u&fiaal van den dag J 1 I I Het land waar de zon vandaan komt Zó VOL IN HET VERLEDEN LIGT NETHEDEN I HONIGS BOUILLONBLOKJES thins 6 voor lOct Jim en Annie zeilen door! DE KLEINE ANNIE LIJDT SCHIPBREUK I HET KAPERSNEST r T r. if WOENSDAG 13 DECEMBER Een leerrijk album VOOR EL Parijsche Jaarbeurs De Australische tarwe- export If Saneering van China’s economie JOSEPH CONRAD Mijnheer war&uik TRAINTIN de HA VEN INLIlHTINCieri ÖM TRENT DE KLEI NE ANNtC IN TEW INNEN. i DB 1A1 NATIONALE/"" Vcw DRANK J i vlinder i I i AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL Een industriecentrum in het dal van Yang-tse r cm oniimiiiiimitmiiiiimin iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniii L. MARTIN BERDEN (Nadruk verboden) tend daar? Ik bedoelde je me ogal V K bfl. 7*rdt vervolgd) 1 k' I neet am- I ROMAN VAN 1», det Japan op too veelzijdige wijze behan delt, laat deze Instructieve en welverzorgde uit gave volkomen recht wedervaren, ZU is popu lair in den goeden zin des woord*. De firma Dobbelmann te Nijmegen zal er dan ook wel evenveel succes mee oogsten als met haar vo rige, voortreffelijke albums over: „Onze Over- zeesche Gewesten" en „De Indische Cultures”, welke door de hoogste autoriteiten op koloniaal gebied In den lande werden geprezen. de Een am- poor takt W- aal der Ma de ond Mn een T empeUantarens aan den meeroever.' (Vit Japan" door mr. K. Westendorp) n d it g jnen iveer be- chfj- iMt zijn tan- nent irfc- llng de Ids- de *de be leeft iuis- i de nog ends to* ital lint ■so- ler- met M Üït tfC eks tete een dn- een *J» lulft rant irate L in- PStlg p«- r OCH OCH WA T EEN TOE- V>TAJ1[>( DEZE OF 6ENE N \nier moet toch we tem IwaARZE 15 HOE I [KAN !K DJEMEN5CHEN I AAN *T AFWEKEN KPUtfN- DAT 15 DE KWF5T/E) Het klinkt eigenaardig, Misschien wel te dol: Het Huis van Bewaring Zit doorloopend vol! Zelfs zit-plaats te weinig! Men zoekt daarom thans, Voor zittende gasten Zen soort dependance. In ’t Huis van Bewaring Gaat daag'HJks de bel Van gasten op zoek naar Gedwongen hotel! Het zaakje rendeert er, Al klinkt het naïef. Dit zakensuccesje Is slechts negatief! Men klaagt over crisis, Doch ‘t is essentieel, Ddar heeft men een crisis Bestaand door te veel! De tijden verand’ren, De mensch eveneens, Maar over de wijze Schijnt men het niet eens! Want zij, die daar zitten, Verspeelden hun rol. En dat het er veel zijn Bewijst thans het: vol! I niiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiniiiiiiiiiiHiiiiiiic De Parljsche Jaarbeurs zal in 1934 gehouden worden van 9 tot 24 Mei. De voorbereidselen worden reeds getroffen om een nog grooter aantal exposanten dan in 1933, toen dit reeds 8000 bedroeg, uit 33 landen, te kunnen plaat sen. Sommige afdeellngen zijn reeds geheel be sproken en men verwacht, dat de technische groepen, speciaal op het gebied van nieuwe uitvindingen en alle soorten machlne-onder- deelen. buitengewoon uitgebreid zullen zijn. In den „Salon des Vink*' zal men de schoon ste en grootste verzameling van Fransche wij nen die ooit bijeengebracht werd, kunnen be wonderen. De afdeeling .Meubelen", welke on betwistbaar Jaarlijks de belangrijkste manifes tatie der wereld in de meubelindustrie is. wordt ondergebracht in een afzonderlijke hall van 215 M lang en 80 M breed. Er zal o. a. weder een concours van reclamebiljetten georgani seerd worden, evenals een Internationaal con cours van nieuwe uitvindingen, waaraan In 1933 733 personen deelnamen, onder wie 340 buiten- landache uitvinders. Men verwacht het bezoek van verschillende bultenlandsche ministers van handel en talrijke en belangrijke delegaties van industrieelen en handelaren uit de voornaam ste landen der wereld. een Mt Japansch meisje, dat een wensch om den poot van een tempelvos bindt. (Uit Japan" door mr. K. Westendorp) Droefheid kwam over zijn gelaat, over zijn bogen; iedereen scheen in slaap Hij raapte al zijn krachten bijeen. „Mijn soon," riep hy eensklaps op beslisten toon, „ik roep u op, ml) In dit nachteiyk uur te volgen naar het ziekbed van Don Carlos. Ik, nederig priester, het onwaardig Werktuig van God's genade, doe op u een be- NllA NNIE, WE HEB&EN LEVEN5- M/ODE1EN IN OVERVLOED HETJS W EEN KQANICEBOOT, EENHEEELUK BR!E5Jf ENEENPRACHnOE ZEE WAT RAN EEN MONVHME ER VER, LANGEN? De oogst-schatting van het Australische Mi nisterie van Landbouw voor tarwe bedraagt 185 millioen bushell; het binnenlandsch verbruik voor Australië bedraagt ongeveer vijftig mll lloen bushel, zoodat 135 mlllloen bushel voor export beschikbaar zijn, hetgeen ongeveer 28 mlllloen bushel meer is dan het vorige Jaar, of dertig mlllloen bushel meer dan het Australi sche quotum. De regeering staat daardoor voor een dilemma, omdat zij door de Australische Farmer- en LandpartU sterk aangevallen wordt. Zij heeft nu een wetsontwerp In voorberei ding. welke den uitvoer verbiedt, met uitzon dering van speciale uitvoervergunningen en die tevens het opslaan van een deel van den oogst 19331934 gebiedt. Dit zou dan noodgedwongen tot een aanbouw-beperking in 1934 leiden. Hier tegen verzet de Farmerparty izch ten sterkste, zoodat nog niet te overzien is. wat uit het tarwe- vraagstuk voortkomen zal. !K VIND HET H/ER EEN PRETTIG LEVEN TJE EEN ALLERAAR DLG5T TE HIA5. Re HEELE OCEAAN VLAK I VOOR JE j motieven, harten. Seraphlna had mij een snellen blik toegewor pen den eersten blik dien Ik meer had ge voeld dan gezien. Carlos spande zich nog eens in. verhief zich wat en legde haar hand in de mijne. Seraphlna's hand lag kalm in myn palm warm, zacht, levend; heel het leven, de heele wereld, alle geluk, het eenlg verlangen maar Ik durfde mijn greep niet vaster sluiten, bang voor de ijdelheid van mijn verwachtingen, hui verend voor de innige gelukzaligheid In de stoutmoedige daad. Pater Antonio ik kon geen ander woord gebruiken huilde. HU was nu enkel een teerhartig, eenvoudig oud man, moer niet. Frits zag op z’n horloge: negen uur acht en dertig. ^Mog zes minuten. De stationschef liep langzaam op *t perron heen en weer. „Wel allemachtigI” riep Bob met een diepen zucht. HU zat op z'n bankje en schoof een ge weldig stuk pruimtabak achter z’n sterke kiezen. „Wat scheelt er aan. Bobby? Is er niet ge noeg?" vroeg Frits. Deze vragen sloegen op Bobs tabaksvoorraad. „Ben Je mal?" luidde de wedervraag, „een mlllloen vierhonderdduizend dollars zou niet genoeg zUn?" „Wat vertel je pruimtabak I" „En Ik bedoel het geld dat hier achter ons ligt en dat we moeten vervoeren; die mooie ronde dollars, ze zjjn voor Kit-Karsen bestemd; ar beidsloon voor den bouw van den nieuwen spoorweg. Morgen is’ X Zaterdag." Frits lachte, zonder goed te begrijpen Bobby wilde nog wat zeggen, maar het sig naal van vertrek ging naar de hoogte; machi nist en stoker moesten op’hun post zijn. Frits had nu tyd gehad om na te denken; ook hU dacht nu aan 't geld, dat achter in den postwagen lag. Al rUdend door den donkeren nacht, gingen vier uren voorby. Onophoudeiyk naar myn gezicht. Wat vroegen ze van my?... Dit was niets. Natuuriyk zou ik haar gewe tensbezwaren eerbiedigen haar gewetensbe zwaren ook al zou mUn hart breken. „Ik beloof het; ik beloof, zelfs ten koste van lyden en ongeluk, nooit iets te zullen vragen, dat tegen haar geweten is." Carlos' stem klonk zwakjes: „Ik sta voor hem in, pater Antonio.” Toen scheen hy af te dwa len met een gefluister, dat wy tweeën, zwak opvlngan: ,RU lykt op zyn zuster. O, godde lijke En by dit doodzeh gezucht, deze ademhaling, met het licht getik der rozenkrans-kralen. in de hand der zuster, viel een stilte over de kamer, groot als de stilte van een wereld van onbekend geloof, ongeweten~llefde en stille droombeelden, van onuitgesproken hartstochten en geheime als er leven In onze onpeilbare De Chlneesche gezant in Londen, Dr. Quo Tal-Chl, deed in een Interview Interessante me- dedeellngen over de pogingen der Chlneesche Nationale Regeering om, ondanks alle moeilijk heden, den landbouw en de industrie in China te saneeren. Vooral wat den landbouw betreft is deze taak buitengewoon zwaar, want de eco nomische toestand onder de landbouwende-be- volklng van China, die ongeveer tachtig procent der geheele bevolking uitmaakt, is door de ge weldige rampen der laatste Jaren, de overstroo- mlngen der Gele rivier in 1931, de voortduren de droogte en de militair politieke verwarrin gen allerellendigst. Toch heeft men moedig het werk aangevat en aldus verschillende maat regelen getroffen, ten gunste van den landbouw. Er is een saneeCrngscommlrsie benoemd, die tot taak heeft de toestanden in den landbouw door het systematisch Invoeren van coöperatieve en wetenschappelijke methoden te verbeteren. Om deze pogingen der Regeering te steunen, heeft de Chlneesche Bar.kvereenlging een by- zonder stablllseerlngscosnitë gevormd, om boeren goedkoope credleten te verleenen. landbouwkundig centraal proefstation werd op gerecht en tot ondersteuning van ‘de zydeteelt werden regeeringsobligatles uitgegeven Wat nu de Industrie betreft, heeft de Natio-, nale regeering een vler-Jaren plan ontworpen, om in het Yangste-dal een Industriecentrum te vestigen. Er zullen kolen, petroleum, koper en ammoniak-zwavelzuur gewonnen en suiker, pa pier en porcelein in dit gebied geproduceerd worden. Verschillende plannen hebben reeds een defi nitiever vorm aangenomen, b.v. de oprichting van een staats-yzer en staalfabriek, een cen trale machine werkplaats, een ammoniak-, zwavelzuurfabriek en ^een fUngarenspinnei ij en weverij. Verschilende bultenlandsche fir ma's hebben zich bereid vei'zlaard, de machi nes welke voor deze plannen benoodlgd zyn, tegen langjarig credlet of in huurkoop te leve ren. Verder bestaan er plannen Tot oprichting van een alcohol-distilleekdeAj, een groot hydro- electrisch bedrijf en een auto-fabriek. Evenzoo worden maatregelen getroffen om de levering der noodzakeiyke grondstoffen, kolen, katoen enz. te verzekeren. Verder ligt het in het streven der Nationale Regeering een modern straten- en wegennet te bouwen. Op dit gebied zyn reeds prachtige re sultaten bereikt en zullen verdere positieve maatregelen getroffen worden. De lengte van de straten en wegen in China la tot einde 1932 op 10.000 myien gebracht. Een commissie tot wegenbouw werd samen gesteld. Het onlangs gevestigde bureau van openbare wegen werd belast met de taak, de aigemeene plannen voor den aanleg van inter provinciale wegen uit te werken en voor de uit voering daarvan zorg te dragen. De vrees, dat de Industrialiaeering van China den Invoer van bultenlandsche waren geheel zou lam leggen, werd door Dr. Quo Pal-Chl ongegrond genoemd. Eer het tegendeel is het geval, daar een China, tot grooteren welstand door z'n industrlaliseering geraakt, vegl meer van het buitenland zou kunnen afnemen dan vroeger. en werd heesch. Er was een landelyke waardig heid in zyn ruige gestalte, zyn breed gezicht, in het gebaar van zyn opgeheven hand. „U moet beloven, ten opzichte van senortta Seraphlna, de inspraken van ons geweten, geleld door het leergezag van ons geloof te eerbiedigen, en u te voegen naar de gedragsiyn der Kerk, in zaken die het heil der zielen aangaan.... Belooft u?" HU wachtte. Carlos' oogen brandden donker groote geestdrift getuigt voor de cultureele en natuuriyke schooriheden van Japan, wint daar door aan objectiviteit en genletbaarheld. Trou wens, wat hy over land en volk over de Ja- pansche mythologie en geschiedenis verhaalt, maakt Indirect veel duldeiyk van wat op het oogenbllk de Japanners dryft en bezielt. De geschiedenis van Japan is een zeer bloedige en Aziatisch wreede. Naast de groote, tot halfgoden of complete godheden geworden Keizers heb ben de Shoguns als feitelUke heerschers er een belangryke rol in gespeeld. Zou men de plank zoover misslaan, wanneer men den huldigen machtigen minister van oorlog Arakl, die het oude Shinto-Isme propageert ter bevordering van een byna religieuze Vaderlandsliefde, mln of meer als een Shogun beschouwt? Er gaan in Japan steeds fanatieker klinkende stemmen op om Arakl tot dictator te maken. Indien dat zou gebeuren, zou dan de analogie niet byzonaer treffend worden? In het verleden ligt het he den, deze zegswyze geldt ook voor Japan. De Hollanders hebben in het verleden van Japan gerulmen tyd een merkwaardigen invloed uitge oefend, omdat zU, toen Japan nog voor de bui tenwereld hermetisch gesloten was, de eenlge vreemdelingen waren, die op Japansch grond gebied mochten verbiyven om hsmdel te drij ven. Mr. Westendorp vermeldt echter niet, dat de Hollanders dit voorrecht hadden weten te verwerven door het kruis te vertrappen. Het verbiyf van de Hollanders op het eiland Des- hlma is dus allerminst een reden om zich daar op te verhoovaardlgen, want het werd gekocht voor" een prijs, welke alleen gewetenlooze geld zucht bereid is te betalen. Het inleidend woord, dat de Japaneche ge zant te Den Haag voor dit met Interessant fotomateriaal en een aantal fraaie aquarellen van Mevr. WestendorpOsleck verluchte al bum schreef, en waarin deze verklaart, dat se dert jaren in Nederland geen boek verschenen ceremonieel en zUn meest karakteristieke eigen aardigheden, spreekt wel van zelf. In de hoofd stukken over bouwkunst, beeldhouwkunst, scml- derkunst. kleinkunst en tooneel is Mr. Westen dorp zichtbaar in sUn element. Men voelt daar in, hoe zéér het hem spUt, dat hy zich tot groote beknoptheid moet beperken over onder werpen, welke hem zoozeer ter harte gaan en waarover hy moeliyk uitgepraat zou kunnen komen. De sgn. „Groote Verandering", de overname van Westersche cultuurvormen, weixe zich in de tweede helft der negentiende eeuw in Japan voltrok, beschouwt hy vanuit het oog punt van den aestheet, die daardoor veel autochtone schoonheid te loor ziet gaan. Over het moderne Japan, dat in ulteriyken schyn althans zich heeft aangepast aan de Wesitr- sche techniek en „beschaving”, zonder even wel zyn InnerlUk, sulver Oostersch karakter te verliezen, vindt men betrekkelyk weinig in dit boek. Alleen de laatste hoofdstakken over To kio, over landbouw, handel en industrie en over arbeidstoestanden en over het visioen van Hl- deyeshi waarin de politieke en economische ex- pansiezucht van het hedendaagsche Jajwin een historisch psychologische verklaring vindt, be treden vluchtig dit terrein, dat vol politieke voetangels en klemmen ligt. Het Is kenneiyk de bedoeling van mr. Westendorp geweest zich bulten alle actueele politieke vraagstukken van den dag te houden, en zyn boek, dat van kreeg armen, ze werkte dreigende l ren maakte, alsof ze den trein tot „HU moet zyn gedachten van de aarde loe- maken; en als er geen andere weg is...." „Wat weg? Wat wordt er van my verwacht?" „Myn zoon, uw ontroering heb ik immers bemerkt. Wy, die aangesteld zyn om 's men- schen zwakheden te leeren kennen, onderschei den ook spoedig de teekenen der innigste ge voelens.... Ik moet u zeggen, dat myn geliefde dochter in Christus, Senortta Seraphlna Rlego nu vertoeft bU Don Carlos, praktisch het hoofd der familie, sinds zyne excellentie Don Balthasar verkeert in een toestand van, laat ik zeggen, kinderiyke onnooaelheld." „Wat bedoelt u, pater?” stamelde ik. „zy wacht op u, zy, met Don Carlos." sprak hy, mU aanzlende. En daar zyn plechtigheid my scheen beroofd te hebben van het vermogen om te loopen voegde hy er met «Un gewonen eenvoud aan toe: „Wel, mUn zoon. zU is. mag ik zeggen, niet geheel onverschillig tegenover uw persoon." Ik had niet schieiyker In den stoel kunnen neervallen, wanneer de goede pater een pistool op nUjn borat had afgeschoten. Hy ging heen; en opspringend zag ik een Jongenman in zwart fluweel met witte kant, van den grooten, zon der lUst in den muur gezetten spiegel uit mU aanstaren, pis pen Spaansche geestverechU- roep hem een gerustMM te brengen, die mUn hulp hem niet vermag te geven. ZUn Ujd is nog maar kort.” Ik stond op, ontsteld door zUn plechtlgen toon door iets van een verborgen beteekenls la zyn woorden. „Ligt hU op sterven?” riep ik. I /5 ZE SOM5 HIER GE WEE^T I A4£ DUNKT IAN WEL MAAH.WAAP/5 t (Korte inhoud van het voorafgaande: Kemp oen Engelschman uit Kent wijkt met Carlos Rlego uit naar Jamaica, geholpen door den verloofde van zijn zuster Veronica Ralph Rooksby. Bier komt hU in kennis met den rechter O' Brien en met Don Ramon, die Kemp willen overhalen dienst te osman bil aeeroovers die Rlo Medio als basis hebben Als bil hier niet op msaat. wordt bil over weldigd en aan boord van een schip ge bracht HU weet echter spoedls te ontsnep- pen en wordt ongepikt door een ender schip, dat hem naar Havanna aal meena men NabU de Cubaanse!» kust worden ill echter door seeroovere. die onder bevel staan van een vriend van Carloe Thomas de Castro, overvallen. Jobn Kemp wordt ge vangen genomen en met het kanersehln naar Rlo Medio gebracht, waar hij gastvrij ontvangen wordt door Don Balthasar. Hier leidt men hem aan het ziekbed van Carloe). kletterde de regen tegen de kleine, ovale ruiten, waardoor Frits met gespannen aandacht bUna onafgebroken keek. „Wat drommel. Bob,” riep Frits, „we moeten nu toch gauw over de groote hangbrug komen. We zUn Sheridan al voorby. JVe zyn nu dicht bU den tunnel, met aan weerszijden de rotsen." Bob stond op en ging achter Frits staan. „Daar is de rots,” sprak hU; „wil ji niet even remmen? In dien tunnel spelen zich soms rare dingen af, en vlak achter den tunnel ligt de brug. Daar is het dlkwyis ook niet pluis.” „Dwaasheid. Bobby. Na de brug gaan we de hoogte in, dan rijden we vanzelf langzamer en zoo...." De verdere woorden bleven hem In de keel steken. Reeds meerdere seconden stoomde de trein door den donkeren tunnel en daar doem de eensklaps by X licht der schUnwerpers een monsterachtig groote zwarte gestalte voor de blikken der ontstelde mannen op. De gestalte gleed, langs de wanden van den tunnel met de- \De Nacht- tezeiMtzzaaaaesataaaiauaazaaiaavaaieazaazzstseM "tilstand wilde dwingen. Voor een paar secon den verdween ze nu en dan. om dan weer in X schelle licht der schijnwerpers haar dreigen de gebaren te hervatten. „Lieve hemel I" riep Bobby. Frits gespierde hand trolt den hefboom van de rem over; de luchtkleppen vlogen open, er werd tegenstoom gegeven. De rem knarste, een schok, en de trein stond stil. Bob sprong van de machine en Frits sprong hem na. HU viel over iets, stond op en liep ver der. De regen striemde hem in X gezicht Nu wm hy aan X eind van den tunnel gekomen; eenlg» pasAen verder lag de brug en achter de brug gaapte de bodemlooze afgrond. Weer strui kelde hy; hU hoorde het schuiven van een stuk Uzer op stcenen. HIJ bukte en nam een voorwerp van den grond op: een schroeven- draalr. HU keek scherp uit naar de rails en een huivering voer hem door de leden. Op de plek waar de spoorbaan de brug bereikte, waren de dwarsbalken en de verbindingsstukken tusschen de spoorrails met geweld verwUderd. Frits keek op en zag Bob naast zich staan. Ook op diens gelaatstrekken stond duldeiyk de schrik te lezen, die zich van hem had mees ter gemaakt- Op dit oogenbllk kwam een aantal passagiers aangeloopen. Er klonken uitroepen van ver bazing en Ontsteltenis; hier en daar verwen- schlngen. Sommigen vroegen angstig wat er gaande was. Frits wilde een verklaring van het gebeurde geven en begon: ,Ja heeren. dat is....” ,^wyg. kerel." fluisterde Bob hem in X oor; Jrijk liever eens naar den linker schyn-wer- per” Frits keek op en keek in X schelle licht Daar vloog in X dikke glas een nachtvlinder heen en weer. Telkens als X onrustige dier krampachtig z'n vleugel heen en weer bewoog, gleed langs den wand van den tunnel een reus achtige zwarte schaduw, die dreigend en on heilspellend allerlei armbewegingen maakte.... „Goddank," zei Bobby met een zucht, „dat stomme dier heeft ons allen gered.” span, het ulteriyk snel ver-Westerschte Aziatische Keizerrijk, dat het oogenbllk bezig is aan den uitbouw van zyn machts positie in het verre Oosten, zal, wanneer de onrustbarende teekenen niet bedriegen, weldra een rol van wereldbeteekenls gaan spelen. Of Japans toekomst een triomfale dan wel een catastrofale zal zyn, valt moeliyk te voorspel len. Maar hoe die toekomst ook moge uitval len, de terugslag en de invloed daarvan zuilen zich in geheel de wereld doen gelden, in het byzonder in ons Insullnde, welks belangen ten nauwste zyn verbonden met de ontwikkeling der economische, politieke en militaire machts verhoudingen rondom en in den Pacific. Eer eerste vereischte om eenlg Inzicht en begrip van die ontwikkeling te krijgen is, dat men zich zoo goed mogeiyk op de hoogte tracht te stellen van den aard en het weten, van de zeden en gewoonten, van de beschaving en de mentali teit van de Japanners en van de omstanaig- heden en het geografisch milieu, waarin zy leven. Het derde album, dat door de N.V. Zeep fabrieken „Het Anker", vil. Gebr. Dobbelmann te NUmegen in de serie: „De Wereld in Beeld" is uitgegeven, en dat gewyd is aan „het land, waar de zon vandaan komt" kan daarbU uit stekend als hulpmiddel dienen. De tekst werd door Mr. H. K. Westendorp, den bekennen voorzitter der Vereenlglng van vrienden der Aziatische Kunst geschreven. Op onderhouden de en bevattelUke wyze deelt hy daarin mede van zyn kennis, welke hy zoowel door studie als door reizen heeft vergaard. Dat zUn belangstelling op de eerste plaats en tn hoofdzaak uitgaat naar het oude, zuiver Azi atische Japan met zyn hoogontwikkelde beel dende kunst, zUn religieus en maatschappeiyk s f r -3 op dit blad aUn ingevolge de versekertagsvoorwaarden tegen f 9/)/)/) by levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f by een ongeval met f by verlies van sen band f 1 fiE oy verlies van sen f Cfi by een breuk van f Aft by verlies van *n ff dOOftflR S ongevslien verzekerd voor een der volgende ultk seringen f verlies van belde armen, belde beenen of belde oogan J vV,“ doodeiyken afloop f Jützvs" een voet of een oog f A luim of wijsvinger J «Jl/»~been of arm f anderen vinger zelfd^ snelheid als de trein; zy plotseling waarmee i en geba- hy doen kon zyn witte hand oplichten, *n paar duim boven de zyden sprei, die zyn leden zacht dekte, als een groot purperkleed. Er was iets vreuguégs en tegeiyk iets wreeds in dat stuk kleurigheid, zoo in tegenstelling met het doode- lyk wit van het, linnengoed, de somberheid van het uitgemergeld gelaat, en het donkere hoofd. De verwarde schaduwen en dof gewor den pracht van blazoenen en draperieën hoog aan het plafond met lussen vastgehacht, vielen in zware onbeweegiyke plooien strak neer op den gepolUsten vloer, die het kaarslicht weer kaatste als een watervlakte of liever een vlak stuk ys. Pater Antonio begon heel diep en ernstig mU toe te spreken: „Kom nader, myn zoon, nader by. WU vertrouwen de natuuriyke gevoelens van mede- lyden, die in leder menschenhart staan Inge plant, den adel van uw afkomst, de eer van uw rldderiykheld, en den onverdelgbaren moed, die als door de nooit aflatende genade "Van God, de zonen van uw gezegend en ongelukkig land onderscheidt.” ZUn zware wtem nog ver diept door de plechtigheid der woorden, beefde nlng, met mijn eigen Engelsche gezicht. Toen ik de kamer uitsnelde, was de maan ge daald beneden den rand van het dak en lag de geheele binnenplaats van Casa Rlego zwart onder de sterren, met enkel een gelen llcht- schyn van de lamp onder het poortgewelf, vallend op de trappen. De gestalte van den priester was uit het gezicht verdwenen en een verwUderd geklop op een deur scheen, venüengd met myn voetstappen, deel uit te maken van het bonzen van myn hart. Beneden riep een stem aan de poort: „Wie gaat daar?" Maar ik rende door. Twee schrale lichten brandden voor Carlos' deur aan het einde van de lange gang en twee van Seraphlna's kamerjuffers deinsden terug van de groote mahoniehouten paneelen. toen ik naderde. Ik hield stil of ik een Indringer was; van al de personen in de ziekenkamer bewoog geen enkele het hoofd. De stilte der kaarsen, der dingen, der lucht, scheen te zyn overgegaan in Seraphlna's gelaat. ZU stond in strakke hou ding onder de zware opgeslagen gordynen en zag er zeer Spaansch en romantisch uit in haar korten zwarten costuumrok, en een zwar ten kanten shawl, om hqofd, schouders en armen geslagen en tot het middel afhangend. Carlos, die opzat, met zachte, donzen kus sens in zyn rug, sprak niet met haar, maar scheen dit gedaan te hebben. De blos op zyn wangen, de vurige glans zyner oogen, gaven hem een ulteriyk van bezieling, byna van vreugde, een soort verteerende vlamachtige schittering. ZU wachtten op mU. Met al sUn vurigheid en schyn van leven was al hetgeen v y óór den oorlog was Frits Winter treln- v/ machinist. Meestal reed hU op het traject BerlijnKeulen. Toen kwam de oorlog en met den oorlog de economische crisis. Frits kon nergens werk krygen. Daar schoot hem eens klaps te binnen dat hy nog een oom in Ame rika had. HU schreef hem direct een brief. Het antwoord was kort maar bevredigend. Dit laat ste in zoover, dat het schryven vergezeld ging van een flink getal bankbiljetten. Nu regelde Frits met bekwamen spoed z’n zaken en. voer over den Atlantischen Oceaan naar de Vereenlg- de Staten, naar Kentucky. HU zag echter al heel gauw in dat ook in het land van den dollar iemand de gebraden duiven maar niet zoo in den mond vliegen. Na eenlgen tyd gelukte het hem toch, ofschoon niet zonder veel moeite', een vaste betrekking als treinmachinist te krUgen en ofschoon een Dultscher, was hy na een half Jaar, zoowel bU z'n collega's als by z'n superieuren, goed gezien. Zeer bevriend was hy mét z'n stoker. Belden waren mannen, die stipt hun plicht vervulden Daarom verzette de chef zich niet tegen hun vriendschap en gebeurde het maar zelden, dat Frits met een anderen stoker dan z'n vriend Bob reed. Bob was het type van een Noord-Amerikaan: lang en mager, maar gespierd. Wanneer Frits op de locomotief kwam, dan zat Bob reeds op z'n gemak op de machine en zag van tyd tot tüd op den manometer, om te zien hoeveel druk de „oude rammelkast" al had. Op zekeren dag keek Frits dan ook verwon derd op. toen hy bU het binnentreden van de locomotiefloods Bob dicht by den ingang op een bank zag zitten. „Wat scheelt er aan. Bob?” vroeg hy. ,Js het Je daarboven te heet?" „Neen, maar we hebben nog meer dan twee uren tyd; waarom zou ik me dan nu al druk maken met stoken?" „Maar man, hoe kom Je er aan? Het is nu tien minuten over seven en om acht uur drie rijden we uit de loods." „Een oogenbllkje,” antwoordde Bob, ..het zal anders uitkomen dan Je denkt. De dikke Jim heeft zich ziek gemeld en daarom krUgen we z'n trein: negen uur vier en veertig uit de loods.” „Naar Kit-Karsen?” „Ja, en terug Men kon het Frits aanzien, dat hem dat niet beviel. .Robby,” sprak hU, „met dit ellendige regen en stormweer moeten we nu door die ver- wenschte bergen stoomen; en dat nog wel in X donker.” „We rijden over San-Francisco." zoo liet Bob zich hooren; „als we op de plaats onzer be stemming komen, is het inmiddels dag gewor den en stormt het niet meer.” Nadat hy dit by wyze van troost gezegd had klom hU op den tender en begon kolen te scheppen. „Tegenover God nu. Don Juan.... Ik B^n maar een arm priester, doch bekleed met een heilig ambt, een geweldige macht. Senor. het is een Jong meisjeIk heb haar liefgehad als myn eigen kind; want ik heb haar trouwens in het doopsel het geesteiyk leven gegeven: bent haar bescherming verschuldigd; daarvoor is het, tegenover God, Senor Het leek of Carlos het bewustzUn nad verlo ren. zyn oogen waren gesloten, zyn gezicht leek een beeldhouwwerk. Maar langzamerhand verscheen op zyn lippen een zweem van een glimlach, teeder, iets spattend zelfs. Met een langzame beweging hief hu zyn oogleden op. met een beroep van heel zyn vermoeide ziel op mü. Ik ging naar voren, om over nem heen te buigen. De vloer, het groote bed. de heele kamer scheen te rijzen en te dalen: vóór Seraphlna myn hand had laten glippen, had ik een lichten, vluchtlgen druk gevoeid. By het snelle hameren van het bloed aan myn slapen dacht ik krankzinnig te zullen worden. Carlos sloeg zyn arm om mUn hals; de kalme ernst des doods was op zyn lippen, die Juist myn oor raakten en zich verwUderden te zamen met het verre geluid der woorden die verloren gingen tn het verschiet van een andere wereld. .Als een Engelsclunan, Juan." „Op mUn eerewoord, Carloe." van M «K A 3

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1933 | | pagina 15