onze dagen
FAVORIET
I
wïhaal uan den day
in
MB
DE APOTHEEK
DE WITTE ZWAAN
ROBINSON CRUSOE’S AVONTUREN
In ROBINSONschoenen is plaats
5 teenen
voor
f250.-
Alle abonné
1
Uitroeiing onmogelijk?
Eet meer walvisch-
vleesch
RECTOR BACKHUYS
Geschenk van Mussolini
WIELRENNEN
Wedstrijden te Roermond
Leeuwarder Wielerbaan
GOLF
Hilversumsche Golfclub
ATHLETIEK
Nieuw wereldrecord
SOPLAl Z'/aJCIGARILLOS
Sovjets willen Siberië
vruchtbaar maken
NAAR HET DUITSCH gg|
VAN RUDOLF HERZOG
Rer. fr. J. jGoessen* t
EEN „REISVERHAAL”
In Abessynlë en in den Hedjaz
bloeit een levendige
slavenhandel
^AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
i i
\Hoe laat zij
thuis kwam i
dames Hoeve tot Hertenkamp.
de
i
n
en
•c
vocdings-
T
X eerst
t
1
s
Ivy had Madge en Muriel, de twee
lepelaars, met twee pannen naar de
i
Artlskeuken gezonden. De eene pan
bevatte soep en de andere meelpap
Doch op weg naar de keuken ont-
Benjamln den
baviaan.
die Muriel.de pan met soep afnam,
omdat hij die zelf wilde dragen.
is brutaal
van Benjamin,”
„Dat
riep Topsy.
..Dat Is het zeker," vond de zeeman.
„De lepelaars zijn niet gewoon op
zulk een wijze behandeld te worden."
pan met meelpap
Madge, die de
droeg, boog plotseling naar voren en
gooide den inhoud van zijn pan in
de pan met soep.
„Wat doe je nou,” zei de zeeman.
„Je kunt toch geen meelpap met soep
vermengd eten
„Dat is de schuld van Benjgmln.
ver-
Morgenavond vervolg)
(Ingezonden Mededeeling)
zou het heusch vanavond
VI
U
groette
mee doen?
(Wordt vervolgd)
j»
Zondag werd de maandelüksche wedstrijd, 18
holes handlcup tegen bogey gespeeld. De eerste
prijs was voor O. Bierman 9 met 4 up. de tweede
prijs werd gewonnen door J B. Looman 12. met
2 up, terwijl mevr. Rebel 27. met all square den
derden prijs won.
Een
ont-
war-
t
i
a
t.
I
T
e
Ibn Saoed In artikel 17 van het verdrag van
Djeddah, gepubliceerd op 17 September 1927
plechtig heeft verklaard, dat hij „met alle mid
delen zou medewerken tot afschaffing van den
slavenhandel." Maar noch de eene, noch de
andere gebieder is vrij in zijn bewegingen. Bei
den zijn gebonden aan locale zeden, aan gods
dienstige wetten en aan de oeroude gewoonten
van het land. Ibn Saoed is niets anders dan de
uitverkoren dienaar van den Koran en Ras Ta-
farl, hoezeer ook van goeden wil, is machteloos
tegenover de traditie....
die heeft me het geduld doen
liezen.”
geeft groote publiciteit aan
het plan en roemt den smaak en
waarde van dit voedsel.
bladzijden, luisterden weer, keken naar de klok
en zuchtten
X Duurde lang voor t elf uur werd. Maar ze
hielden vol en bleven wachten.
„We geven 1 niet op!” zuchtte Juffrouw Hoeve
voor de tiende maal
Ën weer keken ze naar de klok en weer luis
terden ze. of niet een deur zacht piepte of de
trap onder een lichten vrouwenstap kraakte....
Voor dag en voor dauw was X meisje den vol
genden morgen bij de hand
Volgens vasten regel naderde ze de slaapkamer
der dames, om haar de eerste morgen - genoegens
te brengen.
Op haar zacht
geklop volgde
echter niet X ge
vit Oenua wordt gemeld, dat Mussolini een
uitgebreide collectie kunstvoorwerpen, welke
item onlangs gelegateerd was. aan het Renais
sance Museum aldaar ten geschenke heeft ge-
kom maar!"
Doodstil bleef
X in de kamer.
Ze slapen mls-
De damesploeg van de V.B.F. Breslau, die
Saterdag het wereldrecord Olympische •’stafette
verbeterde. bracht Zondag het wereldrecord
3 X 300 M estafettte voo dames op haar naam
met een tijd van 7 min. 37,4 sec. (oud wereld
record 7 mln. 45.5 sec.). De ploeg bestond uit
de dames Wiechke. Schmiechen en Radke,
waarbij de tijd van de laatste was 2 mln. 21.9
sec.
x
x
niiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiic
Ja, hij is een geweldige optimist voor het
aangezicht des Heeren.’ antwoordde Barenfeld.
Daarom zal hij het ook nooit zoo buitengewoon
ver brengen, niettegenstaande zijn groote ca
paciteiten. Zoon onbegrensd optimisme-is ge
vaarlijk. Een cigaret? Ik vergat neelemaal om
Je er een aan te bieden.
Heinrich stak een sigaret aan, en ging op
een uitnoodigend gebaar van Barenfeld weer
gitten.
En is dit gebouw werkelijk het stamslot
van de grafelijke familie geweest? Dan kan ik
me voorstellen, dat mijnheer Schoner zich hier
niet zoo erg op zijn gemak voelt.
Daarom vond hij, dat het hier teveel naar
kamillenthee rook, knikte Barenfeld.. Het is
altijd onaangenaam op deze wijze aan de zon
den van je voorouders te worden herinnerd
De Schóners moeten vroeger als gekken met
het geld hebben gesmeten, tenminste deze laat
ste telg uit het oude geslacht heeft ongeveer
geen rooien duit meer over. Zijn eenig erfdeel is
zijn grafeltjke naam, en daaruit weet hij op een
buitengewoon handige manier geld te slaan.
Hoe dan?
Heel eenvoudig, sprak Barenfeld, en hij
blies bedachtzaam den rook van zijn sigaret naar
boven. Schoner is een amusante, vlotte vent, die
zich gemakkelijk in de hoogste kringen beweegt;
daarbij heeft hij een uitmuntenden stijl. Maar
dat is ook wel bij anderen het geval, zonder dat
ze een behoorlijke positie in de journalistiek
krijgen. Maar in dit opzicht nu heeft de graaf
het groote voordeel van zijn ouden naam. Die
werkt als „Sesam, open u” in alle hofkringen
en in het buitenland door de connecties, die de
hofkringen daar hebben. Op die manier wor
den hem ook gemakkelijk audiënties verleend,
wordt h(j b(j ministers toegelaten, kortom, hij
weet meer gewaar te worden dan waarin een
gewoon sterveling ooit slagen zou. Daarom is
hij voor een groot dagblad een medewerker om
van te watertanden. Hij is een eerste klas di
plomatiek correspondent, en onze groote krant
hier wist wel wat ze deed, toen ze dezen jour-
nalistieken detective geëngageerd heeft.
En hebt u hem in Japan ontmoet? Zooals
ik daar net hoorde, heeft hü het aan u te dan
ken. dat hij nog leeft?
Hm. lachte Barenfeld, zoó’n vaart liep het
nog niet. Maar ik geloof wel. dat het er leeljjk
voor hem was gaan uitzien. Hij was vroeger
officier bij de cavalerie geweest, maar hij kon
het financieel niet volhouden. Zonder het blijk-
kerk probeeren. Dat wilde u Immers allang zoo
graag?
Prachtig
kunnen?
Er is straks avondkerk, dan kunt u meteen
blijven.
Prachtig, meneer Stramm de welgedane
en gladgeschoren heer oefende het eerwaarde
ambt van koster uit Even mijn hoed halen!
Maar, meneer Rose, u hebt meneer Stramm nog
niet eens een kleine hartversterking gegeven.
Natuurlijk.... uit de kleine flesch.... niet uit
de flesch voor zakenkennissen, U wilt meneer
Stramm toch niet vergiftigen!
Terwijl de apotheker zich haastig verwijder
de om zich in een passend gewaad voor zijn
gewijde wandeling te steken, meneer Stramm
met innig welbehagen en langzame teugen.zijn
bittertje ledigde en Heinrich onder zijn werk
door nadacht over de zonderlinge vriendschap
tusschen den koster en zijn patroon, kwam Han
nes. de loopjongen, haastig naderbij om den
provisor een geheime mededeeling te doen.
Wat is er? vroeg meneer Stramin nieuws
gierig, terwijl hij zich over den lessenaar boog.
Ik heb er een, fluisterde Hannes stralend
van vreugde.
Wat heb je?
De ZeerEerw. heer J Goessens, geb. te Oirs-
beek. in 1899 te Roermond tot priester gewijd hem onlangs gelegateerd was. aan het Rcnals-
en in October van dat jaar naar Amerika, i
vertrokken, is te Subiaco (Arkansas) overleden, geven.
zijn gedachten reeds bjj zUn werk van den vol- I
genden morgen, naar bed.
In de kamer naast zich hoorde Heinrich den
provisor in alle toonaarden snorken. „Menschen
die hokvast en huisbakken zijn, kunnen onmo
gelijk behoorlijke manieren hebben,” dacht
Heinrich, en stopte zich vol afschuw het laken
in de ooren.
Gelukkig waren ze niet onbemiddeld, zoodat
ze zich de weelde van een meld voor dag en
nacht veroorloven konden. Dat gat een heele
verlichting voor de werkzaamheden overdag en bruikelijke:
meer gerustheid voor den nacht.
Wonder boven wonder beviel het meisje!.
X Was een vertrouwd persoon, fatsoenlijk, be
scheiden. vrooljjk. werkzaam.
Ze bezat werkelijk alle goede eigenschappen,
die zoo n meisje nu eenmaal behoort te bezitten.
De dames Hoeve tot Hertenkamp bezwoeren
elkander dan ook lederen dag. dat ze 't best
getroffen hadden Natuurlijk was er een klein
bezwaar. Niet van emstigen aard; niet „dat je
d’r daarom den dienst zou opzeggen!” zooals juf
frouw Hertenkamp telkens verzekerde, maar
toch was t iets, waarover ze aan X denken
sloegen; iets, dat toch eigenlijk niet hoorde!
Kortweg iets, wat zij, als eerzame dames
eigenlijk niet konden tolereeren! X Meisje had
dan de gewoonte van d’r uitgaansavonden
laat.... zeer laat zelfs, thuis te komen.
Hoe laat? Ja, dat wisten de dames eigenlijk
zelf niet.
Maar als zij 's avonds, klokslag tien, haar
slaapkamer opzochten en na veel bedrijvigheid
eindelijk hun welverdiende rust konden gaan
genieten, dan fluisterden ze elkander toe:
„X Meisje is nog niet thuis hè?”
„Neen, ik heb nog niets gehoord!”
„Maar ze zal zoo wel komen!”
„Slaap wel!"
En dan dachten ze, halt sluimerend, er over
na, of X wel verstandig geweest was. het meisje
den sleutel te geven. Wie weet hoe laat X werd!
Ze konden haar vertrouwen! Ja. dat wisten ze.
X Goeie mensch, Ct meisje liep altegen de
dertig), ging altijd naar familie.maar toch.
Je kon nooit weten! Neen! t Moest uit zün!
Morgen zouden ze haar den sleutel terug vra
gen of minstens moest ze vertellen, hoe laat
ze was thuisgekomen.
Maar als dan den volgenden morgen, zoo
gauw de eerste zonnestralen bjj de dames naar
binnengluurden, een bescheiden tikje van het
meisje, haar komst aankondigde en even later
de geurig dampende thee en de broze, met boter
besmeerde beschuitjes naar binnengedragen
werden; als een uur later in de huiskamer de
tafel keurig gedekt en X meisje frisch en wel
gedaan op de verdere orders der dames wachtte,
dan was X èn voor Juffrouw Hoeve èn voor Juf
frouw Hertenkamp een onmogelijkheid, iets on
aangenaams tegen zoo’n meisje te zeggen.
En dus bleef X zooals X was en behield X
meisje haar vrijheid, om d'r uitgaansavonden
zoo lang mogelijk te rekken
Toen Heinrich een van de volgende dagen na
afloop van zijn dagtaak in de apotheek kwam
om den provisor behulpzaam te zijn bij het
draaien van staalpillen, zag hij daar een wel
doorvoed heerschap met gladgeschoren gezicht,
die met beide armen op den lessenaar van me
neer Rose leunde en met een zalvende stem
anecdotes vertelde, die het magere lichaam van
den provisor deden schudden van het lachen.
Opeens nam deze laatste, terwijl hü zijn bezoe
ker een veelbeteekenend knipoogje gaf. een hou
ding aan van emstlg-bezig-zijn en roerde met
toegewijde hevigheid in zijn porceleinen mor
tier. Hij had een deur hooren kraken en een
oogenblik later verscheen de heer Friedrich in
''oogst-elgen persoon.
Goeden avond, meneer Friedrich,
de man met het gladgeschoren gezicht.
Zoo zoo. meneer Stramin! Hoe gaat het?
komt u me weer eens voor een wandelingetje
afhalen?
De belde mannen drukten elkaar de hand.
Als u er zin in hebt, begon meneer Stramin,
kunt u vanavond een* bet orgel in de nieuwe
een zak over den kop en ik had ze.
Ja.... maar wat wou Je er
vroeg Stramm verbaasd.
Mijnheer Friedrich gebruikt de dieren, die
hem op het magazijn veel schade veroorzaken,
uiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiniii DE TEA
Sovjet-autorlteiten
gen.
Het houdt tevens In om Wladiwostock, dat
thans drie maanden van het Jaar door ijs is
Ingesloten het geheele Jaar door voor schepen
toelaatbaar te maken. Langs het eiland Sa-
chalin loopt een warme stroom, bekend als de
Tsuchlma-stroom en van tegenovergestelde rich
ting een koude stroom.
De ingenieur is nu voornemens een dam op
te richten tusschen het eiland Sachalin en de
kust van Siberië, teneinde zoodoende den loop
van den kouden stroom af te leiden, en den
warmen stroom te voeren langs de met sneeuw
bedekte kusten van Siberië.
baar al te zwaar op te nemen, hing hij zijn uni
form aan den kapstok, en ging als correspon
dent naar China en Japan. Het toeval wilde,
dat ik van Bombay af dezelfde boot naar Eu
ropa nam als hij. HU was buiten zich zelf van
plezier, toen hjj mi) weer zag, en de lange zee
reis, die in X algemeen een sfeer van intimiteit
schept, bracht ons nog dichter tot elkaar. HU
is een aardige kerel, ondanks zijn gebreken. En
nu vind ik hem hier weer. Ja. zoo gaat het in de
wereld.
Barenfeld stond op en wierp zijn eindje siga
ret in het vuur. De haard is onder het praten
“al bijna uitgegaan, zei hij. Jjj zult zeker ook wel
moe zün.
Heinrich verzekerde dat hij wel den heelen
nacht zou kunnen luisteren. Maar hij stond vlug
op en dankte. Barenfeld voor den gezelligen
avond.
Heinrich ging zijn kamer binnen, en ging
heelemaal gekleed op zijn bed ligge.n.
Omdat hij eindexamen gedaan had. was zijn
leertud op twee jaar gesteld. Eén dag was hjj
nog maar hier, en reeds verlangde hij naar den
tijd, dat hü de wüde wereld kon intrekken en
worden als als Bürenfeld Met het verleden
had hü afgedaan X was voor hem als een
paar uitgeloopen kinderschoenen: en het heden
was de rijstebreiberg, waardoor hij zich heen
moest eten de toekomst, de toekomst lokte.
'IU ging overeind zitten. De lamp was neerge
brand en walmde Om hem heen was alles stil
en rustig. Juist sloeg de Domtorenk’ok midder
nacht. Vlug kleedde hij zich uit en ging, met
voor wetenschappelijke experimenten, deelde de
provisor mee.
Hoezoo? vroeg Stramm hevig geïnteres
seerd.
Wel hij doet ze in een glazen cylinder, die
hü met een deksel kan afsluiten en experimen
teert de uitwerking van chloroform, aether en
dergelijke stoffen op ae. De meesten kunnen dat
namelük niet verdragen.
Dat zou ik ook denken, merkte meneer
Stramm scherpzinnig op.
Juist trad de apotheker weer binnen. HU had
in allerijl zijn beste zwarte Jas aangetrokken,
om in volle glorie in de kerk te Kunnen ver
schijnen. HIJ hunkerde gewoonweg ernaar om
bü het orgel te komen; dat was allang een
hartewensch van hem geweest. Niet zoozeer g>m
het spel, want hü bezat een hardnekkig gebrek
aan muzikaal gevoel en zijn eenige prestatie
op het gebied van de toonkunst was. dat hij
met één vinger op de piano van zijn dochter
een melodie van een psalm tingelde. Zijn ver
langen naar het orgel kwam voort uit de om
standigheid dat hij zoo’n groot muziekinstru
ment nog nooit goed van dichtbij bekeken had
en hü bezat de eigenaardigheid van vele lieden
van zijn bekrompen soort om met alle geweld
met zün vingers aan een onbekend toestel of
Een kat. Ze zat In de valeriaan. Pats.... voorwerp te willen morrelen, om dan naderhand
1 te kunnen geuren, dat hü er zoo uitstekend m',<‘
op de hoogte was.
Heerlijk is het uurtje tea-gn,
Zoo charmant dat five o^clock!
De schandaaltjes en fanrille.
Fabriceert men dan en bloc!
Mevrouw Iks was op visite
En zoo tusschen koek en thee
Deelde zij haar voort aad nieuwtjes,
Zonder onderbreking, mee.'
PraOen, praten, niets dan praten
En zjj praatte als maar voort.
Mevrouw Zet, de lieve gastvrouw.
Kreeg den stroom, maar niet het
woord!
Zij zei enkel: hoe is 't moog’lijk!
Ja en och en kolossaal.'
Mevrouw Iks bleef aan het raat’len
Als een polder-stoomgemaal!
Doch aan alles komt oen einde.
Ook. natuurlijk, aan een tea.
Mevrouw Iks was opgesprongen-.
„Over vijven, naar ik zie.'
Maar het was toch echt gezellig,
Zoo intiem en reuze, zeg!
Want mijn hoofdpijn, na ons praatje,
Is. Goddank, volslagen weg!"
Mevrouw Zet keek haar vriendin aan
Met iets guitigs hl haar blik
..Wèq is niet het juiste woordje,
Want jouw hoofdpijn die heb ik!”
MARTIN BERDEN
(Nadruk verboden)
v e dames Hoeve tot Hertenkamp bewoon-
I I den samen een aardig huisje ergens aan
den buitenkant van een groote stad. Als
trouwe vriendinnen hadden juffrouw Hoeve en
juffrouw Hertenkamp jarenlang elkander haar
desillusies bekend gemaakt en elndelük. toen
alle hoop om een eigen knus huishoudentje te
stichten, vervlogen was, een soort van com
pagnonschap gesloten
Sindsdien hadden zif dat aardige huisje aan
den buitenkant der stad gehuurd en met sier-
lijke letters op haar voordeur laten schilderen:
t t et Jongste boek van den Franschen auteur
I—I J Kessel, getiteld „Marches d’Esclaves"
A (..Slavenmarkten”) doet even Interessande
als schokkende onthullingen over nog bestaan
de slavenmarkten in het hart van Afrika en In
den Hedjaz. De auteur, die Jaren lang in Afrika
en in het Oosten gereisd heeft, is In Abessynlë
gestooten op toestanden, die men in onzen tüd
niet meer mogelijk zou achten. Vergezeld door
een landgenoot, die deze streken door en door
kende, verkreeg hü toegang tot eenige families,
die slaven In hun dienst hadden en die dit de
gewoonste zaak van de wereld vonden. Deze fa
milies zün het ook niet, die hun onderhoorigen
als slaven behandelen. Integendeel, In de mees
te gevallen laten zij hun dienaren de vrüheld
om heen te gaan, doch dezen verkiezen te blij
ven, omdat een dienst als de hunne hun be
staan verzekert zonder hen ongelukkig te ma
ken. zün echter wreeder meesters, die hun
slaven zoo hard mogelük en zonder belooning
laten werken in steengroeven en in bosschen en
die de vrofiwep en mannen aan een minderver-
tnogend heer verkoopen. zoodra zü voor harden
arbeid ongeschikt zün geworden.
Deze ongelukklgen stammen uit een slaven
ras en dragen daarvan ajle kenmerken. Hun
oogen zün dof, hun gang is onzeker en zü schü-
nen, ook wanneer zü op straat loopen.' ieder
oogenblik iets te vragen. Zü gaan voor ièdereen
opzij, omdat iedereen hen zonder moeite als
slaven herkent.
In Harrar, de hoofdstad van de provincie van
dien naam, waar, voornamelük slaven dienen,
die van de kust der Roode Zee gedeporteerd
zijn, beleefde Kessel het volgend avontuur. In
een huis, waar hij en zün vrienden gastvrijheid
genoten, drong plotseling een klacht van buiten
door. De heer des huizes gaf een züner dienaren
een wenk en deze ging het vertrek uit Even
later zweeg de klagende stem en op een vraag
van de bezoekers vertelde de gastheer, dat zün
buurman sinds eenige dagen een jongen slaaf
kastüdde door hem. aan een paal gebonden, van
tijd tot tüd een geeseling te laten toedienen. Op
zün verzoek echter om zün gas^n niet te sto
ren, had men den Jongen dien avond naar bin
nen gehaald. Toen Kessel een paar dagen later
naar den knaap ging vragen, vernam hü dat
de jongen de straf niet had kunnen doorstaan
Hü was bezweken en op dezelfde plaats in den
grond gestopt.
Een ander tafereel. Enkele kilometers van Har-
tar zün een aantal slaven en slavinnen onder
een vügeboom samengekomen na hun werk in
den heeten dag. Er zün oude vrouwen en man
nen en kinderen onder hen. Zij liggen zwügend
en met doffe oogen op den grond. Men dient
zich eigenlijk te verwonderen, dat zij hier zün
want geen meester gunt zün slaven ook maar
een oogenblik vrüheld. Maar deze ongelukklgen
zün toch gekomen, omdat een der reizigers, die
de streek kent en dien zü kennen, hun een
partü vleesch heeft beloofd. Daarvoor wagen zij
de zwaarste straf. Aan den boom is een groote
Abessynische os gebonden en een der bezoekers
reikt een neger een groot mes. Een lange, vree-
selüke klacht en de zware massa zakte in el
kaar. Als uitgehongerde dieren vielen de slaven
op den os aan. Zü verscheurden het dier, ter
wijl zü wild vochten om de stukken vleesch
Niets menschelüks was aan hen overgebleven.
Zü dropen van bloed en toen na korten tüd nog
slechts een cadaver over was en zü elkaar
aankeken, begonnen zü te springen, te lachen,
elkaar aan te stooten en te schreeuwen van
plezier en dankbaarheid. Zü waren dronken van
verzadiging en van bloed. Een vuur werd aan
gestoken en een wilde hysterische dans begon,
die op een orgie uitliep en door delirium gef
dreven werd. In een wervel van bewegingen
die niets van dans of rhythme had. sprongen
de opgewonden slaven rond, al hun ellende
vergetend en dankbaar kijkend naar de
weldoeners, die met afgrüzen naar dit
schouwspel staarden. Uit het nabügelegen dorp
kwamen inboorlingen toeloopen, terwül lang
zaam de duisternis vlet
Maar plotseling kwam het einde en verstom
den de krüschende stemmen. De wilde dans
hield op en ineens waren de slaven weer de
oude stompzinnige wezens van voorheen Dit
was het oogenblik, dat zü bereid waren ver-
trouwelüke mededeelingen te doen. Op een
vraag van den tolk begonnen zü te vertellen.
„Ik kom uit Tigré, was bü mün geboorte de
slaaf van een krügsman. Mün vader en moeder
heb ik nooit gekend. Overal heb ik mün mees
ter gevolgd. In een gevecht werd hü door een
vüand gedood, wiens slaaf ik nu ben.”
Een oude vrouw vertelde: „fk weet niet meer
waar Ik vandaan kom. Jaren geleden brandde
een dorp af en tüdens den brand hebben man
nen mü ontvoerd. Wekenlang heb ik hep moe
ten volgen door bosschen en woestijnen.' Ik heb
veel meesters gehad en veel kinderen. De kin
deren werden mü ontnomen en ik werd vaak
verkocht.”
Een groote vrouw zeide: „Ik was nog heel
klein en speelde in de hut van mün ouders. De
deur was open. Een man kwam binnen, nam
mü in zün armen en verdween met mü- Té
paard reden we dagen lang. Toen kwamen we
rw. irtin Ingevolge de vereekerlngsvoorwaarden tegen D (1(1(1 bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f JCn bij een ongeval met 9C7) bü verlies van een hand f 1 gr olj verlies van een f Cf) bü een breuk van f An bü verlies van H
S onge'vahen1 verzekerd*voor een der volgende ultkeenr.gen I J UUU. verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen f (OU.- doodelüken afloop een voet of een oog/ 1 duim of wijsvinger OU.-been of arm f Tf U.- anderen vinger
Onder groote belangstelling werden op de
wielerbaan te Roermond internationale wed-
strüden gehouden. De resultaten zün de vol
gende:
Sprint wedstrüd over drie ronden tusschen
Jan en Piet van Kempen.
1. Jan van Kempen, laatste 200 M. in 12 4 5
sec.*
Achtervolgingswedstrüd over 15 ronden:
1. Jan van Kempen en C. Bogaerdt in 4 min.
47 sec.; 2. Plet van Kempen en KI. van Nek,
Sirintwedstrüden voor be»oeparenners over
tüf ronden: I
1. CUgnet 13 1/5 sec.; 2. Aerts: 3. Bragart;
4. Nickel.
Sprint nieuwelingen: 1. Vleeschhouwers. laat,
ste 200 M In 13 4 5 sec 2. Willems; 3. Schemen.
Koppelwedstrüd over 80 K.M. voor profs:
1. P. van Kempen —KI. van Nek. 4 pt In twee
uur 5 min Op 1 ronde: 2 J. van Kern pen—
Bogaert, 14 pt; 3. CllgnetKister 21 p.; 4 Bra-
gaarFrankenstein II p.; 5. Hagendonck 4 p.
Zondag hebben te Leeuwarden «Ielerwedstra
den plaats gehad. De uitslagen lulden als volgt:
Sprintwedstrüd a deux voor Onafhankelüken
en Amateurs over 600 Meter <3 ronden): 1. Hoe
ven* 3 punten: 2 Poatma, 4 punten en Bakker.
5 punten.
Sprintwedstrüd voor Friesche amatëurs over
600 Meer (3 ronden). Ie serie: H. de Haan. 13.6;
2. J. Leyenaar, tüd 13.8. 2e serie: 1. D Kanon,
tüd 13 4; 2. P. Smith tüd 13.5.
Klassementwedstrüd voor Onafhankelüken en
Amateurs over 5 K.M. met 5 klasSén. dus om de
5 ronden 1 klassement. 1. J. A. de Wolff (10 pun.
ten); 2. J. Grlmme <6 punten); 3. H. Adan (4
punten
Afvalwedstrüd voor Friesche amateurs over 3
K M.: 1. Kammlnga, 2. P. Erich. 3. H. Ruiten
berg.
Koppelwedstrüd voor Friesche onafhankelüken
en amateurs over 25 K.M. met 5 klassementen:
1. D. KanonJ. Spoelstra. 13 punten; 2. E. V. d.
Meulen A. Brink, 11 punten; 3. W. de MoorH.
Klompmaker, 8 punten, tüd over 25 KM. 36
min. 57 8/10 sec.
Koppelwedstrüd voor onafhankelüken
en amateurs over 50 K.M. met 5 klasse
menten: 1. H. AdanJ. A. de Wolff, 27 pun
ten; 2. 8. HoevensJ. Spüker, 8 punten, een
ronde achterstand; 3. K. Bakker—C. Pelle
naars. 6 punten, op een ronde.
HELSINGFORS, 5 Aug. (Reuter) Volgens
hier ontvangen berichten wil men in Sovjet-
Rtrsland het walvlschvleesch tot een vatks-
voedsel maken.
De Sovjet-regeering heeft besloten onverwüld
In de Noordelüke havens fabrieken op te rich
ten voor het conserveeren niqt alleen van
walvlschvleesch. doch ook van zeehonden
walrussen-vleesch
De Sovjet-pers
moetten ze
Tot X, Juffrouw Hoeve te erg werd!
„Ik wil toch weten!” begon ze op ëen avond
tegen haajr vriendin, „hoe laat ons meisje thuis
komt! Die onzekerheid kan ik niet langer uit
staan. Ik blüf van^ond wachten! Ik ga in de
huiskamer zitten en blüf op. tot ze thuis is
,Je hebt gelük!” viel Juffrouw Hertenkamp
haar bü- „We mogen niet langer in onwetend
heid verkeeren Maar ik laat je niet alleen! Ik
blüf met je wachten, al zou ,X ook twaalf uur
worden."
„Da’s lief van je!" bekende juffrouw Hoeve,
hoewel ze in d'r hart niet anders verwacht had
Zoo kropen de trouwe vriendinnen, dien
avond, nadat de gedienstige haar verlaten had,
ieder in een heerlük zachten fauteuil, zetten X
theegerei vlak bü zich, sloten de gordünen goed
af, lieten vlak achter haar stoelen de schemer
lamp branden en namen een prettig boek om
te lezen
„Nu zullen we weten, hoe laat ze thuis komt!"
En ze luisterden aandachtig, lazen enkele
van X
in Addis, waar ik verkocht werd. Vele malen
daarna ben ik weer verkocht...."
Of zij tevreden waren met hun lot. werd hun
gevraagd. Een algemeen geklaag beantwoordde
deze vraag. „Tevreden?" riepen zü. „altüd hon
ger, altüd dors$. altüd werken, altüd hout ra
pen. altüd steenen kappen En als de meester
niet tevreden is of dranken, slaat hü ons met
een zweep, of hangt ons aan de beenen op. met
het hoofd boven een vuur, waarin hü berberi
werpt." Deze berberi is een zeer scherpe peper
soort. die in een vuur een verstikkenden walm
ontwikkelt, die in de keel, dringt en het ademen
vrijwel Ónmogelijk maakt.
Men vroeg of er een vaste prüs voor de sla
ven bestond. „Neen” was het antwoord, „daar
voor zün wij te talrijk: als een meester genoeg
van ons heeft, vervallen wü aan zün schuld-
eischers. Ook het huwelijk bestaat niet voor
ons; want man en vrouw zün soms van ver
schillende meesters en onze kinderen behooren
r,j£t aan ons
En terwijl zü dankbaar lachten, giiigen de
slaven terug naar hun-stallen. hoewel zü wisten,
dat hun daar de zweep wachtte en misschien
wel het vuur met de „berberi”.
Van verre zün ze gekomen en zü kennen niet
hun eigen land. Handelaars hebben hen ver
kocht. roovers hebben hen gestolen. Talrük zijn
deze handelaars en roovers niet, maar de wei
nigen. die er zün en die hun beroep wederrech
telijk uitoefenen, zün slim en bedreven in het
vak. Zü zien op hun zwerftochten in de nabü-
held van een dorp b.v. een Jong meisje, dat een
troep vee voortdrüft en met een ongehoorde
^snelheid bespringt de roover het kind, bedwelmt
het door een zak over het hoofd te werpen,
slingert het meisje over zün paard en verdwünt
in de woestün. Deze bult blijft niet in het land
Hü wordt naar een „depót” gebracht, waar an
dere slachtoffers reeds werden opgeborgen. Als
zjj talrijk genoeg zün, wordt de tocht naar de
kust aanvaard, waar een smokkelschip wacht
om over te stelden naar Arabië
Vooral het Zuiden van Aiabië is een berucht
slavenoord, dat bovendien voor anderen dan
de daar wonende stammen ongenaakbaar is,
omdat de dood loert op leder, die er zich waagt.
Daarheen vaart het slavenconvooi. dat goed ver
zorgd wordt, zoolang het nóg niet verkocht is.
Wat daArna gebeurt, men kan zich indenken,
mb ar zekerheid heeft men niet.
De slaven zün duur, want de verkoop moet
kunnen voorzien in het onderhoud van de
roovers. de handelaars, de tusschenpersonen
enz.
Hoe gevaarlükjleze heeren zün. ondervond de
Fransche Schrüver met zün gezelschap, toen zü
trachtten een slavenconvooi te volgen. Voort
durend werdén zü bedreigd door aanvallen van
eén der leiders, die ieder oogenblik verdwenen
was, om daarna onverwacht van achter een
boom te voorschün te springen met zün mes in
de hand. Deze boef, die "het grootste aantal
moorden op zün geweten had in deze streken
was het type van den wreeden moordlustigen
Oosterling, wien het dooden niet alleen een
geldelijke winst, maar bovendien een misdadig
genoegen opleverde. Later bleek zelfs, dat hü
een inbom*llngenstam op de reizigers had willen
loslaten, maar dat het plan door bevriende in
boorlingen was ontdekt en belet.
Tenslotte mocht het toch gelukken het con-
vooi te vergezellen tot op het schip, dat de sla-
ien naar Arabië zou brengen. Het waren zeven
vrouwen en vier mannen, die zwijgend op den
grond naast elkaar zaten en van tijd tot tüd
hun voeten masseerden. De vracht werd inge
laden en uren lang voer men door een storm,
tot eindelük een eiland bereikt werd, dat de
schrüver niet met name wil noemen, doch dat
een verschrlkkelüken. dorren en troosteloozen
aanbllk bood. Daar werden in een sombere kreek
de slaven overgeladen op een Arabisch schip. De
tocht naar „het gelukkige Arabië" is niet zon
der gevaar. Behalve door de talrüke stormen
wordt het schip voortdurend bedreigd door pi
raten. die met de slaven even goed raad weten
als de handelaars zelf.
En zoo worden de Inboorlingen van het oude
land, waar eens de koningin van Saba regeer
de, weggevoerd naar een ver en hun onbekend
oord, waar zü den Arabier moeten dienen. Zü
verdwenen in dat land, dat wü hierboven reeds
noemden, en dat vermoedelijk nooit door eenig
vreemdeling werd doorkruist. De blanke, die
zich daar waagde, kwam nimmer terug en de
legenden over deZe geheimzinnige streek ver
tellen wonderlüke verhaleit van ongekende
oasen, rüke paleizen Naar m^n zegt, zün tén
tijde van Saul duizenden Joden daarheen ge
gaan en nog steeds zouden hun nakomelingen
dli land bewonen.
Aan de grens van dit geheimzinnige rijk Is
een slavenmarkt in Hodeïdah. naar men den
Franschman had verzekerd, maar hoe hü ook
zocht en navroeg: er was geen markt te vinden.
Er was zelfs geen slaaf te zien en dit was toch
gemakkélük genoeg te controleerën, daar alle
slaven, zooals we reeds hebben gezien, zich door
een büzonder uiterlük van den normalen mensch
onderscheiden Men zocht de sporen van den
slavenhandel dus verder en kwam aan de grens
van den Hedjaz. In Djeddah werden de sporen
mdërdaad gevonden, maar de verkoop geschied
de zeer geheimzinnig. De slaven werden n.L
uitgegeven voor dienaars van vróme pelgrims,
die ter beevaart naar Mekka trokken en onder
weg verkocht. Maar de slaven hebben hier met
het harde leven van Abessynlë. Zü worden be
schouwd als werkkrachten van büzondere waar
de en geen mensch, zelfs niet de veroveraar Ibn
Saoed heeft zich tegen de slavemü kunnen ver
zetten, omdat de Koran de slavemü toeslaat.
Uit het boek van Kessel valt dus de conclusie
te trekken, dat zoowel Abessynlë als de Hedjaz
den slavenhandel kennen, in weerwil van het
feit, dat de verlichte koning Ras Tafari offi
cieel den slavenhandel heeft afgeschaft, en dat
De Weleerw. heer L. Backhuys, leeraar te
Rolduc zal door den Bisschop van Roermond
worden benoemd als rector van het Moederhuis
der Kleine Zusters van den H. Jozef te Heer
len.
HELSINGFCRS, 5 Aug. (Reuter)
Russisch ingenieur heeft een groot plan
worpen, om door het aftakken van een
men Oceaanstroom de onbewoonde, kale wil
dernissen van het door üs Ingesloten Siberië
te herscheppen in een vruchtbaar land.
Volgens berichten uit RiBland, zouden
het plan ernstig overwe-
achlen nog! dacht X meisje. En ze klopte nog
maals, iets harder dan gewoonlük
Maar ook hierop volgde geen antwoord
„’t Is toch meer dan tüd voor de dames!" was
de meenlng van X meisje en resoluut duwde zü
de deur open, haar morgengroet en haar ver
ontschuldiging gereed, als deze laatste noodlg
mocht zijn Maar geen van deze twee, evenmin
als de thee met beschuitjes, waren noodlg! De
kamer was ledig!
De bedden waren onbeslapen en stonden
daar nog net zoo. als zü ze zelf, daags te voren
had opgemaakt.
Een plotselinge schrik maakte zich
meisje meester
Maar al gauw herstelde ze zich met X idee
..De dames zün zeker onverwacht* op rel* ge
gaan! Da’s wel eens meer gebeurd. Beneden
in de huiskamer zal wel een briefje liggen!”
Na eerst een kopje thee geledigd en een paar
beschuiten gebruikt te hebben, besloot ze op
de tafel van de huiskamer de reden van dit
onverwachte vertrek te gaan zoeken.
Maar zoo gauw ze die kamer naderde, be
merkte ze iets vreemds, iets eigenaardigs. De
gordünen waren w>g dicht, licht scheen door
de kleren
Wat zou er gebeurd zün?
Vlug opende X meisje de deur. Een blik door
de kamer zei hnar genoeg.In de zachte fau-,
teujls sliepen de dames Hoeve tot Herten
kamp!... Met een sclirik ontwaakten zü.
Ze sprongen op. keken elkaar en X meisje
aan.
„Gunst!” zei Juffrouw Hoeve,, die
tot bezinning kwam. ..zün we zoo allebei In
slaap gevallen, terwül we zaten te lezen!”
Maar door beider brein flitste de gedachte:
„En nu weten we nog niet, hoe laat ze is
thuisgekomen