Door zeeroovers overvallen
w
DIAM
Kinderhoest
^Cct w^Aaal aan den da^
SCHA TKAMERS AAN DEN
BOSPORUS
VIJF MAANDEN OP WATER
EN BROOD
61
DE KLEINE ANNIE EN HET SPOOKHUIS
Anders dan vroeger
HET KAPERSNEST
JECOVITOL
VICKS
V VafoRub
BAK- EN BRAADVET
\r
w
r
I-
VRIJDAG 8 DECEMBER
Bekwame hofjuweliers
Mislukte ontvluchting
in
Zeemonster van 4000
pond gevangen
INDISCHE POSTVLUCHTEN
i
'.'I
.1
T
JOSEPH CONRAD
Vom ’n
Xo&and
kuiJwn.!
u
I.
Een „aardappeldag”
Turkije
\7 TU/DEN.
HAAR KNIEËN WEIGERDEN
Gevolg van verwaarloosde
rheumatiek
Lotgevallen van drie Engelsche
officiearen, die langen tijd in
handen van Chineesche
bandieten waren
WEERSTANDSVERMOGEN
\O... bedoel
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
■3
s
niiiminmmiu
a
«SOCAOCS-STHEEMAN X PHARMACIA
In
de
maar ik heb niet de eer,
(Ingezonden Mededeeltng)
6>
Q
ZOG
ft
Een
tnk
IT
DERDE DEEL
DE ONTOEGANKELIJKE STAD
EERSTE HOOFDSTUK
33.
♦raag
(Wordt Tervoiga»
V
>v
Un <-?
•chtedde.
I
ROMAN VAN
n
B.
n
a
4
Q
r
trokken ze twee maanden achtereen her-
derwaarts, steeds met den dood bedreigd.
De ..Kwartel” Is op de thuisreis te Bangkok
geland.
itwykend antwoordde hij:
W»ar om de petoet, verliefde gek. De
een echte leeuw, als hü Je snapt.”
uren
nadruk-
verboden
t
e
e
k
De ..Pelikaan” is op de thuisreis Donderdag
te Rome aangekomen en de ..Oehoe” la op de
uitreis te Marseille geland.
r-,
j-
ic
J.
IS
81
1.
T
U
8.
e-
•n
d.
in
;n
visscherslatijn kunnen houden.
Bazi.
t.
st
1
I
45 ets p. pond -
221 ets p. half pond
I.
u
overreden’.’ O’Brien was heel blij, omdat hü
dacht, dat ik eindelijk eens wat belangstelling
begon te krijgen voor sün plannen en omdat
het een Engelschman in een vernederende
positie zou brengen. Ook Seraphlna was blij,
omdat ik dikwijls met geestdrift over Jou als
een heel moedig en achtenswaardlg man had
gesproken. Daarop liet ik Je door Ramon mee-
troonen, in de verwachting dat de zaak aan
mij zou worden overgelaten.”
Zoo had hij het verwacht. Maar in *n gesprek
met Ramon had O Brien mü zoo stellig als een
heftig separatist hooren beschrijven, dat hU
het veilig had gevonden zich geheel bloot te
geven. Hij moest daarbij ook gerekend hebben
op mijn Jeugd, mijn onnooselheid of mijn ge
brek aan beginselen. Toen hij zijn fout ontdekte,
had hij spoedig besloten, hoe verder met mü te
handelen: en vreezend voor erger, had Carlos
hem laten begaan.
maken, dat deze slag voor hem was en
dig vervolgde hü:
„Maar Ik wil u wel even uit den droctn hel
pen. kapitein. U verwart mij met mijn broer
secretaris. Ik bevond mij in den afschuweljjksten
gemoedstoestand en bad om bijstand en voorlich
ting. Toen viel mijn blik op jouw die vlak tegen
de wielen van ons rijtuig geleund stond. Het
was als een antwoord op mijn gebeden.
Carlos stak plotseling zijn hand uit en om
vatte de mijne.
Ik dacht, dat hij Ijlde en voelde mij zeer
bekommerd om hem. Hij keek mij zoo ernstig
aan met zijn groote oogen en hield maar steeds
mijn hand omklemd.
I
Leeu'
..De doodstraf la er af," zei Adam laconiek,
terwijl hij uit zijn ransel alles te voorschijn
haalde, wat h\j voor een ongemerkt verdwijnen
noodig had. Daaronder bevond zich een keurig
burgereostuum, benevens een paar glimmende
lakschoenen en een licht Stetstoo-hoedje.
Toen hü een paar uur later het eenige hotel
ter plaatse verliet, was hU geen .sergeant”
maar mijnheer Adam.
De stationschef, een lange gebaarde man. die
tevens locetbeambte, wisselwachter. telegrafist,
ladlngmeester en wie weet wat nog meer in een
persoon vereenlgde, viel van verbazing bijna
onderste boven, toen de zeldzame reiziger een
biljet eerste klasse vroeg.
Het was den goeden man m’sschien in geen
jaren gebeurd, dat hij zulk een voornaam rei
ziger had en hij dacht er aan of dit misschien
Bergen van de prachtigste edel
st eenen, die een fonkelend
licht verspreiden
vangen een echte vechtdulvel; maar ik denk
niet, dat hij er gemakkelUk op in zal gaan.
Lok hem dus naar Ramon en tracht hem te
In verband met het sterk afgenomen verbruik
van aardappelen hebben de groentehandelaren
in Turkije een dringend verzoek tot de regeerlng
gericht om een „aardappel-dag" per week af te
kondigen.
Op dien dag moet iedereen een zekere hoe
veelheid aardappelen eten, of althans koopen.
Onlangs hebben de vlschhandelaren een soort
gelijk verzoek tot de regeerlng gericht, om der.
vlscbhandel voor den ondergang te behoeden
denx w nu al d/e schei hen
O££iï£N EE5TRAFT TE HR/J6EN. H/J
TRETT ZE DUS MET HUN E/6EN WAPEN.
(öOE>E6ENADE: HETf/JKTMETQU/NlET\
INDEN HAAK SANDY, PAT VADER D/EN 57AAA
&AD VWEpZK/WIPEDAAN TEWENDEffOM
WW EN Z'N (JENDE. VEROORDEELD TE KRU-
6EN. !Z ZOU ZOO ZECKEN.DATERCKENfREB
PE INVLOED NOOPJO MOET ZUN, OM KERELS P/
\Ztó ZCHULPK ZUN. VAN SCHULD TE OVER*
VADER WEET HOE HU DE ZAKEN MOET
AANPA.KKEH. EN ALS MACK EN Z 'N TROEP
KRUDEN WAT ZE VERDIENEN, RAf/Hc
7EVREPBV MAAR ER ZAL VEEL WLOE
EN UEL£> NDODK/ ZUN, OM HET ZDDVEa
I TE DpEN RON EN
mum
De Engelsche officieren Blue Har- f
grave en Pears zijn bijna een half i
jaar door Chineesche bandieten ge
vangen gehouden. Nadat regeertngs-
troepen tevergeefs hadden gepoogd de
slachtoffers te bevrijden, werd er ten
slotte een losgeld voor hen betaald.
1il><IIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII|ll|l|||||||||||||l||||||||||||||lllll|l|||lllll||l|fï
door een grijzen neger, en de zuster glipte naar
binnen en ging aan het voeteneinde zitten, met
haar blanke handen geduldig saamgevouwen.
„Senor,” hoorde ik haar zacht verwijtend den
zieke toeprevelen.
.Kijf nu niet op een armen zondaar, dona
Maria,” sprak hij met zwakke stem, en met ’n
dappere poging tot scherts: .De dagen zijn nu
kostbaar."
Het vreemde, vreeswekkende van wat er ge
schied was, overviel mij heftig, terwijl Ik in
een groote kamer met zwaar-getraliede vensters
bezig was de lompen af te werpen, waarin ik
dit huis bad betreden. Het was al nacht ge
worden en bij het Ucht van vele kaarsen op
een hoogen bronzen kandelaber, die rustte op
een voetstuk in den vorm van drie leeuwen-
klauwen kleedde ik mij met enkele van Carlos'
kleeren. En nooit sedert ik op weg de smokke
laars was gaan opwachten, om bijna geworgd
te worden door de gendarmes, nooit was
sindsdien de herinnering aan mijn geboortehuis
in mij zóó sterk geweest als nu hier. Het was,
of ik nooit de behoefte gevoeld had eens om te
zien. Maar nu zag ik voor mij t zachte, droome-
rige gelaat van Veronica, de strenge, vastbera
den trekken van mijn moeder. Ik had nu wel
behoefte aan al haar vastberadenheid. De
gestalte van mijn vader zag Ik. In zijn stoel
bü den haard, verslonden In zijn gezoek naar
rijmwoorden. HIJ had misschien het romantische
ran mijn omstandigheden kunnen begrijpen.
Hoe meer ik er aan dacht, des te meer werd
ik er door aangegrepen. Don Bathasar, dat be
greep Ik, waa van mün komst on de hoogte.
Als In een droom volgde ik den ouden neger,
die bij de deur van mijn kamer was terug
gekomen. Meer en meep greep t mU aan in de
stilte van de zuilengangen, rondom de binnen
plaats. wij doorliepen de bovenste galerij; de
stok van den bediende vóór ml) klikte telkens
tegen den ingelegden vloer; ruischend viel bet
water neer in het manneren bekken beneden;
glazen lantaarns In bewerkte zilveren omlijsting,
hingen te branden tusschen de pilaren en ver
lichten de breede witte rappen. Een zwarte
schildwacht met een ouderwetsch geweer onder
den binnenboog van de gewelfde poort stond
op, toen wij voorbij gingen. Daar, waar in
't schemerdonker licht viel uit de kleine deur
opening van ’n wachtkamer vlak bjj de geslo
ten poort, meende ik Castro's punthoed en
breeden mantel te zien bewegen. WIJ vervolgden
onzen weg langs de gewelfde gang tot op zeker
oogenbllk mijn gids *n gordijn openschoof
naar rechts en links en mij binnen liet gaan.
In een groot, helder verlicht vertrek stonden
in het midden, drie zwarte gestalten, een man
en twee v i ouwen. Ik hoorde de oude eenlgszins
werktuiglijke stem van Don Bathasar die zich
zelf en zijn huls te mijner beschikking stelde.
De formaliteit van buigingen en beleefdheids
frasen bedwong en stuitte de onbegrensde ont
roeringen, die al bet nieuwe wekte.
GEIJKTE LEVERTRAAN
B»; Apoihtktr» «n Drogisten tb 75 n Fl
en verkoudheid mogen niet worden vei waan»
loosd. maar toch moet gezorgd worden, dat
de teere maagjes niet worden bedorven door
te veel „innemen Moderne
moeders behandelen „uitwen
dig" met Vicks VapoRub.
Wrijf het op borst en keet
(Korte inhoAd van het voorafgaande: Kemp,
een Engelschman uit Kent wijkt met Carlos
Rlego uit naar Jamaica, geholpen door den
verloofde van zyn zuster Veronica Ralph
Rooksby Hier komt hU In kennis met den
rechter O’ Brlen en met Don Ramon, die
Kemp willen overhalen dienst te nemen bil
zeeroovers. die Rlo Medio als basis hebben
Als hU hier niet op Ingaat, wordt hll over
weldigd en aan boord van een schip ge
bracht. HU weet echter spoedig te ontsnap
pen en wordt opgepikt door een ander
schip, dat hem naar Havanna zal meene
men. Nabil de Cubaanschs kust worden all
echter door zeeroovers. die onder bevel staan
van een vriend van Carloe. Thomas de
Castro, overvallen. John Kemp wordt ge
vangen genomen en met het kaperschip
naar Rlo Medio gebracht Hier leidt men
hem aan het- ziekbed van Carloe).
WAAR VADER ZE/, DAT,ALf> D/E OTAAT^
RAAD Z'N /NVLDED U/ETLAATUEUJEH. ZE
ALLEN AAN DEN OANÜ ZOUDEN ONTKO -
MEN 0E6RUP JE DAT 5ANDY? IN VER
TELSE18DEK/E5 HORDEN DE SCHELMEN
ALTuD PpDR DE REM7ER5 ÓEDDRAFT,
ZONDER DE HULP VAN IEMAND ANDERS
NZELOOEDATDE MEESTE VEDTELSELBDEZi-'
\LECf RLEFiBRERJES ZJUN.
Vertichtlng na een lijden van 14 jaar
Hier volgt een brief die bewijst, dat zelfs een
lang verwaarlooede rheumatiek voor het juiste
middel zal wijken.
„Ongeveer 12 tot 14 jaar lang heb Ik nu aan
rheumatiek geleden en dom genoeg nooit
ernstig geprobeerd het kwijt te raken. Het soort
rheumatiek dat ik had, ontnam mij het ge
bruik van handen en knieën. Nu en dan kon
den mijn knieën eensklaps weigeren, zoodat ik
neerviel als geen stoel of tafel in mjjn nabjj-
held was. Eindelijk besloot Ik dan Kruschen
Balts eens te probeeren Ik nam een ernstige
proef en nu voel ik me een ander wezen.
Ik kan nauwelijks ~!f gelooven, dat
korten tijd geleden nog met een stok rond
strompelde” Mevr. M. L. P.
Rheumatiek wordt veroorzaakt door onvol
doende werking der inwendige organen: een
toestand waarvan de lijder zich zelden bewust
ia. Maar bet wordt een ongemerkte ophooptng
van afvalproducten en een daarmee gepaird
gaande vorming van stoffen, die schadelijk zijn
voor den geheelen gezondheidstoestand. Eu deze
stoffen ondermijnen het geheele gestel.
Kruschen Salts is het natuurlijke recept tot
het behoud van een Inwendige zuiverheid. De
zes zouten in Kruschen sporen nieren en in
gewanden aan tot gemakkelijke, geregelde wer
king. U wordt dus inwendig vrijgehouden van
alle onzuiverheden, welke, indien zU zien kun
nen opheopen. ongetwijfeld het peil Uwer ge
zondheid zullen verlagen. De ..kleine, dage-
Ijjkscbe dosis" Kruschen voorkomt dit. Want
de zes verschillende zouten In Kruschen ver-
hoogen de werking der afvoerorganen, ver
schaffen U nieuwen levenslust.
Kruschen Salts Is uitsluitend verkrijgbaar bij
alle apothekers en drogisten ƒ0.90 en ƒ1.00
per flacon. Stralende gezondheid voor één cent
per dag.
Let op dat op het etiket op de flesch, zoowel
als op de buitenverpakking de naam Rowntree
Handels Maatschappij Amsterdam voorkomt.
apiteln Leeuwendal van het 14de regi
ment Infanterie keek met vorschenden
blik naar de stroeve gezichten van de
Compagnie. Het was als wilde hU de gedachten
van de soldaten op hun gezichten lezen, doch
er was geen andere expressie dan die van on
verbiddelijke gehoorzaamheid en onderdanigheid
op te zien.
Misschien was het dat hij angst, misschien
wel boosheid over de intrekking van het verlof,
dat hij zooeven ter kennis gebracht had. in de
gelaatstrekken had verwacht, zeker la het, dat
zijn krachtige stem, nog krachtiger klonk, toen
hij commandeerde:
..Ingerukt marsch".
Als mttrallleurvuur klonk het gekletter van
de tegen elkaar vliegende hakken van de tien
tallen soldatenkistjes en zwijgend keerden de
miliciens en iandstormers terug naar bun
„chambree”.
Aldaar brak een storm van verontwaardiging
los, want velen waren door deze plotselinge
stopzetting, veroorzaakt door het dreigende oor
logsgevaar, gedupeerd.
Sergeant Adam was één van die gedupeerde
landsdienaren. Bij hem was de teleurstelling zoo
mogelijk nog merkbaarder dan bij de anderen.
Niet alleen woede, maar ook teleurstelling tee-
kenden zich op zijn gelaatstrekken af.
„Is dat even een strop. Jongens?” sprak hij
tot zijn kamergenooten. .Morgen zouden mijn
vier dagen periodiek verlof ingaan. En nu dit.
precies op den verjaardag van mijn meisje. Is
het niet om razend te wordendrommels. Ja
moet toch maar een pechvogel zijn.”
„Pechvogels zijn gewoonlijk gelukkig
liefde. En dat geldt voor jou zeker. Henk, an
ders zou Je geen Adam heeten...."
„O.... bedoel je dat....? klonk het uit een
donker hoekje van het vertrek, maar de Jonge
man. met den naam uit het verre verleden, ver
waardigde zich niet op deze flauwiteit te ant
woorden. Diepe rimpels ploegden zijn voorhoofd
en met driftige passen liep hij lamvs de tób
ben. Het kleine, eigenaardig gevormde wratje
tusschen de oogen ging bijna geheel schuil ach
ter de plooien in zijn voorhoofd.
Met een driftlgen nik stond hij stil en keek
triomfantelijk den kring zijner collega's rond.
.Kunnen Jullie zwijgen. Jongens?” vroeg hij.
„Als het graf. Henk.” antwoordde een der
onderofficieren, die daarmede de meening van
allen weergaf. ..Wjj zwijgen nog beter dan wij
len Willem van Oranje." vervolgde hjj glim
lachend. ,M>ar nu moet je ook eens zeggen,
wet Je met die vraag voor hebt. Henk.”
Adam haalde de schouders op.
„In mijn omstandigheden is er maar één ding
tnogeUJk, jongens.” zei hij.
..Op de pof....” klonk het wederom uit den
se If den boek van sooeven.
„Of.... bedoel Je dat soms niet, Henkle?”
Nogmaals haalde de ander de schouders op
en gaf glimlachend toe:
„Dirk heeft het gezegd, dus behoef ik het niet
te herhalen. Bovendien heb ik avondperm-ssle
gevraagd en gekregen en Dirk heeft den week-
dlenst.”
Hl) wendde zich tot den sergaant van de week
met de vraag:
„1 Gaat wel. hè Dirk....?”
De ander deed alsof hij de vraag niet hoorde
en
nogmaals te ontsnappen. Mjj pakten ze na een
half uur, mtn kameraad na seven kweller. Het
geboefte bezat uitstekende spionnen en zoo ge
lukte het door de troepen heen te breken.
Eindelijk kwam de bevrljdlng. Drie Japan-
sche officieren en veertien Mandsjoekwo-sol-
daten brachten den losprijs. We waren gered.”
het einde zou beteekenen van de wereldcrisis.
De trein stond masu* even stil en Adam wipte
vlug naar binnen, zonder ook maar één blik
achter zich te werpen. De chef sloot de coupé-
deur achter hem en op hetzelfde moment
groette de spijbelende sergeant den eenlgen
medereiziger in zijn coupi.
Er zijn van die momenten in 's menschen
leven, dat de schrik het bewuste handelen be
let en alle bewegingen nog slechts automatisch
verricht worden En dat is maar goed ook, want
ware onze vriend Adam minder ontsteld geweest,
dan had de angst hem misschien tot een wan
hoopsdaad gebracht. Misschien was hij met
levensgevaar uit den reeds rijdenden trein ge
sprongen. of had hü zich als een idioot aange
steld. Nu deed hü zün bewegingen werktuigelljk
alsof het niets bijzonders was, dat hü in civiel
den coupé deelde
metkap. Leeu
wendal zün com
pagnie -comman
dant, dezelfde die
Al deze gebeurtenissen trekken nu mün geest
voorbü vervaagd door den afstand in een glans
van herinnering. Het was als 'n wondervolle
dageraad des levens met al de geheimzinnig
heid en belofte van den jongen dag. die breekt
door zware donderwolken. Maar toen was ik er
door overstelpt. Ik voelde mü als iemand die
op 't punt te verdrinken tracht zün hoofd boven
water te houden. Natuurlijk; nu was ik niet
langer achterdochtig tegenover Carloe: ik was
zeer beschaamd het ooit geweest te zün. Zijn
manier van handelen had Ik hem al lang ver
geven. „In groeten nood moet Je wel je toe
vlucht nemen tot zulke wanhoopsmiddelen. bad
hü, mü bezorgd aankükend. gezegd. En zijn
dood was nabü. Een antwoord had ik niet ge
geven. enkel het hoofd gebogen. Niet, wijl ik
nog boos was, maar omdat Ik. twijfelend aan
mün sterkte, een grooten schroom gevoelde
voor den buitengewonen vertrobwenslast welken
deze man, dien Ik liefhad om zün opge
ruimdheid. roekeloosheid en romantlschen
geest, aan mün onervaren handen vilde toe
vertrouwen.
Hü had zóó lang gesproken, dat hü. ten slotte
uitgeput was terug^ezonken in de zachte kus
sens van het ontzaglüke, monumentale, met
blazoenen versierd bed.
Ik verwüderde mü uit de kamer, voorgegaan
Hendrik. U kent hem dus.
„O. jaaa.... dat is te zeggen Ik heb een
zekeren sergeant Adam bij mün compagnie.”
.Ziet u wel....»" grinnikte de ander. .Dat
zal mün broeder wel zün. Temeer daar wü als
twee druppels water op elkaar gelüken.
beste aardige Jongen, vindt u niet kapitein..?”
„Ik kom juist van hem vandaan.” vervolgde
de sergeant. „Ik moest toch in B. zün en
toen dacht ik: Ik za] maar even bü Hendrik
aanloopen. Hü vertelde mü van de intrekking
van zün verlof en u begrüpt. dat hü dat ver-
schrikkelük vond, omdat Juist morgen zün
meisje Jarig is. Een nauwgezet persoon anders,
vol dlenstüver en plichtsgevoel, kapitein. Daar
weet ik van mee te praten. Voor de aardig
heid vroeg ik besn met mü mede te gaan, maar -
hü was er met geen geweld toe te bewegen, het
verbod te overtreden. Ik had eigenlük ook In
dienst moeten gaan, maar daar ben ik niet
zoo geschikt voor als Hendrik, die lag als jon
gen van twee Jaar ai over den grond te rollen
met tinnen soldaatjes en op vüftienjarlgen leef-
tüd schoot hü op alle kermissen den eersten
prijs. Ik twüfel er niet aan, of hü zal een
prachtige carrière maken, gelooft u dat ook
niet, kapitein?"
„Ojaaaa.... zekenui
Bü dit duidelijk, maar merkwaardig lang
gerekte antwoord, kreeg de sergeant een on-
behaaglük gevoel, maar niettemin hield hü den
officier het verdere gedeelte der reis zoo aan
genaam mogelük bezig, zoodat deze er geen
woord tusschen kon krijgen.
„Toen de trein op de plaats van bestemming
aankwam en sergeant Adam zich tusschen de
uitstappende reizigers op het perron wilde be
geven. klopte kapitein Leeuwendal hem op den
schouder en sprak:
„Oü züt werkelijk een onderhoudend prater,
«nünheer de ingenieur.een echt gezellig cau
seur. Gelijk u zeer terecht opmerkte, Is ook uw
broeder een heel aardig mensch. Maar hü heeft
bovendien nog meer groote soldatenelgen-
schappgn, als alleen goed schieten, plichtsbe
trachting en dienstijver. Hü beschikt ook over
een buitengewone dosis tegenwoordigheid van
geest. Hü kan zich goed aan moeilijke omstan
digheden aanpassen. Die eigenschap hebt gü
zeker vergeten. Groet uw broeder vriendelük
van mü. maar vergeet vooral niet, er uit mün
naam bü te voegen, dat de ontmoeting met zün
tweelingbroeder hem niet zal baten. Ondanks
zün tegenwoordigheid van geest, gaat hü
minstens veertien dagen achter slot.
De gelükenis tusschen u en uw broeder is
werkelük frappant.... zelfs dat zeshoekige
wratje op uw voorhoofd lükt als twee druppels
water op dat van uw broeder. Zelfs de kleur
te precies gelük. Vaarwel, mijnheer de civiel
ingenieur en veel genoegen...."
Dat is wat ieder noodig
beeft Niet alleen vermin
dert JECOVITOL het
rhachitis-gevaar. doch zü
geeft meer weerstand
tegen griep en andere m-
fectie-ziekten door het
vitaminegehalte A (min
stens 50 eenheden) Het
vitamine-gehslte D (min-
stens 250 prophyt
m 125 internat, een-
heden) is werk
zaam tegen rhachitis (Eng.
ziekte). Onder (jkcon-
tróle van een Neder-
landsch Professor.
..Veel zorgen heb ik mü gemaakt over de
Waag, hoe dien O'Brien in zün plannen te
•warsboomen. Mün oom ging naar Kingzton in
o® overtuiging dat bet zün plicht was toe te
080of de terechtstelling van die ongelukkl-
OP gepaste en menschwaardlge wijze ge-
---. O Brlen vergezelde ons als zün
Nadat het moderne Turküe de fez en den
sluier afschafte en de Europeesche kleeding en
een nieuw schrift Invoerde, is men er op uit,
het vo'.ksvermogen te vergrooten, en in dat ver
band herinnert men zich de schatkamers van
net sultanaat. Fabelachtig moeten de waaiden
zün, die daar opgestapeld liggen, maar „fabel
achtig" te voor een minister van financiën een
onduidelük woord en derhalve liet men een der
meest ervaren juweliers uit West-Europa naar
Turküe komen, om de schatten in de gewelven
van het paleis nauwkeurig te taxeeren.
De schatkamers zün ondergebracht in het
„Top Kapon”, bet slot, dat rust op de funda
menten van oude Byzantünsche keizerlijke pa
leizen. Geweldige muren, voorzien van spreuken
uit den Koran, die met gulden letters zün aan
gebracht, omgeven het complex van gebouwen,
die den sultan en zün hofstoet herbergden. Het
reusachtige Juweelengebouw verraadt reeds tan
buiten door zün kostbare versiering zün be
stemming. Het te uitgerust met mozaïeken en
arabesken en zware bronzen poorten bescher
men het. Wanneer die zich openen en hef zon
licht in de gewelfde hall valt, dar lükt het een
sprookje uit dulzend-en-één-nacht In glazen
vitrines liggen rondom aan de muren bergen
van edelsteenen. die een fonkelend Ucht ver
spreiden. Men bewondert hier losse en gezette
steenen. ruw of geslepen. In het midden de ge
weldige pronktroon uit massief goud. bezet met
twintigduizend parels en vele robünen en dia
manten. Hü werd gebouwd door Moerad, den
sultan, die deze kamers leeg vond en se na zün
dood gevuld achterliet, zelfs zoo gevuld, dat zü
In verge’üklng daarmede op het oogenbllk arm
UJken. Maar vlif-en-twlntig van zün rükste
pasja's en familieleden moesten hun leven of
feren, om den honger van hun vorst naar Ju-
wee'en te stiUen.
Vele eeuwen lang werkten bekwame hofjuwe
liers. büna altijd Grieken, er aan om dezen rijk
dom aan losse steenen te verwerken tot siera
den en wapenen. Daar liggen dolken, welker
greep bestaat uit één enkelen edelsteen, zwaar
den, die bezaaid zün met fonkelende steenen
en prachtige halssieraden.
De JuweUer. die de schatten moest schatten,
kwam tot 'n taxatie van 200.000 000 gulden. En
daarbü zün nog niet Inbegrepen de kostbaar
heden der andere vertrekken. Zooals de troon
van den sjah, een geschenk aan Selim den
Grimmigen, een mfpbel uit sandelhout, drie me
ter hoog Van het hout te geen stukje te zien,
zoo dicht te het bezet met juweelen en schit
terend bewerkt goud. Of zooals de kroon van
de sultane met haar sprookjesachtige smarag
den. die een omtrek heeft van 30 c M„ een
hoogte van 14 en een dikte van 5 c M. Of zoo
als de reusachtige gouden schaal, die versierd
isTnet 2000 diamanten.
En verder vallen bulten die 200 000 000 gul
den de collectie schitterend versierde harnas
sen, de honderden onschatbaar kostbare tapij
ten. welker gelüken op de aarde niet zijn, de
stapels kisten met ongemunt goud In de ge
welven en de overdreven weelderige versieringen
van het huis van een Oostersch heerscher.
T"”\ e Engelsche stoomboot „Nanchang" had
I 1 verscheidene malen den tocht over de
s-' Liao naar New-8Jang volbracht, zonder
dat men een zeeroover in dan omtrek had be
speurd.
Men had wel vaak over piraten hooren spreken
maar men had ae niet te zien gekregen. Vol
gens de berichten huisden ze bü de monding
van de Llao. Uit voorzorg nam men geen pas
sagiers aan boord.
Men kon echter niet voorkomen, dat onder
de bezetting, die behalve zes Engelsche officie
ren meer dan zestig Chineezen omvatte een
spion verzeild was geraakt; dese man speelde
den bandieten ten eerste het plan van de vaart
en ten tweede levensbijzonderheden over de of
ficieren in handen. Zoo gebeurde het. dat bü
een nieuwen tocht de „Nanching" door piraten
werd overvallen. Het schip lag In de rivier
monding en wachtte op den loods. Plotseling
weerklonken schoten, en even daarna stonden
de misdadigers aan boord. Ze waren gewapend
met nieuwe Mauser-pistolen.
„Wij zeeken de officieren Blue, Hargrave en
Pears riep de tolk, die de aanvallers hadden
meegebracht. De drie werden geïdentificeerd, ge
bonden en in een van de jonken gegooid, die
lagen te wachten. De lading raakten de ban
dieten niet aan. Het was hun uitsluitend te
coen om menschen, voor wie se losgeld zouden
kunnen krügen.
De Jonken verdwenen in een van de bochten,
waar niemand ze kon volgen. Drie maanden
hebben de gevangenen daar gezeten. Vervolgens
trokken ze twee maanden achtereen her- en
derwaarts, steeds met den dood bedreigd, voor
al wanneer de regeeringstroepen naderden!
A. O. Blue, een der ontvoerden, beschrijft
de belevenissen der beklagenswaardlge officie
ren als volgt:
„Wü hebben vüf maanden lang op heet
water en brood geleefd. Zeer zelden kregen we
een vUch. Toen we weer vrü waren, zagen we
er uit als vogelverschrikkers. Men had ons met
tennisschoenen aan gevangen genomen en ons
niet van nieuw schoeisel voorzien. Wü droegen
heel lichte kleeding. die ons in letterlijken zin
van het lijf sleet. Natuurlük kregen we geen
nieuwe kleeren van onze toeziende voogden!
Maar het moet worden gezegd, dat se ons ook
Jilets afnamen. Alleen maakte één zich meester
van een vlinderdas behoorende tot het a vond-
costuum van den oorspronkelüken bezitter. De
bandiet, die zooals te verwachten valt geen
boord om had, verfraaide slch niettemin met
de das, hetgeen zoo'n onmogelUk gezicht was,
dat we. ondanks onzen onbenüdenswaardigen
toestand, in 'achen uitbarstten.
Aanvankelük sou een van ons naar New-
sjwang worden gestuurd om over het losgeld
te onderhandelen, maar daar kwam niets van.
otndat de soldaten te dicht in de buurt waren.
We zün ook een keer door coUega s-bandieten
geschaakt. Op zekeren nacht werd ons kampe
ment overvallen. We waren buitengewoon ver
heugd. en meenden al. dat we bevrüd waren.
Maar we hadden te vroeg gelachen. We werden
meegesleurd door op buit beluste ambtsbroe
ders van onze gebieders. Dezen schreven een
dreigbrief naar Newsjwang en etechten even
tjes 4 mlllioen dollars. Later werden we door
de eerste bende heroverd.
Tweemaal hebben we gepoogd te vluchten.
Den eersten keer meenden we dat de sterren ons
den weg zouden wij-en. Maar we oriënteerden
ens verkeerd. We zakten greg In de modder, en
er bleef ons niets anders over dan naar de
bandieten terug te keeren. Die hadden nog
niets gemerkt, maar aan onze .met leem be
smeurde kleeren ontdekten se. dat we weg wa
ren geweest.
Een zeer energieke nadering der militairen
dwong de bandieten tot 'n u tersten maatregel.
Ze dwongen ons In het water te springen en
naar een zandbank te zwemmen. Hier moesten
we ons. omgeven door zwaargewapende ban
dieten. muisstil houden. Niettemin poogden we
j.--
i 8
UKUt, UCÓCUUC vue 5 J
hem en de an de- ]C (LH t f z
ren enkele uren
nad •••ssssssssssseseese sses ssssssssssssstssasMSM
kelük verboden had het garnizoen te verla
ten.
Innerlük voelde hü zich echter als een drenke
ling. Hü zocht naar den stroohalm, die hem
uit zün netelige positie zou kunnen verlos
sen.
Eenklaps flitste een gedachte door Adams
brein. De laatste woorden hadden hem inspi
ratie gegeven tot een klein éénactertje en hij
schudde ontkennend het hoofd, terwül hü
sprak:
,Ket spüt mü.
k..münheer."
Büna had bü zich versproken en den kapi
tein, die eveneens in burgerkleeding was, bij
zün rang genoemd, hetgeen hem onherroepelijk
verraden zou hebben.
Toen stond de officier op, maakte een vrlen-
delüke buiging en sprak zoo beleefd mogelük:
..Excuseer, mün naam is LeetrwendaL ka
pitein bü bet 14e regiment infanterie. Ik
meende in u een bekende te zien.”
„Heel aangenaam.” antwoordde de ander.
„Mün naam te Adam.
„Ahaaa.meesmuilde de kapitein. .Dan
zün wü toch geen onbekenden voor elkaar,
sergeant."
„Neem me niet kwalük. kapitein.” zei de an
der met den moed der wanhoop. ,.U vergist zich.
Ik ben niet in militairen dienst en nog veel
minder sergeant. Ik ben civiel ingenieur."
De kapitein liet een zacht gefluit tusschen de
tanden hooren en mompelde binnensmonds:
„O,.... bedoel Je dat....?”
De sergeant haalde verlicht adem en uit dit
eigenaardig gezegde meende hü te mogen op
maken. dat deze slag voor hem was en moe-
In de Arabische Zee heeft iemand een reus-
achtlgen rog gevangen, die breeder was dan Oe
beide ultgt strekte armen van een man lang
zün. Men zou het bericht over deze ongewone
vangst voor
wanneer niet de sporthengelaar, Tom
elk onderdeel van den opwindenden strüd met
den rog dcor momentopnamen aan boord van
zün schip had vastgelegd. In het tusschen
Voor-Indlé en Arabié gelegen deel van den
Indlschen Oceaan lag het drtetons zeiljacht
van den Enge’schman voor anker, toen plotse
ling de boot een stoot kreeg en begon af te
drüven. Een reusachtige rog had, zooals later
bleek, zich In het ankertouw van de boot op
een diepte van 35 meter zoo vast verstrikt,
dat hü zich niet kon bevrijden. Hij scheurde
het zware anker uit den rotsachtigen zeebo
dem en sleepte de zeilboot ongeveer drie
kilometer met zich mee. Na urenlangen strüd.
die de bemanning herhaalde'ük in een ge-
vaarlüke positie bracht, gelukte het den reus-
achtlgen rcfc eenige harpoenen in het lichaam
te werpen. De met stekels bedekte staart van
het vertwtleld strüdende monster zweepte
het water tot hooge golven op. Een moedig in
landsen vlsscher dook tenslotte met een lang
scherp mes en gaf het dier den genadestoot.
De rog mat in de breedte 6.00 meter en had
met inbegrip van den staart van 1.20 meter,
een lengte van 6.30 meter. De visch werd In
een gedeelte der zee dat ve’e mülen van <le
bewoonde wereld was gelegen gevangen, loo
dst geen nauwkeurige gewlchtsmetlng kon
plaats vinden. De gelukkige vanger gelooft
echter zonder overdrijving deze gevangen reu
zenrog op minstens 2000 K.G. gewicht te kun
nen schatten.
S II I -f op dit blad zijn Ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen f b|j levenslangè*geheele ongeschiktheid tot werken door f fCfl bü een ongeval met OCft bij verlies van een hand 1 QC oij verlies van een tOft by een breuk van Aft bU verlies van 'n
Alle QOOflfie S ongevallen veraekard voor een der volgenae uitkeerlrgen I «JtZl/tz.” verUea van belde armen, belde beenen ol belde oogen f «/<ƒ«-doodeiyken aRoop f ^«z(Ze~ een voet of oen oog 1 luim of wijsvinger f been of annf andoren vinger
Maar toen het Jonge meisje mü had laten
ontsnappen, had Carlos, die ten volle begreep,
hoe groot de gevaren waren, wanneer ik met het
schip, dat mü had opgepikt Havana binnenliep
gebruik gemaakt van O'Brien's kapers, die
op roof uitgingen, en mü redden.... Zoo zat de
zaak in elkaar
Tegen het einde van zün verhaal, ging Car
los’ adem gejaagd en kort; er was een blos op
z’n gelaat; rt)n oogen staarden mü smeekend
aan. -
„Je zult hier nu blijven, tot ik sterf, en dan
moet Je.... moet Je beschermen....”
Hü zonk terug In de kussens.
„Maar toen ik jou zag.” ging hü na een
poosje voort, „zette het zich in mün hoofd
vast: dat is de man. die gezonden is als ant
woord op Je bidden. Ik voelde het, Ik wist het.
Als Jü mün nicht kon hebben en mün landen,
dacht ik, zou het mü even goed zün als had Ik
Je zuster wel niet heelemaal zoo. maar voor
Iemand, die binnenkort zal moeten sterven om
niets achter te laten dan een marmeren graf,
toch goed genoeg. O. Je verlangt zoo onder Gods
gezegende zon een teeken van Je achter te laten
en eenlgszins te mogen weten, hoe de gang van
zaken na Je dood zün zal.... In mün gedachte
had ik alles heel gauw geregeld. De groote
moeilükheld was O’Brien. Als Ik gezegd had:
Kier Is de man. die met mün nicht zal trou
wen.” zou hü Jou of mü vermoord hebben: hü
deinst voor niets terug. Zoo zei Ik hem heel
kalmpjes: .Kük eens. heer secretaris, dat Is de
man die u noodig hebt om uw Nichols te ver-