De opgravingen bij Egmond
De Kruisweg
van
M
Servaes Prikkeldraad
Inconsequentie
DONDERDAG 12 OCTOBER
Pracht-m in is ter
Komt in
Interessante vondsten
Verdieping en kennis
THEORETISCH BEZWAAR
PER FIETS NAAR ROME
Reisbeproevingen
de moderne afdeeling van het Aarts-
bisschoppelijk Museum
FUNDAMENTEN VAN
OUDE GROOTHEID
’n
Het opgravingswerk
WEER VERSCHIJNINGEN?
Nu by Vervier»
Bevestiging van den eisch
Een dorpsfeest in Frankryk
„No* Jungunt Ro»ae”
INDISCHE POSTVLUCHTEN
Zal een gedeelte herbouwd
worden?
DRUIVEN VERWERKT TOT
GELEI
ST. BERNULPHUSHUIS
OPGEHEVEN
DE VERDUISTERING TE
ZAANDAM
Het voormalige slot te Egmond naar de schilderij 'van Claes
Dircksz van der Heek in hef Rijksmuseum
i'
-
HET „SLOT OP DEN HOEF”
van 2224 JuM
uit technisch
décharge
ver-
Uit de historie
bond in stryd met het
beginsel
él
ZOU
op
het
Interessante vondsten
te
la
■a
in
▼es-
De collectieve verzekering van den
katholieken Middenstands-
Veelbelovende nevenindustrie in
het Westland
Bestuuardersdagen van den
Katholieken Midden
stand
getelheid
Sedert'
en
den
Is zooveel
reeds een
De ..stille kracht" «n
Republique
Inmiddels zijn de jongens reeds ver doorge
reden. Ze wachten In het gehucht Harignles
in den stroomenden regen »p de wagens met
tenten, die maar niet komen willen.
In alle haast worden de tenten opgeslagen.
Ik krjjg opdracht om in het dorp te gaan pro-
vlandeeren. Met den pastoor baad ik door slijk,
plassen en mesthoopen, op soek naar hout.
De „Oehoe" op de thuisreis is te Boedapest
aangekomen
„Volkomen begrijpelijk’'!
Wat heeft er al die jaren dan toch geman.
keerd aan het verstand en het begrjjp-venno-
gen van de roode redactie?
Maar allo! de erkenning te er.
Nog fijner heeft de heer Marchant de pal-
staanders afgetroefd, die den laatsten tijd drei
gen met de oprichting van tallooze bijzondere
neutrale scholen, wanneer hier en daar open,
bare scholen mochten worden opgeheven; leuk,
maar raak echt Manchantlg! Is het ml-
nlsterieele antwoord
d
Is
De Fransche douanen bleken nier
zonder meer te passeeren
geschilderde en een geteekende
Albert Servaes. De geteekende
in het kerkje te Luijthagen
(België) en is daaruit destijds op voorschrift
uit Rome verwijderd, omdat de stijl sommigen
aanstoot gaf. Men zal zich deze kwestie, die
toen nogal stof heeft opgejaagd, zonder twijfel
herinneren. Zoowel de geteekende als de ge
schilderde Kruisweg zijn het eigendom van den
heer Herman van den Eerenbeemt te Amster
dam. Deze geeft thans de laatste ten geschenke
aan de moderne afdeeling van het Aartsbis
schoppelijk Museum, waar hij zonder twijfel
uitnemend op zijn plaats is. Het vorstelijk ge
schenk wordt door het Museumbestuur dan ook
dankbaar aanvaard.
„De strijd, die over zijn circulaire is ont
brand, moet aanleiding geven tot de onder
stelling, dat de liefde voor de openbare en de
afkeer van de confessioneele school de ouders
er toe zullen brengen om over het bezwaar
van een groote ren afstand dat de onder-
geteekende geenszins onderschat heen te
stappen. Dat eehter voor het oprich‘en van
vele neutrale bijzondere scholen de waarborg,
sommen zullen worden bijeengebracht, meent
de ondergeteekende te moeten betwijfelen.”
o
Des
leider
bureau
economische taak onzer vakorganisatie”
In den namiddag ten slotte spreekt mr. F.
Bach, directeur van het Centraal Hanze Bureau
in het Bisdom Haarlem over: „De soctaal
politieke taak van onze beweging”.
Veertien dagen geieden stond voor de Haarlem-
sche rechtbank terecht een administrateur van
de Scheepvaart-Vereeniging „Noord” te Zaan
dam, die op 22 Juni jl. een som van 28.000
verduisterdbestemd voor de uitbetaling van
loonen.
De Officier van Justitie eischte In verband
met de vele verzachtende omstandigheden een
voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maan-
den met een proeftijd van drie jaren.
Hedenmorgen was de uitspraak van de recht
bank conform dezen eisch.
Naar wjj vernemen zal het bekende St. Ber-
nulphushuis aan den Voorburgwal te Amster
dam tegen het einde des jaars worden opgehe
ven. Een tiental Jaren heeft het krachtig mee
gewerkt aan het verbreiden van beter opvat
tingen over religieuze kunst. Thans is de taak
van de onderneming goeddeels volbracht en de
moderne godsdienstige kunst vindt haar weg
In kerk en huisgezin. Het atelier van de email-
werktster Joanna Brom wordt overgebracht
naar huize Voorn te Oudenrijn.
De vereeniging tot bevordering der Rozenteelt
..Nos Jungunt Rosae" hield Woensdag haar al-
gemeene jaarvergadering In Krasnapolsky te
Amsterdam.
De voorzitter, de heer Jhr. P. P. de Beaufort,
zeide in zijn openingswoord, dat ook deze ver-
Volgens geruchten uit België zouden twee
meisjes in het dorpje Chaineux nabij Venders
verschijningen der Heilige Maagd hebben ge
had, terwijl een 15-jarige jongen bevestigt, de
verschijning ook te hebben waargenomen. Het
is zoetjes-aan overbodig geworden te zeggen,
dat men deze geruchten dient te ontvangen met
voorbehoud.
De Centrale Reorganisatie Commissie van
het Verzekeringswezen heeft allen afdeellngen
van den Ned. R. K. Middenstandsbond af
schrift gezonden van het aan dien Bond ge
zonden adres inzake de z.gn. collectieve verze
kering van dien Bond Mede op aandrang uit
het Zuiden heeft de „C. R. C.” een openbare
bijeenkomst uitgeschreven in de groote zaal van
het hotel .Jtoord-Brabant," te ’s-Hertogen-
boech, op Zaterdag 21 Octooer as. des namid
dags te 330 uur precies. Op deze vergadering,
welke gepresideerd zal worden door den voor
zitter der „C. R. C.”, den heer Valken, zal de
secretaris der Commissie, de heer De Jonge, ’n
causerie houden oVér:
„Inconsequentie van den Middenstand", zulks
naar aanleiding van het op het congres van den
Ned R K Middenstandsbond te Breda behan
delde beginsel- en werkprogram van dr. v.
Beurden.
Tot deze vergadering zijn uitgenoodigd de be
sturen van den R. K. Middenstandsbond, de
Dioc. bonden en afdeellngen, den R. K Alg.
Middenstandsbedrljfsraad en Raad van Ad
vies. Dr. v. Beurden, het Ministerie v. Soc en
Economische Zaken, de Middenstandszaad, be
sturen 'van andere middenstandsorganisaties.
Economische Zaken, den Mlddenstandsraad. be
langhebbenden bij het Verzekeringsbedrijf.
Bü het uitgraven van de slotgrachten heeft
men nj. tal van Interessante dingen gevonden,
welke voorloopig in de Ned. Herv. Kerk zijn
ondergebracht.
Allereerst een immense verzameling scher
ven. waarvan het grootste gedeelte waarschijn
lijk waardeloos is. maar waaruit de deskundige
hand een aantal waardevolle stukken heeft ge
lezen, die op een aparte tafel zijn uitgestald.
Wij zagen eenlge Jacoba-kannetjes, nog geheel
gaaf; een eigenaardig gevormde flesch; een
gedreven koperen plaat, afkomstig van de sjako
van een Russisch soldaat. Voorts een grooten
sleutel, waarvan de baard duidelijk de letter E.
vertoont, een stuk van een houten haarkam en
vele andere dingen, die thans nog getuigen van
lang vervlogen eeuwen.
De verschillende wapens, welke gevonden
zjjn, bevinden zich in een goed geconserveerden
toestand en weinig door roest aangetast. Er
bevinden zich een lanspunt bij en een paar
dolken, waarvan het eene exemplaar kunstig
bewerkte koperen knoppen heeft, welke aan
vankelijk voor goud waren aangezien, doch bjj
nader onderzoek slechts uit koper bestonden.
Voorts zijn nog twee geweerloopen gevonden,
gedeeltelijk verroest en naar den vorm te oor-
deelen ook zeer oud.
Wjj waren er nog getuige van, dat uit de
gracht door de werklieden een zwaard werd
opgegraven, waarvan de vondst met een hoera-
tje werd aangekondlgd.
Met het uitgraven is men nog niet gereed,
zoodat verwacht wordt, dat straks nog wel meer
voor den dag zal komen. De voorwerpen, welke
gevonden zijn, voeren alleen datums van na
1396. want In dat jaar werden de grachten aan
gelegd. n
Intusschen bestaat het plan om het onder
zoek van den bodem verder uit te breiden, zblks
met het oog op de kans, dat daarbij voorwerpen
van nog ouderen datum zullen worden gevon
den. afkomstig uit den tijd tusschen 800 en
1300. Dr. Holwerda, van den Rijks Archeologl-
schen dienst, zou althans het plan daartoe te
kennen hebben gegeven.
Met dit al staat Egmond in het middelpunt
der belangstelling van allen, die iets voor his
torie gevoelen. De reeds gedane publicaties
hebben tot gevolg gehad, dat van heinde en
ver belangstellenden naar de Egmonden komen
om hun nieuwsgierigheid naar oude dingen te
bevredigen. En zjj vinden er Inderdaad iets, dat
naast de historische plaatsen, waaraan Ken-
nemerland overigens rijk Is. herinnert aan de
dagen van een grootsch en romantisch ver
leden.
dezer dagen het terrein der ontgravingen be
zichtigd.
Rondom het terrein gapen de breede slot
grachten. welke aan de west- en zuidzijde reeds
geheel uitgegraven zijn én door een tnaal-
„De Minister geeft nu cijfers om te bewij
zen. dat er meer klelfie scholen bü het open
baar dan bij het bijzonder onderwijs zijn. Dit
is volkomen begrijpelijk; de openbare school
is de school voor de minderheden en er zjjn
natuurlijk bevolkingscentra, waar zoo n min
derheid gering In aantal is.”
de helft plus één
overstemt en over-
De derde val van Jezus onder het
Kruis, een der steties uit den
kruisweg van Albert Servaes
De heer Marchant kent zijn Pappenheimers:
de heeren schreeuwen wel hard, maar als zij
hun liefde voor het bijzonder onderwijs moe
ten vertolken In klinkende munt, dan zullen ze
wel niet thuis geven!
De heer Marchant is als onpartijdig-denkend
en onpartijdig-handelend vrijzinnig-demokra.
tisch minister van onderwijs.... onbetaalbaar.
Het .Blot op den Hoef”, zooals het genoemd
werd, is in de middeleeuwen herhaalde malen
bet toóneel geweest van strijd en verwoesting.
Volgens de Kronieken zou Radboud, de 4e
heer van Egmond. in het jaar 870 het Huis ge
sticht hebben. In 1204 werd Wouter, 12e heer
van Egmond en toenmalige bewoner van bet
Slot. In een strijd gewikkeld, waarbij het Huis
op de Hoeve totaal verwoest werd.
Reeds een jaar later heeft Wouter zijn huls
„veel schoonder doen optimmeren, dan het ooit
te voren geweest was”, zoo vermeldt de histo
rie. Doch langer dan een eeuw zou de glorie
van deze trotsche veste niet duren. De Friezen,
die de landstreek herhaaldelijk bestookten,
deden In 1315 wederom een inval, waarbij zjj
het gansche dorp grondig verwoestten, evenals
het Kasteel, dat zij tot den grond toe delen af
branden, terwijl de bewoner, de 17e heer van
Egmond en eveneens Wouter genaamd, naar
elders moest vluchten.
Zijn opvolger. Jan van Egmond, deed In 1320
de veste opnieuw herrijzen, zij het dan niet
zoo schoon, als zü voordien geweest was.
De geschiedenis beschrijft dan. dat Arnoldus,
de 19e heer van Egmond. In 1396 de grachten
Naar wij vernemen zal een dezer dagen de
overdracht plaats hebben van den geschilder
den Kruisweg van den Vlaamscpen kunstenaar
Albert Servaes aan de afdeeling moderne rell-
gieuse kunst van het Aartsbisschoppelijke Mu
seum. die in December e.k. geopend wordt in
het voormalig St. Catharijneconvent aan de
Lange Nieuwstraat te Utrecht.
Er is een
Kruisweg van
heeft gehangen
stroo en eten. Er is echter niets te krijgen. We
maken voor het eerst kennis met een der vele
„feesten” der dorpen vanwege den patroon
heilige der parochie.
Ieder volk heeft zijn eigen manier van tri-
duum-viering.
Wij plegen 's morgens en 's avonds te luiste
ren naar vrome opwekkingen ten geestelijken
leven de Franschen gaan misschien 's mor
gens naar de versierde kerk, waar de patroon
heilige zjjn jaarljjksche eereplaa^s op het
altaar—heeft ingenomen. Maar in ieder geval
eten en drinken ze drie volle dagen in zoo
vurige liefde voor hun heilige, dat honderd
pelgrims naar de eeuwige stad na veel tobben
niet meer dan tien kilo vleesch, enkele pakjes
boter en zegge en schrijve drie en een halve
liter melk kunnen bemachtigen en dat nog
van twee boeren. Wel krijgen we gul groote
punten van feestvla te proeven, maar daar
stop Je de magen van honderd uitgerammelde
fietsers bezwaarlijk mee vol.
Pelgrims plegen tegenslagen te aanvaarden
als een hartversterking. Ze helpen ijverig mee
water halen en hout hakken. Als even later
verssh stroo in de tenten wordt gespuid, hap
pen ze in het oude brood als in een taart, en
snijden het karig stukje vleesch, als ware het
zwezerik.
Het weer wordt goedertieren. Bleeke sterren
bloeien open aan den valen hemel. In het
westen brengt een onbeschrijfelijk grootsch
tafereel van goudomrande wolken velen ver
getelheid van het doorstane leed in bewonde
rende meditatie.
De taak der chauffeurs
inister Marchant is ’n pracht-mlnlster
van onderwijs!
Ongenadig rekent hij af met de
doorgewinterde belagers van ons bijzonder on
derwijs.
Wie had ooit kunnen droomen. dat juist hij
eens tot deze taak geroepen zou worden en
zich zoo meesterlijk van deze taak zou kwij
ten?
Indien er een minister van christelijken hui
ze op zijn zetel zat en ook maar één tiende deel
durfde beweren en doen van wat de heer Mar
chant zoo onverschrokken praesteert. hij
werd u kunt ons gerust gelooven als schan-
deljjk-partijdig uitgekreten.
Het is overigens een publieke vermakelijk
heid, minister Marchant aan het „werk” te
zien.
Fijntjes weet hij de bestrijders der bijzondere
scholen te dwingen tot allerlei erkenningen,
waarvoor ze vroeger liever doodgevallen zou
den zijn; zoo kwam „Het Volk” (na gedwon
gen kennisneming van door Minister Marchant
verschafte cijfers) tot de pijnlijke erkenning,
dat de „snertschooltjes" inderdaad méér bij
het openbaar dan bü het büzonder onderwüs te
zoeken zün.
En hoe erkent het roode blad zulks?!
Dezer dagen is deze mand, bevattende de eerste
dralvengelei uit het Westland, aan H. M. de
Koningin aangeboden.
Het hoofdbestuur van den R. K. Midden
standsbond in het Bisdom Haarlem heeft be
sloten voortaan leder jaar bü het begin van
het winterseizoen bestuurdersdagen te houder,
ter bevordering der scholing en ontwikkeling
onder de bestuurders der afdeellngen.
Dezer dagen zün dan ook de dagelüksche be
stuursleden en de geestelüke adviseurs der af-
deelingen van den Bond uitgenoodigd tot büwo-
ning der eerste bestuurdersdagen, welke zün
bepaald:
Voor de afdeellngen In Noord-Holland op
Donderdag 19 October as. in het Retraitehuis
te Bergen
voor de afdeellngen in Zuld-Holland en '‘Zee
land op Dinsdag 24 October in het Retraitehuis
te Noordwükerhout.
Het onderwerp voor deze eerste bestuursdagen
drong zich als vanzelf op: het nieuwe „Begin
sel- en Werkprogram van den Ned. R. K. Mid
denstandsbond”,' waarover dr. J. van Beurden
voor de algemeene vergadering van den N. R.
K. M te Breda zün bekende prae-advles
schreef.
Het „Beginsel- en Werkprogram” zal in een
drietal inleidingen worden behandeld.
Des ochtends spreek de heer H. E. van der.
Brule uit Rotterdam, lid van het hoofdbestuur
van den Bond, over „De soclaal-economlsche
taak onzer standsorganisatie”.
middags behandelt drs. H. L. Jansen,
der economische afdeeling van het
van den N. R. K. M.: „De sociaal-
De plannen van een kwéeeker uit Naaldwijk,
om uit Westlandsche druiven gelei te bereiden,
teneinde op die wijze een nevenindustrie in het
Westland te stichten waarin de overtollige voor
raden druiven verwerkt zouden kunnen worden,
zün thans verwezenlükt. De bereiding van de
gelei is in vollen gang en reeds zün in blnnen-
en buitenland relaties aangeknoopt om deze
nieuwe Westlandsche industrie een zoo ruim
mogelijk debiet te kunnen bezorgen.
Omtrent de toekomstmogelijkheden van de
Westlandsche druivengelei is men in het West
land optimistisch gestemd, omdat het product
slechts edel druivensap bevat en vrü is van alle
schadelijke bestanddeelen. Men is in bevoegde
kringen van oordeel, dat in de naaste toekomst
groote hoeveelheden druiven, welke voor de ge
wone consumptie overtollig zün. op deze wüze
aan den handel kunnen worden onttrokken.
Het kampleven heeft vele kanten. In wertre-
lük gedwongen rust, heb ik gelegenheid de
taak onzer chauffeurs in al haar omvang te
leeran kennen.
Zoodra de jongens, gevoed en gelaafd, de
fietsen bestijgen voor een heerlüken tocht door
een prachtige streek al vraagt die schoon
heid’ dikwijls een offertje gaan zü aan den
slag. Eerst worden de tenten opgeruimd, dan
alle stroomatrassen tent voor tent bü elkaar
gebundeld en naar de wagens gesjouwd. Het
kamp wordt keurig opgeruimd. Dan gaat alles
weer in de vrachtwagens, met eetketels, bagage,
mondvoorraad, om na enkele uren weer in alle
haast te worden uitgepakt en opgeslagen.
Het is werkelük voortdurend aanpakken. En
al lijkt het misschien, dat zü het gemakke-
lüker hebben dan de fietsers, het schünt mij
toe. dat onze chauffeurs het hardste werk ver
richten van heel den troep.
Geloof echter niet, dat ze er onder steunen
en zuchten. Integendeel.
Bü den in April 1933 plagts gevonden heb
benden aankoop van duinterreln onder Eg
mond, grenzende aan het reeds, in Provinciaal
bezit zünde terrein onder Bakk'um. werd de
provincie Noordholland tevens eigenaresse van
het welland, waarop eertüds het Slot op den
Hoef verrees, het trotsche kasteel, dat in de
geschiedenis van ons Vaderland zulk een be-
langrüke rol. heeft gespeeld.
Teneinde deze historische plek, die In den
loop der tüden in een dichtgroeiend moeras
veranderd was, een beter en waardiger aanzien
te geven, werd, op initiatief van den heer E.
Vogelenzang. Rentmeester der Provinciale
Landgoederen, door Gedeputeerde Staten be
sloten, bü wüze van werkverruiming, een ge
deelte van de gracht om het tererin, waarop
voorheen het „Slot op den Hoef” heeft gestaan,
in de oorspronkelijke afmetingen te herstellen
Bü deze werkzaamheden stiet men, onver
wacht. pp de fundamenten van het vroegere
kasteel en bü verdere doorgraving bleek, dat
deze fundamenten nog in betrekkelük goeden
staat overal worden aangetroffen, zoodat men,
als het graafwerk voltooid zal zün. vermoedelük
een vrü volledig beeld zal verkrijgen van de
indeellng der verschillende gebouwen, die tot
deze veste der machtige Heeren van Egmond
hebben behoord.
Thans is men bezig met deze fundamenten
te ontgraven. De arbeid is reeds zóóver gevor
derd, dat een aanzienlük gedeelte van de breede
grondvesten ontbloot is, terwül ook de slot
gracht reeds voor een groot deel is uitgegra
ven.
Onder leiding van den Directeur van het
Provinciaal Waterleidlngbedrüf, den heer J. van
Oldenborgh en Ir. B. F. van Nievelt hebben wü
liet schieten. Nadien bleef het slot ongeschon
den bestaan, totdat het eindelük op 7 Juni 1574
op last van Dlederik. Gouverneur van Haar
lem, verbrand werd, teneinde te voorkomen,
dat het door de Spanjaarden benut zou wor
den bü den strijd tegen Alkmaar.
In de volgende eeuwen is het een ruïne ge
bleven. waarvan de brokstukken van torens en
muren nog getuigden van vergane grootheid
en macht.
Ongeveer 100 Jaar geleden werd de ruïne
voor afbraak verkocht. Men heeft de muren
tot de waterlün weggebroken en de resten, wel
ke de fundamenten waren, laten zitten Ze
werden met aarde bedekt en zoo aan de ver-
l^rijsgegeven.
Wen heeft het vee er gegraasd
niemand dacht meer aan het .Blot
Hoef”, waarvan de stevige grondvesten onder
de groene wellanden verborgen lagen.
een employé de
Francaise is zün fantasie. Hoe
paradoxaal het ook moge klinken, deze droge
eenlglng lüdt onder de crisis, de export van de
rozen is vrijwel verlamd, de overproductie is ook
hier zeer groot.
Uit het jaaiverslag blükt, dat het aantal
leden In het vereenigingsjaar van 529 tot 459
is teruggeloopen.
De jubileumtentoonstelling
te Den Haag gehouden, werd slechts door ruim
1200 personen bezocht, financieel werd ze een
groote teleurstelling, uit technisch oogpunt
stond ze op peil.
Het jaarverslag werd goedgekeurd.
De secretaris, de heer E. J. Luddlng, deelde
mede, dat hü bezig is aan de samenstelling van
een lüst van in Nederland gewonnen rozen-
qualiteiten, met hun afstamming. De lüst zal
gepubliceerd worden in een speciaal nummer van
het orgaan der vereeniging („Rosarium”).
Het verlies, dat de vereeniging in het afgeloo-
pen jaar leed, bedraagt f 1429. De balans sluit
met een bedrag van f 3854.14.'
Den penningmeester werd
leend.
Uit de begroeting blükt, dat de te verwachten
contributie van f 2000 is teruggeloopen tot
f 1375.
Tot voorz. werd herkozen jhr. P. P. de Beau
fort. voorts werden tot bestuursleden gekozen de
heeren J. D. Ruys, Dedemsvaart; D. Jongkind.
Aalsmeer en J. Spek. Boskoop. V
De voorzitter sprak een hartelük woord van
dank tot den scheldenden vice-voorzltter. den
heer G. A. van Rossem, die volgens de statuten
niet herkiesbaar was.
Bü de bespreking van de plannen voor 1934
deelde de voorzitter mede, dat pogingen In het
werk zullen worden gesteld om een rozenten-
toonstelling, waarschünlük in het Koloniaal
Instituut, alhier, te organiseeren. Het bestuur
zal naar de eventueele deelname een onderzoek
instellen.
Een veel genoemd bezwaar tegen
parlementaire stelsel Is, dat daarbij
naar men beweert
de helft mln één
heerscht.
Evenwel is ook dit bezwaar meer schijn,
dan werkelijkheid.
Natuurlijk kan het voorkomen en
kwam en komt het ook voor dat een
parlementaire meerderheid en de op die
meerderheid steunende regeering schrome
lijk van haar overwicht gebruik of liever
misbruik maken.
Maar dat is een kwaad, dat doorgaans
zich-zelf straft en daardoor ook zich-zelf
corrigeert.
Een verstandige meerderheid en een ver
standige regeering zullen er derhalve steeds
op uit zijn zooveel doenlijk rekening
houden met de wenschen en inzichten der
minderheid.
En indien deze van haar kant niet tot
een „opposition quand-même” vervalt, zal
in vele gevallen samenwerking mogelijk
wezen, al blijven de prlncipieele scheidings
lijnen bestaan.
Van dr. Schaepman is wel eens gezegd,
dat hij altijd „ministerieel” was, omdat hij
ook aan Kabinetten uit de Linkerzijde
zijne medewerking niet onthield.
Sommigen rekenden hem dit zelfs als ’n
grief aan.
Ten onrechte.
Want eerstens gaf hij bij die medewer
king nimmer iets van zijn beginsel prijs.
En vervolgens wist hij door het gemeen-
schajjpelijk overleg en het persoonlijk
contact te verkrijgen, dat de wenschen en
verlangens der minderheid meer en beter
tot hun recht kwamen dan anders het ge
val zou zijn geweest.
Op die wijze bevorderde hij het algemeen
welzijn, diende hij het nationaal belang en
versterkte hjj het besef der vaderlandsche
saamhoorigheid, terwijl de parlementaire
arbeid op hooger peil werd gebracht en de
weg geëffend voor positiever resultaten.
Schaepman's voorbeeld heeft dan ook
terecht navolging gevonden.
Hij was een hartgrondig tegenstander
van alle benepenheid en exclusivisme.
En daardoor ook een dergenen, die
wijden kring de overtuiging hielpen
tigen en verbreiden, dat de theorie van de
helft plus één voor normaal geregeerde
landen inderdaad niet meer is dan
theorie, wijl hare practische toepassing on
deugdelijk en ondoenlijk bleek.
Als bezwaar tegen het parlementaire stel
sel heeft zij dan ook geenszins de beteeke- v
nis, welke de bestrijders van dat stelsel er
zoo gaarne en zoo gretig aan toekennen.
Inrichting worden drooggehouden. In de wes-
telyke slotgracht steken zware eiken palen uit
den bodem omhoog, overblüfselen van een brug,
welke daar eens de verbinding vormde naar de
kapel, welke aan de voorrijde van de gracht
ligt en thans nog een gedeelte vormt van de
Ned. Herv. Kerk. Iets verder komt uit den
walkant een gedeelte van een bruggehoofd kü-
ken. Daar was eens de toegang tot het Grafe-
lük slot.
Van de eigenlüke fundeerïngen
blootgelegd, dat men zich momenteel
vrü goed denkbeeld kan vormen van de lig
ging der gebouwen. Successievelük vindt men
torens en poorten tgrug, zooals die op oude
plattegronden zün aangegeven. Het metselwerk
is goed geconserveerd gebleven. Het bestaat nog
uit die groote baksteenen. welke in vroeger
eeuwen gebruikt werden en die hier samenge
voegd zün tot hechte, breede fundamenten.
Voor de fundeeringen der torens is interes
sant en teekenend de bouwwijze van dien
tüd. Op een houten raam liggen straalsgewüze
dikke eiken balken, waarop het metselwerk is
opgetrokken. Deze balken zün eveneens uitste
kend geconserveerd en toonen niet de geringste
sporen van verweerlng. In t hart van de coren-
grondvesten staat nog een houten spil, welke
vermoedelük dienst gedaan heeft om den cirkel
te trekken.
Merkwaardig is de vondst van twee houten
tonnen, welke midden in de fundeerlng van de
westelüke muur zün ingemetseld. In een van
deze tonnen zün schedels gevonden van een
paard en een bok. terwül in de andere slechts
aarde gevonden werd. Beide vaten rusten op
een wagenrad.
Dr. Kalff. directeur van het Rüksbureau
voor monumenten-zorg, die bü de opgravingen
aanwezig is. vertelde ons, dat heel vroeger het
gebruik bestond, om bü de stichting van een
gebouw een offer te brengen, teneinde booze
geesten te weren. In hoeverre hier van een der-
gelük offer gesproken kan worden, valt niet te
zeggen. Was het bü die eene ton met dc sche
dels gebleven, dan behoefde men aan <!at offer
niet te twüfelen. Omtrent de bedoeling van het
tweede vat echter tast men in het duister. In
elk geval staat het vast, dat zü er niet later
ingebracht kunnen zün. Bü ons bezoek was men
nog bezig met het leegscheppen van een oer
tonnen, een werkje, dat met groote omzichtig
heid verricht Werd. De uitgeworpen aarde werd
nauwkeurig onderzocht, maar voor zoover wü
konden vaststellen, werd niets büzonders aan
getroffen.
Bü de ontgraving heeft men verder nog iets
anders kunnen vaststellen, namelük de plaats
waar zooals men wel eens pleegt te zeggen
.zelfs de keizer te voet gaat”. Vo>gens de
beschrüving van oude plattegronden bzstonden
er in het grafelük verblüf negen .Jielmelüke
gemakken", aan de noordzüde van het slot. Dat
is zeer zeker een aanzienlük aantal, maar
zooals dat ten opzichte van heimelüke gemak
ken betaamt wü hebben er ons niet verder
voor geïnteresseerd.
Intusschen is het op het terrein een bedrij
vigheid van belang. Er werken 24 arbeiders, die
tot nu toe reeds 4000 M2. de grachten na
tuurlek inbegrepen hebben blootgelegd De
uitgegraven grond ligt hoog opgeworpen tus
schen de fundamenten en grachten en hier en
daar liggen hoopen steenen. netjes opgetast en
voorts een stapel brokstukken van beeldhouw
werk en andere versieringen.
Het is natuurlük maar in Egmond aan den
Hoef, doch wanneer men zoo tusschen deze op
gravingen staat, zou men zich kunnen verbeel
den in Italië te zün, waar men constant aan
het opgraven is.
Bü de beschouwing van deze fundamenten
rijst natuurlük de vraag: wat zullen we er mee
doen? In afwachting van de beslissing van den
Rüksdlenst van Monumentenzorg, zün die ge
deelten, welke, wanneer de bemaling wordt
stopgezet, weer onder water zullen verdwünen,
uitgekalkt De kans bestaat ook, dat straks,
wanneer het gaat vriezen, het metselwerk
breekt, tengevolge van het uitzetten van het
cement, dat niet, zooals tegenwoordig, tegen
de vorst bestand is.
Wederopbouw ontmoet flnancieele bezwaren.
Het zal niet gemakkelük zün een Instantie te
vinden, die de gelden hiervoor beschikbaar
stelt. De overheid kan zich de luxe van histo
rische kasteelen opbouwen, in dezen tjjd wer
kelük niet permitteeren.
Maar men heeft de illusie, een gedeelte te
dóen herrüzen, om het als museum te bestem
men voor de voorwerpen, welke bü de opgravin
gen voor den dag gekomen zün.
ambtenaren beleven in de armoedige omgeving
van hun overal eendere kantoortjes, met de
eeuwige Calandrier des Postes et Télégraphes.
de grauwe muren en de eindelooze serie „or-
phelins" oftewel uitgesabberde sigaretten
eindjes op de aschbakken. bü elke, oogen-
schünlük dorre, administratieve handeling
groot avontuur.
Iedere argelooze reiziger, die de grens over
schrijdt om zich te vermeien in de vele goed
heden van la douce France, wordt hem een
belager van de duizend en een rechten, waar
aan Vrouwe Marianne, in haar follanten-dikke
wetboek vrachtwagens of haarspelden pleegt te
onderwerpen.
Als een ontdekkingsreiziger snuffelt hü In
ons keukengerei, en met de onverblddelüke
strengheid van een rechter van instructie
neemt hü ons allen een verhoor af.
Papieren worden gevuld met data en cüfers;
va de reservefletsen op de wagens moeten ge
wicht, merkwaarde en nummer worden opge
geven. Wat ons allemaal als onnoodige bal
last voorkomt, is voor den kleinen plichtsge
trouwen ambtenaar wet, heilige wet. waarvan
hü de toegewüde wachter is, tot aan zün pen
sioen en zün ruban.
Minuten rügen zich aaneen tot uren, on
danks de vriendelüke bemiddeling van een
vertegenwoordiger van ons consulaat te Parüs.
i