Zij, die leven van menschenroof
tKet wtfiaal wut den dag
1
I.
Het Geheim
van
Sir Carew
a
ROBINSON CRUSOE’S AVONTUREN
ROBINSONschoenen zijn
Uw beste vrienden
Zomer
sproeten
verdwijnen spoedig
door een pot
SPRUTOL
Bij alle drogisten.
Alle abonné’s f3000.-KSISS f750.-SUS.iS-"iK f250.- TfïS f 125.- f50.-^^SSf40.- ÏSJSf
WOENSDAG 12 JULI
Een stad onder de Doode Zee
Enkele herinneringen
vlag
Resten van Romeinsche
beschaving
SCHANDELIJK
BEDRIJF
Verdronken steden op
den bodem der zee
Spoorwegaanleg door
werkloozen
Le Bourget als goud-
haven
Canopus, de Egyptische residentie
van Alexander den Grooten
Geldzucht, die tot de gemeenste
misdaden verleidt
I Onder valsche
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
hü
vroeg
spoedig
ISSSSSISMSI
ilMMSItSSSI,
be-
1
Ik
Het
hem
erfenis
dat
mee.’’
(Morgenavond vervolg)
d
duwde de deur verder open en
je, George. Je wist
den
ld
HOOFDSTUK XXII
mer.
zorgen
ir
tt
IÉ
I
n voorwerp, dat uit de zee oprees en den
van een hoefijzer had. HU vloog nogmaals
door en verslond de stad Canopus-met al haar
prachtige bouwwerken. Interessant is, dat de
groote zeeslag van Aboeklr, waarin de vloot van
Napoleon I door de Engelschen onder admiraal
Nelson verpletterend verslagen werd, zich boven
de ruïnen der oude stad afspeelde.
In de laatste 150 Jaren trekt het water der
Middellandsche Zee zich langzaam van het
kustland terug en zoo kwamen thans de zuilen
spitsen der verdronken stad Canopus weer te
voorschijn.
(Ingezonden Mededeellng).
soms wilde spreken. die is uit en komt te
gen den avond pas thuis."
Benige honderden werkloozen zijn door het
Zuid-Afrikaansch Departement van Arbeid,
Handel en Nijverheid aangesteld tot het aan
leggen van een spoorweg langs de groote Baal
nabü Natal. Het grootste gedeelte der kosten
zullen worden bestreden door het Departement,
terwijl een klein percentage door liefdadige in
stellingen wordt vergoed. Vooreerst zal er een
begin worden gemaakt met de electrificatie der
spoorlijn tusschen Ladysmith en Harrismith.
Men heeft de hiervoor benoodlgde gelden ge
raamd op 20 000 pond sterling. Wanneer de be
groeting zal zün opgemaakt, wordt onmiddellijk
met de werkzaamheden een aanvang gemaakt.
Voorts zal er een bedrag van 90.000 pond ster
ling worden uitgetrokken ter verdubbeling der
hoofdljjn tusschen Mount Vernon en Cliffdale,
welke lijn tot nog toe één railweg bezat. De
nieuwe spoorwegbrug te Oemlaas, waaraan reeds
eenlgen tüd geleden een begin werd gemaakt,
zal in Augustus as. gereed komen. De uitkomst
betreffende de kosten dezer spoorlijn Is echter
vrij wat hooger dan men aanvankelijk vermoe
den kon Nog 10.000 pond sterling zal moeten
worden toegestaan, wil men met den arbeid
dezer lijn voortgaan. Dat deze spoorweg zoo snel
heeft kunnen vorderen, dankt men aan het
feit, dat de regeering over meer dan voldoende
werklooze arbeiders heeft zorg gedragen, waar
door de werkzaamheden met rasse schreden
voort konden gaan.
..Zoowaar, ik vrees, dat Ik ’m op Ryecroft
heb laten vallen," zei Sir George peinzend.
Haast even Interessant is een tweede ontdek
king, die door Engelsche vlleger-offlderen ge
daan werd. Bü een vliegtocht boven Palestina
ontdekten zij onder den waterspiegel der Doode
Zee de contouren van een groote stad. Bij na
der onderzoek der geheimzinnige ontdekking
bleek, dat het de overblijfselen van een oud-
Chaldeesche groote stad waren. Sommige ar-
chaeologen zijn van meenlng, dat het misschien
de overblijfselen der Bijbelsche steden Sodoma
en Gomorra waren, anderen beweren echter, dat
de overblijfselen van deze steden reeds door de
Vatlcaansche archaeologische expeditie, op een
andere plaats van»Palestina opgegraven zijn.
Het is voorlooplg nog niet uitgemaakt, wie het
hier aan het juiste eind heeft
Bij gelegenheid van een vliegtocht over de
Middellandsche Zee van Cairo naar Athene,
viel de aandacht van den Engelschen comman
dant der Egyptische vesting Aboeklr. Sir John
F. Cull, in de nabijheid van het Nelsoneiland
op
voi
over deze plaats en zag, dat het verschillende
zullen waren, die oud-Orieksche versieringen
hadden. Nadat hij zijn reis beëindigd had,
bracht Cull een bezoek bij den bekenden Egyp-
tlschen archaeoloog Prins Omar Toessouw en
deelde hem zfjn ontdekking mede. De prins nam
de gelegenheid waar, rustte een schip uit en
begaf zich met verschillende duikers naar de
aangewezen plaats. Het onverwachte resultaat
van deze expeditie was, dat er op den bodem
der zee de overblijfselen van een Grleksche stad
gevonden werden De Inscripties op de ruïnen
gaven den naam der verdronken stad aan, het
Grleksche Canopus kwam wederom te voor
schijn, de residentie van Alexander den Grooten,
die de stad na zijn Egyptischen veldtocht, bij
het einde der 4e eeuw vóór Chr. aan de kust ge
sticht had. De groote Macedoniër vertoefde
gaarne In Canopus en verfraaide de stad met
grootsche gebouwen.
De zuil, die er van uit de vliegmachine gezien,
als een paardenhoef uitzag, draagt de buste van
den koning op den top, andere zullen hebben
reliefs, die zijn beroemde veldslagen in Klein-
Azlë, waaronder de slag van Issus tegen de
Perzen, voorstellen. De zullen zijn van rood
graniet opgebouwd.
Reeds In de middeleeuwen drong de Middel
landsche Zee verder in het Egyptische kustland
Sir George reed regelrecht naar Conclara en
gaf daar de boodschap van zijn vrouw af. Maar
hij gaf geen gevolg aan de ultnoodlging van
den kleinen majoor, om af te stappen. Hij was
niet zoo heel wel geweest, zooals hU zei, en
wilde niet lang uitblijveu, om zijn vrouw niet
ongerust te maken.
Toch
bond
bordes
niet eens,
George."
ik
Naar gemeld wordt zijn er in de laatste weken
In de nabijheid van de badplaats Plstyan in
Tsjecho-Slowakije belangwekkende oudheidkun
dige vondsten gedaan, juweelen, gedecoreerde
glazen, drinkbekers, vazen van aardewerk en
brons. Al deze kunstvoorwerpen, afkomstig uit
den Romelnschen tijd, zullen binnenkort wor
den tentoongesteld in het kortelings geopende
museum te Plstyan.
Deze vondsten bevestigen opnieuw, dat de
grens van het oude Pannomië de Romeinsche
Donauprovlncie geenszins gevormd werd door
den Donau, maar dat het Romeinsche gebied
zich aanmerkelijk verder Noordwaarts uitstrekte,
tot aan de rivier de Waag, hetgeen overigens'
reeds door Mommsen is aangetoond.
Robbie en Topsy hadden met den
seeman een ritje op den rug van de
giraffe gemaakt en toen ze terug
keerden zagen ze. dat WlUle Woensdag
bezig was het boveneinde van een I
houten pakkist te schaven.
„Ik vond deze schaaf in de gereed
schapskist aan boord van het ver
ongelukte schip.” vertelde Wlllle,
,en nu maak ik het bovenste glad
voor Ivy. om daarop haar koekjes te
leggen.”
,,Ik had er juist mijn noten In willen
doen.” zelde de zeeman.
juist van pas. „O, ja, hü kan ons makkelijk
vinden en het is zoo’n prachtige ochtend, dat
het zonde en jammer zou zijn, om in huls te
zitten. Komt u ook wat bulten; u heeft gis
teren met pap den heelen dag binnen gezeten
u ziet er nog bl.ek van. O. daar is Thomp
son!.... Hoor eens hier, Thompson, als je Mr.
Wyckam soms ziet en hij vraagt naar ons, zeg
dan maar, dat master Charley en ik aan het
tennissen zijn.”
Toen Lady Carew een uur later, verlokt door
de prachtige Octoberzon. naar bulten trad,
vond zij er de jongelui nog aan het tennissen
en hoorde van hen, dat ze van Mr. Wyckam
niets gemerkt hadden.
sir." Verrast stond zij
op” hield ook eenlgen tijd den blik gericht op
knappen, ouden heer en zei toen: „Neem
mi) niet kwalijk, rir, maar als u Mr. Rutland
„Dat weet ik” HU trad wat meer in het
licht en vroeg: „Kent u nyU. Mrs. YuU?”
Ze keek nu
woordde
„Neen, ik ken u in het geheel niet, sir.”
„Niet?.... Dan moet ik toch wel veel ver
ouderd zijn; méér dan u. want ik zou her
kend hebben al had ik uw naam ook niet ge-
gehoord. Maar kük u nu nog eens en denk aan
enkele jaren terug Moet ik nu nóg zeggen,
wie ik ben?”
„O, neen, neen, sir!" Met een gelaat, haast
zoo bleek als het zUne, viel zU in haar stoel te
rug. „Neen, nu hoeft het niet meer. Ik
herken u.”
Als wij in de zomerdagen
Snakken naar een glaasje kwast,
En het dun flanellen pakje,
Van het vorig jaar, nog past,
Ja, dan weet u, dat het heet is
En de luiheid wordt gewekt
Als men maar een brokje schaduw
Tusschen al die zon ontdekt!
Schaduw! en de groote nadruk.
Dien men op het woordje legt,
Daarmee wordt een groot verlangen
Met een simpel woord gezegd!
Reeds het zitten is een loflied,
Want men doet dit ongeveer
Met -een zucht, die men hoort rijzen
Tot de hooge stratosfeer!
Zon is mooi en zon is heerlijk.
Doch het puffend menschdom vindt.
Dat de schaduw, als idylle.
Het van zonnehitte wint!
En de somb’re schaduwzijde.
Welke men zoo grddg ontvlucht,
Daarin voelt men zich warempel
Voor een keertje.... opgelucht!
MARTIN BERDEN
(Nadruk verboden)
ÖIIIIIIHHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIItlIllllHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
De ParUsche vlieghaven le Bourget is in deze
dagen van monetaire instabiliteit een der goud-
sluizen van de wereld geworden.
Behalve, dat Le Bourget het clearingstation
voor goud bestemd voor de ParUsche banken is,
worden ook groote hoeveelheden van dit gele
metaal naar andere landen doorgezonden.
De vorige week landden twee vliegtuigen uit
Zurich met 2H ton goud aan boord op Le
Bourget, vanwaar het naar Londen werd door
gezonden.
reed hU van Conclara naar Ryecroft.
daar zün paard aan het hek. ging het
op en trad de hall binnen, waar hU
Garth niet vond, zooals hü dit ook niet anders
verwacht had. daar 11e op dezen tUd Immeis
op da fabriek was. Toen liep hü nog een eind
verder naar de kamer van de huishoudster,
waar hü menigmaal geweest was. om er op zUn
gemoedeUJke, joviale wijze een praatje te ma
ken met Mrs. Glossop De deur stond aan en
even bleef Sir George kUken naar de vrouw.
voorschUn keek. Kortom, ze maakte dadelijk al
zoo’n gunstlgen Indruk op Lucinda, dat die
tegen Patty zei, toen de huishoudster even den
sigarenkoker ging halen, dien Sir George wer
kelijk op Ryecroft had laten liggen:
„Ik mag haar graag. Patty. ZU heeft Iets
heel eerlijks en vriéndelijks over zich. Ik geloof,
dat Mr. Rutland geen slechten ruil heeft ge
daan met haar voor Mrs. Glossop
Toen Mrs. Yull even later weer Binnenkwam,
vroeg zü. of de dames ook wilden Hiee-drinken
en Miss Gunn nam die Invitatie aan.
„Een kopje thee zal ons heel goed smaken na
onzen rit over de heide. Zóó’n haast hebben we
nu ook niet, omdat de Markhams komen,
weet je wel. Pat? En het is nu pas vijf uur.
Dus u heeft een paar jaar In Amerika ge
woond. Mrs. Yull? Dat zou Ik nooit gezegd heb
ben aan uw accent.”
„O. maar Ik was ook zoo jong niet meer, toen
ik daarheen ging. Ik was goed vier en dertig
en dan neem je zoo gauw niet meer een accent
aan. Bovendien heb ik den langsten tUd in Ca
nada gewoond en daar wordt zooveel Fransch
gesproken.”
„Dat heeft u daar zeker wel geleerd?"
,4a, dat komt dan zoo vanzelf.” Mrs. Yull
scheen nu niet zooveel lust te hebben, om uit
te welden over haar ervaringen in Amerika;
althans zü keek, of ze nu niet zoo heel erg op
haar gemak was, en stond op. „ik heb enkele
heel goede foto’s meegebraéht uit Canada,
een album vol. Misschien zoudt u ze graag
eens zien?” (Wordt vervolgd).
iiiiuiiiiiiiiiii DE SCHADUW
Den volgenden namiddag zaten Maggy en
Robert in de lounge en hadden de verdekte
belangstelling van de verschillende logeergas
ten, die al spoedig vernomen hadden van het
verbluf van Lord Conningham In hun midden.
,4e moet er mee ophouden”, zei Maggy, „ik
wil mijn weddenschap gewonnen geven
„Maar ik krjjg er juist plezier in”, antwoord
de Robert.
„Als men je herkent, of als de echte Lord
nu tóch eens wel kwam”, begon Maggy.
„HU is ziek en komt niet naar een hotel.
HU is een vreeselüke vrek en gehaat bü Ieder
een.”
„Mhar toch ben ik bang”, hield Maggy vol,
„ik heb een voorgevoel
Op dat moment hoorden de gasten plotse
ling luid gejammer op de gang boVen de
lounge: „MUn parels. mün juweelen! Men
heeft me bestolen! Help! Help! Ik ben besto
len!” riep een schelle vrouwenstem.
Alle gasten liepen in haast de marmeren
trap in de lounge op, waar zü een bejaarde
dame vonden, in de hall der eerste etage, die
jammerend haar verhaal deed aan den toe-
gesnelden chef der directie.
,jEr zUn dieven hier”, schreide zU. „Ik ben
voor duizenden bestolen; bUna al mün ju
weelen zün verdwenen. Men had me wel In
mün kamer kunnen vermoorden! Het is een
schandaal!"
VrU hulpeloos zag de chef om zich heen en
al die gasten, die nieuwsgierig om hem heen
stonden, maakten het geval voor hem nog on
verkwikkelijker
„Maar 1 hotel staat uitstekend bekend, me
vrouw, onze gasten zijn allen menschen van
standing en....”
„Maar uw contróle is niet al te nauwkeurig”,
zelde opeens een sarcastische stem. „Er staat
hier dichtbU bijvoorbeeld een man met een
gestolen naam.”
De chef zag den spreker verrast aan, en
toch ook met eenlge hoop, dat de za&k een
onverwachte, af leidende wending zou nemen:
Inds de ontvoering en den traglschen dood
van baby Lindbergh, hebben de menschen-
roevers, zooals men terecht deze misda
digers noemen kan. met elkaar gewedijverd in
ijver En waarlijk niet alleen in Amerika, hoe
wel dóór meer dan elders de ontvoeringen mo
gelijk schijnen te zijn. Nog slechts een paar we
ken geleden heeft de hoofdstad van Oostenrijk
bijna zoo’n ontvoeringsgeval meegemaakt. Ge
lukkig werd het complot nog tijdig ontdekt en
men kan zich Indenken, dat reeds deze bUna
geslaagde ontvoering eenlge consternatie heeft
gewekt in een land, dat zulke menschonteeren-
de praktijken nu eenmaal niet kent. Amerika
echter is matador in deze zaken en China niet
minder.
In China zün het voornamelijk
roepsroovers, die bemiddelde burgers ontvoeren
en verbergen, om daarna de familie een kapitaal
aan losgeld af te persen. Voortdurend lezen we
Immers in de bladen van die gevallen, waarin
oa. kooplieden of ook wel vreemdelingen (mis
sionarissen of zendelingen) ontvoerd worden.
Blijft de familie in gebreke, dan ontvangen zü
soms een waarschuwing in den vorm van een
brief met bedreigingen, doch ook wel in den
vorm van een pakje een.... oor van den ont
voerde, enkele dagen later gevolgd door een
arm of een been en wanneer het daarbij blijft
en de familie niet te hulp snelt, dan beteekent
bet stllzwUgen, dat het slachtoffer definitief is
af gemaakt.
In Amerika is het niet veel beter. Weliswaar
snijdt men daar geen ooren of beenen af, maar
bet geval-Llndbergh bewijst voldoende, dat de
ontvoerders uit Dollarland niet opzien tegen
harde maatregelen. Ook voordien hadden in
Amerika vaak ontvoeringen plaats, doch den
naam van den oceaanvlleger in verband ge
bracht met deze praktijken, schudde de aan
dacht van de wereld feller wakker dan een reeks
misdaden doen kon. Vroeger beteekende een
ontvoering voor het Amerlkaansche publiek
niet veel meer dan een opwindend gevat Thans
echter werd het een moorddadige Industrie en
die was blijkbaar noodlg om de autoriteiten in
het gareel te krijgen. De Invloed van de on
derwereld op de politie en het publiek is steeds
zoo groot geweest, dat men volstond met be
vend toezien en niets of weinig te doen, tot
de beroemde baby om het leven kwam en men
plotseling helder inzag, dat het zóó niet langer
kon.
Intusschen wordt deze ontvoeringslndustrie
meer en meer uitgeoefend op kinderen en dit
maakt haar nog afschuwelijker dan ze al was.
Bet ergste v^n al is, dat niemand den juisten
omvang van deze misdaden vermoeden kan,
maar de politie is er van overtuigd, dat de mis
dadigers een organisatie hebben over heel Ame
rika. Deze organisatie is zoo sterk, dat zü in
staat is iedereen, die men maar wil, te doen
verdwijnen, zonder dat een spoor van het slacht
offer wordt ontdekt. Voor de bandieten zUn
deze uivoeringen meestal ongevaarlUk. Het
slachtoffer nJ. zwijgt als een graf, om zich
onaangenaamheden te besparen; want wie ga
randeert hem dat in weerwil van een fabel
achtig losgeld, zijn kinderen, zijn vrouw of 11U
zelf, op een kwaden dag niet ten tweeden male
wordt ontvoerd en ditmaal met nóg ernstiger
gevolgen. Een inlichting aan de politie gegeven,
kan een doodvonnis ten gevolge hebben, niet
voor den misdadiger, maar voor het onschul
dige slachtoffer.
De ..secret six”, een geheim comité in Chi
cago, dat tot taak heeft de praktUken van de
onderwereld te bestrijden, heeft uitgerekend
dat het vorige jaar ongeveer tweeduizend ont
voeringen hebben plaats gehad. Van de vier
honderd gevallen, die bü de politie werden aan
gebracht, kon deze in slechts zeven gevallen
voldoende bewijsmateriaal verzamelen, om een
vonnis tegen de misdadigers te motiveeren. En
van de zeven ontvoerde kinderen werden er
zes.... dood teruggevonden!
Vooral in de laatste jaren hebben de ontvoe
ringen en de daarmee steeds gepaard gaande
chantage een geweldige vlucht genomen en een
van de voornaamste oorzaken zoekt men, mis
schiet niet ten onrechte, in het feit, dat in
Amerika niet de dwang bestaat zich aan te
melden. De lusten van namen van logé’s in
hotels en pensions worden niet eens gecontro
leerd én zoo kan iedere boef zich vrij in de Ver,
Staten bewegen.
Een der jongste offers van de Amerlkaansche
onderwereld is de bierbrouwer William Hamm,
een rUk man, die midden Juni In de handen
van bandieten viel en met den dood werd be
dreigd, zoo men geen losgeld van 100.000 dollar
wilde betalen. Het geld moest binnen een be
paalden tüd op een aangegeven plaats worden
worden gedeponeerd. De familie liet zich echter
niet intlmldeeren en gaf de zaak bU de politie
aan. Deze vermoedde reeds onmiddellUk wie
de dader zou zUn. Sinds geruimen tUd ver
dacht zü de bende van Sankey, die men ove
rigens ook van andere ontvoeringen verdacht
had, oa. van die van den mllllonnalr Boett
cher, die tegen betaling van zestig duizend dol
lar werd vrijgelaten. Direct na de vrijlating van
I, Mrs. Yull?”
ontsteld en ant-
„Ja. ik ben er even aangereden, liefste....
Maar zoek maar niet meer, Patty. Ik heb ’m
zeker daar laten vallen."
„Hoe eigenaardig van
toch, dat Mr. Rutland niet thui» kon zUn."
„Paps dacht zeker, dat hü wel eens een dag
vrijaf kon hebben, is het niet? Maar goed, ik
zal nu niet langer zoeken, al was het nu ook
uw zilveren sigarenkoker en nogal een geschenk
van moes. Hoe komt u er ejgenlük bü. dat u ‘m
op Ryecroft zou hebben verloren?”
„Wel, lieverd, omdat ik mil herinner, dat ik
een sigaar heb opgestoken, juist even voordat
ik wegging. En dat weet ik nog zoo goed, om
dat ik mijn lucifers vergeten had en er dus
eentje vragen moest. Maar wat ik er toen later
mee heb gedaanRutland zal ’m in ieder
geval wel vinden!”
„Ik hoop het maar,” zei nu Lady Carew, ,4e
hebt ’m al zooveel jaren gehad; je weet wel, we
hebben juist zoo dikwijls gezegd, dat dit nu 1
eenlge ding was, dat je nooit verloren hebt, en
dat beschouwde ik als een groot compliment
aan mü, omdat het bUna het eerste cadeau
was, dat ik je gegeven heb. Charley kan er im
mers straks even heenrUden. als Wyckam hem
laat gaan."
„O, neen, moesje! Lucinda verlangt ooit ver-
„O, paps toch! Als uw neus los zat zoudt u
dien zeker ook vergeten. Het is toch wat te
zeggen!”
„Op Ryecroft?" vroeg Lady Carew. „Ik wist
dat je daar gisteren geweest was.
t~w h ik wed. dat je zooiets niet durft!" riep
ri het meisje uit.
„Goed: om alles wat je wilt!” lachte de
jongeman in den badstoel naast haar.
„Bovendien is het gevaarlUk”, ging zU ver
der. „De politie houdt niet van menschen, die
zich uitgeven voor de een of andere adellUke
persoonlijkheid. Ze kunnen je er wel eens voor
in de gevangenis zetten".
„En toch wed ik met je om een kus, dat Ik
den naam van Lord Conningham voor drie
dagen zal aannemen. Vanmiddag verlaat ik
mün pension en laat me in jouw hotel inschrij
ven.
Maggy aarzelde, doch haar gevoel voor hu
mor behaalde de overwinning en zü antwoord
de „Vooruit dan. Ik neem de weddenschap aan.”
Robert Mayfair stak zijn hand uit. Maggy
nam ze aan en de overeenkomst was gesloten.
Daarop wandelden zij samen langs het afge
legen gedeelte van het strand, waar zU bij
voorkeur zaten, om daarna in een stil res
taurant te gaan lunchen.
Robert Mayfair had haar ruim een week
geleden leeren kennen, haar leeren bewonde
ren en zU waren beste vrienden geworden
In den namiddag meldde zich een uitste
kend gekleede jongeman bU den chef de ré-
ceptlon van Hotel Continental en liet zich in
schrijven als Lord Conningham. onder mede
deeling, dat hU voornemens was tenminste
drie dagen te blüven.
„Er logeert hier ook een vriendin van mU”.
merkte hU na de formaliteit op. „miss Row-
stry," doch terwül hU zich omwendde, zag hU
haar naast zich staan.
„Ach, miss Rowstry. hoe maakt u het? Wat
een genoegen u te ontmoeten.”
„O, uitstekend, dank u.” zei Maggy, terwijl
zU hem ontstemd aanzag. „gaat u mee naar
de lounge, danikdan vertel ik al het
nieuws. En hoe maakt het lady Conningham?”
„Pas op", waarschuwde Robert, „die bestaat
niet."
In een rustig hoekje in de lounge verweet
hem Maggy haar in het geval betrokken te
hebben. .Maar wat dacht je? Als ik hier drie
dagen als Lord moet rondzwerven, denk ik er
toch niet aan je gejjflschap te moeten missen.
Om te beginnen noodlg ik Je dan ook uit met
me te dlneeren.”
Maggy verzoende zich spoedig met hem. en
accepteerde. .Maar veronderstel eens, dat
Lord Conningham Inderdaad kwam logeeren!"
„O”, antwoordde Rpbert, „daar is geen
sprake van!”
wier eigenaardige naam mylady zoozeer ge
amuseerd had: Jessamy Yull.
ZU had een vriendeUjk. blozend gezicht, le
vendige lichtbruine oogen en droeg een net
kapje, terwijl zU druk bezig was met eenlg
naaiwerk.
De baronet
trad binnen.
„Goeden morgen, Mrs. Yull."
„Goeden morgen, l_.“
SI
Ua zeker. En toen heeft hU mü aan die al
gebrasom gezet en ging zelf weg, omdat hU nog
brief te schrUvm had of zoo iets Maar nu
«it ik zoo leelUk voor anker, dat hU mU eens
een handje helpen moet. Ik heb al in de biblio
theek gekeken en in zUn kamer, maar ik zie
niets van hemDan moet ik maar wachten,
tot hU weer boven water komt. Ga je mee
*st tennissen. Pats? Tenminste als u haar
niet noodlg hebt, tante Allee?”
..Neen, maar zoo lang kan Mr. Wyckam toch
niet wegblüven en het gaat toch niet aan. dat
hU dan weer naar jou zou moeten zoeken."
„O, maar hU kan ons makkeluk vinden, moe-
•ter,” meende Patty. „Want zU .verlangde ook
niets liever dan een tüdje buiten te blUven:
tot dusverre was het alles prachtig gegaan; er
*as geen scène geweest; moeder had het geval
•sarUjk nog al phlloeophisch opgevat, maar als
nu bU elkaar bleven, zou zich allicht weer
•én gesprek ontwikkelen betreffende Mr. Bra-
“•zon. Charley kwam met zün voorstel dus
De inspecteur keek verbluft. „Ik wilde u
even van dienst zUn”, begon hU. „maar als
u de zaak belachelük gaat maken...."
„Ik spot absoluut niet", zelde Robert, „en
u kunt mij een dubbel genoegen doen,
eerste is een toestemming om te telefoneereu,
en het tweede, den heer, die mü beschuldigde,
in het oog te houden; hü staat mü heelemaal
niet aan.”
„Ik geef u een kwartier om te doen, wat
u wilt, behalve hier weg te gaan,” antwoord
de de inspecteur en Robert vroeg een telefo
nische verbinding aan. Er volgden een tiental
minuten van onprettige stilte, dan ging de
telefoonschel. Robert luisterde. „Hallo," zei
hü. en dan: „Ben jU het, James? Je spreekt
met Mayfair. Hoe is de patiënt?.... Wat?!..
Dan volgde een pauze, waarin Robert ernstig
toeluisterde, dan zei hü: orde, James, ik
dank je,” en hü legde den haak op het toestel
terug.
„Heeren.” sprak hü dan rustig, „ik ben
Lord Conningham."
Maggy zat perplex, de directeur zag
aan met van verbazing wüd-open mond. De
inspecteur gaf opeens een harden slag op
het bureau: „Allemachtig, wat ben ik een
stommerd!” riep hü uit.
„Hü kletst.” riep Linke BUI, „arresteer hem."
„Direct,” antwoordde de inspecteur, „je han
den op en beweeg je niet.” En geroutineerd
deed hü Linke Bill even later de handboeien
aan.
„Kent u de zaakwaarnemers van Lord Con-
nlngham?” vroeg Robert den inspecteur.
„Zeker....” antwoordde deze, „bedoelt u dat
ik hen even zal opbellen?”
,4ulst. en als u mün persoon beschrijft, ver
geet u dan niet deze moedervlek te noemen,
hier op den rug van mün linkerhand.”
„Heusch Maggy," zelde Lord Conningham.
toen hü ’s avonds met haar een wandeling langs
het strand maakte, „het- spüt me, dat ik je
een beetje bedrogen heb...."
„Och", zuchtte Maggy, „Ik geloof, dat Ik lie
ver wUde. dat je Robert Mayfair gebleven was.
Maar Ik wensch je toch geluk met je
van den titel.”
„Dat is büzaak.” zei hü. „de wereld zal me
gelukwenschen met jou. als...."
,4e schünt niet erg te geven om het overlü-
den van je neef.” weerde Maggy af.
„Inderdaad. Ik mag over de dooden geen
kwaad spreken, maar hü was het tegendeel
van geliefd bü iedereen. Ik wist, dat hü ern
stig ziek was; hü stuurde me weg. toen ik bü
hem kwam. Later vernam ik. dat hü stervend
was, maar Ik heb me niet meer asm ’n nieuw
bezoek gewaagd. Door de telefoon vernam ik
van zün butler, dat hü tegen den middag over
leden was. maar men wist niet, waar ik uit
hing. En wat ons nu betreft, Maggy, ik zou Je
iets heel ernstigs willen vragen....”
„Goed, maar ik zal je eerst mün verloren
weddenschap betalen,” fluisterde zü.
Boettcher trok de geheele politiemacht van
Denver tegen de bende op, zonder echter het
minste resultaat te bereiken.
In Mei van dit jaar was het weder een kind,
dat het slachtoffer van een ontvoering werd,
n.L het dochtertje van den Amerikaansehen
staalmagnaat Mac Math, dat door een telefoon
gesprek uit de school werd gelokt. Na een doo-
dend wachten van vier volle dagen en een
betaling van zestigduizend dollar, kon de vader
eindelijk zün kind in zün armen sluiten.
Het einde van de ontvoeringen vinden niM
altüd een zoo goed betrekkelük goed einde?
zooals trouwens door het geval-Llndbergh dul-
delük werd gedemonstreerd. Zulk een geval is
b.v. dat van Charlëy Ross, die ongeveer zestig
Jaar geleden op zevenjarigen leeftüd uit de
ouderlüke woning werd ontvoerd. De ouders,
die in een dorp van den staat New-York woon
den, waren zeer bemiddeld en dus werd een
zwaar losgeld geëlscht, dat zü zeker zouden be
taald hebben, wanneer niet toevallige omstan
digheden de oorzaak van den dood van de ont
voerders waren geworden. Dezen, een man en
een vrouw, behoorden tot een bandietenbende
en werden in een gevecht met de politie ge
wond. De vrouw trachtte stervend nog te ver
tellen, waar het kind verborgen was, doch vóór
zü het geheim ontsluierd had, gaf zü den geest.
De man, die direct gedood was, had zelfs niets
meer kunnen zeggen en de verblüfplaats van
het kind bleef een geheim. In weerwil van alle
pogingen heeft men het kind nooit terug kun
nen vinden. De mogelükheid bestaat dat het
kind zóó verborgen was, dat niemand dan de
twee ontvoerders zün schuilplaats kende. In
dat geval is het niet onwaarschünlük, dat het
kind van honger is gestorven. Anderzüds besluit
de politie uit het feit, dat het lük van "den
knaap nooit gevonden werd, dat hü dus nog in
leven zou zün en vermoedelük wordt opgevoed,
of althans werd opgevoed bü menschen, waar de
ontvoerders hem hadden uitbesteed, zonder dat
deze menschen wisten welk drama achter het
geval stak.
Het gevolg van deze veronderstelling was, dat
jaren lang steeds jongemannen opdoken, die
voorgaven Charley Ross te zün en een vüftien-
tal jaren geleden meldde zich bü de politie een
bedelaar, die beweerde Charley Ross te zün.
De leeftüd klopte precies, maar de bedelaar
had geen andere bewijzen in handen, zoodat
men hem niet gelooven kon.
Intusschen vraagt men zich af hoe verschrik-
kelük het lot moet geweest zün van de ouders
van den knaap. Deze laatste ral zich mettertüd
gemakkelük hebben kunnen wennen aan de
nieuwe levensomstandigheden, zelfs wanneer hü
een bedelaar zou geworden zün, die niet beter
wist dan alle andere bedelaars Maar de ouders
zün blüven leven in de angstige veronderstel
ling, dat hun kind misschien een verschrikke-
lüken dood is gestorven en zoo niet, dat ergens
een mensch op de wereld moet leven, die hun
zoon is en die het niet weet, of die het weet,
maar bü gebrek aan bewüs niet spreken durft.
Blüft de vraag, of een man zich zün onders pre
cies zal herinneren, die hü sinds zün zevende
jaar niet heeft gezien.
Dat de misdadigers, die zich met ontvoerin
gen bezighouden, geen rekening houden met de
ellende en de smart van zulke ouders, noch met
het lot van zoo’n kind, is wel de verschrikke-
lükste ontdekking die men doen kan. En toch
is dit het geval, getuige de steeds toenemende
reeks van menschenroof, waartegen de over
heid en de politie niet streng genoeg kan op
treden.
„Wilt u zich nader verklaren?”
schünbaar scherp.
„Met genoegen”, glimlachte Linke Bill, „daar
staat Lord Conningham, die dat evenmin is
als ik”.
„O!” fluisterde Maggy, „ik voelde het aan
komen. ’t Is mün séhuld met die dwaze wed
denschap. Wat heb ik gedaan!”
,MU den gelukkigsten man ter wereld ge
maakt", fluisterde Robert terug, „wees niet
bang, alles komt terecht”. En dan tot den
chef zich wendende zei hü volkomen rustig en
uit de hoogte: „Ik stel mü geheel te Uwer be
schikking. maar natuurlük stel ik de aanwe
zigheid van mün beschuldiger op prüs. Zul
len wü in uw kantoor wachten?”
De inspecteur der recherche, die
verscheen, was ’n
geboren detective.
HU zag met een
enkelen scherpen
blik of 'n .slacht
offer” tot de mis
dadige rswereld
behoorde, en Ro
bert maakt dien Indruk allerminst op hem.
Hü behandelde de zaak uiterst kiesch. De di
recteur zat aan zün bureau met den inspec
teur aan de eene züde en Linke BUI aan de
andere, voor het bureau zaten Maggy en Ro
bert. Tenslotte zei de Inspecteur: „Het komt
me voor, dat het eenlge wat tegen u pleit
is. dat u niet degene bent, waarvoor u zich
uitgeeft. En," vervolgde hü, zich vertrouwe-
lük vooroverbuigende, „als u de Juweelen hebt
gestolen, vinden wü dat toch vandaag of mor
gen uit; zoo niet, dan heeft u niets te vree-
zen. Doch de identiteitskwestie moet geregeld.
Ik vraag als man tegenover man, is u Lord
Conningham of niet?"
Kalm en rustig antwoordde Robert: „Om u
dan Inderdaad de waarheid te zeggen:
wéét het zelf niet!”
inspecteur keek verbluft.
schrikkelük naar een wandeling. Toe. Luce, leg
je werk nu eens weg en maak je klaar."
Masr jullie kunt riet dat heele eind heen
en terugloopen," verzette Lady Carew zich.
„Nu. goed, dan nemen wü Brown en het
ponywagentje. Herinner Je je nog vel onzen
eersten rit over Garthdale. Lucinda?"
Miss Gunn knikte en Lady Carew zei:
,Xom. laat Charley er nu maar heenrUden;
hü zou t zoo prettig vinden! En je vergeet,
dat het Zaterdag is en dat Mr. Rutland thuis
zal zün.”
..Nu, hü zal ons geen kwaad doen, moes! En
Charley mag het dan al prettig vinden, wü
laten ons ook graag eens doorwaaien. Boven
dien verlang ik er büzonder naar, om die nieu
we huishoudster te zien met dien abnornuüen
naam: Jessamy YuU, was t niet zoo?.... O, u
heeft haar gezien, hè, paps? Maakt ze een
prettlgen Indruk?”
„Ik denk, dat je wel met haar Ingenomen
zult zün. kindje,” zei Sir George.
Het nieuwe ponywagentje bleek een heele
aanwinst te zün en bracht de dames op mak-
kelüke wüze naar het doel van haar tocht.
In de hall was een van de meisjes bezig een
houtvuur aan te leggen, want de avonden wer
den al kil In die groote ruimte.
Ze vroegen de gedienstige naar Mrs. Yull en
hoorden, dat die op haar zitkamer was, waar
na ze zich onmiddellUk daarheen begaven.
Mrs. YuU had een keurige zwarte japon aan,
met een zwart züden schortje en een mutsje
«’aaronder haar frisch gezicht vriendelük te
De zeeman was juist op tüd geko
men om te voorkomen, dat Wlllle
Woensdag het haar aan het achter
einde van den nek van de giraffe af
schaafde.
„Stop eg meet' riep Freddy,
..dat is geen manier om Edwin’s haar
te snüden.”
„Ging het dan niet goed.” zelde
Willie, „ik dacht er goed aan te doen,
ik dacht je wat moeite uit te sparen,
anders had JU met een schaar de
haren moeten knippen.”
.Jleter wat moeite met een schaar,
dan op zulk een wüze te willen knip
pen,” zelde de zeeman kwaad.
„Zie je die twee daar?” vroeg Linke Bill
aan zün makker, „die jongen en dat meisje.
En begrüp Je me?”
„Dat meisje logeert hier al ruim een week”,
antwoordde de ander, die evenals Linke BUI,
keurig gekleed in het restaurant van het ho
tel dineerde, „de jongen kwam vanmiddag en
heet Lord Conningham".
„HÜ is Lord Was-ik-'t-maar”. zei linke BUI.
„Ik ken Lord Conningham van vroeger. hü
lükt niets op dien ouden bok. 1 Is een grap
om te geuren, maar die hem zal opbreken. Sta
JU Je portie?"
„Voor honderd procent", grijnsde de ander.
„Goed, zie je die oude vrüster daar, aan den
anderen kant In den hoek? Die draagt te veel
Juweelen en bovendien heeft ze er nog heel
wat In een klein juweelenkistje In haar ka-
Terwül Ik haar den dienst bewüs haar
van waakzaamheid te verlichten, kük
JU uit. En als de zaak ontdekt wordt, dan SOI-
gen wü ervoor, dat die Lord Conningham In
de gaten loopt.”
..Accoord". zei de kameraad, en hü hief zün
glas op.
„Proost”, zei Linke BUI en de zaak werd be
klonken.