Donkere dagen voor Hongarije
Q
DIAMANT
I
s
H
maar
JECOVITOL
wïAaal aan den da^
DE RADEN-DICTATUUR
Brutaliteit
DE KLEINER ANNIE- LIJDT SCHIPBREUK
Warbucks huurt een Jacht
e>
HET KAPERSNEST
L\ Jk DRANn 7
BAK- EB BRAADVET
1
VRIJDAG 15 DECEMBER
Werkverruiming
Graaf Apponyi
en
De omgekeerde wereld
Il
at
I
i
Avonturen van graaf Albert
Apponyi tijdens de heer
schappij van Bela Kun
Hoe de heer W. te Rotterdam
met zijn rheumatiek tobde
22|cta
half pond
JOSEPH CONRAD
GEZOND
ZIJN
„Prof. Adolf Ajkay”
Petroleumproductie in
Rusland
t-NATIONALE r~l I
GEIJKTE LEVERTRAAN
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
4
a
EUS
zijn
(Ingezonden Mededeeling)
oc
...wil nog niet altijd zeggenge-
M
en
MOCADES-STHEEMAN U PHARMACIA
1
IW
h.
8.
10.
.9
te
wanneer
lei
h/EZ HEB JE EEH
T.
3
4>
i
my
nieuwen tnoed gegeven,"
was
niet
E Wordt vervolgd;
Bi/ Apothekers en Drogisten f - 75 p Fl.
it
45 ets
pond
ROMAN VAN
Op verzoek is eervol ontslagen met dank H.
M. Hlrschfeld als lid der Rljkscommlssie van
Advies voor Werkverruiming en is als zoodanig
benoemd G. J. Teppema, referendaris by het
Departement v. Economische Zaken.
lat
ut
ri
te
te
a-
!T-
is-
tooverende stem naast mij. „En u heeft gewei
gerd. dat toont uw moed."
..Niet uit zelfzuchtige beweegredenen, zeide
Ik," verward alstof heel de groote onzekerheid van
lis
k-
■ze
de
en
lie
tg.
en
:lk
■n
en
ad
n-
er
t»
ti
en
fr
iet
e*
r-
r-
c.
te
e-
3-
r-
Is.
MdNHÉER WAR81KK5 VERUDbT&EEN
..TIJD MET Hf~T OPGPOREN
VAN ANNIE-
H/ER UHE7^\
STOOMJACHT I
MIJNHEER F
warbucks; I
het /seeh 1,
ECHTE ONEL-
STOOMEPJ
HAAR VAN HET JACHT
HU ZUHJUEHJE
SCHEE PO VOLK IN MUN
DIENST. ZORG ER VOOR
PAT WE MORDEN Bu'T
AAMBREKEH VAN DEM
O AC ZEE KIEZEN.
In de droge en dun bevolkte steppe van Ka
sakstan Is men thans begonnen met den bouw
pijpleiding, welke de grootste des lands
mummnuff£ T BES TE muimiiuiHitg
iiiuimiuuiiiiiiiiuiuiiuiiuiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiumii^
TOT UW 1
CHEQUE KPPiTEJH. ZEND H DIENST,
Die maar am oen ei ge- J mom heer
arry Cooper was een man, die een inbraak
tot In de puntjes voorbereidde, zoodat hij
op alle mogelijkheden wees voorbereid,
die dan ook gewoonlijk een ongeloofelljke
brutaliteit en zelfverzekerdheid aan den dag
legde. Toen hU zich tegen den avond naar de
villa van generaal Blackburv begaf, wist hij dat
er In het huis geen sterveling te vinden zou
zjjn. De generaal was voor enkele weken uit de
stad en had den naastbljzUnden politiepost ver
zocht een oogje in het zeil te houden.
Het was dus zaak voor Harry Cooper om de
regelmatig surveilleerende agenten te ontwijken.
Aan den anderen kant wilde hij op zijn ge
mak het geheele huis doorzoeken.
Zjjn vindingrijkheid deed hem een plan aan
de hand, waarmede hij alle moeilijkheden kon
oplossen. Voor een geroutineerd inbreker als hij
wees het niet moeilijk In den villatuin te komen,
zonder gezien te worden. De buitendeur was ook
al geen bezwaar, want hU had een goede col
lectie loopers tot zijn beschikking, waarmee het
moellljkste slot in korten tijd was te openen.
Binnen in de breede marmeren gang rook
het muf. Zonder gerucht te maken opende Coo
per verscheidene deuren, waarna hU het slaap
vertrek van den afwezigen generaal betrad. Het
was nu zaak om vlug te handelen.
In een ommezien had hy een rokcostuum van
den generaal aangetrokken en een monocle In
het oog gezet. En het duurde ook niet lang
voordat hij de lintjes en ridderorden van den
generaal had gevonden en ze op de jas had be
vestigd.
In de werkkamer maakte hij het buffet open
en zette een karaf whiskey binnen het bereik.
Niet omdat hij van plan was ook maar iets te
drinken, doch omdat dit alles een rol moest
spelen In het comediespel, dat de omstandig
heden hem konden dwingen op te voeren.
Toen de voorbereidingen getroffen waren, stak
hij licht aan, na voor de veiligheid nog eerst de
gordijnen dichtgeschoven te hebben.
Hij grinnikte van genoegen.
„Laat de heeren politle-agenten nu maar ko
men,” mompelde hij. „Ze zullen wel vreemd op
kijken. Wanneer ze ontdekken dat de generaal
thuis is, maar ze zullen moeten erkennen dat
'n generaal mag doen en laten wat hij wil en
zeer zeker zjjn vacantle mag onderbreken» om
een diner bij te gaan wonen van het officieren
corps.”
Ondertusschen was het allerminst Cooper’s
plan om op de een of andere manier de komst
van de politie te veroorzaken. Kon alles gedaan
worden zonder haar tusschenkomst, dan was
dat zooveel te beter.
Cooper begon nu een vrij systematisch on
derzoek. waarbij hjj zorgvuldig alle kostbare en
makkelijk vervoerbare dingen bijeenbracht. Hij
haastte zich niet en vermeed alle wanorde.
Een kwartier was hij op deze manier bezig,
toen zijn ooren een gerucht opvingen dat van
het oi>engaan van een deur afkomstig wees. Er
was iemand het huis binnengekomen.
„Ze zijn erg waakzaam, die agenten,” glim
lachte hij. Energiek deed hij de deur open,
zoodat de lichtschijn ook een deel van de gang
verlichtte en riep:
.Hola daar! Wat voer je daar uit?"
De galm van zjjn woorden bleef nog even na
klinken, want niets roerde zich.
Eenlgszins van zijn stuk gebracht, deed Coo
per een paar stappen In de gang. En vóór hl)
het kon verhinderen, had een stevige kerel hem
tegen den muur gedrukt en dreigde hem met
een revolver.
„Hou je mond.” siste de vent hem toe, „an
ders zal je voelen dat ik met een revolver kan
omgaan.
Cooper bewoog zich niet. Het was een wei
nig onverwacht gekomen. Hoe had hy ook kun
nen denken dat een collega-inbreker juist op
hetzelfde tijdstip zich in de woning van generaal
Blackbury zou wagen als hij.
Een collega? Dat was niet juist uitgedrukt.
De man wees ontegenzeglijk van een lager
soort Inbrekers dan hjj zelf. maEET wat hem
het meest onsympathiek maakte, wees het feit
dat hij een revolver gebruikte. Harry Cooper
huldigde de beroepseer, die aan een inbreker
het gebruik van een revolver ontzegt. Een in
breker is geen aspirant-moordenaar!
Nee, een collega kon de man allerminst ge-
DATTS TtE EEN LEVENTJEWAT
I ZOU VADERTJE WARBUCKS STAAN
J TE KIJKEN ALS HU WIST DAT
H IK EEN ZEILBOOT KON BESTUREi
F HET DOET ME PlEjZiER Du- tTk
DE HAND OP DIT JACHT NEB KUN-
NEH LEGCEN LAAT IK NU EVEN
DE MACHINES /HSPECTEEREN ALS
„Denk er aan, Juan. Twee levens maar,
slechts één dood."
En zoo vlug was zj] verdwenen, dat het leek
of zij door het hout van de massieve paneelen
was heengedrongen.
Ik nam een der kandelaars van den gronden
lichtte mij bij naar mijn kamer. Ik liep als op
lucht, stormachtig bewogen lucht, in een gevoel
van onrust en opgetogenheid.
De kaarsen van den kandelaber in mijn
kamer waren uitgegaan. Op een tafeltje zette
ik mijn twee kEEndelaars waarvan de beide
vlammetjes het vertrek tot aan de zoldering
vulden met schaduwen.
Met opzet had ik de deur van mijn kamer
opengelaten, om hem te laten weten, dat Ik
terug wees en klaar stond voor hem. Ik nam
een lang, recht zwaard, een soort rapier, met
een opengewerkt gevest. Het was een onhandig
wapen en erg stomp; maar, het had nog een
punt en ik was bereid ermee te schermen tegen
over de heele wereld. Ik daagde mijn vijanden
uitMaar geen vijand verscheen, en bij het
licht van twee kaarsen, met een zwaard In de
hand gaf ik mij over aan bespiegelingen over
de toekomst.
Die had Iets stelligs, en tegelijkertijd Iets heel
onzekers Ik zwierf er In rond als een ziel bulten
de poorten van het paradijs, met de verwachting
van zegen en de smart buitengesloten te zijn.
Als het wintert, heb je doorgaans,
Dat het ook een beetje vriest-
Zelfs wanneer men voor zich zelven
Liever dooiend weer verkiest.
Officieel pas houdt de winter
d' Eenentwintig st en entrée,
En de dagen, die daarvoor zijn,
Tellen feitelijk niet piee-
Maar om u dan te doordringen,
Dat het vriest, zelfs onverpoosd.
Blaast de' wind met bolle wangen
Stormachtig uit Noord-Oost:
Kou is niets, maar deze koude
Snijdend als een vlijmscherp mes.
Heeft misschien als kou-beginsel,
Centimeters ijs-succes.
Maar wij kleumen en bevriezen
En wat ook beslist, bekoelt:
Dat je nu je neus en ooien
En je voeten niet meer voelt.
En wat doe je als het wintert?
En wat doe je als het vriest?
Als de Oostenwind aan koude
Noch, aan vinnigheid verliest?
Als wij kuchen en wij hebben
Zelfs de kachel volgegooid?
Als de neus loopt als een kraantje,
Niet bevroren, maar ontdooid?
Als je meer dan brilleglazen.
Telkens maar je neusje zeemt?
Wel, dan is het maar het beste.
Dat j’een schoonen zakdoek neemt!
MARTIN BERDEN
(Nadruk varboden)
Tot zijn vrouw ingreep
En reeds in twee weken zjjn pijnen afnamen
„Ongeveer 4 A 5 jaar geleden heb Ik U eens
geschreven over de schitterende werking, die
Kruschen Salts op mij had. Nu heeft mijn than
ongeveer een jaar geleden last gekregen van
rheumatiek; hjj voelde den heelen dag pijn
In zijn arm. Vooral in bed had hij er veel last
van en kon soms niet slapen. Aan Kruschen
geloofde hij niet, al kende hy door mij de
beste resultaten. Hij heeft eens twee mEEanden
verschillende medicijnen geslikt, geen resul
taat; toen gemagnetiseerd, niets geen resul
taat; toen behandeld met ultra-vlolette stralen.
Zou na een paar behandelingen beter zijn; het
heeft drie weken geduurd; een heele verbrande
arm was het eenige resultaat. Toen dacht ik
Etan wat ik wel eens gelezen had: stiekum
's morgens wat Kruschen in zijn thee. Hjj proef
de gelukkig niets, en na veertien dagen voelde
hij verlichting van pijn. Toen vertelde ik mijn
geheimpje en nu neemt hij al twee maanden
eiken morgen, zooals ik nog altijd doe. een
flink glas lauw water met een klein schepje
Kruschen Salts. ResultEiat: na twee maanden
heelemaal zonder pijn. De pijn is langzaam
maar zeker minder geworden en nu heelemEtal
weg. U begrijpt zijn dwepen met Kruschen
Salts. Wees ervan overtuigd, dat wij altijd en
overal Kruschen Salts als een wonder verheer
lijkten. Mevr. C. C. W. te H.
Elke „kleine, dagelyksche dosis" Kruschen
Salts is een wetenschappelijke combinatie van
minerale zouten, welke al Uw afvoer-organen
aansporen nieren en maag en deze ge
regeld aan *t werk houden, zooals de natuur dat
bedoeld heeft. Het gevolg van deze Inwendige
zuiverheid is, dat i%rfrischt en vernieuwd bloed
door Uw EEderen stroomt. Giftig urinezuur, dat
Uw rheumatische pijnen veroorzaakt, wordt
langs natuurlijken weg verwijderd en de pijnen
houden op. En als U voortgaat met „de kleine,
dEEgeljjksche dosis" Kruschen Salts, zal Uw ge
heele wezen lichaam en geest van deze
I zuiverende verfrisschende werking den welda-
dlgen Invloed ondervinden.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij
alle apothekers en drogisten ƒ0 90 en ƒ1.60
per flacon. Stralende gezondheid voor één cent
per dag.
Let op dat op het etiket op de flesch, zoowel
als op de buitenverpakking de nstam Rowntree
Handels Maatschappij Amsterdam voorkomt.
zond blijven. Vergroot Üw weerstandsver
mogen tegen griep en andere infectie-ziek-
ten door middel van JECOVITOL. Geijkt
door een Nederlandsch Professor! Gewaar
borgd gehalte: minstens 50 eenheden Vita
mine A en 250 piophy). 125 internat.)
eenheden Vitamine D.
van een
wordt.
De leiding zal loopen van de olievelden ran
Em ba naar de Kaspische Zee over een lengte
van 1000 K.M. naar de stad Orsk aan de midden-
Wolga.
Nog vóór het einde van dit jaar zal 420 KM.
voltooid zijn, en bet volgende jaar komt de bouw
gereed.
In het begin zal jEtarlijks 500,000 ton petro
leum door de pijpleiding worden vervoerd, maar
de capaciteit zal worden opgevoerd tot-ander
half millioen ton per Jseeet.
In Orsk is reeds een groote petroleum-raffi-
naderij in aanbouw, wsiarvan het eerste deel
einde 1936 gereel zal zijn.
De jaarproductie zal, wanneer het bedrijf
In vollen gang Is. anderhalf millioen Urn bedra
gen.
De pijpleiding en de raffinaderij zullen te
zamen tweehonderd millioen roebel kosten.
De uit te voeren werken zijn voor het dis
trict Emba van groote beteekenis, daar de ex
ploitatie van den bodem eerst thans met volle
kracht kan beginnen.
Chineesche Mjderupskweekers worden tegen
woordig door een Italiaan in de moderne teelt
onderwezen. Hun leeraar. dr. Benito Mart,
werd door de regeering te Nanking in dienst
genomen. Zijn benoeming is een bewijs voor
de verandering der tijden. Italië is tegenwoordig
op de wereldmarkt China’s gevaarlijkste con
current.
Volgens de overlevering werd het Chinéesche
zijdemonopolle ontzenuwd door Marco Polo, den
beroemden ontdekkingsreiziger uit de dertiende
eeuw, die een paar zijderupsen in zijn baard
verstopte, en ze zoo uit Noord-Chlna naar zijn
vaderlsind overbracht. Hij werd hierdoor stich
ter van de ItEÜiaansche zljdekweekerij, die
thans China ten voorbeeld is.
Natumgijk begreep Ik heel goetf Ik hoop, dat
u ook begrijpt, dat Ik
„Senor, neef." barstte zij plotseling los,
„denkt u, dat Ik zou hebben toegestemd, enkel
uit genegenheid voor hem?"
..Senortta," riep Ik uit. „ik ben arm, zonder
thuis, in een vreemd land. Hoe kan ik geloo-
ven? Hoe kan ik het durven droomen? tenzij
uw eigen stem
„Dan sta ik u toe te vragen.... Vraag. Don
Juan."
Ik viel op m’n eene knie, en, plotseling haar
arm uitstrekkend, drukte zl) haar hand tegen
mijn lippen. Vsm beneden af verlicht kreeg het
schilderachtig aspect van hEEar gestsilte iets van
bovenaardsche gratie; de ongewone opwaart-
sche schaduwen bekleedden haar schoonheid
met een nieuwe geheimzinnigheid van bekoring.
Een minuut verliep. Ik kon haar snelle adem
haling hooren boven mjj en opstaande, hield ik
haar beide handen omvat.
„Hoe weinig dagen zijn we pas samen.”
fluisterde zij. „Juan, Ik ben er verlegen mee.”
„Ik heb de dagen niet geteld. Altijd heb ik
je gekend. Zoolang ik mij kan herinneren heb ik
van je gedroomd al dagen, maanden, een
jtfar mijn heele leven.”
Het schokkend gebons van een zware deur,
die ergens werd toegeworpen, vulde de gangen
rondom de blnnenplEiats met de klinkende ver
maning van ons gevaar.
„Ol We vergaten het!”
Ik hoorde haar stem en voelde haar gestalte
in mijn Eu-men. Aan mijn oor spraken haar
lippen;
„Ik zag
woord.
Hjj hief het hoofd op; het licht weerkaatste
In zijn oogen. „O, Ik zal niet sterven." zei hl),
met onderdrukte stem en voortdurend dien echt
vreemdsoortigen zweem van humor op zijn ge
zicht. „Maar het fs een kleinigheid; en u bent
jong; het is misschien nog de moeite waard te
trachten mij te believen voor dezen keer.”
Voor ik kon sint woorden, hoorde ik Sera-
phina van eenigen afstand gejEiagd roepen:
„Don Juan, uw arm.”
Haar stem, die een beetje onvast klonk, deed
ml) O’Brien vergeten, en. hem den rug toekee-
rend Ijlde Ik op Ijaar toe. Zij had mijn steun
noodig; voor ons uit strompelde La Chlca, met
de kaaraen. kreunend;
Graaf Apponyi In Boedapest verbleef. Op een
nacht werd hjj door de terroristen van zijn
bed gelicht en overgebracht naEtr de Steln-
brucher gevEEngenls. De tusschenkomst der
Italiaansche missie, welke In die dEtgen te Boe
dapest verbleef, werkte niets uit en het duurde
weken voor Graaf Apponyi weer in vrijheid
werd gesteld.
De raden-dictatuur beleefde toen nog hattr
grootsten bloei en dagelijks kon men Graaf
Apponyi tegen den middag poet- zien vatten
voor een of anderen winkel, waar hij vleesch- en
broodkaarten probeerde te bemachtigen.
Gewoonlijk werd hij vergezeld door
vriend, den thans gestorven Graaf Elemer
Batthyany, en het was roerend te zien hoe
beide oude heeren elkander trouw bleven en
wederkeerlg steunden In deze donkere dagen
der Hongaarsche geschiedenis.
qr'w e gedenkschriften van den Hongstarechen
1 staatsman Graaf Albert Apponyi zijn
nauwelijks van de pers en reeds Is er
een waardevolle aanvulling op verschenen.
„Aquarellen over Apponyi" is geschreven door
den voormallgen directeur der domeinen en
bekenden politicus Julius Deme en behandelt
vooral het Intiem leven van den onlangs ge
storven staatsman. Wij schrijven enkele pas
sages over uit een der boeiendste hoofdstukken
ran dit merkwaardig boek: de avonturen van
Graaf Apponyi tijdens de raden-dictatuur vsin
den bolsjewiek Bela Kun.
Het bericht van de staatsomwenteling werd
Graaf Apponyi telegrafisch medegedeeld door
Graaf Michael Karolyi. De grafelijke familie
verbleef op haar landgoed In Eberhard. Toen
men er hem VEin In kennis stelde, dat Graaf
Karolyi de republiek had uitgeroepen, schudde
de grijze staatsman het hoofd en zeide:
„Hongarije een republiek? MaEtr dat Is absurd”
Het duurde even voor hij zich wist te be-
heerschen. Dan sprak hij lang over het Ko
ninkrijk Hongarije en besloot dat de dynastie
te diep in het Hongaarsche volk geworteld was
om Hongarije tot een republiek te kunnen ver
vormen
Gedurende de volgende weken werd de po
litieke toestand steeds ernstiger en de revolu-
tlonnaire gezindheid won zienderoogen veld.
Een functionaris der socialistische partij viel
de familie Apponyi herhEtaldelljk lastig en pro
beerde vooral de gemoedsrust ran den ouden
staatsman ta verstoren. Vrijwel eiken nacht
werd er op het slot geschoten, zoodat men
nachten lang niet tot rust kwam.
In deze droeve dagen vertelt (Julius Deme
- sprak Ik meermalen met Graaf Apponyi over
het bolsjewisme, en het Is kenteekenend voor
hem dat hem nooit een leelljk woord over de
bolsjewieken ontsnapte.
Tenslotte werd de toestand onhoudbsiar en
men drong er bij Graaf Apponyi en zijn familie
op aan, dat zij zouden vluchten. Deze raad
werd opgevolgd, inderhaast pakte men alles bij
elkaar wat strikt noodzakelijk wees en bezwoer
mij Ebérhard te verlaten, zoodra de bolsjewieken
mijn leven bedreigden, wy wisten niet waar
Graaf Apponyi heentrok. Het vertrek vond in
'■v de late avonduren ptaata en wij dachten dat
hjj wel, evenals de meeste Hongaarsche aris
tocraten. naar Weenen zou gaan. Eerst later
vernamen wij dat hij naar het bezit van Graaf
Karolyi in Stomsa getrokken was en na daar
eenige dagen vertoefd te hebben, langs stllerlei
omwegen over Marchegg naar Weenen reisde
Dit bericht berustte echter op een vergissing.
Graaf KEsrolyi en de zijnen waren naar Boeda
pest gegaan om te voorkomen dat hun paleis
in de Werböczstraat dgpr de roode horden van
Bela Kun geplunderd zou worden.
Aanvankelijk ondervond men geen enkele
moeilijkheid. Dan kwam plots van bevriende
zijde het was In de eerste dagen van April
1919 de waarschuwing, dat Bela Kun de
arrestatie vsm Graaf Apponyi bevolen had De
Graaf en zijn zoon George verlieten oogenblik-
kelijk het paleis, brachten den nsscht bij vrten-
den door en namen den volgenden morgen den
eersten trein naar Stuhlweizenburg. De vrouwe-
UJke leden der familie hadden eveneens een
veilig onderkomen gezocht. Graaf Apponyi had
mijn geest gewekt was door deïi klank, die mijn
hsut zooveel zaligheid bracht, „Mijn dapperheid
oeteekent niets.”
„Het heeft
zeide ze.
„U had geen behoefte aan meer.” zeide Ik
ernstig.
„O, Ik was zoo heel alleen. Het Is moeilijk
om Zij aarzelde.
„Om alleen te leven,” voleindigde Ik.
„Alleen te sterven nog erger,” fluisterde zij
met een nieuwe schuchterheid vsm toon. „Het is
vreeselljk. Wees op uwe hoede. Don Juan. bij de
liefde Gods, want ik kan niet
Wij hielden stil.
„Arme Don Carlos!" zeide ze. „Ik voelde een
groote genegenheid voor hem. Ik was bang dat
ze van mij wilden, hem te trouwen. Hij had uw
zuster lief."
„HIJ heeft het haar nooit gezegd,” prevelde
ik. „Ik vraag mij af of ze het wel ooit vermoed
heeft."
„Hij wees arm, zonder tehuis, ziek alreeds, in
een vreemd land.”
„We hielden allemaal van hem, thuis," zeide
ik.
„HU heeft hEiar nooit gevraagd,” lispelde zij.
En misschien maar hij heeft haar nooit
gevraagd."
„U bent heel goed voor hem geweest.” zeide
ik; „dit had hij van u niet mogen vragen.
zijn baard laten afscheren om niet herkend te
worden. Dit kon evenwel niet voorkomen, dat
hij In den trein door een rooden soldaat her
kend werd. Reeds leek alles verloren, toen de
man, die klEEarbiykelljk niets van een bevel tot
arrestatie afwist, vriendelijk groette:
„Goeden morgen, excellentie."
HIJ verliet ten coupé zonder Graaf Apponyi
gevraagd te hibben hem zijn paspoort te laten
zien.
In Stuhlweizenburg verlieten de Graaf en
zijn zoon den trein om zich te voet naar de
bezitting van Graaf Alexander Kanolky te be
geven. Daar de toestand In Hongarije en vooral
In de HongEsarsche provincie, waar de moord-
benden van Tlbor Szamuely huisden, steeds
dreigender werd, gaf Graaf Apponyi zich uit
voor professor Adolf Ajkay Hij had een identi
teitsbewijs dat op dezen naam was gesteld. Hij
had dezen naam zoo gekozen, om niet In te-
genspraak te komen met het monogram van
Albert Apponyi op zijn kleeren.
Een roode soldaat verklaarde zich bereid den
Graaf over den Donau te zetten. Vlak aan den
oever riep hem een SEndere roode soldaat toe:
.Jïaltl”
Zijn kameraad riep:
„Niet schieten 1 Deze man is mijn neef.”
Met de grootste moeite wist het grafelijk
echtpaar Apponyi had intusschen zijn vrouw
weten te bereiken enkele dagen later naar
Boedapest terug te keeren. Hjj had van be
trouwbare zijde vernomen, dat er in de hoofd
stad een sterke tegen-revolutionnalre strooming
viel wELar te nemen en daar wilde hij, ondanks
zjjn hoogen leeftijd hij telde toen reeds drie-
en-zeventlg jaren aan mee werken.
HIJ had echter geen geluk. Waarschijnlijk
döor verraad kwamen de rooden er achter dat
een plechtige buiging voor Seraphina, stapte hij
terug.
Dezen keer hield Ik hem de kaars vlak voor
het gezicht. Hij wees kalm en kleurloos; zijn
oogen waren nadenkend op den grond gericht,
als in diepe, rustige overweging verslonden.
Maar eensklaps bemerkte ik den krampachtlgen
greep vsm zijn hEEnd om den zoom van zijn Jeu.
Het wees of Ik toevallig in het binnenste van
dien man gezien had paar de kracht van
zijn illusies zijn verlEEngen. zijn hartstocht.
Nu moet hij op mij aanvllegen. dacht ik. met
schrikwekkend overtuigende zekerheid. Nu. Al
mijn spieren beantwoordden, zich spannend,
den oproep van die strjjdgedachte.
Hij zeide: „Wilt u ml) die kEtars
geven?"
Ik begreep dat hij mijn overgave vroeg.
u liever sterven," was mijn ant-
.Madre de Dios! Wat zsü er nu van ons wor
den! O. wat zal er nu VEin ons wordenI”
„U weet wat hjj my gevraagd had hem te
blaten doen." begon Seraphina haastig te spre
ken. „Ik heb geantwoord: neen, geef de kaars
aan myn neef. Daarop zeide hij: Wenscht u
dat werkeiyk, Senorita. Onze vriendschap is
ouder. Ik herhaalde; Geef de kaars Etan myn
neef, senor.... Hij zei toen heel wreed: Om
wille van den jongen man zelf, denk ntt, seno
rita.... Hy wachtte even, voor hy opnieuw vroeg:
Zal Ik het hem overgeven?.... Ik voelde den
dood om myn hart, en al myn vrees voor u.
zat hier.” Met een vlugge beweging van haEt^
hand, die onder de zwarte kant verdween,
raakte zy haar moolen hals. „En omdat Ik niet
kon spreken heb ik Don Juan, u heeft ipy
Juist uw leven aangeboden heb Ik Mlserl-
cordia!.... Wat kon ik tuiders doen? Ik heb
met myn hoofd „ja" geknikt."
In de ontroering, gejaagdheid, en zttligheld,
die myn onmeteiyke dankbEtarheid omgaf,
drukte ik hEEar hand vertrouwelyk tegen myn
zijde, alsof wy twee gelieven waren, op een
kalmen avond, samen wsmdelend door een laan.
.Als u dEEt teeken niet gegeven had zou het
erger dan de dood geweest zyn In mijn
hart.” zeide ik. ..Ook my vroeg hy afstand te
doen vsin myn vertrouwen, myn licht."
wy wEindelden langzsEam verder, terwijl het
gerulsch van de fontein beneden in het groote
vierkant van donkerte aan onze linkerhand,
en het gesteun van La Chlca de eenige geluiden
waren, die ons plotseling zwijgen vergezelden.
„Dat was zijn bedoeling ermee,” zei da be-
J ff f -f op dit blad zUn Ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen f blJ levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f TEfl by een ongeval met O Efl by verlies van een hand f IOC verlies van een f Efl by een breuk van t jtlï Wj verlies van *n
ZullC CLDOIlïie S ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeerlngen verlies van belde armen, belde beenen of belde oogen f t doodeiyken afloop f A«z(Zs™ een voet of een oog l !Lu." duim of wijsvinger f czl/«“been of arms anderen vinger
noemd worden. Hy trad bovendien nog bruut
op. terwyi hy toch In de meenlng moest ver-
keeren dat hij een werkelyken generaal van ’t
Indische leger voor zich had.
Op ruwen toon elschte hy dat de generaal zjjn
geld en kostbaarheden zou aanwijzen, wat Coo
per zoo gewillig mogelljk deed. Ondertusschen
hield hy de revolver scherp in het oog.
Eén oogenblik dwaalde de loop uit de richting
van het doel en In dat moment was het lot
van den Inbreker bezegeld. Cooper’s vuist schoot
uit en trof den revolver, juist even voordat het
wapen afging. Daarna wierp hjj zich op den
onthutsten kerel en had hem in weinige oogen-
bllkken weerloos en gebonden.
„Opletten, myn zoon,” zei hij grimmig. „Een
inbreker die te „„„„„„„„„„„„„„.„„.„„.„„„.„„„.j
haastig naar geld
zoekt, moet de
voorzorgsmaat
regelen niet uit
het oog verliezen.
En omdat je zoo
vriéndelijk bent
geweest om met een revolver te dreigen, zal Ik
meteen de politie opbellen.”
Cooper voegde de daad by het woord. Hij
was werkeiyk boos dat de man een revolver
had gebruikt. Binnen enkele oogenbllkken had
hy verbinding met den politiepost.
„U spreekt met generaal Blackbury, Ja....
nee. dat hoeft u niet te verwonderen. Ik ben
overgekomen voor het galadiner van de
officieren van het zevende regiment In'tymd-
sor-hotel en nu tref Ik In mijn huls eer* Inbre
ker! Wat?.... Ja, hy zit netjes op‘een stoel,
gebonden en wel. Doe me een genoegen en
stuur een paar mannetjes om hem te halen.”
Hy hoefde niet lang te wachten, tot een In
specteur en twee agenten zich kwamen aan
melden.
„Prachtig” zei de Inspecteur. „We hebben
den man zoo maar voor het meenemen. Het
spijt ons dat we de Inbraak niet hebben kun
nen beletten, generaal. Ik hoop maar, dat hij
niets gestolen heeft.”
„Daar heb ik hem de kans niet toegelaten,
lachte Cooper vroolijk, terwijl hij den inspec
teur de hand schudde. Op datzelfde moment
voelde hy Iets kouds om zyn pols, er klikte Iets
en hu wist dat de Inspecteur hem een hEuid-
boei had omge#an
Zoo onverwacht gebeurde het, dat Cooper
geheel van zyn stuk gebracht was.
„Hoe de zaak In elkaar zit weet ik niet.” zei
de inspecteur, „maar een generaal ben Je zeker
niet. Als Je In het vervolg weer eens zoo Iets
wilt uithalen, moet je onthouden, dat een gene
raal Zijn ridderorden links draagt en niet rechta
zooals JU."
(Korte Inhoud van het voorafgaande: Kemp
een Engelacbman uit Kent wllkt met Carlos
Rlego uit naar Jamaica, geholpen door den
verloofde van zyn zuster Veronica Ralph
Rookahv Hier kom» hU in kennis met den
rechter O’ Brten en met Don Ramon die
Kemp willen overhalen dienst te nemen bU
seeroovers. die Rlo Medio als bssis hebben
Als hll hier niet op ingaat wrordt hU over,
weldlgd en aan boord van een schip ge
bracht H11 weet echter spoedig te ontsnap
pen en wordt opgepikt door een ander
schip dat hem naar Havanna zal meene
men. Nabil de Cubaansche kust worden sll
echter door seeroovers die onder bevel staan
van een vriend van Carlos Thomas de
Castro, overvallen John Kemp wordt ge
vangen genomen en met het kaperschip
naar Rlo Medio gebracht, waar hU gastvrij
ontvwgen wordt door Don Balthasar Hier
leidt men hem aan het sterfbed van Car
los).
Had hy een uitdagende beweging, een of
«hder twijfelachtig gebaar gemaa/ct. dan zou Ik
•1 dEEdeiyk op hem aangevlogen zijn, mas^ de
•chtelooze manier waarop hU voor zich uit zag.
terwyi hij de hEind met den kandelaar naar my
nitetrekte. sloeg hy mij met verbEizlng. Ik
ttam de ks^rs eenvoudig van hem over. Met
2.
I
l