeds gepaard gaande chantage een geweldige vlucht genomen en een van de voornaamste oorzaken zoekt men, mis schiet niet ten onrechte, in het feit, dat in Amerika niet de dwang bestaat zich aan te melden. De lusten van namen van logé’s in hotels en pensions worden niet eens gecontro leerd én zoo kan iedere boef zich vrij in de Ver, Staten bewegen. Een der jongste offers van de Amerlkaansche onderwereld is de bierbrouwer William Hamm, een rUk man, die midden Juni In de handen van bandieten viel en met den dood werd be dreigd, zoo men geen losgeld van 100.000 dollar wilde betalen. Het geld moest binnen een be paalden tüd op een aangegeven plaats worden worden gedeponeerd. De familie liet zich echter niet intlmldeeren en gaf de zaak bU de politie aan. Deze vermoedde reeds onmiddellUk wie de dader zou zUn. Sinds geruimen tUd ver dacht zü de bende van Sankey, die men ove rigens ook van andere ontvoeringen verdacht had, oa. van die van den mllllonnalr Boett cher, die tegen betaling van zestig duizend dol lar werd vrijgelaten. Direct na de vrijlating van I, Mrs. Yull?” ontsteld en ant- „Ja. ik ben er even aangereden, liefste.... Maar zoek maar niet meer, Patty. Ik heb ’m zeker daar laten vallen." „Hoe eigenaardig van toch, dat Mr. Rutland niet thui» kon zUn." „Paps dacht zeker, dat hü wel eens een dag vrijaf kon hebben, is het niet? Maar goed, ik zal nu niet langer zoeken, al was het nu ook uw zilveren sigarenkoker en nogal een geschenk van moes. Hoe komt u er ejgenlük bü. dat u ‘m op Ryecroft zou hebben verloren?” „Wel, lieverd, omdat ik mil herinner, dat ik een sigaar heb opgestoken, juist even voordat ik wegging. En dat weet ik nog zoo goed, om dat ik mijn lucifers vergeten had en er dus eentje vragen moest. Maar wat ik er toen later mee heb gedaanRutland zal ’m in ieder geval wel vinden!” „Ik hoop het maar,” zei nu Lady Carew, ,4e hebt ’m al zooveel jaren gehad; je weet wel, we hebben juist zoo dikwijls gezegd, dat dit nu 1 eenlge ding was, dat je nooit verloren hebt, en dat beschouwde ik als een groot compliment aan mü, omdat het bUna het eerste cadeau was, dat ik je gegeven heb. Charley kan er im mers straks even heenrUden. als Wyckam hem laat gaan." „O, neen, moesje! Lucinda verlangt ooit ver- „O, paps toch! Als uw neus los zat zoudt u dien zeker ook vergeten. Het is toch wat te zeggen!” „Op Ryecroft?" vroeg Lady Carew. „Ik wist dat je daar gisteren geweest was. t~w h ik wed. dat je zooiets niet durft!" riep ri het meisje uit. „Goed: om alles wat je wilt!” lachte de jongeman in den badstoel naast haar. „Bovendien is het gevaarlUk”, ging zU ver der. „De politie houdt niet van menschen, die zich uitgeven voor de een of andere adellUke persoonlijkheid. Ze kunnen je er wel eens voor in de gevangenis zetten". „En toch wed ik met je om een kus, dat Ik den naam van Lord Conningham voor drie dagen zal aannemen. Vanmiddag verlaat ik mün pension en laat me in jouw hotel inschrij ven. Maggy aarzelde, doch haar gevoel voor hu mor behaalde de overwinning en zü antwoord de „Vooruit dan. Ik neem de weddenschap aan.” Robert Mayfair stak zijn hand uit. Maggy nam ze aan en de overeenkomst was gesloten. Daarop wandelden zij samen langs het afge legen gedeelte van het strand, waar zU bij voorkeur zaten, om daarna in een stil res taurant te gaan lunchen. Robert Mayfair had haar ruim een week geleden leeren kennen, haar leeren bewonde ren en zU waren beste vrienden geworden In den namiddag meldde zich een uitste kend gekleede jongeman bU den chef de ré- ceptlon van Hotel Continental en liet zich in schrijven als Lord Conningham. onder mede deeling, dat hU voornemens was tenminste drie dagen te blüven. „Er logeert hier ook een vriendin van mU”. merkte hU na de formaliteit op. „miss Row- stry," doch terwül hU zich omwendde, zag hU haar naast zich staan. „Ach, miss Rowstry. hoe maakt u het? Wat een genoegen u te ontmoeten.” „O, uitstekend, dank u.” zei Maggy, terwijl zU hem ontstemd aanzag. „gaat u mee naar de lounge, danikdan vertel ik al het nieuws. En hoe maakt het lady Conningham?” „Pas op", waarschuwde Robert, „die bestaat niet." In een rustig hoekje in de lounge verweet hem Maggy haar in het geval betrokken te hebben. .Maar wat dacht je? Als ik hier drie dagen als Lord moet rondzwerven, denk ik er toch niet aan je gejjflschap te moeten missen. Om te beginnen noodlg ik Je dan ook uit met me te dlneeren.” Maggy verzoende zich spoedig met hem. en accepteerde. .Maar veronderstel eens, dat Lord Conningham Inderdaad kwam logeeren!" „O”, antwoordde Rpbert, „daar is geen sprake van!” wier eigenaardige naam mylady zoozeer ge amuseerd had: Jessamy Yull. ZU had een vriendeUjk. blozend gezicht, le vendige lichtbruine oogen en droeg een net kapje, terwijl zU druk bezig was met eenlg naaiwerk. De baronet trad binnen. „Goeden morgen, Mrs. Yull." „Goeden morgen, l_.“ SI Ua zeker. En toen heeft hU mü aan die al gebrasom gezet en ging zelf weg, omdat hU nog brief te schrUvm had of zoo iets Maar nu «it ik zoo leelUk voor anker, dat hU mU eens een handje helpen moet. Ik heb al in de biblio theek gekeken en in zUn kamer, maar ik zie niets van hemDan moet ik maar wachten, tot hU weer boven water komt. Ga je mee *st tennissen. Pats? Tenminste als u haar niet noodlg hebt, tante Allee?” ..Neen, maar zoo lang kan Mr. Wyckam toch niet wegblüven en het gaat toch niet aan. dat hU dan weer naar jou zou moeten zoeken." „O, maar hU kan ons makkeluk vinden, moe- •ter,” meende Patty. „Want zU .verlangde ook niets liever dan een tüdje buiten te blUven: tot dusverre was het alles prachtig gegaan; er *as geen scène geweest; moeder had het geval •sarUjk nog al phlloeophisch opgevat, maar als nu bU elkaar bleven, zou zich allicht weer •én gesprek ontwikkelen betreffende Mr. Bra- “•zon. Charley kwam met zün voorstel dus De inspecteur keek verbluft. „Ik wilde u even van dienst zUn”, begon hU. „maar als u de zaak belachelük gaat maken...." „Ik spot absoluut niet", zelde Robert, „en u kunt mij een dubbel genoegen doen, eerste is een toestemming om te telefoneereu, en het tweede, den heer, die mü beschuldigde, in het oog te houden; hü staat mü heelemaal niet aan.” „Ik geef u een kwartier om te doen, wat u wilt, behalve hier weg te gaan,” antwoord de de inspecteur en Robert vroeg een telefo nische verbinding aan. Er volgden een tiental minuten van onprettige stilte, dan ging de telefoonschel. Robert luisterde. „Hallo," zei hü. en dan: „Ben jU het, James? Je spreekt met Mayfair. Hoe is de patiënt?.... Wat?!.. Dan volgde een pauze, waarin Robert ernstig toeluisterde, dan zei hü: orde, James, ik dank je,” en hü legde den haak op het toestel terug. „Heeren.” sprak hü dan rustig, „ik ben Lord Conningham." Maggy zat perplex, de directeur zag aan met van verbazing wüd-open mond. De inspecteur gaf opeens een harden slag op het bureau: „Allemachtig, wat ben ik een stommerd!” riep hü uit. „Hü kletst.” riep Linke BUI, „arresteer hem." „Direct,” antwoordde de inspecteur, „je han den op en beweeg je niet.” En geroutineerd deed hü Linke Bill even later de handboeien aan. „Kent u de zaakwaarnemers van Lord Con- nlngham?” vroeg Robert den inspecteur. „Zeker....” antwoordde deze, „bedoelt u dat ik hen even zal opbellen?” ,4ulst. en als u mün persoon beschrijft, ver geet u dan niet deze moedervlek te noemen, hier op den rug van mün linkerhand.” „Heusch Maggy," zelde Lord Conningham. toen hü ’s avonds met haar een wandeling langs het strand maakte, „het- spüt me, dat ik je een beetje bedrogen heb...." „Och", zuchtte Maggy, „Ik geloof, dat Ik lie ver wUde. dat je Robert Mayfair gebleven was. Maar Ik wensch je toch geluk met je van den titel.” „Dat is büzaak.” zei hü. „de wereld zal me gelukwenschen met jou. als...." ,4e schünt niet erg te geven om het overlü- den van je neef.” weerde Maggy af. „Inderdaad. Ik mag over de dooden geen kwaad spreken, maar hü was het tegendeel van geliefd bü iedereen. Ik wist, dat hü ern stig ziek was; hü stuurde me weg. toen ik bü hem kwam. Later vernam ik. dat hü stervend was, maar Ik heb me niet meer asm ’n nieuw bezoek gewaagd. Door de telefoon vernam ik van zün butler, dat hü tegen den middag over leden was. maar men wist niet, waar ik uit hing. En wat ons nu betreft, Maggy, ik zou Je iets heel ernstigs willen vragen....” „Goed, maar ik zal je eerst mün verloren weddenschap betalen,” fluisterde zü. Boettcher trok de geheele politiemacht van Denver tegen de bende op, zonder echter het minste resultaat te bereiken. In Mei van dit jaar was het weder een kind, dat het slachtoffer van een ontvoering werd, n.L het dochtertje van den Amerikaansehen staalmagnaat Mac Math, dat door een telefoon gesprek uit de school werd gelokt. Na een doo- dend wachten van vier volle dagen en een betaling van zestigduizend dollar, kon de vader eindelijk zün kind in zün armen sluiten. Het einde van de ontvoeringen vinden niM altüd een zoo goed betrekkelük goed einde? zooals trouwens door het geval-Llndbergh dul- delük werd gedemonstreerd. Zulk een geval is b.v. dat van Charlëy Ross, die ongeveer zestig Jaar geleden op zevenjarigen leeftüd uit de ouderlüke woning werd ontvoerd. De ouders, die in een dorp van den staat New-York woon den, waren zeer bemiddeld en dus werd een zwaar losgeld geëlscht, dat zü zeker zouden be taald hebben, wanneer niet toevallige omstan digheden de oorzaak van den dood van de ont voerders waren geworden. Dezen, een man en een vrouw, behoorden tot een bandietenbende en werden in een gevecht met de politie ge wond. De vrouw trachtte stervend nog te ver tellen, waar het kind verborgen was, doch vóór zü het geheim ontsluierd had, gaf zü den geest. De man, die direct gedood was, had zelfs niets meer kunnen zeggen en de verblüfplaats van het kind bleef een geheim. In weerwil van alle pogingen heeft men het kind nooit terug kun nen vinden. De mogelükheid bestaat dat het kind zóó verborgen was, dat niemand dan de twee ontvoerders zün schuilplaats kende. In dat geval is het niet onwaarschünlük, dat het kind van honger is gestorven. Anderzüds besluit de politie uit het feit, dat het lük van "den knaap nooit gevonden werd, dat hü dus nog in leven zou zün en vermoedelük wordt opgevoed, of althans werd opgevoed bü menschen, waar de ontvoerders hem hadden uitbesteed, zonder dat deze menschen wisten welk drama achter het geval stak. Het gevolg van deze veronderstelling was, dat jaren lang steeds jongemannen opdoken, die voorgaven Charley Ross te zün en een vüftien- tal jaren geleden meldde zich bü de politie een bedelaar, die beweerde Charley Ross te zün. De leeftüd klopte precies, maar de bedelaar had geen andere bewijzen in handen, zoodat men hem niet gelooven kon. Intusschen vraagt men zich af hoe verschrik- kelük het lot moet geweest zün van de ouders van den knaap. Deze laatste ral zich mettertüd gemakkelük hebben kunnen wennen aan de nieuwe levensomstandigheden, zelfs wanneer hü een bedelaar zou geworden zün, die niet beter wist dan alle andere bedelaars Maar de ouders zün blüven leven in de angstige veronderstel ling, dat hun kind misschien een verschrikke- lüken dood is gestorven en zoo niet, dat ergens een mensch op de wereld moet leven, die hun zoon is en die het niet weet, of die het weet, maar bü gebrek aan bewüs niet spreken durft. Blüft de vraag, of een man zich zün onders pre cies zal herinneren, die hü sinds zün zevende jaar niet heeft gezien. Dat de misdadigers, die zich met ontvoerin gen bezighouden, geen rekening houden met de ellende en de smart van zulke ouders, noch met het lot van zoo’n kind, is wel de verschrikke- lükste ontdekking die men doen kan. En toch is dit het geval, getuige de steeds toenemende reeks van menschenroof, waartegen de over heid en de politie niet streng genoeg kan op treden. „Wilt u zich nader verklaren?” schünbaar scherp. „Met genoegen”, glimlachte Linke Bill, „daar staat Lord Conningham, die dat evenmin is als ik”. „O!” fluisterde Maggy, „ik voelde het aan komen. ’t Is mün séhuld met die dwaze wed denschap. Wat heb ik gedaan!” ,MU den gelukkigsten man ter wereld ge maakt", fluisterde Robert terug, „wees niet bang, alles komt terecht”. En dan tot den chef zich wendende zei hü volkomen rustig en uit de hoogte: „Ik stel mü geheel te Uwer be schikking. maar natuurlük stel ik de aanwe zigheid van mün beschuldiger op prüs. Zul len wü in uw kantoor wachten?” De inspecteur der recherche, die verscheen, was ’n geboren detective. HU zag met een enkelen scherpen blik of 'n .slacht offer” tot de mis dadige rswereld behoorde, en Ro bert maakt dien Indruk allerminst op hem. Hü behandelde de zaak uiterst kiesch. De di recteur zat aan zün bureau met den inspec teur aan de eene züde en Linke BUI aan de andere, voor het bureau zaten Maggy en Ro bert. Tenslotte zei de Inspecteur: „Het komt me voor, dat het eenlge wat tegen u pleit is. dat u niet degene bent, waarvoor u zich uitgeeft. En," vervolgde hü, zich vertrouwe- lük vooroverbuigende, „als u de Juweelen hebt gestolen, vinden wü dat toch vandaag of mor gen uit; zoo niet, dan heeft u niets te vree- zen. Doch de identiteitskwestie moet geregeld. Ik vraag als man tegenover man, is u Lord Conningham of niet?" Kalm en rustig antwoordde Robert: „Om u dan Inderdaad de waarheid te zeggen: wéét het zelf niet!” inspecteur keek verbluft. schrikkelük naar een wandeling. Toe. Luce, leg je werk nu eens weg en maak je klaar." Masr jullie kunt riet dat heele eind heen en terugloopen," verzette Lady Carew zich. „Nu. goed, dan nemen wü Brown en het ponywagentje. Herinner Je je nog vel onzen eersten rit over Garthdale. Lucinda?" Miss Gunn knikte en Lady Carew zei: ,Xom. laat Charley er nu maar heenrUden; hü zou t zoo prettig vinden! En je vergeet, dat het Zaterdag is en dat Mr. Rutland thuis zal zün.” ..Nu, hü zal ons geen kwaad doen, moes! En Charley mag het dan al prettig vinden, wü laten ons ook graag eens doorwaaien. Boven dien verlang ik er büzonder naar, om die nieu we huishoudster te zien met dien abnornuüen naam: Jessamy YuU, was t niet zoo?.... O, u heeft haar gezien, hè, paps? Maakt ze een prettlgen Indruk?” „Ik denk, dat je wel met haar Ingenomen zult zün. kindje,” zei Sir George. Het nieuwe ponywagentje bleek een heele aanwinst te zün en bracht de dames op mak- kelüke wüze naar het doel van haar tocht. In de hall was een van de meisjes bezig een houtvuur aan te leggen, want de avonden wer den al kil In die groote ruimte. Ze vroegen de gedienstige naar Mrs. Yull en hoorden, dat die op haar zitkamer was, waar na ze zich onmiddellUk daarheen begaven. Mrs. YuU had een keurige zwarte japon aan, met een zwart züden schortje en een mutsje «’aaronder haar frisch gezicht vriendelük te De zeeman was juist op tüd geko men om te voorkomen, dat Wlllle Woensdag het haar aan het achter einde van den nek van de giraffe af schaafde. „Stop eg meet' riep Freddy, ..dat is geen manier om Edwin’s haar te snüden.” „Ging het dan niet goed.” zelde Willie, „ik dacht er goed aan te doen, ik dacht je wat moeite uit te sparen, anders had JU met een schaar de haren moeten knippen.” .Jleter wat moeite met een schaar, dan op zulk een wüze te willen knip pen,” zelde de zeeman kwaad. „Zie je die twee daar?” vroeg Linke Bill aan zün makker, „die jongen en dat meisje. En begrüp Je me?” „Dat meisje logeert hier al ruim een week”, antwoordde de ander, die evenals Linke BUI, keurig gekleed in het restaurant van het ho tel dineerde, „de jongen kwam vanmiddag en heet Lord Conningham". „HÜ is Lord Was-ik-'t-maar”. zei linke BUI. „Ik ken Lord Conningham van vroeger. hü lükt niets op dien ouden bok. 1 Is een grap om te geuren, maar die hem zal opbreken. Sta JU Je portie?" „Voor honderd procent", grijnsde de ander. „Goed, zie je die oude vrüster daar, aan den anderen kant In den hoek? Die draagt te veel Juweelen en bovendien heeft ze er nog heel wat In een klein juweelenkistje In haar ka- Terwül Ik haar den dienst bewüs haar van waakzaamheid te verlichten, kük JU uit. En als de zaak ontdekt wordt, dan SOI- gen wü ervoor, dat die Lord Conningham In de gaten loopt.” ..Accoord". zei de kameraad, en hü hief zün glas op. „Proost”, zei Linke BUI en de zaak werd be klonken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1933 | | pagina 5