w^aal wui den dag
Het werk der contemplatieve orden
DE ABDIJ VAN EGMOND
HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor IOcL
DE KLEINE ANNIE EN HET SPOOKHUIS
HET KAPERSNEST
Prettig Vooru itzich t
Alleabonné
WOENSDAG 22 NOVEMBER
T
De trein
vertraging
Geestelijke adoptatie
nd
Plattelandsscholen in
Mexico
Tuberculose in Zuid-
Afrika
Draadlooze stations in
de Libysche woestijn
Alcöholsmokkel in
Finland
André Spada
Opium onder afval
verborgen
De hoogste telefoon van
Europa
Scheepvaartverkeer te
Bazel
JOSEPH CONRAD
Gesprongen handen-Ruwe huid
30 en ÖOct PUROL
Bij Apothekers en Drogisten
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
f i- i—i. i i
Bevordering van de veetiging van
contemplatieve hlooetere
in de missielanden
reist
u
hebben?'
toe
wil je me dan naar
langer
ft
de
een
k
t-
a
n
s.
VIJFDE HOOFDSTUK
t
i
1
(Wordt «errotod»
/i
9
h
ROMAN VAN
in
Ml
S
n
n
r
i
t
Utt de door de Flnache douane-auterttelten
gepubliceerde cüfers blijkt dat In October 28 270
gallons gesmokkelde alcohol In beslag genomen
(Un en in de laatste 10 maanden 110.720 gallons.
Het vorige jaar waren deze cüfers reap >000
en 55 800 gallons.
Men erkent algemeen dat slechts tien procent
van den in Finland gesmokkelden alcohol In be
slag wordt genomen, zoodat het totaal dat jaar
lijks wordt btnnengesmokkeld geschat wordt op
ruim 1 mllUoen gallons
I
i
André Spada. de berucbte bandiet, die te
Ajaccio in de gevangenis ia opgesloten, aal bin
nenkort naar Montpellier worden overgebracht
om door medische specialisten te worden ge
observeerd.
Men vermoedt dat hü niet geheel wel meer
in het hoold ia. ofschoon de doktoren hem van
sUnuleeren verdenken.
,4U aoudt ons kunnen helpen I" boorde ik
hem mompelen.
TUD ZF O JE P
En tNTlNSLHEM
kont de Eter
ENER MET z'n
BENDE UK M
EN WE WORDEN
ÓO/ANCENALS A
RATTEN m
OEM VAL I
f IK GE LOOF NIET DAT
I DAAR GEVAAR HX*?
I BESTAAT ZELFS AtS
I ZE HEM OVER RA T MOL
I MER MEET T ‘MCElXRT.
tDANZOUMU MET 3E
ZWAARL uk kunnen
VINDEN IN ELK C/EVAL
ZULLEN WE OP ONZE
k ROEDE ZON
Men kan tegenwoordig vanaf het Jungfrau-
Joch, het hoogste spoorwegstation van Europa,
telefonisch aansluiting krUgen met alle deelen
van de wereld. Het gaat hier om een telefoni
sche automatische Installatie, die eenlg In haar
soort is. De geleidingen zijn geheel onderaardach
en sneeuwstortlngen noch lawines, die op deae
hoogten zoo veelvuldig voorkomen, sullen daar
schade aan kunnen berokkenen.
De scheepvaart te Basel is gedurende de eer
ste drie kwartalen van dit jaar in vergelijking
met het vorig jaar toegenomen en bedroeg In
totaal 1.525 273 ton (vorig jaar 1201701 ton),
waarvan 299.994 ton (vorig jaar 284 830 ton)
RUnverkeer en 1.225.279 ton (vorig jaar 913.071
ton) kanaalvaart.
:hts-
r be-
•nbe-
Rou
Ul»>
laste
•rug
ling
XH»
•er-
enis
rate
sn-
iing
Iragi
der
ge
lde
nor
det
lef
iek
die
•an
as.
in
er-
in-
tm
fte
rd.
ht,
de
in
n-
n«
en
ik.
Ie:
k-
>n
de
m
lis
li
et
t-
<6
Ml
tn
tn
)-
m
of
td
origa
1 en
l sas
leeft
I fa
ndag
;n.
vol-
lg«n
cht-
Hja
md-
r hü
uk te
een
aam
ten-
een
sche
rilde
ken,
teid.
door
O.
i da
nlge
iller
tee-
na-
)ven
Met zoo’n heerlijk optimisme
Werd de Volkenbond gesticht.
Want men meende, dat juist hierin
t Brandpunt van den vrede ligt!
Volkenbond! en het geheimpje
Zit alleen reeds in den naam.
Hiermee vang je alle Staten
Onder ‘t téne hoedje s&am!
Sn Genève werd gekozen
Voor dit prachtig instituut,
Want de schoonheid werkt
verzachtend
Op onaangenaam dispuut!
Al de volken hier te zamen,
In gezellig onder ons,
Doet de eendracht weer gedijen
En god Mars krijgt zoo de bons!
Ja, de opzet was zoo kwaad niet,
Maar iets is er, dat niet stuit.
Want in plaats van in te binden,
Knijpen ze er tusechen uit!
Als men zóó de banden prijs geeft
Is de meening wel gegrond.
Dat men hier, van bond gesproken,
Overgaat tot al te bont!
MARTIN BERDEN
(Nadruk verboden)
milWHIillHflHIIIIiaiWIIIIHIIWINIIlHIllHlllltiaillllNHIIHHHIillllllHI
Toen een kar. waarop een hoop vodden ver
voerd werd, door een politle-beambte te Peiping
werd onderzocht, bleken 800 ons opium onder
het afval verborgen t» zijn De karrijder be
kende dat hU gehuurd was door een opium-
Smokkelaar. voor wier» hij de opium in de stad
moest brengen.
De politie begaf zich onmiddellijk naar het
huls van den smokkelaar, doch deze was reeds
ontsnapt. ZUn moeder werd echter naar het
politiebureau gebracht, om verhoord te worden
In een toespraak tot de Rotaryclub van Jo
hannesburg constateerde dr. Pringle directeur
van een.sanatorium, jlat JaarlUks in Zuid-Afrika
3000 menschen sterven aart tuberculose
Indien wU jaarluks 3000 landgenooten verlo
ren aan pest of pokken, aouden wü ontsteld
zijn, zoo betoogde dr. Bringle, maar over de
feiten omtrenj de tuberculose zijn de menschen
niet op de hoogte.
In Kaapstad alleen sterven jaarlijks 700 men
schen aan deze ziekte en In Johannesburg 350
t* l
mot
het
„Goeden avond, conducteur,” zei Ik.
„U hebt aan de noodrem getrokken, mün-
heer?"
„Inderdaad."
„Wat was er aan de hand?" Bent u stans
ziek?”
„Niet dat Ik weet, "t Is een mooie avond: de
sterren staan aan den hemel en alles Is keurig
in orde"
De man was Intuaachen den coupé binnen-
bij verllas van *n
antieMn vinger
In het grensgebied van het Egyptische deel
van de Libysche woestün sullen drie draadlooze
stations worden opgericht.
In verband met de hevige winden en zand
stormen is de telegrafische verbinding met
deae streken dikwijls gestoord, zoodat men we
ken lang zonder berichten van de autoriteiten la.
Ds draadlooee stations zullen worden opge
richt in de Kharga-oase. la de Fararafra-oase
en in de nabijheid van Toto.
De credleten, noodlg voor het oprichten van
deze stations, zullen op de begrootlng van het
volgende jaar worden uitgetrokken.
mmnmnunnVOLKENBOND iiiiHiimiHmiic
r CCEIEOENAJJE.'VEELEIENKRU6
IK UIER NIETENMN ARMEN EN
VOETEN ZuH ZOO STEVK VASTCE -
BONDEN DAT IK ZE NET (3EWELFN
KAN SLAPEN KANIKNIET ZE NEB
BEN DEMMEElENNALMTMET EL
KAAR GFPRAAI EN UI EEN ADDER
VERTREK NOOR >K NIETS DAN JAN-
hejtklalmten waemteveh.ze
hebbent over mu
J IK zoomaar mei
aan! PRATEN KRU
DEN, ALS !K EEN VUUR
TJE ONDER VOE -
TEN MOCHT STOKEN
Of ZE DAN AllEbZOU
VER!ELLEN MAT ZE s
WliT'
EN ALS ZE NU
ALLE3 MRTELT
WAT ZE WE ET.
WAT ZULLEN wF.
DAN MET HAAR
DOEN1
JtWUTZEóCEN
IAZ5 WE DAT6ftb TE-
IS ER DANTECEN
HAAR NLEP TEULTEN?
N/EMAND KAN NAAR
H/EP VINDEN LNCEEN
JAREN
1 NEEN DAAR BEN
ik teóen; al -
LEEN ALS LAAT
STE MIDDEL ZE
ZAL WfL PRATEN,
ALS WE HAAR TUD
CEVEN.
Door de actie der Benedictijnen vfcn Sint
Andries is reeds aan tientallen van deae aan
vragen voldaan. Zoo la tn de Apostolische Pre
fectuur van Borneo (Paters van MUI. HUI) in
1532 een klooster gesticht door seven Carmeli-
tessen uit Madrid, dat thans reeds meerdere
novicen telt, waaronder een Engelache, een Chl-
neeeche, een Maleische, een Maleisch-Chlnee-
sche, een Phllippljnsche enz. Uit aUe oorden
van het uitgebreide gebied uiten de missiona
rissen hun vreugde over een ongekende toena
me van het aantal bekeeringen. Het loon voor
de opofferingen en gebeden, de volkomen over-
geve aan den H. WU wOT*Ood en het onwan
kelbare vertrouwen van zeven dochters van de
groote Theresia
Bidden en offeren is monnikenwerk in den
letterlijken zin Dat het dit niet Is In den zin
vaq de volksche uitdrukking bewijzen de cUfers.
Egmond moet dus herbouwd worden, juist
wül alom de nood rUpt.
Belangstellenden In de geschiedenis en het
streven van de Abdij Sint Andries te Lophem
bU Brugge, verwijzen wjj gaarne naar de pu
blicaties van de abdij: Le Bulletin des Mis
sions en Contemplation et Apostolat, alsmede
naar een artikel in het pas verschenen Kerst
boek van de Katholieke Illustratie, Wat Eg-
mond betreft, naar de speciale nummers van
„Bouwen” (No. en van de Katholieke Il
lustratie (8 Nov. 1933, No. 8).
Maar het volgend moment keek hU mU zoo
nuchter aan, dat ik schrok.
..Ophangen!" herhaalde hij. En toen: „Jon
geman, knüP er tusechen uit. Luister naar m n
raad en knijp er tusschen uit! Carios is een
gladde bliksem. U zult mannen noodlg hebben
om dat klaar te spelen Mannen, dat verzeker
ik U.” Hij klopte zich op zijn beenige borst.
Ik had nooit vermoed, dat hij zoo grimmig
kon kijken. ZUn oogen maakten ,mij machte
loos. HU deed s’n enormen mond open als wou
hU me verslinden. ZUn lange kaken gingen ge
luid) ros op en neer. HU scheen van gedachten
te t eranderen.
„t Is zóó genoeg." zei hU, met een somber
zelfbedwang. Hij ging staan en draalde mij den
•ug toe.
i Ik had geen flauw Idee van sijn bedoeling
Ik wist alleen maar, dat het weggaat, uit zUn
hut voor mU Dek op een ontsnapping uit een
duister roofdler-hol naar een zonnige wereld..
OngetwUfeld hadden zijn woorden, en nog meer
zUn manier van doen, een gevoel van onveilig
heid in mU gewekt. Maar dit gevoel had geen
bepaalde rtchttaig. want het was klaarblUkelljk
dwaas en onmogelUk. mUn vriend Carios te ver
denken Bovendien was hangen zulk een vér ge
vaar. zulk een ongeloofelUke gebeurlijkheid, dat
het heele geval belacheluk werd. Toch voelde ik
mU ongelukkig, on ver k las r baar ongelukkig.
Spoedig vond Ik een afdoende verklaring, ik
had heimwee. Aan den tweeden stuurman dacht
Ik niet meer. Ik keek naar de haven, die wtj
binnenzeilden en dacht aan het ouderlijk huls,
vanwaar Ik aoo gretig was vertrokken. Ik was
geheel
trouw blUvend aan de wet en den geest hun
ner ordestichters en zonder zich in het actieve
k-ven te begeven, zonder ophouden en in be
langrijke mate kunnen bijdragen tot het wel
slagen van het missiewerk. En indien de
Oversten van deae beschouwende orden
(in de missiegebieden) huizen stichten of
plaatsen, die in gemeen overleg (met de bis
schoppen) gekozen zUn, dan zullen zU een
uitermate nuttig werk verrichten voor de on-
nieteUjke menigte der heidenen en aan ons per
soonlijk zullen zU (daardoor) onzegbaar aange
naam zUn.”
De monniken van de BenedictUner Missie-
abdU 8t. Andries te Lophem bU Brugge, heb
ben aan dezen wensch onmiddellijk metterdaad
8*volg gegeven door de stichting van een geea-
ieluk werk, dat zU „Contemplation et’ Aposto
lat” genoemd hebben. Dit werk stelt zidti
tweeërlei doel:
le. het actieve apostolaat van de missionaris
sen in de dageluksche gebeden en offers van
de beschouwende kloosters te doen deelen door
bet middel van geestelUke adoptaties;
2e bevordering van de vestiging van contem
platieve kloosters In de missielanden zelf.
Ter verwezenlijking van de eerste doelstel-
Er was een jongen aan boord. Barnes ge
naamd, een tuseebendekspaasagier van onge
veer denzelfdehsJeeftUd »1» Ik. een ruwe, rood-
kopplge boerenkerel uit Northumbrië, die zich
als recruut bij een van de West-Indische regi
menten ging voegen. Het was 'n ernstig, wakker
man en bU zeldzame gelegenheden had ik wel
een* *n praatje met hem gemaakt. In mUn
groot gevoel van eenzaamheid ging Ik hem
vaarwel zeggen, nadat Ik van Carios reeds voor
goed afscheid had genomen.
Ik was tn onze hut geweest. Overal, over heel
het schip «ras een groot lawaai ontstaan van
aan land gaande, afscheid nemende menschen
Carlos en Castro waren binnen gekomen, ver
gezeld van een langen strak-kUkenden Span
jaard met ’n gouden bril op. geheel In t wit
gekleed en met een zeker iets in zUn houding
van optnerkzamen, aandachtlgen eerbied. die
een weinig boog, toen hU In ernstig ge-
L tarlos
weinig boog, toen hU
sprek met Tomas Castro de hut betrad,
was hdn met een soort achteloosheid voorge
gaan, en de Spanjaard het was Senor Ra
mon. de koopman waarover ik had hooren
spreken sloeg hem als met nieuwsgierige be
langstelling gade. Met Tomas scheen hü reeds
bekend. HU stond tn de deuropening. In het
sterke Ucht, *n weinig voorovergebogen.
Met een zekere hoffelijkheid, maar met een
zweem van onverschilligheid, stelde Carios mij
tenslotte toch nog maar een jongen, geestelük
nog meer dan llchamelUk.
Voor de kust krioelden vreemdsoortige boot
jes. als kleine watertorren. Eén schoot op ons
schip toe, toen wéér een. Ik wilde liever niet,
dat zü dichterbU kgramen. 1 Was of Ik mün
eenzaamheid niet verstoord wilde zien. Ik was
heel niet verheugd, dat ik aan land zou gaan.
Van achter een woelig kluwen vaartuigen kwam
langzaam een groot en hoogvarend schip te
voorschijn; swart, omgord met de twee breede
gele strepen van een dubbele rij kanonnen Zon
der groet voer het ons voorbU. ZUn hooge raas
staken ver boven onze masten uit. Ik zag. hoe
de matrozen uit het want neerkeken op ons dek
WU hoorden op het schip geen ander geluid
dan dat van het bootsmansflultje en van kx>-
pende voeten. Ik stelde mU voor, dat hei zUr.
huisreis begon en voelde een hevig verlangen
on» aan boord van dat schip te varen Later,
toen alles afgeloopen was. ging Ik op dat schip
naar huls terug. Maar toen was het te laat
Ik was een ander mensch geworden, met veel
vreemdsoortige ervaringen en geheel andere
verlangens. TerwUl ik het schip na stond te
staren, hoorde ik de stem van Carios achter
mU HU vroeg aan een van onze matrozen, wat
voor een schip het was.
„Kunt u geen admiraalschip onderscheiden?"
snauwde een grommlge stem. ,t Is het schip
van admiraal Rowley!" De matroos mopperde
nog iets over: jmeroovers. ra pal Je, de kust van
Cuba*
Carios kwam tegen de reeling staan en teek
hei oorlogBsdiip imu
De Mexlcaansche minister van Onderwijs.
Narciso Bassols, heeft mededeellng gedaan van
een grootsch plan, n.l. om te beginnen met het
volgende jaar een duizendtal plattelandsscho
len in alle deelen der Mexlcaansche republiek
te openen, waardoor de onderwljsgelegenheid
in het komende jaar met ongeveer vUftien pro
cent zal worden ultgebreld.
elen in de buurt wisten niet, waarom net
locaaltrelntje uit Lumley, dat 21.15 te
Batterton hoort aan te komen, op den
avond van den zeventienden April 1931 een half
uur te laat kwam.
Ik stapte te Lumley In den trein en zat een
oogenbllk later in de onhebbelUke duffe doos,
die de spoorwegmaatschajjpU een eerste klas
rookcoupé geliefde te noemen. Onder de paar
IngelUste kennisgevingen aan den wand. prUkte
het bericht, dat misbruik van de noodrem met
een boete van vUt pond zou gestraft worden Ik
Het den trein ongeveer driehonderd meter z*n
gang gaan en gaf toen een stevigen ruk aan de
rem. Het ding werkte uitstekend. De trein bleef
staan en de conducteur liep er langs, om na
gaan, in welken coupé er misschien een
ortewas bedreven. Ik stond op en keek uit
I iWmpje.
-w—e Abdij t**1 Egmond moet herbouwd wor-
I Jden. Een hoofdcomité, in samenwerking
J-^met sub-comités en met de pers, Uvert
voor het herrijzen van de oude Nederlandsche
gebedscentrale, waaraan de Nederlandsche cul
tuur in geestelijken en stoffelijken zin een
goed deel harer jrtlchtlng" te danken heeft.
Het verblUf van de BenedlctUnen op onzen
biKlem is eeuwenlang onderbroken geweest.
Misschien is het gestoorde contact oorzaak, dat
bet religieuze en cultureele belang, hetwelk wU
bU de hernieuwde vestiging hebben, nog steeds
wordt onderachat. zooal niet geheel onbegre
pen blUft.
Nog al te vaak wordt, ook onder katholieken
van onverdachten huize, de vraag gehoord,
«aarom de vestiging van die „toch maar alleen
biddende en studeerende monniken" toch wo
noodzakelUk Is. Anderen meenen. dat de her
bouw van Egmond misschien wel ge«renscht is,
doch dat het met het oog op de benarde tUds-
cmstandlgheden. voorloopig bU het stellen van
het ideaal behoort te blUven. Het geld kan te
genwoordig wei nuttiger besteed worden; er
zUn grooter nooden te lenigen. Alsof niet de
geestelUke nood primair was.
Terloops zU opgemerkt, dat de monniken
zelf voor dit laatste argument niet ongevoelig
zijn gebleven, De verwezenlUklng van Krophol-
Iers plannen kost tonnen. Zooveel meenen de
BenedlctUnen In de huidige omstandigheden
niet te mogen vragen. ZU stellen zich gaarne
tevreden met een klein voorloopig huls, dat
voor enkele tienduizenden guldens te bouwen
is en dat onderdak biedt aan een minimaal
aantal paters.
Maar afgezien hiervan, zou men op het hoo
ren van opmerkingen als de bovengenoemde
wenschen dat er eens een duchtige preek ge
houden werd over het wezen en de beteekenis
van de Gemeenschap der Heiligen.
De Nederlandsche BenedictUner Apostel 8t
Bonlfaelus deed dit metterdaad toen hl) tot den
AM Optatus van de moeder-abdij der Orde op
de Monte Casslno, het verzoek richtte om ge
meenschap van gebed en goede werken met
diens communauteit. ten einde verzekerd te
zijn van een degeltjken, geestelijken steun bU
het zware missiewerk onder de barbaarsche
Filex n.
Maar dat te lang geleden.
Intuaachen is er echter niets veranderd Dtt
te te bewijsen met eUfermateriaal. dat welis
waar dor te. maar waarvoor przctisehe 20e
eeuwen gevoelig plegen te zijn.
In de Encycliek Rerun» Ecclesiae" geeft Z.
H. de Paus Plus XI uitdrukkelUk het verlan
gen te kennen, dat kloostergemeenschappen,
scholen, colleges e d. voortdurend hun gebeden
naar den hemel zullen opsenden voor de ver
breiding van het Evangelie. Even verder in de
zelfde encycliek zegt de Paus letterlUk:
„Het is duidelijk, dat de monniken.
1,n» Fenl tot de oversten «an bijna alle mls-
s eposten ter wereld de vraag gericht, of «U
nun gebied voor zoo’n geestelUke adopteering
door een religieuze communautelt In aanmer
king wenschten te zien komen. Binnen een
pear maanden kwamen in da abdij Bint An
dries 58» geestdriftige bevestigende antwoorden
binnen. Deze aanvragen werden ondergebracht
t>U de contemplatleven die zich tot de sdop-
teering van een missiegebied bereid hadden
verklaard. In Nederland werden door acht
kloosters van BenedlctUnen, van den Carmel,
en van de Redemptoristlnnen even zooveel
missiegebieden aanvaard. In Dultechland wer
den er 10 ondergebracht, In het „heidenache”
Frankrijk 127, In Italië 254 enz.
De in eUfers uitgedrukte resultaten van het
stille werk dezer religieuzen, die ..niets anders
doen dan bidden”, zjjn verbluffend.
Het Apostolisch Vicariaat van de Kleine
Soenda-eilanden, dat eerst kort geleden in Mgr.
H. Leven zUn nieuwen vicaris kreeg, is geadop
teerd door de BenedlctUnen van de Sint Pau-
lusabdU te Oorterhout. Volgens het PauselUk
Jaarboek van 192» bedroeg het aantal katho
lieken in genoemd gebied 100.070. In Augustui
1930 was het getal gestegen tot 160 880; In 1931
tot 191.145 en In Juli 1932 telde men 212.092
katholieken. En deze stUging houdt nog voort
durend aan, ten spyt van het teer hooge sterf-
tecUfer In den Archipel.
In de Apostolische Prefectuur van Kubanao,
Anzola, zijn de resultaten nog Indrukwekken
der. Van 45.000 In 1928 sprong het aantel ka
tholieken op 175 157 In 1930. BU een zoo over-
vloedlgen oogst moest de Apostolische Prefect,
Mgr. Kelling, alles In het werk stellen, om het
aantal zUner priesters, die het werk niet meer
aankonden, gelUken tred te doen houden met
den aanwas der geloovigen.
Zeer korten tUd na de geestelUke adoptatie
door den Carmel van Brugge, werd in het
Aartsbisdom Calcutta het tevoren ongekende
succes bereikt, dat op één dag 000 doopellngen
in de Kerk konden worden opgenomen.
Ter wille van de volledigheid moge nog ver
meld worden dat ter verwezenlijking van het
tweede doel, dat het werk ..Contemplation et
Apostolat” zich gesteld heeft, de vestiging van
contemplatleven tn de missielanden, aan bijna
alle missiebisschoppen de volgende drie vragen
werden voorgelegd:
1- Is de vestiging van een contemplatlef-
klooster in Uw missie mogelUk? Wenscht Uwe
Hoogw Excellentie een zoodanige vestiging?
2. Zouden er roepingen tot het contempla
tieve leven zUn?
3. Zou de eventueele stichting de materieele
bestaansmogelijkheden vinden Mt hoe?
In korten tüd werden 300 bevestigende ant
woorden op de eerste vraag ontvangen, snge-
rekend de dubbele aanvragen om vestiging van
ven communautelt van manneluke en een van
vrouwelüke contemplatleven. Onder de ant-
woorden op de derde vraag sUn zeer treffen
de: „Als God de middelen geeft”, „Als de stich
ting er maar eenmaal is”, „Ja. de heidenen
zelf zullen er voor zorgen". Met fierheid ver
melden WU een antwoord uit Nederlandsch-
Indlë (Psdangi: ,J3e katholieken in de groo
te steden zijn gaarne bereid te helpen Samen
met een soortgelük antwoord uit Carthago het
eenige van dezen aard.
gestapt.
„O, Ik begrUp het al." zei hU. „een beetje
getikt, hè?"
„Toch n-et." antwoordde Ik; „als ik Je ver
teld had, dat het regende, en dat er geen star
retje aan de lucht Is en dat er hier Iets grie
zeligs is gebeurd, dan had Je mogen veronder
stellen
.JMU." grUnslachte de man, ,ar zAl ln elk ge
val wel Iets gebeuren. Waarom hebt u aan net
gouw getrokken?”
„Het schoot me te binnen, dat Ik die kleine
lleinebberU best betelen kon, en dat lx ’t nog
nooit gedaan iiad. Vul pond lukt me die liei-
nebberU eigemuz mei waard, maat de maat
schappij heelt natuuriUk gelux, dat ze er zoo
veel voor rekent, ais ze maar krijgen kan. Za-
Ken zun zaxen, gevoelsoverwegingen komen
•laaiou met te pa*.
„Heoc u nog ai veel gegadigoen voor de nood
rem? En wai ik zeggen wil moet Ik nu betalen
of op 'l kantoor? Hoe zit dat?”
,X>at zuil u wel liouren," ais we in Batterton
aauaomen. Wnl u nu maar al vast uw naam
uu am oj opge ven/'
is. ga» nvm nauwkeurig ue gevraagde inilch-
tn*«en en n^j veiuweeu. e/p au ve»u»<vvg naai
»u goeuereu wagen werd mj ne*vo. .nu noo»
>»aaeu lui uu»w.u ue laampjes gesvoaeu houi-
uen en ue trem zeive z»ca »«.er m ueaeguig.
ia uduv aai nu zoowaï een awaïvinu» voo»l-
gesuzaeiu zal z^u, toen is opnieuw aan nel
■vuwfuuc Wee» suipve ue uem.
nu’ was ue eouuucvcur nee» uous.
„we neuuen nu onsen uuni van je vol, mooie
jOoscu, suauwue nu, .ais je zou muiuum txmi,
1 oènoeven vge je me» ie veivoeren. waai oacu»
(S uai je l voor neen»
„m oen van uu geoourle al geneeioniliouder
kje uiaauamappu leuuu je wtn aeser mei, uu
passagvets te iwisve pussagiers,
U*e U UUGU.k,
„ik zou maar mei zooveel piaai* hebben
(vaalom ueih u aan ue noourem geiroaaen/
,uu n nonage is oi a uunuven voor, oi o uu-
uuveu acuvei. xa nacol. aai u misscmen hui
jmalen i«ja ou u zou ueouen. xa aan er mets
auoexs van maaeu uan Uen imuuveu voor.
„u nem er LU pouu van gemaaai, ais i niet
meer is. u zuil uioevei» UMxtu voor uxe gekiMuu.
xa zou liet spenetje maar mei weer pxoueexen.
a ani we laten hei» uexn xaxm uoor gaan.
ix nog eens aan ue noomem uea, en de
Ue«n Sxopi mei, uan zal lx een xuicul Op ue
uiaavscouppu inlueuen. Ais ix veraxes ió pona
aan cm uuaei le oesieuen, wil ut waar voor
m n geld iieuuen. Ga nu maar weer heen, goeie
man en zeg tegen je vriend voorop, aal mj z n
oude naaimacxune wel weer op gang kan
orengen.
Op dn oogenbllk scheen een lumineus idee
door het brein van den conducteur ie scnleien.
„Een oogenbUkje,” zei hU .Mag Ik even
zien of u ook een kaarlje hebt?"
Tenslotte vroeg hU cynisch, of hij mijn oogen
•Pen zou maken.
Ik antwoordde niets
„Weet u, wat u wacht," vroeg hij. .AA
dien Carios niet laat schieten?"
Vol verwondering mompelde ik, dat Ik het
Biet wist.
.Dan zal Ik het u sens vertellen! Ze tellen
hangen t”
Ik was te verbaasd om kwaad to worden. Ik
veronderstelde maar, dat de man drouten VM.
eens." zei hij. .4k denk hier verscheidene jaar
tjes te zijn."
HU nam zUn koffer op en beklom de ladder,
zoo onromantisch mogeluk. HU zou «rel even
naar Macdonald vragen voor me.
Een paar mannen, bU het luik samenkomend,
begonnen hardop een gesprek, waarvsm leder
woord, tn de stilte van mijn ellende en hek
groote, verlaten tueschendek, duldelük tot mijn
ooren doordrong. Een van hen. blukbaar pas
van huls, stelde vragen. Een ander gaf ant
woord'
„O. ik verloor een halven seroen, bij den laat-
sten tocht het oude liedje."
„Hebben ze de schurken nog niet uitgn-
roeld?" vroeg de ander.
De eerste verzachtte zijn stem. Ik kon enkel
opvangen dat „de admiraal een ouwe dwaas
was, heel niet geschikt voor zoon zaakje.
HU is den naam te weten gekomen van de
plaats wut de kapers vandaan komen Rto
Medio. Dat is de plaats, hij kan die nu enkel
maar niet bereiken met zUn driedekker» Zag
je zijn schip F'
Rlo Medio was de naam der stad waar Car
ios heenging de stad van zijn oom. Boven
hoorde Ik de mannen zich verwUderen.
Wat moest Ik gelooven? Wat kon dit betee-
kenen? Maar de woorden van den tweeden
stuurman „Knijp er tusschen uit, jonge man,**
schenen als een trompetstoot in mijn ooren te
klinken. Plotseling kreeg ik een hevig verlan
gen Macdonald te vinden niets meer van
Carlos to zien.
Don Ramon. Carios JUeso. o»»
menie avontuur ueeft beliefd Ke®?_h”ft
Rlego vroeser leeren sennen door den w-
loofde van zijn zuster v*ronlc,M
Rooksby. BU een ecntervoleins door de
«endermen vinden Cerioe en sUn meteeee'
een echullpieele bU Rookebv BU «n oe
zoek aan Carlo, werd Kemp
maar later door Rengeley. den leider ven
de unokkelaare weer bevrijd Kemp my 11
dan het plan met Oarlce uit te wijken
naar Weet-Indiél.
voor. Ramon richtte op mU zijn onderzoeken
den. rustig ontledenden blik.
Maar gaat de Caballero ook mee over?....”
vroeg hU. Carios antwoordde: „Neen Nu ten
minste niet, denk Ik.”
Juist dit oogenbllk kwam de tweede stuur
man, met de schouders zich een weg banend
door* de menigte wltgekleede, van de kust aan
gekomen menschen. achter Senor Ranion opda-
gen. Een brief had hU ln zijn hand.
„Ik, Ik ga mee over." zei hü met «Mn hoo-
gen neusklank, op eenlgszlns woesten toon.
Ramon keek schroomvallig om zich heen.
Carios zelde: „MUn neef hoopt naar een
zekeren mUnheer Macdonald te gaan. Kent
u hem. senor?”
Ramon maakte een droog gebaar, om uit te
drukken, dat hU mUn man volkomen kende
„Ik geloof, dat Ik hem nog net gezien heb."
zelde hU. „Ik zal eens even navraag doen."
Alle drie volgden ze hem en verdwenen tus
schen de menigte Toen was het, niet wetend,
of Ik Carios nog ooit zou terugzien en met dat
wanhopig. rampzalig gevoel van eenzaam
heid. dat ik Bame» was gaan soeken In de
duistere uitgestrektheid van het tueschendek.
In het vierkant van bleek licht, dat door het
luik binnenviel, was hij, onaandoenlUk-nuchter
en zakelijk, bezig »Un nijgen koffer toe te
binden. Op alledaagschen toon begon hü te
praten over zUn plannen. HÜ zou afgehaald
worden door een oom, bü wien hü enkele dagen
zou logeeren vóórdat hü naar de barakken
ging
„Misschien tmtmoeton ve eiv.-r wig wel i
Ik toonde hem een heldergroen derde-klas-
kaartje van Lumley naar Batterton.
..Dat dacht Ik wel." grinnikte hü:
eerste op een kaartje derde klasse.”
•„Ik zou 't verschil kunnen bü betalen,”
opperde Ik.
..Dat gaat nu niet meer. Er Is ruimte genoeg
ln de 3e klas-wa-’
gens. Het is een
poging tot frau
de.”
„Groot gelUk.
dat u 't verschil
niet wilt laten bü
betalen," zet ik.
„want ik zou het tóch niet gedaan hebben."
„Zoo. als je nu maar uitstapt,” pruttelde de
conducteur.
„Waar
vroeg ik.
„Naar de 3e klas, waar je hoort."
„Dan stap ik niet uit."
..Dat sullen we eens zien aan t eerste het
beste station. Je maakt het hoe langer hoe
erger voor je zelf."
..Luister eens goed." hernam Ik. „Ik wil met
je wedden om een pond, dat Je me aan het
volgend station niet uit dezen coupé krügt. En
ruk nu maar op en zeg tegen dien münheer
met het zwarte gezicht, dat hü weer verder kan
gaan.”
Toen de trein aan het volgende stationnetje
stopte, kwam er een heel gezelschap ambtelüke
personenvoor m'n deurtje staan. Er was er
een bü met een goud-omrande pet. Deze zet
me heel beleefd, dat Ik er piaar liever uit moest
komen om geen last te krijgen.
„Waarom?" vroeg ik. „Hier is mün kaartje.
„Ik liet een eerste klas kaartje van Lumley
naar Batterton zien.
„Ik kan er een eed op doen, dat hü me zoo-
even een derde klas kaartje heeft laten zien,”
zei de conducteur
..Best mogelük." riposteerde ik; „ik heb twee
kaartjes gekocht. Als ik er zes wou nemen,
ging het u nog niets aan. Ik kan met jullie
spoorwegmenschen niet wijs worden Jullie hebt
geld te maken van kaartjes en rukjes aan de
noodremmen en hoe meer geld er van ge
maakt wordt, hoe vervelender schünen Jullie
het te vinden. Dat gaat m'n zakenverstand te
boven. Ik beschouw me zelf als een goeden
klant van jullie, En toch komt er een bende
kevers op me af met beleedigingen en een aan
bod van geweldpleging. Ik was van plan onder
leeg nog voor 5 pond te besteden, maar nu doe
ik het <»iet.“
Toen sloegen ze m'n deurtje dicht; ze floten
en zwaaiden met een lantaarn en de trein
stoomde verder.
De maatschappü heeft netjes haar geld van
me loe gekregen en schreef me een zeer stren
gen brief Ze hadden mijn geval dit keer nog
met eenige consideratie behandeld, maar als
het zich herhaalde, zouden ze tot af doende
maatregelen moeten overgaan. Ik schreef terug
om de heeren te bedanken, maar herhaalde tn
mün schrijven de verzekering dat hun handel-
wüze m’n zakenverstand te boven ging.