Mensch en dier H Nieuwe crisismaatregelen Medische Kroniek Moord te Woerden HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor IOcL th. h. schlichting. Voor Zelfscheerders iü De zaak Tonnet TIJDVAK WORDT NADER BEPAALD ZATERDAG 17 MAART 1934 IDEEËN LANDSKNECHTEN IHARCHEEREN OP Meisjes op school Verweer Dr. Schnitzler Bedrijfsleider in hooger beroep NA DE MUITERIJ IN IND1Ë Bevestiging gevraagd Mgr. Hilhorst Frankrijk—Nederland De kaakslag Overeenstemming over weder- zijdsche invoercontingenten Man onder een trein vermorzeld Identiteit nog niet vastgesteld Riettelers geholpen Zoolleder Invoerbeperking Uitvoer van fruit, warmoezerij- gewassen en aardappelen zal gemonopoliseerd worden Mr. Donath, raadsman der familie acht openbare behandeling ongewenscht Steun aan rietteelt I Ni losge- met M hoort |ke factoren zijn thans op tydgeest te ook een Bij de opening der groote Londensche landbouwtentoonstelling marcheerden ca detten der militaire school te St. Pancras in historische landsknechts-uniformen op en zongen oude soldatenliederen dlgende met Ingang van nader by K. B. te be palen tijdstippen. De aanvang en het einde van deze tijdvakken kunnen verschillend bepaald worden voor de ver schillende producten; voor de verschillende soor ten, kwaliteiten, bewerkingen en verwerkingen van die producten alsmede voor de verschillen de landen van uitvoer. De telers zijn verplicht hun rietvelden geheel af te snijden, van rulgt en onkruid te sulveren en het afkomende gewas voor een ander doel te Eerst een weinig Purol inwrijven en daarna inzeepen; dan scheert men zich schoon, zacht en pijnloos. De raadsman der familie Tonnet mr. J. W. F. Donath te Arnhem heeft een schrijven gericht aan den psychiater Dr. Schnitzler, als antwoord op een brief van laatstgenoemde, waarin deze op openbare behandeling d.er zaak-Tonnet aan drong, om zich daardoor te kunnen verdedigen tegen publieke aanvallen op zijn persoon. Blijkens het by deae beschikking gevoegde Steunreglement Bladrlet, zal aan de boven bedoelde producenten van bladrlet voor het snijden en schoonmaken van de rietvelden, oogst 1933/1934 een steun worden verleend ten bedra ge van t 12.50 per H. A. In een nota naar aanleiding van het ver slag over dit wetsontwerp zegt de minister tot contingenteering van zoolleder enz.: Is zoolleder een betrekkeiyk uniform pro duct. het tegendeel geldt voor overleden dat. gezien de onbegrensde vraag naar kwaliteiten en variëteiten, een uitgesproken internationaal karakter draagt. Een beschouwing van de po sitie van de zoolleder- en de overlederlndustrle op de Nederlandsche markt en de ontwikke ling in den in- en uitvoer, moet tot de con clusie leiden, dat bij de beoordeeling van deze beide producten, en dus ook van daarop be trekking hebbende maatregelen, in geen geval dezelfde maatstaf mag worden aangelegd. Afgekondigd is een Koninklijk Besluit, waar bij de uitvoer van fruit en warmoezerygewas- sen en van aardappelen gemonopoliseerd wordt. Het treed morgen in werking. Naar ons van bevoegde zijde wordt meege deeld, zal aan de voorloopige plannen tot con tingenteering van corsetten en bustehouders geen uitvoering worden gegeven. bestemmen dan voor bloembollen-bedekking. Het bestuur van de Nederlandsche Orlend- en Rletcentrale wordt gevormd door de heeren dr. ir. C. K. van Daalen, te Bilthoven, G. Griffioen, te Windeshelm, P. C. Kalis Azn. te Sliedrecht, A. de Ruiter te Wolvega, J, P. van Voorst van Beest te Zeist en J. 8. van Wagenberg te Vlij men. Als voorzitter zal optreden de heer dr. Ir. C. K. van Daalen, als directeur der centrale Is be noemd G. C. van Apeldoorn te Werkendam. ’tecaal elschte bevestiging van Ebt Hof bepaalde de uitspraak De Minister van Economische Zaken heeft erkend als producenten van crisisproducten, de Nederlanders, die in het telen van bladrlet hun bestaan vinden of een aanmerkelijk gedeelte van hun bestaan plegen te vinden en voor 1 Maart 1934 als rietteler zijn erkend door de Stichting Nederlandsche Griend- en Rletcentra le, gevestigd te Werkendam. Na afloop van de conferentie, welke Vrijdag middag te Parijs Is gehouden tusschen de Ne derlandsche delegatie en Fransche deskundi gen, werd aan de pers een mededeellng ver strekt, waarin verklaard werd dat als resultaat van de besprekingen een schikking is ontwor pen over de wederzljdsche invoer-contlngenten. De ontwerp-overeenkomst is nog in den na middag op het ministerie van Handel goedge keurd. Deze overeenkomst is van dezelfde strekking als die, welke reeds eerder door Frankrijk ge sloten zijn, nadat dit land de politiek aanvaard heeft van vaststelling van contingenten op ba sis van wederkeerlgheld. Frankrijk garandeert aan Nederland bet to tale quantum der vroegere Invoercontingenten als tegenprestatie voor de handhaving van den Franschen uitvoer naar Nederland, zooals deze In 1933 was. De stabiliteit van het geld in Nederland, zoo wordt in het communiqué verklaard, stelt Frankrijk bovendien in de gelegenheid om de overeenkomst stilzwijgend verlengbaar te ver klaren. In een nota naar aanleiding van het ver slag over het wetsontwerp tot regeling van den invoer van metaaldraadgloellampen zegt de minister de door sommige leden gestelde vraag, of contingenteering nog noodzakelijk is, zon der meer bevestigend te kunnen beantwoor den. De minister kan zich geheel aansluiten by de zienswijze van die leden, die het standpunt innemen, dat de omstandigheden stellig niet zóó gewijzigd zijn, dat een andere gedragslijn zou zijn te verdedigen. ot de uitwassen der Westersche bescha ving van de laatste halve eeuw behoort een overdreven liefde tot het dier. Men zal zich van vóór den oorlog het ontstaan en de propaganda der vereenlgingen voor dieren bescherming herinneren, die een feilen strijd aanbonden tegen het dragen van veeren, bont vellen en alles wat van een dierenlichaam af komstig is. Velen gingen zóó ver, dat zij wei gerden dierlijk voedsel te nuttigen. De snelle opkomst der vegetarische beweging in het begin dezer eeuw is genoegzaam bekend. En al was het motief voor het verzaken van vleesch op de eerste plaats een hygiënische overweging, een leer dat de mensch op natuurlijke wijze moet leven en dat zijn natuur niet op het „verslin den" van dierlijk voedsel te gericht; een tweede motief van het vegetarisme was een ethisch bjh. een afkeer van het slachten van dieren. Een vegetariër was en te ook steeds een be strijder van inenting en van vivisectie. Men vond en vindt onder ben de grootste dieren vrienden. leer deser met nadruk BATAVIA, 18 Maart (Aneta). Het Hoog Mi litair Gerechtshof behandelde hedenmorgen in hooger beroep de zaak tegen den selnersmaat J. B. M„ beschuldigd van schending van zijn plicht tot geheimhouding van radlo-berlchten aan boord van Hr. Ms. „De Zeven Provinciën" De Zeekrygsraad te Soerabaja had dezen be klaagde tot zes maanden gevangenisstraf ver oordeeld. De advocaat-fiscaal elschte bevestiging van dit vonnis. Het Hof bepaalde de uitspraak op 23 Maart as. Vervolgens stond in hooger beroep voor het Hof terecht de matroos der tweede klasse K. L., beschuldigd van het niet aan zijn superieuren aangeven van de geruchten die hij den avond voor de muiterij uitbrak had vernomen. De Zeekrygsraad had dezen beklaagde vrijgesproken van het hem ten laste gelegde, en de fiscaal had tegen dit vonnis hooger beroep aangetee- kend. De advocaat-fl deze vrijspraak, i op 23 Maart. Mr Donath merkt in zijn brief op, dat oud- gen. Tonnet in het gesticht te Zutphen te op genomen op grond van een door dr. Schnitzler afgegeven verklaring als psychiater. Tegen dezen maatregel richt zich het verzet van de familie en daarom acht mr. Donath het zeer onge wenscht om thans bij den Officier aan te drin gen een strafvervolging wegens beleedlglng door te zetten. Hierop heeft Dr. Schnitzler o.m. het volgende aan mr. Donath geantwoord. „Onder verwijzing naar het interviêw met den heer Hartkamp gepensionneerd Schout bjj nacht te Velp) stel ik vast, dat de openbare be spreking van deze affaire niet voor mijn ver antwoordelijkheid komt. Maar toch reeds in dien zin weerloos, dat ik mij over de feiten zelf niet mag uiten, heb ik en u wilt mij dit wel ten goede houden het eenige middel aangegrepen, dat mjj te mijner verdediging ten dienste staat, nJ. de publieke mededeellng, dat ik de open baarheid in deze zaak niet schuw en dat het aan u als raadsman staat, te bevorderen, dat de familie Tonnet sok m(j gelegenheid geeft tot open verklaringen, en wel beëedigd, ten over staan v. d. Rechtbank, den eenigen vorm waarin spreken voor mij geoorloofd te daar waar zij zelf bjj monde van haren vertrouwensman nu eenmaal openbaarheid heeft verkozen Wat uw opmerking ten opzichte van den gang van zaken met betrekking tot mijn verklaring betreft, zoo moge ik hierop antwoorden, dat ik den heer Tonnet uitsluitend als verdachte in drie strafzaken wegens beleedlglng heb onder zocht. Slechts In die qualiteit heb ik conclusies kunnen trekken en deze zoowel in een rapport als in een verklaring volgens bestaand schema ten dienste der Justitie neergelegd. Mijn des kundig oordeel, waartegen de heer Hartkamp zich richtte, kan alleen bjj een behandeling der strafzaken maar dan ook,ten vollel tot openbare uiting komen. Ik zou dan ook voor dat geval niet nalaten, den heer Hartkafap uit te noodlgen, als getuige zijn meening te pissteen en toe te lichten tegenover de mijne. Het te daarom, dat ik het betreur, van u te vernemen, dat u het xer ongewenscht acht om thans bjj den Officier, die zich verplicht heeft geacht uw <d.wx mijn. Dr. 8.) advies te volgen, aar> te dringen, een strafvervolging we gens beleedlglng door te zetten." Ten aanzien van den uitvoer van komkom mers, augurken, tuinwortelen, tomaten en aard appelen naar België, vangt dit tijdvak aan met ingang van den dag van het in werking treden van dit besluit en eindigt dat tijdvak met in gang van 1 Februari 1935. Voorts te ten aanzien van den uitvoer van kropsla naar Duitschland bepaald, dat het bo venbedoelde tijdvak aanvangt met ingang van 1 April 1934 en eindigt op 1 Juni 1934. Volgens dit besluit te de uitvoer van fruit en warmoezerUgewassen, bewerkt of onbewerkt, verwerkt of onverwerkt, slechts toegestaan aan de Stichting Nederlandsche Groenten- en Frult- centrale, gevestigd te ’s-Gravenhage. De uitvoer van aardappelen, bewerkt of onbewerkt, ver werkt of onverwerkt, te slechts toegestaan aan de Stichting Nederlandsche Aardappelcentrale. gevestigd te ’s-Gravenhage en zulks voor zoover betreft aardappelen welke voldoen aan de bepa lingen van de Pootaardappelwet 1932. Dit besluit, dat aangehaald kan worden onder den titel „Crisls-Tuinbouwbeslult 1934 II" treedt in werking met Ingang van den tweeden dag na dien van zijn afkondiging. De maatregelen sullen gelden voor de tijdvak ken, aanvangende met ingang van nader by Ko ninklijk Besluit té bepalen tijdstippen en eln- In den vroegen ochtend van 5 September van het vorig jaar vond een inwoner van Woerden voor het woonhuis van Van -. aan den Singel het Hjk van Jonkheer van Ingen, directeur van de dakpannenfabriek aldaar. Het bleek, dat het slachtoffer door revolverschoten om het leven was gebracht. Na onderzoek door politie en ju stitie kon kort daarop de Duitsche bedrijfslei der van de fabriek, H. A. W. J. B., worden aan gehouden, die een bekentente aflegde. HU had den vorigën avond veel gedronken en in be schonken toestand was hy terechtgekomen in de kamer van den directeur Jhr. van Ingen. Een woordenwisseling was het gevolg. Op straat werd de twist voortgezet. B. trok tenslotte in razerny zijn revolver, waarmee hij drie doode lijke schoten op den directeur loste. De rechtbank te Utrecht veroordeelde den man op 2 Januari j.l. wegens doodslag tot een gevangenisstraf van zes jaar. Vrijdag diende deze zaak in hooger beroep voor het Amster- damsche gerechtshof. Verdachte verklaarde, dat hy in hooger be roep was gegaan, omdat de rechtbank zyn be roep op noodweer had verworpen. In gebrekkig Nederlandsch geeft verdachte een relaas van het gebeurde. HU was eerst naar een fascisten vergadering geweest, waarvoor hy een revolver by zich had gestoken. Na de vergadering had hij negen glaasjes bier en twee cognacjes ge dronken. Toen was hy naar het huis van Jhr. van Ingen gegaan, om te trachten de dienst bode te spreken te krijgen. Door een open staand raam te hy de woning binnengeslopen en terechtgekomen in de slaapkamer van Jhr. van Ingen. Er was ruzie ontstaan. Hy had zyn bezinning verloren en geschoten. Het psychiatrisch onderzoek heeft uitgewe zen, dat de oorlog zUn stempel op verdachte heeft gedrukt. Ook maakt hy veel gebruik van alcohol. Op een vraag van den president, of het verdachte niet te doen te geweest, om eens in het huls rond te kUken en chantage te plegen, ontkent verdachte dit met klem. De deskundige, dr. v. d. Hoeven, was niet van meening, dat jaloesie drijfveer tot dit drama was geweest. Naar aanleiding van het psychiatrisch rap port stelt de verdediger, mr. Bourlier, eenige vragen. Mr. Bourlier: „Acht u verdachte volkomen geloofwaardig?” Dr. v. d. Hoeven: ,4a, inderdaad.” Zoo bUv. steekt de strijd tegen de vivisectie weer het hoofd op en wel onder leiding en aan moediging van de meest vooraanstaande perso nen. Een der eerste maatregelen van het nieu we, Duitsche nationaal-socialtetlsche bewind was een verbeterde wet op de dierenbescherming, wat niet behoeft te verwonderen wanneer men uit betrouwbare bron het volgende verneemt. Onlangs zou RUkskanselier Hitler door een ge mengd gezelschap, waaronder vele vreemdelin gen, ontt angen worden. Op den drempel van den salon deinsde hy plotseling terug, alsof hy een flauwte naby was en verdween. Er werd mee gedeeld, dat een dame een afschrikwekkend groot vossenvel om den hate had; eerst wanneer dit verwyderd was, kon de kanselier binnenko men. Geen wonder dus, dat de bestrijding der vivteectié in Duitschland weer sterk toeneemt. Het kan zyn nut hebben, om over dit onder werp eens wat meer mede te deekn. Onder vivisectie verstaat men naar bekend mag werden verondersteld het gebruiken van die ren in laboratoria voor geneeskundige proef nemingen. De bestrijders der vivisectie, die over het algemeen gekant zyn tegen het dooden van dieren anders dan om hen uit hun Ujden te helpen, willen dit gebruik van proefdieren ver bieden en liefst by de wet. De beweging te al meer dan een halve eeuw oud en te in haar opzet wel te verklaren, voor een deel zelfs te respecteeren. De medische wetenschap ging in de laatste helft der vorige eeuw met een vrij plotselinge en groote vaart vooruit. Er ont stond deels door het veel snellere en ge- makkeiyker verkeer, waaronder ook de vluggere geestelijke communicatie moet worden verstaan - een wedstrijd tusschen de laboratoria, tusschen de geleerden uit alle universiteitssteden der we reld, die elkaar hun bevindingen overbrachten en heel vaak elkander aanvulden. De chirurgie, die groote triumfen begen te vieren, had zoowel voor haar onderricht ais voor haar verdere ontwikkeling proefdieren noodig. Eveneens en meer nog het onderzoek naar ziekte-brengende bacteriën en de bestrydlng daarvan door inspui ting met bepaalde kiemstoffen. Vooral deze laatste proefnemingen eischten veelal eindeloos geduld, wat practisch zeggen wilde, een onder- W>:k op honderden, soms duizenden dieren, om te zien hoe deze na eerst ziek gemaakt te zyn, op een bepaald serum reageerden. Nu te het niet te ontkennen, dat er vooral in den snellen opbloei van deze onderdeden der medische wetenschap, vaak roekeloos werd te werk gegaan; dat men de proefdieren noo- deloos deed lyden; dat men er zich niet om bekommerde hoeveel leed men zoo n dier aan deed: „het te maar een beest!” Men nam de moeite niet het dier onder narcose te bren gen of plaatseiyk te verdooven; ’’er werden dlkwyis proeven genomen uit sulver Ijdelheid, alleen om tegenover elkaar te kunnen pron ken, dus zonder eenig werkeiyk wetenschap- peiyk nut. Daartegen ontstond in een periode, die toehaal ietwat overbeschaafd, dus overge- De Blsschopsconsecratie van Mgr. B. Hilhorst, den nleuwbenoemden Apostoltechen Vicaris van Bagamoyo, zal in de kerk ,De Posthoorn” te Amsterdam, tot welker parochie hy vroeger be hoorde, door Z. Exc. Mgr. Aengenent ver richt worden vermoedeiyk op 1 Mei. Met den Algemeenen Overste der Paters van den H. Geest. Z. H. Exc. Mgr. Hunsec. werd Mgr. Diepen, de Bisschop vin bet diocees, waar Mgr. Hilhorst als Provinciaal der Paters van den H. Geest resideerde, uitgenopdigd. om dau by als mede-consecrator te fungeeren. Mgr. Diepen, aldus de .JBt. Jansklokken". te echter op 1 Mei verhinderd aan die uitnoodlglng ge volg te geven. Vrijdagavond te een tot nu toe onbekend manspersoon op den spooriyn UitgeestBever wyk, ter hoogte van den bewaakten overweg in den 8t. Aagtedyk door den electrtechen trein, welke 10.07 uur van Uitgeest In de rich ting Beverwyk was vertrokken, overreden en gedood. schepsel en redeloos* natuur worden laten. Daarom moet by de opvoeding onzer heden- daagsche jeugd de leer dezer verhoudingen zuiver gesteld en met nadruk gepredikt worden l LIBRA De uitwassen van dierenliefde namen som tijds ergerniswekkende vormen aan, zoo de stichting van honden- en katten-kerkhoven, waar de graven van overleden huisdieren van kostbare grafsteenen en ontroerende opschrif ten werden voorzien. Nu en dan ging er een rilling van afschuw door de ryen van het ge- sondvoelend publiek, wanneer uit Parijs of Lon den of een ot andere Amerikaansche stad een bericht kwam van de plechtige begrafenis van een aap, die door een kinderloos echtpaar tot walgens toe vertroeteld was en by zyn dood met snikken en weenen in een plechtigen rouw stoet ten grave werd gedragen. De groote oorlog en het daarop gevolgde tijdperk, dat uiteraard de sporen droeg van een ruwen tijd, schoven deze aentlmentalltelten op den achtergrond. Ook deze periode te alweer voorby en er openbaart zich overal een nieuwe geest, die ten deele weer tot het oude terug keert. ▼oelig was, n.m. in het laatste kwart der vo rige eeuw, een groote beweging en wel het eerst in Engeland, wau de oppositie tegen bepaalde methoden der vivisectie zelfs onder een deel der medici uitbrak. Dit leidde in 1*75 tot de Instelling van een koninklijke commissie en in 1878 tot het aannemen van een wet, welke misbruiken zooveel mogeiyk trachtte te voorkomen. Befaamd te verder de brochure vaq Ernst von Weber: „Die Folter- kammem der Wissenschaft", welke in 1879 in Duitschland verscheen en daarna in Fransche en andere (ook Nederlandsche) vertalingen. Dese brochure was een hartstochteiyke aan klacht tegen de vivisectie, een aanklacht, die in haar felheid en realistische taal gaarne telexen werd, maar Juist door haar op pro paganda toegespitste uiteenzettingen vqle over drijvingen en onjuistheden bevatte en zoo doende door de mannen der wetenschap ge- makkeiyk kon worden weerlegd. De groote verdienste van het werkje was inmiddels, dat de aandacht der geheele be schaafde wereld op het vraagstuk was geves- Ufd. Er ontstond een felle pennenstriJd Een logée, die dien nacht in de woning van Jhr. v. I. logeerde, vertelt, dat zy een hevig gestommel had gehoord in de slaapkamer van Jhr. v. L Deze kwam later op de gang en vertelde zyn logée, die ook uit haar kamer wa* gekomen, dat de bedrijfsleider het huis was binnengedrongen en in zyn slaapkamer was gekomen. Jhr. v. I. bad aan getuige vertefd, dat hy den Indruk had, dat B. de dienstbode had lastig gevallen. Van Ingen had B. in huls een kaak slag gegeven. Pres.: „Weet u zéker, dat de heer van Ingen u dat vertelde?” Get.: ,^Ja, pertinent, hy zei erby, dat B.’s mond bloedde.” Pres.: „Had u dien nacht zoolang tyd om te praten, meneer van Ingen te toch even later naar bulten gegaan?” Get.: „Hy is pas twintig minuten later naar bulten gegaan om met B. te praten.” De procureur-generaal elschte bevestiging van het vonnis der rechtbank te Utr-cht. die hem. wegens doodslag, tot zes Jaar gevangenis straf had veroordeeld. Mr. Bourlier: „Is het mogeiyk, dat hy, door dat hy een kaakslag kreeg, zUn bezinning ver loor, een deel der hersencentra werd uitgescha keld en hy terugviel in de herinneringen aan den oorlog?” Deskundige: ,Ja. aangenomen, dat hU zyn bezinning verloor, is dat niet mogeiyk!” Mr. Bourlier: „Kan het zyn, dat het eerste revolverschot hem instinctief dóór deed vuren?” Deskundige: „Ja, dat te mogeiyk.” Pres.: „Droeg u in het leger revolver?" Verdachte: ,4a, ik was sergeant-majoor.” Pres.: „Hebt u ni den oorlog nog wel eens met uw revolver geschoten?” Verd.: ,4a, op een schyf." et gebeurt eiken arts heriiaaldeiyk, dat hy geroepen wordt om zUn oordeel te geven over de gezondheid van een meisje tusschen de 14 en 1* Jaren; een meisje dat de H. B. 8., Lyceum, Gymnasium, of ook wel de L. O. of M. U. L. O. school bezoekt, en over wier gezondheidstoestand de ouders zich on gerust maken, zy vreezen, dat hun dochter aan leg voor tuberculose of dat zij bloedarmoede heeft. Wanneer men dan verder navraagt men vaak de volgende bUzonderheden. Sedert eenigen tyd heeft het kind moeite met leeren. de aandacht valt haar moeliyk. de con centratie te hoe langer hoe lastiger, en in en kele gevallen te het meisje niet meer in staat tot intellectueel werk. Maar dit laatste te uit zondering, want zoover laten de ouders het niet komen. Hoofdpyn is een der meest voorkomen de klachten; een gezwollen, opdringende en barstende hoofdpyn, vaak vergezeld van neus bloedingen. Minder dlkwyte Hldt ook de spUs- vertering; maar dit te geen wonder, want velen gunnen zich den tyd niet om behooriyk te eten, en half gekauwd worden de spUzen in geslikt. Evenwel is er ook vaak gebrek aan eetlust. Vaker hoort men klachten over verstop ping dan over te veelvuldigen stoelgang en diarrhee. Vaak te het meisje mager geworden en bleek. Duizelingen en hartkloppingen komen ook dik- wyis voor; echter meer op ouderen leeftijd, wan neer de meisjes 17, 18 Jaar zyn, dan in de vroegere jaren. Onder al deze wederwaardigheden begint het humeur nog al eens te lyden: prikkel baarheid komt vaak voor en te voor de ouders, die zich vaak heel wat moeten ontzeggen, om hun kind te laten leeren. zeer onaangenaam. In den regel zal de arts eerst met een reeks vragen stellen over andere lichameiyke func ties en over de levenswijze: soms zal hy dade- lUk met een onderzoek aanvangen. Wat hij vindt, te in den regel, zooals men het in vak kringen wel noemt, banaal. Zelden vindt hy een afwyking aan de longen, en op dezen leef- tUd zyn er ook zelden teekenen van ..klieren in den buik.” Maar wat hU wel vindt, te het volgende. Een gewone bloedarmoede te vaak voorko mend, het gehalte aan bloedkleurstof bedraagt meestal tusschen de 70 en 80 procent, zelden minder. Het hart en de polsen Moppen te sneL Vaak te het meisje te mager, doch lang niet altyd; maar heel dlkwyte te er een prikkel baarheid en de hals te vaak verdikt door een te groote schildklier. De slVmvliezen van mond en oogen zijn bleek, wegens de bloedarmoede; en zooals gezegd, aan de manier van doen, en aan de wUze van reageeren biykt reeds by een eerste visite ot consult, dat de eerlingen veel te prikkelbaar en ongedurig.te. Ook geeste- iyk te het zelfs voor dezen leeftyd niet rustig genoeg. Men bemerkt dat de patiënte romantisch of eerzuchtig te. Een enkele maal te het beeld geheel anders. De patiënte te zeer apathisch, onverschillig en verschrlkkeiyk kalm, zy slapen lang en veel en ze kunnen haast niet wakker worden. hebben een hekel aan elke inspanning. Naar het mij voorkomt te deze soort veel zeldzamer dan de andere. Het volgende is in net geheel niet zeld zaam. Het meisje staat om half acht op, Indien zy tenminste den vorigen avond met haar huis werk Maar te gekomen, zy ontbyt en fietst dik wijls een heel eind naar de school, komt ’s mid dags niet koffiedrinken, maar biyft over. Als zy nu om half vyf ongeveer thuiskomt, moet er huiswerk gemaakt worden tot zes uur. Na het. eten moet er weer huiswerk gemaakt worden, van acht uur tot tien uur, tot elf uur. ja soms nog later. Men behoeft nu in t geheel geen geleerd specialist te zUn, zelfs geen dokter, maar slechts een gewoon volwassen mensch met 'gezond ver stand om in te zien, dat dit veel te ver gaat. De surmenage of overspanning wordt veroor zaakt door een te ingespannen hersenarbeid, te weinig frtesche lucht, te weinig lichameiyke be wegingen, verkeerde verdeeling van den werk- tljd, te weinig slaap. Al deze oorzakely: tal van scholen yverig aan het werk, om den meisjes overspanning te bezorgen. Er by komt nog vaak de voor jongens vreemde en onbe- grljpeiyke Uver en eerzucht van de meisjes. ZJ werken in den regel veel harder dan de Jon gens, dat komt niet alleen uit haar zelf, maar ook uit de algemeene atmosfeer, die de vol wassenen om haar heen scheppen. Vooreerst te er nog altijd een flink stuk feministische overtuiging: de meisjes moeten in ontwikkeling aan de jongens gelyk zyn. Verder te er ook in de geheele intellectueels meisjesopleiding een zekere angst te bespeuren. De tUden zyn slecht, zoo denkt men, de toekomst te onzeker, het te dus gewenscht om het meisje lets te laten leeren, waarmede zy. Indien zy niet huwt, haar brood kan verdienen. Deze houding, die zeer natuurlijk te. werkt er toe mede om de meisjes nog harder te laten werken. Vinden de ouders dit nu een Idealen toestand? Geenszins; deze tyd te al weer voorbyEener- zyds begint de geestdrift voor vrouwenarbeid te verflauwen, anderzyds begint ook de waardee- ring van de H.B.S.-opleiding te verminderen. Men zoekt naar een combinatie, waarvan de lycea het getuigenis afleggen, een combinatie van .geestelyke ontwikkeling” en „Maarmaken voor eigen levensonderhoud”. Maar ook de tyd van deze combinatie te al weer voor een goed deel voorby. want de verbazend geringe loonen, die in vele gevallen aan meisjes ultbetaald wor den, doen de menschen opzien en zich afvragen, of dit gansche systeem van opleiding nu wel nuttig werkt. Ook komt er weer veel meer waardeering voor een specifiek vrouwelyke opleiding. Het ideaal van volkomen geiykheid van man en vrouw begint by de meeste denkende menschen zeer te verflauwen. Gedeelteiyk komen ook de leeraren en de schoolbesturen tot gewyzlgd Inzicht. Althans ouderen erkennen, .dat de geheele opleiding ont zettend overladen te. Van den anderen kant te er echter ook de drang van boven af, om het te groote aantal leerlingen door een scherpere se lectie, dus door de etachen nog strenger te ma ken, af te weren. Maar de voornaamste hinder paal voor een hervorming ligt in de concurren tie tusschen de scholen. De verschillende rich> tlngen van Lycea, H.B.8. en Gymnasium moe ten met elkaar concurreeren. Wat biedt dese en wat biedt gene school, zoo wordt er gevraagd. En een andere zware concurrentie bestaat tus schen het openbaar en het byzonder onderwys. Belde inrichtingen willen aantoonen, dat hut» onderwijs het beste, dat by hen de hoogste cy- fersb ehaald worden, dat by hen en dat is de-hoofdzaak het hoogste percentage leerlin gen voor het eindexamen slaagt. Dit te zelfs van een algemeene bekendheid, dat iedereen het weet en erover spreekt. Het te dus voor één be paalde school onmogeiyk, om op zich zelf en alleenstaand een andere richting in te slaan. Maar wat gebeurt er op dese wyze met de élite van de Nederlandsche jonge meisjes. Is nu deze soort opleiding, met deze overvulling der programma’s en deae surmenage de weg. om de Nederlandsche vrouwen te vormen, die de moeders moeten zyn van de .Jntellectueelen", d.w.z. van de geesteiyk toonaangevenden. 70 A 80 pct. van de meisjes treden in 't huweiyk; het onderwijs te er echter op gebaseerd, dat zij allen door kantoorarbeld of iets dergelyks in haar onderhoud moeten voorzien. De slachtoffers van dit systeem zyn bekla- gens waardig. selfs vele parlementen gingen zich met de zaak bezig houden. Maar ook de laboratorium techniek ging enorm vooruit, soodat de klach ten over „dierenmarteling" afnamen. Intusschen maakten echter de bacteriologie en de Immunlteltsleer de laatste jaren weer met reuzenschreden voortgang. De toepassing van vaccins en sera moet te voren op dieren beproefd worden. Om eenig denkbeeld van den omvang hiervan te geven, volgen enkele cUfers. In Engeland werden in 1888 428 inen- tingsproeven genomen; dit cyfer steeg tien Jaar later tot 7263, weer tien jaar later tot *5121 en bedroeg in 1925 byna 200.000. De bestrijders van vivisectie hebben berekend, dat over heel de wereld per jaar drie millfoen dieren aan wetenschappeiyk onderzoek geof ferd worden. Wanneer nu de strijd enkel ging tegen mis bruiken, tegen roekeloos en noodeloos toe brengen van pyn aan dieren, dan kon leder zich veilig achter de bestrijders van vivisectie scharen. Immers, ook de dieren zyn schepse len Gods: niemand heeft het recht ze te mis handelen. Integendeel, de grootste heiligen hebben ons getoond, dat vroomheid en dieren liefde samengaan. En dan zwygen wy nog van de fatale uitwerking, welke wreedheid tegenover een dier op het karakter van een mensch moet hebben. De bestrijders van vivi sectie gaan echter verder. Zy stellen mensch en dier gelyk; maken geen onderscheid tus schen de ziel van den mensch en 41e ziel” van het dier; beweren, dat het pyngevoel by belden hetzelfde is en ontzeggen den mensch het recht om over het leven van een dier te beschikken. Vooral deze laatste opvattingen lelden, tot afwyking van gezonde beginselen. God heeft den mensch tot meester van de schep ping gemaakt; al bet redelooze op aarde te er ▼oor den mensch; hy mag daarvan een redeiyk gebruik maken. Zoowel als de vruchten der aarde, mag ook vtech, vee en gevogelte hem tot spUs strekken; lastdieren mogen hem die nen, huisdieren zyn leven veraangenamen. Consequent mag de man der wetenschap ten bate van den mensch ook over de gezondheid van het dier beschikken. Immers, wanneer de mensch het dier te zUnen nutte mag dooden, dan mag hy het ook te rijnen nutte een min der kwaad aandoen. Wie deze gezonde beginselen uit bet oog verliest, loopt gevaar in ernstige dwalingen te vervallen. Vooral in onzen tyd te het noodig het kind op te voeden eenerzyds in een ge voel van vriendschap voor het huisdier en in afkeer van alle wreedheid. Anderzyds moet het leeren, dat er tusschen mensch en dier een onoverbrugbaar verschil bestaat, n.m. van het redeiyke en het redeloos* wezen van het schepsel met een onsterfeiyke ziel en het dier, waarvan by den dood alleen een kadaver overbluft. Daarom: vriendschap voor het dier: bewondering, waar het te pas komt, voor zyn schoonheid of kracht en dan wel bewondering van Gods macht, die ook in het dier, uit straalt. Maar daarnaast geen sentimentaliteit, geen achterstelling van een medemensch, van wlen ook, by een dier; geen sparen van het beest, waar het nuttig kan en moet zyn voor de menschheid. Laten wy niet denken, dat deze raadgevin gen overbodig zyn. WU leven in een zeer on- evenwlchtigen tyd, waarin de jeugd aan den Invloed van de allerdwaaste maar ook aller- gevaariykste theorieën bloot staat, wy zullen daarover niet heel veel zeggen; Goddank be hoeft in Nederland nog geen angst voor de allerergste excessen te bestaan. Maar wan neer wy mededeelen om slechts één enkel staaltje van onzen gevaariyken noemen dat er in verschillende streken van Duitschland onder de katholieke Jeugd een beweging te ontstaan tegen de H. Eucharistie, omdat men geen „levend vleesch" mag etend), dan kan daaruit besloten worden, tot welke allergevaariykste denkbeelden en practyken men komt, wanneer de christeiyke beginselen omtrent de verhouding van Schepper, redelyk De bestuurder, die het ongeval bemerkte bracht den trein tot stilstand, waarna onmld- deliyk een onderzoek werd Ingesteld. Dit le verde aanvankeiyk geen resultaat op. Intusschen werd het station Beverwyk ge waarschuwd. alsmede de politie en de maré- chaussée aldaar, die spoedig ter plaatse waren evenals de stationschef van Beverwyk. Na eenig zoeken vond men even voorby den overweg het gruweiyk verminkte lyk van een man. zyn identiteit kon nog niet worden vast gesteld. Het stoffeiyk overschot te naar het lykenhute te wyk aan Duin overgebracht, on der welke gemeente het ongeluk gebeurd te.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noord-Hollandsch Dagblad : ons blad | 1934 | | pagina 5