i
35
55
I
I
f
mAaal aan den da^
THERMOGÈNE
Ervaringen van ^en leeuwehtenyner
KAPITEi
SCi
7DER
VERTELT
Belangstellend toehoorder
DE KLEINE ANNIE EN HET SPOOKHUIS
DE VOGELS iiiimiiiniiniii
H
1
GRATIS PROEF-AANBOD
VAN KRUSCHEN
i
I
I
I
üiiiiininiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiniiiiiiiiiiNiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiin s
VRIJDAG 3 NOVEMBER
VAN
Sint Martijnsfeest
I
7
I
-
DOOR ANNA K. GREEN
Zigeuner-congres in
Roexnenië
Dalend geboortecijfer
in Duitschland
HET GEVAL
LEAVENWORTH
Gevallenen-monument
ingewijd
r
Letterkundige academie
in Polen
I
DE SUCCESVOLLE
BESTRIJDER
HOEST
KOUDE
R H E U-
MATIEK
STEKEN
IN DE ZIJ
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
De valuta van
Mands j oekwo
De Quo VAdis-film„
Zij werd een ander mensch
cn gaf het ook aan haar kleine meld.
i I
Weddenschap van i
i Monsieur Raymond
iJ
4
o
1
i
op
MARTIN BERDEN
(Nadruk verboden)
soort waarschijnlijk eenlg la
"i
een
(Adv)
aj*
4
i
Maar kijk hier eens even
toe.
4
my opk, dat iemand
zij het geheim, dat
geven
Ik aU
testeeren tegen de concurrentie hun aangedaan
door dames, die bloempje» verkoopen voor llef-
dadlgheidsdoeleinden.
Ten slotte verzoeken *0 de regeering, allen me
diums en waarzegsters, welke geen zigeuners
zijn, te verbieden hun beroep uit te, oefenen,
daar de Zigeuners eeuwen lang erkend zijn als
uitsluitend bevoegd in dit bedryf.
VWKZUGSAAS MJ
ASOTH. EN MOO.
>1 ik en toonde haar den
a den brief, „hebt u nooit
tk
tn
Joeng Hoe, de gouverneur van de Bank van
Mandsjoekwo is met negen financiers uit Dai
ren te Kobe aangekomen op weg naar Tokio.
Joeng Hoe heeft verklaard, dat de valuta van
Mandsjoekwo is geünificeerd en gestabiliseerd.
60 pCt. der oude bankbiljetten van 15 verschil
lende soorten tot een bedrag van 140 mlllioen
Yen zijn reeds uit de circulatie onttrokken, ter
wijl de rest waarschijnlijk voor Juni 1934 zal
worden Ingenomen.
m
oi.
'e,
g.
T-
S-
K.
D.
)VAT ZE! HUOAN1
/VAAR OVER ">PRAK
H'J?
id
ïn
90
e-
eT
*K
K
te
•n
in
m
u
te
:e
-K
dt
or
et
h:
ft
ee
at
u-
LX
Bd
e-
Id
•I
EN
Te Hamburg is de bekende roofdler-
dresseur kapitein Schneider door een
zijner Quo Vadis-leeuwen aangevallen
en gewond. Naar aanleiding daarvan
publieeeren wfj e*n artikel van de hand
▼an Schneider, waarin hjj spreekt over
zjjn ervaringen als leeuwen tem mar
Indien U Kruschen nog steeds niet gepro
beerd hebt probeer het dan nu eens op
koeten van de fabrikanten. zy hebben thans
voor een beperkten tijd een aantal speciale
..reuzen” pakken verkrijgbaar gesteld, waardoor
het U gemakkelijk wordt gemaakt de werking
van Kruschen zelf eens te ondervinden.
Vraag dus uw apotheker of drogist naar het
„reuzen" pak A 1.60, voordat deze alle zijn
uitverkocht.
Dit nak bevat namelijk den gewonen flaeon
Kruschen k f 1 00 en nou een a nart en Droef-
flacon, welke voldoende is voor ongeveer een
week Onen eerst den nroefflacon. probeer dezen
en wanneer U daarna niet volkomen overtuled
bent dat Kruschen alles doet wat er van be
weerd wordt. Is de gewone flacon nog ongeschon
den Breng dezen terug. Uw apotheker of drogist
Is gemachtigd U uw heele uitgave k 1.60 on-
middellijk en zonder omwegen terug te betalen
hebt Kruschen geprobeerd zonder dat het U
Iets kostte. Kan het gemakkelUker? Let on dat
op het etiket op de fleech. zoowel ale op de bui
tenverpakking de neem Rowntree Handela-Maat-
schappil Amsterdam voorkomt.
o Irof/yöifó -3//
I HU MOMPEL
hu moet toch
>ET^ GEZEGD I
heq&enkj
X
u zeker," vroeg Ik aan mevrouw Bel
den. „dat Hannah niet hier of daar een stuk
papier van een andere soort
„Ik heb geen andere soort
Bovendien, waarom zou Haü
gegeven hebben om anderjg
er een doos vol van
staat?”
..Kijk eens hier '1
onbeschreven kantXi
HfTTs^Tfleideu?”
in huis, mijnheer.
lah zich de moeite
ipier te zieken, als
soort op haar kamer
/ETS X
&ETER.M/JN-
HEER MACK.
GKTEREN Hf (F)
wwïümiï ^een^^e
--A
losse blaadjes
naar."
Hij gaf mij een blad papier, waarop een zin
enige malen nageschreven was.
„Dit is het laatste werk van Hannah Dat lijkt
heelemaal niet op zekere krabbels die wU ken
nen. nietwaar?"
„Neen.”
.Mevrouw Belden vertelde mjj. dat Hannah
een week geleden al zoo schreef. ZU was er
trofbch op„en prees voortdurend ^aar eigen vor
deringen”
Toen boog hij zich naar mij toe en fluisterde
mij in het oor:
„De brief dien u In uw zak hebt, moet al lang
geleden geschreven zijn, als zij zelf hem ten
minste heeft geschreven."
Hardop vervolgde hij:
..Laten wij nu eens kijken, welk papier zij ge
woonlijk gebruikte."
Hl) maakte de doosen open, haalde overal wat
iMAR/SAnn/F
EN HOE GAAT
HEER FL/rifêfs
pisch zjjn. Aan de wanden der kerk zijn 22 ta
fels aangebracht, bevattende de namen der 1400
gesneuvelden. In het midden der kerk staat een
reusachttge sarcofaag van steenkolen, waarop
een van een hakenkruis voorziene Stahlhelm
rust Deze sarcofaag, die 1300 centenaars zwaar
is, is een waar kunstwerk ervbestaat uit 38 af
zonderlijke stukken, die door een invallderf
mijnwerker en zjjn zoons zijn gehouwen,
w
*V/Z /E
iOM-> WE
KEN DAT JE
NIC 7 W/Tt
WAT HIJ ZE!
(OMUOE
\HE 10 TE ZEGGEN.
WA 5 IK NIETPICJJ7
t HEM.
HU MOMPElDE
WAT, ZOO DAT IK
nieY KOU HOO
REN WAT HU IN
DERDAAD ZE/ HU I
DEED /NELK GEVALj
VEH M0E/IE DM/p
\$PREKL£h'
Op initiatief van den minister van onderwijs
Jedrzejewicz, is in Polen een Letterkundige
Academie opgericht en zullen de eerste vijftien
„Onsterfelijken” binnenkort worden geïnstal
leerd. De minister heeft de oprichting van deze
academie noodlg geoordeeld, teneinde een be
voegd lichaam te kunnen raadplegen in letter
kundige kwesties.
In Berlijn was het aantal gesloten huwelijken
grooter dan het aantal geboren kinderen
In 1930 was het geboortecijfer 2.032 000, in
1931 daalde het tot 1.032.000 en in 1932 tot
976.000.
De jongste statistische gegevens wijzen echter
weder een lichte stijging vah het geboorte
cijfer aan.
,L’„ Xl. -J i.i -==== - -- ---- -- - -
J on dit blad rltn ingevoln d» versekerlngsvoorwaardenJtegen f Qftftft bij levenslang# geheele ongeschiktheid tot werken door f *71?ft by een ongeval met f *JCft —bil verlies van een hand f 1 oy verlies van een f Eft by een breuk van
/lllC dbOllTlC «gevallsn versekard voor een dar volgende ultkeeflhgen f «J verHes van belde armen.belde beenen of belde oogen f f doodaiy ken afloop f sen voet of aan oog A FA duim of wyavlnger J «Jlz. bean of arm
f/A.JA, O/E MACK STELDE VEOL SE^
(LANG IN HETGEEN WAT MIJN— i
\HEERFLINT tPRAKHU DEED PRE
C/E-) ALS OF !K W/iT WAT M'JN-
.HEER PLINT GEZEGD HEEFT. /K
\MOET N/ETS NAND/EN OUDENVOi
hees en. als ik dan ook w/st
lA/AAROVER M/JNHEERFLJNT ge
sproken HE EET. O A N ZOU /K
\(/ET HEM /N GEEN GEVAL ZEG-i
maal anders dan het papier van den bewusten
brief.®
x „Weet
Te Beuthen In Opper-SHezië is een monu
ment ingewijd ter eere van de in den oorlog ge
vallen Beuthenaren, welk monument In zijn
"faet bestaat uit een 400 >ar oude kerk van'
schroothout, zooals die voor Opper-Silczi« ty-
I haar geld beloofd had als
zij kende, bewaarde en dat
zij over een poosje, als het verleden zou zijn ver
geten, heel gelukkig zou worden. Dat alles bij
een genomen; maakt haar dood nog verrassen
der. Ik kan niet gelooven, dat een meisje, dat
zoo VToolljk en gezond is, zoo maar, zonder dat
iemand er iets van weet, sterft. Maar..”
.Xen oogenbltk." zei Gryce, „u sei iets van een
toekomst waar zij zich op verheugde. Wat be-'
doelt u daarmee?”
..Zij trachtte zich op te werken, dingen te
leeren, die zjj niet kende. Zoo leerde zij behoor
lijk lezen en schrijven. Toen zij bier kwam,
schreef zij heel slecht, en alleen in onbeholpen
drukletters."
Oryce kneep bijna een stuk uit mijn arm.
„Toen zij hier kwam, zegt u. Wil dat zeggen,
dat zy vorderingen had gemaakt?”
„O Ja, mijnheer. Ik gaf haar schrijfles
„Hebt u nog proeven van haar kunde? Die
Wou ik wel eens willen zien.”
„Dat weet ik niet: ik ruimde ze gewoonlijk
op. want ik houd er niet van, papieren te zien
rondslingeren. Maar ik zal eens gaan zoeken."
„Ik ga met u mee," zei de detective. „Ik wil
boven ook eens rondkijken."
In weerwil van zijn jicht stond hij op en
klom, zoo goed en zoo kwaad als het ging,
de trap op. Na ongeveer tien minuten, kwamen
zü terug, beladen met doozen.
„Dit Is al hat schrijfpapier dat er In huls is.”
verklaarde Gryce, „vanaf heelt schriften .tot
Het geboortecljfeK^ln Duitschland vertoont
een dalende lUn.
Volgens een te, Keulen gepubliceerd rapport
zijn dit jaar tot dusver in Duitschland minder
kinderen geboren dhn in eenig ander land van*
voor den bloemenverkoop in Boekarest en pro- Europa.
V /KWEET HET
J N/ETPRFC/ES,
I MAAR HET MOET
1/ET5 GEWEEST
f ZON OVER DIEN
BAH KROOP, HUNT
HU WAJ F KG OP
GEWONDEN.
leeuwen altijd de baas zult kunnen blijven.
Eens komt het oogenblik, dat ze zich In 't be-
U storten en U aan
is alles. Zij stopte haar vingers in de
oören en trok zoo’n gezicht, dat ik de kamer
verliet.”
„Wanneer gebeurde dit?”
„Ongeveer drie weken geleden.”
,JIeeft zij er later nooit eens op gezinspeeld?”
„Neen, mijnheer, nooit.”
„Hebt u nooit gemerkt, dat iets haar dwars
zat; angst of wroeging of zooi ets?"
„integendeel, het was net alsof zij heimelijk
ergens trotsch op was."
-x „Heel vreemdvolkomen onverklaarbaar,"
mompelde Gryce. x
„Dat vond Ik ook. In het begin dacht ik dat
zij volkomen gevoelloos was; ik dacht dat zij te
dom was om den ernst der gebeurtenissen te
vatten. Maar toen ik haar beter leerde kennen,
moest ik mijn meening herzien. Haar opgewekt
heid had biykbaar een grond. Zij voorzag blijk
baar een betere toekomst, waar zij zich op ver
heugde. Zoo vroeg zij mij bijvoorbeeld eens. of
zy zou künnen leeren plano spelen. Zjj vertelde
wu'tzijn van hun kracht op
stukken zullen scheuren".
Monsieur Raymond lachte. ,.Er overkomt mij
niets. Ik ken m'n leeuwen en me zelf te goed,
om ook maar één oogenblik Uw bezorgdheid te
deelen.”
,.Ik hóóp, dat U gelijk hebt, maar ik ben
zeker van de vervulling mijner voorspelling."
..En als Ik U 'nu eens het bewys leverde, dat
ik een ab olute heerschappij over m’n dieren
bezit.”
..Dan zeg ik niets meer; maar hoe wilt V dat
bewys leveren?"
..Door een krachttoer die'U me kunt voor
stellen te doen."
De Enge lachman dacht even na. „Goed, dan
zullen we een weddenschap aangaan- U laat
de leeuwen twee maal vier en twintig uur honger
lijden: dan- gaat U in de kooi en goelt hün
een stuk vleesch vqor, dat U hun eerst goed
hebt laten zienen dan neemt U het hun
weer af. Als U wint, betaal ik U 5000 p. ster
ling; als U verliest, krijg ik van Uw circus
directie dezelfde som- Aangenomen?”
„Aangenomen,” zei Raymond en hij sloeg In
de uitgestrekte hand van den Engelschman.
„Vandaag over 4 weken zal Ik in de voorstel
ling die proef nemen.”
Den volgenden morgen begon monsieur
Raympnd z'n voorbereiding tot de gevaarlijke
proef. De ruimte, waarin de leeuwenwagen
stond, werd ^fgeachut, en niemand werd toege
laten. Het gerucht der weddenschap had zich
bliksemsnel verbreid en de prijzen voor de toe
gangskaarten op den critieken avond stegen
tot in t ongeloofelijke. Er werd overal over den
krachttoer van den leeuwentemmer gespnoken
en men haakte naar het uur der voorstelling.
Eindelijk was die avond er. Alle plaatsen in
het circus waren al vroeg bezet: alleen die van
den Engelschman bleef leeg. Die woonde sinds
twee dagen in de remise, waar de leeuwenwagen
In stond, om te kunnen toezien, dat de leeuwen
inderdaad gedurende dat tijdsverloop geen vqed-
sel kregen. -
T aren geleden trok een In Frankrijk heel
I bekend circus, dat van Georges Sanger,
In het Noorden van dit land rond en gaf
daar in bijna alle steden voorstellingen.
De .ster” van den troep was de leeuwen
temmer Isouard Raymond- Met z’n veertien
woudkonlngen gaf hij avond op avond wonde
ren van dressuur te zien. Dicht opeengedrongen
zat daar ademloos het publiek: angstig en hui
verend volgde het het werk van den man in
de leeuweukooi. Maar even onrustig als het
publiek was, even rustig ..werkte” moniieur
Raymond. Vrees scheen hU niet te kennen en
z’n heerschappij over de wilde dieren was even
volkomen als die van een burgerman over z’n
hond-
Tot de geregelde bezoekers van het'circus
behoorde een Engehchman. die steeds met ge
spannen aandacht de toeren van Raymond en
zn geduchte pleegkinderen volgde. Hij nam.
naar Engeische gewoonte, geen notitie van het
publiek. Ulterlljk en innerlijk onbewogen, maak
te hU slechts halfluide opmerkingen, die hij
tot zich zelf scheen te richten. Op een avond
liet hU in zoo’n gesprek de meening hooren.
dat de leeuwentemmer toch vroeg of laat het
dtter van z’n kunst, of zooals hü het uitdrulste,
door z’n troetelkinderen verscheurd zou worden
Deze opmerking was door een der beambten
van het circus, die op oogenblik niets te
doen had. opgevangen en aan monsieur
Raymond overgebracht. Dit was den beroeps
trots van den temme^te na. In de pauze ging
hy naar den Engelschman, die nog steeds kalm
op z'n plaats zat. knoopte een gesprek aan en
wist al heel gauw z'n beroep ter sprake te
brengen. D^ circusbezoeker luisterde rustig naar
z'n mededeelingen en verhalen.
Toen zei hij opeens: „U schijnt zooveel van
Uw beroep te houden, dat het me werkelijk
voor U spoten zou."
„Wat zou U spijten?” vroeg Raymond.
..Als die lieve beestjes U een ongeluk toe
brachten; het is een té gevaarlijk spel, dat U
drijft. Dat loopt op den duur nooit goed af."
„Denkt U dan. dat er een oogenblik komt,
waarop ik de heerschappij over m’n dieren
zal verliezen en ze me zullen aanvallen?”
„Dat denk ik zeker. Cjeloof niet, dat U de
leeuwen altijd de baas zult kunnen blijven.
zoo’n soort papier in huis gehad? Bekijk het
goed; het is van veel belang.”
„Neen, mijnheer, zulk papier heb ik nooit in
huis gehad.”
Gryce-nam mij den brief af en zei zachtjes:
„Wat denkt u er van? Zou er nog veel kans
bestaan, dat Hannah dit fraaie document heeft
opgesteld?"
Ik moest mij wel gewonnen geven, schudde
het hoofd en vroeg'.
„Maar wie heeft het dan geschreven en hoe is
het hier gekomen?"
„Daar gaat het nu juist om!"
HU ondervroeg mevrouw Belden langen tijd
over de manier waarop Hannah haar tijd In huis
had doorgebracht. Alle antwoorden wezen op
hetzelfde; de kamenier kon het geschrift niet
hebben meegebracht en nog minder, het van
een geheimen bode hebben gekregen. Als me
vrouw Belden de waarheid sprak en' er was
geen reden om daaraan te twijfelen was het
uit er. spreidde dat voor mij uit. Het was alle-, geheim niet op te lossen. Ik begon al te wan
hopen, toen Gryce zich nog eens tot mijn gast
vrouw wendde en op den man af vroeg:
„Gisteren hebt.u een brief gekregen van Mary
Leavenworth, nietwaar?”
„Ja. mijnheer."
„Zat er niet nog een brief voor Hannah in de
enveloppe?”
„Neen, mijnheer, maar Hannah kreeg zelf ook
een brief."
„Kreeg Hannah een brief?" riepen wij beiden j
tegelijk. q,
«Wordt vervolgd) T
j
In ons land weten sommige traditie* zich
schuchter te handhaven. Slechts op enkele
plaatsen worden bijvoorbeeld Sint Martijnsfees-
ten nog gevierd en dan minder glorieus en
minder feestelijk dan Vroeger het geval was.
De stad Düsseldorf, die, wat het organlseeren
van feesten betreft, wijd en zijd vermaard is.
schenkt als steeds ook dit jaar weer
veel aandacht aan het St. MartijMfeest. Dat
de Nederlandsche gasten In Rijnlandsche
bloemenstad wederom zeer welkom zijn, moge
blijken uit het feit, dat voor onze landgenoo-
ten. die hun bezoek tevoren by den Verkehrs-'
vereln de stad Düsseldorf aankondigen, spe-
ciffle plaatsen gereserveerd worden,van waar
zjj het voorbijtrekken der kinderstoelen op Vrij
dagavond 10 November as. prachtig kunnen
gadeslaan. De kinderen trekken met bloemen,
zelfgemaakte fakkels en muziekkorpsen van
des middags vijf tot zeven uur door de sche
merlichte stad, hetgeen ongetwijfeld een schoon
gezicht moet opleveren. Y
„Was zij niet eens bedroefd over Juffrouw
Eleonore. die er toch volgens de kranten leelijk
In zat? Maar misschien wist Hannah het niet?”
„Ik had het haar verteld. Ik was zoo verbaasd
over dat bericht, dat ik Hannah het artikel voor
las, terwijl ik haar aandachtig gadesloeg om te
zien hoe zjj er op reageerde."
„En?"
„Het leek alsof zy het niet begreep. Zij vroeg
mij, waanyn Ik haar dat voorlas; zij zei zelfs,
dat zij er nlels meer over hooren wilde.”
„Hm En toen?"
.„Dat
De vogels zijn weer aan den trek,
Hetgeen zij altijd doen
Met vogelen-gezelschapereie,
In 't vogelreisseizoen!
Het weer wordt hier te ruw en koud
En vogelliefde gaat
Naar blauwe' lucht met volop zon
En Zuidelijk klimaat.
Het vogelenprotpectu» is
Aanlokkelijk gesteld.
En zelfs, deskundig, worden er
De streken bV vermeld*
Trek naar den Nljl, gij ooievaar.
Want in Egypte is
De kikker vet; ge vindt er ook
Den smakelijkst en visch’
Wie van een prachtig zitje houdt,
Hem raden wij thpns aan
Naar pyramide-punten in
Noord-Afrika te gaan.
Wie van bizarre kleederdracht
Der vogelwereld houdt,
Vindt typische verscheidenheid
In ‘t Conqoneesche woud!
Maar onder het propectus staat
Een noot, gecursiveerd:
Op onze reisjes wordt de mensch.
Als ongewenscht, geweerd!
En toch, zien wij den vogeltrein,
Veer-pluimend door de lucht,
Dan komt een groot verlangen
En menig onzer.zucht
.Alles heb Ik geprobeerd, ómdat ik zoo
benauwd werd door hoestbuien, dat ik
zelfs mjjn bezigheden niet meer kon ver
richten Ik was kortademig en leed daarbij
aan zware hoofdpijnen. Mijn man raadde
mij aan Abdijsiroop te koopen. Taaie slijm
kwam blf het gebruik los, waardoor de
ademhaling gemakkelijker werd. Ik heb de
behandeling een tijdje voortgezet en kan
verklaren met de Abdijsiroop een geheel
ander mensch te zijn geworden. Ook voor
mijn kleine meid gebruik ik het steeds
met goed resultaat.”1 Zoo schrijft ons
Mevr. J. y. K. te M., wier orlglneele brief
De voorstelling begon, maar voor de pres
taties der andere artisten was weinig aandacht.
Het laatste nummer voor het optreden van
monsieur Raymond was vertoond en men kon
de fpanning van de gezichten aflezen. Het tee
lten werd gegeven en- langzaam werd de leeu-
wenkool het circus binnengereden. Het perso
neel nam de buitfcnschotten af en schroefde de
kool omhoog. De dieren, die anders zoo kalm
in hun kooi heen en weer liepen, sprongen nu
wild rond, alsof ze door de traliehekken heen
wilden breken.
Toen verscheen de temmer in gezelschap van
den Engelschman. Nadat deze zichj overtuigd
had, dat geen onregelmatigheden konden (voor
komen. begaf hli zich naar z'n plaats.
Toen de leeu
wen hun meester
zagen, sprongen
se als razend in
t rondde kooi
rchudde er zoo
ran, dat de loe
fhouwers voor
ongelukken begonnen te vreeaen. Er heerschte
onder het publiek diepe stilte, die nog grieze
liger aandeed door het gebrul van de wilde,
hongerige dierftr.
Maar „monsieur" Raymond stoorde zich aan
dit alles niet. Kalm ging hy naar het midden
van het cireus. boog voor de toeschouwers, die
nu de gewone toejuichingen achterwege lieten
en trad op de kool toe. Toen nam hij een groot
stuk tfleesch dat een der knechts hem toereikte
en liep, het vleesch in de hoogte houdend, twee
maal langzaam om de kooi heen De leeuwen
sprongen mee rond; het water liep hun uit den
muiL Aan het einde van die wandeling klotn
hij naar de kooi, deed de deur open en stond
plotseling tusschen de leeuwen die als waan
zinnig te keer gingen en oorverdoovend brulden.
Het was een ontzettend gezicht. Hoog opge
richt stond Raymond, met het stuk vleesch in
de ééne Jiand. in de andere hand z’n zweep-
Fel, maar daarbij zorg dragend se niet te«-
raken, ^striemde hjj daarmee naar de hongerige
dieren die gulzig naar het voedsel hapten.
Het gelukte hem de 'dieren wat te kalmeeren
en in* een hoek bijeen te dringen. Zich kron
kelend van begeerte, schudden ze daar aan de
tralies. Toen deed Raymond een stap achter
uit en het volgende oogenblik lag het vleesch
op den bodem van de kooi, en brullend stortten
de dieren zich er op Maar reeds was Raymond
tusschen hen in. en met den uitroep: ..Cesar!”
zette hij z’n voet op den gretig begeerden buit;
dan bukte hij snel, greep, en zwaaide het stuk
vleesch, dat hij den leeuwen ontrukt had. boven
z’n hoofd. Weer rees er een ontzettend gebrul
en weer sprongen de dieren als dol in de kooi
rond, maar de temmer bleef kalm, zonder ook
maar met de oogen te knippen, midden in de
kooi staan Toen vloog het vleesch voor de
tweede maal naar d?n grond, en gebruik makend
van het oogenblik. dat de dieren er zich op
wierpen, verliet hjj snel de kool-
Nauwelijks was tAonsieur Raymond in veilig
heid of een daverend gejuich brak los, terwijl
een aantal knechts van alle kanten grooten
stukken vleesch in de kool wierpen, om aan
het gevecht om het ééne stuk een einde te
maken. Het had anders aan enkele dieren het
leven kunnen kosten. De leeuwentemmer moest
herhaaldeiyk opnieuw In het circus verschijnen,
om tWMoejulchingen van het publiek In ont-
vangst te nemen.
De eenlge. die aan 't handengeklap en voeten
getrappel! niet meedeed, was de Engelschman.
Die. haalde kalm uit s’n portefeuille 5 duizend
<pond sterling en gaf ze aan een stalmeester
met verzoek ze aan monsieur Raymond te
overhandigen Hij voegde er de ultnoodiglng
bij, dien avond met hem te komen sdupeeren. 1
welke ultnoodiglng de leeuwentemmer aannam.
Op het overeengekomen uur zaten de twee
gemoedeyjk aan een tafeltje en lieten zich de
voorgediende spijzen goed smaken.
Toen se aan hun pous-e-esfé zaten en de
Engelschman ronduit aan z’n bewondering voor
den moed en den durf van den leeuwentemmer
had lucht gegeven, vroeg hij hem. hoe hij dit
nog nooit vertoonde staaltje van dressuur h"^
kunnen volbrengen.
..Dat zal Ik U zeggen.” aptwoordde monsieur
Raymond. „Toen ik begon m’n dieren op dit
kunstje af te richten, heb ik hun direct na
de voedering een stuk 'vleesch toegeworpen, dat
in terpentynolie was gedrenkt. Van de lucht
daarvan hebben leeuwen een grooten afkeer;
se taalden dus niet naar dit stuk vleesch. Ik
nam het dan weg en wierp hun daarna een
goed stuk vleesch toe. Daar werd dan een
beetje om gevochten en een van allen at het
met smaak op.
Zoo heb Ik hen langzamerhand aan den loer
gewend. Ik wachtte eerst een uur na de voe
dering. dan langer, en liet hen 'eindelijk wel
een dag en langer honger lijden voor de les
begon. Om tijd te hebben voor dien cursus, had
ik 4 weken bedongen, en u ziet, de toer is mij
gelukt. Ik geef toe," eindigde de leeuwentem
mer, „dat het een waagstuk was. maar tenslotte
Is durf en koelbloedigheid een eerste vereischte
voor leder die met leuwen wil omgaan, want
leeuwen syn geen schoothondje'.”
f Aft by verlies van *n
f anderen vinger
Ook by den gedresseerden. dus schynbaar ge-
temden leeuw, loopt elke vreemde, die in de
onmiddeliyke nabijheid van het dier komt, ge
vaar, door hem verscheurd te worden By de
opname van de Quo VacLs-fUm in Rome is een
van myn gedresseerde leeuwen over een 6 meter
hoogen muur gesprongen en heeft een ongeluk-
klgen figurant door een beet In den nek gedood.
By de eerste opname van dezelfde Quo Vadls-
fllm, eveneens te Rome, en wel In 1912. heb ik
een komische situatie meegemaakt. Myn leeu
wen werden de arena binnengelaten. Het eerste
wat zy deden, was het kostbare tapyt voor de
loge van keizer Nero naar beneden rukken en
tot groote ontzetting van den regisseur het
dure requisiet aan flarden scheuren. De schare
figuranten, dl: in de arena, als gevangen Chris
tenen verkleed op de opname wachtte, wascin
een oogenblik verdwenen. De aanbllk van de
voor de wilde dieren vluchtende menschen wm
voor my onbeschryfeiyk komisch, daar Ik de
getroffen veiligheidsmaatregelen volkomen vol-
doende/achtte. Inderdaad deed zich by de op
name dan ook geen enldel Incident voor.
„Dat is zoo, maar zy kunnen het haar alle
bei bevolen hebben.”
..Dat kan, maar het is toch altijd vreemd, als
Woord en geschrift van één persoon niet klop
pen. Maar laten wy niet langer onzen tyd ver-
splllen. Mevrouw Belden kan alles ophelderen.
Wilt u haar even gaan halen?"
Ik stond op en ging mevrouw Belden halen
Oryce ontving haar eerbiedig en beleefd en dat
vleide haar ten zeerste. Hy richtte zich op in
■Un stoel en sprgk:
„Dus in uw huis heeft zich deze onaangename
■ebeurtenis afgezpeeld. Wilt u niet gaan zitten,
als deze vraag ten minste in uw eigen salon op
haar plaats is.’1
„Helaas, het Is nauweiyks nog myn eigen
■Jds,” antwoordde zy op droevigen toon. Jk ben
hier bjjna een gevangene en ik kom en ga,
•Preek en zwijg, al naar men my beveelt. En
Aat allemaal omdat een arm meisje, dat ik uit
medeiyden onderdak bood, in mijn huls is over
laden!”
-U hebt gelijk," zei Gryce, „het Is zeer onMl-
Wk. Maar dat komt we! In orde. WU zullen wel
een verklaring vinden voor dien plotsellngen
dood. U hebt geen vergif in huls?”
„Neen, mynheer."
,Jiet meisje ging nooit uit?"
„Nooit, mijnheer.”
„Zoodat zij onmogeiyk aam vergif kon ko
men?"
.Juist, mynheer.”
„Tenzy zy het bij zich had toen zy hier
kwam."
„Dat kan niet, want zy had geen bagage by
zich en ik heb haar zakken nagekeken, dus ik
weet wat er In zat."
„Wat vond u er in?"
„Bankbiljetten en meer dan met Hannah's
positie in overeenstemming» was wat klein
geld en een zakdoek."
„Als er geen vergif in huls was, kan zy dus
niet vergiftigd zyn."
„Dat heb ik ook al tegen mijnheer Raymond
gezegd.”
„Misschien is zU overleden aan een hart
kwaal?” vervolgde Oryce. „Was zy gisteren nog
gezond?”
,4a, mynheer, tenminste zoo leek het mij."
„Vrooiyk?"
„Heel vrooiyk."
„Dat begrijp ik niet." riep hy uit. „Haar on
gerustheid over wat er in New-York gebeurd
was. moest toch voldoende zyn om haar vroo-
lykheid te temperen...."
.Dat lykt my ook," antwoordde mevrouw Bel
den, „maar dat was in leder geval niet aoo, in
tegendeel....”
In de nabijheid*van Boekarest hebben 10.000
Roemeensche Zigeuners een congres gehouden,
waar zy hun bezwaren hebben ‘kenbaar gemaakt
tegen de verschynselen <fer moderne techniek,
speciaal tegen de radio en het autoverkeer.
Een memorandum ’fverd opgesteld, waarin de
Roemeensche regeering wordt verzocht:
1. Het autoverkeer te beperken, daar bet de
ondergang beteekent van da paardenhandelaars
onder de zigeuners.
2. Het openbaar uitzenden van radiomuzlek
tegen te gaan, daar zy het bestaan dep<muzl-
kanten onder de Zigeuners ernstig bedteigL
De zigeuners vragen ook om een monopolie
Oppasten en terstond in-
grijpen. Niet* beter dan
I,....
tchjjnt myn lotjte zyn eens
per jaar te waf den aan-
gevallln”
T T T eigeniyk een leeuw? Op deze echyn-
yy baar naïeve vraag zou men kunnen ant-
woorden, dat de leeuw allereerst een
„koopwa*r" is, welks waarde zich aan de wet
van vraag en aanbod aanpast en ten tweede,
dat de leeuw een dier is met volstrekt indlvi-
dueele karaktereigenschappen, die men moet
leeren kfnnen om het dier te temmen.
In dertig jaren zyn meer dan duizend leeuwen
door myn handen gegaan. Het gebeurde zoo:
in myn Jonge jaren studeerde ik, om. als mijn
vader, architect te worden. Myn vader had my
een flets geschonken, opdat Ik zoo sn^l moge-
lyk van hetPeene bouwwerk naar het andere kon
rijden. De fiets was 35 jaar geleden een kleine
sensatie en wekte myn fantasie op.
Ik besloot spoedig de architectuur op>q
en werd renner en kunstryder. Nadat
eerste, of laat ons zeggen een der eersten, het
halsbrekende kunststuk van „the looping the
loop" had uitgevoermoest ik wat nieuws op
het gebied der artlstenkunst verzinnen, om ver
der te komen. Een vriend uit'Engeland bood
my 12 leeuwen te koop aan. Destijds kostte een
„wilde” leeuw. d w.z. een ongedresseerde leeuw,
ongeveer 3000 Mark. Tegenwoordig is ook deze
waar In prijs gedaald, zoodat men een „prima
leeuw” voor 1500 tot 2000 mark koopen kan.
Nadat ik de dieren had gekregen en naar
Beriyn getransporteerd had, begon ik my in de
geheimen van de dierenpsychologe te verdie
pen. Slechts de nauwkeurige kennis der dieren-
psychologie. als men het zoo zeggen mag, heeft
het my moge lijk gemaakt, dit te worden wat
men een leeuwentemmer noemt, om niet het
woord dresseur of dompteur te gebruiken
De dieren werden in groote kooien in
der bultenwyken van de wereldstad onderge
bracht. Nu moest men elkaar wederkeerig leeren
kennen. Urenlang zat ,k gedurende een maand
of vier voor de kooi. Ik gaf elK dier afzonderlijk
een naam en praatte allerlei dwaasheid met
mijn pupillen. Hierby viel mU spoedig op, dat
elk dier andere eigenschappen heeft. De 'eene
leeuw reageert b.v. als een bezetene op elk
woord, hy brult, gaat op de achterpooten staan
en schynt niet voor goede woorden vatbaar te
zyn. Een andere kijkt heelemaal niet naar
iemand om. verveelt zich klaarbiykelyk en straft
den mensch met zyn verachting. Een derde dier
weer heft den kop omhoog en kykt dengene.
die zich met hem bemoeit, dom aan. Elke leeuw
reageert anders op uiteriyke prikkels. Leeuwen-
gebrul Is, wat den leeken verwonderiyk mag
soMJnen. meest een teeken van welbehagen,
tenminste, als de dieren niet Juist een robbertje
vechten. Zooals bij de menschen impulsief zin
gen en fluiten, is by de leeuwen gebrul een tee
ken van overmoed en uitbundigheid.
Verscheidene leeuwen hebben ook een beslist
eigen gevoel voor muziek. Militaire marschen en
lawaaierige muziek vallen nooit in hun smaak.
Exotische muziek daarentegen, dof tromgeroffel
en lang aangehouden fluittonen hooren zij
graag. <e
Nadat ik na maandenlangen arbeid den in
druk had. dat de dieren my kennen, waagde ik
my in de leeuwenkool Ik was geheel ongewa
pend, want een pistool Is tegenover een wild
beest een tamelijk nutteloos werktuig. Het beste
wapen in den stryd met den leeuw is.... een
heel gewone stoel. Ook dit feit heeft zyn psy
chologische verklaring. Het vuurwapen, welks
werking het dier niet kent en welks werking
ook dikwijls niet effectief Is, jaagt den leeuw
geen byzondere angst aan.Een stoel daaren
tegen, met zyn, den leeuw totaal onbekenden
vorm, schynt het dier een fantastIsoh wange
drocht toe, waarvoor ook het wildste beest In
syn schulp kruipt.
Myn eerste bezoek in de kooi verliep vlot.
Het schynt echter myn lot te zyn. elk jaar ééns
door een leeuw te worden aangevallen, ik heb
tijdens myn geheele carrière ongeveer 30 aan
vallen meegemaakt. De ergste speelde zich als
volgt af: ik was in de kool aan bet voederen
en het vleesch werd my niet snel genoeg aange
reikt. Plotseling sprong een reusachtige leeuw
op my af en gaf my een vreeseiyken slag met
zyn klauw in het gezicht. Hy scheurde myn
heele rechter gezichtshelft uit elkaar. Ik kon
niets zien, de gezichtszenuw was klaarblykeiyk
verlamd en met bloed bedekt zonk ik op den
grond. Mijn vrouw snelde mU te hulp en slin
gerde een stoeltje naar den leeuw. Ik werd be
wusteloos weggedragen en herstelde slechte
langzaam van den gevaarlijken overval. By een
anderen «anval bleef my niets anders over dan
tegen de tralie» wü de kool op te klimmen en
my door het open dak te redden.
voor ieder ter inzage ligt. Iedereen, die
van borstbenauwdheden te lijden heeft,
zal verstandig doen redding te zoeken bij
de vanouds beroemde Akker s Abdijsiroop.
Moeders vooral zullen goed doen Abdij
siroop aan hun kinderen te geven als zij
hebben kou gevat en overdag of 's nachts
beginnen te hoesten. Abdijsiroop heeft
een zuiverende, verzachtende werking op
de ademhalingsorganen, dank zij haar
bijzondere samenstelling uit krulden-
extracten. Thans per flesch 1.f 1.50
-en f 2.75. Alom verkrijgbaar. Abdljslroop-
Bonbons („gestolde” Abdijsiroop) voor
buitenshuis 0.35 en 0.60 per doos.
(Adv.)
j
f-
at
!W
et