Martelaren der Sovjet-Unie
1
nrïl
F
1mW van den dag
I
H
POKOH
SLUITEND
DE KLEINE ANNIE EN HET SPOOKHUIS
Krokodillen-tranen
UITWISSELING TEGEN
COMMUNISTEN
F»
T
DINSDAG 31 OCTOBER
Onbeschrijfbaar lijden
Mgr. d’Herbigny
Het taxi-vraag»tuk
FINANCIEEL NIEUWS
Het taxi-vraagttuk
DOOR ANNA K. GREEN
HET GEVAL
LEAVENWORTH
VISSCHERIJ-RESULTATEN
IN SEPTEMBER
AUTOBUSDIENSTONDER-
NEMERS VERGADEREN
.(nou en of
vzegoen, oathu
I EEN SCHEDEL
'BRFUK HEEFT. OF
KUNSTMEST! ®L.J
UP BerxJien.RjLonfdLr. Maarden
Noord Holland sch Landbouw-
crediet N. V. gevestigd te Alkmaar
Het zegenryke werk der Pautelyke
Commideie voor Rutland
FhetsPutme
OAT D/E KERELS
Zes-en-
negentig!”
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
ZEVENDE HOOFDSTUK
xfiiaiiiiiiiiifiiiiii
S
s
ze
De militaire pensioenfondsen
i
Een onverwachte getuigenverklaring
(Wordt vervolgd)
weinig op het zorgeiooze
f
het perron te ijsberen.
I
I
fl
DOKTER ZEGT DA T
et stoom trammetje stond in den grijzen
morgenschemer te wachten op de eerste
passagiers. Het kleine station was leeg en
kil, de stationschef liep met zijn kraag hoog-
opgeslagen en de handen diep in de zakken over
de oplosbare I
voor KAMERPLANTEN
verkrijgbaar in flesschen van 40 ct.,
-- bloem-
- met gratis aanwijzing
der -a.
De secretaris, de heer N Kraak Steeman hield
voorts een causerie over het taxi vraagstuk. Spr.
noemde de opkomst der kleine taxi's een crisis
verschijnsel. Door de tijdsomstandigheden ge
dwongen zien de verkoopers. vooral van Ameri-
kaansche wagens, zich genoodzaakt, op alle mo
gelijke manieren aan hun contractueele ver
plichtingen te voldoen. Voorts is van invloed
de groote werkloosheid in alle bedrijven. Vol
gens spr. komen hier en daar kwade practijken
voor, immers tegen betaling van de waarborg*,
som worden crisisslachtoffers bewogen als chauf
feur dienst te nemen in nieuwe bedrijven, waar
bij somtijds de chauffeurs, gedreven door den
prijzenswaardigen lust zich weer een bestaan te
vormen slachtoffers worden van sluwe zaken-
menschen.
Alle personenvervoer, zoo vervolgde spr., wordt
door de snorrende taxi’s getroffen. Deze taxi's
die geen nieuwe vervoersgebieden ontsluiten en
profiteeren van de stipte dienstuitvoering van
andere vervoermiddelen, zijn in wezen een auto
busdienst zonder vergunning.
Hierbij rijn de snorders natuurlijk wel te on
derscheiden van de stationneerende motorrij
tuigen en die, welke op bestelling voorkomen.
Spr meent, dat het snorderseuvel reeds vol
doende te bestrijden is aan de hand der thans
geldende wet op de openbare vervoermiddelen.
Ten onrechte n.l. is vaak gedacht, dat bet
plaatsruimte bieden aan meer dan acht per
sonen criterium van deze wet is. Van groot be
lang voor deze bestrijding, zoo besloot spr.. zal
kunnen zijn de wijziging van artikel 15 sub 1
der wet. waardoor het begrip .geregeld” ruimer
wordt opgevat.
SCH/EN zAl OPKNAP.
^EN, OFSCHOON I
ó77ó AANT0È2F utrrvo/fiMy
>1.75 en 3.bjj.de bloem- en H
zaadwlnkels. met gratis aanwijzing
verzorging van verschlll. planten
De elfde jaarvergadering van den Nederland-
schen Bond van Autobusdienstondernemers is
Maandag in het Carltonhotel te Amsterdam ge
houden onder voorzitterschap van den heer G.
P. H. Wortman.
In de op 30 October 1933 gehouden vergade
ring van commissarissen is besloten op de 6 pet.
cumulatief preferente aandeelen een interim
dividend ad 3 pet of 30.uit te keeren,
betaalbaar van 1 November a.s. af op divi
dendbewijs no. 31.
1) Z. H. E. Bisschop d’Herbigny is. naar vrij
vernemen, verleden week in Brussel geopereerd
en de doktoren hebben hem absolute rust ge
durende langen tijd aanbevolen. Z. H. E. zal
eerst in het begin van December naar Rome
terug kunnen keeren om dan weder het voor
zitterschap der Pauselijke Commissie pro Rus
sia op zich te nemen.
Het was heelemaal mijn gewoonte niet om
zoo abnormaal vroeg te reizen, maar dien keer
was het absoluut noodzakelijk dat ik me door
het trammetje een uur door het land zou laten
rijden en wel juist in alle vroegte Zóó vroeg,
dat ik meende de heele tram wel voor mezelf te
zullen hebben. Maar wat dat betreft had ik mis
gerekend. In den langen kalen tramwagen
waarin ik het me naar omstandigheden zoo ge
makkelijk mogelijk had gemaakt, traden even
voor het vertrek drie mannen binnen.
Tot de overheid richtte spr. het verzoek: ..be
last onze bedrijven niet zwaarder!” De Bond
vraagt het recht in belangrijke vervoersvraag
stukken te worden gehoord.
Nog steeds bestaat geen overleg tusschen
spoor- en tramwegen eenerzijds en de autobus-
dlenstondememingen anderzijds. Juist ons land
leent zich bij uitstek voor het autobus- en
vrachtautoverkeer. De oogen der tramwegdirec-
ties gaan thans blijkbaar voor dezen ontwikke
lingsgang open, gezien het feit, dat verschei
dene tramlijnen worden opgeheven en door
autobusdiensten worden vervangen.
^GOEIE GENA ZL
DE lENH'J /SZE-
KER NOG BUITEN V Yff.
KENNISDENK7DE I
DOKTERN/ET.OAT X p/..
^/^^^KEN
STILIST \>kAN
ZEGG
enkele uitzondering, over het
gunstig. De botv
leverde alleen bi
vangsten op. De botsleepnetvisscherij verliep
beter dan In de vorige maand. Met de kuilnet-
ten en de botkor werd weinig bot gevangen.
Garnalen waren niet meer te vangen.
DE DOKTER ZEG T
'HET VEEL, MAAR
HU DOETZ'NBEST
WAHNEER MIJ URE EU
FLINT WEERUU
KENNIS KOMT, DAN
KAN HU MISSCHIEN
ZEGGEN W/E DE BANK
ROOVERS WAREN.
CIK KOM ZOTST VAN^^-s
DE REIJ TERUG EN VmEVROUW FL/NT\
- WARM
4 KAN NU NIEMAND
ONTVANGEN. MUN
HEER MACK !K ZAL
HAAR ZE OGEN, DAT
UHIER BENT GE~
WEEFT.
HOORDE HET VREE
SEL’JKE N7EUWJ
>S MEVROUW FLINT f
THU/S'J!KMOEr I
MN DEELNEMING^
BETUIGEN. j
R'J DEED ALS OF H'J BEDROEFD
WAS, MAAR HU DEED OOK HEEL
VREEMD, VOORAL TOEN !K ZE/,
WAT MUNHEER FLINTM/SSCH/ER
ZOU ZEGGEN AL S HU WEER SPAL
KEN KON. !K GELOOF ER NIETS
VAN, OAT HIJ BEDROEFD
nu al Jaren lang eiken morgen en avond een
uur in dit trammetje moeten zitten. We werken
op hetzelfde kantoor, in hetzelfde lokaal. kunt
dus wel begrijpen dat er zoo langzamerhand niet
VERSCHRIKKELIJK,
WAS !K INDE STAD
GEWEEST,DAN ZOU
ZOUDEN WAGEN IpÉN OFSCHOON Hul
!SMUNHEERFLINT^0^0/OA/yofRE 7
BUITENZORG. 30 Oct. Aneta) Het aan den
tweeden beheerder der militaire pensioenfond
sen verleende binnenlandsche verlof is met een
maand Verlengd in afwachting van zijn ontslag,
dat in ieder geval plaats heeft. Op wejke wijze
dit ontslag zal worden verleend maakt thans een
punt van onderzoek uit.
getal en we herinneren ons het verhaal. Een
voudig. vindt u niet?”
Ik bromde wat terug; de geschiedenis leek
me vrij fantastisch. Maar het moest wel zoo
ging opzoeken^j zijn als de man met de groote voeten beweerde.
Ik wist er geen andere oplossing voor te vin
den. Overigens was ik er aardig door uit mijn
humeur geraakt en ik was blij dat de tram het
stationnetje naderde, waar mijn -tnatineuze reis
een einde zou nemen.
Bij het uitstappen zocht ik in mijn zakken en
haalde er een paar bankbiljetten uit. die Ut ta
melijk nonchalant in mijn hand hield.
..Wees voorzichtig, meneer.” waarschuwde de
rossige man. die vlak achter mij den tram
wagen verliet, maar voordat hij den zin geheel
had uitgesproken was het ongeluk reeds ge
schied. Een tochtstroom rukte het biljet uit mijn
hand en deed het over den vochtlgen grond
langs de trambaan voortrollen.
..Daar hebt-u het al!" merkte de grootvoetige
man op. maar ik haalde slechts de schouders
op.
..Laat maar liggen. 1 Is een biljet van ƒ25.
Eer ik het tertrgvind is het vergaan door het
vocht.” En ik verliet het perronnetje, verbaasd
nagestaard door de drie mannen.
Even later keek ik om. Ik ontwaardde drie
hollende gestalten die achter het bankbiljet
aanliepen, dat overigens slechts aan één zijde
een bankbiljet was. De achterkant werd Inge
nomen door reclame.
..Goed zoo!" bromde ik grimmig. „Nu hebben
toch een nummer 96!"
Ten slotte kreeg ik op een goeden dag een
brief van hem. Daar hjj 'vergeten had, het af
gesproken teeken er op te zetten, maakte ik
hem open en ik las, dat hij in zijn wanhoop
over de vergeefsche pogingen die hij had aan
gewend om een onderhoud met haar te hebben,
alles wilde trotseeren. zelfs haar misnoegen, en
dat hjj zich tot mijnheer Leavenworth wilde
wenden, om eer. eind te maken aan dien onze-
keren toestand, die hem ondermijnde.
„Ik wil Je nu eindelijk hebben," zoo schreef
hjj. ,jnet of“zonder bruidsschat. Als je niet vrij
willig naar mij toekomt zal ik je komen halen
en je in mijn armen wegvoeren.”
Daar ik Mary kende, verbaasde t mij heele
maal niet, dat ik eenige dagen later het vol
gende antwoord moest doorzenden
„Als mijnheer Le Roy Rot bins gelukkig met
mjj wil worden, laat hjj dan goed nadenken,
voor hij het plan, waarvan hjj sprak, volbrengt.
Niet alleen zou hij het geluk vernietigen van
haar, die hij. naar hij zegt bemint, maar hij
loopt ook gevaar dat hjj het gevoel vernietigt
dat alleen den band die hem bindt, duurzaam
kan maken.”
Er stond geen datum of onderteekening op.
Ik weet niet of. en hoe deze brief de gebeurte
nissen beïnvloedde. Ik weet alleen dit: twee
weken later vond men mijnheer Leavenworth
vermoord in zijn studeerkamer en denzelfden
avond kwam Hannah, die de omgeving van de
misdaad ontvlucht was. mfj vragen om haar, m
naam van mijn vriendschap voor Mary, onder
dak te verleenen en haar te verbergen.'
Begroetingen, in dezen tijd.
Zijn net als oude deuren.
Ze piepen zoo onaangenam
En gaan zoo moeilijk dicht.
- Natuurlijk zingt het stadsbestuur
Een liedje uit den treure
En al de leden trekken een
Begrafenisgezicht I
Dan praat men van bezuiniging,
Verhooging van de lasten,
schrapjes en met schepjes-op
Katholieken In het Russische Keizerrijk
leefden. In 1931 was hun getal reeds tot
°P l'/z—2 millioen geslonken. In 1917 be
er in Rusland 614 R.-Katholieke
183.
geen
Met
Komt men tenslotte uit.
De slotenmaker moet het slot
Van allen kant betasten
En druppelt olie, tot de deur.
Ofschoon met moeite, sluit!
Maar is zij dan gerepareerd.
Dan moet men ook betalen!
Want dat een uitgaaf geld vereischt
Is helder als de dag.
Natuurlijk wendt men zisji tot hen,
Waar nog wat valt te halen,
En zóó betaalt de burgerij
Tenslotte het gelag!
MARTIN BERDEN
(Nadruk verboden
öiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiHiiiiiiiiiiiiiiHiHiiiiiiiiiiiii.H
stonden
kerken,, heden ten dage zelfs „nog”
terwijl van 581 R. K. kapellen thans
enkele nseer bestaat!
Z. H. E. Bisschop d’Herbigny 1), de voor
zitter der Pauselijke Commissie voor Rus
land, verklaarde openlijk in het grootste
Duitschw R. K. dagblad „Germania”, dat 12
Bisschoppen, ontelbare priesters en nonnen,
zoo ook honderden Katholieke leeken alleen
in de concentratiekampen op de Solofki-
eilanden geïnterneerd zijn. Dat 3.214 hier
alleen in één jaar omkwamen en dat kle
dingstukken die men den gevangenen toe
zond nimmer aan hen verstrekt werden,
terwijl zeer vele priesters zelfs alleen van
honger en koude omkwamen. In deze ge
vangenissen .zaten” meer dan 70 ongeluk-
kigen te zamen in één kleine kamer met
slechts één venster waardoor de lucht ver-
verscht kon worden. Buiten onze priesters
bevonden zich hier natuurlijk in de gevan
genissen ook nog misdadigers van de erg
ste soort en Mgr. d’Herbigny zegt verder;
„dat deze barbaarsche immoreele menschen
er zich een speciaal genoegen van maakten
dat nonnen In deze mannen-barakken
dagelijksch werk moesten verrichten onder
een vloed van de laagste en gemeenste
voorspiegelingen en in een taal die niemand
onzer in staat is weer te geven, geeft ons
slechts een zeer klein begrip van het onbe
schrijfbare lijden dat degenen in Sovjet-
Rusland te verduren hebben die tot onze H.
Kerk behooren.”
Moge de ruil van het leven van 26 marxis
tische misdadigers dat tegen deze 14 R. K.
priesters en 4 R. K. leeken werd ingeruild,
toch nog in vergelijking met al hun onzeg
gelijk lijden in Sovjet-Rusland ondervonden
een voordeelige blijken te zijn en hopen wij
maar dat de Pauselijke Commissie welker
streven er steeds op gericht is ook de zoovele
anderen onzer Priesters, die helaas voort
gaan in de Sovjet-gevangenissen te zuch
ten, nog eenmaal te bevrijden, tenslotte ook
nog ten volle zal slagen.
veel meer te praten viel. We kwamen in her
halingen terecht. Om het kort te zeggen: we
waren uitgepraat. En toch moesten we den tijd
dooden. vooral de uren in de tram. Nu konden
we doorgaan met steeds dezelfde geschiedenissen
te vertellen daar zat trouwens niet veel anders
op maar niets is zoo Irriteerend als dezelfde
woorden, dezelfde zinswendingen enz aan te
hooren. We hebben er nu een prachtige op
lossing voor ge
vonden. Al de
bekende geschie
denissen en
anecdoten hebben
we genummerd
van 1 tot 95. We
nemen enkel een
Zjj groetten, zooals dat onder jiassagiers al
leen vroeg in den morgen de gewoonte is, en
namen plaats met het air van stamgasten.
Nauwelijks waren zij gezeten of het iocomo-
tlefje stiet een rauwen gil uit en de tram zette
zich rammelend en schokkend In beweging. Het
kale perrontje gleed weg. waar juist de sta
tionschef zijn warme kachel 7 *7
Een paar hulzen, enkele boomen en dan werd'
het landschap eentonig en gelijkvormig, bijna
troosteloos in den natten damp, die boven
de aarde hing. Van dit uitzicht zou ik een uur
mogen genieten!
Om den tijd te dooden begon ik mijn mede
reizigers eerst eens op te nemen. Ik vind het
een gezellige sport om van menschen die je
absoluut niet kent uit te kienen wat het voor
soort is. wat hun beroep is. hun leeftijd én alle
mogelijke andere dingen.
Met mijn drie medepassagiers was ik echter
spoedig klaar. Zjj hadden alle drie het ulterlijk
van eenzame ambtenaren; ze droegen acteUg|-
schen. waarin ongetwijfeld hun twaalfuurtje was
geborgen.
Een tijdlang bleven de drie mannen zwijgend
voor zich uit staren. Alleen het geratel van de
wielen over de rails en het stooten der koppe
lingen was hoorbaar.
Toen, zonder eenige aanleiding, deed de man
die het dichtst bij mij zat. hij had rossig haar
en een wipneus zijn mond open en sprak:
„Twee-en-ze ven tig.
Om de waarheid te zeggen schrok ik er van.
De twee andere mannen echter fronsten hun
wenkbrauwen alsof zij nadachten en barstten
toen in een luid gelach uit! Het kwam zoo plot
seling dat mijn haren ervan ten berge rezen.
Overigens wist ik niet waarom het getal 72
zoo belachelijk was. Met geen mogelijkheid kon
ik er achter komen wat het te beteekenen had.
Ik zag de drie mannen nog eens goed aan.
Nee. gek waren ze niet. De pret straalde nog
van hun gezichten.
.Maar beters is veertien." zei de tweede man
die zich kenmerkte door een paar onaangenaam
groote voeten.
„Veertien? Veertien?” De rimpels verschenen
weer op^hjjn voorhoofd.
.^Ah! Veertien! Die is onbetaalbaar!” En weer
daverde een smakelijk lachen door den tram
wagen.
Ik begon me uiterst onbehaaglijk te voelen.
Wat hadden die menschen toch? En waarom
was veertien onbetaalbaar? Het geval begon me
te irriteeren.
De derde man slikte zijn lachbuien weg en
zei toen:
.Maar wat zeggen jullie van.... eh.... vijf-
en-negentig?"
Voordat ze goed en wel konden nadenken
gooide ik er opeens, bruusk, tusschen door:
'„Voor mijn part zes-en-negentig!"
„Zes-en-negentlg?!" Het gezicht van de drie
mannen was een groot vraagteeken. Ze keken
elkaar vragend aan.
„Zes-en-negentlg bestaat niet, meneer," lichtte
de man met het rossige haar me in. „Vüf-en-
negentig is de laatste'”.
.iaat ik het u even uitleggen, meneer," viel
de man met de groote voeten in. „Het zal u wel
vreemd voorkomen, maar elk getal beteekent
een geschiedenis. En we hebben er vijf-en-ne-
gentig in het geheel. De heele zaak is dat we
plan zou kunnen koesteren. Maar ik merkte al
dadelijk dat het mis ging, toen mijnheer Clave-
ring mij eenige dagen later een brief schreef
met het dringend verzoek om hem nieuws te
verschaffen over zijn vrouw, daar zijzelf, niet
tegenstaande haar belofte, niets van zich het
hooren. terwijl zij. zooals ik ook uit New-York
vernam, vaak uitging en dan omringd was door
een schare vurige aanbidders.
Ik waarschuwde haar, niet zoo met Clavering
te spelen en hield haar voor, welk risico zij liep
als zij zoo doorging. Het antwoord dat ik ont
ving. verbaasde mü ten zeerste:
„Op het oogenbllk heb ik mijnheer Le Roy
Rcbbins uit mijn gedachten gebannen en ik ver
zoek je, hetzelfde te doen. Ik heb hem alleen
beloofd, dat ik hem zou waarschuwen als hij te
rug kan komen. Maar zoo ver zijn wij nog niet.
Zorg er voor dat hij moed houdt; als de tijd
daar is. zei hij zijn geluk geheel en al kunnen
genieten.”
Mijn eenig doel was. om 't Mary naar den zin
te maken en ik schreef mijnheer Clavering,
dat hij geduld moest hebben en dat ik hem, als
er nieuws Was, dit direct zou laten weten.
Toen vernam ik den plotselingen dood van
Stebbins, den predikant die hen had getrouwd.
Eenige weken later las ik, tot mijn groote ver
bazing. in een New-Yorsch blad, onder de lijst
der pas aangekomen vreemdelingen, dat mijn
heer Clavering in het Hoffman Hotel logeerde.
Mijn brief had niet de uitwerking gehad, die ik
er van verwachtte.
.Dat zal mijn oom niet toestaan zoolang hij
leeft. Ik ben er nu zeker van. Alleen zijn dood
zal het mogelijk maken dat mijn man terug
komt.'
Zjj las de verbazing, die deze verklaring bij
BUj wekte, blijkbaar op mijn gezicht, want zij
bloosde en mompelde:
.Je ziet dus. dat dat niet zoo gauw zal ge
beuren. Maar als hij van mi) houdt, zal hij wel
wachten."
,Je oom is nog jong en hij heeft een gezond
gestel. Je zult wel lang moeten Wachten, arme
Mary.”
„Wie weet. Mijn oom is niet zoo sterk als hij
er uitziet en.
Mary hield op. blijkbaar verschrikt door de
wending die het gesprek genomen had. Haar
uiterlijk gaf mij toen veel te denken en onder
deze omstandigheden is dat er niet beter op ge
worden. Niet dat ik kon voorzien, wat er kort
geleden is voorgevallen; ik was te veel onder
invloed van de bekoring die zij op mij uitoefen
de om te denken, dat zij zoo'n afschuwelijk
wil de oorzaak geweest van het misdrijf, maar
zij zelf heeft er niets mee te maken. Zij heeft
die revolver niet gehanteerd, daar kunt u zeker
van zijn! Alleen de man die haar liefhad en er
onder leed, dat hjj niet bjj haar kon zijn, en die
alleen dit middel kon bedenken om haar terug te
krijgen, heeft in zijn verbittering misschien den
droevlgen moed er toe gevonden.
„U denkt dus....?"
„Dat mijnheer Clavering de schuldige is? Ja.
mijnheer. Eh als men dan bedenkt, dat hij
Mary's echtgenoot is.' wordt het dan niet nog
verschrikkelijker?”
.Dat is het inderdaad.”
Iets in mijn toon of in mijn ulterlijk scheen
haar te verschrikken, want zjj keek mij wan
trouwend aan en zei:
„Ik heb toch niets onvoorzichtigs gezegd?"
.Neen.” antwoordde ik. „U hebt niets gedaan
of gezegd, dat men u zou kunnen verwijten. Ik
zou u nog één vraag willen stellen. Hebt u af
gezien van uw begrijpelijken afkeer om een
jonge, mooie vrouw te verdenken van een af-
schuwelijke misdaad, een andere reden om mijn
heer Clavering. over wien u overigens vol eer
bied hebt gesproken, schuldig te achten?"
.Neen." stamelde zij, „eigenlijk niet."
Dit antwoord voldeed mjj niet en ik gevoelde
ongeveer dezelfde beklemming als toen ik hoor
de dat de sleutel van de studeerkamer bij Eleo-
nore*was gevonden. Ik ging voort:
Mevrouw Belden zweeg en er heerschte een
korte stilte in het vertrek. Ik verbrak ze om te
vragen, hoe Hannah het huis had kunnen bin
nenkomen. zonder door de buren gezien te wor
den. Zij vertelde mij:
„Dat was vrij eenvoudig. Ik was vroeg naar
bed gegaan en sliep rustig, toen er om omstreeks
één uur in den nacht de laatste trein komt
namelijk om 12 uur 50 aan zachtjes op mijn
raam werd geklopt. Ik dacht dat ik bij een zieke
geroepen werd en vroeg: „Wie is daar?” Een
zachte stem antwoordde: ..Hannah, de kamenier
van juffrouw Leavenworth. Doe de keukendeur
open als het u belieft." Een vage vrees ontwaak
te in mij Ik deed open. Hannah zag heel bleek;
zij had geen bagage bij zich en zag er verschrikt
uit. Zij sprak als iemand die een van buiten ge
leerd lesje opzegt.
.Juffrouw Leavenworth heeft mij gezonden.
Ik moet bij u blijven. Ik mag niet bulten komen
en niemand mag weten, dat ik hier ben."
„Maar waarom?” vroeg ik. „Wat is er ge
beurd?”
„Ik mag niets zeggen.” mompelde zij. ,jk moet
hier blijven en mjj rustig houden."
.Maar juffrouw Mary heeft je toch zeker niet
verboden om iets tegen mij te zeggen?"
.Jawel, ik mag niemand iets zeggen en ik zal
mijn mond houden."
Hannah leek zoo
De Afdeeüng Visscherijen van het Departe
ment van Economische Zaken deelt om. het
volgende mede omtrent de kustvisscherij en de
visscherjj in het Ijsselmeer, waarbij de tus
schen haakjes geplaatste cijfers betrekking heb
ben op de maand September 1932.
De weersgesteldheid was voor de uitoefening
der kustvisscherij over het algemeen gunstig.
Voor de fuikenvisscherU op trekpallng was het
weder echter te mooi.
In de Lauwerzee en den Dollart. de Wadden
zee en het niet-afgesloten gedeelte van de
Zuiderzee en de Zuidhollandsche stroomen en
zeegaten werd de vlsscberij drukker uitge
oefend dan in September 1932.
De geldelijke uitkomsten der vlsscherij in het
Ijsselmeer waren beter. In de Lauwerzee en
den Dollart. de Waddenzee en het nlet-afge-
sloten gedeelte van de Zuiderzee en de Zuid
hollandsche stroomen en zeegaten daarentegen
slechter dan in September van het vorige jaar.
De hoeveelheid en opbrengst der aangevoer
de visch bedroeg nJ. volgens voorloopige op
gave respectievelijk in de Lauwerzee en den
Dollart 1.032.468 961 4481 KG. en ƒ14.905
15.166). in de Waddenzee en het nlet-afge-
sloten gedeelte van de Zuiderzee 2.717.240
<3.311 299> KG en ƒ41.872 (ƒ42.372), in het
Ijsselmeer 488592 456.468) K.G. en 196.707
186.606 in de Zuidhollandsche stroomen en
zeegaten 310 074 (159.746) K.G. en ƒ25.761
(ƒ27.405). Uit Zeeland werden verzonden
1.461.400 (1.911.900) oesters ter waarde van
71550 92.650) en 6.924.500 (6.262.000) K.G.
mosselen ter waarde van ƒ98 880 (ƒ109.280).
In het Ijsselmeer bleven de aalvangsten van
kwak- en dwarskuil en aalkor de geheele maand
nog zeer goed. De aallijnenvlsscherij breidde
zich allengs uit en leverde in het laatst der
maand een zeer bevredigend resultaat op De
aalvisscherij met fuiken verliep, behoudens een
algemeen niet
icherfj met staande netten
het Enkhuizer zand flinke
meisje van vroeger, dat ik mijn oogen niet van
haar kon afhouden.
„U zult mjj toch wel hier laten, nietwaar."
smeekte zij, „u zult mjj toch niet wegzenden?”
„Neen," beloofde ik haar.
,JEn u zult niemand iets zeggen?”
„Ik zal niemand iets zeggen."
Zij bedankte mij en volgde mij naar de tweede
verdieping. Ik bracht haar naar de kamer, waar
u haar ontdekt hebt en sedert dien is zij daar
niet meer af geweest."
„Is dat alles?" vroeg ik haar. „Heeft Hannah
geen reden opgegeven voor haar vlucht?"
„Neen, mijnheer. Toen ik haar den volgenden
dag de krant toonde en naar vroeg of haar
vlucht iets met den moord op mijnheer Leaven
worth te maken had antwoordde zij niets.
Iemand of iets had haar lippen gesloten. i
„Vuur noch marteling kunnen mij aan het
spreken krijgen,” was alles wat zjj op mijn vra
gen antwoordde.
„Uw verdenking berust dus alleen op de moei
lijkheden. die er Vbor Mary voortkwamen uit
haar geheim huwelijk en die pas zouden wegge
nomen worden bij den dood van haar oom en
verder op de bewering van Hannah, dat zij
New-York verlaten heeft op aandringen van
haar meesteres?”
,Ja. mijnheer."
„U hebt in het begin van ons onderhoud ge
zegd. dat u niet geloofde, dat Mary rechtstreeks
in verband stond met den moord op haar oom.
Durft u die bewering volhouden?"
«Ja, ja zeker! Misschien is Mary tegen haar
e eenige mogelijkheid onze R. K.
II priesters, die door de Sovjet-regeering
vervolgd, verbannen en gemarteld
worden, uit de klauwen van dezen commu-
nistischen heilstaat te verlossen, bestaat in
het tegen hen uitwisselen van in het bui
tenland veroordeelde communisten, vooral
die der randstaten (Polen, Lithauén, Fin
land, Estland), doch de losprijs schijnt
helaas hoe langer hoe hooger te worden en
slechts zeer weinigen onzer onderdrukte
■j priesters kan het Vaticaan op deze wijze
verlossen.
De laatste maal dat zulk eene uitwisse
ling van veroordeelde communisten tegen
R. K. priesters plaatsgreep, was-in Septem
ber 1932, toen 18 R. K. priesters, o.w. Z. H.
E. Bisschop Sloskan (die in 1927 reeds was ge-
arrestee rd en naar Siberië verbannen werd)
aldus de vrijheid herkregen. Thans leidt
Mgr. Sloskan in het Russische College in
Rome deze week de retraite van alle Rus
sische R. K. priesters, die over de geheele
aarde te midden der Russische emigranten
hun apostolisch werk voqxtzetten en Z. H
E. zal allen aan Zijne Heiligheid den Paus
voorstellen voor zij Rome weer verlaten.
In Indra, het kleine stadje op de grens
van Lijfland en de Sovjet-Unie, vond deze
week wéér zulk eene indrukwekkende uit
wisseling van R. K. priesters tegen Marxis
tische misdadigers plaats, doch hoe de beide
voorbereidende Commissies ook indertijd
hadden „gemarchandeerd”, tegen 26 com
munisten, welke in Lithauén wegens hunne
bolsjewistische misdrijven tot gevangenis
straf waren veroordeeld, konden slechts 14
Roomsch-Katholieke priesters en vier
R. K. leeken worden „ingeruild”. De mees
ten dezer ongelukkigen waren sinds jaren
in de Sovjet-gevangenissen gegooid en of
schoon de „Times” meldt, dat onder hen
zich ook een R. K. Bisschop, bij name Matu-
lanetts, bevond, blijkt dit Mgr. Matulanis
de R. K. parochie-priester van Kocieszew
te moeten zijn. Toen de R. K. Bisschop van
Riga, Mgr. Rancans. geholpen door de
plaatselijke R. K. geestelijkheid van Kovno.
deze 18 uitgemergelde en geestelijk zoowel
als lichamelijk gemartelde dienaren onzer
H. Kerk uit de handen der O. G. P. Oe-tse-
kisten op het kleine spoorwegstation van
Indra tegen de 26 veroordeelde en uitgewisX
aelde Lithausche communisten ontving. 5
speelden zich weer zulke hartverscheurende
tafereelen af, die slechts door hen, die zelve
het leven in de Sovjet-gevangenissen heb
ben medegeleefd, ten volle beseft kunnen
worden. En toen daarna de trein met de
bevrijde priesters naar Kaunas (LithauénI
zich in beweging zette, vonden zij op ieder
klein station, aan dezen spoorweg gelegen,
eene groote menigte, die hen luide toe juich
te en met jubelend wuiven gelukwenschte 1
Doch onze bevrijde R. K. priesters zelven
waren toch desniettemin vol van weemoed.
Immers zijn zij vóór alles de levende getui
gen van honderden priesters en mannen, die,
tegen elke hoop in, toch maar steeds voort
gaan te hopen, dat ook zij nog eenmaal
tijdens hun leven bevrijd mogen worden van
de wreede vervolging waaraan zij thans
voor immer in Sovjet-Rusland zijn bloot
gesteld.
Toen de trein in Kaunas aankwam, wer
den de bevrijde priesters natuurlijk onmid
dellijk door journalisten ondervraagd en wij
ontleenen aan den correspondent der „Ti
mes”, die ook daar ter plaatse aanwezig
was, de volgende bijzonderheden.
.jEx bevinden zich alleen in het concen
tratiekamp van Solofki minstens nog 60
R. K. priesters, terwijl in de ^ndere gevan
genissen en concentratiekampen over ge
heel Sovjet-Rusland overal óók groote ge
tallen gevangen gehouden R. K. priesters
voorkomen."
Volgens officieele Vaticaan-gegevens des
tijds op het einde van 1931 gepubliceerd,
bevonden zich toen reeds drie R. K. Bis
schoppen en 200 K. K. priesters in de
bolsjewistische gevangenissen.
Doch dit cijfer is sindsdien altijd maar
grooter geworden, wat^om. blijkt uit het
feit, dat alleen in Februari van dit jaar 11
R. K. priesters plotseling in het district
Mobile/(het vroegere Bisdom van Mgr.
SloskSH. Red.) werden opgepakt en verban
nen om ..eerlijk te leeren werken in een
woudvellerskamp bij Woronesj". Onder deze
elf nieuwe R. K. martelaren bevond zich
ook een 81 jaren oude pater, aan wien ten'
laste werd gelegd, „dat hij de H. Mis gele
zen had, wat in tegenstrijd was met de
Sovjet-wetten”.
Wij herinneren hier tevens nog eens aan
den brief, welken Sir Bernard Pares, Profes
sor der Russische taal, geschiedenis en litera
tuur aan de Universiteit van Londen, in
Februari van dit jaar in de „Times” pu
bliceerde. Hij schreef o.m.:
,De Sovjet-regeering zelve erkent in de
jaren 1918'19 20 Bisschoppen en 1414
priesters ter dood te hebben gebracht doch
in mijn bezit bevinden zich volkomen be
trouwbare informaties, die voor deze getal
len in ieder geval niet minder dan 2.691
parochiepriesters, 1962 monniken en 3447
nonnen en andere kerkdienaren opgeven.
Mgr. Matulanis een der 14 tegen ver
oordeelde communisten uitgewisselde R. K.
priesters verklaarde (volgens een tele
gram van Havas uit Riga van 26 October
1933) in zijn rapport aan den Lithau-
schen R. K. Aarts*-’sschop dat er in de
Sovjet-Unie, volgens zijn weten, nog min
stens 100 R. K. priesters in de concentra
tiekampen zuchten; van dezen zijn er 70
geboren Lithauers. De meesten hunner
leven in het Noorden der Sovjet-Unie in
onbeschrijfelijk zware' omstandigheden en
Monseigneur Matulanis smeekte de R. K.
overheid deze ongelukkige R. K. priesters
op een of andere wijze ter hulpe te snellen.
De Lithauer R. K. Aartsbisschop heeft zicli
naar aanleiding hiervan thans officeel tot
de Lithauer-regeering gewend met het
dringend verzoek, dat zij zich zoo spoedig
mogelijk met de Sovjet-regeering in ver
binding moge stellen om deze R. K. pries
ters ook nog te bevrijden, terwijl Z. H. E.
onderwijl door bemiddeling van het Roode
Kruis aan deze ongelukkigen allerhande
voedingsmiddelen zal trachten te doen toe-
komen.
De officieele Vaticaan-mededeelingen ge
ven verder nog aan dat er In Rusland vóór
1917, het jaar dat de bolsjewieken aan de
macht kwamen, meer dan 13 millioen R.-
OD dIt blad ZHn Ingevolge de vereekeringsvoorwaarden tegen f HfSfSfï bij levenalange geheele ongeschiktheid tot werken door f ’7Cfl bij een ongeval met f ‘JCfl b(j verlies van een hand f 1 OIT o() verlies van een f Ffl bij een breuk van f ATl b(J verlies van 'n
Alle Q 00 Tl TIC S tongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeerlngen «Jt/l/l/.-verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen J f tH/.-doodelyken afloop desJlZv- een voet of een oog f of wijsvinger “been of arm f Tr(/.“ anderen vinger