I
Medische Kroniek
Biddend werken, werkend bidden
T ooneel verbond
de
Het omslaan
van
Conversieleening
geslaagd
„Krakatau”
HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor IOcL
VRIJSPRAAK GEEISCHT
Ji
ZATERDAG 14 APRIL 1934
IDEEËN
Vrienden van Egmond
Opritten rijwielpad onbeschermd
Onvolwaardig schip
De verdediging
Het hoofdbestuur is in finantieele
moeilijkheden geraakt
DE NIEUWE BRUG OVER HET
MERWEDEKANAAL
iii]
i
CONTINGENTEERING
VAN RIJST
Monopolieheffing op
rijst
Dit laatste marine-ongeval is bui
tengewoon goed afgeloopen,
daar de bemanning aan
het dek was en geluk
kig niet beneden
In Oberammergau hadden tot dusver de
straten nummers. Zij krijgen thans namen.
Ter .eere van de familie Zwink, waaruit
sedert meer dan vijftig jaren de spelers
van de Judas-rol zijn voortgekomen, wordt
de straat, waarin de familie woont, .Judas-
gasse” genaamd. De nieuwe Judas” Zwink
aan het venster.
DE „JUDASSTEEG”
Met ruim drie millioen over-
teekend
lónderstuipen
Volledige ontheffing voor een
ruime hoeveelheid
Restaurant DORRIUS
(te
o-
Uk
LIBRA.
P. Noordeloos. Snoekstraat.
vry
Paulus
Abdij
(Glro-
St.
d. Vijver,
van
der
M.
van
H.
C.
KuUeren.
van
van Eg-
d. Myleweg
d. Myleweg
zee
in
De kapt, ter zee
De kapt, ter zee
het onder deze
voorlooplg
Spr. meent, dat van geen strafrechtelijke ver-
antwoordelljkheld kan worden gesproken.
HU was wel duizend keer dit vaarwater gepas
seerd. Er Is echter nimmer een spatje water In
het schip gekomen.
ken. Er was ook eens een „dwaasheid van het
kruis”. En die dwaasheid heeft de trotsche hel-
densche wereltf overwpnnen. In dien zin zullen
alle oprechte christenen ook, juist in dezen tijd,
de dwaasheid van Egmond verstaan!
Noot. Elders In dit blad vindt men de
adressen, waar men zich als vriend van Egmond
kan opgeven.
wezen,
natuur
het geweest, dat het program van de inspectie
als een order wordt beschouwd. Deze twee din
gen dienen echter goed uit elkaar te worden ge
houden. Het programma was niet anders dan
een leidraad. De orders moesten nog volgen.
Daarbij was de commandant volkomen In on
wetendheid gelaten van hetgeen In de machine
kamer zou gebeuren. Z.l. mag men achteraf hem
geen verwijten maken.
Voor het Hoog Militair Gerechtshof tc ’s Gra-
venhage diende gisteren de zaak tegen den ka-
pitein-luitenant ter zee C. C. F. J., den luitenant
ter zee der 2e klasse B. P. en den kapitein ter
zee J. van R., in verband met het gebeurde
met de „Krakatau".
Kan men nu spreken van collectieve schuld?
Spr. gelooft dat deze vraag bevestigend moet
worden beantwoord. Alle drie zijn tegelijk on-
R. heeft ten slotte eenlge
principleele punten toegelicht, daarbij een over
gevende van zijn handelwijze en zlena-
verantwoordelljkheld
l
ter laat zien, is opgeborgen.... voor onbepaal-
öen tijd. Maar wat niet verdwijnen mag, dat is
de kern, het eenvoudige klooster, door Bene-
dlctus’ zonen zelf op te trekken, op Hollands
heiligste plek, op Adelbertus’ doodenakker. Dit
is geen weelde, dit is noodzaak.
Niemand behoeft meer gewezen te worden op
‘Jii
7
waar de aarden opritten aanvangen,
de wielrijders op het san deze zijde
rijwielpad zonder eenlge bescherming
Bij ministerieele beschikking is met ingang
van 1 April jl. van de bestaande monopolie
heffing op rijst, afkomstig van Java, Madoera
en Lombok, voor een ruime hoeveelheid volle
dige ontheffing verleend.
De rijst, die met deze vrijstelling hier te lande
zal worden Ingevoerd, zal voorzien moeten zijn
van een door het departement van Economi
sche Zaken te Batavia af te geven certificaat
van oomprong, ten einde de Nederlandsche
Meelcentrale in staat te stellen, bedoelde ont
heffing te verleenen.
Verwacht mag worden, dat deze maatregel
een stimuleerende werking zal uitoefenen op de
aanvoeren van Indische rijst hier te lande, zoo
wel voor binnenlandsche consumptie als voor
herexport in volledig bewerkten vorm.
De betonnen opritten van de nieuwe brug
over het Merwedekanaal in den weg Amsterdam
—Laren zijn aan de buitenzijde begrensd door
een sterke leuning, welke echter eindigt ter
plaatse
zoodat
gelegen
zijn.
De A. N. W. B. en de K. N. A, O. hebben aan
den wegbeheerder verzocht het aanbrengen van
een eenvoudig hekwerk of andere markeering
aan de buitenzijde van de aarden opritten te
willen bevorderen.
oplettend geweest. Zou die collectiviteit echter
niet bestaan, dan bl|jft nog de subsidiaire ten
lastelegging over, dié ieder hunner aansprake-
Hjk stelt.
Spr. gaat vervolgens den gang van zaken aan
boord na. Wat de term „volle kracht” beduidt,
weet eigenlijk geen der beklaagden.
Het is wel gebleken, dat geen verstandig zee
man het in zijn hoofd kan krijgen, zijn schip
met de grootste vaart over zulk een ondiepte
heen te jagen. De beklaagden hebben eenvou
dig op elkander gerekend en verzuimden over
leg te plegen. Maar nu de strafrechtelijke ver
antwoordelijkheid.
Mr. Bonnerman, verdediger van beklaagde
P., voerde hierop het woord.
Hij betoogde, dat het ongeluk is te wijten aan
een ongelukklgen loop van omstandigheden op
een dag van veel pech. Z.l. was de .Krakatau”
een onvolwaardig schip met weinig stabiliteit.
P. heeft de machinekamer onmlddellljk laten
stoppen toen het schip kenterde. Dit kenteren
was in geen geval een gevolg van een omissie
van P. Hem is geen enkele schuld te verwijten.
Men is zoo licht geneigd, te redeneeren van
het gevolg uit. Maar, gezien de omstandighe
den had van P. niet anders kunnen worden
verwacht dan hij gehandeld heeft. Aan zijn be
leid is het te danken, dat de boot niet is ge
zonken in het diepste gedeelte van het vaar
water. Ook pleiter concludeerde tot vrijspraak.
Hierop pleitte mr. Jager voor den beklaagde
J. Deze ramp was één der laatste, die onze ma
rine hebben getroffen in de jaren 1929 tot 1932.
PI. wees erop, dat wanneer de commandant
van een schip geïnspecteerd wordt, hjj mag
aannemen, dat de chef, die inspecteert, op de
hoogte is van de eigenschappen van het schip.
De commandant werd geïnspecteerd en kon
dus zijn orders afwachten. Nooit heeft pleiter
van een ander standpunt gehoord. Een fout is
De op 12 dezer plaats gehad hebbende alge-
meene conversie van Nederlandsche Staatslee-
nlngen ten bedrage van t 900.000.000 is geslaagd.
Ter conversie werden aangeboden: f 748 tot
749 millioen, terwijl het totaal der vrije inschrij
vingen f 156—156.000 000 bedraagt. In totaal is
derhalve, naar de voorlooplge uitkomsten, inge
schreven tot een bedrag van ruim f 903.000.000.
stroomde een
den drempel op
De strafrechter moet de vraag beantwoorden:
kan redelijkerwijs beklaagden worden verwe
ten. dat zl) niet anders hebben gehandeld?
Spr. gelooft van niet. De kolonel v. R. had
geen aanleiding te denken, dat niet alles in or
de was. Maar hjj bemoeide zich wel met wat
er op het schip gebeurde. Hij nam de Inspectie
in de hand. Nu is het niet bewonderenswaar
dig, dat de commandant van het schip met
de armen over elkaar bleef zitten, maar hij had
toch wel reden daartoe omdat de kol. v. R.
de leiding had overgenomen. HU had geen re
den aan te nemen, dat op uiterste vermogen zou
worden gevaren. De houding van overste J. is
ook niet bewonderenswaardig, maar strafrechte-
HJke schuld is ook ten zUnen aanzien niet aan
wezig.
Van geen hunner achtte spr. strafrechtelUke
schuld aanwezig, weshalve hU reqoireerde tot
vrijspraak van alle drie beklaagden.
Het Nederlandsche Tooneelverbond zit
plotseling in financleele moeilijkheden.
Het hoofdbestuur kan namelUk, door een be-
treurenswaardigen samenloop van omstandig
heden niet meer beschikken over fondsen die
tot kort geleden het verbond ten dienste ston
den. Het betreft bedragen van omstreeks zes
duizend gulden, twee duizend gulden en meer.
Men poogt thans in de kringen van het ver
bond zelf de sommen weer bijeen te krUgen,
doch het verbond dat ook voor zijn tooneelschool
te zorgen heeft, staat er moeilijk voor, vooral
wUl ook de overheid de subsidies zoo krap
houdt.
Een ea ander moet in verband staan met het
uitspreken van het faillissement eener nalaten
schap waardoor de beschikking over de fondsen
gehandicapt is.
poorten kon binnenstroomen en binnenstroom
de.
Tengevolge van een en ander is het schip
binnen zeer korten tUd gekenterd en gezonken,
zoodanig, dat het op stumboordzUde op den
bodem kwam te rusten eff de bakboordshuld
met een gedeelte van het schip boven water
bleef.
De schuld van beklaagde, althans van een
of meer hunner, aan bovenomschreven ongeval
bestaat hierin, dat zU. met grove veronacht
zaming van zooveel nadenken als zU als nor
male zeeofficieren in de concrete omstandig
heden, waarin zU verkeerden, behoorden aan
te wenden, het gevaar niet hebben voorzien,
waarin het schip bjj sterke opvoering der vaar-
snelheid en der schroefomwentelingen in on
diep vaarwater, met openstdande patrijspoorten
en openstaande waterdichte deuren op het mU-
nendek, moest, althans kon, komen te ver-
keeren en is komen te verkeeren, en met grof
verzuim van vooromschreven mate van naden
kendheid hebben nagelaten, voorzorgsmaat
regelen te treffen om dat gevaar af te wenden.
Er waren twee getuigen 8 décharge gedag
vaard, nJ. de officieren van den Marine-stoom-
vaartdienst le klasse Roosa en de luitenant ter
zee 2e klasse v. d. Blink.
Beklaagde van R. werd verdedigd door mr.
Koeleman uit Den Haag; beklaagde J. door den
vice-admlraal buiten dienst mr. J. C. Jager,
oud-chef van den marinestaf, en beklaagde p.
door mr. Bonnerman uit Den Haag.
Het lid van het Hoog Militair Gerechtshof
vice-admlraal v. d. Bosch werd vervangen door
Schout bU nacht-tltulair b. d. de WUs.
De president, mr. Schepel, meende, dat over
de feiten In het rapport omtrent het onderzoek
vermeld, geen verschil van meening was.
De beklaagden gaven dit toe.
Nadat bU de verdere behandeling der „Kraka-
tau”-affaire voor het Hoog Militair Gerechtshof
nog uitvoerig gesproken was over de kwestie der
ongesloten deuren en de term „volle kracht”,
kreeg de advocaat fiscaal mr. Brants gelegen
heid tot het houden van zUn requisitoir.
HÜ herinnert eraan, dat de drie beklaagden
terechtstaan wegens overtreding van art. 169
van het Wetboek van Strafrecht. Het staat
vast, dat levensgevaar is aanwezig geweest bU
de opvarenden van de „Krakatau."
R. zou alleen strafrechte-
lUk schuldigen als hU had stilgezeten terwijl
handelen geboden ware geweest en het onge-
luke mede aan dit stilzitten te wUten is. Hier
van kan geen sprake zUn.
Het ongeval is wel buitengewoon goed afge
loopen. Na enkele seconden is het schip ge
kanteld. Ware de heele bemanning niet aan het
dek geweest, maar beneden, dan waren de ge
volgen niet te overzien geweest. Tientallen men-
schenlevens had dit ongeval kunnen kosten.
Volgens de dagvaarding is het aan hun
schuld, althans aan die van een of meer hun
ner, te wUten dat Hr. Ms. mUnenlegger .Kra
katau” op 11 October 1932 in het Oostervaar-
water van Soerabaja is gezonken of gestrana.
waardoor levensgevaar is ontstaan voor een of
meer opvarenden van dien oorlogsbodem, an
deren dan beklaagden.
Op 11 October 1932 bevond zich Hr. Ms.
.Krakatau” onder commando van den beklaag
de kapitein-lultenant ter zee J. voomoemd in
het Oostervaarwater van Soerabaja, tot het on
dergaan van een inspectie, te houden door den
Commandant der Marine te Soerabaja. den be
klaagde kapitein ter zee J. van R.
Deze bevond zich aan boord met den inspec
teur van den Marinestoomvaartdlenst der 2e
klasse C. A. W. Wagenaar, en den adjudant van
den Commandant der Marine, den luitenant
ter zee der le klasse A. de BooU-
Op een gegeven oogenblik
groote hoeveelheid water over
het mj|nendek.
Dit werd veroorzaakt door
omstandigheden (alles open en ondiep water)
én dat de oude abdU op teekenlng in vollen luis- J ontoelaatbare groot aantal omwentelingen, dat
de schroeven maakten, en groote vaart van het
schip, hetgeen tengevolge had dat het achter
schip zoo diep in het water zonk, dat het water
over het mUnbordes door de openstaande wa
terdichte deuren het schip kon binnenstroomen
en binnenstroomde. Het schip kreeg door de
dientengevolge ontstane abnormale waterbelas-
tlng zooveel helling naar stuurboord, dat het
water ook de aan die zUde openstaande patrjjs-
zlcht
wUze.
Beklaagde was gerechtigd te verwachten, dat
dc commandant van de „Krakatau” die de order
drie dagen te voren in zUn bezit had, deze sou
analyseeren en alle maatregelen van navigatie
en veiligheid zou nemen. Daarom hadden ook
de deuren gesloten moeten zUn. Dit is het kar
dinale punt in de „Krakatau”-affalre en bekl
hoopt, dat het Hof deze zaak eens zal uitma
ken. Het spüt beklaagde, dat de commandant
van de .Krakatau” deze zUn gedachtenlacune
niet wil erkennen en de
niet wil dragen.
De president verklaarde de behandeling voor
gesloten en bepaalde de uitspraak
op 27 April.
BLOEMENDAAL:
Genest et weg 26
BREDA: C. Sassen; Mr. Dr. G. W. A. van
Sonsbeeck. Wllhelminapark 15, telefoon 3421.
BUSSUM: E. P. C. Slagbek, Meerweg 44, te
lefoon 5961.
CASTRICUM: H. A. Nüsen,
1, Bakkum, telefoon 530.
DUIVEN: Mevr. B.esse van Dorth tot Med-
ler, telefoon 22.
EGMOND-BINNEN: J. Verheggen
ENKHUIZEN: H. F. Flultman, Hoofd der R.
K. School, telefoon 74.
GENDRINGENJhr. R. van Grotenhuis.
sGRAVENHAGE: Ir. L. J. M. Feber, Joh. v.
Oldenbameveldtlaan 115 telefoon 553903, (niet
tusschen 1214 en 1819 uur); Dr. L. G. Kor
tenhorst, Lange Voorhout 19, telefoon 117270.
GROOTEBROEK: P. Noordeloos. Snoekstraat.
HAARLEM: F. Caron, Jansstraat 64, telefoon
16655; L. C. J. Nieuwtenhuys, Wagenweg 46, tele
foon 14390; H. W. M. van Os, Gedempte Oude
Gracht 76, telefoon 13397: B Schlaghecke,«Ke
naustraat 3, telefoon 16936; Mevr. Vorstman,
Emmalaan 9 telefoon 15607; Dr. W. M. A. v. d.
wunpersse, zijlweg 295, telefoon 14834.
HEEMSTEDE: Ed. Brongersma, Helmanslaan
2, telefoon 28669; Prof. Dr. A. M. A. A. Steger.
Lanckhorstlaan 36. telefoon 28568; Familie de
Wlldt, Heerenweg 106.
■sHEERENBERG: W. Passtoors.
HEILOO: W. Tanis, Hoofd der R. K. school,
Alkmaar, telefoon 426.
DEN HELDER: A. Slliacus, Kanaalweg 3.
HILLEGOM: Mr. D. F. Pont, Privé telefoon
5839
HOORN: A. O. Bultlnk, Groote Noord 25.
HUISSEN. Mej. Ch. Helmich.
HULST: B A. Th. M. Trufflno, Steenstraat
138, telefoon 95.
LUTJEBROEK:
Grootebroek.
MAASTRICHT:
Hieronder laten wij een lijst volgen met de
namen der plaatselljke correspondenten van de
„Vrienden van Egmond”
AERDENHOUT: Mej H. Everard, Boeken-
rodeweg 45, telefoon 26031.
ALKMAAR: Mr. L. van Lookeren Campagne.
Breedstraat 10, Privé telefoon 970, Kantoor
telefoon 668; Mevrouw C. Smal, Kennemerpark
1, telefoon 830.
AMSTERDAM: A. G. K. Barge, Vondelstraat
51 telefoon 83444; Mevrouw F. A. Besler, Da
Costakade 71; Mej. M. Everllng. Prinsengracht
413 telefoon 37922; Mr. A. J. M. Hendrix. Kei
zersgracht 401 telefoon 36992; Mevr. A. M. M.
Olsthoom-v. Woetlk, Da Cossakade 44. telefoon
82737; Mej. M. Peek, Gabr. Metshstraat 14;
H. Velthuyse, Linnaeushof 95 telefoon 53892;
P. Visser, Linnaeushof 87; M. Sedelaar, v.
Breestraat 40; P. Sweers, Josb. Toussalntstraat
70 (Postgiro 84526); Mej. Chr. J. M. Wennen,
Prins Hendrikkade 186; J. Wubbe, Jan van
Goyenkade 11 Postgiro 38274; Gem. giro W
6789) telefoon 22344.
ARNHEM: Mr. J. P. Bervoets, Steenstraat 1,
Privé telefoon 24110, Kantoor telefoon 23640;
W. Baron van Hugenpoth tot Aerdt, v. Heem-
stralaan 10 telefoon 26184.
BAARNIr. G. F. H. Houben, Regentesse-
laan 2 telefoon 397Mevr. H. Moltzer-van
Kempen, Rost-Ede, Stationsweg.
BAKKUM NK: H. A. NUsen,
I, telefoon 530.
BERGEN NK.: G. J. Stookmann, Dr. van
Peltlaan 23
BLARICUM: Mej. Truus Rigter.
G. L. van der Mey, de
Jhr. me. A. van RUckevor-
sel, Keizer Karelplein 10.
MEDEMBLIK: J. van der Lee, Westeyhaven
28
NIJMEGEN: Mr. P. I. J. M van der Velden.
GuUotstraat 5, Privé telefoon 2177. Kantoor te
lefoon 212.
OOSTERHOUT:
nummer 39167).
OVER VEEN: J. Krieger. Adr. Stoopplein 8;
Mej. Peeters. Huize Duinrust. telefoon 10820;
W. G. Van Seggelen. Bloemendaalscheweg, 227,
telefoon 23682.
ROTTERDAM: L. F. A. Veltmeyer, Bergsln-
gel 122. telefoon 43455; H. G. M.
Westersingel 35, telefoon 57049.
TILBURG: P. Nieuwenhuis. Spoorlaan 92.
UTRECHT: Mej. Nelly Ruys, Boothstraat 19,
telefoon 10313; L. C. F. M. Smulders, Malie
singel 39. telefoon 12718, Secretaris van het
Sub-Comité.
VELP: 8. C. M. Fontein Strootman, Biesdel-
schelaan 11, telefoon 32579.
VOORSCHOTENMevrouw
Schrieck. Noortheylaan 11.
WASSENAAR: J. J M Wiegman, Acacialaan
15. Privé telefoon 716285, Kantoor telefoon
717120.
IJMUIDEN-OOST
Trompstraat 141.
ZEIST: Th. Ruijs, Rond 5, telefoon 106.
Het is In onzen tUd van veel rumoer, van
Verstrooiing en afleiding, een groote kunst om
de aandacht van anderen te trekken en vast
te houden. Vandaar, dat de reclame, vooral in
haar toepassing, tot een veel beoefende weten
schap is uitgegroeid.
BU reclame nu, denkt men gemeenlUk slechts
aan het aanprUzen van zaken, die winst moeten
opleveren. In dezen lawaaierigen tUd is het ech
ter noodlg ook voor geestelUke goederen reclame
te maken, wil men niet het gevaar loopen met
zUn idealen alleen te bhjven staan.
Over zulk soort reclame voor een geestelUk
goed wilden wU het vandaag eens hebben. Meer
dan honderd jaar wordt nu al in ons land de
trom geroerd, om op den bodem, waar de Hol-
landsche beschavingsgeschiedenis begon, name
lijk te Egmond, een der oudste kloosters opnieuw
op te bouwen. Er is voor het idee zóó veel en
■oo luid reclame gemaakt, dat welhaast iedere
landgenoot er van vernomen heeft.
Toen het aan dit geslacht beschoren scheen
dit werk te verwezenlijken, toen keerde het eco
nomisch getU en dreigde voor de zooveelste maal
een mislukking. Maar opnieuw waren er idea
listen, die het enthousiasme van hun voorgan
gers overnamen en ondanks slechte tijden en
leege beurzen zal weldra de eerste spade in den
grond gaan. Maar niet met aller instemming!
WU zeuden geen Nederlanders zUn, en Nurks
zou niet in Kennemerland zijn geboren, wan
neer wü zulk een onverwacht succes zoo maar
zonder critiek lieten groeien. En zoo ooit, dan
is hier de critiek heel wat gemakkelUker daft de
kunst. Is dit nu een tUd om geld te verzamelen
voor een historische aardigheid? Hebben wU
nu heusch niet wat beters te doen dan eenige
tienduizenden guldens voor den bouw van een
abdU bU elkaar te brengen? Is het eigenlük niet
ten hemel schreiend, om, wanneer wU zien hoe
veel honger en ellende er geleden wordt, geld te
durven vragen voor den bouw van een klooster?
Dat kan O. L. Heer nooit goed vinden en de
menseben, die zulke dingen uitdenken en dóór
zetten zijn, zacht gesproken, onmaatschappelUke
wezens.
Ziedaar het gemor en gemopper, dat thans
rondom de propaganda voor Egmond te verne
men is. Zonder partU te kiezen is het op zich-
zelf al de moeite waard om zulk een ernstig
meeningsverschil tusschen geloofsgenooten onder
de oogen te zien. Er zijn twee gronden, waarop
de herbouw van de Egmondsche abdU verdedigd
kan worden. De eerste is een cultuur-historische
en het is te verklaren, dat velen daarvoor thans
tn dezen malalsetUd niet veel gevoelen. Toch
■chuive men deze overweging zoo maar niet
zonder meer ter zUde. In de vorige eeuw hebben
liberalen en protestanten voor een opbouw van
het oude. Roomache Egmcnd geUverd en wel
met een vuur, dat ons thans beschaamd doet
staan. Er is dus voor den onverschillige van
beden wel alle aanleiding, om althans naar de
oorzaak van dit niet-katholieke enthousiasme te
■oeken. DaarbU komt hU in de oudste tUden on
eer vaderlandsche geschiedenis terecht. Helaas
is liefde voor het nationaal verleden geen deugd
van ons nuchter koopmansvolk. Toch heeft de
tijdgeest ook ons niet geheel onberoerd gelaten
en zUn er teekenen de Willem de ZwUger-
herdenking, de vraag naar historische lectuur
e.d. dat ook bU den Nederlander de zin voor
het volkseigene en voor de kennis van het eigen
verleden toeneemt. Dan dringt zich de historie
van Kennemerland wel heel sterk op! Hier toch
kwamen de eerste geloofsverkondigers uit Ier
land aan wal; van hieruit ontving Nederland
ZUn grootste weldaad, het christelU^ geloof, tege
lijk met zUn beschaving. Hier heeft de wieg van
onze Hollandsche nationaliteit gestaan; hierheen
moeten onze gedachten, om er de eerste graven
van Holland te ontmoeten. En voor een groot
en gewichtig deel speelt zich die eerste geschie
denis van Holland af rondom de abdU van Eg
mond, gegroeid uit een kapel, door vrome ge-
loovigen gebouwd ter eere van St. Adelbert, den
eersten geloofsprediker in deze streken. Wel
Werd de kapel door de Noormannen verschil
lende malen verwoest, maar door Gods Voor
zienigheid en het IngrUpen van den heilige zelf
Werd 8t. Adelbert’s gebeente opgegraven, waar
bij een wonderbare bron ontsprong en vele won
deren geschiedden. En zoo werd deze heilige
plek de plaats van het vermaarde BenedictUner
klooster, dat onverbrekelUk met onze vader
landsche historie is saamgegroeid.
Het is dus geen wonder, dat Mr. D. J. v. Len-
bep reeds in 1841 in de vereenlgde zitting van
de vier klassen van het KoninklUk Nederlandse!)
Instituut in tegenwoordigheid van Koning Wil
lem H en prins Alexander een vurig pleidooi
hield voor het herstel der abdU van Egmond
„door Hollands oudste graven gesticht en be
giftigd’; dat deze geleerde dichter en groot
vaderlander FrankrUk en Engeland ten voor
beeld stelde in hun eerbied voor historische mo
numenten.
Het is geen wonder, dat de liberale journalist
Charles Bolssevain in een van zUn beroemde
Van-dag-tot-dag-artikelen in het Algemeen
Handelsblad van 1906 heel Nederland opriep om
te Egmond de verwoeste abdU op te bouwen.
„Wordt er geld gegaard aldus eindigde hU
ZUn met enthousiasme geschreven artikel
om dus piëteit te toonen aan het Stamhuis „dat
den grond heeft gelegd tot ons bloeUen” door
de roemrUke oude abdU, die hun gebeente eens
dekte, in herinnering te houden, dan draag ik
mUn penningske bU en ga collecteeren bU vrien
den en vriendinnen.”
Maar, zooals wU boven reeds zeiden, in dezen
tUd van economischen neergang is het verklaar
baar, dat de nood, die uit de monden van hon
derdduizenden werkloozen schreit, den lust voor
het stichten van een kostbaar, historisch monu
ment doet verdwUnen. De propagandisten van
Egmond, die een mooie traditie levend houden,
hebben dat begrepen. Het groote plan van den
architect Kropholler, in betere jaren ontworpen
De Staatscourant van Vrijdagavond bevatte
een KoninklUk Besluit, waarbU de invoer
van rUst voor den tUd van drie maanden wordt
gecontlngenteerd. Deze maatregelen gelden
vanaf 1 Maart tot 31 Mei 1934.
De invoer van gepelde of van gebroken of
gemalen rUst is gecontlngenteerd on 60 pct. van
den gemiddelden driemaandelUkschen Invoer in
1932. De Invoer van rUstvoedermeel is gecon
tlngenteerd op honderd pct. van den gemiddel
den driemaandelUkschen Invoer in 1932 en
1933 (alles gerekend naar de hoeveelheid).
-r w y anneer een kindje stuipen krUgt, slaat
\A/ de moeder de schrik om het hart. Er
is iets beangstigends in het zien van
die trekkende en krampachtige bewegingen,
waar het kind niet meer meester over is, en
die door een geheimzinnige en kwaadaardige
kracht schUnen te worden veroorzaakt In het
latere leven der kinderen hoort men dan wel
zeggen, dat deze of gene afwUking uit de stul
pen K overgebleven. En de vrees voor de gevol
gen, gepaard met den angst voor het onmlddel-
lUk gevaar, en het schrik aanjagend gezicht
maken, dat altüd spoedig de dokter geroepen
wordt. Wanneer deze aankomt. zUn dl den
regel de stulpen alweer voorbU en dan doet
zich de moeilijkheid voor, om uit te maken, wat
het geweest is. Nu maakt het al dadelUk een
heel groet verschil, hoe oud het kind is. Wan
neer het een pasgeborene is, ontstaan de st'd-
den zegenrUken arbeid van de BenedictUnen in
Oosterhout. Wanneer er in een Roomsch hart
ooit heimwee was naar het Intens katholieke
leven der middeleeuwen, dan vond het daar, in
een geheel aparte kloostersfeer, de verwezenlU-
klng van wat in de twintigste eeuw een utopie
lUkt. Vandaar de groote trek naar Ooeterhout,
zóó groot, dat aanvragers moeten worden afge-
Het zou in zulke omstandigheden de
verkrachten zUn, om moedwillig de
stichting van een nieuw klooster en dan op
de door de historie aangewezen plaats, Egmond,
tegen te houden.
Ziedaar het geheim van den moed, van den
durf dergenen, die, ondanks malaise en slechte
economische vooruitzichten toch voor Egmond
blUven pleiten en.... bedelen. Of liever juist,
omdat we zulke moeihjke tUden beleven.
Wat toch is het doel van den heropbouw van
Egmonds abdU? Een kern stichten van mannen,
die biddend werken en werkend bidden en dat
midden in Holland, op weinig kilometers afstand
van de hoofdstad, ten voorbeeld van het jach
tende leven rondom.
Biddend werken! O, er is en er wordt gewerkt
in deze wereld. Er is krankzinnig hard gewerkt
tUdens en sinds den grooten oorlog. Er is ge
produceerd, nacht en dag; er zUn machines uit
gevonden, die de producten afleveren, kant en
klaar, met lederen tik van de klok. Maar juist
door dien arbeid, zonder maat of regel, zonder
bezinning of moraal, is de wereld uit haar voe
gen geslagen. WU hebben gewerkt zonder bid
den; door den arbeid alleen op winst gericht,
werd het bidden verleerd.
De monniken, bezield met den evenwichtigen,
rustigen, den chrlstelUken geest der middeleeu
wen, moeten ons weer leeren wat biddend wer
ken is. ZU zullen meer doen. Het jachtende le
ven zal ons blUven vasthouden, niet enkel de
leeken, zelfs een groot deel van de priesters
in de steden en groote dorpen. Dat enerveeren-
de, moderne leven legt zelfs op Gods dienaren
beslag van den vroegen ochtend tot den laten
avond. Welk een heerlUke gedachte, dat er man
nen zUn, „vrUgestelden” zcoals een van Eg
monds vurige propagandisten, pastoor Nolet, ze
geestig noemde die bidden, mediteeren, die de
verschuldigde eer brengen aan den Schepper en
's Hemels zegen afsmeeken, terwUl wU zwoegen
en sloven en bezig zUn met wereldsche dingen.
Deze waarheid, deze wUsheid, staat zóó vast
in de hoofden van de bewonderaars
mond, dat zU thans besloten hebben, iedereen,
ook den eenveudigen man, ook den niet bemid
delde .zUn penningske voor Egmonds klooster
te doen bUdragen. Egmond toch moet het bezit
van heel Nederland worden; er is niemand, of
hU heeft behoefte aan het gebed van de kloos
terlingen. Vandaar de stichting der vereeniglng
„Vrienden van Egmond”.
Is het een dwaasheid om in d e z e n tUd
geld te vragen voor het oprichten van een kloos
ter? Ach. er geschieden zooveel dwaasheden.
Heel ons economisch leven is één groote dwaas
heid. TerwUl de graanschuren van Amerika en
Canada tot berstens toe vol zUn en het oude
koren wordt verbrand om den nieuwen oogst
nog een klein prUsje te gunnen, beUveren alle
landen zich om eigen broodkoren te telen En
wat met het graan geschiedt geldt voor tien
tallen andere bodemgewassen. Laat de waan-
wUze wereldling, die zoo slecht zUn eigen zaken
regelt, dus niet te spoedig van dwaasheden spre-
pen meestal door een beleediglng van de her
senen van het kind, en uit den aard der zaak
is deze beleediglng of beschadiging natuurlUk
bU kunstgeboorten meer voorkomend dan bU
een natuurlUke geboorte. (Dit heeft in medi
sche kringen de Waardeering van de kunst
geboorten weer verminderd: men tracht zoo
veel mogelUk de geboorte zonder operatief in
grijpen tot stand te brengen; men vermUdt
zooveel mogelUk de tangen. Toch heeft deze
ingreep in den regel geen schadelUke gevolgen).
Behalve door deze geboortebeschadlglngen,
kunnen ook krampen ontstaan door aange
boren gebreken aan de hersenen; en een enkele
maal komt het ook voor, dat de pasgeborene
de kraamvrouwenstuipen van de moeder ver
toont. Daarvoor is geen andere verklaring mo
gelUk. dan dat er in 't bloed van de lUderes een
stof circuleert, die krampen opwekt; deze stof
gaat over in het bloed van het kind en ver
wekt bU dit eveneens krampen.
In den regel worden deze stuipen en kram
pen nog waargenomen dcyg dengene. die de
verlossing geleid heeft; en dan is het dus
meestal niet zoo moeilUk uit te maken, wat de
oorzaak is.
Maar wanneer het kindje al iets ouder is.
b.v. de drie maanden gepasseerd, dan zUn het
heel andere dingen, waaraan de medicus denkt.
Vooreerst kan er reeds dan een begin van rha-
chltis, Engelsche ziekte zUn, en nu is deze ziek
te vaak vergezeld van een neiging tot krampen.
Men weet ook wel met 'groote zekerheid, hoe
dit komt. Deze neiging tot kramjien wórdt toe
geschreven aan een gebrekkige werkzaamheid
van de bljschlldklieren, heel kleine lichaampjes,
die links en rechts achter de schildklier liggen,
en die een zeer belangrUke functie hebben. In
elk geval, er wordt dan onderzocht of het kind
deze krampachtige neiging, die in het Grieksch
spasmophile dlathese heet, bezit. Daartoe gaat
men na of de spieren prikkelbaarder zUn dan
bU een gewoon kind. Om dit vast te stellen,
dienen verschillende teekenen, die naar hunne
ontdekkers de teekenen van Chooetek, Tlemich,
Escherich genoemd worderf Het is zeer een
voudig. Men klopt met een klein hamertje op
een plaats bU het oor, en men ziet dan een
optrekken van den mondhoek, neusvleugels,
soms van een ooglid; dergehjke spiertrekkingen
kan men ook aan mond en lippen uitlokken.
Ook kan men nog nagaan of andere spieren en
zenuwen prikkelbaar zUn. Bovendien wordt na-
tuuilUk gezocht naar de gewone teekenen van
rhachltls, die hier niet genoemd behoeven te
worden, en dan is het vaak, dat men met zeker
heid kan besluiten tot de diagnose van spas
mophile dlathese. De behandeling ligt dan voor
de hand, en deze valt gedeeltelUk samen met
de behandeling van de rhachltls. Vooral koe
melk wordt verboden, levertraan of een der
moderne middelen wordt gegeven, soms nog -
een kalkpraeparaat. ‘T
Dit soort krampen treedt herhaaldelUk op* 1,5
en vooral in winter en voorjaar. Ze kunnen
reeds voorkomen bU kinderen van 3 8 6 maan
den. maar dit is zeldzaam, meestal betreft het
kinderen tusschen een half en twee jaar. Wan
neer de moeder niet te lang wacht, is Te ziekte
meestal gemakkelUk te genezen.
Stuipen bU kleine kinderen komen nog al
eens voor, wanneer zU hooge koorts hebben,
b.v. bU het begin van roodvonk, mazelen, nler-
bekkenontsteklng. Wanneer bU een ouder per
soon een koude rilling optreedt, krUgt een klein
kind vaak een stuip. In het verdere verloop
van zulk een ziekte ziet men dan bUna nooit
nog een andere stuip. Toch wordt elke kramp
aanval of stuip behandeld, want men is alge
meen overtuigd, dat wanneer ze te lang duren,
de hersenen daardoor lijden Ze worden steeds
behandeld met een verdoovingsmiddeL en se
dert tientallen van jaren is dit nog steeds
chloral. Daarmee kan men dan het onmiddel-
lUke gevaar bezweren, en dan verder maat
regelen nemen tegen de ziekte zelf, of ook
tegen het opnieuw optreden van stulpen.
Ook vallende ziekte komt reeds in deze jaren
voor, maar om bU een aanval van stulpen vast
te stellen, dat zU door vallende ziekte, epilej»-
sie veroorzaakt worden, is moeilUk. Met de
grootste zorg moeten alle begeleidende omstan
digheden worden nagegaan; zoodat wU hier
over niet verder zullen uitweiden. Interessant
is, dat men er vrUwel in geslaagd is, zulk een
aanval uit te lokken, en aldus toch den aard
van de ziekte vast te kunnen stellen. Hoewel
men de epilepsie in de eerste vUf levensjaren
in ’t geheel niet mag verwaarlooeen, is het toch
een feit, dat in zeker 80 pct. van de gevallen
deze ziekte eerst later optreedt.
Er zUn heel wat dingen, die stuipen genoemd
worden en het niet zUn. BU kleine kinderen in
de eerste een of twee maanden ziet men vaak
een eigenaardig draaien met de oogen, een
trekken met arm of beenen van de armen kan
het zelfs vrU sterk zUn. ook trekkingen In bet
gezicht. Dit alles heeft met stulpen niets te
maken. Echte stuipen zijn iets, waarin men
zich niet vergist.
Nog een ander ding, waarover de ouders zich
vaak zeer ongerust maken. Kinderen zUn soms
een oogenblik, zooals men noemt „afwezig zU
houden even met hun bezigheid of met spreken
op, trekken even met het gezicht, knippen
even met de oogen; in een minuut is alles voor
bU; maar dit geval herhaalt zich soms tien
tallen malen op een dag. Dan blUft het,weer
maanden lang weg. Wanneer dat in de eerste
jaren van het leven voorkomt en met ineen
zakken gepaard gaat, is het niet zelden ernstig:
maar deze afwezigheden bU overigens normale
kinderen van a ouder dan. 4 jaar zUn in den
regel volkomen onschadelUk. Ik zelf herinner
mU niet, hieruit ooit iets ernstigs te hebben
zien voortkomen. De lezer moge niet denken,
dat daarmee het hoofdstuk „kinderstulpen** is
geëindigd. Er zUn nog tal van andere ziekten,
die krampen kunnen veroorzaken, maar de
kwestie is, dat de stulpen daar niet als het
voornaamste of eenlgste in het oog springen,
doch slechts een begeleidend verschUnsel zjjn
van een andere ziekte.
Zooals uit al het voorafgaande is gebleken,
is het in de overgroote meerderheid van de ge
vallen. waarin stuipen voorkomen, en dat is in
gevallen van koortsige ziekten en bU spasmo
phile dlathese, lang niet meer zoo gevaarlijk
als men vroeger dacht. Men moet dus niet al te
■eer schrikken. Veel beter is het, dat de moeder
zich volkomen kalm houdt en zoo bedaard mo
gelUk waarneemt en onthoudt, wat zich alles
met het kind afspeelt, hoe lang de aanval
duurt, welke bewegingen worden gemaakt, van
armen, beenen of gelaatsspieren, o! ook van
den romp, hoe de gelaatskleur is, hoe de inade
ming en uitademing. Wanneer dan straks de
dokter komt, weet zU hem precies te vertellen,
w^t er gebeurd is; en een nauwkeurig relaas
van de moeder is het beste, dat zU in die oogen-
blikken voor haar kind kan doen; behalve na
tuurlUk de zorg, dat de patiënt zich tUdens de
krampen niet bezeert.
TH. H. BCHLICHTING.
N.Z. Voorburgwal b.h. Spui, A’dam
PLATS DU JOUR EN LA CARTE
De fout, die begaan is. zelde pleiter, ligt bU
de slechte organisatie der Inspectie. Comman
dant J. heeft niet kunnen vragen aan zUn chef
of in dit nauwe vaarwater op volle kracht zou
worden gestoomd. Immers zou hij daarbU bU
zUn chef een groote mate van ondeskundigheid
verondersteld hebben. Dit ware in strUd ge
weest met de krUgstucht. PI. acht 't ónmogelijk
een scheeps-commandant verantwoordelUk te
stellen voor maatregelen, die hü niet kent.
Hierop sprak mr. Koeleman voor den kap. ter
R. en wees erop, dat de commissie in
Indië v. R. niet eens gehoord heeft en toch tot
een ongunstige conclusie Is gekomen.
Deze conclusie is asm beklaagde onbekend
gebleven en heeft hem veel nadeel bezorgd.
Bovendien is het oordeel van den commandant
Zeemacht op dit rapport gebaseerd. Pleiter
merkt nog op, dat bU een inspectie de inspec
tie voor de machinekamer daarvan geheel los
staat, zóó zelfs, dat de Inspecteur gerechtigd is,
het schip te verlaten, hetgeen herhaaldelUk ge
beurt.
De zorg voor de navigatie en de veiligheid
van het schip had de inspecteur niet. HU mocht
ook vertrouwen, dat het noodige overleg zou
worden gepleegd tusschen den officier van den
Marine-stoomvaartdienst en de brug.
S
I
I
JO
x>-
n<
ene
ei»
ére
«ld.
h«t-