De 24-uren-klok
Engeland
m
H
DIAMANT
S'Crf u&Aaal van den dag
T T et is het aardigste meisje, dat ik ooit ont- Twee dagen later belde Jan de Ridder aan
I—I moet heb." zei Jan de Ridder, die in z’n het huls van de weduwe de Jong. HU zei aan
A A MinBkk.it(k»n ciiihfantAiiii vrsnrek het dagmeisje dat open deed, dat hU mevrouw
graag wilde spreken over een gewichtige’aan
gelegenheid en reeds na enkele minuten zat hU
in de huiskamer tegenover de moeder van zUn
blauw-oogig Martetje.
DE VLUGT
THANS BIJ DE POST
INGEVOERD
HONIG’S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor lOct
DE KLEINE ANNIE LIJDT SCHIPBREUK
HET KAPERSNEST
I
Z6'
KUWV.RP1
g/TAOT En TiJiEA-
fi)E OVER &OORD'
Het einde is nabij
Bak
en
Alle abonné’s
Braadvet
WOENSDAG 20 DECEMBER
Het huwelijks
aanzoek
De practijk dwingt
Kamperduin
Hulp aan Rusland
Merkwaardige lucht-
Leningrad
Een Chineesche kenau
I
(Wordt verroii j>
De eerste stap van een hervorming,
die indruischt tegen de traditie-
liefde der Engelschen
JOSEPH CONRAD
doeloefeningen
De laatste graaf van
Don Balthasar. di« niets scheen gehoord te
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
VOOP DE UFE
f-NATIONALE J"""1
DRANJt J
3$
Het geluk had hy
kwam
tot spionne aangesteld en wist als
Ja-
en
b
45 ets p. pond - 22} ets p. half pond
hy In
de
gaat
33.
rechter
o
I
I
Amsterdam is steeds geprezen
Als de parel aan het IJ,
Om zijn handel, wetenschappen
En zVn brave burgerij.
Dichters hebben het bezongen,
Keizers hebben het geëerd
En ook thans wordt Amstels veste
In de wereld gewaardeerd.
Groot te worden is wel moeilijk
En vooral in grooten stijl-
Zwaarder is ’t zich groot te houden
Op het Amsterdamsche peil!
ROMAN VAN
Daarom dat de stad thans jubelt
Bij het koop'ren jubili
Van den eersten van de burgers
Der vermaarde Heil'ge St ei.
Burgemeester.... dat is leider
Met den geest en met de daad.
En men kan van hém getuigen
Wat AV deed op palen staat!
Maar men kan van hem ook zeggen.
Sinds hij hier de leiding nam:
Amsterdam was De Vlugt waardig,
Maar De Vlugt ook Amsterdam!
Den volgenden dag woonde Jan de Ridder op
kamers In een ander gedeelte van de stad. Over
trouwen praat hy tegenwoordig niet dan met
afschuw en Marietje heeft op gezag van haar
moeder leeren gelooven dat Jan een vlegel la.
die dames voor den gek houdt.
i
i
i
i
i
i
i
i
MARTIN BERDEN
(Nadruk verboden)
deiyk haar moeder hem sou ontvangen en ten
slotte was het toch een voordeel wanneer hy
sljn hart sou hebben uitgestort, want dan was
Marietje voorbereid en dan werd het heele ge
val minder lastig.
Als onderdeel van een twee Jaar geleden be
gonnen plan om het aanzien van het oude St.
Petersburg te wijzigen, worden op het oogen
bllk twee nieuwe bruggen over de rivier de
Newa aangelegd. Vele nieuwe breede straten,
alsmede parken en pleinen zijn aangelegd.
Ruim 200.000 arbeiders hebben nieuwe wo
ningen kunnen betrekken en vele andere wer
ken zijn nog onderhanden, om de stad te mo-
demlseeren.
Tb Weenen ia onder voorzitterschap van Kar-
dlnaal-Aartabisschop Innltser de commissie
voor hulp aan de hongerlijdenden in Rusland
bijeengekomen. In zijn openingsrede verklaarde
Z.Em. dat het doel der conferentie Is het ge
weten der wereld wakker te schudden ten aan
zien van den honger in Sovjet-Rusland.
De secretaris-generaal. dr. Ammende, selde
in zijn rapport dat by de beoordeeling van den
toestand In Rusland twee opvattingen tegen
over elkaar staan: eenerzjjds de bewering dat
nu, na den nieuwen oogst, de hongercatast rophe
en het gevaar voor nieuwen hongersnood uit
den weg waren geruimd, anderzijds de opvat
ting van bevoegde deskundigen, volgens welke
de catastrophe der laatste zes maanden niet
veroorzaakt is door een natuurramp, maar een
voudig door de rulïneering van den landbouw
BU deze laatste opvatting sloten zich de leden
der commissie aan. De nadruk werd er
op gelegd, dat vooral de kinderen tot veertien
jaar worden bedreigd. De conferentie consta
teerde, dat met het oog op den ontwijfelbaar
dreigenden ondergang van vele mlllloenen alle
pogingen In het werk moeten worden gesteld
om met vereende krachten de openbare mee-
ning der wereld te winnen voor een groot men-
schelljk hulpwerk.
SiiiiiniimiiniiiiiiiiiiHimiiiiiiitiHHiminHimiiiiiiiiiiiiiHiiiHiiianii
(Korte tnhoud van bet voorafgaande: Kemp
een Engelschman uit Kent wUkt met Carlos
Rlego uit naar Jamaica, geholpen door den
verloofde van zlln zuster Veronica Ralph
Rooksbv Hlei komt bil in kennis me- den
rechter O’ Brien en met Don Ramon die
Kemn willen overhalen dienst te nemen bil
aeeroovers die Rlo Medio als oasis hebben
AU hll hier niet on invaar wordt nil over,
weldlgd en aan boord van een schip ge
bracht hu weet echter spoedig te ontsnap
pen en wordt ooeeplkt door een andet
schip dat hem naar Havanna zal meene
men Nabil de Cubaanache kust worden zll
echter door zeeroovers die onder bevel staar
van een vriend van Carlos rhomas de
Castro overvallen John Kemp wordt ge
vangen genomen en met het kaoerachm
naar Rlo Medio gebracht, waar h« gastvrij
ontvangen wordt door Don Balthasar Hier
leidt m-n hem aan het sterfbed van Car-
loe. Kemp overweegt intusschen verschil
lende plannen om over zee te ontsnappen,
daar O’ Brlen hem uit den weg wU rui
men.)
Door de breede deur van de sterfkamer zag
ik Don Balthasar en Seraphina staande aan den
voet van het bed; de gebogen hoofden van twee
IAAThet HAAR 1
LEKKE/T. ECfZVn I
toch pomp en op
HET TXHIP1 ÓE-
SRULK ZE OAFt IK
OCEFHETFHET
priesters, den blsschop. een schraal oud man
In zijn ornaat en pater Antonio, met zijn kin
In zijn hand, sis verlaten, na de ziel geleid te
hebben tot de poorten der Eeuwigheid zelve.
Allen om mij heen, mannen en vrouwen, maak
ten telkens het kruisteeken. Castro, die een
oogenbllk de oogen met zjjn handen bedekt had
raakte mijn elleboog aan.
Fn u leeft,” zei hij met somberen nadruk;
daarna waarschuwend: „U bent nu In groot ge
vaar.”
Ik keek in t rond, als verwachtte Ik een mes
opgeheven te zien. Ik zag enkel een menigte
menschen de negers en vrouwen van het
personeel van hun knielen opstaan. De bin
nenplaats beneden lag leeg.
„Het huls Is onverdedigd,” vervolgde Castro.
Beneden bij de poorten hoorden we een op
roerig gedrulsch van stemmen.
O’Brien verscheen in de deuropening van
Carlos’ kamer met een gespannen, ontstelde uit
drukking op zijn gezicht. Ik geloof niet dat hy
maar eenlgszins de hand had in hetgeen nu
ging gebeuren. Zjjn bedoeling was mij buitens
huis gedood te krijgen; maar het gesruls was
opgehltst door Manuel’s vlammende toespraken
dien nacht uit de dorpen In de buurt oc komen
zetten met de bedoeling mijn leven op te
eischen. Vele hunner vrouwen waren bU hen.
Enkele Lugarenos droegen toortsen; sommige
hadden pieken, het meerendeel echter niets dan
hun lange messen. Ze kwamen als een wanor
delijke en schreeuwende bende op langs de kust,
daar ze geen aanval in den «in hadden, enkel
i een demonstratie.
De militaire medewerker van de „Daily Tele
graph” maakt op opvallende wijze melding van
een nieuw soort luchtdoeloefenlngen van Engel
sche bombardementsvliegtuigen boven de Noord
zee. Als drijvende doelen voor bommen-oefe-
nlngen zouden gebruikt worden gepantserde
race booten van ongeveer 12 meter lengte met
een snelheid van 45 K M per uur. De beman
ning van deze motorbooten Is beschermd tegen
de uitwerking der geworpen oefeti-bommen door
pantserplaten van 1.25 cM. dikte. El>e race
boot Is voorzien van drie motoren van 100 PK.
en van 3 schroeven. Als oefenbommen worden
de gewone bommen van 8 of 10 pond gewicht,
gemaakt uit gietijzer en gevuld met een rook-
mengael, gebruikt. Deze bommen worden van
300 tot 5000 meter hoogte In z.g. val-aanv^llen
op de motorbooten geworpen, die in volle vaart
over het water stuiven, terwijl de bemanning
onder de pantserplaten Is ulgerust met val-hel-
men, oorbeschermers en gasmaskers. Op deze
wijze hoopt men een zeer groote nauwkeurig
heid by het bommenwerpen op schepen te be
reiken. By deze proeven zou een zeer actief
aandeel hebben de bekende majoor Lawrence,
die in den oorlog de Arabieren tegen de Tur
ken aanvoerde.
e Boston, in de Vereenlgde Staten, is op
88-Jarlgen leeftijd gestorven George
Alexander Philips Haldane Haldane-
Duncan, vierde Graaf van Camperdown.
De Graaf voerde zijn titel niet, had afstand
gedaan van de, reusachtige bezittingen, welke
eraan verbonden waren en die hij In 1818. by
den dood van den derden Graaf erfde, en heeft
het grootste deel van zijn leven In Amerika
doorgebracht.
Hy was gehuwd met een Amerlkaansche, doch
had* geen nakomelingen, zoodat met zyn dood
ook de titel uitgestorven Is.
Te Boston stond hij bekend als Mr. Duncan.
HU was een afstammeling van Adam Duncan
Duncan, den Brltachen admiraal, die in 1797
de „Bataafsche" vloot versloeg tusschen Egmont
en Kamperduin. Wy hadden toen ons glorieus
bondgenootschap met Frankrijk gesloten, en
waren dus, zonder er eenlg belang by te hebben,
vyanden van de Engelschen en (wat spoedig
nog veel erger bleek te zyn) vrienden van de
Franschen. Ofschoon niet zoo heel lang daar
voor de Engelschen (volgens de Hollandsch' ge
schiedschrijver) nog in doodsangst uitgeroepen
hadden dat de „De Ruyters en de Trompen nog
leefden, waren deze zeehelden in 1797 toch on-
herroepeiyk dood, en ofschoon wy ons by Kam
perduin onder admiraal de Winter duchtig ge
weerd schUnen te hebben, kwamen wy er toch
smadelyk af en admiraal Duncan Duncan nam
niet minder dan elf onzer schepen als „krUgz-
gevangenen” mee naar Engeland.
De beteekenls van zyn overwinning werd, zoo
men in aanmerking neemt hoe afgetakeld ons
door de Franschen „bevrUd” land was, in En
geland nogal overschat.
Af gezien van het feit dat overwinningen vaak
overschat worden, was dit waarschUnlUk hier
aan toe te schrijven dat er op de Engelsche
vloot een revolutlonnalre geest heerschte en
dat zich een groet aantal gevallen van muitery
nadden voorgedaan. Het schynt dat het hard
nekkige verzet der Hollanders hun Engelsche
tegenstanders prikkeldte. zoodat er een einde
kwam aan het gemor, en allen dapper streden
voor hun vlag. Aldus dagteekende van Kamper
duin de terugkeer der discipline op de Engelsche
„En vertelt u me nu maar eens gauw, waar-
isn ik de eer van
iw bezoek te dan
ken heb. myn
heer de Ridder",
begon mevrouw
ie Jong nleuws-
{ierlg „Is het een
erg gewichtige
boodschap, die u me komt brengen?”
„Zeker, mevrouw.” antwoordde Jan en hU kon
er niets aan doen, dat hy hevig kleurde. ..zeker
mevrouw, heel gewichtig En toen, zich eens
klaps vermannend voegde hy er aan toe: ,MUn
levensgeluk staat op het spel.”
„Werkeiyk?”
„Ja. mevrouw. Ach, ziet u. t is zoo moeiiyk
om alles ineens te vertellen. Ik kan er ’s nachts
niet van slapen en overdag denk Ik aan nleta
anders. Dat is al zoo vanaf de eerste ontmoe
ting en ik wil nu elndeiyk eens ronduit met u
praten
De weduwe glimlachte zeer vrlendeiyk en Jan
voelde lets van hoop In zyn hart komen toen
ze zei:
„Maar natuuriyk. dat moet u doen Mij kunt
u gerust alles vertellen. Kom wees niet bang en
zeg het maar".
En toen werd Jan wederom welsprekend. HU
dacht niet meer aan de moeder, hij zag In ge
dachten alleen de dochter en hy vertelde over
de schoone toekomst, die hy zich droomde met
de vrouw die hy liefhad. HU bezong de verruk-
keiyke eigenschappen van zUn uitverkorene en
het werd een nooit gehoorde lofzang. „Ik heb
van dit geluk gedroomd, mevrouw.” riep de
poëtische minnaar in vervoering uit, „en ik ben
nu elndeiyk tot u gekomen, want u kan mU dat
geluk schenken, u kan dien droom werkeiyk-
held doen worden. Zegt u toch ja. mevrouw!"
En mevrouw de Jong, die in extase had ge
luisterd. legde haar hand in zUn hand en fluis
terde: ..Ja. *t is goed".
Jan de Ridder had *t wel kunnen uitjubelen.
Nu zou zyn wensch vervuld worden. HU had de
toestemming van haar moeder, nu zou Martetje
hem zeker niet afwUzen.
slechts voor het grUpen.
..Laten we naar Marietje gaan." onderbrak de
weduwe zyn mUmerlng. „zy moet nu alles we
ten". Jan aarzelde niet en hand in hand met
mevrouw de Jong wandelde hy naar den tuin,
waar hy in het prieel het meisje vond.
Verrast keek Marietje op toen ze daar eens
klaps Jan zag staan, maar voor ze iets kon
zeggen, kwam reeds de verklaring: „Ik kom je
een groote verrassing brengen, kind,” zei haar
moeder „*t Is iets heel byzonders. iets, dat me
zelf overvallen heeft en waaraan ik in *t ge
heel nooit gedacht had Maar t is toch werke
iyk waar. Marietje, kindlief, je krygt weer een
vader. Mynheer de Ridder heeft zoo juist myn
hand gevraagd en ik heb ja gezegd
Toen klonk er ineens een schorre kreet. Jan
de Ridder werd doodsbleek en voor men wist
wat er gebeurde, draaide hy Zich om. rende
de gang door en verdween vla de straatdeur.
r WE Zl/UETtAf^
LEO DOEfl Otl 1
Pu noDEfZnF
o TOOTiiCHIP DPtJ-\
VEHO TEHQUPEn\
mony voop-
rZo/rffiAL FE/T
A A gemakkeiyken clubfauteuil een gesprek
met zlchselven was begonnen. „Ze heeft blauwe
oogen en ze is blond en wanneer te lacht dan
Maar ’t is de vraag of ze me hebben wil. Zulke
meisjes kunnen jongens genoeg krijgen. Enfin,
probeeren móét ik ’t in-elk geval."
Jan de Ridder de lezer heeft het al be
grepen had ernstige plannen. HU had op
een familiefeestje van een zyner vrienden een
meisje ontmoet, dat een zeer byzonderen Indruk
had gemaakt op zyn licht ontvlambaar ge
moed. Dien avond had hy zich van zyn beste
zUde laten zien en Marietje de Jong had op
minzame wyze gereageerd en daardoor haar
nieuwen vereerder in een ulterzt gelukkige
stemming gebracht. De tweede maal, dat hy
haar ontmoette, was ze even vriendeiyk ge
weest, had zelfs nog veel aardiger met hem ge
praat en Jan. die een voorultzlenden blik had.
zag reeds een zonnige toekomst. HU was er nu
wel niet direct zeker van dat zyn kans inder
daad zoo groot was en er bekroop hem een
eigenaardig gevoel, wanneer hy dacht aan een
blauwtje, maar „Wie niet waagt, wie niet wint",
zoo redeneerde Jan en hy nam zich voor zyn
kans niet voorby te laten gaan.
Het gezicht van de open poort sloeg hen mei
verrassing De blsschoppeiyke koets versperde
den ingang en een tydje aarzelden ze, ontsteld
door de geheimzinnigheid van het huls en de
vreemde plechtigheden, die daar binnen plaats
grepen. Een stuk ofo ne, stoutmoedig t van
aard, stopen wat dichter by. De blsschoppeiyke
bedienden dachten er natuuriyk niet aan eeni-
gen tegenstand te bieden. Maar juist t feit, dat
zU geen weerstand ontmoetten, hield het 8e-
peupel een oogenbllk terug. Enkele andere
mannen waagden zich op ’t voorbeeld der
eerste onder de poort. Hierop begonnen »er-
schUlende vrouwen hun kyvend toe te roepen
den Engelschman naar bulten te sleepen
Elkander ophitsend drongen de Lugarenos nu
verder de poort binnen.
Een enkele zwarte, als eenlge wacht by de
poort achtergelaten, brulde hun toe: „Arrtal....
Terug I”
*t Bleef zonder uitwerking. Velen stroomden
naar binnen, ofschoon natuuriyk het grootste
gedeelte van de bende bulten bleef. De zwarte
rolde met z’n groote oogen. Hy kon ze niet
tegenhouden; zyn post wilde hy niet verlaten;
schieten dorst hU niet. „Terug! Terug!" her
haalde hy.
„Niet zonder den Ingles!”
Intusschen hadden de negerbedienden zich op
gesteld op de trappen met de wapens, welke ze
boven maar voor de hand vonden.
Pater Antonio rende. O’Brien opzij stootend,
de kamer uit en strekte met driftig gebaar «Un
armen over de oalustrade.
.Goddeloozen." riep hij. .verlaat dit huis des
Aan het hoofd van een der laatste legers van
vrywllllgers in MandsjoerUe. die den strijd te
gen de gecombineerde strijdkrachten van Ja
pan nog hardnekkig volhouden, staat een jong
meisje, dat zich vooral ondersche dde tijdens de
operaties In de provincie Fengtien.
Aan vele gevechten nam zy deel en
altyd ongedeerd weer te voorschyn.
Naar men zegt, heeft zy eens eigenhandig
vyt Japansche soldaten ontwapend en gedood.
Wegens haar moed en goede diensten is zij
aoodan'g
waardsvolle inlichtingen los te krygen van Ja
pansche agenten.
In Moekden werd zy verraden, door de
penners gevangen genomen en opgesloten.
ZU wist echter haar bewaker te dooden
met diens geweer naar Peking te vluchten, van
waar zU zich opnieuw by haar manschappen
voegde om den strijd voort te zetten.
„Ik zal ik moet Ik duwde hem op zU
Don Balthasar nam my bU den arm. „Mis
leid gepeupel!" fluisterde hy. „Ze zyn my in
den laatsten tyd een bron van smart geweest.
Maar deze goddelooze dwaasheid is ongeloofiyk.
Ik zal hun bevelen weer by zinnen te komen."
Don Balthasar strekte «Un hand uit over de
balustrade, wat beneden allen achteruit deed
wyken. Ik vroeg my af. waarom de zwarten op
de trap geen uitval deden om ineens den hot
vry te maken; maar misschien was er met zulk
een bende nog bulten de poort een begrypeiyke
aarzeling om een beslissing te wagen. De Luga
renos mompelden: „Kyk naar den Inglez!" en
riepen daarna gezameniyk uit; „Excellentie,
lever ons dien Inglez uit!"
Don Balthasar leek plotseling tien jaar jon-
;t Hoogerhuls heeft een voorstel aange
nomen tot invoering van de „24-uren-
klok” voor de Posteryen. Aldus is de
eerste stap gedaan in de richting eener „her
vorming". welke indrulscht tegen de traditle-
llefBe van het Engelsche volk.
De „24-uren klok" is op het vastetend reeds
lang niets nieuws meer. De spoorwegen hebben
haar bUna algemeen ingevoerd op voorbeeld
van België, zoo wy ons niet vergissen- Maar in
Engeland was men er niet van gediend. Eeuwen
teug had men door middel van de initialen A M.
(Ante Meridiem) en P. M. (Post Meridiem)
•angeduld of een vóór- dan wel na-mlddagiyk
uur bedoeld werd, en het tend was er groot.
«Ik en machtig by geworden.
Den laatsten tyd evenwel wordt er krachtig
geyverd voor een algemeene invoering der .34-
uren klok”. Ofschoon de EngoJaehen traag zyn
in het aanvaarden va^.mieuwlgheden" zyn zy
steeds yverig geweest in het platonisch propa-
geeren van hervormingen. Misschien wel omdat
bet hun zoo aangenaam aandoet tenslotte tot
de conclusie te komen dat het toch maar het
beste is de dingen te laten zooals zy zyn.
Voor den Engelschman zotf het leven zeker
veel van zyn aantrekkeiykheid en eerbiedwaar
digheid verliezen wanneer hy eiken avond met
den trein van ..half past seventeen" inplaats
van „half past five, P. M.” huiswaarts keerde
Een Kerstfeest dat om „nineteen o'clock” be
gint. is geen Kerstfeest Een kind dat om ,a
quarter past twenty three" geboren wordt, is
geen kind.
Sinds eenlgen tyd pogen ingezonden-stukken-
achrUvers in de „Times” aan te toonen dat
zoon Kerstfeest wel een Kerstfeest, en zoo’n
kind wél een kind is, maar dat wil er by de
groote massa toch niet in.
Een beroep op het praktische mist ook vaak
«Un uitwerking.
Een Engelschman. die in den afgeloopen Bo
mer FrankrUk bereisd heeft, onthult dat de
portier van zyn hotel te Lyon hem den trein
naar Marseilles heeft doen missen door 15 uur
21 om te zetten In 9 minuten voor half 3. HU
beweert dat iemand die in FrankrUk het ver
trekuur van een trein in een .Jndlcateur” heeft
opgezocht^, zelden onmiddeliyk weet met welk
uur op zyn horloge dit overeenkomst. Men hoort
altöd zooiets prevelen van: ..Vingt heures qua-
torze, ga veut dire.... pa veut dire.... hult
heures quatorse De meeste Fransche vrouwen
rekenen het zelfs op haar vingers na.
En dat noemt men praktisch I roepen de
Britten uit.
Misschien hebben zy gelyk. Maar zy hebben
een deel der autoriteiten leger, zich.
Op de eerste plaats de Astronomer Royal, de
hoogste offlcleele expert op het gebied van tyd-
rekenlng; deze is voorstander van een wyzer-
plaat met 24 cUfers.
Verder de ..Nautical Almanac”, het jaar
boek voor zeevarenden, welker redactie aan het
24-uren systeem de voorkeur geeft.
Erger dan dat: de departementen van oorlog,
marine en luchtvaart passen dit stelsel reeds
lang toe. zonder er evenwel al te openiyk voor
uit te komen ZU aanvaardden het tydens den
oorlog, daar dit noodzakeiyk was met het oog
op de samenwerking met de Fransche legers,
en hebben het sindsdien behouden.
Veertien jaren geleden onderzocht een door
het Home Office ingestelde commissie het heele
probleem, en kwam tot de conclusie dat er
geen bezwaren aan verbonden waren.
ger. Nooit had ik hem nog in zoo’n kaarsrechte
houding gezien.
„Zinneloozen!” begon hy, zonder eenlgen
toom.
„Hy gaat schieten I” gilde Castro’s stem
ergens in de galeryen.
Ik zag. ergens in de schaduw van de poort,
een rooden schicht flitsen. Een der Lugzoenoa
had op my gevuurd... Het geluid van bet schot
bereikte nauwelyks myn oor. zoo verzwakt
klonk het onder het gewelf vandaan. Don Bal-
thasar’s arm scheen achteruit te zwaaien.
Daarna voelde ik hem zwaar leunend op myn
schouder. Ik had geen besef van wat er gebeurd
was tot ik hem eensklaps zwak hoorde zeggen:
„Bidt voor my.”
Pater Antonio ving hem op in zUn armen.
Een seconde lang heerschte de meest dood-
sche stilte. Zy werd verbroken door een otsteld
gehuil beneden; en er klonk een doordringende
kreet van haar, van Seraphina:
„Vader!”
De priester, op één knie zinkend, ondersteun
de het zilverig hoofd, met de fyne trekken reeds
kalm by de aanraking des doods. Don Balthasar
I had myn leven gered; zyn dochter wierp zich
op zyn lichaam. O'Brien drukte de handen
tegen zUn voorhoofd en bleef roerloos.
De blsschop kwam langzaam op de gioep »o».
Gedurende een oogenbllk was zyn bevende ste.a
die de absolutlewoorden uitsprak, het eentge
geluld in het huis.
smaalde Jan. .Je
maar voor t zeggen heb
„Hoe vraag je meisjes?” informeerde Jan de
Ridder des avonds by zyn vriend Blommer. een
verstokt vrijgezel.
„Vraag me liever waarom een hond blaft en
een kikker niet." antwoordde deze grimmig
..Dat wil ik je gerust vragen, maar het Inte
resseert me op het oogenbllk absoluut niet,”
grynsde Jan „Ik wil alleen weten, hoe je meis
jes vraagt en anders niet. Ik wil trouwen, nou
weet je het.
-Trouwen." herhaalde Blommers en er kwam
een trek van weerzin op zyn gelaat. „Trouwen?
Nee. dat kun je niet meenen; je verkoopt lu
gubere grapjes."
.Xr is niks lugubers aan.” antwoordde Jan
vriendeiyk. .jy praat er alleen maar zoo over
omdat Je nooit de kans hebt gehad Maar wan
neer je Marietje eens zou zien, dan zou je wel
anders spreken, ventje.” En Jan liet een vol
ledige beschryvlng volgen van het blonde, vroo-
lyke Marietje met de blauwe oogen HU werd
welsprekend en hy schilderde de buitengewone
hoedanigheden van dit voortreffelyke meisje
met zulke helle kleuren, dat zelfs Blommers be
gon in te zien dat men aan zoo Iemand zyn
hart kan verliezen.
„Js.” zei de vrijgezel, nadenkend. „Ja, nou je
me dat allemaal zoo vertelt, geloof Ik wel dat
die jongedame heel wat afwykt van het ge
wone soort En ach. als Je nou per sé trouwen
wil, lykt het me ook het beste dat je dan maar
zoo’n meisje neemt."
.Neemt neemt
doet precies of Ik t
Ik kan toch niet naar haar huis gaan, aanbel
len en aan de deur roepen: „Ik neem d’r maart”
..Nee, dat gaat niet," moest Blommers toe
geven. „ofschoon je toch wel naar haar huls zal
moeten om met haar ouders te praten. Ken je
haar ouders?".
„Ze heeft alleen nog haar moeder, die Is al
een jaar of zes weduwe. Ik heb haar ook ont
moet en ze lykt me een heel vriendeiyke vrouw.”
„Dan zal Je met haar moeder moeten gaan
praten. Je vertelt maar precies wat je op je
hart hebt en wanneer je by haar even uitste
kend spreekt als je zoo juist by my hebt ge
daan, dan voorspel ik je een groot succes
..Zou je denken?" peinsde Jan En weet je wel
zeker dat ik eerst by haar moeder moet zyn?"
„Natuuriyk, kerel, wat dacht je dan. Als Je
dat niet doet, voelt ze zich gepasseerd en dan
behoef Je geen oogenbllk te denken dat je een
kans krygt.”
Jan vond het niet prettig meteen zulke ge
weldige stappen te moeten doen, maar ja, als
het dan toch beslist noodzakeiyk was. dan zou
hy door den zuren appel heenbyten en man
moedig op zyn doel afgaan. Wle weet hoe vrlen-
doods!” Bliksemend zagen z’n oogen op de
schavuiten neer, die met dommen blik omhoog
staarden.
„Geef ons den Inglez," gromden ze.
„Juan,” riep Seraphina van de kamer uit. Ik
stond op dit oogenbllk dichter by de deur, maar
niet binnen.
„De Inglez! De ketter! De verrader! klonk
een onderdrukt en boosaardig gemompel. Een
heesche, drieste stem riep: „Lever hem uit.
dan gaan wel”
„U brengt ons allen in dit huls in gevaar I”
siste O’Brien me toe.
„Senorita, doe *t niet, als ik u bidden mag.”
Met z’n lichaam verzperde hy Seraphina, die nu
naar buiten wilde snellen, den weg.
„U bent het!” riep ze. „UI Uw stem, uw hand
en uw laagheid!”
Haar heftigheid maakte hem verslagen.
„Wie bracht hem hier?” stamelde hU. „Moet
Ik dan altyd Iemand van dat vervloekte ras op
mijn weg vinden? Ik neem hem tot getuige
dat ik om uwentwil....”
Een angstwekkend gebrul: „Werp den En
gelschman naar beneden!” vulde het plein..
Ze begonnen daar driester te worden en het
woeste tieren van de menigte drong flauw tot
ons door.
O’Brien versperde den weg. Don Baltthasar
leunde op den arm van zyn dochter; zy. hoog
opgericht, met tranen nog in t gelaat en ver
ontwaardiging in haar blik, hy. getogen, en
met de kalme, fyne trekken, eigen aan zUn
ouderdom.
hebben, liet als plotseling tot het besef van zUn
plicht ontwakend, den arm zyner dochter los en
prevelde tot O'Brien: „Laat my den blsschop
voorgaan."
Met ontbloot hoofd verscheen
galery.
BU de verschynlng van Don Balthasar achter
de balustrade, waren de schurken beneden even
stil geworden. Duidelijk hoorbaar vroeg zyn
oude, werktuigelUke stem:
„Wat willen die menschen?"
Van de kamer uit riep Seraphina luid: „Zy
eischen het leven van onzen gast!” En O’Brien
verachteiyk aankykend, sprak ze: „Om u ge
noegen te doen.”
Don Balthasar wenkte my:
„Ga niet naar hem toe.” O’Brien.
vloot, en voor zoover onze manschappen hier
van de oorzaak geweest zyn hebben zy ons
land een beteren dienst bewezen dan zy toen
konden vermoeden. Want de Britsche aegcpraal
by Trafalger zou eenlge jaren later voor het
herstel onzer onafhankeiykheid van meer waar
de worden dan een .Bataafsche" overwinning
by Kamperduin had kunnen zyn.
Admiraal Duncan werd beloond met een jaar
geld van t 3000 en met den titel „Burggraaf van
Camperdown.” In 1831 werd zyn zoon tot G^aaf
van Camperdown verheven.
Thans is de titel uitgestorven. Zooveel te be
ter. Wy hebben de Ruyter niet tot baron van
Chatham en de Medway benoemd, ofschoon die
Chatham-débAcle voor Engeland heel wat
smadeiyker was dan de Kamperduln-affalre
voor ons. Een titel als „Burggraaf van Camper
down" is niet zoozeer een titel als wel een ezels-
trap.
gEgd.va^ v«e%^^ f3000.-f 750.-1250.- ’S? f 125.-^rXy7,nln^ f50.-b^ 140.- ML” ’vM
Doch tegenover al die offlcleele stemmen ver
heffen zich die van mlllloenen Engelsche vrou
wen. die indigestie zouden krijgen wanneer zU
een .aeventeen-o’clock tea" moesten verorberen
Het probleem zal dus in Engeland nog wel
lang blyven verkeeren in het stadium der open
bare discussie. Verreweg het meest praktische,
en tevens het eerwaardigste stelsel hebben na
tuuriyk de Chlneezen, die den dag verdeelen
in 13 uren of .achis”. die elk twee Westersche
uren lang zyn. Het Chineesche systeem is
minstens zoo oud als de Babylonische zonnewy-
waaraan wy onze indeellng in tweemaal
twaalf uren danken, en minstens zoo praktisch
als de 24-uren wyzerplaat.
IFTLAJTC /A ZQO'/T OTOPrt UIT
OnPOER WEG-
YjEUAóEM WE ZJJH
FUT iPE£L3AL vAT>f
wvmo ED GOl