Mensch en dier
H
Nieuwe crisismaatregelen
Medische Kroniek
Moord te Woerden
HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor IOcL
th. h. schlichting.
Voor Zelfscheerders
iü
De zaak Tonnet
TIJDVAK WORDT NADER
BEPAALD
ZATERDAG 17 MAART 1934
IDEEËN
LANDSKNECHTEN IHARCHEEREN OP
Meisjes op school
Verweer Dr. Schnitzler
Bedrijfsleider in hooger beroep
NA DE MUITERIJ IN IND1Ë
Bevestiging gevraagd
Mgr. Hilhorst
Frankrijk—Nederland
De kaakslag
Overeenstemming over weder-
zijdsche invoercontingenten
Man onder een trein
vermorzeld
Identiteit nog niet vastgesteld
Riettelers geholpen
Zoolleder
Invoerbeperking
Uitvoer van fruit, warmoezerij-
gewassen en aardappelen
zal gemonopoliseerd
worden
Mr. Donath, raadsman der familie
acht openbare behandeling
ongewenscht
Steun aan rietteelt
I
Ni
losge-
met
M
hoort
|ke factoren zijn thans op
tydgeest te
ook een
Bij de opening der groote Londensche landbouwtentoonstelling marcheerden ca
detten der militaire school te St. Pancras in historische landsknechts-uniformen
op en zongen oude soldatenliederen
dlgende met Ingang van nader by K. B. te be
palen tijdstippen.
De aanvang en het einde van deze tijdvakken
kunnen verschillend bepaald worden voor de ver
schillende producten; voor de verschillende soor
ten, kwaliteiten, bewerkingen en verwerkingen
van die producten alsmede voor de verschillen
de landen van uitvoer.
De telers zijn verplicht hun rietvelden geheel
af te snijden, van rulgt en onkruid te sulveren
en het afkomende gewas voor een ander doel te
Eerst een weinig Purol inwrijven
en daarna inzeepen; dan scheert
men zich schoon, zacht en pijnloos.
De raadsman der familie Tonnet mr. J. W. F.
Donath te Arnhem heeft een schrijven gericht
aan den psychiater Dr. Schnitzler, als antwoord
op een brief van laatstgenoemde, waarin deze
op openbare behandeling d.er zaak-Tonnet aan
drong, om zich daardoor te kunnen verdedigen
tegen publieke aanvallen op zijn persoon.
Blijkens het by deae beschikking gevoegde
Steunreglement Bladrlet, zal aan de boven
bedoelde producenten van bladrlet voor het
snijden en schoonmaken van de rietvelden, oogst
1933/1934 een steun worden verleend ten bedra
ge van t 12.50 per H. A.
In een nota naar aanleiding van het ver
slag over dit wetsontwerp zegt de minister
tot contingenteering van zoolleder enz.:
Is zoolleder een betrekkeiyk uniform pro
duct. het tegendeel geldt voor overleden dat.
gezien de onbegrensde vraag naar kwaliteiten
en variëteiten, een uitgesproken internationaal
karakter draagt. Een beschouwing van de po
sitie van de zoolleder- en de overlederlndustrle
op de Nederlandsche markt en de ontwikke
ling in den in- en uitvoer, moet tot de con
clusie leiden, dat bij de beoordeeling van deze
beide producten, en dus ook van daarop be
trekking hebbende maatregelen, in geen geval
dezelfde maatstaf mag worden aangelegd.
Afgekondigd is een Koninklijk Besluit, waar
bij de uitvoer van fruit en warmoezerygewas-
sen en van aardappelen gemonopoliseerd wordt.
Het treed morgen in werking.
Naar ons van bevoegde zijde wordt meege
deeld, zal aan de voorloopige plannen tot con
tingenteering van corsetten en bustehouders
geen uitvoering worden gegeven.
bestemmen dan voor bloembollen-bedekking.
Het bestuur van de Nederlandsche Orlend- en
Rletcentrale wordt gevormd door de heeren dr.
ir. C. K. van Daalen, te Bilthoven, G. Griffioen,
te Windeshelm, P. C. Kalis Azn. te Sliedrecht,
A. de Ruiter te Wolvega, J, P. van Voorst van
Beest te Zeist en J. 8. van Wagenberg te Vlij
men.
Als voorzitter zal optreden de heer dr. Ir. C.
K. van Daalen, als directeur der centrale Is be
noemd G. C. van Apeldoorn te Werkendam.
’tecaal elschte bevestiging van
Ebt Hof bepaalde de uitspraak
De Minister van Economische Zaken heeft
erkend als producenten van crisisproducten, de
Nederlanders, die in het telen van bladrlet hun
bestaan vinden of een aanmerkelijk gedeelte
van hun bestaan plegen te vinden en voor 1
Maart 1934 als rietteler zijn erkend door de
Stichting Nederlandsche Griend- en Rletcentra
le, gevestigd te Werkendam.
Na afloop van de conferentie, welke Vrijdag
middag te Parijs Is gehouden tusschen de Ne
derlandsche delegatie en Fransche deskundi
gen, werd aan de pers een mededeellng ver
strekt, waarin verklaard werd dat als resultaat
van de besprekingen een schikking is ontwor
pen over de wederzljdsche invoer-contlngenten.
De ontwerp-overeenkomst is nog in den na
middag op het ministerie van Handel goedge
keurd.
Deze overeenkomst is van dezelfde strekking
als die, welke reeds eerder door Frankrijk ge
sloten zijn, nadat dit land de politiek aanvaard
heeft van vaststelling van contingenten op ba
sis van wederkeerlgheld.
Frankrijk garandeert aan Nederland bet to
tale quantum der vroegere Invoercontingenten
als tegenprestatie voor de handhaving van den
Franschen uitvoer naar Nederland, zooals deze
In 1933 was.
De stabiliteit van het geld in Nederland, zoo
wordt in het communiqué verklaard, stelt
Frankrijk bovendien in de gelegenheid om de
overeenkomst stilzwijgend verlengbaar te ver
klaren.
In een nota naar aanleiding van het ver
slag over het wetsontwerp tot regeling van den
invoer van metaaldraadgloellampen zegt de
minister de door sommige leden gestelde vraag,
of contingenteering nog noodzakelijk is, zon
der meer bevestigend te kunnen beantwoor
den.
De minister kan zich geheel aansluiten by
de zienswijze van die leden, die het standpunt
innemen, dat de omstandigheden stellig niet
zóó gewijzigd zijn, dat een andere gedragslijn
zou zijn te verdedigen.
ot de uitwassen der Westersche bescha
ving van de laatste halve eeuw behoort
een overdreven liefde tot het dier. Men
zal zich van vóór den oorlog het ontstaan en
de propaganda der vereenlgingen voor dieren
bescherming herinneren, die een feilen strijd
aanbonden tegen het dragen van veeren, bont
vellen en alles wat van een dierenlichaam af
komstig is. Velen gingen zóó ver, dat zij wei
gerden dierlijk voedsel te nuttigen. De snelle
opkomst der vegetarische beweging in het begin
dezer eeuw is genoegzaam bekend. En al was
het motief voor het verzaken van vleesch op de
eerste plaats een hygiënische overweging, een
leer dat de mensch op natuurlijke wijze moet
leven en dat zijn natuur niet op het „verslin
den" van dierlijk voedsel te gericht; een tweede
motief van het vegetarisme was een ethisch
bjh. een afkeer van het slachten van dieren.
Een vegetariër was en te ook steeds een be
strijder van inenting en van vivisectie. Men
vond en vindt onder ben de grootste dieren
vrienden.
leer deser
met nadruk
BATAVIA, 18 Maart (Aneta). Het Hoog Mi
litair Gerechtshof behandelde hedenmorgen in
hooger beroep de zaak tegen den selnersmaat
J. B. M„ beschuldigd van schending van zijn
plicht tot geheimhouding van radlo-berlchten
aan boord van Hr. Ms. „De Zeven Provinciën"
De Zeekrygsraad te Soerabaja had dezen be
klaagde tot zes maanden gevangenisstraf ver
oordeeld.
De advocaat-fiscaal elschte bevestiging van
dit vonnis. Het Hof bepaalde de uitspraak op
23 Maart as.
Vervolgens stond in hooger beroep voor het
Hof terecht de matroos der tweede klasse K. L.,
beschuldigd van het niet aan zijn superieuren
aangeven van de geruchten die hij den avond
voor de muiterij uitbrak had vernomen. De
Zeekrygsraad had dezen beklaagde vrijgesproken
van het hem ten laste gelegde, en de fiscaal
had tegen dit vonnis hooger beroep aangetee-
kend.
De advocaat-fl
deze vrijspraak, i
op 23 Maart.
Mr Donath merkt in zijn brief op, dat oud-
gen. Tonnet in het gesticht te Zutphen te op
genomen op grond van een door dr. Schnitzler
afgegeven verklaring als psychiater. Tegen dezen
maatregel richt zich het verzet van de familie
en daarom acht mr. Donath het zeer onge
wenscht om thans bij den Officier aan te drin
gen een strafvervolging wegens beleedlglng door
te zetten.
Hierop heeft Dr. Schnitzler o.m. het volgende
aan mr. Donath geantwoord.
„Onder verwijzing naar het interviêw met den
heer Hartkamp gepensionneerd Schout bjj
nacht te Velp) stel ik vast, dat de openbare be
spreking van deze affaire niet voor mijn ver
antwoordelijkheid komt. Maar toch reeds in dien
zin weerloos, dat ik mij over de feiten zelf niet
mag uiten, heb ik en u wilt mij dit wel ten
goede houden het eenige middel aangegrepen,
dat mjj te mijner verdediging ten dienste staat,
nJ. de publieke mededeellng, dat ik de open
baarheid in deze zaak niet schuw en dat het
aan u als raadsman staat, te bevorderen,
dat de familie Tonnet sok m(j gelegenheid geeft
tot open verklaringen, en wel beëedigd, ten over
staan v. d. Rechtbank, den eenigen vorm waarin
spreken voor mij geoorloofd te daar waar zij
zelf bjj monde van haren vertrouwensman nu
eenmaal openbaarheid heeft verkozen
Wat uw opmerking ten opzichte van den gang
van zaken met betrekking tot mijn verklaring
betreft, zoo moge ik hierop antwoorden, dat ik
den heer Tonnet uitsluitend als verdachte in
drie strafzaken wegens beleedlglng heb onder
zocht. Slechts In die qualiteit heb ik conclusies
kunnen trekken en deze zoowel in een rapport
als in een verklaring volgens bestaand schema
ten dienste der Justitie neergelegd. Mijn des
kundig oordeel, waartegen de heer Hartkamp
zich richtte, kan alleen bjj een behandeling der
strafzaken maar dan ook,ten vollel tot
openbare uiting komen.
Ik zou dan ook voor dat geval niet nalaten,
den heer Hartkafap uit te noodlgen, als getuige
zijn meening te pissteen en toe te lichten
tegenover de mijne.
Het te daarom, dat ik het betreur, van u te
vernemen, dat u het xer ongewenscht acht
om thans bjj den Officier, die zich verplicht
heeft geacht uw <d.wx mijn. Dr. 8.) advies te
volgen, aar> te dringen, een strafvervolging we
gens beleedlglng door te zetten."
Ten aanzien van den uitvoer van komkom
mers, augurken, tuinwortelen, tomaten en aard
appelen naar België, vangt dit tijdvak aan met
ingang van den dag van het in werking treden
van dit besluit en eindigt dat tijdvak met in
gang van 1 Februari 1935.
Voorts te ten aanzien van den uitvoer van
kropsla naar Duitschland bepaald, dat het bo
venbedoelde tijdvak aanvangt met ingang van
1 April 1934 en eindigt op 1 Juni 1934.
Volgens dit besluit te de uitvoer van fruit en
warmoezerUgewassen, bewerkt of onbewerkt,
verwerkt of onverwerkt, slechts toegestaan aan
de Stichting Nederlandsche Groenten- en Frult-
centrale, gevestigd te ’s-Gravenhage. De uitvoer
van aardappelen, bewerkt of onbewerkt, ver
werkt of onverwerkt, te slechts toegestaan aan
de Stichting Nederlandsche Aardappelcentrale.
gevestigd te ’s-Gravenhage en zulks voor zoover
betreft aardappelen welke voldoen aan de bepa
lingen van de Pootaardappelwet 1932.
Dit besluit, dat aangehaald kan worden onder
den titel „Crisls-Tuinbouwbeslult 1934 II" treedt
in werking met Ingang van den tweeden dag na
dien van zijn afkondiging.
De maatregelen sullen gelden voor de tijdvak
ken, aanvangende met ingang van nader by Ko
ninklijk Besluit té bepalen tijdstippen en eln-
In den vroegen ochtend van 5 September van
het vorig jaar vond een inwoner van Woerden
voor het woonhuis van Van -. aan den Singel
het Hjk van Jonkheer van Ingen, directeur van
de dakpannenfabriek aldaar. Het bleek, dat het
slachtoffer door revolverschoten om het leven
was gebracht. Na onderzoek door politie en ju
stitie kon kort daarop de Duitsche bedrijfslei
der van de fabriek, H. A. W. J. B., worden aan
gehouden, die een bekentente aflegde. HU had
den vorigën avond veel gedronken en in be
schonken toestand was hy terechtgekomen in
de kamer van den directeur Jhr. van Ingen.
Een woordenwisseling was het gevolg. Op straat
werd de twist voortgezet. B. trok tenslotte in
razerny zijn revolver, waarmee hij drie doode
lijke schoten op den directeur loste.
De rechtbank te Utrecht veroordeelde den
man op 2 Januari j.l. wegens doodslag tot een
gevangenisstraf van zes jaar. Vrijdag diende
deze zaak in hooger beroep voor het Amster-
damsche gerechtshof.
Verdachte verklaarde, dat hy in hooger be
roep was gegaan, omdat de rechtbank zyn be
roep op noodweer had verworpen. In gebrekkig
Nederlandsch geeft verdachte een relaas van
het gebeurde. HU was eerst naar een fascisten
vergadering geweest, waarvoor hy een revolver
by zich had gestoken. Na de vergadering had
hij negen glaasjes bier en twee cognacjes ge
dronken. Toen was hy naar het huis van Jhr.
van Ingen gegaan, om te trachten de dienst
bode te spreken te krijgen. Door een open
staand raam te hy de woning binnengeslopen
en terechtgekomen in de slaapkamer van Jhr.
van Ingen. Er was ruzie ontstaan. Hy had zyn
bezinning verloren en geschoten.
Het psychiatrisch onderzoek heeft uitgewe
zen, dat de oorlog zUn stempel op verdachte
heeft gedrukt. Ook maakt hy veel gebruik van
alcohol. Op een vraag van den president, of het
verdachte niet te doen te geweest, om eens in
het huls rond te kUken en chantage te plegen,
ontkent verdachte dit met klem.
De deskundige, dr. v. d. Hoeven, was niet van
meening, dat jaloesie drijfveer tot dit drama
was geweest.
Naar aanleiding van het psychiatrisch rap
port stelt de verdediger, mr. Bourlier, eenige
vragen.
Mr. Bourlier: „Acht u verdachte volkomen
geloofwaardig?”
Dr. v. d. Hoeven: ,4a, inderdaad.”
Zoo bUv. steekt de strijd tegen de vivisectie
weer het hoofd op en wel onder leiding en aan
moediging van de meest vooraanstaande perso
nen. Een der eerste maatregelen van het nieu
we, Duitsche nationaal-socialtetlsche bewind was
een verbeterde wet op de dierenbescherming,
wat niet behoeft te verwonderen wanneer men
uit betrouwbare bron het volgende verneemt.
Onlangs zou RUkskanselier Hitler door een ge
mengd gezelschap, waaronder vele vreemdelin
gen, ontt angen worden. Op den drempel van den
salon deinsde hy plotseling terug, alsof hy een
flauwte naby was en verdween. Er werd mee
gedeeld, dat een dame een afschrikwekkend
groot vossenvel om den hate had; eerst wanneer
dit verwyderd was, kon de kanselier binnenko
men. Geen wonder dus, dat de bestrijding der
vivteectié in Duitschland weer sterk toeneemt.
Het kan zyn nut hebben, om over dit onder
werp eens wat meer mede te deekn. Onder
vivisectie verstaat men naar bekend mag
werden verondersteld het gebruiken van die
ren in laboratoria voor geneeskundige proef
nemingen. De bestrijders der vivisectie, die over
het algemeen gekant zyn tegen het dooden van
dieren anders dan om hen uit hun Ujden te
helpen, willen dit gebruik van proefdieren ver
bieden en liefst by de wet. De beweging te al
meer dan een halve eeuw oud en te in haar
opzet wel te verklaren, voor een deel zelfs te
respecteeren. De medische wetenschap ging in
de laatste helft der vorige eeuw met een vrij
plotselinge en groote vaart vooruit. Er ont
stond deels door het veel snellere en ge-
makkeiyker verkeer, waaronder ook de vluggere
geestelijke communicatie moet worden verstaan -
een wedstrijd tusschen de laboratoria, tusschen
de geleerden uit alle universiteitssteden der we
reld, die elkaar hun bevindingen overbrachten
en heel vaak elkander aanvulden. De chirurgie,
die groote triumfen begen te vieren, had zoowel
voor haar onderricht ais voor haar verdere
ontwikkeling proefdieren noodig. Eveneens en
meer nog het onderzoek naar ziekte-brengende
bacteriën en de bestrydlng daarvan door inspui
ting met bepaalde kiemstoffen. Vooral deze
laatste proefnemingen eischten veelal eindeloos
geduld, wat practisch zeggen wilde, een onder-
W>:k op honderden, soms duizenden dieren, om
te zien hoe deze na eerst ziek gemaakt te zyn,
op een bepaald serum reageerden.
Nu te het niet te ontkennen, dat er vooral
in den snellen opbloei van deze onderdeden
der medische wetenschap, vaak roekeloos werd
te werk gegaan; dat men de proefdieren noo-
deloos deed lyden; dat men er zich niet om
bekommerde hoeveel leed men zoo n dier aan
deed: „het te maar een beest!” Men nam de
moeite niet het dier onder narcose te bren
gen of plaatseiyk te verdooven; ’’er werden
dlkwyis proeven genomen uit sulver Ijdelheid,
alleen om tegenover elkaar te kunnen pron
ken, dus zonder eenig werkeiyk wetenschap-
peiyk nut. Daartegen ontstond in een periode,
die toehaal ietwat overbeschaafd, dus overge-
De Blsschopsconsecratie van Mgr. B. Hilhorst,
den nleuwbenoemden Apostoltechen Vicaris van
Bagamoyo, zal in de kerk ,De Posthoorn” te
Amsterdam, tot welker parochie hy vroeger be
hoorde, door Z. Exc. Mgr. Aengenent ver
richt worden vermoedeiyk op 1 Mei.
Met den Algemeenen Overste der Paters van
den H. Geest. Z. H. Exc. Mgr. Hunsec. werd
Mgr. Diepen, de Bisschop vin bet diocees, waar
Mgr. Hilhorst als Provinciaal der Paters van
den H. Geest resideerde, uitgenopdigd. om dau
by als mede-consecrator te fungeeren. Mgr.
Diepen, aldus de .JBt. Jansklokken". te echter
op 1 Mei verhinderd aan die uitnoodlglng ge
volg te geven.
Vrijdagavond te een tot nu toe onbekend
manspersoon op den spooriyn UitgeestBever
wyk, ter hoogte van den bewaakten overweg
in den 8t. Aagtedyk door den electrtechen
trein, welke 10.07 uur van Uitgeest In de rich
ting Beverwyk was vertrokken, overreden en
gedood.
schepsel en redeloos* natuur worden
laten.
Daarom moet by de opvoeding onzer heden-
daagsche jeugd de leer dezer verhoudingen
zuiver gesteld en met nadruk gepredikt
worden l LIBRA
De uitwassen van dierenliefde namen som
tijds ergerniswekkende vormen aan, zoo de
stichting van honden- en katten-kerkhoven,
waar de graven van overleden huisdieren van
kostbare grafsteenen en ontroerende opschrif
ten werden voorzien. Nu en dan ging er een
rilling van afschuw door de ryen van het ge-
sondvoelend publiek, wanneer uit Parijs of Lon
den of een ot andere Amerikaansche stad een
bericht kwam van de plechtige begrafenis van
een aap, die door een kinderloos echtpaar tot
walgens toe vertroeteld was en by zyn dood
met snikken en weenen in een plechtigen rouw
stoet ten grave werd gedragen.
De groote oorlog en het daarop gevolgde
tijdperk, dat uiteraard de sporen droeg van een
ruwen tijd, schoven deze aentlmentalltelten op
den achtergrond. Ook deze periode te alweer
voorby en er openbaart zich overal een nieuwe
geest, die ten deele weer tot het oude terug
keert.
▼oelig was, n.m. in het laatste kwart der vo
rige eeuw, een groote beweging en wel het
eerst in Engeland, wau de oppositie tegen
bepaalde methoden der vivisectie zelfs onder
een deel der medici uitbrak. Dit leidde in
1*75 tot de Instelling van een koninklijke
commissie en in 1878 tot het aannemen van
een wet, welke misbruiken zooveel mogeiyk
trachtte te voorkomen. Befaamd te verder de
brochure vaq Ernst von Weber: „Die Folter-
kammem der Wissenschaft", welke in 1879 in
Duitschland verscheen en daarna in Fransche
en andere (ook Nederlandsche) vertalingen.
Dese brochure was een hartstochteiyke aan
klacht tegen de vivisectie, een aanklacht, die
in haar felheid en realistische taal gaarne
telexen werd, maar Juist door haar op pro
paganda toegespitste uiteenzettingen vqle over
drijvingen en onjuistheden bevatte en zoo
doende door de mannen der wetenschap ge-
makkeiyk kon worden weerlegd.
De groote verdienste van het werkje was
inmiddels, dat de aandacht der geheele be
schaafde wereld op het vraagstuk was geves-
Ufd. Er ontstond een felle pennenstriJd
Een logée, die dien nacht in de woning van
Jhr. v. I. logeerde, vertelt, dat zy een hevig
gestommel had gehoord in de slaapkamer van
Jhr. v. L
Deze kwam later op de gang en vertelde zyn
logée, die ook uit haar kamer wa* gekomen, dat
de bedrijfsleider het huis was binnengedrongen
en in zyn slaapkamer was gekomen.
Jhr. v. I. bad aan getuige vertefd, dat hy den
Indruk had, dat B. de dienstbode had lastig
gevallen. Van Ingen had B. in huls een kaak
slag gegeven.
Pres.: „Weet u zéker, dat de heer van Ingen
u dat vertelde?”
Get.: ,^Ja, pertinent, hy zei erby, dat B.’s
mond bloedde.”
Pres.: „Had u dien nacht zoolang tyd om te
praten, meneer van Ingen te toch even later
naar bulten gegaan?”
Get.: „Hy is pas twintig minuten later naar
bulten gegaan om met B. te praten.”
De procureur-generaal elschte bevestiging
van het vonnis der rechtbank te Utr-cht. die
hem. wegens doodslag, tot zes Jaar gevangenis
straf had veroordeeld.
Mr. Bourlier: „Is het mogeiyk, dat hy, door
dat hy een kaakslag kreeg, zUn bezinning ver
loor, een deel der hersencentra werd uitgescha
keld en hy terugviel in de herinneringen aan
den oorlog?”
Deskundige: ,Ja. aangenomen, dat hU zyn
bezinning verloor, is dat niet mogeiyk!”
Mr. Bourlier: „Kan het zyn, dat het eerste
revolverschot hem instinctief dóór deed vuren?”
Deskundige: „Ja, dat te mogeiyk.”
Pres.: „Droeg u in het leger
revolver?"
Verdachte: ,4a, ik was sergeant-majoor.”
Pres.: „Hebt u ni den oorlog nog wel eens
met uw revolver geschoten?”
Verd.: ,4a, op een schyf."
et gebeurt eiken arts heriiaaldeiyk, dat
hy geroepen wordt om zUn oordeel te
geven over de gezondheid van een meisje
tusschen de 14 en 1* Jaren; een meisje dat de
H. B. 8., Lyceum, Gymnasium, of ook wel de
L. O. of M. U. L. O. school bezoekt, en over
wier gezondheidstoestand de ouders zich on
gerust maken, zy vreezen, dat hun dochter aan
leg voor tuberculose of dat zij bloedarmoede
heeft.
Wanneer men dan verder navraagt
men vaak de volgende bUzonderheden.
Sedert eenigen tyd heeft het kind moeite met
leeren. de aandacht valt haar moeliyk. de con
centratie te hoe langer hoe lastiger, en in en
kele gevallen te het meisje niet meer in staat
tot intellectueel werk. Maar dit laatste te uit
zondering, want zoover laten de ouders het niet
komen. Hoofdpyn is een der meest voorkomen
de klachten; een gezwollen, opdringende en
barstende hoofdpyn, vaak vergezeld van neus
bloedingen. Minder dlkwyte Hldt ook de spUs-
vertering; maar dit te geen wonder, want velen
gunnen zich den tyd niet om behooriyk te
eten, en half gekauwd worden de spUzen in
geslikt. Evenwel is er ook vaak gebrek aan
eetlust. Vaker hoort men klachten over verstop
ping dan over te veelvuldigen stoelgang en
diarrhee.
Vaak te het meisje mager geworden en bleek.
Duizelingen en hartkloppingen komen ook dik-
wyis voor; echter meer op ouderen leeftijd, wan
neer de meisjes 17, 18 Jaar zyn, dan in de
vroegere jaren.
Onder al deze wederwaardigheden begint
het humeur nog al eens te lyden: prikkel
baarheid komt vaak voor en te voor de ouders,
die zich vaak heel wat moeten ontzeggen, om
hun kind te laten leeren. zeer onaangenaam.
In den regel zal de arts eerst met een reeks
vragen stellen over andere lichameiyke func
ties en over de levenswijze: soms zal hy dade-
lUk met een onderzoek aanvangen. Wat hij
vindt, te in den regel, zooals men het in vak
kringen wel noemt, banaal. Zelden vindt hy
een afwyking aan de longen, en op dezen leef-
tUd zyn er ook zelden teekenen van ..klieren
in den buik.” Maar wat hU wel vindt, te het
volgende.
Een gewone bloedarmoede te vaak voorko
mend, het gehalte aan bloedkleurstof bedraagt
meestal tusschen de 70 en 80 procent, zelden
minder. Het hart en de polsen Moppen te sneL
Vaak te het meisje te mager, doch lang niet
altyd; maar heel dlkwyte te er een prikkel
baarheid en de hals te vaak verdikt door een
te groote schildklier. De slVmvliezen van mond
en oogen zijn bleek, wegens de bloedarmoede;
en zooals gezegd, aan de manier van doen, en
aan de wUze van reageeren biykt reeds by
een eerste visite ot consult, dat de eerlingen
veel te prikkelbaar en ongedurig.te. Ook geeste-
iyk te het zelfs voor dezen leeftyd niet
rustig genoeg. Men bemerkt dat de patiënte
romantisch of eerzuchtig te. Een enkele maal
te het beeld geheel anders. De patiënte te
zeer apathisch, onverschillig en verschrlkkeiyk
kalm, zy slapen lang en veel en ze kunnen
haast niet wakker worden. hebben een hekel
aan elke inspanning. Naar het mij voorkomt
te deze soort veel zeldzamer dan de andere.
Het volgende is in net geheel niet zeld
zaam. Het meisje staat om half acht op, Indien
zy tenminste den vorigen avond met haar huis
werk Maar te gekomen, zy ontbyt en fietst dik
wijls een heel eind naar de school, komt ’s mid
dags niet koffiedrinken, maar biyft over. Als
zy nu om half vyf ongeveer thuiskomt, moet er
huiswerk gemaakt worden tot zes uur. Na het.
eten moet er weer huiswerk gemaakt worden,
van acht uur tot tien uur, tot elf uur. ja soms
nog later.
Men behoeft nu in t geheel geen geleerd
specialist te zUn, zelfs geen dokter, maar slechts
een gewoon volwassen mensch met 'gezond ver
stand om in te zien, dat dit veel te ver gaat.
De surmenage of overspanning wordt veroor
zaakt door een te ingespannen hersenarbeid, te
weinig frtesche lucht, te weinig lichameiyke be
wegingen, verkeerde verdeeling van den werk-
tljd, te weinig slaap.
Al deze oorzakely:
tal van scholen yverig aan het werk, om den
meisjes overspanning te bezorgen. Er by komt
nog vaak de voor jongens vreemde en onbe-
grljpeiyke Uver en eerzucht van de meisjes. ZJ
werken in den regel veel harder dan de Jon
gens, dat komt niet alleen uit haar zelf, maar
ook uit de algemeene atmosfeer, die de vol
wassenen om haar heen scheppen. Vooreerst
te er nog altijd een flink stuk feministische
overtuiging: de meisjes moeten in ontwikkeling
aan de jongens gelyk zyn. Verder te er ook in
de geheele intellectueels meisjesopleiding een
zekere angst te bespeuren. De tUden zyn slecht,
zoo denkt men, de toekomst te onzeker, het te
dus gewenscht om het meisje lets te laten
leeren, waarmede zy. Indien zy niet huwt, haar
brood kan verdienen. Deze houding, die zeer
natuurlijk te. werkt er toe mede om de meisjes
nog harder te laten werken.
Vinden de ouders dit nu een Idealen toestand?
Geenszins; deze tyd te al weer voorbyEener-
zyds begint de geestdrift voor vrouwenarbeid te
verflauwen, anderzyds begint ook de waardee-
ring van de H.B.S.-opleiding te verminderen.
Men zoekt naar een combinatie, waarvan de
lycea het getuigenis afleggen, een combinatie
van .geestelyke ontwikkeling” en „Maarmaken
voor eigen levensonderhoud”. Maar ook de tyd
van deze combinatie te al weer voor een goed
deel voorby. want de verbazend geringe loonen,
die in vele gevallen aan meisjes ultbetaald wor
den, doen de menschen opzien en zich afvragen,
of dit gansche systeem van opleiding nu wel
nuttig werkt.
Ook komt er weer veel meer waardeering voor
een specifiek vrouwelyke opleiding. Het ideaal
van volkomen geiykheid van man en vrouw
begint by de meeste denkende menschen zeer
te verflauwen.
Gedeelteiyk komen ook de leeraren en de
schoolbesturen tot gewyzlgd Inzicht. Althans
ouderen erkennen, .dat de geheele opleiding ont
zettend overladen te. Van den anderen kant te er
echter ook de drang van boven af, om het te
groote aantal leerlingen door een scherpere se
lectie, dus door de etachen nog strenger te ma
ken, af te weren. Maar de voornaamste hinder
paal voor een hervorming ligt in de concurren
tie tusschen de scholen. De verschillende rich>
tlngen van Lycea, H.B.8. en Gymnasium moe
ten met elkaar concurreeren. Wat biedt dese
en wat biedt gene school, zoo wordt er gevraagd.
En een andere zware concurrentie bestaat tus
schen het openbaar en het byzonder onderwys.
Belde inrichtingen willen aantoonen, dat hut»
onderwijs het beste, dat by hen de hoogste cy-
fersb ehaald worden, dat by hen en dat is
de-hoofdzaak het hoogste percentage leerlin
gen voor het eindexamen slaagt. Dit te zelfs
van een algemeene bekendheid, dat iedereen het
weet en erover spreekt. Het te dus voor één be
paalde school onmogeiyk, om op zich zelf en
alleenstaand een andere richting in te slaan.
Maar wat gebeurt er op dese wyze met de
élite van de Nederlandsche jonge meisjes. Is nu
deze soort opleiding, met deze overvulling der
programma’s en deae surmenage de weg. om
de Nederlandsche vrouwen te vormen, die de
moeders moeten zyn van de .Jntellectueelen",
d.w.z. van de geesteiyk toonaangevenden. 70 A
80 pct. van de meisjes treden in 't huweiyk;
het onderwijs te er echter op gebaseerd, dat zij
allen door kantoorarbeld of iets dergelyks in
haar onderhoud moeten voorzien.
De slachtoffers van dit systeem zyn bekla-
gens waardig.
selfs vele parlementen gingen zich met de
zaak bezig houden. Maar ook de laboratorium
techniek ging enorm vooruit, soodat de klach
ten over „dierenmarteling" afnamen.
Intusschen maakten echter de bacteriologie
en de Immunlteltsleer de laatste jaren weer
met reuzenschreden voortgang. De toepassing
van vaccins en sera moet te voren op dieren
beproefd worden. Om eenig denkbeeld van
den omvang hiervan te geven, volgen enkele
cUfers. In Engeland werden in 1888 428 inen-
tingsproeven genomen; dit cyfer steeg tien
Jaar later tot 7263, weer tien jaar later tot
*5121 en bedroeg in 1925 byna 200.000. De
bestrijders van vivisectie hebben berekend, dat
over heel de wereld per jaar drie millfoen
dieren aan wetenschappeiyk onderzoek geof
ferd worden.
Wanneer nu de strijd enkel ging tegen mis
bruiken, tegen roekeloos en noodeloos toe
brengen van pyn aan dieren, dan kon leder
zich veilig achter de bestrijders van vivisectie
scharen. Immers, ook de dieren zyn schepse
len Gods: niemand heeft het recht ze te mis
handelen. Integendeel, de grootste heiligen
hebben ons getoond, dat vroomheid en dieren
liefde samengaan. En dan zwygen wy nog
van de fatale uitwerking, welke wreedheid
tegenover een dier op het karakter van een
mensch moet hebben. De bestrijders van vivi
sectie gaan echter verder. Zy stellen mensch
en dier gelyk; maken geen onderscheid tus
schen de ziel van den mensch en 41e ziel”
van het dier; beweren, dat het pyngevoel by
belden hetzelfde is en ontzeggen den mensch
het recht om over het leven van een dier te
beschikken. Vooral deze laatste opvattingen
lelden, tot afwyking van gezonde beginselen.
God heeft den mensch tot meester van de schep
ping gemaakt; al bet redelooze op aarde te er
▼oor den mensch; hy mag daarvan een redeiyk
gebruik maken. Zoowel als de vruchten der
aarde, mag ook vtech, vee en gevogelte hem
tot spUs strekken; lastdieren mogen hem die
nen, huisdieren zyn leven veraangenamen.
Consequent mag de man der wetenschap ten
bate van den mensch ook over de gezondheid
van het dier beschikken. Immers, wanneer de
mensch het dier te zUnen nutte mag dooden,
dan mag hy het ook te rijnen nutte een min
der kwaad aandoen.
Wie deze gezonde beginselen uit bet oog
verliest, loopt gevaar in ernstige dwalingen te
vervallen. Vooral in onzen tyd te het noodig
het kind op te voeden eenerzyds in een ge
voel van vriendschap voor het huisdier en in
afkeer van alle wreedheid. Anderzyds moet
het leeren, dat er tusschen mensch en dier
een onoverbrugbaar verschil bestaat, n.m. van
het redeiyke en het redeloos* wezen van het
schepsel met een onsterfeiyke ziel en het
dier, waarvan by den dood alleen een kadaver
overbluft. Daarom: vriendschap voor het dier:
bewondering, waar het te pas komt, voor zyn
schoonheid of kracht en dan wel bewondering
van Gods macht, die ook in het dier, uit
straalt. Maar daarnaast geen sentimentaliteit,
geen achterstelling van een medemensch, van
wlen ook, by een dier; geen sparen van het
beest, waar het nuttig kan en moet zyn voor
de menschheid.
Laten wy niet denken, dat deze raadgevin
gen overbodig zyn. WU leven in een zeer on-
evenwlchtigen tyd, waarin de jeugd aan den
Invloed van de allerdwaaste maar ook aller-
gevaariykste theorieën bloot staat, wy zullen
daarover niet heel veel zeggen; Goddank be
hoeft in Nederland nog geen angst voor de
allerergste excessen te bestaan. Maar wan
neer wy mededeelen om slechts één enkel
staaltje van onzen gevaariyken
noemen dat er in verschillende streken van
Duitschland onder de katholieke Jeugd een
beweging te ontstaan tegen de H. Eucharistie,
omdat men geen „levend vleesch" mag etend),
dan kan daaruit besloten worden, tot welke
allergevaariykste denkbeelden en practyken
men komt, wanneer de christeiyke beginselen
omtrent de verhouding van Schepper, redelyk
De bestuurder, die het ongeval bemerkte
bracht den trein tot stilstand, waarna onmld-
deliyk een onderzoek werd Ingesteld. Dit le
verde aanvankeiyk geen resultaat op.
Intusschen werd het station Beverwyk ge
waarschuwd. alsmede de politie en de maré-
chaussée aldaar, die spoedig ter plaatse waren
evenals de stationschef van Beverwyk.
Na eenig zoeken vond men even voorby den
overweg het gruweiyk verminkte lyk van een
man. zyn identiteit kon nog niet worden vast
gesteld. Het stoffeiyk overschot te naar het
lykenhute te wyk aan Duin overgebracht, on
der welke gemeente het ongeluk gebeurd te.