Minister Oud wint gemakkelijk
Ponds
ji
I
I
i
Medische Kroniek
Raad van Beerta
DE BETAALDE OVERHEID
onbekwaam
f
w
TABAKSACCIJNS
HOOGER
ZATERDAG 9 DECEMBER
LEEKEPREEKEN
Burgemeester bestuur
K.
„BIJNA” GERED!
MARINIERS ONTSLAGEN
In beroep by den Centralen Raad
Behandeling uitgesteld
HET CRISISBOT ERMERK
GOUDSMID AANGEHOUDEN
Audiëntie
tegengegaan
De aspirant-gehangene
Sociale Zaken
Vruchtdragend overleg
De geest en de licfiame-
lijke opvoeding
Wetaontwerp ia ingediend
hem alle bevoegdheden
te ontnemen
Maar de laat at e loodjea wegen
het zwaarat
DE OPHEFFING VAN DE
GEZONDHEIDSCOMMISSIES
LOUTJE DE VISSER
GEDAGVAARD
V
K.
ft;
Geknoei met banderolleprija en
scharrelen” met cadeaux
verboden. Andere rpia-
a tand en worden
k '4 i
r
r A
w
f -
tot
op
HOMO SAPIENS
Mr. P. J. OUD
DEN HAAG. 8 December 1933
te
allerlei
K. L- H v- d. Putt
TH. H. SCHLICHTING.
r - 7 --
W
j.
op de sigaretten by amendement althans terug
te brengen van 50 tot 45, stiet af op het verzet
van den Minister.
Door den Minister van Blnnenlandsche Za
ken is een wetsontwerp Ingediend tot voorzie
ning in het bestuur der gemeente Beerta (Gr).
WAT
Morr
EIN
Een door agrarische afgevaardigden wij
noemen de heeren Louwes, Weitkamp, Bakker.
Hiemstra vrij algemeen geulte wensch was.
dat de Regeering het werk op de boerderij zelf,
dat uit nood veelal wordt nagelaten met als
gevolg: schade aan de productiviteit van het
land, voortaan ook als object van werkverschaf
fing zal gaan beschouwen. Hoezeer dit In tal
van gevallen een zegen zyn zou voor de be-
van
de
Z. H. Exc. de Blsschop van Haarlem zal' de
volgende week Maandag géén audiëntie verlee-
nen.
legen
zijn
van
We
vraag.
COID EN VANISHING CREAM
In de memorie van toelichting wordt mede
gedeeld. dat de gemeentelijke autonomie door
den raad van Beerta niet langer tot een aan
fluiting gemaakt mag worden.
De voorgestelde grondwetteiyké bepaling ten
aanzien van Beerta is sinds 1895 niet meer toe
gepast.
De Ciislszuivelcentrale maakt bekend, dat be
houdens tusschéntydsche wijziging voor de wees
van 10 tot en met 16 December de prijs van
het crisisbotermerk op f 100 per Kg. en die
van de vervoervergunnlng vc-r bultenlandsche
boter op f 1.10 per Kg. is vastgesteld.
Een motie, door dezen afgevaardigde Inge
diend, wil de Kamer doen uitspreken, dat de
raming van de Ryksbydrage voor steunverle
ning en werkverschaffing op 46 millioen niet
mag beteekenen, dat de post tot dat bedrag in
ieder geval zal moeten blijven beperkt, onge
acht den omvang der werkloosheid en den fl-
nancieelen toestand der gemeenten. Ook mag
deze raming niet leiden tot eene verlaging van
de steunnormen.
hoofdelijke stemming ging het dit
maal. En na een debat, waarin de Minister van
Financiën maar zeer weinig sprekers te beant
woorden had.
De centrale recherche te Rotterdam heeft in
zijn woning aan de Taandersstraat. aldaar,
aangehouden een goudsmit, die gebruik maakte
van valsche stempels voor zijn gouden voor
werpen.
KEMANS, die een ander onderscheid tus-
schen de verschillende sigarensoorten had
willen zien gemaakt volgens hem zit onder
de zwaarder belaste cigarillos ook vaak hand
werk en door de heeren ZANDT en WIJN
KOOP
Vrijdagochtend elf uur zou de vordering van
de Drukkerijen Voorwaarts en Het Laakkwartier
te Den Haag contra het Tweede Kamerlid Louis
i. h. de Visser in diens kwaliteit van voorzitter
der communistische Party Holland, wegens In
1927 aan die party geleverde 5000C verkiezings-
clrculaires voor f 200. waarvan nog slechts f 20
is voldaan, voor het Kantongerecht in openbare
zitting worden behandeld.
Op verzoek van gedaagde die niet persoon-
lyk aanwezig was werd namens diens raads
man mr. Van t Hoff Stolk, door den deurwaar
der vier weken uitstel van de behandeling dezer
zaak gevraagd en verkregen.
I
trokkenen, toonde het weinig opwekkend beeld
door den antl-revolutionnalren ds. Van der Zaal
van het leven In sommige werkverschaffings-
kampen gegeven.
De soclaal-democraat DREES heeft een zwart
beeld geschilderd van den flnancieelen nood
van sommige gemeenten en den invloed, die
daarvan uitgaat, op haar werkloozenzorg. Er
zyn gemeenten, aldus de heer Drees, die op
de uitkeerlng uit het Gemeentefonds maar een
zeer minieme korting hebben ondergaan be
wijs, hoe slecht zij ervoor staan maar die
niettemin zeer zwaar gekort worden op de
Ryksbydrage In de bestryding barer werkloos
heidsuitgaven.
Ook by deze nieuwe heffing is overigens
de Katholieke afgevaardigde Van de Putt wees
daar terecht op weder eens gebleken, hoe
vruchtdragend het overleg van de Regeering
met de Volksvertegen
woordiging zyn kan.
Daarmee is in dit ge
val bereikt, dat Minis
ter Oud zyne oorspron-
keiyke plannen gewjj-
dgd heeft in een voor
de sigarenfabrieken,
welke handwerk leve
ren, veel gunstiger zin.
De aanvankeiyke hoo-
gere heffing op de si
garen zou circa
10.000.000— opbren
gen. Thans na ’s Mi
nisters tegemoetko
ming tegenover de met
Biykens de Memorie van An0* oord Inzake
het Ontwerp van Wet tot wijziging van de Ge
zondheidswet, stemt de minister van Sociale
Zaken ten volle In met het leedwezen over den
In dit wetsontwerp voorgestelden maatregel,
waaraan verscheidene leden uiting gaven. Deze
leden mogen overtuigd zyn, dat het doen van
dit voorstel voor hem is geweest een bittere
noodzakelijkheid, waaraan niet te ontkomen
viel.
De gezondheidscommissies laten voortbestaan
en de kredieten tydelyk intrekken zou be
teekenen, dat een werkelyke Inkrimping van
den Overheidsdienst niet tot stand komt. Deze
is echter onvermydbaar.
Intusschen heeft de minister wel vryheld ge
vonden, de medewerking van de commissaris
sen -der Koningin in te roepen om te trachten
uit geschikte vrijwillige krachten zoo mogelyk
commissies te vormen, die in de hjn van het
werk der huidige gezondheidscommissies zullen
kunnen voortarbeiden. Hy overweegt nog, in
hoeverre hy daaraan een eenlgszlns officieel
karakter zal kunnen geven.
Op de meer ondergeschikte punten, door nog
eenige andere sprekers aangeroerd we noe
men de heeren Duymaer v. Twist, Van Houten,
Drop komen we na *s Ministers antwoord
terug. Ook de Katholieke afgevaardigde LOER
AKKER heeft als laatste spreker nog eens ge
sproken over den toeslag op loonen voor weck
ten plattelande. .dat anders liggen blyft. Hy
kan zich daarmede vereenigen, maar spoort aan
tot voorzichtigheid, omdat by zulk een systeem
de werkloosheid wel eens zou kunnen toenemen
in plaats van te verminderen.
rale tydperk van de verwaarloozlng der ar
beidersbelangen ten gunste van de industrlee-
len is befaamd genoeg. Zulk een eenzydige
bevoorrechting wreekt zich op den duur altyd.
De overheid is er voor allen. Dat is een onaan
tastbaar beginsel. En ook practisch zou vooral
de onderste klasse der samenleving de slechte
gevolgen van het valsch toegepaste beginsel
ondervinden. Wanneer Immers de overheid haar
ten koste van de andere standen zou bevoor-
deelen, zouden de welvaartsbronnen al heel
spoedig opdrogen en de beschermden zouden
de eerste slachtoffers zyn.
Wel is het naar chrlsteiyke opvatting plicht
van -de overheid de maatschappeiyk zwakken
tegen overmacht te beschermen; een bijzonder
waakzaam oog op hun belangen te houden en
de gemeenschappelijke lasten zooveel mogelyk
naar evenredige draagkracht te Verdeelen. Te
veel wórdt vergeten, dat mede onder den drang
van practlsche, christeiyke staatkunde in dit
opzicht tegenwoordig veel meer wordt gedaan
dan ooit te voren. Vergeiyk eens de zorg voor
openbare hygiëne, onderwys, werkverschaffing,
steun by werkloosheid, ziekenverpleging enz. by
wat vroeger werd verricht? Dit alles is slechts
mogelyk ten koste van zeer zware belastingen.
En nu gaat de moderne belastingheffing al zoo
ver, dat verscheidene moralisten zich afvragen,
of hier ten opzichte van de groote inkomsten
en vermogens al niet van een onrechtvaardige
onteigening moet worden gesproken. Laten wij
een enkel cyfer noemen. Over 1932 werden er
rond 1.800.000 personen in de Ryks-lnkomsten-
belastlng aangeslagen voor een bedrag van rond
vier milliard 200 millioen. Deze belasting bracht
rond f 82 670.000 op. Hoe waren deze lasten
verdeeld? De inkomsten van 800 tot 5000
vormden te zamen een bedrag van byna 3
milliard, zy leverden aan belasting te zamen
ruim 26 millioen op. De inkomsten van 5000
tot 10.000 (dus de middenstand) bedroegen
445 millioen. Zy brachten ruim tien millioen op.
En de meer gegoeden met Inkomsten boven
10.000, vormende te zamen een bedrag ran
nog geen 800 millioen, droegen 46 millioen
in de belasting by.
Er is maar weinig scherpzinnigheid noodtg
ons te zien, dat de meer gegoeden naar even
redigheid zeer zwaar belast worden. Wanneer
men daarby bedenkt, dat die verhouding by
gemeente-, vermogens- en grondbelasting en bij
schoolgeldheffing nog veel meer in het nadeel
der hooge Inkomens uitvalt, dan zal een ieder
moeten toegeven, dat de maatschappeiyk zwak
ken er in onzen tyd heel wat beter aan toe
zyn. dan toen de tiende penning van allen ge
lijkelijk geheven werd.
wy weten wel. dat met zulke beschouwingen
de groote nood van zeer velen In dezen tyd
niet wordt gelenigd. Maar donkere tyden moe
ten het oog voor de werkeiykheid niet doen
sluiten. In tyden als deze winnen valsche voor
stellingen zoo gemakkeiyk veld; dit blijkt ons
regelmatig uit correspondenties met onze le
zers. Daarom bovenstaande zakeiyke beschou
wing. die, ze moge al geen oplossing In moei-
lykheden zyn. ten minste berusting kan bren
gen en de overtuiging, dat al worden er dan
ook menscheiyke foute® begaan de recht
vaardigheid in ons openbare leven ten koste
van de minder bedeelden nog niet in het ge
drang komt.
zy het dan niet op een eqrste levensbehoefte
haalt, in minder dan drie uur door tc
krygen.
Zonder
de hand gemaakte typen tegemoetkoming,
die hem van den anderen kant een belangryke
I
I
bestuurders aan de uitvoering van hun vyfja-
renplan begonnen heerschte er groote armoede
onder de massa, zy zelf echter deden zich te
goed en het ontbrak hun óndanks de algemee
ns schaarschte aan niets. Er kwam ontevreden
heid onder de menigte en zy, die officieel als
pertyieden erkend waren, dorsten ook aan hun
ontstemming lucht geven. Het antwoord was;
wanneer uw paarden en ossen moeten ploe
gen laat gy ze dan verhongeren of geeft gij
hun dan juist extra voer? Welnu, wy, uw lei
ders, die u uit de slavemy van het proletariaat
moeten opheffen, wy moeten meer dan ande
ren hebben.
Wy willen de communistische beheerders niet
tot voorbeeld stellen, maar halen deze uitspraak
alleen aan om ydele verwachtingen, als zou by
een ander regime „de kleine man’’ er zooveel
beter aan toe zyn, af te snyden. Onze mee
ting is, dat, wanneer er werkeiyk gebrek aan
het meest noodlge zou zyn zooals in de oor
logsjaren 1917 18 dreigde - overheidspersonen
de eersten zouden moeten zyn om het voorbeeld
van soberheid en matigheid te geven. Wy
verkeeren echter thans juist in een tegenover
gesteld geval: het economisch leven iydt onder
een overvloed van productie, waarvoor geen
afzet te te vinden: vandaar slecht beloonde ar
beid en werkloosheid.
De overheid dient deze rampen van het volk
si te wentelen en te zorgen, dat leder weer
ruimschoots in eigen onderhoud kan voorzien!
Accoord! Wanneer wy echter zien, dat de kwaal
te en men nog nergens een
oplossing gevonden heeft, dan
deze wetenschap tot voorzichtigheid.
Wy verdedigen of becritlseeren geen regeerings-
beleld; daar is het in deze rubriek de plaats
niet voor. Dat tegenwoordige regeeringen ech
ter Juist door het internationale karakter van
het moderne ruilverkeer voor ontzaglijke rnoel-
lykheden staan, moge één herinnering uit Na
poleon s tyd bewyzen. De groote Corsicaan zag
met leede oogen, dat de Fransche textielny-
verheld kwynde. Hy gebood daarom, dat het
hof zou ophouden met Engelsche mousselines
te dragen. De dames de vrouw was altyd
dezelfde! wilden van de bultenlandsche
mode geen afstand doen en trachtten de En
gelsche stof als Fransch fabrikaat onder Na-
poleon s oogen te dragen. Maar de groote veld
heer liet zich niet misleiden. Hy ontdekte het
bedrog en scheurde zyn vrouw Josepnine en
Hortense de kleeren van het lyf. En Lyon had
het van Manchester gewonnen! Vergelyk met
deze eenvoudige methode eens de moeliykheden,
welke thans by bescherming van een binnen-
landsch product tegen bultenlandschen invoer
zyn op te lossen!
Nog eens. wy verdedigen hier geen regee-
ringsbeleid, willen zelfs aannemen, dat er groo
te fouten worden gemaakt. Dan nog blyft net
beginsel onjuist, dat de overheid allereerst en
voornameiyk haar aandacht &n opheffing van
den noodtoestand van de minder bedeelde
klasse moet wijden. Die opvatting is principieel
en practisch onhoudbaar. De overheid is er n.m.
voor het algemeen belang en zy begaat de
grootste zonde, welke een overheid begaan kan.
wanneer zy de belangen van één klasse spe
ciaal behartigt. Die zonde te in het verleden
overvloedig begaan. De geschiedenis heeft af
schrikwekkende voorbeelden van bescherming
van den boerenstand of van den industrieelen
ten koste van anderen; dan weer werd de ny-
verheid asm den handel opgeofferd. Het libe-
le Zaken
zou.
Over het
is voorts
Het gaat met de belastingwetten tegenwoor
dig in de Kamer toch wel heel wat vlotter dan
vorige Jaren. Het is althans Minister De Geer
vroeger maar zelden gelukt, er een ontwerp,
dat 14 millioen uit eene verbruiksbelasting
De tweede klacht is van meer beteekenis.
Moet de overheid nog wel betaald voor haar
bemoeiingen niet op de allereerste en voor
naamste plaats zorgen, dat er geen armoede
geleden wordt, dat ieder burger een behooriyk
bestaan heeft? Hoe te het mogelyk, dat een
overheidspersoon zich ook maar één gulden uit
de openbare kas kan laten uitkeeren, zoolang
er nog één land- of stadgenoot te, die niet het
allernoodzakelykste voor zich en zyn gezin
heeft?
Deze klacht, vooral in een crlsistyd als we
doormaken, is begrijpelijk, maar redelyk is ze
niet. De elsch is op de eerste, plaats onver
standig. Wanneer iemand uit zuivere naasten-
liefde zichzelf iets ontzegt ter wille van een
ander is dit zeer lofwaardig. Tót die naasten
liefde zyn we allen ook verplicht; maar in
hoeverre iemand daarby moet en mag gaan,
moet hy met zyn eigen geweten uitmaken.
Nooit heeft een ander eenig recht om van een
bepaald persoon in dit opzicht iets te etechen.
Dat het in een andere dan deze „kapitalis
tische” maatschappij wel beter zou toegaan, is
een Ijdele verwachting. Toen de bolsjewistische
ontwerp
nog be
knopt het woord ge
voerd door Mr. WES
TERMAN, die op den
pood van tal van fabrieken
bak wees, door Dr VAN DEN TEMPEL,
eveneens
MONSTERS von Croom* ontvonqt
U no inzending von I porto oon
ROMO'S EXTRACT Co.. Aid AMSTERDAM
NAAM I-. ii J
AMt] --
Dr. KORTENHORST, hardnekkig verdediger
van allerlei industriebelang. kon bezwaariyk
het overigens gedempte enthousiasme van
zyn fractlegenoot-sigarenfabrlkant deelen. Hier
was nu eens, zoo zeide hy ietwat plagerig, een
aspirant-gehangene, die zyn eigen beul prees
En hy treurde, dat thans weer een speciaal be-
dryf een nieuwen last kreeg opgelegd. Liever
had hy dan maar de omzetbelasting nog maar
een beetje hooger geschroefd. Dan zou men
van den heer Kortenhorst eens wat gehoord
hebben, antwoordde Minister Oud. Maar de be
windsman zag hier toch wel een weinig voorby,
dat de Katholieke afgevaardigde juist in de
omzetbelasting aannemeiyk vond haar drukken
op een zoo breed mogelyk vlak, al heeft hy
toen ook gepoogd, uit dat vlak verschillende
plekken weg te nemen, waar de druk al te be
nauwend zou zyn geworden.
van gekorven ta-
die
voor matiging ten opzichte der si
garetten pleitte, door den heer SNOECK HEN-
een ander onderscheid
de verschillende sigarensoorten
Alweder op een vry laat uur is men voort
gegaan met de begrootlng van Sociale Zaken.
Van Katholieke zyde is daarby door me
juffrouw MEIJER een beroep op Minister Slo-
temaker de Bruine gedaan, opdat er verbete
ring worde gebracht in den onbevredigenden
toestand, die het tegenwoordige stelsel van
steunverleenjig met zich brengt vodf de groo
te gezinnen. De grief van mejuffrouw Meyer
is vooral, dat er by den kindertoeslag in bet
geheel geen rekening gehouden wordt met de
samenstelling der. gezinnen. Een gezin met
groo.e kinderen heeft nu eenmaal grootere en
duurdere behoeften dan een met kleine kin
deren. Ook heeft mejuffrouw Meyer nog eens
aangedrongen op het goedkoop ter beschikking
stellen van aardappelen aan werklooz* n. De
Minister is hiervan tot nog toe afkeerig. om
dat ook middenstandsbelangen hlerby be-
trokken zjjn.' Hebben wy de katholieke afge-
laUrdlgde goed begrepen, dan wil zy den mid
denstand daarby niet uitschakelen en wenscht
zy eene regeling als die by het' vleesch in
blik gevolgd.
Maar vergeet zy niet, dat aardappelen altyd
gege.en worden en vleesch by velen al lang
ontbrak?
In het belang van de thans wel zeer zwaar
belaste sigarettenindustrie heeft Dr. Korten
horst met den heer Van de Putt op een zwaar
der Invoerrecht op bultenlandsche. vooral
Egyptische, sigaretten aangedrongen. Minister
OUD geeft echter eventueel aan cöntingentee-
rirtt de voorkeur. Een poging van den Vryhelds-
bonder Mr. Boon, om het belastingpercentage
Volgens dit ontwerp wordt den ge
meenteraad alle bevoegdheid ontno
men, terwijl ook het college van B. Ten
W. niet in zijn normale functie ge
handhaafd wordt. De raadsmeerder-
heid wordt onbekwaam tot het be
stuur der gemeente geacht.
Als bestuursorgaan wordt de bur
gemeester sumgewezen. Zijn afhanke
lijkheid ten opzichte van het hooger
gezag wordt versterkt.
De Katholieke afgevaardigde VAN DE PUTT
heeft den Minister op overtuigden toon ge
steund en vooral den bewindsman hulde ge
bracht voor zyne tegemoetkomendheid en voor
het feit, dat hy de verhooging der heffingen
heeft doen gepaard gaan met wyzigingen van
de Tabakswet, die het knoeien met den ban-
derolleprys en het „scharrelen” met cadeaux
verbieden en ook misstanden op het gebied
van de bedrytsvergunningen tegengaan. De
vergunning voor den kleinhandel in tabaks
artikelen zal thans in hoofdzaak worden ge
geven alleen aan lieden, die er een winkel op
nahouden. En de bedryfsvergunningen als fa
brikant zullen voortaan niet meer worden ver
leend aan verschillende personen voor een
zelfde pand.
Ook Dr. KORTENHORST had een amende
ment, doch hy trok het in. nadat de Minister
had toegezegd, dat hy
de daarin belichaam
de gedachte verde
re verscherping
de bepalingen, die
huisindustrie in de si
garenbranche
gaan, met
ambtgenooten
Economische en Socta
bes preken
De laatste loodjes wegen ’t zwaarst.
Toe. laat ons niet vergaan in de haven. Ons
touw is nog te kort, onze springstok reikt nog
niet ver genoeg, wy zyn er byna.
Toe, helpt! Pastoor V. d. Tuyn te Heemstede
staat met een kyker in de hand en ziet uit
wat er komt. Gironummer 180484.
Tot nu toe is ontvangen een bedrag van
f 14.562.75
—aar aanleiding van onze jongste artike-
1X1 lenreeks over het openbare gezag en de
■A rechten en plichten van den christen als
staatsburger, ontvingen wy verschalende vra
gen en bemerkingen, die wy zooveel mogelyk
persoonlijk beantwoordden. Eén soort klachten
meenen wy echter openlyk te moeten behande
len. omdat ze een moeilijkheid bevatten, die
vermoedeiyk ook by vele anderen dan by onze
briefschrijvers alleen leeft en die in onzen tyd.
voor wie ze niet opgelost heeft, scherpe en
gevaarlyke kanten heeft.
In het kort komen de bedoelde bezwaren
hierop neer: dat er gezag, ook openbaar gezag
moet zyn, goed! Maar waarom moeten die ge
zagdragers extra beloond worden en met al
lerlei privilegies en pensioenen worden veilig
gesteld? En vooral: waarom begrypt de over
heid niet beter haar plicht van plaatsvervan
ger van God te zyn en zórgt zy niet op de
eerste plaats voor de maatschappeiyk zwakken,
voor de armen, voor de werkloozen? Al haar
streven moest naar opheffing van de mis
deelden uitgaan; de rest immers helpt zichzelf
wel en meer dan genoeg.
Wy meenen in deze enkele zinnen een aan
klacht tegen de openbare gezagdragers te heb
ben weergegeven, zooals ze in bezadigden en
in feilen zin tegenover ons werd geult.
Nu moeten wy allereerst onderscheiden. Bul
ten onze bespreking moeten alle ambtenaren
hoog en laag vallen, die in openbaren dienst
worden benoemd en die volgens vaststaande
reglementen of instructies uitsluitend loondienst
verrichten voor een publlekrechtelyk lichaam.
Zelfs al bekleeden zulke menschen nog zulke
hooge functies en al hebben zy practisch groo
te macht, zy zyn toch slechts de uitvoerders
van de bevelen van anderen. Wanneer zy goed
bezoldigd worden en in een bevoorrechte posi-
verkeeren. dan nog kan daarop aan hen
nooit eenig verwyt worden gemaakt. De ver-
antwoordeiyken zyn de colleges, die hen aan
stelden en hun arbeidsvoorwaarden bepaalden.
Met overheidspersonen worden dan ook meer
diegenen bedoeld, die in openbare bestuurscol
leges wetgevende, verordenende, uitvoerende of
zelfstandige bestuursmacht uitoefenen. In een-
tyd als deze, waarin zooveel gebrek wordt ge
leden. komt heel verklaarbaar weer de oude
vraag bovenmoeten zulke posten voor het
„gestoelte der eere” nu wel bezoldigd en In vele
gevallen vry zwaar betaald worden?
Wy zeggen „de oude vraag”. Immers er was
een tyd, en men behoeft nog niet zoo heel oud
te zyn, om dien tyd te hebben meegemaakt,
dat de functies in de dagelyksche besturen
van provincie en gemeente en die van afge
vaardigden in de vertegenwoordigende licha
men en vele andere als eere-ambten werden
beschouwd. Volgens de wet was wel iedereen
benoembaar en verkiesbaar, maar practisch
kwamehn lp zeer veel gevallen alleep zy in aan
merking, die over zooveel tyd en geld beschik
ten. dat zy de eereplichten van het ambt zelf
konden bekostigen. By den groei der democra
tie kwam daartegen van onderop begrypeiyker-
wyze verzet: ook de onbemiddelde, mits be
kwaam, moest in de gelegenheid worden ge
steld om zelfs de hoogste functies te beklee
den. zoo zijn de presentienMen, de bezoldi
gingen en vergoedingen en dé pensioenen voor
de openbare functionarissen ontstaan. En nu
ia het wel eigenaardig, dat thans verzet hier
tegen opkomt ook uit die kringen, welke voor
heen het sterkst op zulke geldelyke vergoedin
gen hebben aangedrongen.
Zeker, er zyn daarvoor verklaringen. Er zyn
misbruiken ingeslopen: het instituut van be
talingen is door overbodige of te hooge presen
tiegelden, door pensioenen na enkele jaren
dienst en door de zoogenaamde cumulatie van
functies tot uitwassen vervallen. Maar deze
fouten hebben in de volksverbeelding, vooral
onder Invloed van de economische malaise, on-
natuuriyke proporties aangenomen. In werke
iykheid komt die veel gesmade opeenhooping
van „baantjes” by dezelfde personen maar zeer
sporadisch voor en ook de betalingen aan de
hier bedoelde functionarissen zyn sterk over
dreven. Van het beginsel, dat iedereen in
staat moet zyn om tot elk ambt te worden
benoemd en in iedere functie te worden ge
kozen zal de overgroote meerderheid van ons
volk zeker geen afstand willen doen. Welnu,
dan brengt de consequentie ook mee, dat de
bezoldigingen gehandhaafd biyven. De vraag is
alleen, of altyd wel de besten en de bekwaam-
sten op „de stoelen der eere" komen. In ons
staatsbestel hebben de burgers dit echter zelf
meerendeels in de hand. Alleen, men kan nie
mand dwingen. En het komt nog al eens voor,
dat Juist zeer bekwamen zich niet voor open
bare bestuursfuncties beschikbaar stellen, om
dat zy hun tyd in de particuliere maatschap-
py beter betaald krygen. Maar dit getuigt Juist
tegen de stelling, dat de bezoldigingen te hoog
zouden zyn.
De Centrale Raad van Beroep te Utrecht
heeft Donderdag de bezwaarschriften van een
achttal ontslagen marinemannen in behande
ling genomen. Raadsman voor de mariniers
was de socialist W. Drop; voor dén comman
dant der marine te Willemsoord de heer Ger
bers.
Ook nu weer ontstond meeningsverschll tus-
schen beide partyen of deze zaak wel thuis
hoorde by den Centralen Raad van Beroep.
De commandant der marine concludeerde
niet ontvankeiyk-verklarlng der beroepen.
De heer Drop leverde uitvoerig crltlek
de wyze. waarop bet onderzoek Is geleid.
De uitspraak is bepaald op 4 Januari as.
som aan werkloozensteun besparen zal
wordt de opbrengst slechts op 3 615.000
geraamd. Daar de maatregel in zyn geheel niet
minder mag opbrengen immers, dat zou een
te groote hiaat slaan in het dekklngsplan
heeft Minister Oud de verhooging van de ac-
cyns op sigaretten, oorspronkelyk op circa
f 2.000.000 geraamd, opgevoerd tot f 9 046.000
De verhooging van de heffing op pruim- en
rooktabak en snuif is op denzelfden omvang
gehandhaafd, zy brengt 2000.000.op.
egenwoordig wordt er heel veel geschrv
ven over den Invloed van de lichameiyke
opvoeding op de geesteiyke ontwikkeling;
de spórt en -gymnastiekleeraren doen het voor
komen. alsof hun vak de geesteiyke ontwikke
ling zeer in de hand werkt, en ja, er zyn zelfs
menschen die van sport en gymnastiek veel
meer verwachten voor de vorming van het kind
dan van lezen, schryven. rekenen, geschiedenis
en aardrykskunde. Deze zaak is om verscnlllen-
de redenen de aandacht waard. Ten eerste om
ae zaak zelve. Als het waar is, dat de licha
meiyke opvoeding van zulk een beteekenis is,
verdient zy door de leeraren, geesteiyken en dok
ters met de groots.e zorg te worden bestudeerd.
Ten tweede is het dan van groot belang in.wel
ke richting de geesteiyke ontwikkeling wordt
gestuurd door sport en gymnastiek.
zullen het nu eerst hebben over de
welken invloed 1 de lichaams-oefenln-
gen op den geest hebben. Om hierop een ant
woord te geven, moet men zich eerst duidelyk
voor oogen stellen, wat de geest elgeniyk doet.
Het eigeniyke werk van den geest is deuken:
het verstand, en het is duldeiyk. dat de licha
meiyke oefening daarop geen directen invloed
heeft. Het tweede groote werk van den geest is:
willen, en ondanks alles, wat gezegd wordt
over de vorm.ng van de wilskracht door de
spórt, houd ik vol, dat de lichameiyke oefening
geen directen invloed heeft op de wilskracht
van den mensch. 'v
Wilskracht is geen hardnekkigheid of ^.Kbp-
pigheid; wilskracht is de standvastighAd, waar
mee men in praktyk brengt datgene, wat men
het beste heeft geoordeeld. En n.et alleen de
standvastigheid, maar ook de snelle bereidheid,
om dadelyk te doen datgene, wat het verstand
inziet dat gedaan moet worden. Dat nu de sport
en de gymnastiek de denkkracht en de wils
kracht zouden vergrooten daarvan bemerkt
men in het dagelyksche leven toch elgeniyk
niets.
Behalve denken en willen, moet een mensch
ook handelen. En daar ligt de invloed van de
lichameiyke oefening. De menschelyxe hande
lingen geschieden onder den aandrang van het
motief, of het doel, dat de mensch zich voor
stekt te bere.ken, en geschieden tevens onder
den invloed van de natuuriyke driften, en
van het temperament; de ..handelingen” wor
den uilgevoerd door het lichaam.
Deze zin heeft een nadere verklaring noodig.
Het motief of het doel van de handeling be
hoort onder de wilskracht van het verstand:
met het verstand gaat men na of een doei goed
is of niet. Dat heeft dus direct met de lichame
iyke oefening niets te maken. De natuuriyke
aandr.ften bepalen mede de menschelyke han
delingen; iedereen weet het, een jongen van
twaalf jaar heeft nog geen echte geslachts
drift en loopt dus niet te zoeken naar een
vrouw; of een ander voorbeeld: iemand die
ziek is. heeft geen begeerte naar rykdom, hy
denkt alleen aan zyn gezondheid, de rest laat
hem koud, onder den invloed der ziekte nemen
sommige natuuriyke aandriften in kracnt af.
Nu, op deze aandriften heeft de lichameiyke
oefen.ng grooten invloed; men noemt deze aan
driften ook hartstochten, en zooals men weet,
gaan de hartstochten meestal met gevoel ge
paard. Dit is niet zoo met de verstandelyke
werkzaamheid; wanneer men rekensommen zit
op te lossen of aardrykskunde leert of wysbe-
geerte beoefent met gevoel, dan wordt daar
door de helderheid van het inzicht niet gehol
pen. Maar by de aandriften of hartstochten is
het een weinig anders: het gevoel hoort daar
elgeniyk by.
Over de natuuriyke aandriften is in den laat-
sten tyd, vooral door de school van Freuu, bui
tengewoon veel geschreven; wy zullen ons h er
houdêta aan de wysbegeer.e van Aristqteies en
den H. Thomas van Aquino. Wat deze wysgee-
ren er over zeggen is bijzonder helder en dulde-
iyk. Wy zullen het aan een sportief voorbeeld
duideiyk maken. Er staan twéé elftallen tegen
over elkaar. Ziet dien mlddenvoorwaartsBe
schouwt zyn zieleleven! Het eerste wat hem
óverkomt, is dat hy de overwinning begeert, en
in zyn hart zich afkeert van de nederlaag. Dit
zyn de twee gemoedsbewegingen: begeerte en
vlucht.
Hy gaat verder: de voorstelling van den wed-
stryd komt dan duidelyk voor den geest, hy
bemint de overwinning en haat de neder
laag, soms ook den tegenstander (liefde en
haat). Wanneer de wedstryd is gewonnen, is
hy verheugd, anders is hy bedroefd (vreugde en
droefheid). Dit alles speelt zich af in de ziel
van dien mlddenvoorwaarts, dien aardigen
jongen.
Dit alles is nog slechts begeerte, liefde, vol
doening of vlucht, haat, en droefheid. Maar
nu gaat hy tot de daad over. Door de begeerte
naar de overwinn.ng vat hy moed, maar als
hy denkt te zullen verliezen, wordt hy be
vreesd (moed en vrees); dal ziet hy de moei-
lykheden voor zich, dan gebeurt er in hem, wat
in de menschen van tegenwoordig veel meer ge
beuren moest: alles komt in opstand, hy bruist
op. hy zegt tot zich zelf: wat! zouden we het
vandaag niet winnen. Dit noemde men toom,
dwz het opbruisen, de Inspanning). Nu heeft
hy h o o p. of als hy daarna ziet, dat het toch
niet gaat, wordt hy wanhoipg (Iwop en wan
hoop).
Al deze gemoedsbewegingen: begeerte, vrees,
liefde, haat vreugde en droefheid en verder
moed en vrees, toorn, hoop en vertwyfeüng zyn
volgens den H. Thomas van Aquino de natuur
iyke aandriften.
Nu zal het den lezer reeds duidelyk zyn, dat
de sport vooral, maar ook gymnastiek op deze
aandriften grooten Invloed moeten hebben.
Door sport en spel leert men vlug ergens op
af te gaan, niet terug te schrikken voor de
moeilijkheden, niet te wanhopen, maar de
moed, de hoop, en de ipspanning worden hier
door sterk aangewakkerd. Na de inspanning
komt de vreugde, en onze sportieve opvattingen
n.aken dat een eervolle nederlaag de deelnemers
niet tot droefenis stemt. Dit is dan ook de
maatstaf, waarnaar men kan beoordeelen, of
het wedstrydsysteem te ver gaat. Wanneer het
geregeld zóó zou zyn, dat een nederlaag als
hoogst onaangenaam wordt ondervonden, dat
de verslagene daarvan onder den Indruk zyn,
dan is dit een bewys, dat het wedstrydsysteem
niet meer sportief is, maar meer gelyken gaat
op twee zaken, die elkaar doodconcurreeren.
Want het uiterste van het spel moet vreugde
zyn, geen droefheid. Die vreugde is by de over
wonnenen natuuriyk iets getemperd, maar ze
moeten toch tot elkaar kunhen zeggen. *t Is
een mooie wedstryd geweest"
Er zyn nog andere goede gevolgen van de
sport. Behalve dat moed, hoop en inspanning
door de sport worden aangewakkerd. leert men
in het spel ook zyn aandriften te regelen. Im
mers iemand die na het eerste vyandeiyke doel
punt reeds terneergeslagen is, is geen goed
speler: hy moet zyn vluchtinstlnct en zyn wan
hoop leeren onderdrukken Anderzyds is ook de
al te wilde speler, die t e moedig is, of de over
moedige speler, die te hoopvol is. of de te op
bruisende speler, die he samenspel vergeet,
niet goed in het elftal te gebruiken.
Het groote ding echter van het spel is even
wel, dat men zyn aandriften in zekeren zin
vryen teugel kan laten. In het dageiyksch leven
gaat dat niet en mag dat niet, maar de aandrif
ten zouden daardoor verschrompelen en mat
worden. Daarvoor is bet spel: om de natuuriyke
aandr.ften hun kracht en frischheid te doen be
houden. en de mensch in staat te stellen zyn
natuur den vrijen teugel te laten. Daarom mag
het geen werk, geen weddenschap worden, het
moet spel blyven.
Wat moet vrouw Een
vrouw moet charme bezitten.
Is dat een te hooge eisch
Iedere vrouw kan charme
hebben. Iedere vrouw, die er
een geringe moeite voor over
heeft. Wat Pond's Cold
Cream 'savonds;wat Pond's
Vanishing Cream overdag.
Getroost U deze geringe moeite,
maar geregeld, iederen dag I
Wees een vrouw - heb charme
door
Wie kent niet dat woordje in zyn verheugende
maar toch vooral remmende beteekenis. „Byna"
dat beteekent: de voornaamste, de zwaarste ar
beid is verricht, een prachtig stuk op weg. een
worsteling achter den rug met de victorie in
zicht, maar ook „byna" dat is „te kort.” dat is
„nog niet."
Dat kan dus worden: aan wal gezwommen en
nog verdronken en danis het gjgrschrikke-
lyker dan niet begonnen te zyn, dan is het een
kapitaal aan offers en moeite voor niets.
wy zyn een hulpactie begonnen voor de Zus
ters Carmelitessen in Amsterdam en niettegen
staande de enorme verliezen by het faillissement
van een bank, een verlies van 150.G00 gulden,
zyn wy nu onder Gods zegen zoover, dat wy dur
ven zeggen: „Byna gered!”
Maar ook dat „byna” vraagt nog duizenden
guldens, vraagt nog verduurzamlng van giften
by zoovelen. die edelmoedig en royaal giften
hebben gegeven.
O mocht het toch zijn! Deze Decembermaand
moet in zoovele opzichten by zoovele menschen
zooveel goed makenmaar in deze wordt er
alle^yan verwacht.
internationaal
methode tot
maant