De Christen Staatsburg
er
Financiën
Begrooting
van
J
Medische kroniek
1
BELASTINGONTDUIKING
ZATERDAG 18 NOVEMBER
LEEKEPREEKEN
DE OVERWINTERING OP NOVA ZEMBLA
Kerstfeest der armen
Aardappelcentrale
BOUW ENGELSCHE SCHEPEN
Op Nederlandsche werven?
Audiëntie
De strijd aan de grens
G renscommiezen
De prijsval der granen
Kind er af trek
De Crisis-Zuivel-Centrale stelt
onbelaait: margarine en vet
ten beschikbaar
Voorloopig Verslag der
Tweede Kamer
Uit voering Omzetbelasting
Aangewezen als crisis-organisatie
Slapeloosheid
s
HOMO SAPIENS
oordeelde
van
te
den datum, waarop deze artikelen geleverd
Voor
rogge, waarvoor
TH. H. SCHICHTLNG-
1
Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem zal de
volgende week alléén Zaterdag audiëntie ver-
leenen.
De Russen ontdekten op Nowaja Semlja de resten van de hut waarin Willem
Barends 336 jaren geleden overwinterde. Hierboven de befaamde hut naar de
teekening van een tijdgenoot
t 1.50 per 100 K G.
f 1.50 per 100 KG.
t ISO per 100 K G.
i M
srifl»
Vaniofficieele zijde vernemen wij, dat de Ko
ninklijke Shell-groep een'order van drie mo-
tortankschepen van 12000 ton elk in Nederland
heeft geplaatst.
Nader vernemen wjj, dat zeer waarschijnlijk
een dezer schepen gebouwd zal worden door de
Nederlandsche Scheepsbouw Maatschappij te
Amsterdam en dat. eveneens zeer waarschijnlijk.
„Werkspoor" de motoiinstallatie zal leveren.
De beide andere orders zijn of worden buiten
de hoofdstad geplaatst.
kracht; of de christelijke zedewetten ook in het
publiek verkeer worden onderhouden of verwaar
loosd. Zeker in een land als het onze, waar de
katholieke bevolking wel niet een meerderheid,
maar toch een groot deel n.m. een derde van het
geheel uitmaakt en waar ten opzichte van de
algemeen christelijke beginselen eenstemmigheid
bij een groote meerderheid heerscht, in zulk een
land is het ernstige plicht van een katholiek
staatsburger om zijn politieke rechten goed te
gebruiken, n.m. zóó, dat de Invloed der chris
tenen een zoo groot mogelijk nuttig effect in
heel het staatsbesuur en openbare leven heeft.
Deze plicht en de vraag op welke wijze hij het
best vervuld wordt is den laatsten tijd voor den
gewetensvollen katholiek weer sterk gaan spre
ken nu veel feilen van de tot nog toe gehul
digde staatkundige opvattingen aan het licht
treden en nieuwe politieke leuzen lokken. Daar
om over dezen gewetensplicht den volgenden
keer nog ’een enkel woord.
Bij verschillende weldadigheidsinstellingen en
-vereenigingen bestaat de gewoonte omstreeks
Kerstmis pakketten met levensmiddelen uit te
reiken als Kerstgave.
Van meerdere zijden bereikten de Crlsis-
Zuivel-Centrale aanvragen om ook dit jaar voor
dat doel onbelaste margarine en vetten beschik
baar te stellen.
De Crlsis-Zuivel-Centrale verklaart zich be
reid dergeljjke verzoeken in welwillende over
weging te nemen en noodigt de vereenigingen
en instellingen, die daarvoor in aanmerking
wenschen té komen, derhalve uit haar daarbij
op te geven resp. over te leggen:
Verschenen is het Voorloopig Verslag der
Tweede Kamer over het wetsontwerp tot vast
stelling van Hoofdstuk VIIB ^Financiën) der
Rijksbegrocting 1934.
Hieraan wordt het volgende ontleend:
Verscheidene leden wenschten te vernemen,
gezien den noodtoestand van ’s Rijks financiën,
of de Regeering van oordeel is, voldoende mid
delen ter beschikking te hebben tegen belas
tingontduiking.
Sommige leden stelden de vraag, of de strijd
tegen de belastingontduiking kan worden ge
voerd zonder het opleggen van de verplichting,
dat personen en instellingen kennis geven van
de onder hen berustende deposito’s.
Slechts op deze wijze zou een behoorlijke
contröle zich dan ook moeten uitstrekken tot
de effectenportefeuille, de transacties met net
buitenland, het bezit in goud en den contaflten-
handel. Deze leden waren er van overtuigd, dat
de toepassing van deze middelen tegen belas
tingontduiking zal kunnen leiden tot verlaging
der heffingen.
Eenige leden achtten het nemen Van maat
regelen tegen kapitaalvlucht eveneens noodza-
keljjk. Voorts zouden zij het oordeel van de
Regeering wenschen te vernemen over de mo
gelijkheid tot het nemen van maatregelen tegen
de vertering in het buitenland van in Neder
land verkregen Inkomsten.
Eenige leden betoogden de wenschelijkheld
om tegenover de naamlooze vennootschappen
zoodanige maatregelen te nemen, dat een cri
sisheffing op reserveering en afschrijving mo-
geljjk wordt, ten einde de onttrekking van oe-
'astinggelden aan de schatkist te voorkomen.
Andere leden, die in beginsel de opheffing
van het bankgeheim ten behoeve van den Ne-
derlandschen fiscus wenschelijk achtten, wezen
er echter op dat van zoodanigen maatregel, ln-
dlen deze althans in ons land zou worden ge
nomen en niet tevens in andere landen, het
gevolg zou kunnen zijn, dat tal van bankzaken
naar ’t buitenland zouden worden overgebracht.
Ernstige uedenkingen opperden deze leden tegen
de verplichting tot het opgeven van deposito’s
Verscheidene leden betoogden de wenschelük-
heid van eer. rege'ing van den kinderaftrek voor
de personeele belasting, welke meer in over
eenstemming is met de werkelijke draagkracnt
van den belastingplichtige. Een wettelijke voor
ziening werd door deze leden In het bijzonder
noodig geacht met het oog op de vele gevallen,
dat door werkloosheid getroffen personen oü
hun ouders zfjn gaan Inwonen. Ten einde te
voorkomen, dat de gemeenten hierdoor in de
opbrengst dezer belasting noemenswaard zou
den worden getroffen, zou de aftrek anderzijds
voorzooveel het personen beneden den leeftijd
van 19 jaar betreft, kunnen worden beperkt
tot dezulken, die niet zijn aangeslagen in de
Inkomsten- of Gemeentefondsbelasting.
Sommige leden bepleitten met aandrang een
reductie op de wegenbelasting welke moet
worden opgebracht door houders van autobus
sen, die ten behoeve van kerkbezoek een dienst
onderhouden en welke bussen nog geen 60 dagen
in het jaar rijden.
Enkele 1< den spraken er hun teleurstelling
over uit, dat de Minister den visschers, te Ura
gestationneerd, nog geen vergunning heeft ver
leend om de palingvisscherjj op de voormalige
Zuiderzee te beoefenen.
Door verscheidene leden werd gewezen op de
moeilijke jxisitie. waarin vele houders van
plaatsjes, toegewezen volgens de Landarbeiders-
wet, verkeeren. Tengevolge van de groote werk
loosheid ten plattelande zijn velen hunner met
in staat aan hun verplichtingen te voldoen.
Deze leden vroegen of de Minister niet bereid
is hieromtrent voorzieningen te treffen.
Ook dit jaar meenden verscheidene leden de
klacht niet achterwege te kunnen laten, dat
het georganiseerd overleg niet altijd genoeg
zaam wordt geraadpleegd door het bestuur van
het dienstvak der belastingen.
der of concurrent, bij
een compégnon. „De
geest niét/ill
van Slm<
Terecht
geweten
Deze
deme.
ge we ter
ondei
Zijn,
lastig
het licl
wordt voor de bureau-ambtenaren een promo
tiekans gecreëerd met voorbijgaan van het
eigenlijke korps controleerende ambtenarm En
om de kosten én om de hierin schuilende be
voorrechting werd hiertegen door verscheidene
leden bezwaar gemaakt.
Eenige leden zouden in dit verband ook gaar
ne worden ingelicht omtrent het voornemen
van den Minister om de uitvoering der omzet
belasting op te dragen Aan een speciale in
spectie der Invoerrechten en accijnzen en om
in verband daarmede de verschillende inspec
ties der directe belastingen te combineeren.
De vraag werd gesteld of de Minister niet
van oordeel is. dat de billijkheid medebrengt,
dat, nu het commiezenkorps wordt uitgebreid
de in 1928 geslaagde kommiezen den voorrang
genieten.
De prijsval der granen, die zich heeft voor
gedaan sedert de Invoering van het Graan-
monopoUe n.l. 15 Augustus jj. en welke voor
enkele granen zelfs zoover was doorgeschre
den, dat daardoor de monopoliewlnst van f 1.
bjjna of geheel weer werd te niet gedaan,
noodzaakte de Regeering de monopoliewin-
sten bü invoer van gerst, maïs en tarwe met
f 0.50 per 100 K. G. te verhoogen.
de monopoliewlnst
-vroeger reeds was verhoogd, is die winst onge
wijzigd gebleven.
meestal beginselen bevatten, die met de prin
ciepen der kerk over de christelijke inrichting
van den staat in strijd zijn. Wij hopen hierop in
een slotbeschouwing over de zoogenaamde fascis
tische staatsidee van onzen tijd terug te komen.
Een andere vraag, welke de katholiek zich
zelf als staatsburger stelt is deze: hoe kan ik
in een staat met gemengde godsdienstige bevol
king van de overheid elschen, dat zjj het door
den Paus veroordeelde religieuse indifferentisme
laat varen en den katholieken godsdienst als
den eenlg waren zal erkennen?
Ook hierop behoeven wjj niet in onzekerheid
te zijn. „Indien de kerk meent heeft Paus Leo
geleeraard dat de andere godsdiensten niet
op één lijn mogen gesteld worden met den wa
ren godsdienst, dan veroordeelt zij daarom niet
de staatsbestuurders, die ter bereiking van een
of ander belangrijk goed of ter voorkoming van
een kwaad practisch toelaten, aat die verschil
lende godsdiensten in den staat bestaan. Ook is
de kerk gewoon vooral dit te beletten, dat ie
mand tegen zijn wil gedwongen zou worden om
het katholieke geloof te omhelzen, zooals Au
gustinus wijselijk leert: „niemand kan gelooven,
tenzij hjj het wil.”
Hier is dus duidelijk verklaard, dat vrijheid
van godsdienst in den modernen staat dus van
zelf sprekend aanvaard moet worden en dat in
landen met overwegend katholieke bevolking en
waar de katholieke godsdienst staatsreligie is
niemand mag gedwongen worden tot den ka
tholieken godsdienst over te gaan. Hieruit volgt
echter geenszins, dat een ieder in het openbare
leven een godsdienstig onverschillige houding
mag aannemen. Ieder individu is tn geweten
verplicht te zoeken naar de waarheid. Zoolang
hjj het geloof niet heeft of te goeder trouw
dwalend een verkeerden godsdienst aan
hangt, treft hem geen verwijt. Een leder echter
zal naar de mate van zijn geloof verplicht zijn
de waarheid en de goede beginselen of wat hjj
daarvoor houdt in het openbare leven uit te
dragen en de doorwerking daarvan te bevorde
ren. Dat *v>teekent voor den katholiek, dat het
hem niet onverschillig mag zjjn, hoe zijn land
bestuurd wordt, welke personen het bestuur van
staat in handen hebben, welke wetten worden
gemaakt en hoe zjj worden nageleefd. Het mag
hem niet onverschillig zjjn, of de geboden Gods
ook in het openbaar worden nageleefd of ver-
Op het betreffende hoofdstuk van de Rjjks-
begrooting worden gelden aangevraagd voor de
uitbreiding van het aantal commiezen. Uit de
toelichting blijkt, dat het in het voornemen
ligt om de hierbedoelde commiezen te belasten
met contróle op de naleving van de wettelijke
bepalingen betreffende de omzetbelasting. De
recruteering van deze commiezen zal plaats
hebben uit het bureaupersoneel. De belasting
administratie beschikt echter over een uitge
breid en over het geheele land verspreid korps
controleerende ambtenaren, die uit den aard
hunner functie in staat geacht kunnen worden,
om zonder extra personeels-uitgaven ook de
contróle op de naleving van de bepalingen van
de omzetbelasting te verrichten.
In dit verband schijnt het bevreemdend, dat
gelden worden aangevraagd vopr net aanstel
len van speciale ambtenaren voor de hier-
bovenbedoelde contróle. Zal. zoo vroeg men.
het eigenlijke korps controleerende ambtenaren
niet uiterst onaangenaam getroffen worden
door het feit, dat men de voor deze speciale
contróle bestemde ambtenaren recruteert uit
het personeel van den bureaudienst en hen een
beduidend hooger salaris waardig keurt dan
eerstgenoemde groep geniet? Op deze wijze
Ir. C. G. P. Stevens te Goes treedt voor de
eerste maal ais voorzitter op.
De Centrale is rekenplichtig aan den Minis
ter.
Blijkens het Huishoudelijk Reglement van
de Stichting wordt als handelaar e< kend iedere
natuurlijke of rechtspersoon, die daartoe een
schrlfteljjke aanvraag indient, waarin hü ver
klaart zich te onderwerpen aan de Staten en
Reglementen van de Centrale en de door haar
organen genomen of te nemen besluiten.
Overtreding van de verplichtingen door han
delaren wordt gestraft met een boete van ten
hoogste 10.000.— of schrapping als georgani
seerde, met ontzegging van het recht om op
nieuw als zoodanig te worden toegelaten voqr
ten hoogste tien jaren.
De Ge westelijke is rekenplichtig aan den
Minister; zjj geeft aan de door haar ontvangen
gelden een door den Minister goed te keuren
bestemming.
In het Huishoudelijk Reglement van de Ge
west eljjke Aardappel-Organisatie voor Noord-
Brabant, Land van Maas en Waal en Rijk van
Nijmegen is bepaald, dat het bestuur benoemt
en ontslaat den directeur.
De voorzitter vormt met twee door het be
stuur uit zjjn midden te verkiezen leden het
dageljjksch bestuur, dat belast is met toezicht
op den dageljjkschen gang van zaken en het
beleid van den directeur.
Een der leden van het dagelltksch bestuur
wordt gekozen uit de bestuursleden-handela-
reri.
De aangeslotenen kunnen door het bestuur in
districten worden ingedeeld. De ligging van
het bedrjjf, inzonderheid van de bedrijfsgebou
wen, is bjj deze indeeling maatstaf.
Als districtcommissies kunnen, behoudens
door het bestuur vast te stellen uitzonderin
gen, de districtcommissies worden aanvaard der
G.T.O. Aan iedere commissie wordt minstens
een aardappelhandelaar als lid toegevoegd,
voorgedragen door den daarvoor in aanmerking
komende organisaties van aardappelhandelaren
en door het bestuur benoemd.
Alleen zjj kunnen aangesloten dit Is er
kend zjjn. die aardappelen verbouwen en dit
kennelijk als hun beroep uitoefenen, of op
eigen of gehuurden grond geheel of hoofd
zakelijk voor eigen behoefte aardappelen telen.
Ten behoeve eener nadere omschrijving kun
nen door het bestuur voorschriften worden ge
geven. waarbjj steeds voor een en hetzelfde
perceel slechts een aangeslotene kan bestaan.
Overtreding van de verplichtingen der telers
wordt gestraft met een boete van ten hoogste
f 10.000.of schrapping als aangeslotene, met
ontzegging van het recht om opnieuw aks zoo
danig te worden toegelaten voor ten minste
één en ten hoogste tien jaren.
De navolgende Stichtingen zjjn door den Mi
nister van Economische Zaken aangewezen als
crlsls-organisaties onder goedkeuring van haar
Statuten en Huishoudelijk Reglement, conform
die van de stichting:
„Gewestelljke Aardappel-Organisatie voor
Noord-Brabant. Land van Maas en Waal en
Rijk van Nijmegen, zooals die t>U deze beschik
king zjjn gevoegd:
1. De Stichting „Gewestelljke Aardappel-Or
ganisatie voor Noord-Brabant. Land van Maas
en Waal en Rjjk van Nijmegen”.
2. de Stichting „Gewestelljke Aardappel-or-
ganisatie voor Gelderland”.
3. de Stichting „Gewestelljke Aardappel-Or
ganisatie voor Zuid-Holland”.
4. de Stichting „Gewestelljke Aardappel-Or
ganisatie voor Noord-Holland”.
5. de Stichting „Gewestelljke Aardappel-Or
ganisatie voor Zeeland".
6. de Stichting „Gewestelljke Aardappel-Or
ganisatie voor Friesland”.
7. de Stichting „Gewestelljke Aardappel-Or
ganisatie voor Overjjsel”.
8. de Stichting „Gewestelljke Aardappel-Or
ganisatie voor Groningen".
9. de Stichting „Gewestelljke Aardappel-Or
ganisatie voor Drente en Veenkoloniën".
10. de Stichting „Gewestelljke Aardappel-Or
ganisatie voor Limburg”.
Voor den teler van aardappelen Is de in de
provincie waar hij zjjn bedrijf geheel of groo-
tendeels uitoefent, gevestigde stichting aange
wezen als gewestelljke aardappel-organlsatle.
Door bovenbedoelde verhoogingen wordt de
1 voor granen, met ingang van
18 November 1933, mitsdien als volgt:
tarwe
gerst
maïs
Verscheidene leden zouden gaarne zien, dat
de Minister, in overleg met zjjn ambtgenoot
van Sociale Zaken, een zoodanige uitvoering en
toepassing der Stuwadoorswet zou bevorderen
dat zoo weinig mogelijk arbeid ot> Zondag
wordt verricht.
Enkele minder belangrijke graansoorten, die
met deze granen in concurrentie kunnen tre
den. als darle, zijn overeenkomstig verhoogd.
Natuurlijk zijn tevens de derivaten dezer gra
nen met deze nieuwe monopoliewlnst overeen
komstig belast. Daarbij is wegens het overgaan
der werkzaamheden van de vroegere Meelcen
trale op de tegenwoordige, onder de monopo
liewlnst opgenomen het geheele bedrag, dat
op de buitenlandsche tarwebloem reeds vol
gens de bepalingen der Tarwewet was gelegd.
Ten einde het doel van het Graanmonopo-
lie te verwezenlijken. Is de verhooging. die op
zich zelf in het algemeen door den prijsval der
granen veelal geen werkelijke verzwaring der
lasten met zich mede brengt, sinds het tijd
stip van het invoeren van het Graanmonopo-
Ue. onvermijdelijk. -
monopoliewlnst
Na deze vooropstelling van de christelijke leer
omtrent het gezag, de rechten en de plichten
van kerk en staat en van wat den christen als
lid der burgerlijke samenleving niet geöorloofd
is, komt deze belangrijke vraag: welke moet dan
de houding van den christen als burger zjjn
tegenover de vele wisselende politieke problemen
welke zich geregeld voordoen?
Op de eerste plaats komt dan deze voorname
vraag: is het den christen geoorloofd een re-
geeringsvorm aan te hangen, welken hjj verkiest
en den besten acht? Langen tijd is deze vraag
voor Nederlandsche katholieken practisch van
geen of weinig beteekenis geweest. ZU was dit
wel in andere landen, b.v. in Frankrijk, waar in
verschillende perioden der geschiedenis de bur
gers in konlngsgezinden en republikeinen ver
deeld waren. De achtereenvolgende Pausen heb-
be> zich verscheiden malen over dit vraagstuk
'uitgesproken, ojb. Leo XIII in deze woorden,
welke hem door de Fransche royalisten zeer
kwalijk genomen werden: „op zichzelf wordt
geen enkele der verschillende staatsvormen afge
keurd. omdat zij niets bevatten, wat met de ka
tholieke leer In strijd is en omdat zij alle, mits
met wijsheid en rechtvaardigheid toegepast, den
staat tot bloei kunnen brengen. Ook Is geens
zins verwerpelijk, dat het volk in meerdere of
mindere mate deelneemt aan het bestuur: dit
kan zelfs in sommige tijden en in bepaalde om
standigheden niet alleen nuttig.zün, maar zelfs
plicht van de burgers. Bovendien bestaat er geen
enkele reden om de kerk aan te wrijven, dat zij
te weinig buigzaam of toegevend is of dat zü
vijandig staat tegenover een ware en wettige
vrijheid.”
Zulk een uitspraak is niet voor meerdere uit
leggingen vatbaar. Zij zegt ondubbelzinnig, dat
het iedereen vrij staat den regeeringsvorm aan
te hangen, welken hij den besten acht. Hier
mede is echter niet gezegd, dat het geoorloofd
is om b.v. in een staat, waar een Constitutioneel
koningschap bestaat te streven naar een omwen
teling, teneinde tot een republiek te geraken.
Immers, het maken van of het meehelpen aan
revolutie is al in strijd met de rede en door de
kerk veroordeeld. Wel zal het geoorloofd zijn om
met rustige middelen, b.v. door, zakelijke rede-
neeringen in de pers of op een spreekgestoelte
zjjn meening te zeggen over de voortreffelijk
heid van den eenen staatsvorm boven den an
deren, b.v. van den republikelnschen boven het
constltutioneele koningschap, of van de dicta
tuur boven beide eerstgenoemde. Wanneer ech
ter het bevoegde burgerlijke gezag om redenen
van openbare orde zulke uitingen zou verbie
den, zou men verplicht zijn zich’ daarnaar te
gedragen. Immers de overheid heeft de bevoegd
heid de rechten der burgers ten dezen te om
schrijven. Ook verwarre men hier regeerings
vorm niet met staatkundige beginselen in het
algemeen. De vrijheid, welke wij Doven bedoelden,
slaat slechts op de voorkeur voor een bepaalden
staatsv o r m, d w z. op de wijze waarop het
staatsbestuur wordt samengesteld. Dus of er een
honing met absolute macht is of een. regee-
rend naar een grondwet; of er een periodiek
optredende president aan hyt hoofd van den
staat is; of er een dictator is; of er een parle
ment is en of dit door algemeen of beperkt, door
individueel of organisch kiesrecht tot stand
komt: over dit alles kan volgens de kerk een
leder een vrije meening hebben. Maar deze
staatsv o r m e n mogen dan ook niet meer dan
vormen zijn. Wie bijv, een voorstander van een
republiek is, omdat hjj valschelijk de meening is
toegegaan, dat de republlkeinsche regeerings
vorm steunt op de theorie van het regeeren naar
den volkswil, zoö iemand dwaalt. Wanneer dus
in een bepaalden staat en onder bepaalde om
standigheden een beweging ontstaat om het con-
stitutioneele koningschap door de republiek of
door een dictatuur te vervangen en die propa
ganda zou door socialisten, communisten of an
dere dwaalleeraars gevoerd worden teneinde met
verandering van den staatsvorm tevens andere
ideeën omtrent het gezag of de beteekenis van
den Staat te doen zegevieren, dan zal een chris
ten zeker geen vrijheid hebben om aan zulk een
Propaganda mee te doen. De geschiedenis im
mers heeft herhaalde malen aangetoond, dat
hieuw opkomende staatkundige theorieën
y atten wy onze voorafgaande beschou-
wingen, welke wjj naar aanleiding van
den feilen staatkundigen meeningsstrljd
in onze dagen begonnen, te zamen. dan moet
voor den christen vaststaan, dat alle gezag, dus
ook het burgerlijk gezag, van God komt; dat
dus „regeeren naar den volkswil” een valsch
beginsel is, evenals het recht om revolutie te
maken; dat kerk en staat twee zelfstandige
machten zijn, die in samenwerking op volmaakte
wijze Be geestelijke en tijdelijke belangen van
den mensch kunnen behartigen. Ook zagen
wij dat het beginsel valsch is, hetwelk leert,
dat zoowel de burger als de staat tegenover den
godsdienst geen plichten heeft en dat zij te
genover de verschillende godsdiensten een ge
lijke gezindheid aan den dag kunnen leggen. Dit
laatste heeft Paus Leo indertijd aldus scherp
geformuleerd: „De theorie, dat er tusqchen de
verschillende en tegenstrijdige vormen van den
godsdienst geen verschil bestaat, heeft tot ge
volg. dat men er geen enkelen meer aanneemt,
noch met zijn verstand, noch met zijn levens
gedrag. Welnu, al verschilt deze opvatting in
naam van godloosheid, inderdaad is er geen
verschil. Immers degenen, die overtuigd zijn, dat
er een God bestaat, begrijpen vanzelf (ten
minste als zij zichzelf willen gelijk blijven en
niet in ongezondheden willen vervallen) dat de
gebruikelijke vormen van godsdienst, welke zoo
zeer van elkaar verschillen en in zeer voorname
punten onderling afwijken en elkander zelfs
bestrijden, niet even waardig, even goéd en even
aangenaam aan God kunnen zijn."
Tenslotte zagen wjj als een door de kerk ver-
moderne dwaling, dat ieder burger
onbeperkte meenings vrij heid zou hebben en het
recht om te laten drukken, wat hij wil en dat
dit recht door den staat zou beschermd en be
veiligd moeten worden.
Het is de bedoeling, dat zooveel mogeljjk de
margarine en andere vetten zullen worder^ aan
gekocht bü dezelfde leveranciers, van wie zij de
vorige jaren betrokken zijn.
Aangezien het vervoer der onbelaste artikelen
slgphts mag plaats hebben onder dekking van
een door de C.Z.C. afgegeven geleidebiljet. die
nen aanvragen, als bovenbedoeld, zoo spoedig
mogeujx en in elk geval vóór 30 November 1933
te worden Ingezonden a'hn het adres der Crlsis-
Zuivel-Centrale te 's-Gravenhage, Laan van
Meerdervoort 84.
Verscheidene leden zouden gaarne zien dat
het tarief der inkomstenbelasting gewijzigd
werd in dien zin, dat de'aftrek voor noodzake-
lUk levensonderhoud en de kinderaftrek, in het
bijzonder waar het groote gezinnen betreft,
zouden worden verhoogd.
De minister van Economische Zaken heeft
de Stichting „Nederlandsche Aardappelcen
trale” aangewezen als crisisorganisatie, rechts
persoonlijkheid bezittend lichaam en vertegen
woordigster van het Landbouwcrisisfonds.
De statuten, het huishoudelijk reglement en
het pootaardappelreglement dezer Stichting
zijn goedgekeurd.
Voorts zjjn de gewestelljke aardappelorgani-
saties aangewezen als crisisorganisaties voor
den teler van aardappelen, die zijn bedrijf ge
heel of grootendeels uitoefent in de provincie,
waarin de gewestelljke aardappelorganlsatie
gevestigd is.
In de Statuten van De Nederlandsche Aard-
appel-Centrale is als doel van de Centrale be
paald:
lo. medewerking te verleenen aan de uitvoe
ring van de Landbouw-Crtsiswet 1933 en van
de door de Nederlandsche Regeering tot ult-
veemg van deze wet genomen of te nemen
maatregelen, In het bijzonder ten aanzien van
aardappelen;
2o. bevordering van de doeleinden welke de
Regeering met de onder lo bedoelde maatregelen
beoogt.
De Minister Is bevoegd:
lo, deze Statuten te wijzigen,
2o. de besluiten der Stichtingsorganen
schorsen, te vernietigen of door andere te ver
vangen;
3o. het Huishoudelijk Reglement en de an-
dere reglementen der Centrale, zoo die er zijn, te
wijzigen of door andere te vervangen;
4o. de Centrale op -te heffen, te likwideeren
en aan het llkwidatiesaldo een bestemming te
geven.
Als deelnemers aan de Centrale zjjn aange
sloten rechtspersoonlijkheid bezittende, gewes-
teljjke aardappelorganisatles, welke zich ten
doel stellen, binnen haar werkgebied medewer
king te verleenen aan de uitvoering van de
door de Nederlandsche Regeering getroffen en
te treffen maatregelen ten behoeve van den
aardappelverbouw en aardappeltelers.
Het bestuur bestaat uit minstens vijf leden.
Zjj worden door den Minister benoemd en ont
slagen.
Voor de eerste maal treden als bestuurslid op
de heeren: J. Bekius te Leeuwarden; P. van den
Heuvel te OoltgensplaatE. Luttener te Stads
kanaal; H. Ruljter te Arnhem; M. van Steen
bergen te 's Gravenhage; Ir. C. G. P. Stevens
te Goes; ir. P. van der Weele te Coljjnsplaat.
r zHn vele ziekten, die slapeloosheid kun-
H nen veroorzaken, zooals typhus of long-
ontsteking: er zjjn toestanden waar
door men slapeloos kan worden, zooals kort
ademigheid bü hartziekten: en dan is er vooral
de pijn, die den mensch uit den slaap houd
In het laatste geval is de wijze van behandeling
voor de hand liggend; zoolang men nl. ae
oorzaak van de pijn niet kan .wegnemen is het
vaak noodig, om door verdoovende middelen
de pijn tot bedaren te brengen en den patién-
het genot en de verkwikking van den slaap te
geven. Wanneer de dokter voorziet, dat de Pün
zeer langdurig zal zijn, zooals b.v. bij trige
minus neuralgie (een bepaald soort aange-
Zichtspljn) zal hij zeer op zijn hoede moeten
wezen, om den patiënt niet aan het verdoo-
vlngsmlddel verslaafd te maken. Bü slapeloos
heid door kortademigheid probeert men in den
regel morphine; en wanneer een lüder aan
typhus of een andere infectle-ziekte niet kan
slapen, geeft men in den regel een eenvoudig
slaapmiddel.
Hevige slapeloosheid komt vooral voor bij
psychosen, geestesziekten, bjj melancholie, bij
manie: en wanneer men door de behandeling
zoo ver kan komen, dat de patiënt rustig slaapt,
is reeds de ziekte half overwonnen.
Maar in al deze gevallen, bij infectieziekten,
kortademigheid, pün. bü geestesziekten is de
beslissing, hoe men de slapeloosheid behandelen
moet, nog betrekkelük gemakkelük. Er is geen
probleem, er is geen zoeken naar de oorzaak;
men weet wat er aan de hand is. en het eenige
wat men te doen heeft is het middel zoo zorg
vuldig mogelük uit te zoeken.
Moeilük wordt de behandeling eerst, wanneer
men met een gezond persoon te doen heeft.
Het beginsel, waarvan de moderne psychia
ters uitgaan bü de studie van deze slapeloos
heid. klinkt in den beginne heel vreemd. Zü
beschouwen n.l- het geheele geval op een zoo
danige wüze. alsof iedereen er volkomen heer
en meester over ware, of hü wil slapen of
niet. Nu zóó is het natuurlük niet, en zóó is
het ook niet bedoeld. Maar in den grond van
de zaak is toch die willekeurigheid eigenlük
datgene, waar alles om draait. Men zal natuur
lük zeggen: „als ik in slaap val. dan doe ik
toch niets, en als ik niets doe, kan ik ook niets
willen; ik kan mü zelf niet door mün vrüen
wil in slaap laten vallen." Zeker, maar laten
we de zaak iets dieper bezien. De slaap komt
vanzelf, onwillekeurig, na de vermoeienissen
van den dag; dat is normaal. Maar bovendien
moet de mensch nog willen slapen. Maar, zult
ge zeggen, iedereen wil slapen, als het tüd is.
Het antwoord is: neen, sommige menschen
wenschen wel te slapen, maar zü willen niet
slajien. Waarom willen zü dat niet? Ziedaar de
kwestie! Om daarop een goed antwoord te ge
ven. moet men eerst even nagaan, wat een
mensch eigenlük doet, als hü gaat slapen. Hü
zet zün zorgen op zü, hü zegt: voor vandaag
is het genoeg. Millioenen menschen behoeven
dat niet eens te zeggen, omdat het vanzelf
sprekend is. Maar inderdaad en in werkelükheid
legt toch Iedereen mln of meer zün zorgen
af en zegt: Morgen is er weer een dag.
De zaak is, dat een mensch die slaapt, zich
zelf en zün omgeving en de gebeurtenissen om
hem heen, niet meer kan controleeren. ’(Van
neer iemand nu vreest, dat er iets zal gebeu
ren. wanneer hü slaapt en dus geen contróle
meer heeft over zichzelf en zün omgeving, dan
wil hjj eigenlük niet slapen. Hü zou wel willen
slapen, hü zou het heerlük vinden, om ,tg sla
pen. maar hü heeft een vermoeden, een vreest
dat er iets zal gebeuren, en daarom wil hü
toch eigenlük niet slapen. Wat kan er dan
gebeuren? Er kan iets in de omgeving gebeu
ren: er kan een inbreker komen, en er kan
een kind uit het bed vallen. Dat is allang be
kend. Maar er kan ook iets in ons zelf ge
beuren. Wanneer wü langzamerhand in slaap
vallen, zün wü geen meester meer over onze
eigen gedachten en opwellingen; en nu gebeurt
het dat sommigen bang zün voor hun gedach
ten, opwellingen en strevingen. Een voorbeeld.
Een jonge man heeft een groote aanhankelük-
heid aan zün vader; heeft het grootste respect
voor diens persoonlükheld. voor zün talenten en
voor zün prestige; maar tegelük voelt hü. dat
hü door zün vader niet als "n volwassen mensch
wordt behandeld: de zwakheden van den jon
gen man worden niet bedekt, maar zoo nu en
dan spottend aan het licht gebracht; kort en
goed, de zoon voelt zün persoonUjkheld en zün
individualiteit niet gerespecteerd. Dit is na
tuurlük uitermate grievend voor hem. en er
ontluikt in zün zjd een begin van haat tegen
zün vader. Dat i^t hü in t begin zelf niet
maar langzamerhand komen er op oogenblik-
ken. dat hü droomerig is. gedachten van op
stand van wraak. Hü strüdt met moed en ten
laatste met vertwüfeling tegen deze gedachten;
ten slotte wordt hü bang voor zün eigen ge
dachten. Van nu af aan is hü gedwongen, om
elk oogenbllk van den dag zün gedachten in
bedwang te houden, omdat anders de boosaar
dige opwellingen de overhand krügen. Deze
jonge man wordt slapeloos; hü vreest, dat als
hü zich laat gaan, zün booze gedachten het
zullen binnen, en hü moet daatom zün posi
tieven goed bü elkaar houden- Wat moet zoo
iemand doen, om van de slapeloosheid af te
komen?
Hü moet leeren. op eigen beenen te staan;
hü moet gaan beseffen, dat hü oud genoeg is,
om zelfstandig te kunnen zün. niet meer op zün
vader te moeten steunen. Dan kan hü de
Situatie als een vrü man beschouwen. Dan zal
hü zün vader naar recht en verdienste kunnen
waardeeren. maar, daar de jonge man nu op
zich zelf staat, d wz. weet en begrüpt. dat hü
door eigen energie door de wereld moet, zal het
gemis aan sympathie hem niet meer kwetsen.
Wanneer een dergelük geval een jong meisje
betreft, schünt het vaak, alsof zü Juist buiten
gewoon veel van haar moeder houdt; maar aan
de soort liefde bemerkt men dan. dat de zaak
niet geheel in orde is: die genegenheid is dan
onrustig, sentimenteel, vol opwellingen. Ze ver
beelden zich dan enorm veel van hun moeder
(of een ander persoon) te houden, maar dan
is het niet zoo zeer liefde, als wel bedelen om
waardeering. En dat is gevaarlük voor de rust
van het gemoed, en op zün hoogst geoorloofd
bü een minnend paartje, maar ook daar niet
al té veel.
Zoo zit er achter de slapeloosheid, heel vaak
een soort vrees voor eigen gedachten; bü den
één neiging tot afkeer van zün vrouw, bü den
ander neiging tot wraak op een politieken lei-
orfeurrent, bü een derde jalouzie op
-iltógnon. „De wraakzucht laat dien
st/in den afgrond slapen”, zegt Vondel
ioh den Toovenaar.
it zegt het spreekwoord, dat een goed
het beste kussen is.
éeroude waarheid wordt door de mo-
odk ongeloovige psychiatrie bevestigd- Het
•tenjonderzoek is echter ook. voor alles, een
iraoék; en dat moet duidelük en helder
Mpn moet de kwade gedachten, als zü
g gorden, aan het licht brengen, en in
licht den vüand. die in ons is..terugdnnge<n
Niet e^n angstig ontwyken. maar een klSk en
helder/ afstand doen van de -booze* wensrjwwröT
en de zelfzucht, die er achter schuilt Dan
wordt de mensch tegelükertüd krachtig en
zelfstandig.
Zoo zit er ook iets goeds in de slapeloosheid
bü een gezond mensch. Zü toont ons. dat wü
nog niet zün, waar wü moeten zün. en is
j op die wüze een ongewild en pünlük gewetens-
I onderzoek.
Verscheidene leden meenden de aandacht te
moeten vestigen op de positie der grenscom-
miezen in den strüd tegen de smokkelarü. Spe
ciaal den laatsten tüd wordt door de smokke
laars gebruik gemaakt van auto’s, waarmede
zü in wilde vaart over de grens rüden. Zü ont
zien zich niet de kommiezen, die hen willen
tegenhouden, desnoods te overrüden, iets, wat
helaas reeds is voorgekomen. Daarbü komt
nog, dat de smokkelaars met de modernste wa
pens zün uitgerust, terwül de kommiezen sleqjits
beschikken over oude revolvers, die ook vaak
nog ondeugdelük gebleken zün. Deze leden stel
den de vraag of de Minister niet moet toestem
men, dat deze toestanden onhoudbaar zün. Zü
zouden er dan ook op willen aanarlngen, dat
de kommiezen beter worden bewapend en dat
zü de beschikking krügen over motorrüwielen
en auto’s
Tevens meenden zü zich te moeten beklagen
over de slappe houding van de justitie in de
zen. Indien deze houding voorkomt uit gebrek
kige strafbepalingen, dan moeten deze' worden
herzien. Dat smokkelaars, die, zooals gebeurd
is, het leven van ambtenaren niet ontzien, er
met een boete van 25afkomen, is, naar het
oordeel dezer leden, ergerlük.
Opgemerkt werd, dat de kommiezen In te
genstelling met vroeger jaren, vele jaren be
last blüven met den dienst aan de grenzen.
Kon voorheen een ambtenaar na enkele jaren
grensdienst als regel rekenen op een plaatsing
in den binnendienst, thans blüven zü niet 'zel
den 8 4 9 jaren aan de linie, vaak belast met
uiterst onregelmatige en niet van gevaar ont-
bloote diensten.
Eenige leden stelden de vraag, of hierin geen
aanleiding kon worden gevonden om dezen
ambtenaren in eenigerlei vorm een, zü het dan
bescheiden, extra-vergoeding toe te kennen.
Verder drongen zü er op aan, dat bü de op
schuiving van den blnnendMftst zooveel moge
lük met anciënniteit wordt rekening gehouden
en dat niet oudere assistenten op de Unie ge
plaatst blüven en de jonge kommiezen en as
sistenten de posten van den binnendienst be
zetten.
De aandacht van de Regeering werd door
sommige leden gevestigd op het ontbreken van
contróle op de ingeschreven hypotheken.
a. een verklaring van het bestuur, waaruit
blükt, hoeveel onvermengde margarine en/of
vet in andere jaren voor dat doel werd uitge
reikt;
b. de hoeveelheid van deze artikelen, welke
thans benoodigd zal zün, onder büvoeglng
een door het bestuur" geteekend afschrift van
den orderbrief aan den leverancier;
c. een verklaring van den leverancier, van
welke margarinefabriek en/of smelterü de ar
tikelen worden betrokken;
d.
moeten worden;
e. den datum waarop en de plaats waar de
uitreiking der Kerstgave zal plaats hebben.