DE NIJENRODE-ZAAK VOOR HET GERECHT r- Behandeling heden Inleidend verhoor aangevangen verdachten Zuiderzeefondsbegrooting voor 1934 MOORD TE VREESWIJK DINSDAG 13 FEBRUARI 1934 80 getuigen gedagvaard Lange voorgeschiedenis Koning bleef tutte henper toon Gedeeltelijke bekentenitten Negen De hoofd per toon Onnes hield geen woord zün. Volledige reconttructie Nuttige werken Geen wijziging Zoo mogelijk wordt nog dit jaar begonnen met de uitvoering der Noordootteljjke inpoldering DE MEMORIE VAN ANTWOORD Alleen Onnet, die nog tteedt ont kent, wordt pat 22 Febr. gehoord Een der omvangryktte en meett geruchtmakende ttrafzaken der laaftte jaren Verd. geeft toe, dat alles gebeurd is. om de verzekering te bewegen tot af gifte van de verzekeringspremie. HU ontkent echter met klem zelf ook maar een cent als belooning te hebben ont vangen Kasteel „Nyenrode’* (MOOA itnnp Suritp »a> Officier van Juetitie vraagt vrg- tpraak voor den verdachte Beheer en organitatie Werking van de Zuider- zeesteunwet 111111111111 lllllllllllltllllllltlllllllllllllllllil IHIIIIIIIIIIM wilde Onnes niet en en de een Het verhoor en pertinent trouwen* i B I Niet gevreesd behoeft te worden, dat een en ander afbreuk zal doen aan het ter hand ne men van andere werken, welke weliswaar voor lijdelijke werkverschaffing wellicht oeter ge schikt zijn gedacht wordt hierbij aan wegen en kanaalaanleg maar minder dienstig voor vestiging van een nieuwe gezeten bevolking. zijn, zijn D* Regeering meent, dat than* bet «ogen blik 1* genaderd aas de Noord-Oostelijke tn- poldering «er hand te nemen. ZU aai zoo me- geifjk neg te dH Jaar een begin maken met do *itvoertng. De Off. van JwaUtio aiaehte vr»gra*k me* den verdachte, aangesien men hier van aoed- weer kan spreken. Aan de Memorie is toegevoegd een Nota be treffende het beheer en de organisatie van de inpolderingen in het IJselmeer. waaraan wordt ontleend, dat de regeering thans een wetsont werp in gereedheid heeft doen brengen, waar bij de organisatie van allen arbeid nader wordt geregeld. Het ligt in de bedoeling te bevorde ren, dat dit wetsontwerp spoedig bij de Volks vertegenwoordiging wordt aanhangig gemaakt De rechtbank is als volgt samengesteld: Pre sident mr. J. O. de Vries, rechter mr. B. de Gaay Fortman, mr J. J. ter Maten en Mr. M. H. Bregsteln (bljzittend rechter), griffier mr. J. Spanjaard. In totaal zullen ongeveer 80 getuigen hun ver klaringen komen afleggen. Pres.: den?" Verd.: 1 8 t 1 r t leid door den Officier van Justitie Mr. Dr. J. A. van Thiel en den sub*. Offcier Mr. A. L. F. van Dullemen, welke laatste bet OM. ter zitting waarneemt. Daar deae inpolderingen in het IJvaelmser .voor werkverruiming een zeer geschikt object Onnes wordt verdedigd door Mr Th Muller Massls en Mr. N. J. C. Kappeyne van de Cop- pello, Koning door Mr. Max Levenbach. Wit braad door mr. Wilhelm Loeb, Bleslng door mr. F. A. Kokosky, Mees Gerritsen door mr. Th. Ba kens, Orotjohan door Mr. Benno J. Stokvis Maag door Mr. J. L. Frnkenhuis en Van Blns- begen door Mr. J. W. Schreuder. Voor Johanknegt zal optreden mr. Fr. Ko kosky. en voor zijn secretaresse (als zij ter zit ting moet verschijnen) Mr P. van t Hoff Stolk Het justitioneel onderzoek in deze zaak is ge- Met de arrestatie van den detective en zijn privé-secretaresse, begon het voorzichtig .ont warren" van den draad in de plotseling gebo ren .zaak Nüenrode”, waarbij kort na elkaar nog een zevental arrestaties werd verricht, het laatst van den kasteelheer Onnes zelf, op 9 Mei 1933. Juist op het oogenbllk dat deze ge reed stond naar het buitenland te vertrekken. Uit het vorenstaande mag niet worden af geleid. dat, naar de meening der Regeering, de werken alleen of in hoofdzaak het verschaffen van werkgelegenheid ten doel moeten hebben. Voorop zal moeten staan, dat de werken van voldoende nut zijn en dat zij, wanneer de tijd daartoe gekomen zou zijn, tot stand zouden worden gebracht. Vervroegde en veranelde uit voering van deze noodzakelijke werken zal bet doel der werkverruiming kunnen dienen. Met het oordeel van eenlge leden, dat bU voortzetting van den inpolderingaarbeid inpol dering van den Zuidwestpolder de voorkeur ver dient, boven die van den Noordoostpolder, kan „Ik spreek niet van stelen. Witbraad moest ze eenvoudig weghalen. HU kreeg daar De instructie in de zaak-Onnes van Neüen- rode heeft meer dan negen maanden in be slag genomen. Want al wist de justitie vrij spoedig na de arrestatie der betrokken perso nen. het logisch verband te leggen tusschm de vrü ingewikkelde gebeurtenissen, pw de beken tenis van een der arrestanten kon de mogelUk- heid openen, om deze veel besproken zaak ge heel te reconstrueeren. Zoolang dus de betrokkenen bleven ontken nen. hetzij geheel, hetzij gedeeltteljjk, kwam er geen schot In de zaak. Nadat Koning nu met Witbraad ruggesrpaak had gehouden, keerde hü naar Neyenrode te rug om de zaak tot in de finesses te regelen. Samen begaven zü zich naar de ridderzaal, waar de kostbaarste voorwerpen van de col- lectie-Onnes stonden opgesteld. Daar wees de kasteelheer de schllderUen, die moesten worden meegenomen, de vitrines welke de inbrekers zouden leeghalen en ook bestemde hü een hoe veelheid tafelzilver als buit, wAnt anders zou het „niet echt Ujken”. Alles werd zoigvuldlg aangeteekend op een schets van de zaal, welke Onnes aan Koning ter hand stelde. Ook gaf Onnes nauwkeurig aan, hoe de Inbrekers door het verbreken van bepaalde ruitjes 1 gemak kelükste de glas-in-lood-vensters konden ope nen, om zoo binnen te komen. Het liefst had Koning de zaak met Onnes en Witbraad samen geregeld, maar de kasteelheer wilde geen derden persoon ontmoeten en zoo kreeg Witbraad van Koning de aanwijzingen, boe de inbraak moest geschieden. Witbraad stevende met de „opdracht” in zijn zak naar zün vrienden, de Amsterdamsche on derwereldkoningen Frits Bleslng en Mees Ger ritsen, die voor dat „kraakje" wel de geschikte .zware Jongens" wisten. „Mees en Blees” heb ben toen de „jongens” van Bimbergen en Grot- Johan en Maag „aangezocht" de inbraak op te knappen tegen een ruime belooning uit de 12.000, die bü bet welslagen der zaak via Ko ning en Witbraad zouden afkomen De jongens kregen nauwkeurige instructies, die zij op den af gesproken nacht prompt hebben uitgevoerd. Op 1 Maart 1932 berichtten de dagbladen, dat inbrekers op Neyenrode hun slag hadden ge slagen en er voor een kapitale som aan kost baarheden was bult gemaakt. De minister zal den nieuwen dienst zoo spoe dig mogelük inrichten, omdat deze den ver deren inpolderingaarbeid en den overgang naar de defintleve organisatie op wettelüken grond slag zal moeten voorbereiden. De algemeen* leiding dient in handen te zijn van hem, dia de financieel-economische leiding heeft. Daar een belangrijke arbeid te wachten staat ligt het voor de hand, dat alle zorg besteed wordt aan het ultvoerapparaat. Wat de voor bereiding van de zuldelüke polders betreft wordt nog medegedeeld, dat bet in het voor nemen ligt, deae inpoldering raad* aanstond* in studie te doen nemen. Men zal zich herinneren, dat wü eenlgen rijd geleden melding maakten van een doodsleg te Vreeswük gepleegd. Twee personen hadden elkander in deze ge meente op een avond ontmoet; tusschen hen waren woorden gevallen, welke tenslotte leidden tot een vechtpartü Hlerbü werd C. van S. door een 24-jarigen User wei kei F. J. van H zoodanig met een scherp voorwerp gestoken, dat deze kort daarop aan de bekomen verwondingen is overleden. Hedenmorgen diende deze zaak voor de voudlge kamer te Utrecht. President der Rechtbank was mr. van der Meulen. Officier van Justitie mr. Camphuyz. verdediger van den verdachte F. J. van H. mr. Adrian, advocaat en procureur te Utrecht. Door den president ondervraagd bekende de verdachte in den avond van 20 Nw. te Vrees wük twee vülen te hebben gekocht. Uit den winkel komende met deze voorwer^vm in den zak werd verdachte gewaarschuwd nite den dük op te gaan daar van 8. hem stond op te wachten. Verdachte schonk echter geen aandacht aan deze waarschuwing. opdracht toe.” Uitvoerig vertelt verd. dan. welke miniatu ren en schilderijen moesten worden weggehaald. Witbraad was naar Nüenrode gegaan, om het terrein te verkennen. Hü had Onnes toen niet gesproken. Later had W. aan verd. Koning verschillende vragen gesteld over kasteel en omgeving Koning had nadere inlichtingen aan Onnes gevraagd, die een scetsteekenlngetje voor hem had gemaakt De hoofdpersoon Onnes bleef en bluft nog steeds hardneklg ontkennen schuldig te zün. We Wordt dit ontwerp aangenomen, dan zal de geheele inpc ideringsarbeld. met de daaraan te verbinden verordenende bevoegdheid op wa terstaatkundig terrein, geleld worden door een openbaar lichaam, terwül een zelfstandige at- deellng van dit orgaan met een eigen bestuur het gemeentelük beheer aal voeren, met dien verstande, dat in de hoofdleiding bindend contact aal worden gelegd soms in een detective-story aantreffen: slim in sommige opzichten, handig, een man met re laties, tamelijk üdel en uitgerust met een groot* dosis fantasie. Hü zette dan ook in zijn fantasie complete hoofdstukken uit ouderwetsche griezelromans in elkaar, zooals gemaskerde conferenties, ont moetingen op donkere wegen in auto's etc. Dit alles om de verzekeringsmaatschappijen,*'waar mee hü zich ip verbinding had gesteld, te doen gelooven, dat hü hard aan het werk was om den bult terug te krijgen, terwül deze Inmiddels al door de dieven bü hem was gebracht. Maar er lekte wat van uit, dat de verzekeringsmaat schappij en dieven aan 't onderhandelen zouden zün en eerstgenoemde vond X toen maar beter hier niet mee door te gaan. Intusschen was er een jaar verstreken en de verzekeringsmaatschappü moest uitbetalen. Een dading van 72.000 werd gesloten, welk bedrag aan Onnes werd uitbetaald. HU ontkende den verslagene bU een strooperz- affalre te hebben verraden. De President doet dan nog eenlge vragen met betrekking tot het gestolene. Rechter mr. de Gaay-Fortman: „U dacht, dat Onnes in goeden doen was, maar wat dacht u weL nadat hü u dat voorstel had gedaan?** Tot zoover was alles dus goed gegaan en had Onnes nu de beloften jegens zün helpers na gekomen, dan waren de gestolen voorwerpen vernietigd geworden de bedoeling was ze ergens in zee te laten verdwünen en er had waarschünlük geen haan meer naar gekraaid. Onnes echter bleef, nadat hü kort na de in braak 1506 aan Koning ter hand stelde, die het geld weer doorgaf aan Witbraad. verder in gebreke. Hü gaf geen geld meer en de „jon gens”. die de dutten best konden gebruiken, werden ongeduldig. ZU dreigden aanvankelijk nog via Witbraad en Koning, maar toen ook dit zonder resultaat bleef, schreef Witbraad aan Onnes een brief en beloofde hem een „visitekaartje". Plotseling kreeg de politie een flaconnetje in handen, afkomstig van de in braak op Neyenrode. Aan Onnes werd hiervan mededeellng gedaan. HU was hevig ontsteld, maar in plaats van den wenk te begrijpen, wilde hü den .Jongens” nu absoluut niets meer geven. Deze zochten daarom hun recht langs een an deren weg. ZU wendden zich tot Johanknegt, een „detec tive" met connecties in „boven"- en „onder"- wereld. „Als er geen geld van de zijde van Koning- Onnes komt, dAn is het maar het beste om wat te verdienen aan de verzekeringsmaat schappijen". aldus redeneerden de heeren. Ze hadden hiervoor bü den rechten man aange klopt. Johanknegt is een man, zooals we ze hebben onlangs een onderhoud gepubliceerd met e zün verdedigers, mr. Th. Muller Massls en Cap- peyne v. d. Coppello, die ons het standpunt van hun client uitzetten. Over de houdbaarheid van diens stellingen waarvan de inhoud is samen te vatten in een paar woorden: „Niet ik, maar Koning” zal de rechtbank moeten oordeelen Volgens Onnes zou de heele comedie op touw zün gezet door Koning, die pas later aan Onnes zou hebben ‘verteld, hoe de vork in den steel zat. Onnes beweert voorts, dat het verschil tus schen verzekerde som minus belooning hand langers eenerzüds en actueele verkoopwaarde anderzijds, veel te klein zou zün om zóóveel risico te loopen. Voorts bestrüdt hü. dat hü op het oogenbllk van de Inbraak aan den grond zat i Van zün flnancieelen toestand zullen we pas op de zitting een overzicht kunnen krügen. wan- neer de deskundigen (accountants) hun rap- i porten dienaangaande zullen hebben uitge bracht. Onnes beschuldigt Koning in deze zaak ook van poging tot chantage, wat. zooals wü reeds zeiden, dezen tot een volledige bekentenis heeft gebracht. o zün. niet alleen tijdens het indüken en ont ginnen, maar ook blüvend, nadat het nieuwe land is gekoloniseerd, ligt het in de bedoeling om deze inpoldering als zoodanig aan te vatten. De Minister kan de meening niet doelen van enkele leden, die het veelvuldig voorkomen van klachten omtrent de uitvoering van de Zulder zeesteunwet mede het gevolg achten van het ontbreken van een beroepsinstantie op de be slissingen van den Rüksdlenst. en hü is dan ook niet voornemens wUzlging van den Zuider zeesteunwet, als door enkele leden bedoeld, te bevorderen. Wanneer met visschers, die op jongeren leet- tüd op de Zuiderzee vlechten, bedoeld worden sg. Urker Noordzeevlaachera. kan de Minister antwoorden, dat om hen tot belanghebbenden te verklaren wetswUzlging niet noodlg la. omdat *1 reeds in beginsel als zoodanig zün er kend De Minister heeft op de begrooting voor 1933 een post van f 100 000 gebracht, ten einde op de wUze al* in de uitvoerige toelichting op de begrooting voor 1933 is vermeld, een begin te Bij Johanknegt echter bevonden zich nog de gestolen kostbaarheden en toen de politie terzake de valsche Turmac- bonnen huiszoeking bü hem kwam doen, vond men de miniaturen en daar mee het aanknoopingspunt van waar uit het kluwen der Onnes-affaire kon worden ontward. niet Worden ingestemd. De Minister sluit zich ook geheel aan bü die leden, die er op wezen, dat de Kamer de Zui- derzeeateunwet in den huldigen vorm heeft aanvaard en dat du* dient te worden volstaan met aandrang tot behoorlüke uitvoering van deze wet. Dat de Zulderzeesteunwet niet een schade regeling inhoudt, is juist. De meening evenwel, dat. wat nu geachledt, meer op armenzorg sou gelUken. acht de Minister niet juist Onder de voorgenomen maatregelen tot liquidatie ia niet begrepen een wetsontwerp, bedoelende tot alge heel* afrekening te geraken Bü de beoordeellng van de klachten, welke omtrent de uitvoering van de Zulderzeeateun- wet worden vemoanen, dient in het oog te worden gehouden, dat deze voomamelük ko- maken met de blüvende Staatsexploitatie in den Wleringermeer. Hoewel de Minister niet een voorstander is van de stichting van Staatalandbouwbedrüf. be staat bü hem in beginsel geen beswaar tegen het nemen van een proef De definitieve uitgifte van die gronden la nog niet aan de orde. Aanvankelük komt in aan merking de voorloopige uitgifte in tljdpacht, welke te züner tüd gevolgd wordt door nader vast te stellen definitieve stelsels. Op het oogen bllk zün nog geen cultuurgronden uitgegeven. Inderdaad worden de noodige maatregelen genomen en de noodige werken voorbereid ten einde te komen tot een definitieve pellverla- glng in het IJselmeer tot 40 cM. beneden NAP. Pres.: „Hebt u datzelfde schetsteekeningetje aan Witbraad gegeven?” Verd.: „Dat weet ik niet precies meer, maar bü Witbraad is een teekening gevonden, en ik heb geen nieuwe teekening gemaakt, dus aal het 't teekenlngetje van Onnes zün." <pjaa8jjjooo8uo> In verband met het feit, dat niet over de geheele linie volledige bekentenissen werden afgelegd in het vooronderzoek, worden de zaken afzonderlük en niet gevoegd behan deld, zoodat de verdachten als getuigen in eikaars zaken worden gehoord. De Rechtbank begint eerst alle verdach ten een inleidend verhoor af te nemen, behalve aan Onnes. De zaken worden dan geschorst en de een na den ander afge werkt, beginnende met de aaak-Koning, vervolgens 15 Februari Witbraad, daarna Bleslng en Mees Gerritsen en eindelük de drie inbrekers. Onnes zelf zal pas op 22 Februari terechtstaan. In hoeverre Konlng s verklaringen in het voor onderzoek afgelegd, betrouwbaar zijn, zal de moeilijke taak van de rechtbank zün om te onderzoeken. Zün verleden is niet zeer fraai. Koning bekende in de instructie, nadat Onnes hem van chantage had beschuldigd. Oorspron- kelük zou er het is hier Koning. die spreekt een afspraak zün geweest om te zwijgen door dik en dun. Witbraad is minder volledig in zün beken tenis. Hü hult zich in een waas van on wetend - heid. „Pas toen de inbraak al lang pleegd werd het me duidelük, dat verzekeringen trilde opllchten.” De inbrekers noemen zich bü voorkeur „ver huizers”. Het middernachtelUk uur was hun niet als erg vreemd opgevallen, „want dat komt in Amsterdam wel meer voor”. Ook de detective Johanknegt legde een ge deeltelijke bekentenis af betreffende zün rol als „tusschen-persoon”. Met de inbraak zelve had hü natuurlük niets te maken. Onnes heeft het al weer aan zichzelf te dan ken gehad, dat het zoover gekomen is. Ook Koning volhardde in zün zwügzaamheid. Hü en Onnes waren ultdrukkelük overeen gekomen, elkaar nooit te verraden. Onnes echter, steeds meer verward in de netelige positie, waarin hü tüdens de verhooren door den rechter-com- mlssarls geraakte, beschuldigde op een gegeven oogenbllk Koning van chantage. Dit was Koning, naar hü zegt, te veel. Wat er ook tus schen Onnes en hem mocht zün voorgevallen, chantage had hü nimmer gepleegd. Zelfs had hü van alles, wat hü voor Onnes .geredderd” had, vrijwel geen voordeel genoten. Na de laffe aantüglng van Onnes achtte Koning zich dan ook niet langer aan de afspraak gebonden en legde een volledige bekentenis af. Na voorlezing van het deskundigenrapport de doodsoorzaak werden de getuigen gehoord. De eerste getuige, die op den dük we* ge weest had verdachte niet gezien, hoorde ech ter gekerm en vond na eenlg zoeken den ver- slagene aan den kant van den dük HUI* hulp gaan halen en met zün vieren hebben zü den verslagene naar hult gebracht, waar deae ver klaarde door van H. te zün gestoken. Den sleepbootkapitein had van 8. bedreigin gen hooren uiten tegenover van Hterwül een venter van S. had gezien, toen deae den ander stond op te wachten. De patroon van den verdachte zei, dat deae een bijzonder rustig en ordelük type waa Het is de vrü onverwachteche be kentenis geweest van Onnes' com pagnon Koning, welke de Justitie in staat stelde de instructie te besluiten, ongeacht heid der In den vroegen morgen van 1 Maart 1932 werd het rustige dorpje Breukelen opgeschrikt door een Inbraak, welke was gepleegd in het statige kasteel Nüenrode. Uit de ridderzaal van het kasteel was dien nacht een aantal kostbare miniaturen. schllderUen. sieraden en een hoeveelheid tafelzilver gestolen, alles bü elkaar ter waarde van ongeveer een ton. De dorpspolltie en later het Utrechtsche parket, stelden ter plaatse een onderzoek in. Reeds onmlddellük werd er gefluisterd, dat de zaak niet pluis was. De inbraak sou gefingeerd zün geweest. Het ging om de hoog* verzeke rtngssom, zelden de geruchten. Maar even snel als deze praatjes in de wereld kwamen, even spoedig hepen zü weer dood. Het Justitioneel onderzoek leverde niets op. Spoedig was men het geheele geval vergeten. Tot plotseling in het voorjaar van 1933, dus meer dan een jaar later, een huiszoeking in Amsterdam, een geheel andere zaak betreffen- den de aanmaak van valsche Turmacbons een aanknoopingspunt bracht. Bü deze huis zoeking in de woning van den particulieren de tective Johanknecht aan de Stadhouderskade, kwamen te voorschünminiaturen, aange geven als gestolen uit kasteel Nüenrode. de mindere openhartig- mede-verdachten en het ontkennen, waarin Onnes ook thans nog volhardt. men van hen, die ingevolge de Zulderzee steunwet niet kunnen worden geholpen en voor wie ook de Zulderzeesteunwet niet in het leven werd geroepen. Inderdaad zou het een groot bezwaar Indien een belanghebbende, die eenlgen steun geniet en iets zou trachten bü te verdienen, van den steun werd uitgesloten. Dit is dan ook niet het geval. Wel moet rekening owrden ge houden met die verdienste bü het bepalen van de geldelüke tegemoetkoming. De normen voor toekenning van geldelüke tegemoetkoming aan belanghebbenden, aan wie als gevolg van de afsluiting voldoende midde len tot levensonderhoud gaan ontbreken en die daarin door aanwending van eigen arbeids kracht niet kunnen voorzien, worden door den Minister voor de tegenwoordige omstandigheden redelük geacht. Verhooging van deze nermen kan deer hem niet worden bevorderd. Het aantal vergunningen voor het bevtsechen van de afgesloten zee Is niet onbeperkt, omdat daarbü rekening moet worden gehouden met de instandhouding en ontwikkeling van den vlsch- stand. De door eenlge leden gestelde vraag, of de wlervlsschers op de waddeneilanden, die thans in zeer treurige omstandigheden zouden ver- keeren, niet dienen te worden beschouwd als slachtoffers van de afsluiting, wordt door den Minister ontkennend beantwoord. De zttting De eerste dag van de Onnes van Nüenrode- zaak. Al lang voor het aanvangsuur slaat, is het druk in en om het Paleis van Justitie aan de Prinsengracht te Amsterdam. De belangstelling voor de publieke tribune is buitengewoon groot, een lange file staat gedul dig te wachten en hoopt een plaatsje te vinden om deze belangwekkende zaak van nsbü te kun nen volgen. De erde in de zaal wordt vóór den aanvalg der zitting op uitnemende wüze gehandhaafd door een aantal rUksveldwachters. De pers is in grooten getale aanwezig en voor we de zaal in mogen worden de kaarten danig gecontro leerd. Tegen tien uur wordt het publiek op de tri bune toegelaten. Ook op de gereserveerde plaat sen in de zaal hebben velen een’ plaatsje ge vend.n. Op het podium zün stoelen bUgezet voor belangstellenden van de züde van parket of rechterlUke macht. Vandaag stonden terecht Koning, verdedigd door Mr Max Levenbach; Witbraad, verdediger Mr. W Loeb; Maag, verdediger mr. J. C. Fran kenhuis; van Blnsbergen. verdediger Mr J. W Schreuder en Grootjohan, verdediger Mr. B. J. 8. Stokvis. Het O. M. wordt waargenomen door Mr. A. L. L. F. van Dullemen. De rechtbank wordt gepresideerd door Mr. J. Q. de Vries, rechter* mr. B. de Gaay Fortman. Mr. J. J. ter Maten, en Mr. M. H. B. Bregsteln (büzittend rechter), griffier mr. Spanjaard. Te tien uur'precies komt de rechtbank bin nen. Eerst wordt nog een onbelangrijk „verzet- zaakje" afgehandeld. Vervolgens wordt dan binnengebracht K. A. Koning. een 81-jarige Koopman. Na de ge bruikelijke vragen betreffende naam. ouderdom en woonplaats, is het woord aan den Officier van Justitie, die met duldelüke stem de dag vaarding voordraagt, waarin aan verdachte me deplichtigheid aan oplichting ten laste wordt gelegd. Uitvoerig hebben wü den inhoud hiervan reeds gepubllce«Ml. In deze dagvaarding is opgeno men een uitvoerige beschrüving van de wüze. waarop de inbraak in elkaar werd geaet en waaruit de uitkeering van de verzekeringsmaat schappü volgde. De dagvaarding beslaat 14 follo-vellen, zoo dat de voorlezing ongeveer 35 minuten in be slag nam. Nüenrode-zaak IX Koning maakt een kalmen, verzorgden in druk. HU hoort de lezing der dagvaarding met gebogen hoofd aan De getuigen. Inspecteur van politie Posthuma en de rechercheurs Loomkn en de Welllé, die het onderzoek hebben geleld, worden vervolgens na elkaar voorgeroepen en betedlgd. Zü mogen dan weer gaan zitten. De secretarle-ambtenaar Mr. van Glnkel, uit Breukelen, komt dan voor het getulgcnhekje. HU was op 1 Maart 1932. 's morgens om negen uur opgebeld door den heer Onnes, die hem vertelde, dat er in den afgeloópen nacht Was Ingebroken. Hü verzocht polltle-asslstentie. Getuige had de boodschap direct doorgegeven aan den burgemeester van Breukelen, die zich in de wethoudersvergadering bevond. Op den Lekdük gekomen werd verd. door van 8. aangevallen. H. Vluchtte, maar werd ingeahald. Uit noodweer heeft verdachte een der vülen getrokken en hiermede den ander afgeweerd. BU dat afweren heeft verd. niet geweten, zün aanvaller aoo ern stig te ehbben geraakt. De president deelde dan mede, dat een over den verd. Ingekomen rapport seer gunstig is. Na dit korte inleidende getuigenverhoor werd verdachte gehoord. HU verklaart een vriend van Onnes te zün geweest. De vriendschap duurde tot *25. Later in Januari 1932 had hü Onnes weer gesproken Pres „Wat was daar de aanleiding voor?" Verd.: „Ik had In Januari 32 hulp noodlg, ik hoorde van een vriend, dat Onnes weer in goe den doen was en daarom zocht ik hem op. Ge tuige had een financieel* zaak met verd. On nes besproken. Pres.: „Waar ging dat over?” Verd „Over de financiering van Hollandsch Grondcredlet. Als u dat wenscht, zal ik X u in büzonderheden vertellen.” Pres.: „Daar zult u later gelegenheid voor hebben." Verd „Dan zal ik me beperken....” Toen verd. bü Onnes kwam had deze hem zün kunstschatten getoond. Hü weet echter niet precies meer, wanneer het eerst over een gefin geerde inbraak was gesproken. Onnes had gezegd, dat in een der zalen wel voor drie tot vier mllhoen schllderUen hing. „Ik zei toen aldus verd. U loopt een aar dig nslco Oh, had Onnes toen gezegd, we zUn safe, we zün verzekerd tegen diefstal en vernie ling. Onnes had toen verder gezegd: „als er Iets verdwünt, wordt je royaal schadeloos ge steld." Uit Konlngs mededeellngen kreeg nu de justitie een volledig Inzicht in den loop der ge beurtenissen. Koning kende Onnes pas een half jaar Einde 1932 kwam hü met den kasteelheer in contact en bezocht hem op Neüenrode. Onnes liet hem het kasteel zien met al de kost baarheden. die hü er had verzameld. bent U niet bang, dat ze hier op een ge geven oogenbllk de boel weghalen Het is voor "n gewieksten inbreker al een heel klein kunstje" merkte Koning toen op. „Laten ze gerust hun gang gaan, desnoods vannacht nog," had Onnes toen geantwoord. .4e spullen zün goed verzekerd." Op dat oogenbllk hechtte Koning geen bü- zondere beteekenls aan die woorden, maar later dacht hü er eens over na. Hü had een relatie, den bloemenhandelaar Witbraad te Amsterdam, die in moellüke omstandigheden verkeerde. Aan Wltbrand deelde hü mede wat Onnes hem over de kostbaarheden op Neüenrode had ver teld Wilbrand vond daar veel muziek in zitten. Met alle plelzler wilde hü den heer Onnes van het een en ander ontlasten. Koning beloofde daarop Wltbrand met Onnes in contact te brengen Ook de kasteelheer vond Konlngs idee niet kwaad, maar Wltbrand wilde hü in geen ge val ontvangen. Wanneer Koning als tusschen- persoon wilde fungeeren, was het hem best. Onnes en Koning maakten nu een plan op. Wanneer de inbraak en de diefstal van bepaal de. door hem aan te wüsen kostbaarheden zou gelukken, was hem dat 12.000 waard. Dat bedrag sou aan Koning met een week of zes worden uitbetaald. Onnes rekende er op. dat binnen dien tüd de verzekeringseoui was af gekomen. Mr. Adrian, de verdediger, sloot steh aan bü hot requisitoir van den officier. Indten de recht bank echter een ander oordeel zou blüken te hebben dan wilde pleiter in verband met hst gunstig leven van den verd. -ersneb—om een voorwsardelüke straf. Uitspraak over 14 degen; Den tweeden keer, dat ik hem sprak, zoo ver volgt get., kreeg ik een direct voorstel. HU had een 50 A 80 miniaturen en eenlge echllderüen. Onnes vroeg me toen, die miniaturen en schil- derüen zelf weg te halen, ’s nachts met de boot naar Engeland te gaan, om ze dan over boord te gooien. „Och, aldus Koning, ik had wel een* meer vertrouwelüke dingen met hem besproken. De schilderijen, uit de Ujst gehaald, aldus had Onnes gezegd, waren gemakkelük mee te ne men. Ook de miniatuurtjes zouden gemakkelük mee te nemen zün.... Het plan was tot in büzonderheden bespro ken. 's Nachts zoo stelde Onnes aan verd. voor moest de „poet” worden weggehaald. Verd. kon dan loopende naar Utrecht gaan .Maar, aldus Koning, ik ging er niet op in, want ik had in die dagen last van een blaffen- den hoest en ik wilde m'n gezondheid niet in de waagschaal stellen. Maar ik heb hem toen gezegd aldus verd., dat ik m'n best sou doen om iemand te vinden, die het zaakje zou willen opknappen. Er was bü dat eerste onderhoud ook over de belangengemeenschap Onnes-Ooud- stlkker gesproken. Kort na dit onderhoud bad verd. toevallig Witbraad ontmoet en hem het plan uitgelegd. Deze had er wel ooren naar en had gevraagd, wanneer hü den kasteelheer kon spreken On nes wilde Witbraad echter niet ontmoeten Onnes bleef op zün stuk staan en hü vroeg m« de onderhandellngen te voeren, wat ik helss» gedaan heb, aldus verdachte. Pres.„Wat werd er over de belooning vast gesteld?" Verd.: .Aanvankelük werd er gesproken over f 5000. later is het f 8000 geworden. Als ik me niet vergis. Een deel sou direct na de in braak worden uitgekeerd 1500) en de rest na de uitkeering der verzekering." Pres.: .Hoeveel zou u krügen?” Verd.: „Ik niets!” Erg nauwkeurig is verd. in sUn cüfen niet, hü weet niet precies meer, hoeveel er aan Wit braad zou worden uitgekeerd. Hü spreekt nu weer over 12.000. Maar aldus verd daar ---- aan. want de opbrengst uit de verzekering zou ruim f 58.000 bedragen dan vond Onnes, dat er niet genoeg overbleef. „Wat moest er precies gestolen wor- De hoofdpersoon van de zaak, die thans voor de rechtbank Is. de heer Onnes van NUcn- rode, heeft in verschillende kringen van stan ding. vooral in de financieel* wereld, 'n rol van beteekenls gespeelJ. Hü gold langen tüd als een zeer rijk man. die zich op het prachtig ge restaureerde Kasteel Nüenrode onder Breuke len voestelük had geïnstalleerd. Verschillende financieel* klappen bleven echter ook hem niet gespaard. Reeds in 1923 heeft hü een gedeelte van zün kunstschatten geveild, en die verkno ping bracht toen circa acht ton op. Later kwam de heer Onnes in connectie met den heer Goudstikker, voor wien hü vóór de beruchte „inbraak" optrad als een soort „ver tegenwoordiger". Het Kasteel Nüenrode werd waar het zich prachtig voor leende voor een deel Ingericht als toonkamer van de kunst schatten van de firma Goudstikker. De goede cliënten, dikwüls uit het buitenland afkomstig, werden door den kasteelheer ontvangen en kon den dan de verschillende kunstwerken en an tiquiteiten in eigen omgeving bewonderen enkoopen. Tot zoover is er op het gedrag van den heer Onnes die in zün omgeving zeer gezien was, hü was o.a bevriend met den burgemeester van Breukelen niets aan te merken en over zün rol in de oplichtingsaffalre zal de rechtbank moeten oordeelen, op wier oordeel het ons niet past vooruit te loopen. Thans ie de zaak-Onnes van rode, een der omvangrijkste en meest ruchtmakende strafzaken der laatste jaren, bü de hoofdstedelüke rechtbank in behandeling. Het gaat hier weliswaar niet om millioenen, de uitkeeringen door de verzekering gedaan, beloopen bedrag van ruim f 72.000, maar niette min is de belangstelling zeer groot. De wüze, waarop deze comi-tragedie is op gevoerd, ie dan ook intereeeant genoeg. Aan de Memorie van Antwoord aan de Tweede Kamer inzake de Zulderzeefondsbe- grooting voor 1934 wordt het volgende ont- leend De Minister is van oordeel, dat twüfel aan den wil van de Regeering om de inpolderingen in het IJaselmeer voort te zetten niet gerecht vaardigd ia. Dat de Regeering de noodige omzichtigheid moet betrachten en voordat met de uitvoe ring van werken, welke gedurende een reeks van jaren hooge eischen aan het Staatscredlet zullen stellen, wordt aangevangen voldoende zekerheid wil hebben, dat de werken binnen financieel bereikbare grenzen zullen blüven. mag onder de büzondere tüdsomstandigheden niet verwonderen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1934 | | pagina 19