onze dagen FAVORIET I wïhaal uan den day in MB DE APOTHEEK DE WITTE ZWAAN ROBINSON CRUSOE’S AVONTUREN In ROBINSONschoenen is plaats 5 teenen voor f250.- Alle abonné 1 Uitroeiing onmogelijk? Eet meer walvisch- vleesch RECTOR BACKHUYS Geschenk van Mussolini WIELRENNEN Wedstrijden te Roermond Leeuwarder Wielerbaan GOLF Hilversumsche Golfclub ATHLETIEK Nieuw wereldrecord SOPLAl Z'/aJCIGARILLOS Sovjets willen Siberië vruchtbaar maken NAAR HET DUITSCH gg| VAN RUDOLF HERZOG Rer. fr. J. jGoessen* t EEN „REISVERHAAL” In Abessynlë en in den Hedjaz bloeit een levendige slavenhandel ^AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL i i \Hoe laat zij thuis kwam i dames Hoeve tot Hertenkamp. de i n en •c vocdings- T X eerst t 1 s Ivy had Madge en Muriel, de twee lepelaars, met twee pannen naar de i Artlskeuken gezonden. De eene pan bevatte soep en de andere meelpap Doch op weg naar de keuken ont- Benjamln den baviaan. die Muriel.de pan met soep afnam, omdat hij die zelf wilde dragen. is brutaal van Benjamin,” „Dat riep Topsy. ..Dat Is het zeker," vond de zeeman. „De lepelaars zijn niet gewoon op zulk een wijze behandeld te worden." pan met meelpap Madge, die de droeg, boog plotseling naar voren en gooide den inhoud van zijn pan in de pan met soep. „Wat doe je nou,” zei de zeeman. „Je kunt toch geen meelpap met soep vermengd eten „Dat is de schuld van Benjgmln. ver- Morgenavond vervolg) (Ingezonden Mededeeling) zou het heusch vanavond VI U groette mee doen? (Wordt vervolgd) j» Zondag werd de maandelüksche wedstrijd, 18 holes handlcup tegen bogey gespeeld. De eerste prijs was voor O. Bierman 9 met 4 up. de tweede prijs werd gewonnen door J B. Looman 12. met 2 up, terwijl mevr. Rebel 27. met all square den derden prijs won. Een ont- war- t i a t. I T e Ibn Saoed In artikel 17 van het verdrag van Djeddah, gepubliceerd op 17 September 1927 plechtig heeft verklaard, dat hij „met alle mid delen zou medewerken tot afschaffing van den slavenhandel." Maar noch de eene, noch de andere gebieder is vrij in zijn bewegingen. Bei den zijn gebonden aan locale zeden, aan gods dienstige wetten en aan de oeroude gewoonten van het land. Ibn Saoed is niets anders dan de uitverkoren dienaar van den Koran en Ras Ta- farl, hoezeer ook van goeden wil, is machteloos tegenover de traditie.... die heeft me het geduld doen liezen.” geeft groote publiciteit aan het plan en roemt den smaak en waarde van dit voedsel. bladzijden, luisterden weer, keken naar de klok en zuchtten X Duurde lang voor t elf uur werd. Maar ze hielden vol en bleven wachten. „We geven 1 niet op!” zuchtte Juffrouw Hoeve voor de tiende maal Ën weer keken ze naar de klok en weer luis terden ze. of niet een deur zacht piepte of de trap onder een lichten vrouwenstap kraakte.... Voor dag en voor dauw was X meisje den vol genden morgen bij de hand Volgens vasten regel naderde ze de slaapkamer der dames, om haar de eerste morgen - genoegens te brengen. Op haar zacht geklop volgde echter niet X ge vit Oenua wordt gemeld, dat Mussolini een uitgebreide collectie kunstvoorwerpen, welke item onlangs gelegateerd was. aan het Renais sance Museum aldaar ten geschenke heeft ge- kom maar!" Doodstil bleef X in de kamer. Ze slapen mls- De damesploeg van de V.B.F. Breslau, die Saterdag het wereldrecord Olympische •’stafette verbeterde. bracht Zondag het wereldrecord 3 X 300 M estafettte voo dames op haar naam met een tijd van 7 min. 37,4 sec. (oud wereld record 7 mln. 45.5 sec.). De ploeg bestond uit de dames Wiechke. Schmiechen en Radke, waarbij de tijd van de laatste was 2 mln. 21.9 sec. x x niiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiic Ja, hij is een geweldige optimist voor het aangezicht des Heeren.’ antwoordde Barenfeld. Daarom zal hij het ook nooit zoo buitengewoon ver brengen, niettegenstaande zijn groote ca paciteiten. Zoon onbegrensd optimisme-is ge vaarlijk. Een cigaret? Ik vergat neelemaal om Je er een aan te bieden. Heinrich stak een sigaret aan, en ging op een uitnoodigend gebaar van Barenfeld weer gitten. En is dit gebouw werkelijk het stamslot van de grafelijke familie geweest? Dan kan ik me voorstellen, dat mijnheer Schoner zich hier niet zoo erg op zijn gemak voelt. Daarom vond hij, dat het hier teveel naar kamillenthee rook, knikte Barenfeld.. Het is altijd onaangenaam op deze wijze aan de zon den van je voorouders te worden herinnerd De Schóners moeten vroeger als gekken met het geld hebben gesmeten, tenminste deze laat ste telg uit het oude geslacht heeft ongeveer geen rooien duit meer over. Zijn eenig erfdeel is zijn grafeltjke naam, en daaruit weet hij op een buitengewoon handige manier geld te slaan. Hoe dan? Heel eenvoudig, sprak Barenfeld, en hij blies bedachtzaam den rook van zijn sigaret naar boven. Schoner is een amusante, vlotte vent, die zich gemakkelijk in de hoogste kringen beweegt; daarbij heeft hij een uitmuntenden stijl. Maar dat is ook wel bij anderen het geval, zonder dat ze een behoorlijke positie in de journalistiek krijgen. Maar in dit opzicht nu heeft de graaf het groote voordeel van zijn ouden naam. Die werkt als „Sesam, open u” in alle hofkringen en in het buitenland door de connecties, die de hofkringen daar hebben. Op die manier wor den hem ook gemakkelijk audiënties verleend, wordt h(j b(j ministers toegelaten, kortom, hij weet meer gewaar te worden dan waarin een gewoon sterveling ooit slagen zou. Daarom is hij voor een groot dagblad een medewerker om van te watertanden. Hij is een eerste klas di plomatiek correspondent, en onze groote krant hier wist wel wat ze deed, toen ze dezen jour- nalistieken detective geëngageerd heeft. En hebt u hem in Japan ontmoet? Zooals ik daar net hoorde, heeft hü het aan u te dan ken. dat hij nog leeft? Hm. lachte Barenfeld, zoó’n vaart liep het nog niet. Maar ik geloof wel. dat het er leeljjk voor hem was gaan uitzien. Hij was vroeger officier bij de cavalerie geweest, maar hij kon het financieel niet volhouden. Zonder het blijk- kerk probeeren. Dat wilde u Immers allang zoo graag? Prachtig kunnen? Er is straks avondkerk, dan kunt u meteen blijven. Prachtig, meneer Stramm de welgedane en gladgeschoren heer oefende het eerwaarde ambt van koster uit Even mijn hoed halen! Maar, meneer Rose, u hebt meneer Stramm nog niet eens een kleine hartversterking gegeven. Natuurlijk.... uit de kleine flesch.... niet uit de flesch voor zakenkennissen, U wilt meneer Stramm toch niet vergiftigen! Terwijl de apotheker zich haastig verwijder de om zich in een passend gewaad voor zijn gewijde wandeling te steken, meneer Stramm met innig welbehagen en langzame teugen.zijn bittertje ledigde en Heinrich onder zijn werk door nadacht over de zonderlinge vriendschap tusschen den koster en zijn patroon, kwam Han nes. de loopjongen, haastig naderbij om den provisor een geheime mededeeling te doen. Wat is er? vroeg meneer Stramin nieuws gierig, terwijl hij zich over den lessenaar boog. Ik heb er een, fluisterde Hannes stralend van vreugde. Wat heb je? De ZeerEerw. heer J Goessens, geb. te Oirs- beek. in 1899 te Roermond tot priester gewijd hem onlangs gelegateerd was. aan het Rcnals- en in October van dat jaar naar Amerika, i vertrokken, is te Subiaco (Arkansas) overleden, geven. zijn gedachten reeds bjj zUn werk van den vol- I genden morgen, naar bed. In de kamer naast zich hoorde Heinrich den provisor in alle toonaarden snorken. „Menschen die hokvast en huisbakken zijn, kunnen onmo gelijk behoorlijke manieren hebben,” dacht Heinrich, en stopte zich vol afschuw het laken in de ooren. Gelukkig waren ze niet onbemiddeld, zoodat ze zich de weelde van een meld voor dag en nacht veroorloven konden. Dat gat een heele verlichting voor de werkzaamheden overdag en bruikelijke: meer gerustheid voor den nacht. Wonder boven wonder beviel het meisje!. X Was een vertrouwd persoon, fatsoenlijk, be scheiden. vrooljjk. werkzaam. Ze bezat werkelijk alle goede eigenschappen, die zoo n meisje nu eenmaal behoort te bezitten. De dames Hoeve tot Hertenkamp bezwoeren elkander dan ook lederen dag. dat ze 't best getroffen hadden Natuurlijk was er een klein bezwaar. Niet van emstigen aard; niet „dat je d’r daarom den dienst zou opzeggen!” zooals juf frouw Hertenkamp telkens verzekerde, maar toch was t iets, waarover ze aan X denken sloegen; iets, dat toch eigenlijk niet hoorde! Kortweg iets, wat zij, als eerzame dames eigenlijk niet konden tolereeren! X Meisje had dan de gewoonte van d’r uitgaansavonden laat.... zeer laat zelfs, thuis te komen. Hoe laat? Ja, dat wisten de dames eigenlijk zelf niet. Maar als zij 's avonds, klokslag tien, haar slaapkamer opzochten en na veel bedrijvigheid eindelijk hun welverdiende rust konden gaan genieten, dan fluisterden ze elkander toe: „X Meisje is nog niet thuis hè?” „Neen, ik heb nog niets gehoord!” „Maar ze zal zoo wel komen!” „Slaap wel!" En dan dachten ze, halt sluimerend, er over na, of X wel verstandig geweest was. het meisje den sleutel te geven. Wie weet hoe laat X werd! Ze konden haar vertrouwen! Ja. dat wisten ze. X Goeie mensch, Ct meisje liep altegen de dertig), ging altijd naar familie.maar toch. Je kon nooit weten! Neen! t Moest uit zün! Morgen zouden ze haar den sleutel terug vra gen of minstens moest ze vertellen, hoe laat ze was thuisgekomen. Maar als dan den volgenden morgen, zoo gauw de eerste zonnestralen bjj de dames naar binnengluurden, een bescheiden tikje van het meisje, haar komst aankondigde en even later de geurig dampende thee en de broze, met boter besmeerde beschuitjes naar binnengedragen werden; als een uur later in de huiskamer de tafel keurig gedekt en X meisje frisch en wel gedaan op de verdere orders der dames wachtte, dan was X èn voor Juffrouw Hoeve èn voor Juf frouw Hertenkamp een onmogelijkheid, iets on aangenaams tegen zoo’n meisje te zeggen. En dus bleef X zooals X was en behield X meisje haar vrijheid, om d'r uitgaansavonden zoo lang mogelijk te rekken Toen Heinrich een van de volgende dagen na afloop van zijn dagtaak in de apotheek kwam om den provisor behulpzaam te zijn bij het draaien van staalpillen, zag hij daar een wel doorvoed heerschap met gladgeschoren gezicht, die met beide armen op den lessenaar van me neer Rose leunde en met een zalvende stem anecdotes vertelde, die het magere lichaam van den provisor deden schudden van het lachen. Opeens nam deze laatste, terwijl hü zijn bezoe ker een veelbeteekenend knipoogje gaf. een hou ding aan van emstlg-bezig-zijn en roerde met toegewijde hevigheid in zijn porceleinen mor tier. Hij had een deur hooren kraken en een oogenblik later verscheen de heer Friedrich in ''oogst-elgen persoon. Goeden avond, meneer Friedrich, de man met het gladgeschoren gezicht. Zoo zoo. meneer Stramin! Hoe gaat het? komt u me weer eens voor een wandelingetje afhalen? De belde mannen drukten elkaar de hand. Als u er zin in hebt, begon meneer Stramin, kunt u vanavond een* bet orgel in de nieuwe een zak over den kop en ik had ze. Ja.... maar wat wou Je er vroeg Stramm verbaasd. Mijnheer Friedrich gebruikt de dieren, die hem op het magazijn veel schade veroorzaken, uiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiniii DE TEA Sovjet-autorlteiten gen. Het houdt tevens In om Wladiwostock, dat thans drie maanden van het Jaar door ijs is Ingesloten het geheele Jaar door voor schepen toelaatbaar te maken. Langs het eiland Sa- chalin loopt een warme stroom, bekend als de Tsuchlma-stroom en van tegenovergestelde rich ting een koude stroom. De ingenieur is nu voornemens een dam op te richten tusschen het eiland Sachalin en de kust van Siberië, teneinde zoodoende den loop van den kouden stroom af te leiden, en den warmen stroom te voeren langs de met sneeuw bedekte kusten van Siberië. baar al te zwaar op te nemen, hing hij zijn uni form aan den kapstok, en ging als correspon dent naar China en Japan. Het toeval wilde, dat ik van Bombay af dezelfde boot naar Eu ropa nam als hij. HU was buiten zich zelf van plezier, toen hjj mi) weer zag, en de lange zee reis, die in X algemeen een sfeer van intimiteit schept, bracht ons nog dichter tot elkaar. HU is een aardige kerel, ondanks zijn gebreken. En nu vind ik hem hier weer. Ja. zoo gaat het in de wereld. Barenfeld stond op en wierp zijn eindje siga ret in het vuur. De haard is onder het praten “al bijna uitgegaan, zei hij. Jjj zult zeker ook wel moe zün. Heinrich verzekerde dat hij wel den heelen nacht zou kunnen luisteren. Maar hij stond vlug op en dankte. Barenfeld voor den gezelligen avond. Heinrich ging zijn kamer binnen, en ging heelemaal gekleed op zijn bed ligge.n. Omdat hij eindexamen gedaan had. was zijn leertud op twee jaar gesteld. Eén dag was hjj nog maar hier, en reeds verlangde hij naar den tijd, dat hü de wüde wereld kon intrekken en worden als als Bürenfeld Met het verleden had hü afgedaan X was voor hem als een paar uitgeloopen kinderschoenen: en het heden was de rijstebreiberg, waardoor hij zich heen moest eten de toekomst, de toekomst lokte. 'IU ging overeind zitten. De lamp was neerge brand en walmde Om hem heen was alles stil en rustig. Juist sloeg de Domtorenk’ok midder nacht. Vlug kleedde hij zich uit en ging, met voor wetenschappelijke experimenten, deelde de provisor mee. Hoezoo? vroeg Stramm hevig geïnteres seerd. Wel hij doet ze in een glazen cylinder, die hü met een deksel kan afsluiten en experimen teert de uitwerking van chloroform, aether en dergelijke stoffen op ae. De meesten kunnen dat namelük niet verdragen. Dat zou ik ook denken, merkte meneer Stramm scherpzinnig op. Juist trad de apotheker weer binnen. HU had in allerijl zijn beste zwarte Jas aangetrokken, om in volle glorie in de kerk te Kunnen ver schijnen. HIJ hunkerde gewoonweg ernaar om bü het orgel te komen; dat was allang een hartewensch van hem geweest. Niet zoozeer g>m het spel, want hü bezat een hardnekkig gebrek aan muzikaal gevoel en zijn eenige prestatie op het gebied van de toonkunst was. dat hij met één vinger op de piano van zijn dochter een melodie van een psalm tingelde. Zijn ver langen naar het orgel kwam voort uit de om standigheid dat hij zoo’n groot muziekinstru ment nog nooit goed van dichtbij bekeken had en hü bezat de eigenaardigheid van vele lieden van zijn bekrompen soort om met alle geweld met zün vingers aan een onbekend toestel of Een kat. Ze zat In de valeriaan. Pats.... voorwerp te willen morrelen, om dan naderhand 1 te kunnen geuren, dat hü er zoo uitstekend m',<‘ op de hoogte was. Heerlijk is het uurtje tea-gn, Zoo charmant dat five o^clock! De schandaaltjes en fanrille. Fabriceert men dan en bloc! Mevrouw Iks was op visite En zoo tusschen koek en thee Deelde zij haar voort aad nieuwtjes, Zonder onderbreking, mee.' PraOen, praten, niets dan praten En zjj praatte als maar voort. Mevrouw Zet, de lieve gastvrouw. Kreeg den stroom, maar niet het woord! Zij zei enkel: hoe is 't moog’lijk! Ja en och en kolossaal.' Mevrouw Iks bleef aan het raat’len Als een polder-stoomgemaal! Doch aan alles komt oen einde. Ook. natuurlijk, aan een tea. Mevrouw Iks was opgesprongen-. „Over vijven, naar ik zie.' Maar het was toch echt gezellig, Zoo intiem en reuze, zeg! Want mijn hoofdpijn, na ons praatje, Is. Goddank, volslagen weg!" Mevrouw Zet keek haar vriendin aan Met iets guitigs hl haar blik ..Wèq is niet het juiste woordje, Want jouw hoofdpijn die heb ik!” MARTIN BERDEN (Nadruk verboden) v e dames Hoeve tot Hertenkamp bewoon- I I den samen een aardig huisje ergens aan den buitenkant van een groote stad. Als trouwe vriendinnen hadden juffrouw Hoeve en juffrouw Hertenkamp jarenlang elkander haar desillusies bekend gemaakt en elndelük. toen alle hoop om een eigen knus huishoudentje te stichten, vervlogen was, een soort van com pagnonschap gesloten Sindsdien hadden zif dat aardige huisje aan den buitenkant der stad gehuurd en met sier- lijke letters op haar voordeur laten schilderen: t t et Jongste boek van den Franschen auteur I—I J Kessel, getiteld „Marches d’Esclaves" A (..Slavenmarkten”) doet even Interessande als schokkende onthullingen over nog bestaan de slavenmarkten in het hart van Afrika en In den Hedjaz. De auteur, die Jaren lang in Afrika en in het Oosten gereisd heeft, is In Abessynlë gestooten op toestanden, die men in onzen tüd niet meer mogelijk zou achten. Vergezeld door een landgenoot, die deze streken door en door kende, verkreeg hü toegang tot eenige families, die slaven In hun dienst hadden en die dit de gewoonste zaak van de wereld vonden. Deze fa milies zün het ook niet, die hun onderhoorigen als slaven behandelen. Integendeel, In de mees te gevallen laten zij hun dienaren de vrüheld om heen te gaan, doch dezen verkiezen te blij ven, omdat een dienst als de hunne hun be staan verzekert zonder hen ongelukkig te ma ken. zün echter wreeder meesters, die hun slaven zoo hard mogelük en zonder belooning laten werken in steengroeven en in bosschen en die de vrofiwep en mannen aan een minderver- tnogend heer verkoopen. zoodra zü voor harden arbeid ongeschikt zün geworden. Deze ongelukklgen stammen uit een slaven ras en dragen daarvan ajle kenmerken. Hun oogen zün dof, hun gang is onzeker en zü schü- nen, ook wanneer zü op straat loopen.' ieder oogenblik iets te vragen. Zü gaan voor ièdereen opzij, omdat iedereen hen zonder moeite als slaven herkent. In Harrar, de hoofdstad van de provincie van dien naam, waar, voornamelük slaven dienen, die van de kust der Roode Zee gedeporteerd zijn, beleefde Kessel het volgend avontuur. In een huis, waar hij en zün vrienden gastvrijheid genoten, drong plotseling een klacht van buiten door. De heer des huizes gaf een züner dienaren een wenk en deze ging het vertrek uit Even later zweeg de klagende stem en op een vraag van de bezoekers vertelde de gastheer, dat zün buurman sinds eenige dagen een jongen slaaf kastüdde door hem. aan een paal gebonden, van tijd tot tüd een geeseling te laten toedienen. Op zün verzoek echter om zün gas^n niet te sto ren, had men den Jongen dien avond naar bin nen gehaald. Toen Kessel een paar dagen later naar den knaap ging vragen, vernam hü dat de jongen de straf niet had kunnen doorstaan Hü was bezweken en op dezelfde plaats in den grond gestopt. Een ander tafereel. Enkele kilometers van Har- tar zün een aantal slaven en slavinnen onder een vügeboom samengekomen na hun werk in den heeten dag. Er zün oude vrouwen en man nen en kinderen onder hen. Zij liggen zwügend en met doffe oogen op den grond. Men dient zich eigenlijk te verwonderen, dat zij hier zün want geen meester gunt zün slaven ook maar een oogenblik vrüheld. Maar deze ongelukklgen zün toch gekomen, omdat een der reizigers, die de streek kent en dien zü kennen, hun een partü vleesch heeft beloofd. Daarvoor wagen zij de zwaarste straf. Aan den boom is een groote Abessynische os gebonden en een der bezoekers reikt een neger een groot mes. Een lange, vree- selüke klacht en de zware massa zakte in el kaar. Als uitgehongerde dieren vielen de slaven op den os aan. Zü verscheurden het dier, ter wijl zü wild vochten om de stukken vleesch Niets menschelüks was aan hen overgebleven. Zü dropen van bloed en toen na korten tüd nog slechts een cadaver over was en zü elkaar aankeken, begonnen zü te springen, te lachen, elkaar aan te stooten en te schreeuwen van plezier en dankbaarheid. Zü waren dronken van verzadiging en van bloed. Een vuur werd aan gestoken en een wilde hysterische dans begon, die op een orgie uitliep en door delirium gef dreven werd. In een wervel van bewegingen die niets van dans of rhythme had. sprongen de opgewonden slaven rond, al hun ellende vergetend en dankbaar kijkend naar de weldoeners, die met afgrüzen naar dit schouwspel staarden. Uit het nabügelegen dorp kwamen inboorlingen toeloopen, terwül lang zaam de duisternis vlet Maar plotseling kwam het einde en verstom den de krüschende stemmen. De wilde dans hield op en ineens waren de slaven weer de oude stompzinnige wezens van voorheen Dit was het oogenblik, dat zü bereid waren ver- trouwelüke mededeelingen te doen. Op een vraag van den tolk begonnen zü te vertellen. „Ik kom uit Tigré, was bü mün geboorte de slaaf van een krügsman. Mün vader en moeder heb ik nooit gekend. Overal heb ik mün mees ter gevolgd. In een gevecht werd hü door een vüand gedood, wiens slaaf ik nu ben.” Een oude vrouw vertelde: „fk weet niet meer waar Ik vandaan kom. Jaren geleden brandde een dorp af en tüdens den brand hebben man nen mü ontvoerd. Wekenlang heb ik hep moe ten volgen door bosschen en woestijnen.' Ik heb veel meesters gehad en veel kinderen. De kin deren werden mü ontnomen en ik werd vaak verkocht.” Een groote vrouw zeide: „Ik was nog heel klein en speelde in de hut van mün ouders. De deur was open. Een man kwam binnen, nam mü in zün armen en verdween met mü- Té paard reden we dagen lang. Toen kwamen we rw. irtin Ingevolge de vereekerlngsvoorwaarden tegen D (1(1(1 bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f JCn bij een ongeval met 9C7) bü verlies van een hand f 1 gr olj verlies van een f Cf) bü een breuk van f An bü verlies van H S onge'vahen1 verzekerd*voor een der volgende ultkeenr.gen I J UUU. verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen f (OU.- doodelüken afloop een voet of een oog/ 1 duim of wijsvinger OU.-been of arm f Tf U.- anderen vinger Onder groote belangstelling werden op de wielerbaan te Roermond internationale wed- strüden gehouden. De resultaten zün de vol gende: Sprint wedstrüd over drie ronden tusschen Jan en Piet van Kempen. 1. Jan van Kempen, laatste 200 M. in 12 4 5 sec.* Achtervolgingswedstrüd over 15 ronden: 1. Jan van Kempen en C. Bogaerdt in 4 min. 47 sec.; 2. Plet van Kempen en KI. van Nek, Sirintwedstrüden voor be»oeparenners over tüf ronden: I 1. CUgnet 13 1/5 sec.; 2. Aerts: 3. Bragart; 4. Nickel. Sprint nieuwelingen: 1. Vleeschhouwers. laat, ste 200 M In 13 4 5 sec 2. Willems; 3. Schemen. Koppelwedstrüd over 80 K.M. voor profs: 1. P. van Kempen —KI. van Nek. 4 pt In twee uur 5 min Op 1 ronde: 2 J. van Kern pen— Bogaert, 14 pt; 3. CllgnetKister 21 p.; 4 Bra- gaarFrankenstein II p.; 5. Hagendonck 4 p. Zondag hebben te Leeuwarden «Ielerwedstra den plaats gehad. De uitslagen lulden als volgt: Sprintwedstrüd a deux voor Onafhankelüken en Amateurs over 600 Meter <3 ronden): 1. Hoe ven* 3 punten: 2 Poatma, 4 punten en Bakker. 5 punten. Sprintwedstrüd voor Friesche amatëurs over 600 Meer (3 ronden). Ie serie: H. de Haan. 13.6; 2. J. Leyenaar, tüd 13.8. 2e serie: 1. D Kanon, tüd 13 4; 2. P. Smith tüd 13.5. Klassementwedstrüd voor Onafhankelüken en Amateurs over 5 K.M. met 5 klasSén. dus om de 5 ronden 1 klassement. 1. J. A. de Wolff (10 pun. ten); 2. J. Grlmme <6 punten); 3. H. Adan (4 punten Afvalwedstrüd voor Friesche amateurs over 3 K M.: 1. Kammlnga, 2. P. Erich. 3. H. Ruiten berg. Koppelwedstrüd voor Friesche onafhankelüken en amateurs over 25 K.M. met 5 klassementen: 1. D. KanonJ. Spoelstra. 13 punten; 2. E. V. d. Meulen A. Brink, 11 punten; 3. W. de MoorH. Klompmaker, 8 punten, tüd over 25 KM. 36 min. 57 8/10 sec. Koppelwedstrüd voor onafhankelüken en amateurs over 50 K.M. met 5 klasse menten: 1. H. AdanJ. A. de Wolff, 27 pun ten; 2. 8. HoevensJ. Spüker, 8 punten, een ronde achterstand; 3. K. Bakker—C. Pelle naars. 6 punten, op een ronde. HELSINGFORS, 5 Aug. (Reuter) Volgens hier ontvangen berichten wil men in Sovjet- Rtrsland het walvlschvleesch tot een vatks- voedsel maken. De Sovjet-regeering heeft besloten onverwüld In de Noordelüke havens fabrieken op te rich ten voor het conserveeren niqt alleen van walvlschvleesch. doch ook van zeehonden walrussen-vleesch De Sovjet-pers moetten ze Tot X, Juffrouw Hoeve te erg werd! „Ik wil toch weten!” begon ze op ëen avond tegen haajr vriendin, „hoe laat ons meisje thuis komt! Die onzekerheid kan ik niet langer uit staan. Ik blüf van^ond wachten! Ik ga in de huiskamer zitten en blüf op. tot ze thuis is ,Je hebt gelük!” viel Juffrouw Hertenkamp haar bü- „We mogen niet langer in onwetend heid verkeeren Maar ik laat je niet alleen! Ik blüf met je wachten, al zou ,X ook twaalf uur worden." „Da’s lief van je!" bekende juffrouw Hoeve, hoewel ze in d'r hart niet anders verwacht had Zoo kropen de trouwe vriendinnen, dien avond, nadat de gedienstige haar verlaten had, ieder in een heerlük zachten fauteuil, zetten X theegerei vlak bü zich, sloten de gordünen goed af, lieten vlak achter haar stoelen de schemer lamp branden en namen een prettig boek om te lezen „Nu zullen we weten, hoe laat ze thuis komt!" En ze luisterden aandachtig, lazen enkele van X in Addis, waar ik verkocht werd. Vele malen daarna ben ik weer verkocht...." Of zij tevreden waren met hun lot. werd hun gevraagd. Een algemeen geklaag beantwoordde deze vraag. „Tevreden?" riepen zü. „altüd hon ger, altüd dors$. altüd werken, altüd hout ra pen. altüd steenen kappen En als de meester niet tevreden is of dranken, slaat hü ons met een zweep, of hangt ons aan de beenen op. met het hoofd boven een vuur, waarin hü berberi werpt." Deze berberi is een zeer scherpe peper soort. die in een vuur een verstikkenden walm ontwikkelt, die in de keel, dringt en het ademen vrijwel Ónmogelijk maakt. Men vroeg of er een vaste prüs voor de sla ven bestond. „Neen” was het antwoord, „daar voor zün wij te talrijk: als een meester genoeg van ons heeft, vervallen wü aan zün schuld- eischers. Ook het huwelijk bestaat niet voor ons; want man en vrouw zün soms van ver schillende meesters en onze kinderen behooren r,j£t aan ons En terwijl zü dankbaar lachten, giiigen de slaven terug naar hun-stallen. hoewel zü wisten, dat hun daar de zweep wachtte en misschien wel het vuur met de „berberi”. Van verre zün ze gekomen en zü kennen niet hun eigen land. Handelaars hebben hen ver kocht. roovers hebben hen gestolen. Talrük zijn deze handelaars en roovers niet, maar de wei nigen. die er zün en die hun beroep wederrech telijk uitoefenen, zün slim en bedreven in het vak. Zü zien op hun zwerftochten in de nabü- held van een dorp b.v. een Jong meisje, dat een troep vee voortdrüft en met een ongehoorde ^snelheid bespringt de roover het kind, bedwelmt het door een zak over het hoofd te werpen, slingert het meisje over zün paard en verdwünt in de woestün. Deze bult blijft niet in het land Hü wordt naar een „depót” gebracht, waar an dere slachtoffers reeds werden opgeborgen. Als zjj talrijk genoeg zün, wordt de tocht naar de kust aanvaard, waar een smokkelschip wacht om over te stelden naar Arabië Vooral het Zuiden van Aiabië is een berucht slavenoord, dat bovendien voor anderen dan de daar wonende stammen ongenaakbaar is, omdat de dood loert op leder, die er zich waagt. Daarheen vaart het slavenconvooi. dat goed ver zorgd wordt, zoolang het nóg niet verkocht is. Wat daArna gebeurt, men kan zich indenken, mb ar zekerheid heeft men niet. De slaven zün duur, want de verkoop moet kunnen voorzien in het onderhoud van de roovers. de handelaars, de tusschenpersonen enz. Hoe gevaarlükjleze heeren zün. ondervond de Fransche Schrüver met zün gezelschap, toen zü trachtten een slavenconvooi te volgen. Voort durend werdén zü bedreigd door aanvallen van eén der leiders, die ieder oogenblik verdwenen was, om daarna onverwacht van achter een boom te voorschün te springen met zün mes in de hand. Deze boef, die "het grootste aantal moorden op zün geweten had in deze streken was het type van den wreeden moordlustigen Oosterling, wien het dooden niet alleen een geldelijke winst, maar bovendien een misdadig genoegen opleverde. Later bleek zelfs, dat hü een inbom*llngenstam op de reizigers had willen loslaten, maar dat het plan door bevriende in boorlingen was ontdekt en belet. Tenslotte mocht het toch gelukken het con- vooi te vergezellen tot op het schip, dat de sla- ien naar Arabië zou brengen. Het waren zeven vrouwen en vier mannen, die zwijgend op den grond naast elkaar zaten en van tijd tot tüd hun voeten masseerden. De vracht werd inge laden en uren lang voer men door een storm, tot eindelük een eiland bereikt werd, dat de schrüver niet met name wil noemen, doch dat een verschrlkkelüken. dorren en troosteloozen aanbllk bood. Daar werden in een sombere kreek de slaven overgeladen op een Arabisch schip. De tocht naar „het gelukkige Arabië" is niet zon der gevaar. Behalve door de talrüke stormen wordt het schip voortdurend bedreigd door pi raten. die met de slaven even goed raad weten als de handelaars zelf. En zoo worden de Inboorlingen van het oude land, waar eens de koningin van Saba regeer de, weggevoerd naar een ver en hun onbekend oord, waar zü den Arabier moeten dienen. Zü verdwenen in dat land, dat wü hierboven reeds noemden, en dat vermoedelijk nooit door eenig vreemdeling werd doorkruist. De blanke, die zich daar waagde, kwam nimmer terug en de legenden over deZe geheimzinnige streek ver tellen wonderlüke verhaleit van ongekende oasen, rüke paleizen Naar m^n zegt, zün tén tijde van Saul duizenden Joden daarheen ge gaan en nog steeds zouden hun nakomelingen dli land bewonen. Aan de grens van dit geheimzinnige rijk Is een slavenmarkt in Hodeïdah. naar men den Franschman had verzekerd, maar hoe hü ook zocht en navroeg: er was geen markt te vinden. Er was zelfs geen slaaf te zien en dit was toch gemakkélük genoeg te controleerën, daar alle slaven, zooals we reeds hebben gezien, zich door een büzonder uiterlük van den normalen mensch onderscheiden Men zocht de sporen van den slavenhandel dus verder en kwam aan de grens van den Hedjaz. In Djeddah werden de sporen mdërdaad gevonden, maar de verkoop geschied de zeer geheimzinnig. De slaven werden n.L uitgegeven voor dienaars van vróme pelgrims, die ter beevaart naar Mekka trokken en onder weg verkocht. Maar de slaven hebben hier met het harde leven van Abessynlë. Zü worden be schouwd als werkkrachten van büzondere waar de en geen mensch, zelfs niet de veroveraar Ibn Saoed heeft zich tegen de slavemü kunnen ver zetten, omdat de Koran de slavemü toeslaat. Uit het boek van Kessel valt dus de conclusie te trekken, dat zoowel Abessynlë als de Hedjaz den slavenhandel kennen, in weerwil van het feit, dat de verlichte koning Ras Tafari offi cieel den slavenhandel heeft afgeschaft, en dat De Weleerw. heer L. Backhuys, leeraar te Rolduc zal door den Bisschop van Roermond worden benoemd als rector van het Moederhuis der Kleine Zusters van den H. Jozef te Heer len. HELSINGFCRS, 5 Aug. (Reuter) Russisch ingenieur heeft een groot plan worpen, om door het aftakken van een men Oceaanstroom de onbewoonde, kale wil dernissen van het door üs Ingesloten Siberië te herscheppen in een vruchtbaar land. Volgens berichten uit RiBland, zouden het plan ernstig overwe- achlen nog! dacht X meisje. En ze klopte nog maals, iets harder dan gewoonlük Maar ook hierop volgde geen antwoord „’t Is toch meer dan tüd voor de dames!" was de meenlng van X meisje en resoluut duwde zü de deur open, haar morgengroet en haar ver ontschuldiging gereed, als deze laatste noodlg mocht zijn Maar geen van deze twee, evenmin als de thee met beschuitjes, waren noodlg! De kamer was ledig! De bedden waren onbeslapen en stonden daar nog net zoo. als zü ze zelf, daags te voren had opgemaakt. Een plotselinge schrik maakte zich meisje meester Maar al gauw herstelde ze zich met X idee ..De dames zün zeker onverwacht* op rel* ge gaan! Da’s wel eens meer gebeurd. Beneden in de huiskamer zal wel een briefje liggen!” Na eerst een kopje thee geledigd en een paar beschuiten gebruikt te hebben, besloot ze op de tafel van de huiskamer de reden van dit onverwachte vertrek te gaan zoeken. Maar zoo gauw ze die kamer naderde, be merkte ze iets vreemds, iets eigenaardigs. De gordünen waren w>g dicht, licht scheen door de kleren Wat zou er gebeurd zün? Vlug opende X meisje de deur. Een blik door de kamer zei hnar genoeg.In de zachte fau-, teujls sliepen de dames Hoeve tot Herten kamp!... Met een sclirik ontwaakten zü. Ze sprongen op. keken elkaar en X meisje aan. „Gunst!” zei Juffrouw Hoeve,, die tot bezinning kwam. ..zün we zoo allebei In slaap gevallen, terwül we zaten te lezen!” Maar door beider brein flitste de gedachte: „En nu weten we nog niet, hoe laat ze is thuisgekomen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1933 | | pagina 7