Mogelijkheden in het Noorden
Bedrijfsraden en corporaties
Mgr. G. Brandsma
Alleen algemeene
richtlijnen
Groningen en de afsluitdijk
COMMISSIE VAN ADVIES
GEÏNSTALLEERD
DINSDAG 7 NOVEMBER
Geen salarisbedragen
aangegeven
waterschappen
in Noord-Holland
Reeders verdacht
no-
DE PETROLEUMPRODUCTIE
Samenwerking noodig
Geen overheidsdwang
Antwoord van den voorzitter
JONGEN OVERREDEN
Controle
1. H. Exc. Mgr. Brandsma, die heden te Leeuwarden de
H. Bisschopswijding ontving
Het rapport van de commissie-
Schouten zal dezer dagen
verschijnen
De plechtige bisschopswijding te
Leeuwarden
Van het z.g. wegbrengen van
een schip
Een fusie van belang voor ons
Indië
Apostolisch prefect van
Kavironde
Overste en Congomissie
Frauduleus beheer van
n
s'
van Ged. Staten van Noord-Hol-
welke
(Foto Dlesfeldt, Utrecht).
De plechtigheden
7
we
satiea.
wereld.
die
De contröl
UpwTWtvtfe boeken en kassen van onderschei
dene waterschappen in de provincie heeft aan
het licht gebracht, dat in eenige gevallen frau
duleus beheer heeft plaats gevonden. In totaal
beliep de fraude meer dan 27.000, doch door
krachtig optreden van Ged. Staten zijn de te
korten bijna alle aangezuiverd uit de bezittin
gen van de betrokken penningmeesters of uit
hun aekerheidsstelllng of ook wel door borgen.
Groningen
14.289
13.457
8.265
14.040
21.869
Friesland
2.453
2.091
505
1.806
2.635
kas
schappen.
mengestelden bedrijfsraad is evenmin veel gun-
sig resultaat te verwachten.
Taak der commissie
Spr. wees hierbij op de belangrijke taak der
commissie, die volgens de wet den minister, al
vorens deze tot instelling van een bedrjjfsraad
cvergaat, van advies moet dienen omtrent de
wensc.be Hjkhe id daarvan en over haar samen
stelling.
met tarwe
1UI
1928
1929
1930
1931
in
De
De
men
PO-
om
van
Het standpunt, door verscheiden besturen van
provincies, gemeenten en waterschappen reeds
ingenomen, om met een nieuwe loonregeling te
wachten totdat het rapport der commissie-
Schouten zou zijn verschenen ook ingeno
men door Gedeputeerde Staten van Zuld-Hol-
land bij de indiening der begroeting voor 1934
blijkt hiermede dus niet overeen te stemmen.
Ook bij de behandeling van de wijziging der
Ambtenarenwet in de Tweede Kamer bleek
trouwens duidelijk, dat naar het oordeel van
den Minister van Binnenlandsche Zaken de
lagere besturen hun verantwoordelijkheid ten
volle moeten blijven dragen en zelf de ver-
eischte regelingen dienen te heffen, zonder mo
gelijk ingrijpen van de regeering af te wachten.
De Minister van Sociale Zaken heeft heden
In een der lokalen van zijn departement ge
ïnstalleerd de onlangs door hem Ingestelde com
missie, als bedoeld in art. 8 van de Bedrjjfs-
radenwet.
Aan de installatie-rede van den Minister ont-
leenen wjj het volgende:
Neemt men in aanmerking de belangrijke pre
ventieve werking, welke uitgaat van de we
tenschap. dat plotseling en natuurlijk zonder
voorafgaande waarschuwing kascontröle uit
Haarlem kan plaats hebben, dan blijkt wel het
groote nut van dezen nieuwen maatregel van
het provinciaal bestuur^ en dat vooral in deze
tijden van flnancleelen druk, waarin het gevaar
voor fraude niet denkbeeldig is.
De voorzitter der commissie, prof- mr- A. C.
Josephus Jitta, antwoordde met een rede, waar
aan wij de volgende passage ontleenen.
Toen Monseigneur Nolens mij korten tijd voor
zijn dood mededeelde, dat ongesteldheid hem
tot zijn grootste leedwezen verhinderde, de ver
gadering van den Hoogen Raad van Arbeid,
waarin het voorontwerp van de bedrijfsraden-
wet zou worden behandeld, te presldeeren, voeg
de hij daaraan toe, dat hij dit vooral betreurde,
omdat hij gaarne zou hebben uitgesproken, hoe
het nut van een dergelijk orgaan van overleg
en advies in het mijnbedrijf in de zoogenaamde
contactcommissie was gebleken.
Mijn ervaring als Rijksbemiddelaar heeft mij
geleerd (en dat is ook de ervaring van mijn
ambtgenooten), hoe het streven tot wederzijdse!)
begrijpen van degenen, die u terecht niet de
partijen, maar de bedrijfsgenooten hebt ge
noemd, onder den drang der omstandigheden
van den laatsten tijd is toegenomen.
Het zou mij niet passen, daar ik mijn mede
leden nog niet heb kunnen raadplegen, te spre
ken over de wijze, waarop wij onze taak zullen
vervullen.
Maar wel durf ik u zonder eenlg overleg de
verzekering geven, dat wjj bij onze adviezen aan
de belangen der bedrijven, de belangen der be
drijfsgenooten en niet het minst aan het alge
meen belang alle aandacht zullen schenken.
Geboren te Sneek op 2 Juni 1874, studeerde
Gorgonlus Brandsma te Megen. te Roosendaal
en te Mill Hill, in welke laatstgenoemde plaats
hij op 23 September 1899 in de kapel van het
Moederhuis tot priester werd gewijd. Terstond
daarop vertrok hjj met elf andere pasgewijde
priesters, waaronder vijf Hollanders, naar het
vicariaat van den Boven-Njjl. waar hij eenige
jaren werkzaam was op de hoofdstatie Kam-
palan. hoofdstad van Oeganda. Een zijner eer
ste missiewerken werd daar het bouwen van
een huis voor den blsschop. Mgr. Hanlon, en
het opmeten van 17 vierkante mijlen grond,
waarop de missie recht had ten behoeve van
haar staties en catechumenaten. Na van 1902
tot 1904 als pastoor te Nazigo. van 1904 tot 1906
te Kamoll en daarna zeven jaar te Mumias
werkzaam te zijn geweest, keerde Father Brands
ma in 1914 naar Europa terug voor het Alge
meene Kapittel der Congregatie, dat te Mill
Hill gehouden werd.
Minister Slotemaker de Bruine
over den groei van het be-
d rijf sr ad enst elsel
Te tien uur betrad de Aartsbisschop met ge
volg het kerkgebouw, waar hij ontvangen werd
door den pastoor, tevens deken der stad, eere-
kanunnik J. H. de Vaas. Tusschen de twee as-
sisteerende bisschoppen werd in den stoet ook
de wijdeling naar het priesterkoor geleid, wlen
als ceremoniarius terzijde stond father B. Hey-
boer. missionaris van Mill-Hlll. Na een korte
aanbidding voor het Allerheiligste, werden de
conotcreerende Bisschoppen voor het hoog
altaar. de wijdeling voor een der zijaltaren, met
rochet, stool en koorkap bekleed; de bisschoppen
droegen den witten mijter. Vervolgens betrad
ook de wijdeling weder het priesterkoor en
In 1915, in vollen oorlogstijd, vertrok hij weer
naar zijn gevechtsveld Afrika. Aangewezen als
overste der Congo-missie, kwam hij in Augustus
1915 te Basankusu. hoofdstatie dier missie, aan.
Tijdens zijn eerste rondreis, waar het hem dui
delijk werd, hoe vele verwoestingen de slaap
ziekte onder de bevolking aanrichtte, was hij
wel in de gelegenheid zijn program op te stel
len: uitbreiding van het aantal missieposten;
oplossing van het vrouwenvraagstuk op de
missiestaties en verbetering van het onderricht
aan de jeugdige mannelijke doopleerlingen.
De jaarverslagen toonen, hoe sedert 1914 het
bekeeringswerk met rassche schreden vooruit
ging. De vier oorlogsjaren bleken de vrucht
baarste te zjjn ooit door de missie gekend. De
openbare veiligheid onder toezicht van staats
beambten en justitie, goede loonen en huisves
ting op posten en plantages, markt en ruilhan
del bevorderden de onderlinge verdraagzaam
heid. De missie wist dezen gunstigen tjjd te be
nutten om haar geestelijken oogst binnen te
halen. Waren er in 1914 nog slechts drie of vier
missiestaties met een 2500 katholieken; in 1923
was het getal katholieken reeds bij de tiendui
zend. terwijl er nog een grooter aantal geregeld
het godsdienstonderwijs volgde-
In 1924 vertrok Father Brandsma wederom
naar Europa, en tijdens zijn verblijf aldaar wist
hjj twee Zustercongregaties in België te winnen
voor zijn Congo-missie. waar tot dan toe geen
Zusters werkzaam waren geweest. In 1925
maakte hjj een reis naar Rome, waar hij 6 De
cember werd aangesteld tot Apostolisch prefect
van Kavlrondo, het land waar hjj zijn eerste
mlssie-jaren had doorgebracht.
Aan het vruchtbare missionarisleven van Mgr.
G. Brandsma, dat heden, feestdag van St.
Willlbrord, bekroond is door de plechtige bis
schopswijding in de 8t. Bonifaciuskerk te
Leeuwarden, ontleenen wij de volgende bijzon
derheden.
Ha een overzicht te hebben gegeven van de
totstandkoming der wet, ontkende de Minister,
dat zij reeds thans door de feiten achterhaald
zou zijn, gelijk door sommige leden in het voor-
loopig verslag van de Tweede Kamer op hoofd
stuk I der Rijksbegrooting Is opgemerkt.
De arbeid tot uitvoering der Bedryfsraden-
wet, aldus de Minister, kan eenige concretl-
seering geven aan den geest onzer dagen.
„Algemeen wil men iets. Ik begrijp zeer wel,
dat men reikhalzend en met ongeduld uitziet
naar betere dagen; want wij leven in een kwa
den tijd. 2>er veel ellende is er ik kom er
dagelijks mede in aanraking en vooralsnog
weinig uitzicht op betering in de naaste toe
komst. Men ziet wanorde om zich heen en be
grijpt terecht, dat zonder orde de maatschappij
niet bestaan kan. En als beginsel en uiting van
orde noemt men dan de „corporatieve maat
schappij”, meermalen ook de bedrijfsorganisa
tie. Ik meen de kern van al dit streven te
grijpen door het aldus te zeggen: naast staats-
almacht en staatsonthouding staat de Idee van
maatschappelijke organen, die een taak zullen
hebben ter vermijding van de beide genoemde
klippen.
Ik ben overtuigd, dat met zulke ideeën de
De wijdingsplechtigheid werd verricht door
Z. H. Exc. Mgr. J. H. G. Jansen, Aartsbisschop
van Utrecht, terzijde gestaan door dr. J. A.
Geerdlnk. secretaris van het Aartsbisdom, als
ceremoniarius. Mede-consecrators waren Z. H.
Exc. Mgr. J. Biermans, algemeen overste der
St. Josephscongregatie van Mill Hill, met den
missionaris Father H. Knuwer, van dezelfde
congregatie als ceremoniarius en 2 H. Exc.
Mgr. dr. J. H. G. Lemmens, Blsschop van Roer
mond met assistentie van drs. J. L. Moonen,
secretaris van zijn bisdom.
werd het Pauselijk decreet, dat de benoeming
van Mgr. Brandsma inhield, voorgelezen, ge
volgd door de ritueel voorgeschreven ondervra
ging van den te wijden blsschop. om de recht
zinnigheid in de leer van den candidaat op de
proef te stellen.
Hierna nam de H. Mis. die door consecrator
en wijdeling tezamen aan het hoogaltaar ge
concelebreerd werd, een aanvang. Tijdens deze
Mis vóór bet evangelie werd de nieuwe
bisschap bekleed, gewijd en gezalfd.
Presbyter assistens was bij deze plechtigheid
de zeereerw. heer J. van Galkom, deken en pas
toor te Sneek; als troon-diakens fungeerden de
zeereerw. heeren M. P. P. Rath, deken en pas
toor te Helmond en L. I. D. B. Buve, deken en
pastoor van Groningen. Assistenten van den
consecrandus waren pastoor H. Th. Swlnkels,
van Uden en kapelaan G. M. M. Brandsma.
van Helmond. Als diaken en subdiaken deden
dienst de twee broers, neven van den wijde
ling. prof. dr. Titus Brandsma, O. Carm., van
de RK. Unlversitelt te Nijmegen en pater Hen-
rlcus Brandsma. O.F.M. uit Delft. De lagere
functies werden waargenomen door een acht
tal studenten van het St Joseph-Misslehuis der
Congregatie van Mill-Hlll te Roosendaal.
Velen waren bjj de bisschopswijding van dezen
zoon van Friesland op eigen Frieschen bodem
tegenwoordig: wij merkten o.a. op Mgr. Mério.
protonotarius-apostolicus en algemeen directeur
van het genootschap der H. Kindsheid.
De plechtigheden werden door den K.R.O. ovter
Huizen uitgezonden, waarbij pater lector J.
Dito O.P. voor den microfoon de beschrijvende
toelichting gaf.
Groote opschudding heeft te IJmulden ver
wekt het feit, dat er ernstige verdenking is
gerezen tegen de reeders P. van de Urn. 65,
„Spaarnestroom”.
In de St. Bonifaciuskerk te Leeuwarden heeft
hedenmorgen de plechtige Bisschopswijding
plaats gehad van Mgr. G. Brandsma. opl Julljl.
benoemd tot apostolisch-vlcaris van Kisumu
en titulair bisschop van Bargala.
met de benoeming van Mgr. Brandsma tot on
afhankelijke Prefectuur verheven werd, bestond
toen uit 7 missiestaties, waar 18 missionarissen
werkten. Het land beslaat een oppervlakte, even
groot als geheel Engeland, en het centrum
wordt gevormd door Kisumu of Port Florence,
een plaats aan de Noord-Oostpunt van het
Victorla-meer. Reeds in 1908 had Mgr. Brandsma
als jong missionaris daar een statie geopend,
waar hij tot 1910 zijn standplaats had.
Tijdens de acht jaren. dat Mgr. Brandsma
er de prefectuur had. verdriedubbelde zich In
Kavlrondo de katholieke bevolking, en werden
er nog eens zeven missiestaties geopend, maar
ook werden er verschillende andere gropte wer
ken ondernomen. Er is nu een normaalschool
te Yala, die bestuurd wordt door Canadeesche
broeders, en een Catechistenschool te Eregi. De
Zusters Ursulinen van Bergen en de Zusters
van de St. Joseph's Congregatie hebben in ver
schillende plaatsen scholen en ziekenhuizen.
Studenten uit Kavirondo-land bereiden zich
voor op het H. Priesterschap op het Seminarie
van het naburige Vicariaat van den Boven Mijl.
Geen wonder dan, dat Rome de Prefectuur van
Kavlrondo 26 April 1932 verhief tot een Apos
tolisch Vicariaat. En op 1 Juli j 1. kwam het
telegram, dat meldde, dat Mgr. Brandsma die
daar reeds vijftien jaren van zjjn Missieleven
heeft doorgebracht, benoemd is tot Apostolisch
Vicaris, en titulair-blsschop van Bargain.
Wjj wenschen den nieuwen kerkvorst., den
derden Nederlander van de Mill-HUl-congregatie
wlen deze eer te beurt valt, 's Hemels zegen
bjj zjjn verderen arbeid in de missielanden van
Oeganda.
Kavlrondo, dat tot dan toe deel uitwmaakt
had van bet Vicariaat van den Boven-NUl, en
Waar bijv, het con amore samen werken van
werkgevers en werknemers zou ontbreken, waar
sprake is van partijen en niet van bedrijfsge
nooten, daar kan bedrijfsorganisatie niet ge
dijen. Daarentegen zijn goede verhoudingen op
maatschappelijk gebied de onmisbare voorwaar
de om tot eep goed geordende samenleving te
geraken. De Bedrjjfsradenwet nu brengt de
beide groepep van belanghebbenden uit het be
drijf in hecht verband bijeen om tezamen de
verschillende behoeften van het bedrijf op so
ciaal gebied te onderzoeken en om den weg aan
te geven» die tot betere verhoudingen lelden
kan.
Zoo beteekent dus de instelling van bedrijfs
raden, dat algemeene Ideeën worden omgezet
in practische daden.
Veel zal hierbij uiteraard afhangen van een
goed beleid bij de instelling van zulke raden.
Wordt een raad ingesteld In een bedrijf, dat er
niet rijp voor is, waar bijv, samenwerking tus
schen werkgever en arbeider nog al te zelden
aanwezig is, dan zal daarmede eer kwaad dan
goed gedaan worden. Van een onpractlsch «A*
Naar de „Telegraaf” verneemt is het rap
port der door den Minister van Binnenlandsche
Zaken Ingestelde commlssie-Schouten be
staande uit een zestal Tweede-Kamerleden w
zeer binnenkort te verwachten.
Deze commissie heeft tot taak den Minister
normen aan te geven, welke de regeering
eventueel kunnen dienen bij toepassing van
haar nieuwe bevoegdheid volgens de onlangs
door de Tweede Kamer aangenomen wijziging
van de Ambtenarenwet, namelijk bij provin
ciale besturen, gemeentebesturen en water
schapsbesturen aan te dringen op wijziging van
de bezoldiging van het personeel hunner in
stellingen en desnoods bij Koninklijk besluit
zelf nieuwe salarisregelingen vast te stellen.
Het oude familiewapen door Mgr. Brandsma
tot Bisschopwapen verheven. De wapen
spreuk beteekent„Gij zijt het Licht der
wereld", het woord van Christus tot Zijn
Apostelen.
Uit de mededeelingen van den machinist van
dezen trawler zou namelijk gebleken zijn, dat
het zinken van de „Spaarnestroom nabij de
Deensche kust pp 12 Juni jj. te wijten zou zijn
aan het z.g. wegbrengen van schepen.
Deze machinist heeft zich thans met de
lltle te Amsterdam in verbinding gesteld
nadere verklaringen omtrent de toedracht
het z.g. ongeval te verstrekken.
Bittere armoede heeft hem, zoo vertelt „Het
Volk”, destijds genoopt tot X afleggen van gen
meineed tegenover den Raad van de Scheep
vaart, bij wlen het ongeval in onderzoek was.
Hij deed zulks op aanwijzing van zijn patroon,
die hem er op wees, dat hij anders zonder werk
zou komen.
Korten tijd later maakte hij een reis met de
„Rijnstroom", op welke reis alle netten succes
sievelijk vernietigd werden. Het bleek, dat dit
de laatste reis van het schip was onder verzeke
ring. De reeders hebben ook dit geld ge
ïncasseerd, waarna de boot werd opgelegd en
de machinist toch ontslagen werd.
De justitie heeft thans de zaak in onder
zoek.
In tegenstelling met de meenihg. bij velen
ontstaan, dat deze commissie bedragen zou
advlseeren van regeerlngswege te- bevorderen
of vast te stellen voor de salarissen van alle
groepen van ambtenaren der provincies, ge
meenten en waterschappen, zal het rapport
geen salarisschalen bevatten, zooals b.v. in het
Rjjksbezoldlgingsbesluit voor de rijksambtena-
ren voorkomende. De commissie zal geen sala
risbedragen aangeven, maar alleen algemeene
richtlijnen betreffende groepsindeellngen voor
bezoldigingen, pensloenverhaal, bezoldiging van
jeugdige personen, kindertoelage en andere be
ginselen, bjj bezoldigingsregelingen in aanmer
king komende.
Soms ging dat over duizenden guldens. Meer
malen ook waren de kassen van verschillende
polders, bij één functionaris berustende, door-
eengemengd.
Zooals men weet, schrijft de „Telegraaf", geeft
het nieuwe algemeen waterschapsreglement
voor Noord-Holland aan Ged. Staten de be
voegdheid, contróle uit te oefenen over boeken
en kas van de penningmeesters der water
schappen. Ged. Staten maken sedert eenige
maanden van deze bevoegdheid gebruik en hoe
nuttig en noodzakelijk dit moet worden geacht
bleek wel uit de tot dusver opgedane ervarin
gen.
Het aantal vanwege de provinciale griffie op
genomen kassen en onderzochte administraties
was tot nu toe omstreeks honderd In niet min
der dan een vierde gedeelte daarvan werd de
waterschapskas niet afzonderlijk bewaard, doch
waren de gelden van het waterschap *met de
particuliere middelen van den beheerder ver
mengd.
belangrijk deel voor den export. Van het
geproduceerde aardappelmeel wordt gemid
deld twee derden uitgevoerd, van het stroo.
carton 85 pCt. Het eerste product gaat voor
een groot deel naar Groot-Brittannië, dan
volgen Italië, België, de Vereenigde Staten
en Frankrijk. De stroocarton-export ge
schiedt voor een overwegend deel naar
Groot-Brittannië en naar de verschillende
andere deelen van het British Common
wealth. Vooral voor deze laatste groep van
exportlanden kan vervoer naar een onzer
groote zeehavens en gebruikmaking van den
dijk noodzakelijk en nuttig blijken. De ex
port naar Groot-Brittannië zelf gaat over
Delfzijl.
Voor de binnenlandsche consumptie der
veenkoloniale producten, het vervoer van
de uit het aardappelmeel bereide glucose
naar suikerwerkfabrieken, koekbakkerjjen
en jamfabrieken, en van het carton naar
alle fabrieken die deze stof als emballage
of anderszins benutten, zal de kortere ver
binding met Noord-Holland zeker van
groot belang zijn. De veelheid der aanwen
dingen van deze producten maakt het ech
ter moeilijk, voor dit verkeer meer In bij
zonderheden te treden.
Er is echter nog een groot bezwaar rer-
bonden aan het verkeer over den afsluit
dijk, en dat Is de jammerlijke toestand
waarin vooral aan de oostzijde de toegangs
wegen verkeeren. De Friesche Kamer van
Koophandel heeft daarop in een adres aan
den minister van Waterstaat in 1930 reeds
de aandacht gevestigd. Het gaat in hoofd,
zaak om twee verbindingen: die van Zu
rig met Leeuwarden en die van Zurig met
Sneek, het centrum van den Zuid-Oost-
hoek. In het eerstgenoemde traject moet in
de eerste plaats verbeterd worden het ge
deelte Zurig-Harlingen, dat over den Zee
dijk loopt en rijk is aan alle nadeelen die
aan een dijkweg eigen zijn. De reizigers die
per autobus van Leeuwarden naar Amster
dam gaan, moeten dan ook in Harlingen in
een klein busje overstappen, omdat met
een groote bus op dezen weg die toch waar
lijk van primair belang is, niet te manoeu-
vreeren valt. Intusschen is met de verbete
ring van dit weggedeelte reeds een begin
gemaakt. Maar ook de traversen door Har
lingen en Franeker laten alles te wenschen
over. Het kost heel wat chauffeurs-acroba-
tiek om de groote Ato-bussen te Harlingen
door de St. Jacobusstraat en te Franeker
door de Dijkstraat te wringen. Een parkeer
verbod in deze straten, waar een enkele
„aan den kant” gezette auto het geheele
verkeer kan stopzetten, is al het minste wkt
men hier doen moet. De weg ZurigSneek.
bestaat niet!
Wie dat traject per auto wil afleggen,
moet zijn weg kiezen óf over Pingjum, óf
over Makkum, die in geen van beide geval
len over rozen leidt. Een directe verbinding
via Witmarsum en verder door naar Hee-
renveen staat op het wegenplan en zal,
naar wij hopen, niet te lang op zich laten
wachten, daar hierdoor een groot deel van
de mogelijkheden van den afsluitdijk spe
ciaal voor den veehandel verloren zoude
gaan. Ook aan de Westzijde zal met be
spoediging van den aanleg van den gepro-
jecteerden weg Amsterdam—Purmerend
Den Oever nuttig werk verricht worden.
De Nederlandsche Kolpnlale Petroleum Maat
schappij deelt ons mede:
In aansluiting op vroegere in de bladen ver
schenen berichten, kan thans worden mefifje
deeld, dat behoudens de goedkeuring van aan-
deelhouders de voorgenomen belangengemeen
schap van de Standard Oil Company of New-
Jersey, de Socony-Vacuum Corporation en de
N. V. Nederlandsche Koloniale Petroleum
Maatschappij, voor wat betreft den afzet van
producten in het Oosten, eerlang haar beslag
zal krijgen. De zaak komt hierop neer, dat de
verkoop-organlsaties van de Standard Oil
Company of New Jersey en van de Socony-Va
cuum Corporation In groote gedeelten van Azië
en Afrika in één nieuwe groote onderneming,
Standard-Vacuum OU Company geheeten, zul
len worden te zamen gebracht en gefusionneerd,
welke onderneming aan de producten van de
N.V. Nederlandsche Koloniale Petroleum Maat
schappij een afzetgebied zal verzekeren. Voort»
ligt het in de bedoeUng dat de N. K. P. M. te
zijner tijd den verkoop van hare producten in
Nederlandse!) Indië onder haar eigen naam in
handen zal nemen.
Voor het evenwicht en de stabiUtelt der ver
houdingen op oliegebied in het Oosten, te een
en ander van groot belang te achten, terwijl
de zaak niet minder van gewicht is voor Indië
zelf en voor de Indische schatkist, omdat Indië
daardoor het centrum van productie zal wor
den voor de afzetgebieden in dat gedeelte der
Gistermiddag is de 14-jarige E. Barelds,
fiets reed, aangereden door
stui
De
genomen en bjj omwonenden binnengedragen.
Een geneesheer, die onmlddellijk ter plaatse
was. achtte den toestand van den Jongen zeer
zorgwekkend en liet hem naar het ziekenhuis
vervoeren. De auto, waarvan de remmen niet
voldoende bleken te werken is door de politie
in beslag genomen.
De commissie heb ik met zorg samengesteld.
Zij bestaat uit een voorzitter, vertegenwoordi
gers van werkgevers en werknemers, weten
schappelijke leden en ambtenaren.
De vertegenwoordigers der werkgevers koos ik
ditmaal nog alleen uit de Industrieëele organl-
Ik heb daarmede (naar gij begrijpen
zult) geenszins te kennen willen gegeven,
middenstand en landbouw terrein
bedrijfsraden nimmer zullen thuis
Alleen ben ik van oordeel, dat het aanbeveling
verdiende, met de toepassing der wet allereerst
ervaring te verkrijgen op het gebted der in
dustrie.
Met de bede, dat het uwer commissie gegeven
moge zijn, In belangrijke mate bij te dragen tot
verbetering van de toestanden op het maat
schappelijk terrein en voor uw deel deze wet
tot een levende wet te maken, verklaar ik uw
commissie geïnstalleerd.
TW Ta de „mogelijkheden van den af-
sluitdljk" overwogen te hebben voor
•*- het veeteeltgewest Friesland, willen
wij ook nog eenige beschouwing wijden aan
de economische structuur van Groningen
en den invloed dien de nieuwe verkeersweg
daarop kan uitoefenen. Vanzelfsprekend is
deze altijd geringer dan die ten aanzien
van Friesland, daar de route over den dijk
slechts in aanmerking komt voor het ver
keer met Noord-Holland, en deze verbinding
met Amsterdam b.v. al niet veel korter
meer is dan die via Amersfoort en Hilver
sum.
De drogere kleibodem van Groningen
leent zich beter dan die van Friesland voor
landbouw, en de provincie is dan ook een
van onze voornaamste graangebieden. Nu
is het zeer wel mogelijk dat ondanks den
xkolossalen wereld-graanvoorrakd en dank zij
de autarkie die thans alom als hoogste eco
nomische wijsheid wordt verkondigd, dit
graanareaal groote tijden tegemoet gaat,
dat de eeuwenoude Groningsche Koren
markt voor het gehele land van belang zal
worden, doch het graanvervoer, dat over
wegend per water plaats vindt, zal o. 1.
nooit groot nut van den nieuwen autoweg
kunnen krijgen, tenzij de prtfs in de toe
komst zoo ver wordt opgedreven, dat ook
voor graan het duurdere autovervoer loo-
nend zal worden. In dit verband mag ge
wezen worden op de enorme toename der
tarwe-teelt in de noordelijke provinciën, on
der Invloed van de crisis-tarwewet,
blijkt uit het volgende overzicht:
Hectaren bebouwd
dat
zijn, waar
behooren.
Volkomen juist noemt de Memorie van
Toelichting tot het ontwerp der Bedrjjfs-
radenwet d» taak van den Staat in deze:
consoildeeren wat gegroeid is en
ztlmuleeren tot verderen groet.
Met dwang valt hier geen succes *e hoeken.
Deze uitbreiding van het tarwe-areaal is
gegaan ten koste van de meeste andere
culturen, speciaal van de andere graansoor
ten en van fabrieksaardappelen.
Van meer belang kan de nieuwe ver
keersweg wellicht zijn voor de groenteteelt,
die in Groningen een belangrijk bestaans
middel voor de bevolking is. Ook hier valt
een uitbreiding der bebouwing te constatee-
rèn: in 1931 bedroeg voor Groningen de
totaal met groenten bebouwde oppervlakte
10.552 H. A. tegen 9.259 H. A. in 1930. Het
is ons bekend (jat er destijds plannen be
stonden bjj de groentetelers om collectief
hun producten per vrachtauto over den dijk
te gaan vervoeren, doch het lijkt ons te be
twijfelen of er veel zal komen van afzet in
Noord- en Zuid-Holland, waar men met de
eigen tuinbouwproducten al geen raad weet.
Meer reëel lijkt ons echter de mogelijk
heid van aanvoer van kunstmeststoffen
over den afsluitdijk. Voorheen werd zwa
velzure ammoniak voornamelijk uit
Duitschland langs den Rijn, het Merwede-
Kanaal en de Zuiderzee aangevoerd om
vanuit Harlingen over het heele gewest ge
distribueerd te worden.
Nu deze waterweg door den afsluitdijk is
af gesneden, lijkt het ons niet onwaarschijn
lijk dat de meststoffen vanuit de Holland-
sche havens over den afsluitdijk naar de
plaats van bestemming worden gebracht.
Gelijk in Friesland de industrie in nauw
verband staat met de veeteelt, is zij in Gro
ningen geheel afhankelijk van den land,
bouw. De meest kenmerkende landbouwin
dustrieën zijn de aardappelmeel- en stroo-
cartonfabricage, die in de Veenkoloniën ge
vestigd zijn. Nauw verband met den graan
bouw hield ook de bierbrouwerij die in het
begin der vorige eeuw in Groningen
reerde.
Over de veenkoloniën bezitten we een
achat van gegevens in het pas verschenen
standaardwéMrvan Dr. H. J. Keuning: „De
Groninger Veenkoloniën”, waaraan we
het volgende een en ander ontleenen.
veenkoloniale landbouwindustriën zijn ty
pisch regionaal georiënteerd voor hun
grondstoffenaanvoer. De aardappelmeelfa
brieken, die overwegend op coöperatieve
basis worden gefinancierd, betrekken al hun
aanvoer uit de veenkoloniën zelf, de car-
tonfabrieken slechts voor twee vijfden, doch
de overige grondstof komt geheel uit het
kleigebied der provincie. De aanvoer der
aardappelen geschiedt geheel langs de ka
nalen, de aanvoer van stroo deels ook per
vrachtauto.
In verband met de slechte omstandighe
den voor de bloembollenteelt in Noord-Hol
land ligt het voor de hand dat een belang
rijk deel der geestgronden aldaar vrij komt
voor aardappelteelt. Ook in de Wieringer-
meer worden aardappelen verbouwd. Of
schoon deze goede eigenlijk té goede
gronden in de eerste plaats voor den
teelt van consumptieaardappelen zijn aan
gewezen, willen we toch de mogelijkheid
van betrekking dezer gebieden binnen de
«feer der Veenkoloniale aardappelmeelln-
dustrie even aanstippen. De vervoerkosten
zouden hier een ernstig woordje meespre
ken: deze zijn voor het vervoer van aard
appelen betrekkelijk zeer hoog, daar vol
gens Dr. Keuning uit 1 H.L. aardappelen
van 60 K.G. slechts 11 K.G. meel kan wor
den bereid. Intusschen is het vervoer te wa
ter, vooral in de Veenkoloniën zelf, ook
zeer duur, dank zij het fantastisch groote
aantal bruggen en sluizen dat de vaart op
de kanalen aldaar belemmert. Dr. Keuning
geeft als voorbeeld de vaart van Hooge.
zand naar Bareveld, waarbij 37 beweegbare
bruggen en 2 sluizen gepasseerd moeten
worden, hetgeen aan een schip van 100
ton aan brug- en sluisgelden f 7.38 */2 kost.
Waar op de landwegen verreweg de meeste
tollen in de laatste twee jaren zijn opgehe
sen, heeft het autoverkeer langs de overi
gens zeer onvoldoende wegen in de veen
koloniën toch een belangrijken voorsprong.
Belde industrieën werken voor een zeer
juiste richting wordt ingeslagen. Maar zij vra
gen concretiseering. Men moet weten, wat men
bedoelt. Ik noem maar het m-J'ijke probleem
van de blijvende overheidstaak, omdat immers
het algemeen belang, het nationale belang, niet
gevormd wordt door de som der onderscheiden
bedrijfsbelangen. Men moet voorts een redelijk
vermoeden kunnen koesteren, dat de geestes
houding aanwezig is, die onmisbare voorwaarde
heeten mag voor ieder slagen op dit erf.
ordening en de bedrjjfsvrede. waarnaar
thans zoo oprecht verlangt, doch die wij voor
het huidig productieleven nog niet als een his
torisch verwerkelijkt gegeven kennen, zij kun
nen niet door maatregelen van boven af wor
den aangebracht als een sterrenhemel op een
tooneel. Een levend organisme als de maat
schappij laat zich niet dwingen in kunstmatige
bouwsels.
in de kom van het dorp De Wijk (Dr.) op zfin
i;;.- een luxe-auto, be-
iitfd door den heer Kuiper uit Rulnerwold.
X>ngen werd in bewusteloozen toestand oo-
inmon U.44 -
Een geneesheer, die onmlddellijk