I Het dresseeren van dieren a. Markies deVauban f X kende houten dakje op een galoppeerend paard staat en wiegend en dansend rondrijdt. Deze plank is een matraszadel en reeds meer dan honderd jaar in zwang et) moet volgens zeer bijzondere voorschriften worden gemaakt. Het is meestal 1J0 bij 0.70 meter of iets kleiner. 1^ VAN ALLE JFERELDDEELEN IIIIIIIIIUIIIIIIIWBMIMmwWi werk V estingbou wer Wereld op zichzelf Niet vredelievend? MORGENSTEMMING bij gleich De olifanten maken een morgenwandeling IJver en liefde Twee Indiaansche stamhoofden vormden een kostbaar bezit van Sarrassani met geduld gedressee. worden Driehonderd jaar geleden op zyn kasteel te Vauban geboren Een groepje, dat voor den lach zorgt 1 In een ongeloofelijk tempo wordt het circus paleis opgebouwd en afgebroken Een groepje inboorlingen, één van de vele attracties van een circus DE „WERELD^ IN OPBOVW VOORNAME ARTISTEN een t A 4 UIT HET CIRCUSLEVEN Maar we hadden het daar straks over circus te rat uur. Kr zyn inderdaad heel v*t boeken (schreven, die bet circusleven tot onderwerp ebben. Niet alleen in het buitenland, ook in ederland zyn drcuswerken verschenen. Onder MIere beeft Jeanne Relneke van Btuwe soon >ek bet licht doen alen, zonder er nochtans I te slagen een bijzonderen kijk op dit leven te geven. aan is hij Kort Col- waa ver ven het bek In de wereld van het circus heerscht een speciaal heldendom. Velen zijn op het veld van eer gesneuveld, slachtoffer van hun beroep, dat waarlijk niet zonder levensgevaar ia. Daar Is os. de bekende Fransche rijdster Emille Lolsset, die. hoewel volleerd rijdster, bij een repetitie onder haar paard kwam en aan de bekomen verwondingen overleed. De Duitsche mevrouw Haneman bleef eveneens onder haar paard dood, een jaar nadat haar man In Moskou op dezelfde wijze om het leven was gekomen. De Italiaan Corradlni stortte met zyn paard van 140 gevechten had deelgenomen en zijn leven lang hard voor zijn land gewerkt had. Men beweert zelfs, dat dit koninklijk verbod de directe oorzaak van zijn dood is geweest. In leder geval stierf hij enkele dagen later nJ. op 30 Maart 1707. Precies honderd jaar later gaf Napoleon be vel het stoffelijk overschot naar Parijs te Y«r- voeren en bij te zetten bij de groots mannen In den Dóme des Invalides. Kn nu. driehonderd jaar na zijn geboorte herdenkt Frankrijk hem weer als den man die bet land de sterkste bolwerken beeft verschaft. Een van de aardigste circusnummers is van de amazone, de juffrouw, die op het aan een touw hing, dat een hengst aan het andere einde in den bek had. De hengst liep dan op zijn achterpooten de arena uit en droeg den hond mee. De hond nu werd ziek en kreeg een plaatsvervanger, maar als het bewuste nummer begon, wilde hij met alle geweld de arena In. Men bracht hem daarom naar den Ingang, waar hij met droeve oogen zijn col lega bij zjjn eigen lieve nummer gadesloeg. HU herhaalde dit zoolang hjj kon en toen de laatste maal de muziek voor zijn nummer werd Ingezet, en men hem, omdat hij te ziek was, maar liet liggen, strompelde hij naar de arena, waar hij dood neerviel. vak va en een] Waarlil offer 17 dlgheden. spaarduiten te verliezen, zoodat hij gedwongen is op hoogen leeftijd wederom opnieuw den clown te gaan spelen, juist op het oogenblik, dat hij zün schaapjes op het droge had. Even vermakelijk overigens als de domme Augusten, is de reclametekst van het circus Wat daarin zooal gezegd wordt over de paarden, de wilde dieren en vooral den clrcuskonlng zelf en zijn artisten. grenst aan. het ongelooflijke. En deze lyriek betreft niet alleen de teksten, maar zoo mogelijk nog meer de voorstellingen In gekleurde beelden. We zien op de affiches de meest fantastische bewegingen. Artisten en dieren zwieren door de lucht alsof het de ge woonste zaak van de wereld Is. Zjj doen toeren. die absoluut ónmogelijk zijn, zooals zjj In de teksten overladen worden met illustere eigen schappen, die zelfs geen tien genieën In zich kunnen vereenlgen. Maar komaan, deze dingen neemt men met een korreltje zout. Menschen. die met olifanten en tijgers omgaan, kan men wel wat opschepperij vergeven, want men schrijft al deze loftuitingen neer, niet zoozeei om bet publiek zand in de oogen te strooien, maar veeleer omdat de mannen van 1 circus zelf steeds leven te midden van prestaties, die zij zelf zeer verdienstelijk vinden. Men zou kunnen zeggen, dat zfj In hun tent een verkleind oer woud zien, dat met ontzaglijke geldeiyke offers r wordt wel eens beweerd dat h uit den tijd zou zijn. Niets Is mln dan dat. Wel Is bet waar, da andere middelen tot verzet en ontspa de plaats van de oudere vermaken zijn maar wat zegt dat? Heeft men ook nl durend betoogd, dat Carnaval niet meer Het is ook dit jaar weer'bewezen, dat wel degelijk leeft en dat het voorlooi sterven zal. Heeft men niet volgehoude kermissen uit de mode zijn? Ook dat Juist. Men noemt tegenwoordig de kermlsweeK een feestweek, zoodat alleen het woord „kermis” beeft afgedaan, terwijl het begrip lustig blijft voortleven en allerminst er aan denkt te ver dwijnen. Zoo is bet ook met het circus. Dat deze Instellingen veel minder te. doen hebben en nau welijks of heelemaal niet bet hoofd boven abater kunnen houden, is weer een andere kwestie, die nauw samenhangt met de jammerlijke tijdsom standigheden, waarvan wel populairder verma ken als b.v. de bioscoop deerlijk te lijden heb ben. Afgedaan beeft bet circus dus volstrekt Biet. Het bestAAt nog. Hebben wij niet in Nederland onlangs 8a- rassanl gehad en Schneider en Glelch? Wat eer. vreugde hebben die gebracht aan oud en jong De teiit zat natuurlijk niet zoo vol als dat in betere dagen steeds bet geval was, maar er was toch heel wat belangstelling. Welk een aandacht hebben de schrijvers vaak niet besteed aan het circusleven, al moeten we hierbij opmerken, dat die schrijvers niet steeds de juiste verhoudingen hebben gezien en meer de romantiek In bet circus hebben ontdekt dan de werkelijkheid. Vooral de clowns zijn heel dik wijls het onderwerp van boek en film geweest, met name de clovm, wiens taak het was te lachen en te doen lachen, terwijl zijn arme hart door leed werd verscheurd, welk leed steeds liefdesverdriet waa Ook werden talrijke tooneelstukken geschre ven. die op het circusleven betrekking hebben of op z'n minst een bekenden circusclown tot onderwerp nemen. Denkt u maar aan stukken „De man die de klappen krijgt" en „Voulez-vous jouer avec mol?” enz. En hoeveel films hebt u al niet gezien, waarin de clown de hoofdrol speelt. Dit ligt voor de hand, want hoe gemak kelijk grijpt men niet naar een stof, die gemak kelijk te verwerken Is en bovendien zoo senti menteel, dat het publieke tranen verwekt. De man die aan een ongelukkige liefde lijdt, maar toch avond aan avond moet optreden om andere menschen te laten lachen; de man. wiens kind op sterven ligt, maar die toch grappen moeittyna 60 dienstjaren achter den rug had. aan verkoopen om andere menschen te amuseeren. is dat geen dankbare stof voor film of tooneel’ Men vraagt zich daarbij niet eens af, of bet nu nog de moeite loont, die overbekende en sinds jaren uitgemelkte gevoelens steeds maar weer voor den dag te halen. Want sinds de „Paljas” van Leon Cavallo, heeft men de hull- stukken van den beklagenswaardigen clown als het ware uit den grond gestampt en niet altijd deed men het met evenveel smaak als Charlie Chaplin in zijn film „Circus”. Laten we daarom afscheid van hem nemen en hem achterlaten op bet terrein «uar hij thuis hoort. Maar genoeg. Laten we liever nog even een anderen kant van het circusleven belichten, een kant, die eigenlijk niets met het circus als zoodanig heeft te maken en die juist open en bloot ligt voor de buitenwereld. Is het u wel eens opgevallen, hoe kwiek en toch kalm de clrcusmenschen hun enorme tent opbouwen en afbreken in minder dan geen tijd? Zij komen 's morgens in de stad en *s avonds zit gij te genieten van hun toeren, alsof zij in dien tus- ientyd niet een stadje in het klein hebben jebouwd en een leger van dieren gevoed. En den laatsten avond hebt gij wederom enkele m genoten en als gij 's morgens vol aange- rne herinneringen voorbij bet circus wilt ndelen. dan constateert gij, dat alleen de ats waar het stond nog aanwezig la Het cus zelf met al zijn zeil, planken, palen, dle- i en menschen, zit reeds lang op den nach- yken goederentrein, en terwijl gij droomt a de capriolen van dien avond, hebben de .laten even, In de gauwte, hun geweldige tent 'ebroken, kalm en rustig, in groote regel mat, maar met een snelheid, waar men van kijken staat. Dat is een buitenkant van bet cusleven, dien wij allen kennen en als we Amaar den Ijver der artisten moeten af ten, laten we dan een voorbeeld nemen aan te menschen, die bij alle gevaren van hun k dit uitoefenen mete groot doorzettlngsver- >gen en groote liefde. Laat daarom deze ■nschen liever niet uit den tyd raken. Meisjes, die tot paardrydster worden opge leid, krijgen reeds heel vroeg onderricht. Zij krygen een band om het lichaam, waaraan een koord Is bevestigd. Dit koord loopt over een katrol, die in de kap van de tent is opgehangen. Dan moet het meisje een kalmen galop maken en zoolang oefenen, tot dit volkomen lukt. Daarna knielt zij op een knie en oefent weer, dan op twee knieën en zoo oefent zjj zoolang tot zij alle gewenschte toeren behoorlijk kent. By al deze oefeningen wordt zjj tegen vallen beschermd door het katrolkoord. De bewoners van de circustent vormen een wereld op zich zelf en wel zoo sterk, dat men van hen kan zeggen, dat zij Inderdaad bulten bet gewone leven staan. Zij brengen hun mees ten tjjd door in de stallen, de woonwagens en vooral het eigen oefenterrein, bet circus zelf. Zij leven steeds In dien merkwaardlgen reuk, die u treft, zoodra gij een circustent blnnentreedl en dien de artisten overal met zich mee dragen. Wie over een circus praat, kan niet ontkomen aan ds kwestie van de dressuur. Met beslistheid zijn voor- en tegenstanders van de dressuur verdeeld. Men is at vlak vóór dressuur of vlak er tegen. Er is geen middenweg. Hoort men een dresseur spreken over zijn taak de wilde dieren .te temmen, dan wordt men bepaald een vriend van hem, zoozeer weet hij u te overtuigen van de volstrekte onschuld zijner methode. Ziet men echter de verrichtingen van leeuw en tijger, olifant en beer, dan draait bet hart in u* lichaam om, zoozeer krijgt gij een afschuw van deze practyken, die de wildste dieren temmen en klein maken en dit. voor zoover een leek kan nagaan, alleen doen kan door middel van ver- doovlng of wreedaardig geweld en folteringen. Sommige dompteurs leggen een bijzondere koelbloedigheid aan den dag. Zoo is bet verbaal bekend van den Dultschen temmer kapitein Hchneider, nog steeds een be roemdheid, die eens in de leeuwenkool in de tent zat, terwijl de tent gevuld was met publiek en plotseling het licht uitging. Het publiek be gon te schreeuwen en naar buiten te dringen Maar Schneider bad de tegenwoordigheid van geest om het publiek in het duister toe te schreeuwen, dat er toch zeker voor de bezoeken geen reden was tot ongerustheid, omdat hjj de eenlge in het circus was, die in gevaar ver keerde en na afloop sou het publiek w*l merken, wat er nog van hem overgebleven was. Men moge hieruit afleiden, dat deze temmer zijn beestjes kende en afdoende kende. Anders sou een balkon en brak den nek. De Francalse Jenny Baronin Rhaden begon tijdens een num mer plotseling zigzagsgewyae door de arena te rijden. Bjj onderzoek bleek, dat zij Ineens blind was geworden. Zoo zou de rij met talrijke andere voorbeelden aan te vullen zijn, die alle even droevig klinken. behoeven we slechts de namen te noemen van de drie Fratelllnl's, die Parijsche grappenma kers, die een wereldnaam hebben verworven, maar die dan ook verder grepen dan de domme August gewend is te doen. Zjj hebben namelijk bet vak van den clowki verheven tot op een plan, dat het plan van de kunst is en als 'zoodanig worden zij dan ook algemeen erkend. Vergeten we vooral niet den beroemden Grock, die weliswaar geen clrcus-artlst is en voornamelijk, of liever ad in theaters optreedt, maar die zijn clown beoefent met een vaardigheid fijnheid, die werkelijk overstelpend is. deze groote kunstenaar, die een slacht - geworden van de ellendige tijdsomstan- heeft beter verdiend dan al zjjn Dit verhaaltje heeft weliswaar voornamelijk betrekking op den hond en de hondentrouw in het algemeen en bet bewijst dus niet, dat hond bij voorkeur graag in een circus werkt, maar het bewijst zeker niet het tegen deel naar de beschaafde wereld werd overgebracht. Dat te waarlijk geen kleinigheidje. Ze deden het toch maar.... En nu wordt het langzamerhand zomer en het lijkt niet uitgesloten, dat een of ander cir cus weer cm toegang vraagt in ons land, en dat duizenden jongeren en ouderen gaan genie ten van deze wereld der onwezenlijkheid. Want het circus is nog lang niet uit den tijd.... een stomme verbazing voor de van het paard, maar gelooven konden zij niet en daarom veronderstelden zij een truc. Von Osten moest het op den duur opgeven, wan hopig over den tegenstand, dien hij onder vond. En nog steeds is het geval von Osten een onopgelost raadsel. Dieren werken graag in een circus. liever dan dat zij in de stallen blijven. Vermoedelijk ligt dat hieraan omdat het circus de eenlge plaats is, waar zij actief werkzaam kunnen zijn. Zoo had b.v. Schumann van het circus dien naam een hond, die lederen avond nummer verrichtte, waarin hjj met zijn ■w^v rlehonderd jaar geleden werd tn het 1 Kasteel de Bazocbes te Baint-Léger Vauban (Tonne) in Frankrijk gebaren de beroemde Sébastian de Prestre, de grootste vestingbouwkundige, dien Frankrijk ooit gekend heeft. Op dezelfde plaats waar de markies ge boren werd, is thans na driehonderd jaar een tentoonstelling georganiseerd van souvenirs aan den vemuftigen man. De voornaamste sou venirs zijn echter niet te verzamelen, want dit zijn de wallen, grachten, forten, die hij liet ver vaardigen naar zijn ontwerpen en die door heel Frankrijk verspreid zijn en in den loop der eeuwen stand gehouden hebben tegen alle aan- valten van- woedende vijanden. De fortificaties van Vauban golden steeds als de sterkste in het land. Markies de Vauban had zich ook eenlgszlns met politiek te bemoeien en om dit uiteen te zetten moeten we even erop wijzen, dat Lode- wjjk XIV twee groote raadslieden had. Colbert en Louvols, die steeds ruzie met elkaar had den en uit wier oneenlgheid de konlng voort durend profijt trok. Vauban stond aan de zijde van Louvols. Toen hjj 17 jaar oud was, diende h|j in het Bpaansche leger, dat, aangevoerd door Oondé. tegen Frankrijk vocht. De Fran- schen namen hem gevangen in 1653 en be-C noemden hem tot officier bij de genie V( de vestingwerken hadden zijn bijzondere dacht en reeds op zijn twintigste jaar wA advlseerend ingenieur van den konlngz. daarna werd hij door een familielid vaA bert beschuldigd van malversaties en d/t voor Louvols voldoende aanleiding om d4* dedlglng rsn den ingenieur op zich te nff Dit was het begin van een langdurige sa^ werking tusschen belde mannen. In 1658 nam Vauban de leiding op zich de belegeringen van Yperen, Grevellngen èvr Oudenaerde en een paar Jaar later begon hij aan den bouw van de fortificaties van Duin kerken, Doornik en Kortrijk. Daarna volgde nog een groot aantal Fransche vestingen, waarna hij in 1668 algemeen Inspecteur werd van de Fransche vestingwerken en in 1703 tot maarschalk werd verheven. Vier jaar later publiceerde hjj een geschrift, waarin hjj protesteerde tegen de booge be lastingen, die volgens hem ongelijk gedragen werden. Onder andere ging hU nogal te keer tegen het feit, dat de hoogere standen vrij van belasting waren. Het boek werd door den to ning verboden en dit was een groote teleur stelling voor den man die op dat oogenblik hjj niet met zooveel tegenwoordigheid van geest gehandeld hebben. Maar dit is eer een bewijs van absolute macht over de dieren dan van het tegenovergestelde. Daarom klinkt het verzet van sommigen niet zoo heel vreemd. Men weet dat er zelfs een ver bond bestaat, het Jack London-verbond, dat zich oun. keert tegen dierenmishandeling en dat met ophoudt de aandacht te vestigen op het temmen der wilde dieren door de circustemmers Maar telkens verzetten de temmers zich tegen deze aanklachten en leggen getuigenissen over van vereenlgingen tot bescherming van dieren en die vertellen weer, dat de temmers Inderdaad volkomen onschuldig zyn en de dieren temmen, zonder hun pyn toe te brengen. Men weet dus niet precies wat men van alle verhalen gelooven moet, maar feit is, dat een leeuw, die konlng der dieren met zijn majestueuzen tred, zielig om te zien Is, wanneer hjj zijn enorme pooten kalmpjes neerzet op een houten bankje als een stoute jongen, die zich schaamt omdat hij on deugend is geweest. Het is verschrikkelijk ellen dig den tyger te zien, die door een hoepel springt of den olifant, die het zweepje van het tem- stertje moet oprapen en dan een apennootje tot beloonlng krygt. Dit alles is te zieliger naar mate het meiske dun en mager en tenger is en voor den olifant niet eens zwaar genoeg om haar gewacht ook maar te voelen, als zij in de bocht van zijn snuit zou liggen. Het schijnt Intusschen, dat de wilde dieren voor zoover men die nog wild kan noemen voornamelijk geïmponeerd worden door de rust en de zekerheid van optreden van der. temmer, In wlen zjj een meerdere, een sterkere zien, terwijl deze, wetend dat hjj de zwakkere Is. voortdurend op zijn hoede is voor eventueel* aanvallen van zjjn lievelingen. Kent gij nog de beroemde namen van vroe gere circussen? Daar was het circus Rena waar bij de befaamde Therese Renz was, die nu op 75-Jarigen leeftijd nog wel eens te paard zit in het circus. Wie zou durven beweren, dat bet circusleven afmattend en fnuikend is? Daar was verder Carré, om in ons land te blijven, aan wlen wij het Amsterdamsche Carré te danken hebben. Dan het circus Busch niet te vergeten in Dultschland. Verder Althoff (Corthy Althoff). Barnum en Bailey enz. En uit den laatsten tijd Olelch, Sarassanl, enz. De voornaamste man van het circus, althans de voornaamste attractie was steeds de clown De domme August, zooals men hem ook wel noemt. Hjj laat lachen, verbindt de diverse nummers aan elkaar in de tusschen-pauzen, die. in weerwil van de verbijsterende snelheid der verwisselingen, noodzakelijkerwijs moeten ont staan. Hjj Imiteert de groote nummers en paro dieert ze, onverschillig of bet nummer wordt uitgevoerd door een kudde olifanten of door een fijn meiske, d^t te paard rond holt. De clown wordt verondersteld alles te kunnen en doet zijn werk inderdaad vaak met een ernst, een betere zaak waardig, maar Juist deze ernst is zoo koddig met de volstrekte mislukking van zijn poging in tegenspraak, dat daardoor die gulle lach ontstaat, die speciaal bet circuspu- bUek eigen Is. Er zjjn geweldig beroemde clowns en hier b.v. naast het paard en tikt’het even op den hals. Het paard wendt den kop en wil bijten, maar de dresseur heeft een zakdoek gereed en duwt die In den paardenbek. Hij herhaalt dit enkele malen en wisselt den zakdoek af met een klontje suiker. Het paard gaat nu zakdoek en klontje suiker beschouwen als twee dingen die by elkaar hooren en waarvan het eene een be- looning Is voor het andere. Zoo zal het tenslot te overal den zakdoek vandaan halen, als het maar een stukje suiker krijgt. Spoedig is de temmer zoover dat hij het paard kan comman- deereh een zakdoek van den grond op te rapen en ziedaar: de bijter is een ra per geworden. Wanneer nu een paaro gerulmen tyd samen werkt met denzelfden temmer, dan zal bet al zijn bewegingen en teekenen gaan verstaan, ook die, welke wy toeschouwers niet eens op merken. Dit geschiedt o.a. bij bet tellen met de pooten, dat wy vaak by circuspaarden be wonderen. Met Intelligentie heeft dit volstrekt niets te maken; integendeel beweren de meeste temmers, dat paarden alle Intelligentie mbsen, al zyn er, die deze meenlng weer fel bestryden. Op dit gebied zijn zeer interessante proeven genomen. Een DulLacher een zekere von Osten. had een paard gekocht, dat kon rekenen en zelfs wortel trekken, lezen en fonetisch woor den spellen. Hy deed dit ook in afwezigheid van den temmer en zelf* telefonisch. Het paard kreeg zelfs uitkomsten, die aanvankelijk on juist leken, maar die by nader onderzoek als juist werden erkend, omdat het paard reke ning hield met factoren, die aan menschen niet bekend waren. Er werden professoren by gehaald en geen van hen kon ontkomen aan verrichtingen Als gezegd: het publiek wil In t algemeen genomen niet gelooven, dat de dierendressuur vredelievend kan zijn, hetgeen natuuriyk niet zeggen wil. dat zij dat ook altijd en inder daad is. Jaren geleden heeft een dierentemmer van een circus, dat te Amsterdam voorstellingen gaf eens een ingezonden stuk in ons blad ge schreven, waarin hy jgees op de publieke op vattingen van dressuur en daarby legde hy een schryven over van den voorzitter eener dlerenbeschennlngsvere ?nlging, die hem com plimenten gaf over zyn dreasuurmethoden. Be doelde voorzitter wenschte den temmer geluk met een jubileum (een dertig jarig jubileum nog well) en complimenteerde hem over het feit, dat hy al die jaren de dressuur zoodanig heeft toegepast, dat ny daardoor in breeden kring liefde voor de dieren heeft gewekt en met het feit dat alle vereenlgingen tot be scherming van dieren met hem sympathiseeren. Geduld en rust zyn de twee factoren die het temmen beheerschen. Een driftig mensen is een slecht dresseur en zeker zal zoo n man, wanneer bet hem al lukt dieren te temmen» steeds gevaar loopen, dat de dieren wraak op hem nemen. Hy wordt n.l. nooit de vertrouwde vriend, maar de onderdrukker der dieren, wier instinct, ben voldoende waarschuwt. Met alle mogeiykheden moet een temmer rekening houden. B. v. wanneer hy een dier wil leeren liggen en zyn discipel gehoorzaamt hem. dan kan bet gebeuren dat het beest in een spy- ker of een glasscherf valt Onmogelyk natuur iyk voor aoo*n leerling om te achterhalen, dat hier van een ongeluk sprake is. Integendeel zal hy by instinct vermoeden, dat de pyn, die hy voelt verbonden Is met den val. dien hy doet een volgende maal zal ty weigeren. Een van de moeliykste dingen is te profitee- ran van de goede eigenschappen van het dier Een paard b.v. heeft de kwade gewoonte om te byten. Deze kwade gewoonte kan tn een goede worden omgezet Een temmer plaatste zich niet I

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1933 | | pagina 30