Minister Oud wint gemakkelijk Ponds ji I I i Medische Kroniek Raad van Beerta DE BETAALDE OVERHEID onbekwaam f w TABAKSACCIJNS HOOGER ZATERDAG 9 DECEMBER LEEKEPREEKEN Burgemeester bestuur K. „BIJNA” GERED! MARINIERS ONTSLAGEN In beroep by den Centralen Raad Behandeling uitgesteld HET CRISISBOT ERMERK GOUDSMID AANGEHOUDEN Audiëntie tegengegaan De aspirant-gehangene Sociale Zaken Vruchtdragend overleg De geest en de licfiame- lijke opvoeding Wetaontwerp ia ingediend hem alle bevoegdheden te ontnemen Maar de laat at e loodjea wegen het zwaarat DE OPHEFFING VAN DE GEZONDHEIDSCOMMISSIES LOUTJE DE VISSER GEDAGVAARD V K. ft; Geknoei met banderolleprija en scharrelen” met cadeaux verboden. Andere rpia- a tand en worden k '4 i r r A w f - tot op HOMO SAPIENS Mr. P. J. OUD DEN HAAG. 8 December 1933 te allerlei K. L- H v- d. Putt TH. H. SCHLICHTING. r - 7 -- W j. op de sigaretten by amendement althans terug te brengen van 50 tot 45, stiet af op het verzet van den Minister. Door den Minister van Blnnenlandsche Za ken is een wetsontwerp Ingediend tot voorzie ning in het bestuur der gemeente Beerta (Gr). WAT Morr EIN Een door agrarische afgevaardigden wij noemen de heeren Louwes, Weitkamp, Bakker. Hiemstra vrij algemeen geulte wensch was. dat de Regeering het werk op de boerderij zelf, dat uit nood veelal wordt nagelaten met als gevolg: schade aan de productiviteit van het land, voortaan ook als object van werkverschaf fing zal gaan beschouwen. Hoezeer dit In tal van gevallen een zegen zyn zou voor de be- van de Z. H. Exc. de Blsschop van Haarlem zal' de volgende week Maandag géén audiëntie verlee- nen. legen zijn van We vraag. COID EN VANISHING CREAM In de memorie van toelichting wordt mede gedeeld. dat de gemeentelijke autonomie door den raad van Beerta niet langer tot een aan fluiting gemaakt mag worden. De voorgestelde grondwetteiyké bepaling ten aanzien van Beerta is sinds 1895 niet meer toe gepast. De Ciislszuivelcentrale maakt bekend, dat be houdens tusschéntydsche wijziging voor de wees van 10 tot en met 16 December de prijs van het crisisbotermerk op f 100 per Kg. en die van de vervoervergunnlng vc-r bultenlandsche boter op f 1.10 per Kg. is vastgesteld. Een motie, door dezen afgevaardigde Inge diend, wil de Kamer doen uitspreken, dat de raming van de Ryksbydrage voor steunverle ning en werkverschaffing op 46 millioen niet mag beteekenen, dat de post tot dat bedrag in ieder geval zal moeten blijven beperkt, onge acht den omvang der werkloosheid en den fl- nancieelen toestand der gemeenten. Ook mag deze raming niet leiden tot eene verlaging van de steunnormen. hoofdelijke stemming ging het dit maal. En na een debat, waarin de Minister van Financiën maar zeer weinig sprekers te beant woorden had. De centrale recherche te Rotterdam heeft in zijn woning aan de Taandersstraat. aldaar, aangehouden een goudsmit, die gebruik maakte van valsche stempels voor zijn gouden voor werpen. KEMANS, die een ander onderscheid tus- schen de verschillende sigarensoorten had willen zien gemaakt volgens hem zit onder de zwaarder belaste cigarillos ook vaak hand werk en door de heeren ZANDT en WIJN KOOP Vrijdagochtend elf uur zou de vordering van de Drukkerijen Voorwaarts en Het Laakkwartier te Den Haag contra het Tweede Kamerlid Louis i. h. de Visser in diens kwaliteit van voorzitter der communistische Party Holland, wegens In 1927 aan die party geleverde 5000C verkiezings- clrculaires voor f 200. waarvan nog slechts f 20 is voldaan, voor het Kantongerecht in openbare zitting worden behandeld. Op verzoek van gedaagde die niet persoon- lyk aanwezig was werd namens diens raads man mr. Van t Hoff Stolk, door den deurwaar der vier weken uitstel van de behandeling dezer zaak gevraagd en verkregen. I trokkenen, toonde het weinig opwekkend beeld door den antl-revolutionnalren ds. Van der Zaal van het leven In sommige werkverschaffings- kampen gegeven. De soclaal-democraat DREES heeft een zwart beeld geschilderd van den flnancieelen nood van sommige gemeenten en den invloed, die daarvan uitgaat, op haar werkloozenzorg. Er zyn gemeenten, aldus de heer Drees, die op de uitkeerlng uit het Gemeentefonds maar een zeer minieme korting hebben ondergaan be wijs, hoe slecht zij ervoor staan maar die niettemin zeer zwaar gekort worden op de Ryksbydrage In de bestryding barer werkloos heidsuitgaven. Ook by deze nieuwe heffing is overigens de Katholieke afgevaardigde Van de Putt wees daar terecht op weder eens gebleken, hoe vruchtdragend het overleg van de Regeering met de Volksvertegen woordiging zyn kan. Daarmee is in dit ge val bereikt, dat Minis ter Oud zyne oorspron- keiyke plannen gewjj- dgd heeft in een voor de sigarenfabrieken, welke handwerk leve ren, veel gunstiger zin. De aanvankeiyke hoo- gere heffing op de si garen zou circa 10.000.000— opbren gen. Thans na ’s Mi nisters tegemoetko ming tegenover de met Biykens de Memorie van An0* oord Inzake het Ontwerp van Wet tot wijziging van de Ge zondheidswet, stemt de minister van Sociale Zaken ten volle In met het leedwezen over den In dit wetsontwerp voorgestelden maatregel, waaraan verscheidene leden uiting gaven. Deze leden mogen overtuigd zyn, dat het doen van dit voorstel voor hem is geweest een bittere noodzakelijkheid, waaraan niet te ontkomen viel. De gezondheidscommissies laten voortbestaan en de kredieten tydelyk intrekken zou be teekenen, dat een werkelyke Inkrimping van den Overheidsdienst niet tot stand komt. Deze is echter onvermydbaar. Intusschen heeft de minister wel vryheld ge vonden, de medewerking van de commissaris sen -der Koningin in te roepen om te trachten uit geschikte vrijwillige krachten zoo mogelyk commissies te vormen, die in de hjn van het werk der huidige gezondheidscommissies zullen kunnen voortarbeiden. Hy overweegt nog, in hoeverre hy daaraan een eenlgszlns officieel karakter zal kunnen geven. Op de meer ondergeschikte punten, door nog eenige andere sprekers aangeroerd we noe men de heeren Duymaer v. Twist, Van Houten, Drop komen we na *s Ministers antwoord terug. Ook de Katholieke afgevaardigde LOER AKKER heeft als laatste spreker nog eens ge sproken over den toeslag op loonen voor weck ten plattelande. .dat anders liggen blyft. Hy kan zich daarmede vereenigen, maar spoort aan tot voorzichtigheid, omdat by zulk een systeem de werkloosheid wel eens zou kunnen toenemen in plaats van te verminderen. rale tydperk van de verwaarloozlng der ar beidersbelangen ten gunste van de industrlee- len is befaamd genoeg. Zulk een eenzydige bevoorrechting wreekt zich op den duur altyd. De overheid is er voor allen. Dat is een onaan tastbaar beginsel. En ook practisch zou vooral de onderste klasse der samenleving de slechte gevolgen van het valsch toegepaste beginsel ondervinden. Wanneer Immers de overheid haar ten koste van de andere standen zou bevoor- deelen, zouden de welvaartsbronnen al heel spoedig opdrogen en de beschermden zouden de eerste slachtoffers zyn. Wel is het naar chrlsteiyke opvatting plicht van -de overheid de maatschappeiyk zwakken tegen overmacht te beschermen; een bijzonder waakzaam oog op hun belangen te houden en de gemeenschappelijke lasten zooveel mogelyk naar evenredige draagkracht te Verdeelen. Te veel wórdt vergeten, dat mede onder den drang van practlsche, christeiyke staatkunde in dit opzicht tegenwoordig veel meer wordt gedaan dan ooit te voren. Vergeiyk eens de zorg voor openbare hygiëne, onderwys, werkverschaffing, steun by werkloosheid, ziekenverpleging enz. by wat vroeger werd verricht? Dit alles is slechts mogelyk ten koste van zeer zware belastingen. En nu gaat de moderne belastingheffing al zoo ver, dat verscheidene moralisten zich afvragen, of hier ten opzichte van de groote inkomsten en vermogens al niet van een onrechtvaardige onteigening moet worden gesproken. Laten wij een enkel cyfer noemen. Over 1932 werden er rond 1.800.000 personen in de Ryks-lnkomsten- belastlng aangeslagen voor een bedrag van rond vier milliard 200 millioen. Deze belasting bracht rond f 82 670.000 op. Hoe waren deze lasten verdeeld? De inkomsten van 800 tot 5000 vormden te zamen een bedrag van byna 3 milliard, zy leverden aan belasting te zamen ruim 26 millioen op. De inkomsten van 5000 tot 10.000 (dus de middenstand) bedroegen 445 millioen. Zy brachten ruim tien millioen op. En de meer gegoeden met Inkomsten boven 10.000, vormende te zamen een bedrag ran nog geen 800 millioen, droegen 46 millioen in de belasting by. Er is maar weinig scherpzinnigheid noodtg ons te zien, dat de meer gegoeden naar even redigheid zeer zwaar belast worden. Wanneer men daarby bedenkt, dat die verhouding by gemeente-, vermogens- en grondbelasting en bij schoolgeldheffing nog veel meer in het nadeel der hooge Inkomens uitvalt, dan zal een ieder moeten toegeven, dat de maatschappeiyk zwak ken er in onzen tyd heel wat beter aan toe zyn. dan toen de tiende penning van allen ge lijkelijk geheven werd. wy weten wel. dat met zulke beschouwingen de groote nood van zeer velen In dezen tyd niet wordt gelenigd. Maar donkere tyden moe ten het oog voor de werkeiykheid niet doen sluiten. In tyden als deze winnen valsche voor stellingen zoo gemakkeiyk veld; dit blijkt ons regelmatig uit correspondenties met onze le zers. Daarom bovenstaande zakeiyke beschou wing. die, ze moge al geen oplossing In moei- lykheden zyn. ten minste berusting kan bren gen en de overtuiging, dat al worden er dan ook menscheiyke foute® begaan de recht vaardigheid in ons openbare leven ten koste van de minder bedeelden nog niet in het ge drang komt. zy het dan niet op een eqrste levensbehoefte haalt, in minder dan drie uur door tc krygen. Zonder de hand gemaakte typen tegemoetkoming, die hem van den anderen kant een belangryke I I bestuurders aan de uitvoering van hun vyfja- renplan begonnen heerschte er groote armoede onder de massa, zy zelf echter deden zich te goed en het ontbrak hun óndanks de algemee ns schaarschte aan niets. Er kwam ontevreden heid onder de menigte en zy, die officieel als pertyieden erkend waren, dorsten ook aan hun ontstemming lucht geven. Het antwoord was; wanneer uw paarden en ossen moeten ploe gen laat gy ze dan verhongeren of geeft gij hun dan juist extra voer? Welnu, wy, uw lei ders, die u uit de slavemy van het proletariaat moeten opheffen, wy moeten meer dan ande ren hebben. Wy willen de communistische beheerders niet tot voorbeeld stellen, maar halen deze uitspraak alleen aan om ydele verwachtingen, als zou by een ander regime „de kleine man’’ er zooveel beter aan toe zyn, af te snyden. Onze mee ting is, dat, wanneer er werkeiyk gebrek aan het meest noodlge zou zyn zooals in de oor logsjaren 1917 18 dreigde - overheidspersonen de eersten zouden moeten zyn om het voorbeeld van soberheid en matigheid te geven. Wy verkeeren echter thans juist in een tegenover gesteld geval: het economisch leven iydt onder een overvloed van productie, waarvoor geen afzet te te vinden: vandaar slecht beloonde ar beid en werkloosheid. De overheid dient deze rampen van het volk si te wentelen en te zorgen, dat leder weer ruimschoots in eigen onderhoud kan voorzien! Accoord! Wanneer wy echter zien, dat de kwaal te en men nog nergens een oplossing gevonden heeft, dan deze wetenschap tot voorzichtigheid. Wy verdedigen of becritlseeren geen regeerings- beleld; daar is het in deze rubriek de plaats niet voor. Dat tegenwoordige regeeringen ech ter Juist door het internationale karakter van het moderne ruilverkeer voor ontzaglijke rnoel- lykheden staan, moge één herinnering uit Na poleon s tyd bewyzen. De groote Corsicaan zag met leede oogen, dat de Fransche textielny- verheld kwynde. Hy gebood daarom, dat het hof zou ophouden met Engelsche mousselines te dragen. De dames de vrouw was altyd dezelfde! wilden van de bultenlandsche mode geen afstand doen en trachtten de En gelsche stof als Fransch fabrikaat onder Na- poleon s oogen te dragen. Maar de groote veld heer liet zich niet misleiden. Hy ontdekte het bedrog en scheurde zyn vrouw Josepnine en Hortense de kleeren van het lyf. En Lyon had het van Manchester gewonnen! Vergelyk met deze eenvoudige methode eens de moeliykheden, welke thans by bescherming van een binnen- landsch product tegen bultenlandschen invoer zyn op te lossen! Nog eens. wy verdedigen hier geen regee- ringsbeleid, willen zelfs aannemen, dat er groo te fouten worden gemaakt. Dan nog blyft net beginsel onjuist, dat de overheid allereerst en voornameiyk haar aandacht &n opheffing van den noodtoestand van de minder bedeelde klasse moet wijden. Die opvatting is principieel en practisch onhoudbaar. De overheid is er n.m. voor het algemeen belang en zy begaat de grootste zonde, welke een overheid begaan kan. wanneer zy de belangen van één klasse spe ciaal behartigt. Die zonde te in het verleden overvloedig begaan. De geschiedenis heeft af schrikwekkende voorbeelden van bescherming van den boerenstand of van den industrieelen ten koste van anderen; dan weer werd de ny- verheid asm den handel opgeofferd. Het libe- le Zaken zou. Over het is voorts Het gaat met de belastingwetten tegenwoor dig in de Kamer toch wel heel wat vlotter dan vorige Jaren. Het is althans Minister De Geer vroeger maar zelden gelukt, er een ontwerp, dat 14 millioen uit eene verbruiksbelasting De tweede klacht is van meer beteekenis. Moet de overheid nog wel betaald voor haar bemoeiingen niet op de allereerste en voor naamste plaats zorgen, dat er geen armoede geleden wordt, dat ieder burger een behooriyk bestaan heeft? Hoe te het mogelyk, dat een overheidspersoon zich ook maar één gulden uit de openbare kas kan laten uitkeeren, zoolang er nog één land- of stadgenoot te, die niet het allernoodzakelykste voor zich en zyn gezin heeft? Deze klacht, vooral in een crlsistyd als we doormaken, is begrijpelijk, maar redelyk is ze niet. De elsch is op de eerste, plaats onver standig. Wanneer iemand uit zuivere naasten- liefde zichzelf iets ontzegt ter wille van een ander is dit zeer lofwaardig. Tót die naasten liefde zyn we allen ook verplicht; maar in hoeverre iemand daarby moet en mag gaan, moet hy met zyn eigen geweten uitmaken. Nooit heeft een ander eenig recht om van een bepaald persoon in dit opzicht iets te etechen. Dat het in een andere dan deze „kapitalis tische” maatschappij wel beter zou toegaan, is een Ijdele verwachting. Toen de bolsjewistische ontwerp nog be knopt het woord ge voerd door Mr. WES TERMAN, die op den pood van tal van fabrieken bak wees, door Dr VAN DEN TEMPEL, eveneens MONSTERS von Croom* ontvonqt U no inzending von I porto oon ROMO'S EXTRACT Co.. Aid AMSTERDAM NAAM I-. ii J AMt] -- Dr. KORTENHORST, hardnekkig verdediger van allerlei industriebelang. kon bezwaariyk het overigens gedempte enthousiasme van zyn fractlegenoot-sigarenfabrlkant deelen. Hier was nu eens, zoo zeide hy ietwat plagerig, een aspirant-gehangene, die zyn eigen beul prees En hy treurde, dat thans weer een speciaal be- dryf een nieuwen last kreeg opgelegd. Liever had hy dan maar de omzetbelasting nog maar een beetje hooger geschroefd. Dan zou men van den heer Kortenhorst eens wat gehoord hebben, antwoordde Minister Oud. Maar de be windsman zag hier toch wel een weinig voorby, dat de Katholieke afgevaardigde juist in de omzetbelasting aannemeiyk vond haar drukken op een zoo breed mogelyk vlak, al heeft hy toen ook gepoogd, uit dat vlak verschillende plekken weg te nemen, waar de druk al te be nauwend zou zyn geworden. van gekorven ta- die voor matiging ten opzichte der si garetten pleitte, door den heer SNOECK HEN- een ander onderscheid de verschillende sigarensoorten Alweder op een vry laat uur is men voort gegaan met de begrootlng van Sociale Zaken. Van Katholieke zyde is daarby door me juffrouw MEIJER een beroep op Minister Slo- temaker de Bruine gedaan, opdat er verbete ring worde gebracht in den onbevredigenden toestand, die het tegenwoordige stelsel van steunverleenjig met zich brengt vodf de groo te gezinnen. De grief van mejuffrouw Meyer is vooral, dat er by den kindertoeslag in bet geheel geen rekening gehouden wordt met de samenstelling der. gezinnen. Een gezin met groo.e kinderen heeft nu eenmaal grootere en duurdere behoeften dan een met kleine kin deren. Ook heeft mejuffrouw Meyer nog eens aangedrongen op het goedkoop ter beschikking stellen van aardappelen aan werklooz* n. De Minister is hiervan tot nog toe afkeerig. om dat ook middenstandsbelangen hlerby be- trokken zjjn.' Hebben wy de katholieke afge- laUrdlgde goed begrepen, dan wil zy den mid denstand daarby niet uitschakelen en wenscht zy eene regeling als die by het' vleesch in blik gevolgd. Maar vergeet zy niet, dat aardappelen altyd gege.en worden en vleesch by velen al lang ontbrak? In het belang van de thans wel zeer zwaar belaste sigarettenindustrie heeft Dr. Korten horst met den heer Van de Putt op een zwaar der Invoerrecht op bultenlandsche. vooral Egyptische, sigaretten aangedrongen. Minister OUD geeft echter eventueel aan cöntingentee- rirtt de voorkeur. Een poging van den Vryhelds- bonder Mr. Boon, om het belastingpercentage Volgens dit ontwerp wordt den ge meenteraad alle bevoegdheid ontno men, terwijl ook het college van B. Ten W. niet in zijn normale functie ge handhaafd wordt. De raadsmeerder- heid wordt onbekwaam tot het be stuur der gemeente geacht. Als bestuursorgaan wordt de bur gemeester sumgewezen. Zijn afhanke lijkheid ten opzichte van het hooger gezag wordt versterkt. De Katholieke afgevaardigde VAN DE PUTT heeft den Minister op overtuigden toon ge steund en vooral den bewindsman hulde ge bracht voor zyne tegemoetkomendheid en voor het feit, dat hy de verhooging der heffingen heeft doen gepaard gaan met wyzigingen van de Tabakswet, die het knoeien met den ban- derolleprys en het „scharrelen” met cadeaux verbieden en ook misstanden op het gebied van de bedrytsvergunningen tegengaan. De vergunning voor den kleinhandel in tabaks artikelen zal thans in hoofdzaak worden ge geven alleen aan lieden, die er een winkel op nahouden. En de bedryfsvergunningen als fa brikant zullen voortaan niet meer worden ver leend aan verschillende personen voor een zelfde pand. Ook Dr. KORTENHORST had een amende ment, doch hy trok het in. nadat de Minister had toegezegd, dat hy de daarin belichaam de gedachte verde re verscherping de bepalingen, die huisindustrie in de si garenbranche gaan, met ambtgenooten Economische en Socta bes preken De laatste loodjes wegen ’t zwaarst. Toe. laat ons niet vergaan in de haven. Ons touw is nog te kort, onze springstok reikt nog niet ver genoeg, wy zyn er byna. Toe, helpt! Pastoor V. d. Tuyn te Heemstede staat met een kyker in de hand en ziet uit wat er komt. Gironummer 180484. Tot nu toe is ontvangen een bedrag van f 14.562.75 —aar aanleiding van onze jongste artike- 1X1 lenreeks over het openbare gezag en de ■A rechten en plichten van den christen als staatsburger, ontvingen wy verschalende vra gen en bemerkingen, die wy zooveel mogelyk persoonlijk beantwoordden. Eén soort klachten meenen wy echter openlyk te moeten behande len. omdat ze een moeilijkheid bevatten, die vermoedeiyk ook by vele anderen dan by onze briefschrijvers alleen leeft en die in onzen tyd. voor wie ze niet opgelost heeft, scherpe en gevaarlyke kanten heeft. In het kort komen de bedoelde bezwaren hierop neer: dat er gezag, ook openbaar gezag moet zyn, goed! Maar waarom moeten die ge zagdragers extra beloond worden en met al lerlei privilegies en pensioenen worden veilig gesteld? En vooral: waarom begrypt de over heid niet beter haar plicht van plaatsvervan ger van God te zyn en zórgt zy niet op de eerste plaats voor de maatschappeiyk zwakken, voor de armen, voor de werkloozen? Al haar streven moest naar opheffing van de mis deelden uitgaan; de rest immers helpt zichzelf wel en meer dan genoeg. Wy meenen in deze enkele zinnen een aan klacht tegen de openbare gezagdragers te heb ben weergegeven, zooals ze in bezadigden en in feilen zin tegenover ons werd geult. Nu moeten wy allereerst onderscheiden. Bul ten onze bespreking moeten alle ambtenaren hoog en laag vallen, die in openbaren dienst worden benoemd en die volgens vaststaande reglementen of instructies uitsluitend loondienst verrichten voor een publlekrechtelyk lichaam. Zelfs al bekleeden zulke menschen nog zulke hooge functies en al hebben zy practisch groo te macht, zy zyn toch slechts de uitvoerders van de bevelen van anderen. Wanneer zy goed bezoldigd worden en in een bevoorrechte posi- verkeeren. dan nog kan daarop aan hen nooit eenig verwyt worden gemaakt. De ver- antwoordeiyken zyn de colleges, die hen aan stelden en hun arbeidsvoorwaarden bepaalden. Met overheidspersonen worden dan ook meer diegenen bedoeld, die in openbare bestuurscol leges wetgevende, verordenende, uitvoerende of zelfstandige bestuursmacht uitoefenen. In een- tyd als deze, waarin zooveel gebrek wordt ge leden. komt heel verklaarbaar weer de oude vraag bovenmoeten zulke posten voor het „gestoelte der eere” nu wel bezoldigd en In vele gevallen vry zwaar betaald worden? Wy zeggen „de oude vraag”. Immers er was een tyd, en men behoeft nog niet zoo heel oud te zyn, om dien tyd te hebben meegemaakt, dat de functies in de dagelyksche besturen van provincie en gemeente en die van afge vaardigden in de vertegenwoordigende licha men en vele andere als eere-ambten werden beschouwd. Volgens de wet was wel iedereen benoembaar en verkiesbaar, maar practisch kwamehn lp zeer veel gevallen alleep zy in aan merking, die over zooveel tyd en geld beschik ten. dat zy de eereplichten van het ambt zelf konden bekostigen. By den groei der democra tie kwam daartegen van onderop begrypeiyker- wyze verzet: ook de onbemiddelde, mits be kwaam, moest in de gelegenheid worden ge steld om zelfs de hoogste functies te beklee den. zoo zijn de presentienMen, de bezoldi gingen en vergoedingen en dé pensioenen voor de openbare functionarissen ontstaan. En nu ia het wel eigenaardig, dat thans verzet hier tegen opkomt ook uit die kringen, welke voor heen het sterkst op zulke geldelyke vergoedin gen hebben aangedrongen. Zeker, er zyn daarvoor verklaringen. Er zyn misbruiken ingeslopen: het instituut van be talingen is door overbodige of te hooge presen tiegelden, door pensioenen na enkele jaren dienst en door de zoogenaamde cumulatie van functies tot uitwassen vervallen. Maar deze fouten hebben in de volksverbeelding, vooral onder Invloed van de economische malaise, on- natuuriyke proporties aangenomen. In werke iykheid komt die veel gesmade opeenhooping van „baantjes” by dezelfde personen maar zeer sporadisch voor en ook de betalingen aan de hier bedoelde functionarissen zyn sterk over dreven. Van het beginsel, dat iedereen in staat moet zyn om tot elk ambt te worden benoemd en in iedere functie te worden ge kozen zal de overgroote meerderheid van ons volk zeker geen afstand willen doen. Welnu, dan brengt de consequentie ook mee, dat de bezoldigingen gehandhaafd biyven. De vraag is alleen, of altyd wel de besten en de bekwaam- sten op „de stoelen der eere" komen. In ons staatsbestel hebben de burgers dit echter zelf meerendeels in de hand. Alleen, men kan nie mand dwingen. En het komt nog al eens voor, dat Juist zeer bekwamen zich niet voor open bare bestuursfuncties beschikbaar stellen, om dat zy hun tyd in de particuliere maatschap- py beter betaald krygen. Maar dit getuigt Juist tegen de stelling, dat de bezoldigingen te hoog zouden zyn. De Centrale Raad van Beroep te Utrecht heeft Donderdag de bezwaarschriften van een achttal ontslagen marinemannen in behande ling genomen. Raadsman voor de mariniers was de socialist W. Drop; voor dén comman dant der marine te Willemsoord de heer Ger bers. Ook nu weer ontstond meeningsverschll tus- schen beide partyen of deze zaak wel thuis hoorde by den Centralen Raad van Beroep. De commandant der marine concludeerde niet ontvankeiyk-verklarlng der beroepen. De heer Drop leverde uitvoerig crltlek de wyze. waarop bet onderzoek Is geleid. De uitspraak is bepaald op 4 Januari as. som aan werkloozensteun besparen zal wordt de opbrengst slechts op 3 615.000 geraamd. Daar de maatregel in zyn geheel niet minder mag opbrengen immers, dat zou een te groote hiaat slaan in het dekklngsplan heeft Minister Oud de verhooging van de ac- cyns op sigaretten, oorspronkelyk op circa f 2.000.000 geraamd, opgevoerd tot f 9 046.000 De verhooging van de heffing op pruim- en rooktabak en snuif is op denzelfden omvang gehandhaafd, zy brengt 2000.000.op. egenwoordig wordt er heel veel geschrv ven over den Invloed van de lichameiyke opvoeding op de geesteiyke ontwikkeling; de spórt en -gymnastiekleeraren doen het voor komen. alsof hun vak de geesteiyke ontwikke ling zeer in de hand werkt, en ja, er zyn zelfs menschen die van sport en gymnastiek veel meer verwachten voor de vorming van het kind dan van lezen, schryven. rekenen, geschiedenis en aardrykskunde. Deze zaak is om verscnlllen- de redenen de aandacht waard. Ten eerste om ae zaak zelve. Als het waar is, dat de licha meiyke opvoeding van zulk een beteekenis is, verdient zy door de leeraren, geesteiyken en dok ters met de groots.e zorg te worden bestudeerd. Ten tweede is het dan van groot belang in.wel ke richting de geesteiyke ontwikkeling wordt gestuurd door sport en gymnastiek. zullen het nu eerst hebben over de welken invloed 1 de lichaams-oefenln- gen op den geest hebben. Om hierop een ant woord te geven, moet men zich eerst duidelyk voor oogen stellen, wat de geest elgeniyk doet. Het eigeniyke werk van den geest is deuken: het verstand, en het is duldeiyk. dat de licha meiyke oefening daarop geen directen invloed heeft. Het tweede groote werk van den geest is: willen, en ondanks alles, wat gezegd wordt over de vorm.ng van de wilskracht door de spórt, houd ik vol, dat de lichameiyke oefening geen directen invloed heeft op de wilskracht van den mensch. 'v Wilskracht is geen hardnekkigheid of ^.Kbp- pigheid; wilskracht is de standvastighAd, waar mee men in praktyk brengt datgene, wat men het beste heeft geoordeeld. En n.et alleen de standvastigheid, maar ook de snelle bereidheid, om dadelyk te doen datgene, wat het verstand inziet dat gedaan moet worden. Dat nu de sport en de gymnastiek de denkkracht en de wils kracht zouden vergrooten daarvan bemerkt men in het dagelyksche leven toch elgeniyk niets. Behalve denken en willen, moet een mensch ook handelen. En daar ligt de invloed van de lichameiyke oefening. De menschelyxe hande lingen geschieden onder den aandrang van het motief, of het doel, dat de mensch zich voor stekt te bere.ken, en geschieden tevens onder den invloed van de natuuriyke driften, en van het temperament; de ..handelingen” wor den uilgevoerd door het lichaam. Deze zin heeft een nadere verklaring noodig. Het motief of het doel van de handeling be hoort onder de wilskracht van het verstand: met het verstand gaat men na of een doei goed is of niet. Dat heeft dus direct met de lichame iyke oefening niets te maken. De natuuriyke aandr.ften bepalen mede de menschelyke han delingen; iedereen weet het, een jongen van twaalf jaar heeft nog geen echte geslachts drift en loopt dus niet te zoeken naar een vrouw; of een ander voorbeeld: iemand die ziek is. heeft geen begeerte naar rykdom, hy denkt alleen aan zyn gezondheid, de rest laat hem koud, onder den invloed der ziekte nemen sommige natuuriyke aandriften in kracnt af. Nu, op deze aandriften heeft de lichameiyke oefen.ng grooten invloed; men noemt deze aan driften ook hartstochten, en zooals men weet, gaan de hartstochten meestal met gevoel ge paard. Dit is niet zoo met de verstandelyke werkzaamheid; wanneer men rekensommen zit op te lossen of aardrykskunde leert of wysbe- geerte beoefent met gevoel, dan wordt daar door de helderheid van het inzicht niet gehol pen. Maar by de aandriften of hartstochten is het een weinig anders: het gevoel hoort daar elgeniyk by. Over de natuuriyke aandriften is in den laat- sten tyd, vooral door de school van Freuu, bui tengewoon veel geschreven; wy zullen ons h er houdêta aan de wysbegeer.e van Aristqteies en den H. Thomas van Aquino. Wat deze wysgee- ren er over zeggen is bijzonder helder en dulde- iyk. Wy zullen het aan een sportief voorbeeld duideiyk maken. Er staan twéé elftallen tegen over elkaar. Ziet dien mlddenvoorwaartsBe schouwt zyn zieleleven! Het eerste wat hem óverkomt, is dat hy de overwinning begeert, en in zyn hart zich afkeert van de nederlaag. Dit zyn de twee gemoedsbewegingen: begeerte en vlucht. Hy gaat verder: de voorstelling van den wed- stryd komt dan duidelyk voor den geest, hy bemint de overwinning en haat de neder laag, soms ook den tegenstander (liefde en haat). Wanneer de wedstryd is gewonnen, is hy verheugd, anders is hy bedroefd (vreugde en droefheid). Dit alles speelt zich af in de ziel van dien mlddenvoorwaarts, dien aardigen jongen. Dit alles is nog slechts begeerte, liefde, vol doening of vlucht, haat, en droefheid. Maar nu gaat hy tot de daad over. Door de begeerte naar de overwinn.ng vat hy moed, maar als hy denkt te zullen verliezen, wordt hy be vreesd (moed en vrees); dal ziet hy de moei- lykheden voor zich, dan gebeurt er in hem, wat in de menschen van tegenwoordig veel meer ge beuren moest: alles komt in opstand, hy bruist op. hy zegt tot zich zelf: wat! zouden we het vandaag niet winnen. Dit noemde men toom, dwz het opbruisen, de Inspanning). Nu heeft hy h o o p. of als hy daarna ziet, dat het toch niet gaat, wordt hy wanhoipg (Iwop en wan hoop). Al deze gemoedsbewegingen: begeerte, vrees, liefde, haat vreugde en droefheid en verder moed en vrees, toorn, hoop en vertwyfeüng zyn volgens den H. Thomas van Aquino de natuur iyke aandriften. Nu zal het den lezer reeds duidelyk zyn, dat de sport vooral, maar ook gymnastiek op deze aandriften grooten Invloed moeten hebben. Door sport en spel leert men vlug ergens op af te gaan, niet terug te schrikken voor de moeilijkheden, niet te wanhopen, maar de moed, de hoop, en de ipspanning worden hier door sterk aangewakkerd. Na de inspanning komt de vreugde, en onze sportieve opvattingen n.aken dat een eervolle nederlaag de deelnemers niet tot droefenis stemt. Dit is dan ook de maatstaf, waarnaar men kan beoordeelen, of het wedstrydsysteem te ver gaat. Wanneer het geregeld zóó zou zyn, dat een nederlaag als hoogst onaangenaam wordt ondervonden, dat de verslagene daarvan onder den Indruk zyn, dan is dit een bewys, dat het wedstrydsysteem niet meer sportief is, maar meer gelyken gaat op twee zaken, die elkaar doodconcurreeren. Want het uiterste van het spel moet vreugde zyn, geen droefheid. Die vreugde is by de over wonnenen natuuriyk iets getemperd, maar ze moeten toch tot elkaar kunhen zeggen. *t Is een mooie wedstryd geweest" Er zyn nog andere goede gevolgen van de sport. Behalve dat moed, hoop en inspanning door de sport worden aangewakkerd. leert men in het spel ook zyn aandriften te regelen. Im mers iemand die na het eerste vyandeiyke doel punt reeds terneergeslagen is, is geen goed speler: hy moet zyn vluchtinstlnct en zyn wan hoop leeren onderdrukken Anderzyds is ook de al te wilde speler, die t e moedig is, of de over moedige speler, die te hoopvol is. of de te op bruisende speler, die he samenspel vergeet, niet goed in het elftal te gebruiken. Het groote ding echter van het spel is even wel, dat men zyn aandriften in zekeren zin vryen teugel kan laten. In het dageiyksch leven gaat dat niet en mag dat niet, maar de aandrif ten zouden daardoor verschrompelen en mat worden. Daarvoor is bet spel: om de natuuriyke aandr.ften hun kracht en frischheid te doen be houden. en de mensch in staat te stellen zyn natuur den vrijen teugel te laten. Daarom mag het geen werk, geen weddenschap worden, het moet spel blyven. Wat moet vrouw Een vrouw moet charme bezitten. Is dat een te hooge eisch Iedere vrouw kan charme hebben. Iedere vrouw, die er een geringe moeite voor over heeft. Wat Pond's Cold Cream 'savonds;wat Pond's Vanishing Cream overdag. Getroost U deze geringe moeite, maar geregeld, iederen dag I Wees een vrouw - heb charme door Wie kent niet dat woordje in zyn verheugende maar toch vooral remmende beteekenis. „Byna" dat beteekent: de voornaamste, de zwaarste ar beid is verricht, een prachtig stuk op weg. een worsteling achter den rug met de victorie in zicht, maar ook „byna" dat is „te kort.” dat is „nog niet." Dat kan dus worden: aan wal gezwommen en nog verdronken en danis het gjgrschrikke- lyker dan niet begonnen te zyn, dan is het een kapitaal aan offers en moeite voor niets. wy zyn een hulpactie begonnen voor de Zus ters Carmelitessen in Amsterdam en niettegen staande de enorme verliezen by het faillissement van een bank, een verlies van 150.G00 gulden, zyn wy nu onder Gods zegen zoover, dat wy dur ven zeggen: „Byna gered!” Maar ook dat „byna” vraagt nog duizenden guldens, vraagt nog verduurzamlng van giften by zoovelen. die edelmoedig en royaal giften hebben gegeven. O mocht het toch zijn! Deze Decembermaand moet in zoovele opzichten by zoovele menschen zooveel goed makenmaar in deze wordt er alle^yan verwacht. internationaal methode tot maant

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1933 | | pagina 5